(Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei -1- *2013.20268* Rapportinformatie Hoofdtitel ............................................................................................ (Meerjaren)begroting 2014-2018 Subtitel ...................................................................................................................... "water in beweging" Rapportnummer: ................................................................................................................... 2013.20268 Versienummer: ................................................................................................................................... 005 Versiedatum: ................................................................................................................. 15 oktober 2013 Bestuurlijk traject Behandeling in dagelijks bestuur: ................................................................................... 8 oktober 2013 Behandeling in commissies: .......................................................................................... 30 oktober 2013 Behandeling in algemeen bestuur: ........................................................................... 20 november 2013 (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei -2- Inhoudsopgave Leeswijzer .............................................................................................................................................. 4 1 Aanbieding van de begroting 2014 ........................................................................................... 6 1.1 2 3 1.2 Financiële samenvatting .................................................................................................. 9 Begroting 2014 naar kosten en opbrengsten en de financiële positie ................................ 19 2.1 Begroting 2014 naar kosten- en opbrengstensoorten ................................................... 19 2.2 2.3 Waterschapsbelastingen ............................................................................................... 28 Weerstandsvermogen .................................................................................................... 38 2.4 Financieringsparagraaf .................................................................................................. 42 2.5 Risicoparagraaf .............................................................................................................. 44 Programma Waterkering .......................................................................................................... 48 3.1 3.2 4 7 Wat willen we bereiken? ................................................................................................ 60 Wat gaan we ervoor doen? ............................................................................................ 62 4.3 Wat mag het kosten? ..................................................................................................... 73 Programma Watersysteem op orde: herstelde watersystemen ........................................... 75 5.1 6 Wat willen we bereiken? ................................................................................................ 48 Wat gaan we ervoor doen? ............................................................................................ 50 3.3 Wat mag het kosten? ..................................................................................................... 57 Programma Watersysteem op orde: geschikt voor grondgebruik ...................................... 60 4.1 4.2 5 Bestuurlijke samenvatting ................................................................................................ 6 Wat willen we bereiken? ................................................................................................ 75 5.2 Wat gaan we ervoor doen? ............................................................................................ 77 5.3 Wat mag het kosten? ..................................................................................................... 84 Programma Bestuur, communicatie, heffingen en veiligheid .............................................. 87 6.1 Wat willen we bereiken? ................................................................................................ 87 6.2 Wat gaan we ervoor doen? ............................................................................................ 90 6.3 Wat mag het kosten? ..................................................................................................... 94 Programma Bedrijfsvoering .................................................................................................... 97 7.1 7.2 Wat willen we bereiken? ................................................................................................ 97 Wat gaan we ervoor doen? .......................................................................................... 100 8 7.3 Wat mag het kosten? ................................................................................................... 109 Programma concern- / administratieve posten ................................................................... 112 9 Meerjaren investeringsprogramma 2014-2018 .................................................................... 116 10 9.1 Inleiding ........................................................................................................................ 116 9.2 Samenvatting meerjarig investeringsprogramma 2014-2018 ...................................... 116 Overige paragrafen begroting 2014 ...................................................................................... 120 11 10.1 Verbonden partijen....................................................................................................... 120 10.2 10.3 Uitgangspunten en normen ......................................................................................... 120 EMU-saldo ................................................................................................................... 121 10.4 Kostentoerekening ....................................................................................................... 122 Bijlagen .................................................................................................................................... 125 (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei -3- Leeswijzer Voor u ligt de meerjarenbegroting 2014-2018 van Waterschap Peel en Maasvallei. Deze begroting is opgesteld conform de in de Voorjaarsnota 2013 geschetste kaders, uitgangspunten en inhoudelijke ontwikkelingen. Samenvatting In hoofdstuk 1 vindt u onze visie op deze begroting en de meerjarenraming. Verder geven wij u samengevat inzicht in de financiële situatie van ons waterschap. Begroting 2014 naar kosten en opbrengsten In hoofdstuk 2 brengen wij, conform de wettelijke voorschriften, de begroting naar kostensoorten en de vermogenspositie van ons waterschap in beeld. Het hoofdstuk eindigt met een aantal risico’s, die wij voor ogen hebben. Begroting 2014 naar programma’s In de hoofdstukken 3 tot en met 7 geven wij per programma weer waar ons waterschap inhoudelijk voor staat en welke projecten en producten wij in 2014 gaan leveren. Ieder hoofdstuk is op dezelfde wijze opgebouwd: Als eerste schetsen wij een beeld van wat wij als waterschap willen bereiken. Bestaande uit de opgave waarvoor wij staan, het effect dat wij maatschappelijk gezien willen bereiken en de doelen die wij nastreven. Vervolgens geven wij aan binnen welke kaders wij moeten werken en welke projecten en producten wij in 2014 willen gaan uitvoeren. Tot slot maken wij inzichtelijk welke kosten gepaard gaan met de uitvoering van ons werk en geven wij inzicht in de meerjarige kostenontwikkeling die wij verwachten. Op deze manier krijgt u een transparant beeld van de wijze waarop en de middelen waarmee wij onze doelen realiseren. Het programma opgenomen in hoofdstuk 8 geeft alle lasten en baten van ons waterschap weer, die niet direct in verband kunnen worden gebracht met de programma’s beschreven in hoofdstuk 3 tot en met 7. Investeringsprogramma Per programma is een overzicht opgenomen van de geplande investeringen in de periode 2014-2018. Wij hebben een groot aantal projecten onder handen om onze waterkeringen en ons watersysteem op orde te brengen. Dit hoofdstuk vat alle investeringen opgenomen in de begroting nog eens samen. Verplichte paragrafen Hoofdstuk 10 bevat diverse paragrafen die volgens wettelijke voorschriften in de begroting opgenomen moeten worden en die nog niet in eerdere hoofdstukken aan de orde zijn gekomen. Bijlagen Tot slot zijn er nog een aantal (wettelijk verplichte) bijlagen opgenomen. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei -4- Aanbieding van de begroting 2014 (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei -5- 1 Aanbieding van de begroting 2014 Waterschap Peel en Maasvallei is waterautoriteit in Noord- en Midden-Limburg. Samen met partners brengen wij, via Nieuw Limburgs Peil, balans in het vasthouden en afvoeren van water, saneren en herinrichten wij beken, keren wij Maashoogwater en zuiveren wij afvalwater. Ook in 2014 vertaalt ons waterschap deze missie weer in tal van maatregelen. Welke dat zijn en welke financiële gevolgen ze hebben, kunt u lezen in deze (meerjaren)begroting. 1.1 Bestuurlijke samenvatting Inleiding In de aanloop naar de begroting 2012 hebben bestuur en ambtelijke organisatie een koers afgesproken die enerzijds moet leiden tot een krachtige waterschapsorganisatie met ruimte voor innovatie en ontwikkeling en anderzijds tot een gematigde toename van de lastendruk voor onze ingezetenen. Om die hoofddoelen te bereiken en onze waterschapsfinanciën structureel op orde te houden, hebben we met elkaar een duidelijke strategie afgesproken. Een strategie die ook stabiliteit en continuïteit waarborgt in een tijd dat ontwikkelingen zich in hoog tempo opvolgen. Een strategie die wederom haar waarde voor 2014 bewijst en leidt tot een mooi resultaat. Tegelijkertijd blijven we op een verantwoorde wijze onze taken uitvoeren en vergroten we daar waar mogelijk en noodzakelijk onze slag- en daadkracht. Wij zijn dan ook zeer verheugd u een solide (meerjaren)begroting te kunnen voorleggen, die leidt tot een zeer gematigde lastenontwikkeling; die past in deze tijd met economische tegenspoed; die maatschappelijk en politiek-bestuurlijk verantwoord is; die recht doet aan de uitgangspunten van het Bestuursakkoord Water; en die past binnen de afgesproken koers en kaders. Visie waterbeheer Limburg 2020 Gezamenlijk met Waterschap Roer en Overmaas hebben we een visie gevormd van het waterbeheer in Limburg anno 2020 dat heeft geleid tot een visiedocument ‘Water in beweging’ met als ondertitel ‘Visie waterbeheer Limburg in 2020’. We hebben in het totstandkomingsproces de trends en opgaven benoemd zoals de klimaatverandering, schaarste aan grondstoffen en energie, bevolkingsontwikkeling enzovoort. Om te bepalen welke inzet en inspanning de komende jaren nodig is om invulling te kunnen geven aan de visie, zijn de belangrijkste opgaven en doelen nader uitgewerkt. Ook de wijze waarop we de beschreven opgaven en doelen willen realiseren, hebben we benoemd in een aantal factoren en randvoorwaarden die in onze ogen essentieel zijn voor succes. Als succesfactoren hebben we benoemd en vertaald in het: samenwerkend waterschap; communicerend waterschap; doelmatig waterschap; duurzaam waterschap; goed werkgeverschap. Het realiseren van de visie (het wat) en de wijze waarop we dat willen doen (het hoe) stelt ook eisen hoe we onszelf als waterschap moeten organiseren. Naast een inspanningsverplichting naar buiten, hebben we ook een inspanningsverplichting naar ‘binnen’ toe. Het één kan niet zonder het andere. Ook daar ligt voor ons een opgave om ons door te ontwikkelen om onze toekomstbestendigheid te waarborgen en onze visie te realiseren. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei -6- Evaluatie waterschapsbestel: één waterschap in Limburg? Begin volgend jaar doet Provinciale Staten een uitspraak of de waterschappen in Limburg moeten fuseren. Ons standpunt is dat we geen gedwongen fusie willen per 2015. Daarnaast stelt ons waterschap vanaf dag één voorop, dat een fusie een toegevoegde waarde moet hebben in de realisatie van de Limburgbrede visie op het waterbeheer. Een zuiver cosmetische ingreep in het waterschapsbestel in Limburg, zonder een duidelijke toegevoegde waarde, kunnen wij maatschappelijk moeilijk verantwoorden. Mocht een fusie een meerwaarde hebben voor de realisatie van de breed gedragen visie op het waterbeheer in Limburg, dan zullen wij de laatste zijn die een fusie in de weg willen staan. Wel zijn we in dat geval voorstander van een vrijwillige fusie, waarbij we de organisaties op een fatsoenlijke wijze in elkaar kunnen schuiven, mogelijk de frictiekosten kunnen beperken en we samen op zoek kunnen hoe we de verschillen (cultuur, financieel e.d.) het beste kunnen overbruggen. Dit zal in de voorbereidingsfase nog veel van de betrokken partijen vragen. Ontwikkelingen in de waterschapstaak We hebben als waterschap te maken met tal van ontwikkelingen. In de voorjaarsnota 2013 hebben wij het kader geschetst waarmee we als waterschap de komende jaren rekening hebben te houden. De focus ligt op het realiseren van de visie waterbeheer Limburg 2020. Uw algemeen bestuur heeft naar aanleiding daarvan de te volgen koers uitgestippeld om te komen tot een maatschappelijk verantwoorde invulling daarvan. Die koers is leidend geweest bij de uitwerking en voorbereiding van de voorliggende ontwerpbegroting waarin ruimte is gecreëerd om invulling te kunnen geven aan de ontwikkelingen terwijl tegelijkertijd ook sprake is van een gematigde lastenontwikkeling. Wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet Hof) Om de eurocrisis te beteugelen, zijn eind 2011 de Europese afspraken voor beheersing van de EMU-saldi (voor financieringstekort en schuld van de overheid) aangescherpt. Deze afspraken eisen dat het kabinet verdergaande afspraken maakt met medeoverheden (provincies, gemeenten en waterschappen) over de beheersing van het Nederlandse EMU-saldo en deze in regelgeving vastlegt. De Wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet Hof) bevat deze regels. De laatste stand van zaken is dat de ruimte die de decentrale overheden hebben, niet vergroot of verkleind wordt en dat de medeoverheden zelf tot een onderverdeling moeten komen. Een dilemma in het dossier van beheersing van het EMU-saldo is, dat de afspraken over beheersing van het EMU-saldo op een ander verantwoordingsstelsel (kasstelsel) zijn gebaseerd dan de decentrale overheden wettelijk verplicht hanteren (lasten en batenstelsel). Het feit dat we een solide financieel beleid voeren, de afgelopen jaren ons investeringsvolume in het watersysteem hebben teruggebracht en onze begroting op basis van het lasten en batenstelsel structureel op orde hebben gebracht zonder inzet van reserves, levert een zeer grote bijdrage aan het binnen de individuele referentiewaarde blijven van ons waterschap. Het volgen van het geadviseerde scenario, uitgewerkt in deze begroting, zorgt ervoor dat we die situatie voorlopig handhaven en dat het EMU-saldo over de jaren bezien redelijk constant is. Op grond van het voorgaande verwachten we daarom dat we voorlopig geen aanvullende maatregelen hoeven te nemen. We blijven de ontwikkelingen op de voet volgen. Beperkte kostengroei 2014 Door het solide financiële beleid blijft de toename van de bruto exploitatiekosten 2014 ten opzichte van de oorspronkelijke begroting 2013 beperkt tot 2,37%. Dit is inclusief de invulling van de voorstellen en ontwikkelingen genoemd in de Voorjaarsnota 2013 met tevens een verruiming van incidenteel in te zetten middelen zodat we minder beslag hoeven te leggen op onze reserves. Tegelijkertijd hebben we de (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei -7- fundamenten onder onze begroting verder verstevigd door een aantal risico’s te verminderen (sociale werkgeverslasten, waarborgen maatregelen continuïteitsplan). Gematigde toename lastendruk 2014 en verder In het Bestuursakkoord Water is de wens uitgesproken om de lokale lasten gematigd te laten stijgen zonder exact aan te geven wat onder ‘gematigd’ wordt verstaan. Gelet op de opdracht waarvoor de waterschappen aan de lat staan en de te realiseren besparingen in de afvalwaterketen zijn landelijke afspraken gemaakt over wat een ‘gematigde’ lastenontwikkeling is. Die afspraken komen er voor de waterschappen op neer dat de totale belastingopbrengsten (watersysteem- en zuiveringsheffing) in de periode 2010 t/m 2020 niet meer dan 2,7% per jaar (exclusief inflatie) mogen stijgen. Op basis van de voorliggende begroting en ons voorstel stijgt het totale belastingvolume in 2014 met in totaal 1,46% ten opzichte van 2013. Hiermee blijven we ruim binnen de afspraak en zelfs onder de inflatie. In aanvulling hierop willen we er voor uw beeldvorming nog op wijzen dat stijging van het belastingvolume niet hetzelfde is als tarief- of lastendrukstijging. De berekeningen van de lastenverzwaring zijn gebaseerd op de geldende kostentoedelingsverordening 2013 zodat een zuivere vergelijking mogelijk is van de lastendruk verzwaring als gevolg van de kostenontwikkeling in de voorliggende begroting. Volgens de uitgewerkte rekenvoorbeelden in hoofdstuk 2, gaat een huishouden tussen de € 1,83 (één- en meerpersoonshuishouden, huurder) en de € 4,89 (meerpersoonshuishouden, eigen woning € 250.000) op jaarbasis meer betalen. De bedrijfskosten van een agrarisch bedrijf (25 hectare, waarde bedrijfsruimte € 500.000 met 3 vervuilingswaarden) stijgen in het rekenvoorbeeld met afgerond € 44. Voor eenzelfde agrarisch bedrijf met 40 hectare stijgt de lastendruk met zo’n € 67. Wij willen benadrukken dat de lastendruk ontwikkeling zoals hiervoor aangegeven nog zal wijzigen wanneer de ontwerp Kostentoedelingsverordening Watersysteembeheer 2014 (verdeling van de totale belastingopbrengst naar heffingsplichtige categorie) door het algemeen bestuur vastgesteld wordt. De effecten als gevolg van de Kostentoedelingsverordening komen echter niet voor rekening van de kostenontwikkeling in deze begroting. Bij de begroting gaat het om het vaststellen van het totale belastingvolume als onderdeel van het dekkingsplan van de begroting. Desalniettemin willen wij ook transparant zijn, en hebben daarom in deze begroting ook kort aandacht besteed aan de effecten van de hernieuwde vaststelling van de ontwerp Kostentoedelingsverordening Watersysteembeheer 2014. Wij verwijzen hiervoor naar Hoofdstuk 2 van deze begroting. Voorstel Gelet op voortzetting van de afgesproken koers en het voeren van een verantwoord strategisch financieel beleid van ons waterschap, stellen wij voor de voorliggende begroting overeenkomstig ons voorstel vast te stellen. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei -8- 1.2 Financiële samenvatting 1.2.1 De meerjarenraming 2014-2018 De meerjarenraming is de belangrijkste indicator om inzicht te krijgen in hoe de ontwikkeling in de jaren (trend) is van de structurele lasten ten opzichte van de structurele baten (de meerjarige Verlies- en Winstrekening). Niet meer en niet minder. De nauwkeurigheid dient daarom gerelativeerd te worden. De wetgever schrijft voor dat er sprake moet zijn van een structureel sluitende meerjarenraming (structurele exploitatielasten = structurele exploitatiebaten) en, als dat niet zo is, moeten we aangeven hoe we denken het evenwicht te herstellen. De provincie heeft in dit verband een toezichthoudende taak. Voorjaarsnota 2013 Op basis van de gemaakte afspraken en uitgezette financiële koers bij de begroting 2012/2013 en de voorjaarsnota 2013 kwamen we tot de volgende ontwikkeling van het belastingvolume ter dekking van de structurele kosten. Voor de duidelijkheid: met belastingvolume wordt niet bedoeld het tarief. Het belastingvolume is onderdeel van het dekkingsplan van de begroting dat tezamen met toepassing van de kostentoedelingsverordening leidt tot een bepaald belastingtarief om de dekking van de begroting te waarborgen. Structurele kosten te dekken uit belastingvolum e (x € 1.000) 2013 2014 2015 2016 2017 2018 Zuiveringstaak 28.438 28.376 28.302 28.693 29.090 p.m. % stijging zuiveringstaak t.o.v. voorgaande jaar 0,82% -0,22% -0,26% 1,38% 1,38% p.m. 24.694 25.478 26.286 27.120 27.981 p.m. 321 451 454 457 460 2 5 176 163 156 25.801 26.742 27.750 28.601 p.m. 4,48% 3,65% 3,77% 3,07% p.m. Watersysteemtaak Ontw ikkeling volgens begroting 2013-2017 Structurele ontw ikkelingen voorjaarsnota 2013 Kapitaallasten verkiezingen ¹ 24.694 % stijging w atersysteem t.o.v. voorgaande jaar Totaal te dekken kosten/belastingvolume 2013-2018 53.132 54.177 55.044 56.443 57.691 p.m. % stijging t.o.v. voorgaande jaar 1,90% 1,97% 1,60% 2,54% 2,21% p.m . ¹ alhoewel deze kosten rechtstreeks toegerekend worden aan de categorie ingezetenen (zie ook voorjaarnota 2013), werken de kosten verhogend op de totale kostenontwikkeling. Zoals in de voorjaarsnota 2013 aangegeven in de toelichting op de tabel op bladzijde 9, waren de kosten nog niet in de tabel in de voorjaarsnota opgenomen. Op grond van de Meerjarenbegroting 2013-2017 en de Voorjaarsnota 2013 hebben we afgesproken dat het totale belastingvolume voor 2014 zou mogen stijgen met bijna 2% en dat we uitgaan van een jaarlijks structureel dekkende begroting. Dit ligt ruim binnen de marge die op grond van het Bestuursakkoord door de Unie van Waterschappen is aangegeven. Van een gematigde stijging is sprake wanneer over de periode 2010-2020 de totale belastingomvang met maximaal 2,7% (exclusief inflatie) gemiddeld per jaar stijgt. Structureel te dekken kosten actuele meerjarenraming 2014-2018 Naar aanleiding van de behandeling van de Voorjaarsnota 2013 heeft uw algemeen bestuur besloten om uit te gaan van een jaarlijks structureel sluitende begroting. Enerzijds omdat er dan nog altijd sprake is van een zeer gematigde lastenontwikkeling en anderzijds omdat die koers een positief effect heeft op het EMU-saldo van zowel ons individuele waterschap als Nederland als totaal. Uitgaande van een jaarlijks structureel sluitende begroting met inbegrip van de ontwikkelingen en voorstellen zoals aangegeven in de Voorjaarsnota 2013 komen we tot het volgende scenario. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei -9- Structurele kosten te dekken uit belastingvolum e (x € 1.000) 2013 Zuiveringstaak 28.438 % stijging zuiveringstaak t.o.v. voorgaande jaar Watersysteem taak 24.694 % stijging w atersysteemtaak t.o.v. voorgaande jaar Structureel te dekken kosten/belastingvolume 2013-2018 % stijging t.o.v. voorgaande jaar 53.132 2014 2015 2016 2017 2018 28.105 28.105 28.355 28.607 28.863 -1,17% 0,00% 0,89% 0,89% 0,89% 25.801 27.024 27.650 28.663 29.668 4,48% 4,74% 2,32% 3,66% 3,51% 53.906 55.129 56.005 57.270 58.531 1,46% 2,27% 1,59% 2,26% 2,20% Op basis van de voorjaarsnota gingen we er van uit dat de totale lastendrukstijging in ons gebied tot en met 2017 met gemiddeld zo’n 2,1% per jaar zou toenemen. Op basis van de huidige inzichten komen we uit op een toename tot en met 2018 van zo’n 1,95% per jaar. De stijging van de totale lasten voor zowel 2014 als de jaren daarna, ligt ruim binnen de marge die op grond van het Bestuursakkoord door de Unie van Waterschappen is aangegeven. Grafiek: structureel te dekken kosten/belastingvolume 2014-2018 De lagere netto kostenontwikkeling in de voorliggende begroting wordt onder andere veroorzaakt door gunstigere financieringskosten, een lagere netto kostenontwikkeling bij het Waterschapsbedrijf Limburg en structurele voordelen door nieuwe toetreders tot de Gemeenschappelijke Regeling BsGW. Tegelijkertijd hebben we een aantal maatregelen genomen om de fundamenten onder onze begroting te verstevigen en hiermee onaangename verrassingen in de toekomst te voorkomen. Het verantwoorde en solide beleid zetten we hiermee voort. In de paragrafen hierna gaan we verder in op de ontwikkelingen naar taak. Zuiveringstaak Uw bestuur heeft bij de behandeling van de begroting 2013 onderschreven dat u zich kunt vinden in de uitgangspunten van het financiële beleid die wij hanteren als het gaat om de zuiveringsheffing. Die uitgangpunten zijn: aan het einde van de planperiode (2023) een structureel kostendekkend zuiveringstarief; aan het einde van de planperiode zo min mogelijk reserves en gedurende de planperiode alleen reserves opbouwen om het tarief gelijkmatig te kunnen laten stijgen over de jaren; een gematigde stijging van de zuiveringsheffing om de kostenstijging van het watersysteem te compenseren. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 10 - Onze inzet is het tarief voor de zuiveringsheffing tot en met 2015 gelijk te houden aan het tarief 2012. Uitgaande van een structureel sluitende begroting op de zuiveringstaak zal het belastingvolume stijgen van € 28,1 miljoen in 2014/2015, naar afgerond € 30 miljoen in 2023. Deze ontwikkeling is zo’n € 1,3 miljoen lager dan de ontwikkeling geschetst in de begroting 2013-2017 en de voorjaarnota 2013. Deze lagere ontwikkeling komt enerzijds door onder andere toepassing van nieuwe zuiveringstechnieken door het Waterschapsbedrijf Limburg, en anderzijds vanwege voordelen door nieuwe toetreders in de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen. Het voorgaande gecombineerd met de inzet van een tariefegalisatiereserve (mede ter afdekking van risico’s) zouden we in 2023 een structureel sluitende begroting kunnen bereiken door het belastingvolume van de zuiveringsheffing in de periode 2016-2023 met jaarlijks 0,89% te laten stijgen. Dat is een 0,5% per jaar lager dan we tot op heden vanuit waren gegaan. De voorliggende begroting is gebaseerd op een gelijkblijvend tarief van de zuiveringsheffing in 2012-2015 met een beperkte stijging in de jaren daarna. Om dat ook op basis van de juridische financiële grondslag voor bepaling van de belastingomvang mogelijk te maken, nemen wij voor het jaar 2014 (afgerond € 0,795 miljoen) een uitgavenpost ‘kosten taakontwikkeling zuiveringsbeheer’ op. Deze post is geoormerkt en niet feitelijk in te zetten en dient alleen om de afgesproken lijn met betrekking tot de zuiveringstarieven mogelijk te maken. Op basis van de jaarrekening 2014 storten we de niet gebruikte ruimte via resultaatbestemming in een bestemmingsreserve tariefegalisatie zuiveringsheffing. Watersysteemtaak Op basis van de ervaringscijfers en de forse verhoging van de sociale werkgeverslasten de afgelopen jaren, zijn de sociale werkgeverslasten structureel harder gestegen dan de stijging waarmee wij in onze begroting rekening hebben gehouden. Aan deze trend hadden wij ook in de begroting 2013 aandacht besteed. Om de stabiliteit en continuïteit van onze begroting te waarborgen is aanpassing van de raming noodzakelijk. We hebben daarom het budget voor de sociale werkgeverslasten met € 400.000 structureel extra verhoogd. Dit is passend in een solide financieel beleid. Daarnaast hebben we zoals aangekondigd in de nieuwsbrief voor het algemeen bestuur van 25 juni 2013, extra kosten opgenomen (€ 85.000 per jaar) ter uitvoering van het continuïteitsplan bij de uitval van ICT/Elektra,. Ook hebben we nu de kosten van de verkiezingen meerjarig doorgerekend. Daarnaast hebben wij gebruikt gemaakt van de ruimte ten opzichte van de voorjaarsnota om een additioneel bedrag van € 97.000 op te nemen om onze organisatie verder robuuster en toekomstbestendig te maken. We denken namelijk dat bijvoorbeeld als voorbereiding op de opgave die er onder andere ligt op het gebied van de waterkering, we aanvullende maatregelen moeten nemen om die opgave ook daadwerkelijk op een goede manier in te kunnen vullen. Hierbij kan men denken aan maatregelen op gebied van ICT, huisvesting, ondersteuning enzovoort. We kunnen die ontwikkeling of zelfs noodzaak niet negeren ofschoon we op dit moment niet exact kunnen aangeven hoe een en ander ingevuld moet worden. Ondanks de hiervoor beschreven ontwikkelingen valt de totale lastenontwikkeling in ons gebied nog altijd lager uit dan de te verwachten inflatie (2%). Bijzondere posten watersysteemtaak 2014-2018 (getallen x € 1.000) 2014 2015 2016 2017 2018 Incidentele taakontwikkeling watersysteem ¹ 395 395 395 395 395 Structurele taakontwikkeling watersysteem ² 845 972 980 983 986 1) 2) Door de toetreding van de ‘Libel’ gemeenten tot de BsGW kunnen we de komende jaren beschikken over meer incidentele middelen dan gedacht. Het beslag op de reserves ter dekking van incidentele ontwikkelingen zoals geschetst in de voorjaarsnota, wordt hierdoor lager. Dit zijn de aangegeven structurele kosten van de voorstellen volgens de voorjaarsnota 2013. Voor 2014 is dat € 985.000 plus € 85.000 structureel n.a.v. het continuïteitsplan, plus € 97.000 voor het robuuster maken van de organisatie, minus de voorstellen waarvoor een alternatieve dekking voorhanden is (€322.000). De eerder gereserveerde vrijgemaakte ruimte uit het ombuigingspakket II is opgegaan in deze post. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 11 - Meerjarenbegroting 2014-2018 De afgelopen periode hebben we op basis van de meest recente ontwikkelingen de meerjarenraming opnieuw opgebouwd en aangepast. De meerjarenraming is geen statisch instrument maar een dynamisch instrument. De dynamiek kan door allerlei ontwikkelingen groot zijn waardoor aanpassing of bijsturing van het strategisch financieel beleid gewenst of zelfs noodzakelijk is. De actuele meerjarenraming ziet er uit als volgt: Meerjarenraming (x € 1.000) Raming Raming Raming Raming Raming Raming 2013 Raming (incl. wijz) 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2.963 2.930 3.306 3.610 3.912 4.262 4.651 14.259 14.669 14.323 14.550 14.789 15.130 15.357 29.013 29.013 29.887 31.253 31.575 31.998 32.430 4.905 5.043 5.050 5.130 5.353 5.430 5.047 0 0 0 0 0 0 0 5.386 5.013 5.299 4.713 4.773 4.850 4.820 56.526 56.668 57.865 59.256 60.402 61.670 62.305 Lasten P ro gramma Waterkering P ro gramma Watersysteem o p o rde: geschikt vo o r gro ndgebruik P ro gramma Watersysteem o p o rde: herstelde watersystemen P ro gramma B estuur, co mmunicatie, heffingen en veiligheid P ro gramma B edrijfsvo ering (*) P ro gramma Co ncern-/administratieve po sten To taal lasten (A ) B aten 0 0 0 0 0 0 0 532 512 512 512 512 512 512 P ro gramma Waterkering P ro gramma Watersysteem o p o rde: geschikt vo o r gro ndgebruik P ro gramma Watersysteem o p o rde: herstelde watersystemen P ro gramma B estuur, co mmunicatie, heffingen en veiligheid P ro gramma B edrijfsvo ering (*) P ro gramma Co ncern-/administratieve po sten (exclusief belastingen jaar x) To taal baten (B ) 50 50 50 50 50 50 50 303 303 722 722 722 722 308 0 0 0 0 0 0 0 2.145 2.308 2.418 2.468 2.774 2.804 2.826 3.030 3.173 3.702 3.752 4.058 4.088 3.696 5 3 .4 9 6 5 3 .4 9 5 5 4 .16 3 5 5 .5 0 4 5 6 .3 4 4 5 7 .5 8 2 5 8 .6 0 9 T e de k k e n k o s t e n zuiv e rings t a a k 2 8 .4 3 8 2 8 .4 3 8 2 8 .10 5 2 8 .2 6 9 2 8 .4 9 4 2 8 .7 9 1 2 8 .8 6 3 T e de k k e n k o s t e n wa t e rs ys t e e m t a a k 2 5 .0 5 8 2 5 .0 5 7 2 6 .0 5 8 2 7 .2 3 5 2 7 .8 5 0 2 8 .7 9 1 2 9 .7 4 6 364 364 257 375 339 3 12 78 0 0 0 0 0 0 0 D e k k ing uit be la s t inge n 5 3 .13 2 5 3 .13 2 5 3 .9 0 6 5 5 .12 9 5 6 .0 0 5 5 7 .2 7 0 5 8 .5 3 1 T o taal 5 3 .4 9 6 5 3 .4 9 6 5 4 .16 3 5 5 .5 0 4 5 6 .3 4 4 5 7 .5 8 2 5 8 .6 0 9 T e de k k e n k o s t e n/ s a ldi m e e rja re nra m ing ( A - B ) Wa a rv a n: D e k k ing: D e k k ing uit s pe c if ie k e be s t e m m ings re s e rv e s D e k k ing uit be s t e m m ings re s e rv e t a rie f s e ga lis a t ie (*) = de bruto lasten en baten van het programma Bedrijfsvoering maken, via een doorverdeling naar de overige programma’s, al onderdeel uit van de gepresenteerde kosten per programma. Wanneer deze afzonderlijk vermeld zouden worden, is er sprake van een dubbeltelling. In de meerjarenraming hebben wij gerekend met een loon- en prijsontwikkeling van 2%. Deze inschatting vormt een risico in de meerjarenraming. Géén rekening hebben wij gehouden met groei van het areaal. Daarnaast hebben wij wel rekening gehouden met de meerjarige lasten van het investeringsplan voor zowel de afschrijvingslasten als de financieringslasten. Hierin begrepen: een investeringsvolume van € 3 miljoen (netto) per jaar in projecten watersystemen om de dekking van die investeringen te garanderen en gelijkmatig door te berekenen in de tarieven; de te betalen jaarlijkse bijdrage aan de uitvoering van het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP), die we aanmerken als een jaarlijkse investering. De bijdrage van ons waterschap aan het HWBP is het gevolg van het gesloten Bestuursakkoord Water. Een en ander om de Rijksbegroting structureel met € 181 miljoen te verlichten. In onze meerjarenraming is rekening gehouden met een bijdrage 2011-2013 van € 1,85 miljoen, 2014 € 2,99 miljoen oplopend tot jaarlijks € 4,13 miljoen met ingang van 2015. Met ingang van 2017 hebben wij rekening houden met de invoering van een eigen projectgebonden bijdrage waardoor het bedrag volgens onze huidige berekeningen oploopt tot zo’n € 5,3 miljoen; de structurele en incidentele effecten als gevolg van nieuwe toetreders tot de Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen per 1 januari 2014. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 12 - De te dekken kosten in de periode 2014-2018 lopen op van € 53,5 miljoen in 2013, naar € 58,6 miljoen in 2018 (+ € 5,1 miljoen = + 9,55%). Dat is over de hele periode een jaarlijkse groei van 1,85% per jaar. Dit is op basis van het huidig inzicht. De te dekken structurele lasten nemen volgens ons op basis van voortschrijdend inzicht en risico’s eerder toe dan af. Het strategisch financieel beleid dient daarom periodiek heroverwogen te worden. Te dekken kosten uit belastingen Om de begroting structureel sluitend te houden zou het totale belastingvolume in ons gebied van € 53,1 miljoen in 2013, moeten stijgen naar € 58,5 miljoen in 2018. Dit een stijging van € 5,4 miljoen over een periode van vijf jaren. De stijging van de totale lastendruk in ons gebied zou in die periode daarom uitkomen op zo’n 1,95% per jaar. Afgezet tegen de landelijke opvatting over wat een gematigde stijging is (2,7% gemiddeld per jaar exclusief inflatie) voldoen we ruimschoots aan het verwachtingspatroon. De uitsplitsing van de structureel te dekken kosten vanaf 2014 naar taak, gecorrigeerd voor de incidentele kosten in de exploitatie die we uit de reserves halen (2014 € 257.000), is als volgt: Structurele kosten te dekken uit belastingvolum e (x € 1.000) 2013 Zuiveringstaak 28.438 % stijging zuiveringstaak t.o.v. voorgaande jaar Watersysteem taak 24.694 % stijging w atersysteemtaak t.o.v. voorgaande jaar Structureel te dekken kosten/belastingvolume 2013-2018 % stijging t.o.v. voorgaande jaar 53.132 2014 2015 2016 2017 2018 28.105 28.105 28.355 28.607 28.863 -1,17% 0,00% 0,89% 0,89% 0,89% 25.801 27.024 27.650 28.663 29.668 4,48% 4,74% 2,32% 3,66% 3,51% 53.906 55.129 56.005 57.270 58.531 1,46% 2,27% 1,59% 2,26% 2,20% Om de begroting structureel sluitend te houden in 2014, zou het totale belastingvolume 2014 (watersysteemen zuiveringsheffing) met 1,46% moeten stijgen. Omdat gegeven het Bestuursakkoord de watersysteemheffing en de zuiveringsheffing niet los van elkaar gezien moeten worden (als ook andere heffingen in de afvalwaterketen), is er ons inziens sprake van een gematigde stijging van de lastendruk in ons gebied voor zover die door onszelf direct beïnvloedbaar is. Binnen de scope van de huidige meerjarentermijn voldoen we hiermee aan het uitgangspunt van het Bestuursakkoord Water. De kosten die we structureel dekken uit het belastingvolume van de zuiveringsheffing dalen met 1,17% ten opzichte van 2013. Dit is de uitwerking van de bestuurlijke afspraak om het belastingtarief voor de zuiveringsheffing in de periode 2012-2015 gelijk te houden. Doordat we tegelijkertijd een afname verwachten het aantal vervuilingseenheden, moeten we ook het belastingvolume laten dalen omdat we anders voor 2014 rekenkundig niet op hetzelfde tarief uit kunnen komen als in 2012/2013. Vanaf 2016 is het nodig om het belastingvolume voor de zuiveringsheffing jaarlijks met zo’n 0,89% te verhogen. Dit om de begroting van de zuiveringstaak op termijn (2023) structureel sluitend te houden. 1.2.2 Dekkingsplan 2014-2018 Waterzuiveringstaak Wij stellen voor het belastingvolume van de zuiveringsheffing 2014 te verlagen van € 28.437.937 in 2013 naar € 28.104.825 in 2014, een daling van 1,17%. De structurele lasten en baten zijn zo in evenwicht. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 13 - Watersysteemtaak In 2011 en 2012 heeft uw algemeen bestuur een solide financiële basis gelegd voor de ambitie en taakuitvoering van het waterschap. In 2013 is deze lijn doorgetrokken. Om onze begroting op orde te houden en tegelijkertijd het fundament daaronder te verstevigen, stellen we voor het belastingvolume voor de watersysteemtaak te laten groeien van € 24.694.024 in 2013 naar € 25.800.871 in 2014. Dit is een stijging van 4,48%. Hierdoor blijft onze begroting structureel in evenwicht. Een en ander overeenkomstig de Voorjaarsnota 2013. Samenvatting dekkingsvoorstel begroting 2014 Op grond van het voorgaande stellen wij voor: het belastingvolume 2014 voor de zuiveringsheffing vast te stellen op € 28.104.825; het belastingvolume 2014 voor de watersysteemheffing vast te stellen op € 25.800.871; de resterende nog niet gedekte incidentele kosten watersysteem (€ 256.981), te halen uit de specifiek daarvoor gevormde bestemmingsreserves. Een en ander overeenkomstig in het verleden genomen besluiten. Het totale belastingvolume 2014 (zuiverings- en watersysteemheffing) komt hiermee op € 53.905.696. Wat dit betekent voor de tarieven en voor de belastingdruk, is uitgewerkt in paragraaf 2.2 ‘Waterschapsbelastingen’. 