Programmastructuur Sport In Utrecht staat jouw talent centraal Doelstelling Subdoelstelling 1 Plannen, ontwikkelen en exploiteren van voldoende kwalitatief goede voorzieningen. 1.1 Voldoende kwalitatief goede en toegankelijke basisvoorzieningen. 1.2 Utrechtse zwembaden van goede kwaliteit. 1.3 Utrechtse sportparken en sporthallen van goede kwaliteit. 2 Zoveel mogelijk Utrechters sporten en bewegen en vinden en ontwikkelen zo hun eigen talent. 3 Utrecht is een aantrekkelijke stad voor topsport, topsporters en topsporttalenten. Bedragen zijn in duizenden euro's. 2.1 Meer Utrechters sporten en bewegen in een goede sportinfrastructuur bij verenigingen (vooral in de Krachtwijken). Kosten 704 8.597 20.721 2.210 2.2 Utrechters met een beperking hebben voldoende mogelijkheden tot sporten. 231 3.1 Bevorderen van topsport – talentontwikkeling door het versterken van de topsport(infra)structuur en faciliteren van (top)sportevenementen. 903 1.13 Sport Algemene programmadoelstelling In Utrecht staat jouw talent centraal. Sport raakt veel facetten van het dagelijks leven; ontspanning, gezondheid, vrijwillige inzet, toegankelijkheid en sociale ontmoeting zijn de sleutelwoorden. Het bieden van aantrekkelijke ruimte voor sport en bewegen in de openbare ruimte is aandachtspunt. Investeringen en onderhoud van sportaccommodaties worden waar mogelijk duurzaam en energiezuinig uitgevoerd en afgestemd met de gebruikers. Hiermee dragen we bij aan de in 2014 opgestelde intentieverklaring duurzame sportaccommodaties tussen de Vereniging Sport Utrecht (VSU) en het gemeentelijke programma ‘Utrechtse Energie!’. We willen de bezettingsgraad van de sportaccommodaties verhogen en ruimte bieden aan initiatieven voor zelfbeheer en/of zelfwerkzaamheid. In het seizoen 2015 – 2016 zal een pilot Sporthal in Zelfbeheer van start gaan. Voor een efficiënter gebruik van de sportparken zullen we in 2015 een plan presenteren en met ingang van het seizoen 2015 – 2016 starten met de uitvoering daarvan. Dit gecombineerd met een voorstel gericht op de ontwikkeling van vitale verenigingen. Het tegengaan van de wachtlijsten blijft onze grote aandacht houden. Met de Utrechtse studentensport en USS Mesa Cosa gaan we de samenwerking versterken. In 2015 zullen we een nieuwe periode starten met de inzet van de combinatiefunctionarissen sport en buurtsportcoaches met hierbij extra aandacht voor jeugd met een lage sportparticipatie. In 2015 komen we met een agenda voor mogelijke topsportevenementen in de toekomst en met een legacyprogramma vanuit de Grand Départ van de Tour de France. Meerjarige beleidsvoornemens die zijn opgenomen in beleidsnota's, -visies of –kaders: Sportnota 2011 – 2016 Notitie Professionalisering in de Sport / Sport en bewegen in de buurt (2012) Meerjarenperspectief Utrechts Vastgoed Meerjarennota Kapitaalgoederen 2011 - 2014 Eindrapportage Taskforce bezuinigingsvoorstellen Sport Meerjaren Huisvestingsplan Veldsport 2014-2020 • • • • Subdoelstelling 1.1: Voldoende kwalitatief goede en toegankelijke basisvoorzieningen. Subdoelstelling 1.1 Voldoende kwalitatief goede en toegankelijke basisvoorzieningen. Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? E1.1. Meer inwoners zijn tevreden over de sportvoorzieningen in de stad. P1.1 Plannen en ontwikkelen van kwalitatief goede voorzieningen. 