Eten en opvoeden

Eten en opvoeden
Uitgangspunt: Ouders bepalen wanneer en wat gegeten wordt, kind bepaalt hoeveel
het eet.
Afspraken
Maak als ouders samen afspraken over tafelregels en ondersteun elkaar hierbij.
Vermijd conflicten aan tafel.
Geef je kind goede voorbeeld met korte en duidelijke uitleg over de tafelregels.
Spreek samen af welke grenzen je wilt bewaken.
Zoek oogcontact met elkaar en je kind, praat rustig en kijk vriendelijk of neutraal.
Als eten tijdelijk niet lukt richt de aandacht op andere activiteiten met je kind die wel
soepel verlopen. Zo blijft de band goed.
Check bij verandering van eetgedrag of het kind ´ergens mee in de maag zit´ of iets
onder de leden heeft.
Kind moet het leren
Neem een ondersteunende en stimulerende houding.
Focus op wat goed gaat om zelfvertrouwen van je kind te versterken.
Biedt ruimte voor ontwikkeling en het opdoen van ervaring.
Knoeien hoort ook erbij, binnen jullie grenzen.
Geef je kind voldoende tijd om nieuwe smaken te leren kennen.
Regelmaat
Bouw herkenbare ritme op door op vaste tijden te eten.
Deze ritme is aangepast op het ´ weer honger kunnen hebben´ en niet strikt op de klok.
Eetmomenten zijn 3 maaltijden en maximaal 4 tussendoortjes.
Geef ´s avonds en nachts in bed geen eten en drinken behalve water.
Betrek de kinderen bij het klaarmaken van de maaltijd en tafel dekken.
Presenteer het eten uitnodigend.
20-30 minuten zitten aan tafel is voor de meeste kinderen voldoende.
Voorspelbaarheid
Eet samen met de kinderen en geef zelf goede voorbeeld.
Eet op een vaste plek in huis.
Eet aan tafel waar iedereen een vaste plek heeft.
Haal na de maaltijd het bord weg en voorkom grazen.
Het volgende vaste eetmoment biedt de eerste nieuwe kans.
Biedt geen alternatieven aan.
Kook geen aparte maaltijden.
Telefoonlijn JGZ: 088-355 6850
www.vggm.nl/consultatiebureau
Versie: jan 2015
Prikkelreductie
Zet de TV, computers en telefoon uit tijdens het eten.
Neem voldoende tijd voor het eten.
Zorg voor ontspannen sfeer. Stress vermindert de eetlust.
Gebruik niet te veel afleidingsmanoeuvres om het kind te laten eten.
Gebruik niet eten om bepaald gedrag te stimuleren (belonen) of juist te ontmoedigen
(straffen). Toetje hoort bij een maaltijd.
Eetproblemen, hoe eerder deze opgelost worden hoe beter.
Negeer zo veel mogelijk weigergedrag.
Voorkom dwingend voeden. Achtervolg je kind niet met eten of drinken.
Zet je kind zo nodig kort op een time-out plek.
Forceren is niet effectief, het kan angst en verzet veroorzaken en negatieve gevoelens
met betrekking tot eten veroorzaken. Streef als ouders naar ontspanning en voldoende
rust.
Zoek op tijd hulp, maak een afspraak met de jeugdverpleegkundige op je
consultatiebureau.
Telefoonlijn JGZ: 088-355 6850
www.vggm.nl/consultatiebureau
Versie: jan 2015