1.2.3 De begroting van kosten- en opbrengstensoorten 2014 Kostensoorten: de lasten (x € 1.000) Cat. Rekening Begroting 2012 2013 Begroting 2014 Lasten 41 To taal rente en afschrijvingen 42 To taal perso neelslasten 43 To taal go ederen en diensten derden 43a To taal go ederen en diensten WB L en B sGW 44 To taal bijdrage aan derden 45 To taal to evo egingen aan vo o rzieningen / o nvo o rzien Totaal Lasten Opbrengstsoorten: de baten (x € 1.000) Cat. Begroting (incl. wijz) 2013 5.432 7.162 6.935 7.355 13.296 12.940 12.902 13.455 7.306 7.131 7.523 7.416 28.313 27.793 27.793 27.352 193 91 89 280 654 1.408 1.427 2.007 55.194 56.525 56.669 57.865 Rekening Begroting Begroting 2012 2013 Begroting (incl. wijz) 2013 2014 Baten 81 To taal financiële baten 818 673 835 842 82 To taal perso nele baten 115 0 0 0 83 To taal go ederen en diensten aan derden 2.321 747 727 1.146 84 To taal bijdragen van derden -32 0 0 0 85 To taal waterschapsbelastingen 51.844 52.851 52.851 53.609 86 To taal interne verrekeningen 2.033 1.890 1.892 2.011 57.099 1.905 56.161 -364 364 0 56.305 -364 364 0 57.608 -257 257 0 Totaal Baten Saldo baten minus lasten/te dekken kosten Dekking uit specifieke bestemmingsreserves Dekking exploitatiesaldo uit overige reserves De totale lasten 2014 stijgen ten opzichte van de (primitieve) begroting 2013 met € 1.340.000 (2,37%). De stijging is beperkt en is tot stand gekomen door: (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 14 - een stijging van de kapitaallasten (€ 193.000) als gevolg van uitvoering van het investeringsplan. Inbegrepen de (verhoging van de) bijdrage aan het Hoogwaterbeschermingsprogramma 2014; een stijging van de totale personeelslasten met in totaal € 515.000, waarvan € 400.000 als gevolg van een noodzakelijke aanpassing van het budget voor sociale werkgeverslasten. De resterende stijging is vooral het gevolg van de indexering met 2% van de personeelslasten (€ 250.000). Daar staat tegenover dat we de kosten van een aantal bedrijfsvoeringsmaatregelen niet meer hebben geraamd (€ 138.000); een stijging van de kosten van goederen en diensten geleverd door derden met € 286.000. Een bedrag van € 148.000 heeft betrekking op de regulier doorgerekende prijsinflatie 2014 (2%). Daarnaast zijn de budgetten voor energiekosten (€ 39.000), water aan- en afvoer op grond van het gesloten Waterakkoord € 60.000, en de borging van de calamiteitenzorg 75.000 (post nieuw beleid) verhoogd. Een positief effect heeft gehad de verdere verlaging van de laboratoriumkosten met € 20.000. De overige wijzigingen hebben nog per saldo een verlaging van € 16.000 opgeleverd; een stijging van de bijdrage aan het Waterschapsbedrijf Limburg met € 630.000. Hier staat tegenover dat het bedrag op de post ‘taakontwikkeling zuiveringsbeheer’ met € 998.000 is verlaagd om de afgesproken tariefontwikkeling te kunnen realiseren. De structurele bijdrage aan de Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen (BsGW) zal in 2014 verder dalen met € 74.000 ten opzichte van de primitieve begroting 2013. Dit vanwege nieuwe toetreders tot de gemeenschappelijke regeling en verruiming van betaalde dienstverlening (uitvoering parkeerbelasting); het opvoeren van een tegemoetkoming in de frictiekosten van de ‘Libel-gemeenten’ van € 190.000; verhoging van de post ‘incidentele taakontwikkeling watersysteem’ met € 148.000 als gevolg van nieuwe toetreders tot de BsGW; verhoging van de post ‘structurele taakontwikkeling watersysteem’ met € 445.000 op grond van de afgesproken financiële koers/ruimte bij de voorjaarsnota. Pas wanneer er een bestuursbesluit genomen is over de inzet van deze posten, gaan we de budgetten vrijgegeven; overige per saldo een stijging van € 5.000. De totale baten 2014, exclusief belastingvolume 2014, zijn met € 672.000 gestegen ten opzichte van de oorspronkelijke begroting 2013 ten gevolge van: de hogere bespaarde rente eigen financieringsmiddelen (€ 169.000 voordeel) vanwege het meer ter beschikking hebben van eigen financieringsmiddelen (reserves en voorzieningen); het verlagen van de structurele legesopbrengsten met € 50.000 (nadeel) vanwege de in de legesverordening opgenomen vrijstellingen (besluit algemeen bestuur 21 november 2012); een hogere bijdrage derden (€ 30.000) vanwege water aan- en afvoer uit hoofde van het gesloten Waterakkoord; extra inkomsten vanwege te ontvangen ‘entreegelden’ € 419.000 van nieuwe toetreders per 1 januari 2014 tot de Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen; verhoging baten omdat we meer kosten weg kunnen schrijven naar investeringsprojecten (€ 119.000). Een en ander overeenkomstig de bestaande gedragslijn; stijging van het bedrag voor kwijtschelding en oninbaarheid met € 15.000 (nadeel) ten opzichte van 2013. Voor meer gedetailleerde cijfers met toelichting verwijzen we naar het hoofdstuk van de kostensoorten. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 15 - 1.2.4 Vermogenspositie Weerstandsvermogen In juli 2005 heeft uw bestuur de nota ‘Reserves en voorzieningen’ vastgesteld. In deze nota zijn normen opgenomen voor de hoogte van onze algemene reserves. De algemene reserves worden geacht aan de maat te zijn, wanneer deze een omvang hebben van minimaal 5% en maximaal 10% van de structurele netto kosten van een taak. Het streefniveau is 7,5%. Op basis van de begroting 2014 bedraagt het (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 16 - percentage van het weerstandsvermogen afgezet tegen de structurele kosten van de watersysteemtaak 7,27% en die van de zuiveringstaak 8,01%. We voldoen hiermee aan onze eigen normering. Het eigen vermogen (algemene en bestemmingsreserves) bedraagt per einde 2014 circa € 14,9 miljoen op een verwacht balanstotaal van ongeveer € 73,5 miljoen (20,2% van het verwachte balanstotaal). 1.2.5 Conclusie ten aanzien van de financiële positie De financiële positie moet in samenhang worden gezien met de ontwikkeling van structurele lasten en baten (meerjarenraming), de vermogenspositie en de mogelijkheden tot kostenbeheersing in relatie tot taakuitvoering. De meerjarenraming is de belangrijkste indicator. De meerjarenraming is een prognose van de meerjarige Verlies- en Winstrekening. Een exploitatie die structureel op orde is, is de beste garantie voor de continuïteit (ook in politiek bestuurlijke zin) van een overheidsbedrijf. Een structureel sluitende meerjarenraming en het eventueel nemen van maatregelen om het evenwicht te herstellen, worden onderschreven/geëist door de wetgever. Enerzijds vanwege het streven naar een structureel financieel gezonde overheid, anderzijds vanwege het nakomen van afspraken op Europees niveau (Economische en Monetaire Unie (EMU)). Uit de analyse van de meerjarenraming maken wij op dat we onze kosten, voor zover door ons zelf beïnvloedbaar, beheersen en dat de totale lastendrukstijging voor de inwoners in ons gebied de komende jaren gematigd is. Ons inziens hebben we een solide begroting met een goed en stevig fundament om van daaruit ons verder te ontwikkelen en invulling te geven aan de visie op waterbeheer in Limburg. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 17 - Begroting 2014 naar kosten en opbrengsten en de financiële positie (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 18 - 2 Begroting 2014 naar kosten en opbrengsten en de financiële positie 2.1 Begroting 2014 naar kosten- en opbrengstensoorten Kostensoorten (de lasten) R e k e ning 2 0 12 B e gro t ing 2 0 13 B e gro t ing 2 0 13 ( inc l wijziginge n) B e gro t ing 2 0 14 Catego rie (€) (€) (€) (€) 4101 Externe rentelasten 1.096.186 2.179.319 1.697.514 1.899.421 4102 Interne rentelasten 817.527 632.653 795.267 801.775 3.518.405 4.350.232 4.442.677 4.653.676 5.432.118 7.162.204 6.935.458 7.354.872 Lasten 41 Rente en afschrijvingen 4103 A fschrijvingen van activa To taal 42 P erso neelslasten 4201 Salarissen huidige perso neel en bestuurders 9.175.114 9.874.847 9.843.047 9.847.018 4201 Salarissen team dijkverbetering 0 202.955 202.955 222.046 4202 B edrijfsvo eringsmaatregelen 0 115.585 115.585 0 2.070.029 1.816.542 1.808.592 2.264.667 42.844 4202 So ciale lasten 4202 So ciale lasten team dijkverbetering 0 39.512 39.512 4202 B edrijfsvo eringsmaatregelen 0 22.709 22.709 0 500.067 599.149 561.149 564.474 1.433.900 130.750 170.500 118.000 116.489 138.000 138.000 138.000 4204 Overige perso neelslasten 4205 P erso neel van derden 4206 Uitkeringen vo o rmalig perso neel en bestuurders Structurele lo o n- en prijso ntwikkeling 2014 (2%) To taal 0 0 0 258.041 13.295.598 12.940.049 12.902.049 13.455.090 43 Go ederen en diensten van derden 4301 Duurzame gebruiksgo ederen 420.130 418.083 416.083 415.083 4302 Overige gebruiks- en verbruiksgo ederen 396.984 358.489 338.489 342.929 4303 Energie 464.388 380.948 442.948 419.948 4304 Huur en pachten 461.203 491.388 491.388 491.988 4307 Verzekeringen 167.137 167.711 162.711 168.261 65.515 47.285 47.285 46.535 4309 Onderho ud do o r derden 1.965.470 1.870.109 1.921.359 1.917.709 4310 Overige diensten do o r derden 4308 B elastingen 3.364.914 3.151.103 3.571.804 3.315.153 P rijso ntwikkeling t/m 2013 0 245.673 130.973 150.973 P rijso ntwikkeling 2014 0 0 0 147.676 7.305.741 7.130.789 7.523.040 7.416.255 26.338.091 24.235.475 24.235.475 24.865.487 0 1.792.990 1.792.990 795.050 74.531 0 0 0 To taal 43a Waterschapsbedrijf Limburg en B elastingsamenwerking B sGW 4310a B ijdrage Waterschapsbedrijf 4310a Ko sten taako ntwikkeling zuiveringsbeheer 4310b Verevening ko sten WB L met Ws Ro er en Overmaas 4310c B ijdrage B elastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen To taal 1.900.832 1.764.592 1.764.592 1.690.951 28.313.454 27.793.057 27.793.057 27.351.488 159.519 60.500 60.500 63.500 0 0 0 189.617 44 B ijdrage aan derden 4402 A an o verheden 4402 B ijdrage in frictieko sten Libel 4403 A an o verigen To taal 33.634 30.250 28.250 27.000 193.153 90.750 88.750 280.117 45 To evo egingen aan vo o rzieningen / o nvo o rzien 4501 A an vo o rzieningen 653.819 536.000 536.000 536.000 4502 Onvo o rzien 0 226.440 611.988 230.969 4502 Incidentele taako ntwikkeling watersysteem 0 247.000 107.000 395.000 4502 Structurele taako ntwikkeling watersysteem 0 400.000 171.560 845.000 653.819 1.409.440 1.426.548 2.006.969 5 5 .19 3 .8 8 3 5 6 .5 2 6 .2 8 9 5 6 .6 6 8 .9 0 2 5 7 .8 6 4 .7 9 1 To taal T o t a a l La s t e n (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 19 - Opbrengstensoorten (de baten) R e k e ning 2 0 12 B e gro t ing 2 0 13 B e gro t ing 2 0 13 ( inc l wijziginge n) B e gro t ing 2 0 14 Catego rie (€) B aten (€) (€) (€) 81 Financiële baten 8101 Externe rentebaten 8102 Interne rentebaten 112 40.000 40.000 40.000 817.527 632.653 795.266 801.775 8103 Dividenden en bo nusuitkeringen 0 0 0 0 817.639 672.653 835.266 841.775 8201 B aten salarissen / so ciale lasten 97.845 0 0 0 8202 Uitlening perso neel 17.550 0 0 0 115.394 0 0 0 8301 Verko o p gro nd 12.235 50.000 50.000 50.000 8302 Verko o p duurzame go ederen 91.737 0 0 0 0 0 0 0 83 0 0 0 2.216.451 696.600 676.600 1.095.989 2.320.506 746.600 726.600 1.145.989 -28.502 0 0 0 -3.000 0 0 0 -31.502 0 0 0 To taal 82 P erso neel baten To taal 83 Go ederen en diensten aan derden 8303 Verko o p o verige go ederen 8304 Opbrengsten uit gro nd en water 8306 Diensten vo o r derden To taal 84 B ijdragen van derden 8401 Van o verheden 8402 Van o verigen To taal 85 Waterschapsbelastingen 13.338.000 13.872.027 13.872.027 14.486.327 8502 Opbrengst watersysteemheffing ingezetenen 8501 Opbrengst waterssyteemheffing gebo uwd 7.233.000 7.318.101 7.318.101 7.650.155 8503 Opbrengst watersysteemheffing o ngebo uwd 3.097.000 3.447.896 3.447.896 3.606.176 61.000 56.000 56.000 58.213 8.612.000 8.685.600 8.685.600 8.315.475 19.789.000 19.752.336 19.752.336 19.789.350 -1.209.000 -1.081.420 -1.081.420 -1.097.148 923.439 800.000 800.000 800.000 51.844.439 52.850.540 52.850.540 53.608.548 8504 Opbrengst watersysteemheffing natuur 8506 Opbrengst zuiveringsheffing bedrijven 8507 Opbrengst zuiveringsheffing huisho udens 4503/04 Kwijtschelding en o ninbaarverklaring 8507 B elastingo pbrengsten vo o rgaande jaren To taal 86 Interne verrekeningen 8601 Onttrekkingen aan vo o rzieningen 8603 Geactiveerde lasten 396.864 138.000 138.000 138.000 1.635.868 1.754.017 1.754.017 1.873.498 2.032.731 To taal T o taal B aten S a ldo ba t e n m inus la s t e n ( re s ult a a t ) 1.892.017 1.892.017 2.011.498 5 7 .0 9 9 .2 0 8 5 6 .16 1.8 10 5 6 .3 0 4 .4 2 3 5 7 .6 0 7 .8 10 1.9 0 5 .3 2 6 - 3 6 4 .4 7 9 - 3 6 4 .4 7 9 - 2 5 6 .9 8 1 3 6 4 .4 7 9 3 6 4 .4 7 9 2 5 6 .9 8 1 D e k k ing uit s pe c if ie k e be s t e m m ings re s e rv e s In de tabellen vergelijken we (conform de voorschriften) de jaarrekening 2012, de begroting 2013, de gewijzigde begroting 2013 en de begroting 2014 met elkaar. In de begroting 2014 zijn de ontwikkelingen tot en met medio 2013 verwerkt. De bruto lasten stijgen ten opzichte van de (oorspronkelijke) begroting 2013 van € 56.526.000 naar € 57.865.000 (+2,37%). 2.1.1 Toelichting op de kostensoorten (de lasten) Deze paragraaf geeft een korte toelichting op de soorten kosten binnen onze exploitatiebegroting. Rente en afschrijvingen De kosten van rente en afschrijving bedragen € 7.354.872 (begroting 2013: € 7.162.204). De kosten van rente en afschrijving hebben betrekking op de in het verleden gedane investeringen en geplande investeringsprojecten 2014 (meerjarig investeringsprogramma (MIP)). De afschrijvingskosten bedragen € 4.653.676 en de rentekosten € 2.701.196. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 20 - Een groot gedeelte van het investeringsprogramma is gebaseerd op de projecten van ons Integraal Waterbeheerplan (vanaf 2012 € 3 miljoen per jaar). Bij uitvoering van projecten nemen de jaarlijkse kapitaallasten sneller toe dan de vrijval uit oude projecten is. Met het oog op kostenbeheersing en kostenbeperking hebben we het investeringsvolume in watersysteemprojecten gefaseerd afgebouwd van € 5 miljoen in 2010, naar € 4 miljoen in 2011 en € 3 miljoen vanaf 2012. Dit heeft een positief effect gehad op ons EMU saldo van ons waterschap mede waardoor het nemen van aanvullende maatregelen op dat vlak nu niet nodig is. De jaarlijkse stijging van de kapitaallasten zet in de toekomst door. Dit komt doordat we elk jaar opnieuw investeren en dat tegelijkertijd de vrijvallende kapitaallasten uit oude investeringen gering zijn. Ook de jaarlijks te betalen bijdrage aan het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP) vanaf 2011 heeft een verhogend effect op de kapitaallastenontwikkeling. De bijdrage is met ingang van 2014 verhoogd van € 1,850 miljoen naar € 2,99 miljoen in 2014. Overeenkomstig het Bestuursakkoord stijgt de totale bijdrage van de waterschappen aan het HWBP in 2014 van € 81 miljoen naar € 131 miljoen. In de voorjaarsnota 2012 zijn we uitvoerig ingegaan op de kapitaallastenontwikkeling op lange termijn. Afschrijvingen De afschrijvingskosten 2014 stijgen ten opzichte van 2013 vanwege de doorberekening van de lasten van de investeringsplanning die hoger zijn dan de vrijval van afschrijvingen uit oude investeringen. Rente Bij het opmaken van de begroting houden we vooraf rekening met de rentelast van de financiering van nieuwe investeringen. Het aantrekken van een externe geldlening levert dus geen extra lasten op voor de begroting, tenzij we meer moeten aantrekken dan vooraf voorzien. In de begroting 2014 hebben we er rekening mee gehouden dat de externe financieringsbehoefte vanwege gepleegde en nieuwe investeringen circa € 22 miljoen bedraagt. Die behoefte is lager dan in de begroting 2013 (€ 34,5 miljoen) omdat we in 2013 in totaliteit voor € 11 miljoen aan langlopende geldleningen hebben opgenomen. Ook omdat de marktomstandigheden daarvoor gunstig waren. Vanwege spreiding van het renterisico zijn we geldleningen met verschillende looptijden aangegaan. We hebben de gemiddelde financieringskosten per € 1 geïnvesteerd vermogen (=rente omslagrentepercentage) ver kunnen verlagen naar 3,88% (2013: 4,06%). In de Wet Financiering Decentrale Overheden (Wet Fido) staan heldere regels over wanneer een geldlening aangetrokken moet worden. Daarnaast hebben we nog nadere regels gesteld ten aanzien van het risicogedrag in de verordening beleids- en verantwoordingsfunctie Waterschap Peel en Maasvallei 2009. Ons beleid is gericht op het financieren van activiteiten tegen zo laag mogelijke financieringskosten. De financieringsbehoefte neemt afhankelijk van de omvang van het meerjarig investeringsprogramma jaarlijks toe. Daarnaast stijgen de externe rentelasten door de verwachte afname van de eigen financieringsmiddelen (reserves en voorzieningen). Dit mede als gevolg van de besteding van de reserves naar aanleiding van besluitvorming door het algemeen bestuur op 6 oktober 2010 (inzet vrij aanwendbare deel van de reserves). Hierdoor moeten we meer met geldleningen gaan financieren. Interne rentelasten De interne rentelasten betreffen een ‘fictieve’ rentevergoeding aan de reserves en voorzieningen op basis van de verwachte stand op 1 januari van het betreffende begrotingsjaar. Hierbij houden we rekening met het verwachte rekeningsaldo van het lopende jaar. De verwachte omvang per 1 januari 2014 waarover de interne rentelast is berekend, bedraagt afgerond € 20 miljoen. Op basis van een rentepercentage van 4,0% rekenen we circa € 801.775 toe aan onze reserves en voorzieningen, als ware het externe financieringsmiddelen. Dit is afgerond € 169.000 hoger dan het bedrag voor 2013. Per saldo heeft het (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 21 - voorgaande geen invloed op de begroting, omdat we de berekende fictieve rentekosten weer volledig als bespaarde rente (vanwege het hebben van eigen financieringsmiddelen) terugsluizen naar de exploitatie als ‘fictieve’ batenpost (zie interne rentebaten). Het opnemen van deze posten is een wettelijke verplichting. Personeelslasten De geraamde bestuurs- en personeelslasten betreffen alle lasten die verband houden met het huidige en voormalige bestuur en personeel. Hierbij horen het salaris met vaste toelagen van het personeel en bestuur, de uitkeringen en pensioenen ten behoeve van voormalig personeel en de daarop betrekking hebbende sociale lasten. Ook horen hierbij de uitgaven die voortvloeien uit diverse vergoedingsregelingen. We ramen de personeelslasten 2014 op totaal € 13.455.090 (2013: € 12.940.049). Dit is een stijging van € 515.041. Gecorrigeerd voor het vervallen van de incidentele post 2013 (€ 138.294 maatregelen in de bedrijfsvoering) in de jaarschijf 2014, bedraagt de feitelijke stijging € 653.335 (€ 515.041 + €138.294). Salarissen huidig personeel en bestuurders De salarissen en vergoedingen van personeel en bestuur worden in 2014 geraamd op € 9.847.018. In 2013 was dat aanvankelijk € 9.874.847. Per saldo een daling van afgerond € 27.000. De daling is een resultante van: een stijging van ca. € 60.000 vanwege de doorgroei in de