2/15 Wat willen we bereiken? De Utrechtse sportinfrastructuur is in de afgelopen jaren in goede conditie gebracht. De kwaliteit van de sportvoorzieningen willen we in stand houden. Subdoelstelling 1.1 gaat in op het plannen en ontwikkelen van voorzieningen en de subdoelstellingen 1.2 en 1.3 op beheer, exploitatie en onderhoud daarvan. Om meer Utrechters naar tevredenheid te kunnen laten sporten en bewegen zijn kwalitatieve en betaalbare sportaccommodaties een voorwaarde. Daarom investeert Utrecht in voldoende basisaccommodaties per wijk en uitnodigende multifunctionele accommodaties in de stad. Er wordt een nieuw verhuursysteem geïmplementeerd en de informatievoorziening over de sportaccommodaties wordt verbeterd. We onderzoeken of de roeivereniging Viking een accommodatie op het Bevu-terrein kan realiseren waardoor meer ruimte zou komen voor de studentenroeiverenigingen in de Driewerf. De volkstuinparken in Utrecht zijn in eigendom van de gemeente. Het volkstuinenbeleid is een dossier dat evenveel opbrengt (huur) als dat het kost aan onderhoud en beheer en is volledig participatief opgesteld. Effectdoelstelling 1.1 Meer inwoners zijn tevreden over de sportvoorzieningen in de stad. Wat gaan we daarvoor doen? Prestatiedoelstelling 1.1 Plannen en ontwikkelen van kwalitatief goede voorzieningen. In de verschillende wijken zijn de belangrijkste projecten in 2015: Leidsche Rijn en Vleuten-De Meern: In Leidsche Rijn centrum wordt een nieuwe gymzaal gerealiseerd. Afronden herontwikkeling sportpark Fletiomare Oost met het realiseren van het sportpaviljoen. • • Oost: • Bijdragen aan de realisatie van de kleedkamers voor het National Hockey Centrum op sportpark Maarschalkerweerd. Overvecht: Gymzaal Grote Trekdreef wordt vervangen door een gymzaal op de Santa Cruzdreef. Gymzaal Beiroetdreef krijgt vervangende nieuwbouw aan de Pagodedreef. Gymzalen Winterboeidreef en Teun de Jagerdreef komen terug in het kindercluster aan de Teun de Jagerdreef. • • • Zuid-west: • Twee gymzalen aan de Marco Pololaan worden vervangen. West: • Gymzaal aan het Victor Hugo plantsoen wordt vervangen door nieuwbouw. We blijven, naast de gemeentelijke accommodaties, bijdragen we bij aan de exploitatie van de kunstijsbaan, een indoor skatepark en twee accommodaties voor verdedigings- en vechtsport. Indicatoren subdoelstelling 1.1 Indicator Realisatie Realisatie Doelstelling Doelstelling 2012 2013 2015 2018 Bron Nulmeting Inwonersenquête 71% (2008) 70% 73% 75% 75% Telling Utrechtse Vastgoed Organisatie (UVO) 101 (2008) 102 103 103 103 Effectindicatoren: E1.1.1 Tevredenheid bewoners over sportvoorzieningen Prestatie indicatoren: P1.1.1 Aantal basisvoorzieningen Wat mag dat kosten? 3/15 Rekening 2013 Begroting 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Begroting 2017 Begroting 2018 P1.1.1 Basisvoorzieningen 592 550 704 705 707 708 Totaal lasten 592 550 704 705 707 708 P1.1.1 Basisvoorzieningen 75 0 0 0 0 0 Totaal baten 75 0 0 0 0 0 517 550 704 705 707 708 Lasten Baten Saldo lasten en baten Mutaties reserves Toevoeging reserves 0 0 0 0 0 0 Onttrekking reserves 34 35 37 38 39 41 484 515 667 667 667 667 Saldo na mutaties reserves Bedragen zijn in duizenden euro’s. Financiële toelichting Met ingang van 2015 is de verdeling van de overhead gewijzigd en hierdoor is er sprake van 0,15 miljoen euro hogere lasten. De oplopende lasten over de jaren 2015 / 2018 komen voort uit oplopende kapitaallasten. Hier tegenover staan eveneens hogere onttrekkingen aan de reserve Kapitaalgoederen. Toelichting reserves De onttrekkingen zijn bedoeld voor dekking van de kapitaallasten van eerder gerealiseerde sportvoorzieningen in de openbare ruimten. Subdoelstelling 1.2 Utrechtse zwembaden van goede kwaliteit. Subdoelstelling 1.2 Utrechtse zwembaden van goede kwaliteit. Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? E1.2.1 Stabiliseren van het bezoekersaantal van de vier Utrechtse zwembaden. P1.2.1 Exploitatie en beheer vier Utrechtse zwembaden naar tevredenheid bezoekers. 4/15 Wat willen we bereiken? Met het beheren en exploiteren van zwembaden willen we een essentiële en noodzakelijke bijdrage leveren aan de zwemveiligheid, leefbaarheid en gezondheid in Utrecht. Utrecht beschikt over vier zwembaden; Den Hommel, De Kwakel, Fletiomare en buitenbad Krommerijn. Het ministerie van VROM stelt regels op voor de hygiëne en de veiligheid in zwembaden. Wij leven die regels na, bovendien voldoen onze binnenzwembaden aan het keurmerk Veilig en Schoon dat is uitgegeven door de stichting zwembadkeur en behelst een strenge en complete toetsing op basis van wet- en regelgeving. De voornaamste gebruikers zijn zwemverenigingen, banenzwemmers en natuurlijk de Utrechtse kinderen die zwemles volgen. Op primetime is de beschikbare zwemwatercapaciteit schaars. We verdelen het beschikbare zwemwater zo efficiënt mogelijk over onze (doel)groepen. De overdekte zwembaden zullen in de zomer minder uren open zijn vanwege de Taakstelling Sport 2013. Tevens zullen de tarieven voor het recreatieve gebruik van de zwembaden in de komende periode tot en met 2017 met in totaal 10% stijgen. De eventuele effecten daarvan zullen we monitoren aan de hand van de bezoekerscijfers van de zwembaden. We gaan er vooralsnog van uit dat de bezoekersaantallen gelijk zullen blijven. Effectdoelstelling 1.2 Stabiliseren van het bezoekersaantal van de vier Utrechtse zwembaden. Wat gaan we daarvoor doen? In de komende jaren zal de vraag naar ruimte voor instructie-zwemmen toe blijven nemen. Om de vraag op te kunnen vangen streven we naar een optimale bezetting en zijn we in gesprek met de zwemverenigingen op zoek naar creatieve oplossingen. Verder blijven we ons inzetten voor het schoolzwemmen. Hierdoor neemt het aantal kinderen dat de basisschool verlaat met een zwemdiploma toe. Prestatiedoelstelling 1.2.1 Exploitatie en beheer vier Utrechtse zwembaden naar tevredenheid bezoekers. Indicatoren subdoelstelling 1.2 Indicator Bron Nulmeting Onderzoek UVO 7.2 (2008) Telling UVO 716.000 Realisatie 2012 Realisatie Doelstelling Doelstelling 2013 2015 2018 Effectindicatoren: E1.2.1 Gemiddeld cijfer Klanttevredenheidsonderzoek zwembaden 7.7 7.3 7.3 7.3 629.000 743.000 743.000 743.000 n.v.t Maximum. lengte nulmeting Maximum. lengte nulmeting Prestatie indicatoren: P1.2.1 P1.2.1 Bezoekersaantal zwembaden Lengte inschrijflijst voor instructiezwemmen Telling UVO n.n.b. 2014 n.v.t. 5/15 Wat mag dat kosten? Rekening 2013 Begroting 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Begroting 2017 Begroting 2018 P1.2.1 Zwembaden 9.197 8.540 8.597 8.597 8.597 8.597 Totaal lasten 9.197 8.540 8.597 8.597 8.597 8.597 P1.2.1 Zwembaden 3.311 2.912 3.026 3.090 3.154 3.154 Totaal baten 3.311 2.912 3.026 3.090 3.154 3.154 Saldo lasten en baten 5.886 5.628 5.571 5.507 5.443 5.443 Lasten Baten Mutaties reserves Toevoeging reserves 41 0 0 0 0 0 Onttrekking reserves 104 273 72 72 72 72 5.823 5.355 5.499 5.435 5.371 5.371 Saldo na mutaties reserves Bedragen zijn in duizenden euro’s. Financiële toelichting De baten stijgen met 0,114 miljoen euro ten opzichte van 2014 door de extra tariefsverhoging (Voorjaarsnota 2013). Deze voorgestelde verhoging van tarieven voor de sportaccommodaties is echter ongedaan gemaakt. In de Eindrapportage Taskforce Sport van maart 2014 zijn alternatieven opgenomen die nog in de begroting verwerkt moeten worden via de derde technische wijziging. Toelichting reserves De onttrekking van 0,072 miljoen euro is bedoeld voor dekking van de kapitaallasten van gereedgekomen investeringen. Subdoelstelling 1.3 Utrechtse sportparken en sporthallen van goede kwaliteit Subdoelstelling 1.3 Utrechtse sportparken en sporthallen van goede kwaliteit. Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? E1.3.1 In stand houden van de kwaliteit van sportparken en atletiekbanen volgens de normen en eisen van het NOC*NSF. P1.3.1 Realiseren en renoveren van velden en de mogelijkheden benutten voor aanleg van nieuwe ondergronden. E1.3.2 Handhaven van het kwaliteitsniveau van de sporthallen die ingericht zijn naar de normen en eisen van het NOC & NSF. P1.3.2 Exploitatie en beheer van vijftien sporthallen naar tevredenheid bezoekers. 