functieschalen voor dat deel van de personeel dat nog niet op het maximum van de schaal zit. Dit is in lijn met uitgangspunten zoals verwoord in de voorjaarsnota 2013; een daling van de kosten vanwege een lagere loonwikkeling 2012/2013 omdat de uitwerking van de CAO 2012/2013 nu exacter doorgerekend kon worden. Ten tijde van het opstellen van de salarisbegroting 2013 (april 2012) waren we uitgegaan van een de reguliere indexering van 2% per jaar omdat de CAO toen nog niet bekend en akkoord was. De uitkomsten van de huidige raming onderschrijven de realiteitswaarde van de destijds gedane aanname. In 2014 is de formatie, exclusief team dijkverbetering (3 fte), geraamd op 175,50 fte (2013: 174,91). De formatie ter ondersteuning van het bestuur is uitgebreid met 0,39fte. Verder is overeenkomstig de eerste Bestuursrapportage 2012 ten behoeve van het beheer en ondersteuning van de ipads, de functie van de systeembeheerder met 0,2 fte uitgebreid. Voor het overige hebben er als gevolg van de dynamiek in de taakuitvoering, verschuivingen voorgedaan binnen de totale organisatie zonder dat dit heeft geleid tot verruiming van de formatie. Het is wel zo dat door de uitwerking van de voorstellen/ontwikkelingen in de voorjaarsnota 2013, de formatie uiteindelijk hoger zal worden. Gedurende 2014 zal een en ander duidelijker worden. Salarissen team dijkverbetering Om de kosten van dijkverbetering transparant te maken hebben wij ervoor gekozen de kosten die ten laste komen van de subsidie van het Rijk (‘de € 42 miljoen’) afzonderlijk zichtbaar te maken. De geraamde kosten 2013/2014 hebben betrekking op 3 fte, die het team dijkverbetering vormen binnen de afdeling Projecten en Veiligheid. De kosten worden niet doorgerekend in de waterschapstarieven. Sociale lasten De sociale werkgeverslasten zijn een afgeleide van de berekende bruto loonkosten en overige vergoedingen waarover we wettelijke sociale werkgeverslasten zijn verschuldigd. In de begroting 2013 hadden we in de risicoparagraaf al aangegeven dat het percentage van de sociale lasten harder is gestegen (tot 27%) dan de stijging waarmee wij in de begroting rekening hebben gehouden (20%). Op basis van de realisatiecijfers ‘leek’ er op eerste het gezicht geen probleem te zijn. Doordat de formatie nooit 100% bezet is geweest, kwamen we tóch met het ‘te laag’ geraamde budget voor sociale lasten weg. In de jaarrekening 2012 (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 22 - hebben we echter een omslagpunt geconstateerd dat we ook daar niet meer van uit kunnen gaan. Het verschil en het risico is inmiddels dermate groot geworden dat structurele aanpassing van het budget een noodzakelijke maatregel is. We hebben daarom het budget voor de sociale werkgeverslasten naast het uitgangspunt van de norm van 20% genoemd in de voorjaarsnota 2013, structureel extra verhoogd met € 400.000. Sociale lasten team dijkverbetering Hier zijn de sociale werkgeverslasten opgenomen die betrekking hebben op het team dijkverbetering. Overige personeelslasten Onder deze post zijn kosten geraamd van bijvoorbeeld werving en selectie, opleidingen, seminars, arbomaatregelen, geneeskundige dienst en de exploitatiekosten van het bedrijfsrestaurant. Personeel van derden Het geraamde budget heeft met name betrekking op personeel van derden bij het uitvoeren op onderdelen van het ICT beheer. Voor vervanging van personeel bij (langdurige) ziekte, zwangerschapsverlof en dergelijke, hebben wij geen vervangingsbudget geraamd (bedrijfsrisico). Uitkeringen voormalig personeel en bestuurders Dit betreft de verwachte kosten van wachtgeld- en pensioenverplichtingen voormalig bestuur. Deze worden afgedekt uit een speciaal daarvoor gevormde voorziening (verplicht). Stelpost loon- en prijsontwikkeling In de voorjaarsnota 2013 is aangegeven dat we rekening houden met een structurele loon- en prijsstijging op de personeelslasten van 2% ten opzichte van 2013. De indexering is niet alleen bedoeld voor dekking van de stijging van kosten van het bruto loon uit hoofde van het nog nieuw uit te onderhandelen CAO akkoord ingaande 2014, maar ook voor stijging van kosten als uitwerking van secundaire arbeidsvoorwaarden en sociale lasten. Goederen en diensten van derden De totale kosten van goederen en diensten van derden bedragen € 7.416.255 (2013: € 7.130.255). Dit is afgerond € 286.000 hoger dan in 2013. De kosten van goederen en diensten die we afnemen van derden bestaan onder andere uit: energiekosten, belastingen, verzekeringen, huren en pachten; onderhoudskosten: het uitbestede onderhoud van waterlopen en waterkeringen, onderhoud waterschapshuis en loodsen, werkmaterieel, pompen en dergelijke; overige diensten door derden, zoals juridische en technische advisering door derden, maar ook contributies, lidmaatschappen en bijdragen aan verenigingen (Stichting Toegepast Waterbeheer (STOWA) en Unie van Waterschappen). Naast verschuivingen tussen de kostensoorten is de wijziging ten opzichte van de oorspronkelijke begroting 2013 het gevolg van: een bedrag van afgerond € 148.000 ter compensatie van de verwachte prijsinflatie 2014 (2%) over de budgetten die onder deze categorie vallen; stijging van de energie-/brandstofkosten (€ 39.000); hogere kosten van wateraan en –afvoer op grond van het gesloten Waterakkoord (€ 60.000); (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 23 - opname van een budget voor borging van de calamiteitenzorg € 75.000 (t.l.v. post structurele taakontwikkeling watersysteem) verhoogd; een verdere verlaging van het budget voor laboratoriumkosten met € 20.000 overeenkomstig eerdere ombuigingsafspraken; overige per saldo een verlaging van € 16.000. Goederen en diensten Waterschapsbedrijf Limburg (WBL) en Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen (BsGW) Bijdrage Waterschapsbedrijf Limburg Op basis van de begroting 2014 van het Waterschapsbedrijf, bedraagt de te betalen bijdrage aan het Waterschapsbedrijf € 24.865.487. In de begroting 2013 was een bedrag geraamd van € 24.235.475. Ten opzichte van de begroting 2013 stijgt de bijdrage aan het Waterschapsbedrijf met € 630.000 miljoen. Dit is een stijging van 2,6% na een daling van afgerond 8% in 2013. Ons aandeel in kosten van het waterschapsbedrijf is afgenomen (van 36,48% naar 36,24%) op basis van de afgesproken verdeelsleutel tussen de waterschappen (aandeel in verhouding vervuilingseenheden Limburg). De totale bijdrage 2014 aan het Waterschapsbedrijf heeft volledig betrekking op de zuiveringstaak. Kosten taakontwikkeling zuiveringsbeheer Deze post is opgenomen op basis van de gemaakte begrotingsafspraken en -discipline. Ook maakt deze post het mogelijk in 2014 invulling te geven aan de wens om het zuiveringstarief tot en met 2015 gelijk te houden met een kleine stijging in de jaren daarna. Bijdrage Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen Met ingang van 2011 is de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen opgericht. De oprichting is er op gericht zoveel mogelijk financiële en maatschappelijke voordelen te behalen door samenwerking op het gebied van belastingheffing en invordering. Bij de oprichting zijn we er van uitgegaan dat we een structurele besparing realiseren van € 254.000 in 2012, oplopend tot € 358.000 in 2015. De structurele besparing waarmee in 2014 rekening is gehouden bedraagt zo’n € 0,66 miljoen oplopend tot bijna € 1,1 miljoen in 2018 omdat dan het structurele voordelig effect van de toetreding van de ‘libel-gemeenten’ tot uiting komt. Hiermee halen we ruimschoots de gestelde financiële doelen bij de oprichting van de belastingsamenwerking. Bijdragen aan derden Op deze kostensoort worden bijdragen geraamd die we verstrekken aan derden. Er zijn bijdragen geraamd ten behoeve van: het projectbureau Maas voor de Kaderrichtlijn Water (€ 15.000); de financiering van de landelijke beverrattenbestrijding ( € 30.000); het project Deltaplan Hoge Zandgronden (€ 33.500); de bijdrage op basis van een bestuurlijk convenant met betrekking tot glastuinbouw en milieu (€ 12.000); tegemoetkoming in de frictiekosten nieuwe deelnemers in de Belastingsamenwerking Gemeenten & Waterschappen (€ 189.617). (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 24 - Toevoegingen aan voorzieningen/onvoorzien Voorzieningen De toevoeging aan de voorziening ad € 536.000 bestaat uit de toevoegingen aan: de voorziening ‘onderhoud waterschapskantoor’ voor de instandhouding van het waterschapskantoor (€ 136.000); de voorziening ‘beheer en onderhoud waterkeringen’ (€ 400.000). Onvoorzien In de begroting is verder een post ter grootte van € 230.969 opgenomen ter dekking van onvoorziene kosten (verplicht). Conform de voorjaarsnota bedraagt deze post circa 0,4% van de totale begroting. Binnen de post onvoorzien is een bedrag van € 50.000 geoormerkt om invulling te geven aan innovaties. De exacte invulling van dit bedrag is op dit moment nog niet bekend. Het oormerken heeft tot doel om te waarborgen dat er budgetruimte beschikbaar is voor het onderzoeken of ten uitvoer brengen van innovaties. Incidentele en structurele taakontwikkeling watersysteem Om invulling te kunnen geven aan de voorstellen en ontwikkelingen opgenomen in de voorjaarsnota 2013, hebben we een post structurele taakontwikkeling watersysteem van € 845.000 opgenomen. Dit is inclusief een structurele last van € 85.000 ten behoeve van maatregelen continuïteitsplan bij de uitval van ICT/elektra zoals vermeld in de nieuwsbrief van 25 juni 2013 aangeboden aan het algemeen bestuur en een additionele ruimte van € 97.000 om onze organisatie verder voor te kunnen bereiden op onze toekomstige opgaves op bijvoorbeeld het gebied van de waterkeringen. Ook hebben we een budget van € 395.000 opgenomen voor incidentele uitgaven. Dit budget is gerelateerd aan de incidentele middelen die wij ontvangen uit de entreegelden van nieuwe toetreders tot de BsGW. Dit doen we om grip te houden op de begroting. Door dit op deze wijze inzichtelijk te houden willen we voorkomen dat we tijdelijke middelen als een structureel dekkingsmiddel gaan gebruiken. Dit is een maatregel om te waarborgen dat bij een afname of zelfs het volledig vervallen van tijdelijke inkomsten, een begrotingstekort ontstaat. Het beschikbare bedrag voor incidentele aanwending is hoger dan waarmee we in de Voorjaarsnota 2013 rekening hadden gehouden (€ 167.000). Hierdoor hoeven we om invulling te geven aan de voorstellen en ontwikkelingen die een incidenteel karakter hebben, minder beslag te leggen op onze reserves. Bijkomend voordeel is dat het minder interen op reserves een positief effect heeft op het EMUsaldo van ons waterschap. 2.1.2 Toelichting op de opbrengstensoorten (de baten) Deze paragraaf geeft een korte toelichting op de soorten opbrengsten binnen onze exploitatiebegroting. Financiële baten We ramen de financiële baten 2014 op € 841.775 (2013: € 672.653). Met ingang van 2012 hebben geen dividenduitkering van de Waterschapsbank meer geraamd. Wel hebben we nog een opbrengst geraamd van € 40.000 uit externe rentebaten. De overige financiële baten betreffen de bespaarde rente vanwege het kunnen aanwenden van reserves en voorzieningen voor de financiering van onze activiteiten. Zie hiervoor ook de toelichting onder het kopje ‘interne rentelasten’ van de vorige paragraaf. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 25 - Goederen en diensten aan derden In de oorspronkelijke begroting 2013 hadden we rekening gehouden met € 696.600 vanwege de levering van goederen en diensten aan derden. In de begroting 2014 gaan we uit van € 1.095.989. Deze stijging van afgerond € 399.000 is het gevolg van: extra incidentele inkomsten (tot en met 2018 aflopend) uit te ontvangen ‘entreegelden’ € 419.000 vanwege nieuwe toetreders tot de Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen; het verlagen van de structurele legesopbrengsten met € 50.000 (nadeel) vanwege de in de legesverordening opgenomen vrijstellingen (besluit algemeen bestuur 21 november 2012); een hogere bijdrage derden (€ 30.000) met betrekking tot de wateraanvoer en -afvoer uit hoofde van het gesloten Waterakkoord. Bijdragen van derden De raming 2014 bedraagt evenals in 2013 € 0. De in de jaarrekening 2012 verantwoorde bedragen betroffen een verrekening (terugbetaling) met betrekking tot te hoog verantwoorde subsidies saneringskosten Tungelroysebeek en de terugbetaling van een eerder (te hoog) ontvangen voorschot van Waterschap Roer en Overmaas inzake de deelname aan de Floriade. Waterschapsbelastingen Op basis van de ervaringen van de afgelopen jaren hebben wij een inschatting gemaakt ten aanzien van een structurele post voor extra/nagekomen belastingbaten. Met ingang van de begroting 2009 hebben wij daarom een post opgenomen van € 600.000. Als onderdeel van de door te voeren ombuigingsmaatregelen (pakket I) hebben wij die raming op basis van ervaringscijfers met ingang van 2012 verhoogd tot € 800.000. Het geraamde bedrag voor kwijtschelding en oninbaar hebben wij op basis van ervaringscijfers van de laatste jaren voor 2014 geraamd op € 1.097.148. Uitgaande van een stijging van het belastingvolume van de watersysteemheffing met 4,48% en een daling van het belastingvolume voor de zuiveringsheffing van 1,17%, groeit de opbrengst uit belastingen van € 53.131.961 naar € 53.905.696 De verdeling van watersysteemheffing en zuiveringsheffing naar categorie ziet er uit als volgt. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 26 - We zijn in deze begroting uitgegaan van de huidige kostentoedelingsverordening. De reden hiervoor is tweeledig. De eerste reden is dat wij niet vooruit willen lopen op de bestuurlijke besluitvorming of moeten gissen naar de bestuurlijke uitkomst. Mede ook omdat nog aan de ‘knoppen’ gedraaid zou kunnen worden. De tweede reden is dat het bij de vaststelling van de begroting gaat om vaststelling van het belastingvolume als totaal dekkingsmiddel van de begroting. De vaststelling van de kostentoedelingsverordening (gaat alleen om de verdeling) en de technische uitwerking daarvan in belastingtarieven maakt derhalve geen onderdeel uit van de begrotingsdiscussie. Door deze benadering blijft bovendien de vergelijking overeind als het gaat om het zuiver in beeld brengen van het effect van de stijging van de begroting op de stijging van de tarieven en de lastendruk. Neemt niet weg dat wij in de paragraaf ‘waterschapsbelastingen’ vanwege de transparantie, toch het effect van de ontwerp kostentoedelingsverordening op de lastenontwikkeling per categorie hebben aangegeven. In de afzonderlijke paragraaf ‘waterschapsbelastingen’ gaan wij nader in op de belastingen, de belastingtarieven en de belastingdruk. Interne verrekeningen Onttrekkingen aan voorzieningen De kosten van de wachtgeld- en pensioenverplichtingen (2013: € 138.000) halen we uit een specifiek daarvoor gevormde en verplichte voorziening. Geactiveerde lasten Hier verantwoorden we de inzet van personeel op investeringsprojecten. Voor 2014 gaat het om een bedrag van € 1.873.498 (2013: € 1.754.017) In de doorberekening is rekening gehouden met het team Dijkverbetering waarvan we de kosten ten laste brengen van de te verwachten subsidie (ca. € 42 miljoen) van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu voor prioritaire dijkverbeteringen. Een en ander overeenkomstig het besluit van het algemeen bestuur (15 december 2010). De door te berekenen organisatiekosten worden berekend op basis van een voorgecalculeerd integraal (afdelings)uurtarief. In dit uurtarief zijn ook de organisatiekosten opgenomen. Een en ander overeenkomstig de bestaande gedragslijn die we volgen bij reguliere watersysteemprojecten. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 27 - 2.1.3 Incidentele baten en lasten Er zijn in de begroting lasten en baten opgenomen met een incidenteel karakter. We noemen aan de kant van de kostensoorten/lasten van de begroting: een budget voor kapitaallasten van incidentele investeringen die worden afgedekt door inzet van de reserves (€ 223.481) conform eerdere besluitvorming; een beschikbaar budget van € 395.000 (‘incidentele taakontwikkeling watersysteem) voor invulling van voorstellen en ontwikkelingen met een incidenteel karakter zoals genoemd in de Voorjaarsnota 2013; een budget voor de tegemoetkoming in de frictiekosten van de Libelgemeenten die per 1 januari 2014 toetreden tot de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen (€ 189.617 in de periode 2014-2017); een projectbijdrage (€ 33.500) voor het project Deltaplan Hoge Zandgronden die ten laste wordt gebracht van de reserves conform eerdere besluitvorming. Aan de kant van de opbrengstensoorten/baten van de begroting noemen we de te ontvangen ‘entreegelden’ door ons waterschap vanwege nieuwe toetreders tot de BsGW. Op grond van de gemeenschappelijke regeling ontvangen de ‘founding fathers’ ingeval van nieuwe toetreders, een compensatie voor de gepleegde investeringen als initiatiefnemers. De nieuwe deelnemer mag het totale bedrag over een periode van maximaal 6 spreiden. Rekening houdende met de toetreding van de gemeente Stein en de ‘Libelgemeenten’ per 1 januari 2014, hebben we een opbrengst 2014 geraamd van € 584.389. Daarnaast hebben we het budget voor kwijtschelding belastingen voor 2014 (net als in 2013) incidenteel verhoogd met € 295.000. Een en ander zoals aangekondigd in de begroting 2013. 2.2 Waterschapsbelastingen 2.2.1 Inleiding De waterschapsbelastingen en de daarmee gepaard gaande wijzigingen, spelen een belangrijke rol binnen onze begroting. Vandaar dat wij hierna uitvoerig ingaan op de op te brengen belastingen. De uiteindelijke tariefontwikkeling wordt bepaald door twee factoren. Enerzijds is dit de ontwikkeling van de kosten en anderzijds is dit de ontwikkeling in de belastinggrondslagen. In de voorgaande paragrafen zijn we in gegaan op de kostenontwikkeling, dus ligt in deze paragraaf de nadruk op de ontwikkeling van de belastingopbrengsten, belastinggrondslagen en belastingcategorieën. 2.2.2 Belastingopbrengsten 2014 Doel van het belastingstelsel is de bekostiging van waterschapstaken. Waterschappen zijn voor de structurele dekking van de kosten voor uitvoering van de waterschapstaken bijna volledig afhankelijk van de opbrengst uit belastingen. Sinds 2009 kennen we de watersysteemheffing, verontreinigingsheffing (directe lozingen op ons watersysteem) en zuiveringsheffing (indirecte lozingen). Op de verontreinigingsheffing wordt verder niet ingegaan, omdat de opbrengsten onderdeel uitmaken van de totale watersysteemtaak en de opbrengsten verwaarloosbaar zijn omdat de gemeentelijke overstorten zijn vrijgesteld. Rekening houdende met het halen van € 256.981 uit de bestemmingsreserves, stijgt het totale belastingvolume (watersysteem- en zuiveringstaak) van € 53,132 miljoen in 2013 naar € 53,906 miljoen in 2014. Dit is een stijging van 1,46%. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 28 - Volgens de ontwerpbegroting 2014 wordt € 25,801 miljoen gedekt uit de belastingopbrengsten van de watersysteemheffing. In 2013 was dat € 24,694 miljoen. Dit is een stijging van 4,48% en dat is overeenkomstig het meegegeven bestuurlijke kader in de Voorjaarsnota 2013. Nadat de direct toe te rekenen kosten aan de betreffende categorieën zijn toegerekend, dient op basis van de geldende kostentoedelingsverordening 2013 daarvan te worden opgebracht: 30,0% door ingezetenen; 55,5% door gebouwd; 14,3% door ongebouwd; 0,2% door natuur. Het op te halen belastingbedrag van de zuiveringsheffing 2014, zijnde € 28,1 miljoen, wordt omgeslagen over het aantal vervuilingseenheden in ons verzorgingsgebied. Gebaseerd op de kostenverdeling en kaders zoals vastgelegd in de kostentoedelingsverordening 2013, zijn de opbrengsten naar belastingcategorie als volgt: O nt wik k e ling o pbre ngs t e n R e k e ning B e gro t ing B e gro t ing 2 0 12 2 0 13 2 0 14 (€) (€) (€) Wa t e rs ys t e e m he f f ing S t ijging 2 0 14 t .o .v . 2 0 13 Catego rie G e bo uwd 13.338.000 13.872.027 14.486.327 4,43% Catego rie O nge bo uwd 3.097.000 3.447.896 3.606.176 4,59% Catego rie Inge ze t e ne n 7.233.000 7.318.101 7.650.155 4,54% 61.000 23.729.000 56.000 24.694.024 58.213 25.800.871 3,95% 4,48% Catego rie N a t uur To taal watersysteemheffing Z uiv e rings he f f ing Catego rie 19.789.000 19.752.337 19.789.350 0,19% Catego rie H uis ho ude ns B e drijv e n To taal zuiveringsheffing 8.612.000 28.401.000 8.685.600 28.437.937 8.315.475 28.104.825 -4,26% -1,17% T o t a a l o pbre ngs t e n be la s t inge n 52.130.000 53.131.961 53.905.696 1,46% De stijgingspercentages per categorie voor de watersysteemheffing verschillen als gevolg van wijziging van de kosten die we per categorie direct toerekenen zoals de kosten van kwijtschelding naar de categorie ingezetenen. Een en ander veroorzaakt daardoor verschillen ten opzichte de stijging van het totaal van de belastingopbrengsten watersysteemheffing van 4,48%. Maar wat een en ander nu feitelijk betekent voor de tarieven 2014 en nog belangrijker de lastendruk, is in de volgende paragrafen uitgewerkt. Dekkingspercentage structurele kosten door belastingopbrengsten De structureel te dekken kosten 2014 (na correctie van de incidentele posten ten laste van de reserve) bedragen in totaal € 53.905.696. Hiervan heeft een bedrag van € 25.800.871 betrekking op te dekken kosten watersysteembeheer en € 28.104.825 op zuiveringsbeheer. Gelet op de totaal te dekken structurele kosten 2014 en het dekkingsvoorstel, bedragen de dekkingspercentages van de belastingen voor het watersysteembeheer 100% en het zuiveringsbeheer 100%. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 29 - Bestemmingsreserve tariefegalisatie De bestemmingsreserve tariefegalisatie is bedoeld om in te zetten voor een evenwichtige en gelijkmatige tariefontwikkeling. Omdat in 2014 de structurele lasten ook structureel worden afgedekt, is inzet van deze reserve voor het doel zoals hiervoor beschreven niet nodig. Kwijtscheldingsbeleid Huishoudens die de waterschapsbelastingen niet kunnen betalen, kunnen aanspraak maken op de kwijtscheldingsregeling. De kwijtscheldingsregeling is in wezen een vangnet voor de financieel minder bedeelden. Het kwijtscheldingsbeleid wordt uitgevoerd door de BsGW en zijn gebaseerd op het rapport ‘Financiële gevolgen Kwijtscheldingsbeleid Limburgse Waterschappen’ van maart 2001. Het geraamde kwijtscheldingsbedrag voor 2014 bedraagt € 855.775 (2013: € 844.780). We hebben het bedrag in 2013 en 2014 incidenteel met € 295.000 verhoogd. Dit om meer de ervaringscijfers van voorgaande jaren te volgen voor wat betreft de zuiveringsheffing. Structurele aanpassing van het budget achten we nog niet nodig omdat we door meevallende resultaten op de zuiveringstaak de afgelopen jaren, op basis van de huidige inzichten nog voldoende reserves hebben om het risico voor langere termijn te kunnen dragen. Belastingtarieven 2014 Nadat we per categorie het op te brengen belastingbedrag hebben bepaald op basis van de kostentoedelingsverordening, wordt het tarief bepaald aan de hand van een wiskundige breuk: € belastingvolume categorie Tarief = aantal eenheden / waarde Uit de formule kan worden afgeleid dat wanneer we de kosten beheersen, dit niet hoeft te betekenen dat we het tarief beheersen. De kosten (en daarmee indirect het belastingvolume) zijn beïnvloedbaar, echter externe ontwikkelingen die de omvang in het onderste deel van de formule bepalen niet (bijvoorbeeld aantal ingezetenen, WOZ-waarde, vervuilingswaarden). Wanneer het belastingvolume (de teller) van het ene op het andere jaar hetzelfde blijft, maar bijvoorbeeld het aantal ingezetenen (de noemer) daalt, is er toch sprake van een tariefstijging door externe factoren. De gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen verstrekt jaarlijks de gegevens met betrekking tot de verwachte ontwikkeling van het aantal ingezetenen, WOZ-waarde, vervuilingseenheden en dergelijke. Dit wordt afgeleid uit het register van belastingplichtigen (cohier) van het lopend belastingjaar. Van bekende ontwikkelingen wordt een inschatting gemaakt van het effect op de meerjarige ontwikkeling van de belastingmaatstaven. Die gegevens dienen vervolgens als basis om te komen tot de uiteindelijke tariefvaststelling (decembervergadering algemeen bestuur). Om te komen tot een prognose van de voorlopige tarieven 2014 gaan we uit van de volgende grootheden of uitgangspunten: we gaan uit van de huidige kostentoedelingspercentages volgens de kostentoedelingsverordening 2009-2013; het aantal te belasten woonruimten stijgt met 672 ten opzichte van 2013; (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 30 - de totale WOZ-waarde van gebouwd neemt ten opzichte van de prognose in de primitieve begroting 2013 (€ 47,4 miljard) af tot € 45,8 miljard. Ten opzichte van de waarde 2013 een daling van 3,4%. De prognose van de totale Woz waarde is gebaseerd op van de gemeenten verkregen gegevens; handhaving van het aantal hectares per deelcategorie wegen, overig ongebouwd en natuurterreinen op het niveau van 2013. Dit doen we zolang de huidige kostentoedelingsverordening voor wat betreft de toedelingspercentages, ongewijzigd blijft. In de volgende tabel zijn de gehanteerde uitgangspunten voor berekening van de belastingtarieven samengevat. Omvang belastingmaatstaven (aantal x 1000) Rekening Categorie Ingezetenen Maatstaf Aantal ingezetenen Categorie Gebouw d Maatstaf Belastbare Woz-w aarde (x € 1 mrd) Categorie Ongebouw d Maatstaf Hectares w egen Maatstaf Hectares overig ongebouw d Categorie Natuur Maatstaf Hectares natuur Prognose Prognose 2012 2013 2014 Watersysteem Watersysteem Watersysteem 162,0 164,3 165,0 47,3 47,4 45,8 7,7 8,7 8,7 68,3 72,5 72,5 27,3 24,1 24,1 Wanneer we het uiteindelijke tarief gaan bepalen, rekenen we met niet-afgeronde getallen. Ontwikkeling vervuilingseenheden (aantal x 1000) 2012 2013 2014 401,0 400,3 401,0 174,5 176,0 168,5 Vervuilingseenheden zuiveringsheffing Catego rie Huisho udens M aatstaf Vervuilingseenheden Catego rie B edrijven M aatstaf Vervuilingseenheden Op grond van de geactualiseerde prognoses van de BsGW verwachten we ten opzichte van de ramingen 2013 een aanzienlijke afname van het aantal vervuilingseenheden bij bedrijven. De oorzaak hiervan is dat bijna alle grote bedrijven (papier- en andere afvalstoffenverwerkers, champion- en recreatiebedrijven) maatregelen hebben getroffen om de vervuiling in het afvalwater te beperken. De aannames zijn onder andere gebaseerd op onderzoeken naar bevolkingsontwikkeling, de vastgestelde Provinciale Woonvisie, het vestigingenregister Limburg (VRL) en het handelsregister. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 31 - Op basis van het voorgaande komen we tot de volgende voorlopige tarieven voor de watersysteemheffing en de zuiveringsheffing. Tarieven watersysteemheffing 2013-2014 obv kostentoedeling 2013 2013 2014 Categorie Maatstaf Categorie Maatstaf Categorie Maatstaf Maatstaf Categorie Maatstaf Ingezetenen Per ingezetene Gebouwd % van Woz-waarde Ongebouwd Hectares wegen Hectares overig Natuur Hectares € 44,54 € 0,0293 46,37 0,0316 € € 117,08 33,45 € € 122,43 34,98 € 2,32 € 2,42 De daling van de WOZ-waarde heeft weliswaar een verhogend effect op het tarief voor gebouwd (ten opzichte van de groei van het belastingvolume), maar door de daling van de WOZ-waarde op de aanslag (4,5%) wordt dit effect deels geneutraliseerd. Omdat we bij de tarievenberekening voor gebouwd uitgaan van een gemiddelde daling over heel Noord- en Midden-Limburg, kunnen er echter door afwijkingen in individuele gemeenten toch verschillen ontstaan. Bij de definitieve tariefvaststelling 2014 in december 2013 (door het algemeen bestuur), gaan we uit van de meest recente prognose van de WOZ-waarde. Tarieven zuiveringsheffing 2013 Zuiveringsheffing Categorie Maatstaf Categorie Maatstaf Huishoudens Per vervuilingseenheid Bedrijven Per vervuilingseenheid 2014 Zuiveringsheffing € 49,35 € 49,35 € 49,35 € 49,35 Ondanks de daling van het totale belastingvolume van de zuiveringsheffing in 2014, blijft het tarief per vervuilingseenheid hetzelfde als in 2013. Om volgens bestuurlijke afspraak het tarief in de periode 20122015 hetzelfde te houden, hebben vanwege de daling van het aantal vervuilingseenheden ook het belastingvolume voor de zuiveringsheffing moeten verlagen. Daling van het belastingvolume betekent dus niet automatisch ook een daling van het tarief. Lastendruk Als gevolg van wijziging van de belastingtarieven 2014, verandert ook de lastendruk voor belastingplichtigen ten opzichte van 2013. Omdat wij niet kunnen gissen naar de uitkomsten bestuurlijke besluitvorming met betrekking tot de ontwerp kostentoedelingsverordening watersysteem 2014, zijn al onze berekeningen gebaseerd op de geldende kostentoedelingsverordening 2013. Dit vormt volgens ons ook geen probleem omdat het bij de begrotingsbehandeling over het totale belastingvolume als dekkingsmiddel van de begroting gaat. De kostentoedelingsverordening en de uitwerking daarvan in belastingtarieven is een technische uitwerking over hoe en bij welke belangencategorie we het belastinggeld op gaan halen. Dit een andere inhoudelijke discussie dan de begrotingsdiscussie. Desalniettemin zijn we wettelijk verplicht in de begroting een duiding te geven van de ontwikkeling van de lastendruk. Om een beeld te kunnen vormen van wat een en ander betekent voor de lastendruk, hebben we een aantal voorbeelden uitgewerkt. Een en ander onder voorbehoud van veranderingen in de persoonlijke situatie en (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 32 - afwijkingen in individuele gemeenten ten opzichte van de gemiddelde verwachte daling van de WOZ-waarde in ons hele gebied. Voorbeeld 1: huishouden bestaande uit meerdere personen; waarde eigen woning per 1 januari 2012 € 250.000 (belastingjaar 2013); waarde eigen woning per 1 januari 2013 € 241.500 (belastingjaar 2014). Vanwege de verwachte waardedaling van de marktprijzen met gemiddeld 3,4%, is de waarde van de eigen woning gedaald. De lastendruk 2013/2014 ziet er uit als volgt. Lastendruk Lastendruk Lastendruk 2013 2014 Watersysteemheffing: Gebouwd (*) Ingezetenen € € 73,25 € 44,54 € 76,31 46,37 Zuiveringsheffing: Meerpersoons huishouden 3ve € 148,05 € 148,05 Totaal van de heffingen € 265,84 € 270,73 € 4,89 1,84% Toename t.o.v. 2013 Toename % t.o.v. 2013 (*) Woz belastingjaar 2013 Woz belastingjaar 2014 =WOZ 2013 - 3,4% € € 250.000 241.500 De totale toename in 2014 is in dit voorbeeld € 4,89 op jaarbasis, een stijging van de lastendruk van 1,84% (2013: 0,33%). Voorbeeld 2: agrarisch bedrijf met 25 hectare landbouwgrond; waarde bedrijfsruimte en ondergrond 1 januari 2012 € 500.000 (belastingjaar 2013); waarde bedrijfsruimte en ondergrond 1 januari 2013 € 483.000 (belastingjaar 2014); (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 33 - Berekening lastendruk Lastendruk 2013 Lastendruk 2014 Watersysteemheffing agrarisch bedrijf: Gebouwd (*) Watersysteemheffing ongebouwd (25 ha.) € € 146,50 € 836,25 € 152,63 874,50 Zuiveringsheffing agrarisch bedrijf: Zuiveringsheffing 3ve € 148,05 € 148,05 Totaal van de heffingen € 1.130,80 € 1.175,18 € 44,38 3,92% Toename t.o.v. 2013 Toename % t.o.v. 2013 (*) Woz belastingjaar 2013 Woz belastingjaar 2014 =WOZ 2013 - 3,4% € € 500.000 483.000 De totale toename in 2014 is in dit voorbeeld € 44,38 op jaarbasis, een stijging van de lastendruk van 3,92% (2013: - 7,20%) ten opzichte van 2013. Voorbeeld 3: agrarisch bedrijf met 40 hectare landbouwgrond; waarde bedrijfsruimte en ondergrond 1 januari 2012 € 500.000 (belastingjaar 2013); waarde bedrijfsruimte en ondergrond 1 januari 2013 € 483.000 (belastingjaar 2014); Berekening lastendruk Lastendruk 2013 Lastendruk 2014 Watersysteemheffing agrarisch bedrijf: Gebouwd (*) Watersysteemheffing ongebouwd (40 ha.) € € 146,50 € 1.338,00 € 152,63 1.399,20 Zuiveringsheffing agrarisch bedrijf: Zuiveringsheffing 3ve € 148,05 € 148,05 Totaal van de heffingen € 1.632,55 € 1.699,88 € 67,33 4,12% Toename t.o.v. 2013 Toename % t.o.v. 2013 (*) Woz belastingjaar 2013 Woz belastingjaar 2014 =WOZ 2013 - 3,4% € € 500.000 483.000 De totale toename in 2014 is in dit voorbeeld € 67,33 op jaarbasis, een stijging van de lastendruk van 4,12% (2013: - 7,98%). (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 34 - Voorbeeld 4: huishouden bestaande uit meerdere personen; huurder. Berekening lastendruk Lastendruk 2013 Lastendruk 2014 Watersysteemheffing: Ingezetenen € 44,54 € 46,37 Zuiveringsheffing: Meerpersoons huishouden (3ve) € 148,05 € 148,05 Totaal van de heffingen € 192,59 € 194,42 € 1,83 0,95% Toename t.o.v. 2013 Toename % t.o.v. 2013 De toename van het aanslagbedrag 2014 is in dit voorbeeld € 1,83 op jaarbasis, een stijging van 0,95% (2013: - 0,06%). Voorbeeld 5: huishouden bestaande uit 1 persoon; huurder. Berekening lastendruk Lastendruk 2013 Lastendruk 2014 Watersysteemheffing: Ingezetenen € 44,54 € 46,37 Zuiveringsheffing: Éénpersoons huishouden (1ve) € 49,35 € 49,35 Totaal van de heffingen € 93,89 € 95,72 € 1,83 1,95% Toename t.o.v. 2013 Toename % t.o.v. 2013 De toename van het aanslagbedrag 2014 is in dit voorbeeld € 1,83 op jaarbasis, een stijging van 1,95% (2013: 0,12%). (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 35 - Voorbeeld 6: eenpersoonshuishouden waarde eigen woning per 1 januari 2012 € 250.000 (belastingjaar 2013); waarde eigen woning per 1 januari 2013 € 241.500 (belastingjaar 2014). Lastendruk Lastendruk 2013 Lastendruk 2014 Watersysteemheffing: Gebouwd (*) Ingezetenen € € 73,25 € 44,54 € 76,31 46,37 Zuiveringsheffing: Eenpersoons huishouden 1ve € 49,35 € 49,35 Totaal van de heffingen € 167,14 € 172,03 € 4,89 2,93% Toename t.o.v. 2013 Toename % t.o.v. 2013 (*) Woz belastingjaar 2013 Woz belastingjaar 2014 =WOZ 2013 - 3,4% € € 250.000 241.500 De toename van het aanslagbedrag 2014 is in dit voorbeeld € 4,89 op jaarbasis, een stijging van 2,93% (2013: 0,53%) Actualisatie Kostentoedelingsverordening watersysteembeheer 2014 In de Waterschapswet is verankerd dat de Kostentoedelingsverordening die gaat over de verdeling van het totaal op te brengen belastingvolume watersysteem tussen de te onderscheiden categorieën, minimaal één keer in de vijf jaren opnieuw wordt vastgesteld. Dit doen we op basis van de meest recente ramingen. De hoogte van het belastingvolume als onderdeel van het dekkingsplan van de begroting stellen we vast bij de bestuurlijke begrotingsbehandeling. De uitwerking via de Kostentoedelingsverordening naar belastingtarieven is een afzonderlijk bestuursbesluit en staat zuiver benaderd ook los van de begrotingsdiscussie. Neemt niet weg dat ten aanzien van de in deze begroting geschetste lastenontwikkeling, door de actualisatie van de Kostentoedelingsverordening nog een herverdeeleffect gaat optreden. We willen transparant zijn over wat het effect van de kostenontwikkeling in de begroting is, en wat het effect is van de ontwerp Kostentoedelingsverordening. Categorieën Kostentoedelingsverordening 2013 Ingezetenen Gebouwd Ongebouwd Natuur 30% 55,50% 14,20% 0,20% Ontwerp kostentoedelingsverordening 2014 30% 56,10% 13,60% 0,30% Onder voorbehoud van de bestuurlijke behandeling hebben we hierna een overzicht opgenomen met de tarieven en lastendrukstijging. Dit om te laten zien wat een en ander tot gevolg heeft. Voor de achtergronden verwijzen wij u naar de bestuurlijke stukken van de Kostentoedelingsverordening watersysteembeheer 2014 zélf. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 36 - Tarieven watersysteemheffing 2013 en indicatieve tarieven 2014 2013 2014¹ Categorie Maatstaf Categorie Maatstaf Categorie Maatstaf Maatstaf Categorie Maatstaf Ingezetenen Per ingezetene Gebouwd % van Woz-waarde Ongebouwd Hectares wegen Hectares overig Natuur Hectares € 44,54 € 0,0293 46,37 2014² € 46,32 0,0316 0,0320 € € 117,08 33,45 € € 122,43 34,98 € € 132,79 37,94 € 2,32 € 2,42 € 3,08 ¹) Dit zijn de indicatieve tarieven 2014 voortvloeiende uit de kostenontwikkeling in de begroting 2014 en de Voorjaarsnota 2013, op basis van de kostentoedelingsverordening 2013. ²) Dit zijn de indicatieve tarieven 2014 voortvloeiende uit de kostenontwikkeling in begroting 2014 inclusief het effect van actualisatie van de kostentoedelingsverordening 2014. In de tabel hierna hebben we de lastenontwikkeling volgens de vaste rekenvoorbeelden in de begroting mét en zónder aanpassing van de Kostentoedelingsverordening nog eens langs elkaar gezet. Lastendrukontwikkeling 2013-2014 op jaarbasis Lastenvoorbeeld Meerpersoonshuishouden (3ve), eigen woning € 250.000 Meerpersoonshuishouden (3ve), huren Eénpersoonshuishouden (1ve), eigen woning € 250.000 Eénpersoonshuishouden (1ve) , huren Agrarisch bedrijf 25 ha, opstallen € 500.000, 3ve Agrarisch bedrijf 40 ha, opstallen € 500.000, 3ve (getallen x € 1) 2013 2014¹ 2014² 0,88 4,89 5,81 -0,11 1,83 1,78 0,88 4,89 5,81 -0,11 1,83 1,78 -87,52 44,38 120,31 -141,22 67,33 187,66 ¹) Dit is de lastenontwikkeling als gevolg van de kostenontwikkeling in de begroting 2014 op basis van de kostentoedelingsverordening 2013. ²) Dit is de lastenontwikkeling als gevolg van de kostenontwikkeling in de begroting 2014 inclusief het effect van de actualisatie van de kostentoedelingsverordening 2014. Voor de verdere onderbouwing, uitleg en achtergronden verwijzen wij naar het afzonderlijke voorstel met betrekking tot de Kostentoedelingsverordening watersysteem 2014. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 37 - 2.3 Weerstandsvermogen In juli 2005 heeft uw bestuur de nota ‘Reserves en voorzieningen’ vastgesteld. De in deze nota opgenomen voorstellen tot herijking van reserves en voorzieningen hebben we in de begroting 2006 geïmplementeerd en actualiseren we van jaar tot jaar. 2.3.1 Algemene reserves We kennen twee algemene reserves, te weten: een algemene reserve watersysteem (geraamde stand 1 januari 2014: € 1,875 miljoen positief); een algemene reserve waterzuivering (geraamde stand 1 januari 2014: € 2,250 miljoen positief). Verkorte staat reserves en voorzieningen (x € 1.000) Verkorte staat reserves en voorzieningen Eigen vermogen Weerstandsvermogen Algemene reserve watersysteem Algemene reserve waterzuivering Stand per 1 januari Bestemmingsreserves Bestemmingsreserve tariefegalisatie watersysteemheffing Bestemmingsreserve tariefegalisatie zuiveringsheffing Bestemmingsreserves met specifieke bestemming Totaal eigen vermogen (a) Voorzieningen (b) Totaal reserves en voorzieningen (a+b) Vermeerderingen Verminderingen Stand per 31 december 2014 2014 2014 2014 1.875 2.250 0 0 0 0 1.875 2.250 1.383 5.408 6.591 17.507 0 0 0 0 34 0 2.530 2.564 1.349 5.408 4.061 14.943 2.537 536 1.038 2.035 20.044 536 3.602 16.978 In de nota ‘Reserves en voorzieningen’ hebben we normen opgenomen voor de gewenste hoogte van de algemene reserves. Streefniveau is een hoogte van 7,5% van de netto kosten per taak, waarbij het minimum niveau is bepaald op 5% en het maximum niveau op 10%. Toetsing algemeen weerstandsvermogen (€ x 1000) Algemene reserve (weerstandsvermogen) Watersysteem Zuivering 25.801 28.105 Streefniveau is 7,5% van netto structurele kosten zijnde 1.935 2.108 Geraamde stand 31 december 2014 Afwijking ten opzichte van streefniveau (7,5%) in geld 1.875 -60 2.250 142 Bandbreedte op basis van begroting 2014: Minimaal niveau 5 % van netto structurele kosten Maximaal niveau 10 % van netto structurele kosten 1.290 2.580 1.405 2.811 Geraamde stand 31 december 2014 1.875 2.250 Netto structurele kosten in begrotingjaar 2014 Toetsing: Op basis van het voorgaande concluderen we dat de omvang van het weerstandsvermogen voor het watersysteem 7,27% bedraagt en die voor de zuivering 8,01% van de netto structurele kosten 2014. Deze uitkomsten passen binnen de afgesproken normen. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 38 - 2.3.2 Bestemmingsreserves Bestemmingsreserves (x € 1.000) Bestemmingsreserves Tariefegalisatie watersysteemheffing Tariefegalisatie waterszuiveringsheffing Bestrijding hoogwater Stimulering verbetering watersystemen Mobiliteit Sanering vervuilde waterbodems Innovatieprojecten KenA Bedrijfsvoering 2012 en verder Dekking kapitaallasten Totaal bestemmingsreserves Stand per 1 januari 2014 Stand per 31 december 2014 1.383 5.408 400 500 682 1.057 35 1.409 2.509 13.383 1.349 5.408 400 0 432 0 35 909 2.285 10.818 Directe onttrekkingen of toevoegingen aan reserves mogen volgens de voorschriften niet plaatsvinden. Dit betekent dat de kosten die uit een bestemmingsreserve worden gedekt, eerst in de exploitatie (Verlies- en Winstrekening) verantwoord moeten worden. Daarna moet het rekening/begrotingssaldo worden bepaald. En dan pas wordt via resultaatbestemming de inzet van de bestemmingsreserves zichtbaar gemaakt. Voor de beeldvorming met betrekking tot het verwachte verloop van de reserves, houden wij in deze paragraaf toch rekening met de inzet van de reserves. Bestemmingsreserve ‘Tariefegalisatie watersysteemheffing’ Deze reserve vindt haar oorsprong in de jaarrekening 2005. Deze bestemmingsreserve is bedoeld om, indien de algemene reserves aan de maat zijn, rekening-/begrotingsoverschotten op de watersysteemtaak in te storten. Deze kunnen we op een later moment inzetten om de tarieven van de watersysteemheffing te egaliseren en/of om deze minder hard en/of gelijkmatiger te kunnen laten stijgen in de toekomst. In feite is er sprake van een instrument waarmee we een evenwichtiger tarievenbeleid kunnen voeren of waarmee we incidentele uitgaven kunnen bekostigen. In 2014 halen we een bedrag van € 33.500 uit deze reserve vanwege een projectbijdrage aan het project Deltaplan Hoge Zandgronden. Ook zal deze reserve ingezet worden om invulling te kunnen geven aan de incidentele ontwikkelingen geschetst in de Voorjaarsnota 2013. Hoe groot het beslag op deze reserve bedrag uiteindelijk zal zijn, is niet exact te zeggen in afwachting van mogelijk incidentele ruimte die binnen de reguliere exploitatie zal ontstaan. Bij de jaarrekening zal de definitieve balans op worden gemaakt en zullen wij uw bestuur de bijbehorende voorstellen doen. Bestemmingsreserve ‘Tariefegalisatie zuiveringsheffing’ Deze reserve vindt haar oorsprong in de jaarrekening 2012. Deze bestemmingsreserve is bedoeld om, indien de algemene reserves aan de maat zijn, rekening-/begrotingsoverschotten op de waterzuiveringstaak in te storten. Deze kunnen we op een later moment inzetten om de tarieven van de zuiveringsheffing te egaliseren en/of om deze minder hard en/of gelijkmatiger te kunnen laten stijgen in de toekomst. In feite is er sprake van een instrument waarmee we een evenwichtiger tarievenbeleid kunnen voeren of waarmee we incidentele uitgaven kunnen bekostigen. Op basis van de huidige inzichten is de reserve is voldoende groot om het risico ten aanzien van de kwijtschelding voor de langere termijn af te dekken. Bestemmingsreserve ‘bestrijding hoogwater’ De bestemmingsreserve hoogwaterbestrijding is bedoeld om de variabele kosten bij een hoogwatergolf te dekken indien er geen andere dekkingsmiddelen zijn. Conform eerder gemaakte afspraken hebben we de noodzakelijke omvang bepaald op € 400.000. De gedragslijn is dat we eerst de kosten proberen op te (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 39 - vangen binnen de lopende exploitatie van het jaar waarin de hoogwatergolf optreedt, daarna via de vrij aanwendbare reserve, en als laatste via deze bestemmingsreserve. Bestemmingsreserve ‘stimulering verbetering watersystemen’ Deze reserve is ingesteld om mogelijkheden te creëren om derden te stimuleren maatregelen te nemen die leiden tot verbetering van het watersysteem. In de voorjaarsnota 2008 hebben we aangekondigd dat we gemeenten willen stimuleren om de gemeentelijke overstorten op ons watersysteem aan te pakken. In de begroting 2009 hebben we hiervoor in totaal een bedrag vrijgemaakt van € 3 miljoen. Als onderdeel van het pakket 3 om ruimte te creëren binnen onze begroting, hebben we in 2012, een bedrag van € 1 miljoen van deze reserve afgeroomd. We verwachten dat op basis van declaraties 2013 en 2014 er eind 2014 de reserve volledig is opgebruikt en de subsidietoezeggingen zijn afgewikkeld. Bestemmingsreserve ‘mobiliteit’ De mens is de belangrijkste productiefactor voor een organisatie. Het is daarom van belang dat de kennis en vaardigheden van de mensen kwalitatief op peil blijven. Dat kan alleen wanneer we in mensen blijven investeren. Als dat niet gebeurt vermindert de waarde, net als bij een ander kapitaalgoed. Daarnaast is het zo dat wanneer er discrepanties zijn in de organisatie, er ruimte moet zijn om deze aan te pakken. Met de vorming en het kunnen beschikken over deze reserve, kunnen we de mobiliteit van het personeel bevorderen/stimuleren. Bij concrete inzet zal (eventueel achteraf) maken we een begrotingswijziging (kosten moeten eerst in exploitatie verantwoord worden). Bestemmingsreserve ‘Sanering vervuilde waterbodems’ Als achtervang voor de kosten van de bodemsanering Tungelroysebeek hebben we in totaliteit een bedrag van € 6,4 miljoen vrijgemaakt en in een aparte bestemmingsreserve weggezet. Dit op grond van besluiten van het algemeen bestuur van 21 oktober 2009, 15 december 2010 en 5 oktober 2011. De kosten van bodemsanering in enig jaar moeten volgens de regels voor verslaglegging, als kosten/verlies in de exploitatie verantwoord worden. De te verwachten subsidie over de gemaakte kosten moet als inkomst verantwoord worden. Het verschil is het bedrag dat wij als waterschap voor onze rekening nemen en via het jaarrekeningbesluit verrekenen met deze bestemmingsreserve. Tot het moment het saneringsgedeelte formeel is afgesloten en afgewogen tegen mogelijke andere risico’s, handhaven we de reserve. Reserves worden bij besluit van algemeen bestuur ingesteld, en bij besluit van het algemeen bestuur opgeheven. Bestemmingsreserve ‘Innovatieprojecten KenA’ Deze bestemmingsreserve gebruiken we voor het afdekken van incidentele kosten voor innovatieprojecten van de afdeling Kennis en Advies. Bestemmingsreserve ‘bedrijfsvoering 2012 en verder’ Deze reserve zetten we in om (organisatie)wijzigingen als gevolg van beleidswijzigingen, te kunnen realiseren. Ook willen we met deze reserve de kwetsbaarheid van de organisatie verminderen. Bij concrete inzet zal (eventueel achteraf) maken we een begrotingswijziging (kosten moeten eerst in exploitatie verantwoord worden). Afhankelijk van hoe een en ander zich de komende jaren ontwikkelt, kan in principe altijd een heroverweging plaatsvinden ten aanzien van het bestedingsdoel van deze reserve. Dat geldt dan voor dat deel van deze reserve, waarop geen financieel/juridische verplichtingen rusten. Bestemmingsreserve ‘dekking kapitaallasten’ Op basis van de nieuwe voorschriften voor de waardering en afschrijving van investeringen op de balans, mogen bestemmingsreserves niet meer rechtstreeks in mindering worden gebracht op de investering of andersom. De bestemmingsreserve en de ‘bruto’ investering blijven zichtbaar op de balans waarbij de (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 40 - bestemmingsreserve evenredig via resultaatbestemming vrijvalt ten gunste van dekking van het rekening/begrotingssaldo. Een en ander als gevolg van door het algemeen bestuur genomen besluiten. Voor 2014 houdt dit in dat in totaal € 223.481 vrij valt ten gunste van het begrotingssaldo voor de dekking van de kapitaallasten van deze investeringen. 2.3.3 Voorzieningen Voorzieningen (x € 1.000) Stand per 1 januari 2014 Voorzieningen Wachtgeld-/pensioenverplichtingen vm bestuur Onderhoud waterschapskantoor Beheer en onderhoud waterkeringen Natschade peilopzet Maas Totaal voorzieningen 428 378 764 967 2.537 Stand per 31 december 2014 290 414 864 467 2.035 Voorziening ‘Wachtgeld-/pensioen verplichtingen’ Met ingang van 2006 moeten we voor wachtgeld- en pensioenverplichtingen voor voormalige bestuurders een voorziening vormen ter grootte van de verwachte toekomstige verplichting. De toekomstige verplichting wordt jaarlijks bij het opmaken van de jaarrekening opnieuw berekend. Dan vindt ook eventuele bijstorting of vrijval plaats ten laste respectievelijk ten gunste van de exploitatie (Verlies- en Winstrekening). Voor het afdekken van de geraamde kosten 2014 halen we een bedrag van € 138.000 uit de voorziening ‘Wachtgelden en pensioenverplichtingen voormalig bestuurders’. Voorziening ‘Onderhoud waterschapskantoor’ Met ingang van 2007 hebben we een voorziening ingesteld voor het onderhoud van het waterschapskantoor Venlo. De jaarlijkse storting bedraagt, op basis van het beheerplan voor het waterschapshuis, € 136.000. Voor het uitvoeren van diverse onderhoudswerkzaamheden in 2014 hebben we naar verwachting € 100.000 nodig en halen we dit uit de voorziening. Voorziening ‘Beheer en onderhoud waterkeringen’ Met ingang van 2011 hebben we een voorziening ingesteld voor het beheer en onderhoud van waterkeringen. De jaarlijkse storting in de voorziening is begroot op € 400.000. Voor het uitvoeren van het onderhoud verwachten we in 2014 een bedrag van € 300.000 nodig te hebben uit de voorziening. Voorziening ‘Natschade peilopzet Maas’ Dit is een voorziening voor claims van ingezetenen en bedrijven. In 2010 hebben wij een bedrag ontvangen van Rijkswaterstaat ter grootte van € 1.526.234 ter afhandeling van schadeclaims die het gevolg kunnen zijn van de verhoging van het peil van de Maas (traject Sambeek-Grave). Het waterschap heeft een bestuursakkoord met Rijkswaterstaat om deze claims af te handelen. Het gaat hier om het treffen van een voorziening voor aanwezige risico’s en te verwachten verplichtingen waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten. In 2014 vindt evaluatie plaats met Rijkswaterstaat. In 2014 houden we rekening met een uitgave ten laste van deze voorziening van € 500.000. 2.3.4 Prognose balans 2014 Als basis voor de berekening van de kapitaallasten, die voortvloeien uit de in het verleden gedane investeringen, hebben we de staat van vaste activa begroting 2014 genomen. Daarin hebben we ook de investeringsprogramma’s tot en met 2013 verwerkt. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 41 - 2.4 Financieringsparagraaf Vermogensbehoefte 2014-2018 Als gevolg van onze dagelijkse activiteiten is er continu een ingaande en uitgaande geldstroom via onze rekening courant. Via de rekening courant doen we niet alleen reguliere uitgaven (bijvoorbeeld salarissen) maar ook investeringsuitgaven. Uitgaande van een sluitende jaarbegroting zorgen de investeringsuitgaven ervoor dat er een vermogensbehoefte (financieringsbehoefte) op lange termijn bestaat. In de bedrijfseconomie wordt als vuistregel gehanteerd dat reguliere uitgaven (exploitatie-uitgaven) met ‘kort geld’ gefinancierd mogen worden (zoals bijvoorbeeld de rekening courant) en investeringsuitgaven met ‘lang geld’ (looptijd geldlening langer dan één jaar). Het doel is de financieel-economische kwetsbaarheid te minimaliseren en de continuïteit op langere termijn te waarborgen (solvabiliteit). Op grond van het voorgaande kan de financieringsstructuur van een organisatie op hoofdlijn worden afgelezen aan de verhouding tussen de afschrijvingen op investeringen en de aflossingen op geldleningen. Wanneer deze verhouding nagenoeg (structureel) 1:1 is, zou men kunnen concluderen dat investeringen zijn gefinancierd met vaste geldleningen met een looptijd die nagenoeg aansluit bij de investerings- en kapitaalbehoefte op langere termijn. Voor een (semi-) overheidsorganisatie geldt echter een uitzonderlijke situatie, omdat financieringsbeslissingen naast het wettelijke kader vooral worden geleid door het kostenaspect. De continuïteit staat niet of nauwelijks ter discussie. Als we kijken naar de verhouding tussen afschrijvingen en aflossingen in de begroting 2014, dan is die verhouding ongeveer 3:1 (€ 4.653.676 : € 2.030.756). Hieruit kunnen we concluderen dat we tot op heden de gepleegde investeringen veelal met ‘kort geld’ en interne financieringsmiddelen (reserves en voorzieningen) hebben gefinancierd. De wettelijke kaders geven tot op zekere hoogte de ruimte voor deze benaderingswijze. Wij maken maximaal gebruik van die ruimte zolang de rentetarieven voor ‘kort geld’ voordeliger zijn en een stijging van de ‘lange rente’ niet te verwachten is. Op deze wijze houden we de financieringskosten voor ons waterschap zo laag mogelijk. Dit zolang we ons binnen de gestelde kaders van de Wet Fido (de renterisico-norm en de kasgeldlimiet) begeven. Bij het opmaken van de begroting houden we vooraf rekening met de rentelast van de financiering van nieuwe investeringen. De rentelasten dekken we in de begroting door de rentecomponent in de kapitaallasten van investeringen. Wanneer we namelijk een nieuwe investering in het investeringsprogramma opnemen, ramen we kapitaallasten die bestaan uit een afschrijvingskostencomponent en een rentekostencomponent. Door deze laatste in de begroting als last op te nemen, hebben we de financieringskosten voor de investering afgedekt. Het aantrekken van een externe geldlening levert dus geen extra lasten op voor de begroting, tenzij we meer moeten aantrekken dan vooraf voorzien of rentepercentages hoger zijn. In de begroting 2013 hebben we de financieringsbehoefte voor eind 2014 berekend op afgerond € 22 miljoen. In de Wet Fido staan heldere regels over wanneer een geldlening aangetrokken moet worden. De externe financieringsbehoefte op lange termijn neemt op basis van de verwachte beschikbaarheid van interne financieringsmiddelen (reserves en voorzieningen), de aflossingen op de huidige geldleningen en het meerjaren investeringsprogramma, met zo’n € 4 tot € 5 miljoen per jaar toe. Renteontwikkeling 2014-2018 in relatie tot de meerjarenraming De onrust op de financiële markten levert onzekerheden op ten aanzien van de renteontwikkeling. Naar verwachting zal de rente, vanwege krapte op de internationale kapitaalmarkt en onder invloed van economisch herstel, de komende jaren stijgen. Met ingang van 2013 hadden we het rentepercentage waarmee we rekenen structureel met een 0,5% verlaagd. In de meerjarenbegroting is uitgegaan van een rentepercentage van 4,0% voor 2014 en 2015, en 4,5% voor 2016 en 2017. Vanaf 2018 gaan we uit van 5%. Een en ander conform de Voorjaarsnota 2013. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 42 - Reserves en voorzieningen Het bedrag van de reserves en voorzieningen wenden we aan voor de financiering van investeringen. Dit levert een besparing op ten aanzien van de rentelasten. Indien we reserves en/of voorzieningen gaan besteden betekent dit een stijging van de externe rentelasten. We moeten dan namelijk ‘vreemd geld’ (in de vorm van een geldlening) aantrekken, waarvan de rentekosten volledig ten laste van de exploitatie komen. Rentegevoeligheid Zoals eerder aangegeven, houden we in de meerjarenraming rekening met de financieringslasten van investeringen. De rentegevoeligheid van onze begroting hangt af van hoe de rente zich ontwikkeld ten opzichte van de begrote rentepercentages. De rentegevoeligheid moet in relatie worden gezien met de nieuw af te sluiten geldleningen voor de te plegen investeringen of herfinancieringen. De rentegevoeligheid van de huidige leningportefeuille is nihil, omdat we over de hele looptijd vaste percentages hebben afgesloten. We kunnen rentegevoeligheid meetbaar maken door te berekenen wat het betekent als de rente 1% hoger uitvalt dan geraamd. Uitgaande van de financieringsbehoefte van € 22,0 miljoen eind 2014 en een jaarlijks gemiddelde oplopende financieringsbehoefte van circa € 5,0 miljoen in 2015-2018, zouden de rentelasten in 2018 zo’n € 0,4 miljoen hoger zijn dan wat nu is geraamd in de meerjarenraming. De Kasgeldlimiet en renterisico-norm Op 1 januari 2001 is de Wet Fido in werking getreden. Deze wet vervangt de Wet Financiering lagere overheden (Wet Filo), die sinds 1987 van kracht was. De Wet Fido heeft kort gezegd tot doel het bevorderen van een solide financiering en kredietwaardigheid van de decentrale overheden. Om die doelstelling te kunnen toetsen, hanteert de wet twee instrumenten: de kasgeldlimiet t.b.v. de beperking van het renterisico op korte financiering (≤ 1 jaar); de rente-risiconorm t.b.v. de beperking van het renterisico op lange financiering (> 1 jaar). Kasgeldlimiet De kasgeldlimiet geeft de grens aan tot welk bedrag lagere overheden hun activiteiten met korte middelen mogen financieren. Een en ander om de renterisico’s te beperken. Voor waterschappen is die limiet bepaald op 23% van het begrotingstotaal. Elk kwartaal wordt de gemiddelde ‘kort geld’-schuld van de betreffende maanden getoetst aan de limiet. Voor ons waterschap betekent dit voorschrift dat in 2014 de ‘kort geld’schuld gemiddeld per kwartaal maximaal afgerond € 13.310.000 (23% van € 57.864.791) mag bedragen. Als we twee kwartalen de kasgeldlimiet overschrijden, moeten we de ‘kort geld’-schuld omzetten in een langlopende financiering. We ramen de financieringsbehoefte in 2014 op circa € 22 miljoen. We financieren zo lang mogelijk vanuit de rekening courant, vanwege de lage kosten voor ‘rood staan’. Hoe lang we hiermee doorgaan, hangt af van de (verwachte) renteontwikkeling op de geld- en kapitaalmarkt. Renterisico-norm Uitgangspunt voor het invoeren van een renterisico-norm is het streven naar een spreiding van looptijden van ‘lang geld’-leningen met het oog op een beperking van renterisico's. Het bedrag aan aflossingen en het leningsbedrag dat in aanmerking komt voor renteherziening mogen in het betreffende jaar de renterisiconorm niet overschrijden. Voor waterschappen is de wettelijke renterisico-norm bepaald op 30% van het begrotingstotaal. 30% van het begrotingstotaal 2014 komt neer op een bedrag van € 17.360.000. Het op vaste geldleningen af te lossen bedrag in 2014 is € 2.030.756 en blijft ruim binnen de renterisico-norm van € 17.360.000. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 43 - Schatkistbankieren In het begrotingsakkoord was opgenomen dat met ingang van 2013 ook de decentrale overheden worden verplicht tot ‘schatkistbankieren zonder leenfaciliteit’. In feite is schatkistbankieren een mechanisme waarmee de centrale overheid de staatsschuld collectief wil verlagen door tekort- en overschotposities met elkaar te verrekenen waarbij zij op termijn ook de ‘rente-uitgaven’ van de collectieve overheid te kunnen verlagen. Schatkistbankieren houdt in dat publieke instellingen al hun liquide middelen boven de norm van 0,75% van het bruto begrotingstotaal (o.b.v. het daggemiddelde binnen een kwartaal), aan móeten houden bij het ministerie van Financiën. Ze doen dat in de vorm van een rekening-courant, zoals bij een bank. Decentrale overheden (zoals waterschappen) hebben de mogelijkheid om termijndeposito’s aan te houden. Over de aangehouden middelen wordt een voor de Staat marktconforme rente vergoed, dat wil zeggen een rente die gelijk is aan de rentes waartegen de Staat zich financiert op de financiële markten. Dit betekent dat bij schatkistbankieren per definitie sprake is van rentederving omdat bij uitzetting bij andere (commerciële) partijen die eveneens voldoen aan de hoogste eisen, de rentevergoeding doorgaans hoger is. Daarnaast brengt het schatkistbankieren een administratieve lastenverzwaring met zich mee. Alleen in geval van overtollige liquide middelen zijn we verplicht tot schatkistbankieren en dan ook nog wanneer we boven de norm voor het daggemiddelde van 0,75% van € 57.864.791 (afgerond € 434.000) binnen een kwartaal uitkomen. Op het moment is het zo dat we hoofdzakelijk ‘rood’ staan en onze financieringsbehoefte als gevolg van te plegen investeringen, alleen maar toeneemt. Risicogedrag Ons beleid is gericht op het financieren van activiteiten tegen zo laag mogelijke financieringskosten en zo laag mogelijk renterisico. Gezien het feit dat we de vaste geldleningen voor langere tijd zijn aangegaan zonder de mogelijkheid tot renteherziening gedurende de looptijd, lopen we een laag renterisico. 2.5 Risicoparagraaf Waterkeringstaak Voor het uitvoeren van onze wettelijke taak op het gebied van de waterkering, is het noodzakelijk om te beschikken over een actueel en gevuld beheerregister. Veel gegevens van onze waterkeringen zijn nog onbekend. Dit heeft zijn oorsprong met name in het feit dat de 1/50e keringen in 1996 zijn aangelegd met een tijdelijk perspectief en in een zeer hoog tempo. Toentertijd was er, nog afgezien van het feit dat de dijken geen primaire status hadden, geen reden om een beheerregister hiervoor op te stellen, omdat de dijken binnen afzienbare tijd overbodig zouden worden. Wij beschouwen de nog uit te voeren dijkverbeteringen hét moment om een actueel beheerregister van deze dijken te gaan opbouwen en beschouwen dit ook als onderdeel van de dijkverbeteringen. De geplande dijkverbeteringen worden grotendeels betaald met Rijksmiddelen. Dat betekent dat er geen vervangingsinvestering wordt opgebouwd ter vervanging van onderdelen uit de waterkering op het moment dat de technische levensduur is bereikt. De voorziening groot onderhoud (€ 400.000) heeft tot doel om constructies en dijklichamen ook daadwerkelijk tot aan het einde van de technische levensduur te laten functioneren, maar het is best mogelijk dat door externe factoren (niet zijnde hogere waterstanden in de Maas) deze technische levensduur eerder is bereikt. Dit is dus een groot risico. Landelijk is een projectbureau opgericht om de dijkverbeteringen uit het nieuw Hoogwaterbeschermingsprogramma (nHWBP) te coördineren (prioritering, subsidieafhandeling, kostenbewaking e.d.). De opgave in Limburg heeft daarin een unieke positie, omdat via de Bestuursovereenkomst Waterveiligheid Maas reeds € 160 miljoen is gelabeld aan onze opgave. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 44 - Volgend uit het Bestuursakkoord Water wordt het projectbureau nHWBP gevuld met 50% medewerkers van Rijkswaterstaat en 50% medewerkers van de waterschappen. Zo zal er in de komende jaren een toenemend beroep worden gedaan op een bijdrage vanuit de waterschappen, ook op ons waterschap. Nagekomen belastingbaten Op basis van ervaringscijfers houden we in de begroting 2014 en verder rekening met structurele nagekomen belastingbaten van € 800.000. Naarmate de kwaliteit van de prognoses met betrekking tot de belastingmaatstaven (aantal ingezeten, waardeontwikkeling Wet Woz, vervuilingseenheden en dergelijke) hoger wordt, zullen de nagekomen belastingbaten lager worden. Landelijk vereveningsfonds Hoogwaterbeschermingsprogramma (2011 € 81 miljoen, 2014 € 131 miljoen, 2015 € 181 miljoen) Bij de berekening van de bijdragen 2014, 2015 en verder voor ons waterschap, gaan wij er van uit dat dezelfde verdeelsleutel wordt gehanteerd als voor de ‘1 ste tranche’ van € 81 miljoen in 2011. Als men uiteindelijk voor een andere verdeelsleutel kiest, kan het bedrag voor ons waterschap hoger of lager uitvallen dan de € 4,13 miljoen die we nu in 2015 ramen. Vanaf 2017 hebben wij rekening gehouden met de invoering van de project gebonden eigen bijdrage. Dit leidt tot een verlaging van het basis bedrag van € 4,13. W ij hebben in onze begroting rekening gehouden dat wij in de periode 2017-2024 jaarlijks zo’n € 20 miljoen per jaar investeren in onze dijken (totaal 160 miljoen) waarvan 10% in aanmerking komt als ‘eigen project bijdrage’ voor ons waterschap. Vanaf 2017 hebben wij op basis van het voorgaande rekening gehouden met een jaarlijks bedrag van € 5,3 miljoen. Landelijk uitgangspunt is dat de meerkosten gecompenseerd worden door te realiseren besparingen door een doelmatiger en rationeel waterbeheer in de afvalwaterketen. In het voorstel van de Unie is in de totale (afval)waterketen uitgegaan van een budgettair neutrale actie. De bijdrage merken we aan als een jaarlijkse investering waarvan de kapitaallasten ten laste van de watersysteemtaak komen. Meerjarenraming 2014-2018 In de meerjarenraming zijn we uitgegaan van een loon- en prijsontwikkeling van 2% per jaar. De btw die per 1 oktober 2012 is verhoogd van 19% naar 21% hebben wij niet gecompenseerd in de btw-gevoelige budgetten. De meerjarenraming is een momentopname en is geen statisch instrument. De meerjarenraming is een meerjarige indicator van de meerjarige ontwikkeling van onze exploitatielasten en -baten. Niet meer en niet minder. De ervaring leert dat door allerlei ontwikkelingen in de omgeving waarin wij acteren, de groei in de structurele kosten meestal hoger uitvalt dan we op enig moment voorzien. Sociale lasten In de begroting zijn wij uitgegaan dat de wettelijke sociale werkgeverslasten zo’n 20% bedragen van de belaste vergoedingen en bruto lonen. Het blijkt dat het percentage de afgelopen jaren in werkelijkheid is gestegen naar zo’n 27%. Tot 2011 zijn we door vacatureruimte met het budget voor sociale lasten (optisch) nog redelijk goed uitgekomen. In de jaarrekening 2012 hebben we echter een omslagpunt geconstateerd dat we ook daar niet meer van uit kunnen gaan. Het verschil en het risico is inmiddels dermate groot geworden dat structurele aanpassing van het budget een noodzakelijke maatregel is. We hebben daarom het budget voor de sociale werkgeverslasten naast het uitgangspunt van de norm van 20% genoemd in de voorjaarsnota 2013, structureel extra verhoogd met € 400.000. Hiermee komt het percentage op bijna 23%. Hiermee verstevigen wij het fundament onder onze begroting. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 45 - Kwijtschelding 2014-2018 In de begroting 2014 hebben wij rekening gehouden met een totaal bedrag aan kwijtschelding 2014 van afgerond € 856.000 (ca. 1,6% van de bruto op te leggen heffingen). De afgelopen jaren is een opwaartse trend te signaleren als gevolg van onder andere de economische situatie en koppeling van kwijtschelding aan de gemeentelijke kwijtschelding. Ook zijn er meer mensen zich bewust van de mogelijkheid tot het aanvragen van kwijtschelding en vinden ook makkelijker de (digitale) weg waardoor de realisatie de voorbije jaren hoger uit is gevallen dan de raming. We hadden/hebben daarom het kwijtscheldingsbedrag voor in ieder geval 2013 en 2014 (mede gelet op de crisis) met € 295.000 verhoogd ten opzichte van de oorspronkelijke ramingen. Ook de jaren daarna is de verwachting dat de trend boven het bedrag ligt dan waarmee we in de exploitatie rekening mee houden. Wij vinden het op dit moment niet nodig om aan de ‘voorkant’ hogere structurele kosten door te berekenen in het zuiveringstarief. Gelet op de omvang van de bestemmingsreserve tariefegalisatie zuiveringsheffing in relatie tot de hoogte van het risico, vinden we dat nu niet nodig. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 46 - Begroting 2014 naar programma’s (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 47 - 3 Programma Waterkering Elke dag kunnen we in Noord- en Midden-Limburg genieten van de Maas. Daartegenover staat dat de Maas af en toe haar grillige en gevaarlijke kant laat zien. Sinds de overstromingen van 1993 en 1995 wordt dan ook hard gewerkt aan een veilige Maas in Limburg. Als waterschap dragen we hieraan bij door de waterkeringen te beheren, te onderhouden en daar waar nodig te versterken. Portefeuillehouders Programma-eigenaar bestuurlijk ambtelijk Rein Dupont (portefeuille waterkeringen) Enno Kuipers Toine Gresel (portefeuille handhaving) Joop de Hoon (portefeuille grondbeleid) Programma prestatie-indicator Doel Doel Doel Doel eind 2014 eind 2015 eind 2016 eind 2017 pm pm pm pm Waterkering aantal km dijkverbetering (totale programma) pm 3.1 Wat willen we bereiken? Opgave De opgave waarvoor wij ons gesteld zien, is het beschermen van de bevolking langs de Maas tegen hoogwater. We willen op realistische wijze invulling geven aan deze opgave, zodat de inwoners in ons gebied zich veilig voelen en zo weinig mogelijk overlast ondervinden van eventueel hoogwater. Parallel hieraan blijven wij onze inwoners bewust maken van de risico’s van het wonen langs het water en blijven we eveneens hun zelfredzaamheid stimuleren mocht er onverhoopt toch iets mis gaan. Ondanks onze inspanningen kan het toch misgaan en kunnen zich ook andere incidenten zoals waterverontreiniging, wateroverlast, watertekort, droogte of het technisch falen van installaties voordoen. Dit zijn voorbeelden van risico’s die wij het hoofd moeten kunnen bieden. Als beheerder van de waterkeringen zijn wij een belangrijke partner bij de verdere invulling van waterveiligheid in het Maasdal. Door o.a. het uitvoeren van geprogrammeerd en ongeprogrammeerd onderhoud aan de waterkeringen, het reguleren van activiteiten van derden in (de nabijheid van) de waterkeringen, het inwinnen van gegevens en het blijven opleiden en trainen van onze medewerkers geven wij invulling aan onze taak als beheerder. Niet alleen het beheer van de waterkering, maar ook het uitvoeren van de noodzakelijke dijkverbeteringen is een taak van ons waterschap. In ons beheergebied kan de totale opgave worden verdeeld in: ste afronden 1 tranche dijkverbetering; e uitvoeren 2 tranche dijkverbetering, prioritaire dijkverbeteringen; uitvoeren dijkverbeteringen in gebiedsontwikkeling Ooijen-Wanssum; uitvoeren nieuwe Hoogwaterbeschermingsprogramma. Onze doelstelling is het realiseren van een veilig Maasdal uiterlijk in 2024 met een bescherming tegen e hoogwater met een 1/250 overschrijdingskans. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 48 - Beoogd effect De burger voelt zich veilig en heeft vertrouwen in ons waterschap als waterkerende en waterbeherende instantie. De beschermde gebieden kunnen tijdens hoogwater van de Maas zo normaal mogelijk functioneren en ondervinden zo weinig mogelijk (over)last en/of schade van hoogwater. Randvoorwaarden We beheren en onderhouden de waterkeringen en de gegevens daarvan efficiënt. We zadelen de burger zo weinig mogelijk op met regelgeving en beperkingen, maar wijzen wel op zelfredzaamheid en eigen verantwoordelijkheid. Doelstellingen Wij geven op realistische wijze invulling aan de bescherming tegen hoogwater van de Maas, zodat inwoners in ons gebied zich veilig voelen en zo weinig mogelijk overlast ondervinden. We hebben de taak zoals die volgt uit ons waterschapsreglement en de provinciale Omgevingsverordening Limburg helder en eenduidig binnen ons waterschap in uitvoering genomen. We hebben ons waterkeringbeleid eenduidig en transparant vastgelegd in het beheerplan waterkeringen en hierover gecommuniceerd. Onze Keur, Legger en Beheerregister waterkeringen voldoen aan de vereisten van de Waterwet en de provinciale Omgevingsverordening Limburg. We hebben activiteiten van derden met betrekking tot de dijken door middel van adequate vergunningen en handhaving gereguleerd. We bewaken overige ontwikkelingen in het Maasdal die direct/indirect effect kunnen hebben op de waterkeringstaak aan de voorzijde door participatie in projecten. We stimuleren hierbij rivierverruimende maatregelen. e De nog te realiseren dijkverbeteringen uit de 2 tranche, inclusief de te verbeteren trajecten uit de Toetsing op Veiligheid, zijn in 2020 afgerond. We streven naar een professionele en kwalitatief goede calamiteitenbestrijding. Ons hoogwaterbestrijdingsplan is actueel. Wij maken de inwoners in ons gebied bewust van overstromingsrisico’s en stimuleren zelfredzaamheid. We communiceren met inwoners over risico’s en wat zij hiertegen kunnen doen. Als waterpartner werken wij samen in de veiligheidsregio. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 49 - 3.2 Wat gaan we ervoor doen? Beleidskaders omschrijving vastgesteld periode* Beheerplan Waterkeringen 2009-2013 2009 2013 Bestuursovereenkomst Planstudie Sluitstukkaden 2010 2010-2020 Bestuursovereenkomst restwerkzaamheden Maaswerken 2011 2011-2014 Bestuursovereenkomst Waterveiligheid Maas 2011 2017-2024 Bestuursovereenkomst planuitwerking Ooijen-Wanssum 2012 2012- Keur 2013 Geen termijn Algemene regels Keur waterkeringen 2013 Beleidsregels vergunningen waterkeringen 2013 Legesverordening 2011 Geen termijn Legger waterkeringen 2008/2010 Geen termijn * Zolang geen nieuw beleid is vastgesteld, blijven genoemde beleidslijnen gelden (ook als periode is overschreden) Projecten nr naam 1 1 ste omschrijving Tranche dijkverbeteringen Voorbereiden en uitvoeren van de restpunten uit de 1 ste tranche dijkverbetering. 2 activiteiten beoogde resultaten Het afronden van de Met Rijkswaterstaat hebben wij in 2011 een overeenkomst gesloten dijkverbeteringen in Venlo, Gennep, Mook en Middelaar als om de resterende werkzaamheden binnen de opdracht van de projectorganisatie Maaswerken in Venlo, Gennep, Mook en restopgave van de Middelaar af te ronden. De werkzaamheden worden in 2014 projectorganisatie Maaswerken afgerond. De kosten komen ten laste van de beschikbare middelen (€ 5,3 miljoen), zoals vastgesteld in de bestuursovereenkomst. e e 2 Tranche dijkverbetering Voorbereiden en uitvoeren van de 2 tranche dijkverbetering. activiteiten beoogde resultaten Het voorbereiden en uitvoeren Met het Rijk is een Bestuursovereenkomst Planstudie Sluitstuk- van de prioritaire kaden in 2010 gesloten. Op basis van deze overeenkomst vindt de dijkverbeteringen uit de 2 tranche dijkverbetering e uitwerking van de planstudie en de voorbereidingen van de uitvoering van de prioritaire dijkverbeteringen plaats. De kosten komen ten laste van de beschikbare middelen (€ 42 miljoen) zoals vastgesteld in de bestuursovereenkomst. In 2012 is opdracht verstrekt voor een pakket van drie dijkringen (Mook, Afferden en Eiland van Bergen), op basis waarvan de planstudie wordt uitgewerkt in 2012 tot 2014. In 2014 zal worden gestart met de uitvoering. Het tweede pakket van drie dijkringen (Lottum, (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 50 - Grubbenvorst en Neer) zal in 2014 worden opgepakt en uitgewerkt in een planstudie. De uitvoering van dit pakket zal waarschijnlijk starten in 2015. De uitvoering van pakket 1 en 2 aan dijkverbeteringen vindt gefaseerd plaats in de periode 2014 tot 2017 met een maximale uitloop tot 2020 conform einddatum van de bestuursovereenkomst. 3 4 Ooijen-Wanssum Voorbereiden en uitvoeren van de dijkverbeteringen in het gebiedsontwikkelingsplan Ooijen-Wanssum. activiteiten beoogde resultaten Het voorbereiden en uitvoeren van de dijkverbeteringen in het De doelstelling van ons waterschap is een trekkersrol te vervullen wat betreft de dijkverbeteringen in het gebiedsontwikkelingsplan gebiedsontwikkelingsplan Ooijen-Wanssum. Ook in 2014 zullen wij, onder regie van Provincie Ooijen-Wanssum Limburg, hieraan een actieve bijdrage leveren. De kosten hiervoor komen ten laste van het integrale project. Hoogwaterbeschermings- Voorbereiden op de uitvoering van het Hoogwaterbeschermings- programma programma 2017 e.v.. activiteiten beoogde resultaten Het voorbereiden en uitvoeren Op basis van de Bestuursovereenkomst Waterveiligheid Maas van de dijken in kader van het nieuwe Hoogwaterberscher- brengen wij de resterende dijktracés op orde. In 2017 en volgende jaren is € 20 miljoen gereserveerd vanuit het nHWBP. In de periode mingsprogramma (nHWBP) van 2014 tot 2017 pakken wij binnen de spelregels van het nHWBP de projectvoorbereiding op. Over de voorfinanciering maken wij nog afspraken met het projectbureau nHWBP. Op basis van een nog uit te werken businesscase zullen wij een voorstel doen voor organisatorische aanpassingen. De huidige formatie is ontoereikend voor het uitvoeren van het programma. Daarnaast is de organisatie nog niet ingericht op een dergelijke extra opgave. Volgend uit het Bestuursakkoord Water wordt het projectbureau nHWBP gevuld met 50% medewerkers van Rijkswaterstaat en 50% medewerkers van de waterschappen. Zo zal er in de komende jaren een toenemend beroep worden gedaan op een bijdrage vanuit de waterschappen, ook op ons waterschap. 