6/15 Wat willen we bereiken? De Utrechtse sportinfrastructuur is in de afgelopen jaren in goede conditie gebracht. De kwaliteit van de sportvoorzieningen willen we in stand houden. We willen onze beschikbare sportaccommodaties zo efficiënt mogelijk benutten. Uitvoering van de meerjaren huisvestingsplannen veldsport en binnensport vormen daarvoor de basis. Deze plannen zijn samen met de VSU vormgegeven en afgestemd met de verenigingen. Voor de buitensportaccommodaties moet dit leiden tot de realisering van de taakstelling van 228.000 euro in 2017. Effectdoelstelling 1.3.1 In stand houden van de kwaliteit van sportparken en atletiekbanen volgens de normen en eisen van het NOC*NSF. Effectdoelstelling 1.3.2 Handhaven van het kwaliteitsniveau van de sporthallen die ingericht zijn naar de normen en eisen van NOC*NSF. Wat gaan we daarvoor doen? Op planmatige wijze renoveren en onderhouden we sportgebouwen, sportvelden, atletiekbanen, sporttechnisch inventaris etcetera. We borgen de kwaliteit van onze sportvoorzieningen door bij het onderhoud rekening te houden met duurzaamheid en sporttechnische normen en richtlijnen. We sluiten daarbij waar mogelijk aan op de intentieverklaring tussen de VSU en het programma ‘Utrechtse Energie’ gericht op het ondersteunen en stimuleren van energiebesparing bij de sportaccommodaties. Doordat Utrecht op veel sportparken over kunstgras beschikt kunnen de accommodaties intensief gebruikt worden. Om voldoende kwalitatief goede en bespeelbare sportvelden te garanderen, is besloten om een aantal geprivatiseerde kunstgrasvelden voor voetbal in eigendom te nemen. Binnen het referentiekader Leidsche Rijn is nog budget voor het realiseren van 2 extra velden. In het kader van efficiënt gebruik van sportparken hebben we in 2015 een plan gereed met daarbij extra aandacht voor de sportparken Overvecht Noord, Zuilenselaan en Lunetten. Tevens zullen de nieuwe gebruiksvoorwaarden geïmplementeerd worden, zullen er richtlijnen voor vitale verenigingen opgesteld worden en kijken we naar vermindering van de regeldruk. Hierbij betrekken we de mogelijkheid tot flexibilisering van de bestemmingsplannen van de sportaccommodaties. In 2015 willen we concreet uitvoering geven aan de pilot sporthal in zelfbeheer. Met een aantal sportverenigingen onderzoeken we de mogelijkheden daarvoor. Vanuit het meerjaren huisvestigingsplan binnensport zullen hiervoor kaders aangedragen worden. Prestatiedoelstelling 1.3.1 Realiseren en renoveren van velden en de mogelijkheden benutten voor aanleg van nieuwe ondergronden. Prestatiedoelstelling 1.3.2 Exploitatie en beheer van vijftien sporthallen naar tevredenheid bezoekers. Indicatoren subdoelstelling 1.3 Indicator Bron Effectindicatoren: Nulmeting Realisatie 2012 Realisatie Doelstelling Doelstelling 2013 2015 2018 2008 E1.3.1 Bezettingsgraad buitenaccommodaties Telling UVO 77% 77% 78% 78% 78% E1.3.2 Bezettingsgraad binnenaccommodaties Telling UVO 59% 60% 63% 63% 64% 64.700 60.500 72.500 50.000 15 15 15 15 Prestatie indicatoren: P1.3.1 Sportoppervlak realisatie/ renovatie per jaar in m2 Meting UVO 62.000 P1.3.2 Aantal sporthallen ingericht naar eisen NOC*NSF Telling UVO 14 7/15 Wat mag dat kosten? Rekening 2013 Begroting 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Begroting 2017 Begroting 2018 Lasten P1.3.1 Buitenaccommodaties 8.375 9.990 10.100 10.162 9.992 9.992 P1.3.2 Binnenaccommodaties 10.321 10.569 10.620 10.620 10.620 10.620 Totaal lasten 18.696 20.558 20.721 20.783 20.613 20.613 P1.3.1 Buitenaccommodaties 8.949 1.360 1.418 1.434 1.450 1.450 P1.3.2 Binnenaccommodaties 3.302 2.810 2.909 2.965 3.020 3.020 12.251 4.170 4.327 4.399 4.470 4.470 6.445 16.388 16.394 16.384 16.143 16.143 Baten Totaal baten Saldo lasten en baten Mutaties reserves Toevoeging reserves 1.034 48 48 48 48 48 Onttrekking reserves 1.290 1.604 1.845 1.595 1.256 1.256 Saldo na mutaties reserves 6.189 14.832 14.597 14.837 14.935 14.935 Bedragen zijn in duizenden euro’s. Financiële toelichting Hieronder lichten wij de financiële ontwikkelingen per doelstelling toe. Prestatiedoelstelling 1.3.1: Buitenaccommodaties De baten stijgen met 0,058 miljoen euro ten opzichte van 2014 door de extra tariefsverhoging (Voorjaarsnota 2013). Deze voorgestelde verhoging van tarieven voor de sportaccommodaties is echter ongedaan gemaakt. In de Eindrapportage Taskforce Sport van maart 2014 zijn alternatieven opgenomen die nog in de begroting verwerkt moeten worden via de derde technische wijziging. Prestatiedoelstelling 1.3.2: Binnenaccommodaties De baten stijgen met 0,1 miljoen euro ten opzichte van 2014 door de extra tariefsverhoging (Voorjaarsnota 2013). Deze voorgestelde verhoging van tarieven voor de sportaccommodaties is echter ongedaan gemaakt. In de Eindrapportage Taskforce Sport van maart 2014 zijn alternatieven opgenomen die nog in de begroting verwerkt moeten worden via de derde technische wijziging. Toevoegingen en onttrekkingen aan reserves De toevoeging van 0,048 miljoen euro aan de reserve in 2014 is bedoeld voor toekomstige investeringen. De onttrekking van 1,506 miljoen euro aan de reserves is ter dekking van de kapitaallasten van gereed gekomen investeringen. Daarnaast onttrekken we 0,339 miljoen euro in 2015 aan de reserve aanloopverliezen LR die als oplossing bij de Voorjaarsnota 2013 is ingezet. 8/15 Subdoelstelling 2.1 Meer Utrechters sporten en bewegen in een goede sportinfrastructuur bij verenigingen (vooral in de Krachtwijken) Subdoelstelling 2.1 Meer Utrechters sporten en bewegen in een goede sportinfrastructuur bij verenigingen (vooral in de Krachtwijken). Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? E2.1.1 Meer Utrechters vanaf zestien jaar doen regelmatig aan sport. P2.1.1 Stimuleren en ondersteunen van vernieuwende concepten binnen sportverenigingen en sportinfrastructuur. E2.1.2 Meer kinderen in Krachtwijken doen aan sport en zijn lid van een vereniging. E2.1.3 Utrechters zijn tevreden over de sportvoorzieningen (gebruik en aanbod) in hun wijk en/of buurt. P2.1.2 Versterken van de samenwerking en activiteiten gericht op een grotere sportdeelname van de Jeugd. P2.1.3 Realiseren van een goed gebruik van sportvoorzieningen in wijk en/of buurt. Wat willen we bereiken? Het vergroten van de sportparticipatie blijft een belangrijke ambitie. In vooral de Krachtwijken worden combinatiefunctionarissen en buurtsportcoaches ingezet vanuit de bijgestelde beleidsregel met extra aandacht voor jeugd met een lage sportparticipatie zoals kinderen met een beperking, chronische aandoening of overgewicht, leerlingen uit het praktijkonderwijs en VMBO. Zij begeleiden kinderen/jongeren en buurtbewoners naar structureel sporten en/of bewegen en matchen zo vraag en aanbod. Samenwerking tussen deze sportprofessionals en sportverenigingen of andere sportaanbieders in de wijk is nodig om goed te kunnen toeleiden. Daarnaast richt de inzet zich op ouderparticipatie en de wijkambities ten aanzien van Vreedzaam, Gewoon Opvoeden en Gezonde Leefstijl. De combinatiefunctionaris legt vanuit de wijksportteams de verbinding tussen onderwijs, buurt en sportvereniging en is een ‘herkenbaar gezicht’ in de wijk. Wachtlijsten bij vooral voetbal en hockey moeten worden teruggedrongen en sportparken moeten efficiënter worden gebruikt. We stimuleren vitale sportverenigingen die financieel gezond zijn, (jeugd)leden aan zich kunnen binden en bijdragen aan maatschappelijke doelen. Met de Utrechtse studentensport en USS Mesa Cosa gaan we de samenwerking versterken. Effectdoelstelling 2.1.1 Meer Utrechters vanaf 16 jaar doen regelmatig aan sport. Effectdoelstelling 2.1.2 Meer kinderen in Krachtwijken doen aan sport en zijn lid van een vereniging. Effectdoelstelling 2.1.3 Utrechters zijn tevreden over de sportvoorzieningen (gebruik en aanbod) in hun wijk en/of buurt. 9/15 Wat gaan we daarvoor doen? • Inzet van wijksportteams waarin sportprofessionals samenwerken. Vooral in Kanaleneiland met (extra) aandacht voor Vreedzaam (wijkambities). • Ondersteuning van bewonersinitiatieven vanuit Harten voor Sport met ‘eigen kracht’ centraal. • Met de partners in de stad creatieve oplossingen ontwikkelen om wachtlijsten terug te dringen. Voor voetbal wordt • een F-competitie op zondag opgezet in samenwerking met de KNVB en VSU. Een groot deel van de wachtlijst wordt opgelost, er kunnen meer kinderen voetballen. Voor hockey wordt een plan tot uitbreiding van capaciteit opgesteld en mogelijk al gestart met de uitvoering. Voor tennis ligt de focus op het optimaal benutten van de beschikbare capaciteit. Minder vitale sportverenigingen worden begeleid door de VSU waardoor zij beter kunnen bijdragen aan het vergroten van de sportparticipatie. Prestatiedoelstelling 2.1.1 Stimuleren en ondersteunen van vernieuwende concepten binnen sportverenigingen en sportinfrastructuur. Prestatiedoelstelling 2.1.2 Versterken van de samenwerking en activiteiten gericht op een grotere sportdeelname van de jeugd. Prestatiedoelstelling 2.1.3 Versterken van een goed gebruik van sportvoorzieningen in de wijk en/of buurt. Indicatoren subdoelstelling 2.1 Indicator Bron Nulmeting Realisatie Realisatie 2012 2013 Doelstelling 2015 Doelstelling 2018 Effectindicatoren: E2.1.1 Sportdeelname ≥ 16 jaar Utrecht Monitor 2009 E2.1.2 Jeugdsportdeelname Overvecht 69% 71% 70% 75% Jeugdmonitor E2.1.2 Noordwest Jeugdmonitor 2008 69% 71% 70% 71% 2008 77% 74% 78% E2.1.2 Zuidwest Jeugdmonitor 79% 2008 71% 69% 72% E2.1.3 Tevredenheid sportvoorzieningen in de wijk 73% Utrecht Monitor 61% 60% 65% 64% Prestatie indicatoren: P2.1.1 Verenigingen met vernieuwende sportconcepten Meting Sport n.v.t. n.v.t. 8 8 16 P2.1.3 Scholarships / jeugdkaderopleidingen Meting Sport n.v.t. n.v.t. 8 7 4 Wat mag dat kosten? Rekening 2013 Begroting 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Begroting 2017 Begroting 2018 Lasten P2.1.1 Sportdeelname ≥ 16 jaar P2.1.2 Jeugdsportdeelname P2.1.3 Sportvoorzieningen wijk/buurt Totaal lasten 957 961 1.106 1.081 1.056 1.056 1.747 1.569 968 968 968 968 15 20 137 137 137 137 2.720 2.549 2.210 2.185 2.160 2.160 10/15 Rekening 2013 Begroting 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Begroting 2017 Begroting 2018 P2.1.1 Sportdeelname ≥ 16 jaar 0 0 0 0 0 0 P2.1.2 Jeugdsportdeelname 0 0 0 0 0 0 P2.1.3 Sportvoorzieningen wijk/buurt 3 0 0 0 0 0 Totaal baten 3 0 0 0 0 0 2.717 2.549 2.210 2.185 2.160 2.160 Toevoeging reserves 0 0 0 0 0 0 Onttrekking reserves 144 0 0 0 0 0 2.573 2.549 2.210 2.185 2.160 2.160 Baten Saldo lasten en baten Mutaties reserves Saldo na mutaties reserves Bedragen zijn in duizenden euro’s. Financiële toelichting Prestatiedoelstelling 2.1.1 Sportdeelname ≥16 jaar In 2014 was er sprake van een incidentele dekking van het subsidie Sportstimulering met 0,025 miljoen euro uit het budget Topsport. Met ingang van 2015 is de verdeling van de overhead gewijzigd en hierdoor is er sprake van 0,19 miljoen euro hogere lasten. Daarnaast wordt het budget 2015 structureel verlaagd met 0,025 miljoen euro voor subsidie VSU en Sportverenigingen (VJN 2013) en in 2016 en 2017 volgen nog twee structurele verlagingen van het budget met 0,025 miljoen euro. Prestatiedoelstelling 2.1.2 Jeugdsportdeelname In het budget 2014 is incidenteel een decentralisatie uitkering van 0,29 miljoen euro voor de eerste en de tweede tranche buurtsportcoaches opgenomen. Deze middelen komen ook in 2015 beschikbaar, maar zijn nog niet opgenomen in deze begroting. Met ingang van 2015 is de verdeling van de overhead gewijzigd en hierdoor is er sprake van 0,31 miljoen euro lagere lasten. Prestatiedoelstelling 2.1.3 Sportvoorzieningen wijk/buurt Met ingang van 2015 is de verdeling van de overhead gewijzigd en hierdoor is er sprake van 0,12 miljoen euro hogere lasten. Subdoelstelling 2.2 Utrechters met een beperking hebben voldoende mogelijkheden tot sporten Subdoelstelling 2.2 Utrechters met een beperking hebben voldoende mogelijkheden tot sporten. Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? E2.2.1 Meer mogelijkheden voor sporten voor mensen met een beperking. P2.2.1 Faciliteren en ondersteunen van initiatieven voor een breder sportaanbod voor mensen met een beperking. 11/15 Wat willen we bereiken? Zoveel mogelijk mensen ‘uit de zorg’ en ‘in beweging’. Iedereen die wil sporten/bewegen kan dit doen bij een vereniging of bij anders georganiseerd aanbod. Waar mogelijk willen we sporten en bewegen zoveel mogelijk normaliseren: regulier aanbod waar het kan, speciaal aanbod waar dit nodig is. Effectdoelstelling 2.2.1 Meer mogelijkheden voor sporten voor mensen met een beperking. Wat gaan we daarvoor doen? • Het netwerk Utrecht ‘Sport op Maat’ (coördinatie door Harten voor Sport) zal vooral worden ingezet op het • • • • • stroomlijnen van de keten van school, instelling, eerste en tweede lijnszorg en buurtteams naar geschikt sportaanbod. We investeren in divers en goed verspreid aanbod. Dit kan ook aanbod van een instelling of school zijn, maar waar wenselijk en mogelijk blijft de VSU verenigingen ondersteunen bij het opzetten en continueren van specifiek aanbod. Het doel is een zo goed mogelijke ‘match’ te maken tussen sport en potentiele sporter. Binnen verenigingen zijn trainers opgeleid als maatschappelijke sportcoaches die ‘sociaal kwetsbaren’ goed op kunnen vangen en zich thuis kunnen laten voelen. We hebben aandacht voor sport binnen het netwerk van de buurtteams Jeugd en Zorg. We creëren draagvlak op bestuurlijk niveau van zorginstellingen om sporten/bewegen op te nemen in behandel- of zorgplannen. Aangepast sporten is tot slot één van de pijlers binnen het activatieprogramma van de ‘Grand Depart Utrecht 2015’. Prestatiedoelstelling 2.2.1 Faciliteren en ondersteunen van initiatieven voor een breder sportaanbod voor mensen met een beperking. Indicatoren subdoelstelling 2.2 Indicator Bron Nulmeting Consulent aangepast sporten 23 Consulent aangepast sporten 2012 Realisatie Realisatie Doelstelling Doelstelling 2012 2013 2015 2018 Effectindicatoren: E2.2.1 Aantal verenigingen met specifiek sportaanbod 23. 32 35 38 1 4 4 8 Prestatie indicatoren: P2.2.1 Aantal verenigingen met (O)GGz aanbod Wat mag dat kosten? Rekening 2013 Begroting 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Begroting 2017 Begroting 2018 P 2.2.1 Sporten voor mensen met een beperking 302 126 231 231 231 231 Totaal lasten 302 126 231 231 231 231 Lasten 12/15 Rekening 2013 Begroting 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Begroting 2017 Begroting 2018 P 2.2.1 Sporten voor mensen met een beperking 0 0 0 0 0 0 Totaal baten 0 0 0 0 0 0 302 126 231 231 231 231 Baten Saldo lasten en baten Mutaties reserves Toevoeging reserves 0 0 0 0 0 0 Onttrekking reserves 0 51 0 0 0 0 302 75 231 231 231 231 Saldo na mutaties reserves Bedragen zijn in duizenden euro’s. Financiële toelichting De lasten stijgen ten opzichte van 2014 in 2015 met 0,105 miljoen euro. In 2014 waren de lasten incidenteel 0,051 miljoen euro hoger door inzet van de reserve NASB. In 2015 is er sprake van 0,16 miljoen euro hogere lasten door een gewijzigde toerekening van de overhead. Subdoelstelling 3.1: Bevorderen van topsport – talentontwikkeling door het versterken van de topsport(infra)structuur en faciliteren van (top)sportevenementen Subdoelstelling 3.1 Bevorderen van topsport – talentontwikkeling door het versterken van de topsport-(infra)structuur en faciliteren van (top)sportevenementen. Wat willen we bereiken? E3.1.1 Meer samenwerking met partners bij de ontwikkeling van de topsport(infra)structuur en (top)sportevenementen in de stad. Wat gaan we daarvoor doen? P3.1.1 Behouden en uitbreiden van (top)sportevenementen, ondersteunen van verenigingen, topsporters, topsporttalenten en vestiging talentencentra. Wat willen we bereiken? Eind 2015 loopt het huidige kernsportbeleid af (roeien, waterpolo, wielrennen, atletiek en hockey). Topsport als vliegwiel voor de breedtesport blijft een belangrijk uitgangspunt binnen ons topsportbeleid. Dit wordt vormgegeven met jaarlijks (top)sportevenementen en incidenteel internationale evenementen. In 2015 start de Tour de France in Utrecht. Hieraan gekoppeld zal een activatie-programma uitgerold worden in de stad. Deze activiteiten stimuleren een actieve en gezonde leefstijl en dragen bij aan de sportieve, promotionele en economische ontwikkeling van de stad. Daarnaast zijn het Nationaal Trainingscentrum Waterpolo (met focus op het damesprogramma), het Nationaal Hockey Centrum en de regionale talentcentra van belang voor de verdere positionering van Utrecht als podium van talent. In 2014 is begonnen met de vormgeving van de netwerkorganisatie Kracht van Sportevenementen met de G5, VWS en NOC*NSF om vanuit Nederland gezamenlijk op te trekken in het organiseren van toonaangevende sportevenementen met internationale uitstraling. 13/15 Effectdoelstelling 3.1.1 Meer samenwerking met partners bij de ontwikkeling van de topsport(infra)structuur en (top)sportevenementen in de stad. Wat gaan we daarvoor doen? • Kernsportbeleid 2012-2015 evalueren en met betrokkenen focus bepalen voor 2016 en verder. • Bijdragen aan het activatieprogramma en legacy van de Grand Départ Tour de France in 2015. • Opstellen van een agenda voor mogelijke topsportevenementen na 2015. • Faciliteren van de bestaande topsport- en talentcentra. • Begeleiding van individuele topsporters en talenten woonachtig in Utrecht of sportend bij een Utrechtse vereniging of talentcentrum. • Deelnemen aan de G5-netwerkorganisatie Kracht van Sportevenementen. Prestatiedoelstelling 3.1.1 Behouden en uitbreiden van (top)sportevenementen, ondersteunen van verenigingen, topsporters, topsporttalenten en vestiging talentencentra. Indicatoren subdoelstelling 3.1 Indicator Realisatie 2012 Realisatie 2013 Doelstelling 2015 Doelstelling 2018 n.v.t. n.v.t. 5 3 3 2012 n.v.t. 75 75 35 Bron Nulmeting Meting Sport Effectindicatoren: E3.1.1 Aantal netwerkbijeenkomsten Prestatie indicatoren: P3.1.1 Ondersteuning topsporters VSU Wat mag dat kosten? Rekening 2013 Begroting 2014 Begrotin g 2015 Begroting 2016 Begroting 2017 Begroting 2018 P3.1.1 Bevordering topsport 2.205 792 903 903 828 828 Totaal lasten 2.205 792 903 903 828 828 P3.1.1 Bevordering topsport 224 0 0 0 0 0 Totaal baten 224 0 0 0 0 0 1.981 792 903 903 828 828 Lasten Baten Saldo lasten en baten Mutaties reserves Toevoeging reserves 0 0 0 0 0 0 Onttrekking reserves 0 31 0 0 0 0 1.981 761 903 903 828 828 Saldo na mutaties reserves Bedragen zijn in duizenden euro’s. Financiële toelichting Het verschil tussen de lasten 2015 en 2014 wordt veroorzaakt door een incidentele onttrekking in 2014 aan de reserve topsport van 0,031 miljoen euro, incidenteel gewijzigde inzet van het budget in 2014 door uitvoering van 14/15 Amendement 2013/A35 Olympisch Vuur en Utrechtse Marathon van 0,1 miljoen euro. Het resterende verschil betreft een gewijzigde structureel hogere doorbelasting van de overhead. Vanaf 2017 wordt het budget structureel verlaagd met 0,075 miljoen euro (budget Olympisch Vuur). 15/15
© Copyright 2024 ExpyDoc