5 Beheerregister Geotechnisch en constructief onderzoek en vastleggen gemaakte afspraken. activiteiten beoogde resultaten Geotechnisch en constructief In 2011 zijn wij gestart met het inwinnen van gegevens van de 1/50 onderzoek dijken die nu niet worden meegenomen in de geprioriteerde e dijkverbeteringen. In 2014 worden mogelijk nog enkele locaties onderzocht, waarna het project in 2014 zal worden afgesloten. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 51 - 6 Vastleggen gemaakte Voor 2014 is onze doelstelling per gemeente een overeenkomst uit afspraken te werken met afspraken over beheer/onderhoud en het testen van de afsluitmiddelen en dit vast te leggen in het beheerregister. Kabels en Leiding Opstellen visie en plan van aanpak. activiteiten beoogde resultaten Opstellen visie en plan van aanpak Kabels en vooral leidingen in of nabij waterkeringen vormen een risico voor de veiligheid. In ons beheergebied liggen er relatief veel kabels en leidingen onder of direct naast de waterkeringen. In de lopende dijkverbeteringsprogramma’s is geen rekening gehouden met het structureel oplossen van kabels en leidingen-problematiek in Limburg. Na goedkeuring van de nog op te stellen businesscase willen wij in 2014 starten met: een nadere inventarisatie van de problematiek; het ontwikkelen van een visie en het opstellen van een plan van aanpak, incl. kostenraming; het maken van afspraken met de leidingbeheerders; het afstemmen van de vervangingsinvesteringen met toekomstige dijkverbeteringen. De kosten hiervoor worden geraamd op circa € 100.000 in 2014 (€ 100.000 in 2015 en € 50.000 in 2016). 7 Beplanting Opschonen van gevaarlijke situaties. activiteiten beoogde resultaten Opschonen van gevaarlijke De aanwezige bomen en beplantingen op en nabij de waterkeringen situaties zijn geïnventariseerd. Daar waar deze een negatieve invloed hebben op de veiligheid, zal via de dijkverbeteringen worden gewerkt aan een structurele oplossing. Echter, de dijkverbeteringen lopen door tot 2024 zodat ook voor deze overbruggingsperiode aanvullende maatregelen worden voorzien (het nemen van technische maatregelen ter behoud van de beplanting met garantie voor voldoende veiligheid of het verwijderen van de beplanting). Op basis van een businesscase zal de aanpak nader worden uitgewerkt en zullen de kosten ca. € 500.000 bedragen in de komende 2 tot max. 5 jaar. Voor 2014 begroten wij € 175.000 (€ 175.000 in 2015 en € 150.000 in 2016). (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 52 - Beleidsproducten nr naam beleidsproduct omschrijving beleidsproduct 1 Eigen plannen waterkeringen Het opstellen van beheer- en beleidsplannen en plannen rond specifieke thema’s en/of gebieden. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 1.1 Beheerplan waterkeringen Inspectie en onderhoudsplan Op basis van de ontwikkelde en vastgestelde plannen zullen wij onze onderhoudsstrategie voor onze waterkeringen in de diverse onderhoudsprogramma’s operationaliseren. Met het doorlopen van de plan-do-check-act (PDCA) cyclus zullen we de programma’s ook in de komende jaren verder gaan optimaliseren. Essentieel onderdeel van de PDCA cyclus is het vastleggen van inspecties, bijbehorende resultaten en het volgen van de voortvloeiende acties. Dit is bovendien noodzakelijk voor de wettelijke toets op veiligheid en een actueel inzicht van de staat van onderhoud van de waterkeringen ten tijde van hoogwater. Binnen ons waterschap wordt gebruik gemaakt van het meldingenregistratiesysteem Maximo. We zullen onderzoeken in hoeverre Maximo invulling kan geven aan bovenstaande behoefte. Het volgen van ruimtelijke ordening ontwikkelingen in het Maasdal Uitvoering wettelijke taak. Wij stellen ons daarbij in eerste instantie op als adviserend partner. In de uitvoering van de gebiedsontwikkeling Ooijen-Wanssum zijn we actief betrokken als uitvoeringspartner voor de planvorming van de dijkversterking binnen deze gebiedsopgave. Beleidsontwikkeling van derden Wij volgen de landelijke en provinciale beleidsontwikkeling op het gebied van de waterkering en zullen, waar noodzakelijk en mogelijk, op een proactieve wijze onze bijdrage leveren dan wel onze eigen beleidsdoelstellingen aanpassen. Een belangrijke beleidsontwikkeling voor de toekomst is de verdere ontwikkeling van een nieuwe veiligheidsnormering van de waterkeringen. We participeren landelijk in het project Veiligheid in Nederland op Kaart (VNK). Tevens volgen we actief de ontwikkelingen in het Deltaprogramma en zijn we alert op de verbinding van lopende programma’s (zoals de dijkversterking) met de lange termijn programma’s (zoals het Deltaprogramma). 1.6 Calamiteitenplannen We houden ons hoogwaterbestrijdingsplan jaarlijks actueel en zoeken de samenwerking met gemeenten op de onderdelen noodkeringen en evacuatie. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 53 - 3 Beheerinstrumenten Voorbereiding, op- en vaststelling en het actueel houden van de waterkeringen legger en het beheerregister, met bijbehorende kaarten, waarin de ligging, richting, vorm, constructie en overige kenmerkende gegevens van de constructie en de feitelijke toestand van de waterkeringen en de daarin gelegen kunstwerken is aangegeven. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 3.1 Legger waterkeringen Beheer voeren op basis van nieuwe legger. We houden de legger actueel. Aandachtspunt hierbij is het verwerken van de uitkomsten van initiatieven van derden (gemeenten) na oplevering. 3.2 Beheerregister Actualisatie en beheer van gegevens van de waterkering en waterkeringen objecten in en nabij de waterkering ten behoeve van de toetsing op veiligheid, draaiboek hoogwater en beheer en onderhoud van de waterkering. 3.3 Veiligheidstoetsing Als beheerder blijven we verantwoordelijk voor de periodieke waterkeringen toetsing van de waterkeringen. Er zijn ontwikkelingen om deze periodieke toetsing op termijn te transformeren naar een continue toetsing. 4 Aanleg en onderhoud Het tot stand brengen, vernieuwen, overnemen en uitvoeren van waterkeringen onderhoudswerkzaamheden van keringen en de bij ons waterschap in beheer zijnde kunstwerken, inclusief het verwerven van de ondergrond. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 4.1 Aanleg en verwerving primaire waterkeringen Aanleg en verbeteren waterkeringen Ons doel is een veilig Maasdal. Dit willen wij realiseren via de volgende sporen: ste afronden 1 e uitvoeren 2 tranche dijkverbetering; tranche dijkverbetering, prioritaire dijkverbe- teringen; uitvoeren dijkverbeteringen in gebiedsontwikkeling OoijenWanssum; uitvoeren nieuwe Hoogwaterbeschermingsprogramma. De voornoemde dijkverbeteringen betalen we grotendeels uit Rijksmiddelen. Dat betekent dat we geen vervangingsinvestering opbouwen ter vervanging van onderdelen uit de waterkering op het moment dat de technische levensduur is bereikt. De voorziening groot onderhoud (€ 400.000) heeft tot doel constructies en dijklichamen ook daadwerkelijk tot aan het einde van de technische levensduur te laten functioneren, maar het is best mogelijk dat door externe factoren (niet zijnde hogere waterstanden in de Maas) deze technische levensduur eerder is bereikt. Dit is dus een groot risico. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 54 - 4.2 Onderhoud primaire Het uitvoeren van geprogrammeerd onderhoud aan grijze en groene waterkeringen dijken en waterkerende kunstwerken. Het onderhoud zal conform planning worden uitgevoerd. Doelstelling van ons waterschap is, zoals ook verwoord in het beheerplan waterkeringen, het verminderen van het aantal demontabele keringen en coupures. De insteek bij deze doelrealisatie is het principe van ‘werk met werk’. Het uitvoeren van noodzakelijk ongeprogrammeerd onderhoud aan grijze en groene dijken en waterkerende kunstwerken. We richten ons in 2014 met name op het verbeteren van de taluds op enkele probleemlocaties en het verwijderen van de meest risicovolle beplanting op de keringen. Inspecties waterkeringen Door middel van gerichte inspecties van zowel de groene dijken als de kunstwerken, houden wij zicht op het goed functioneren van de kering. Tevens combineren we deze taak met toezicht op de keur, begeleiding van de onderhoudsbestekken en de vergroting van het bewustzijn bij burgers aan de waterkering. 5 Dijkbewaking en calamiteitenbestrijding Het plan- en doelmatig bewaken van waterkeringen in bedreigende situaties en het treffen van maatregelen om de waterkerende functie waterkeringen te waarborgen. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 5.1 Dijkbewaking en Het laten functioneren van de dijkwachtorganisatie calamiteitenbestrijding Adequate dijkbewaking tijdens hoogwater. Op basis van een nog vast te stellen businesscase zullen wij in 2014 werken aan een duurzame dijkwachtorganisatie. Zoals in de voorjaarsnota is verwoord, bedragen de kosten naar verwachting incidenteel € 20.000 in 2014 en structureel € 150.000 jaar vanaf 2015 (afhankelijk van keuze en opleidingsniveau). Het laten functioneren van de hoogwaterbestrijdingsorganisatie Adequaat optreden tijdens hoogwaters. Met het grote aantal demontabele en tijdelijke keringen, het grote aantal dijkringen en de verschillende fases is de uitvoering van het hoogwaterbestrijdingsplan een omvangrijke opgave. Eerder hebben wij vastgesteld dat wij met het huidige bestrijdingsplan tegen de logistieke grenzen zijn aangelopen. Een goede registratie van de uitgevoerde activiteiten is essentieel bij het beperken van de risico’s. In het verleden was onze doelstelling aan te sluiten op een landelijk systeem genaamd FLIWAS. Omdat de realisatie van FLIWAS niet voorspoedig liep, zijn wij uit dit project gestapt. De behoefte voor een goed registratiesysteem is echter wel gebleven. Dit willen wij in 2014 nader verkennen, met speciale aandacht voor de mogelijkheden in Maximo. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 55 - Onderhoud en beheer van hoogwaterbestrijdingsmaterieel Goed functionerend en betrouwbaar materieel. Het periodiek inspecteren van de keer- en afsluitmiddelen voor het hoogwaterseizoen. Het periodiek inspecteren van de keer- en afsluitmiddelen en het houden van een jaarlijkse schouw voorafgaand aan het hoogwaterseizoen. Ten behoeve van de inspecties is extra capaciteit noodzakelijk à € 90.000 per jaar vanaf 2014. Op basis van een nog uit te werken businesscase zullen we hierover een besluit nemen. Het actueel houden van het calamiteitenbestrijdingsplan hoogwater Maas. Actueel bestrijdingsplan aanpassen n.a.v. dijkverbeteringen en evaluaties. Voorafgaand aan het hoogwaterseizoen verspreiden onder de betrokkenen en waar noodzakelijk op onderdelen geoefend. Het periodiek testen en plaatsen van hoogwaterbestrijdingsmaterieel Essentieel in de hoogwaterbestrijding is het tijdig en volledig opbouwen van het hoogwaterbestrijdingsmaterieel. Een jaarlijkse oefening ten behoeve van voldoende ervaring en routine, ook bij derden (m.n. aannemers) die vanuit de waakvlamconstructies een belangrijke bijdrage leveren in het realiseren van de hoogwaterbescherming. Voor 2014 is de doelstelling een grootscheepse oefening te organiseren met/voor de veiligheidsregio. Het streven is een en ander te combineren. We communiceren met inwoners over risico’s en wat zij hiertegen kunnen doen. Wij blijven communiceren met de inwoners op alle mogelijke momenten en via alle mogelijke media ten behoeve van een grotere zelfredzaamheid. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 56 - 3.3 Wat mag het kosten? Programma Waterkering R e k e ning 2 0 12 B e gro t ing 2 0 13 B e gro t ing 2 0 13 ( inc l.wijz.) B e gro t ing 2 0 14 Catego rie (€) (€) (€) (€) 11.109 0 0 0 43 Go ederen en diensten van derden 767.691 532.667 499.667 539.667 45 To evo egingen aan vo o rzieningen 400.000 400.000 400.000 400.000 50 Kapitaallasten 303.714 625.979 625.979 728.659 1.838.695 1.404.477 1.404.477 1.637.430 3.321.209 2.963.123 2.930.123 3.305.756 (€) (€) (€) (€) 135.798 0 0 0 Lasten 42 P erso neelslasten 51t/m 59 Organisatie-/bedrijfsvo eringsko sten To taal Lasten B aten 83 Go ederen en diensten aan derden To taal B aten S a ldo la s t e n m inus ba t e n 135.798 0 0 0 3 .18 5 .4 11 2 .9 6 3 .12 3 2 .9 3 0 .12 3 3 .3 0 5 .7 5 6 Toelichting lasten 43 Goederen en diensten van derden De hogere werkelijke kosten verantwoord in 2012 hielden enerzijds verband met de hoogwatercalamiteit in januari 2012 en anderzijds met extra onderhoud aan de waterkeringen. De kosten van een hoogwatercalamiteit ramen we niet vooraf. Mocht er sprake zijn van een hoogwatercalamiteit, dan is de gedragslijn om eerst de kosten binnen de totale exploitatierekening op te vangen. Mocht dat niet lukken dan hebben we nog altijd de bestemmingsreserve hoogwater achter de hand. 45 Toevoegingen aan voorzieningen Op basis van het onderzoeksrapport van Arcadis (beheer en onderhoud waterkeringen) en de bestuurlijke besluitvorming naar aanleiding daarvan, ramen we met ingang van 2011 jaarlijks bedrag van € 400.000 voor te plegen onderhoud aan waterkeringen. Dit bedrag storten we in een onderhoudsvoorziening. Dit met het oog op gelijkmatige spreiding van meerjarige cyclische kosten in de exploitatie. 50 Kapitaallasten De toename in 2014 is het gevolg van de doorrekening van de kapitaallasten van de geplande investeringen voor dit programma. De voor dit programma geplande investeringen zijn opgenomen in het overzicht ‘Investeringen 2014-2018’ dat bij dit programma is opgenomen. Een gedeelte van de kapitaallasten wordt via bestemming/dekking van het resultaat ten laste gebracht van de bestemmingsreserve kapitaallasten. In de kapitaallasten is rekening gehouden met de te betalen bijdrage aan het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Die bijdrage stijgt van € 1.850.000 in 2013 naar € 2.990.000 in 2014. Dat bedrag beschouwen we als een investering waarvan de kapitaallasten ten laste van de exploitatie worden gebracht. Dit is de uitvoering van het besluit genomen door het algemeen bestuur op 27 april 2011. 51 t/m 59 Organisatie- en bedrijfsvoeringkosten Op de zogenaamde afdelingskostenplaatsen worden alle kosten (salariskosten, sociale lasten, reiskosten e.d.) van een afdeling verzameld, waarna op basis van het aantal direct productieve uren een integraal uurtarief wordt berekend. Vervolgens berekenen we op basis van de verwachte tijdsbesteding 2014 de kosten door naar de desbetreffende producten en programma’s. Overigens zijn de kosten van het team (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 57 - dijkverbetering zijn niet op dit programma opgenomen omdat deze ten laste van de te verwachten projectsubsidie worden gebracht. Productramingen Programma Waterkering (€) Producten Begroting Lasten 2013 Calamiteitenplannen Begroting Begroting Begroting Lasten 2014 Baten 2013 Baten 2014 208.744 B eheersinstrumenten waterkeringen 211.027 0 0 576.666 628.494 0 0 A anleg en o nderho ud van waterkeringen 1.733.727 1.997.757 0 0 Dijkbewaking en calamiteitenbestrijding 443.986 2.963.123 468.478 3.305.756 0 0 0 0 2.963.123 3.305.756 Totaal (€) Saldo lasten minus baten Investeringen 2014-2018 Investeringen meerjarenperiode (x € 1.000) Nr Cat. Afschr. termijn B ijdrage landelijk vereveningsfo nds HWB P 1. A 30 jaar P ro ject gebo nden eigen bijdrage HWB P Geo technisch en co nstructief o nderzo ek waterkeringen 2. B 30 jaar 3. A vo o rfinanciering P erio dieke veiligheidsto etsing waterkeringen 4. B 5 jaar Raming Raming Raming Raming Raming 2014 2015 2016 2017 2018 2.990,0 Totaal 4.130,0 75,0 75,0 3.065,0 4.205,0 4.130,0 4.130,0 3.304,0 3.304,0 2.000,0 2.000,0 300,0 300,0 5.604,0 5.604,0 Categorie A investeringen zijn investeringen waarvan we de start/realisatie hebben gepland in 2014 en waarvan de uitvoering bij vaststelling van de begroting wordt geautoriseerd aan het dagelijks bestuur. Dit geldt alleen voor de bedragen opgenomen in jaarschijf 2014. Categorie B investeringen zijn investeringen waarvan we de start/realisatie na 2014 hebben gepland en die dus nog niet uitvoering in aanmerking komen. In de meerjarenraming hebben we wel alle geplande investeringen doorgerekend. Meerjarenraming 2014-2018 Meerjarenraming ( x € 1.000) Raming 2014 Raming 2015 Raming 2016 Raming 2017 Raming 2018 Lasten 3.306 3.610 3.912 4.262 4.651 B aten 0 3.306 0 3.610 0 3.912 0 4.262 0 4.651 Saldo In de meerjarenraming zijn alle kosten van geplande investeringen doorgerekend. Daarnaast is rekening gehouden met de vrijval van kapitaallasten uit oude investeringen. Verder is rekening gehouden met: de stijging van lonen en prijzen met 2% per jaar; de opname van een jaarlijkse uitgavenpost vanwege de bijdrage aan het landelijke vereveningsfonds voor uitvoering van het Hoogwaterbeschermingsprogramma en Deltaprogramma, een en ander naar aanleiding van het Bestuursakkoord Water. De jaarlijks te betalen bijdragen merken we als investering aan waarvan de kapitaallasten ten laste van de exploitatie worden gebracht; de structurele verhoging van de bijdrage aan het Hoogwaterbeschermingsprogramma in 2014 en 2015 van € 1.850.000 in 2012 naar € 4.130.000 in 2015 vanwege extra Rijksbezuinigingen (landelijk + € 50 miljoen in 2014 en nog eens + € 50 miljoen in 2015). We zijn bij de berekening van de bijdragen 2014 er van uit gegaan dat de dezelfde verdeelsleutel wordt gehanteerd als bij de bijdrage 2011/2012, namelijk 50% via de verhouding van ingezetenen en 50% via de verhouding van de Woz waarde. De waterschappen nemen vanaf 2015 landelijk € 181 miljoen van de financiering van het Hoogwaterbeschermingsprogramma voor hun rekening; (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 58 - De invoering van de nieuwe verdeelsystematiek HWBP bijdragen met de ‘projectgebonden eigen bijdrage HWBP’ in 2017. We verwachten dat de ‘vaste’ bijdrage daalt van € 4,13 miljoen naar € 3,304 miljoen. Op grond van het gesloten convenant met het Rijk over het toekennen van prioritering van de Limburgse dijken op het HWBP programma 2017 en verder, hebben we aanvullend rekening gehouden met een projectgebonden eigen bijdrage van € 2 miljoen per jaar op basis van een bruto investering van € 20 miljoen per jaar (€ 160 miljoen totaal in periode 20172024). (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 59 - 4 Programma Watersysteem op orde: geschikt voor grondgebruik Een vitale landbouw, mooie natuurgebieden en vertier aan het water in de zomermaanden. Allemaal herkenbare maatschappelijke functies die dagelijks vragen om zorgvuldig waterbeheer: niet te weinig water (verdroging van natuur), niet teveel (wateroverlast) en niet te vies (bacteriën en blauwalgen). Als waterschap beheren wij het watersysteem zodanig dat deze omliggende maatschappelijke functies optimaal tot hun recht komen. Portefeuillehouders Programma-eigenaar bestuurlijk ambtelijk Jan Classens (portefeuille waterbeheer Alfred Paarlberg landelijk gebied) Paul de Lange (portefeuille stedelijk waterbeheer) Toine Gresel (portefeuille handhaving) Programma Doel Doel Doel Doel eind 2014 eind 2015 eind 2016 eind 2017 80% pm pm pm 15 pm pm pm opgeleverde beekontwikkelplannen 4 pm pm pm BOS-OMAR operationeel ja pm pm pm < 0,35 / km pm pm pm besluiten op aanvraag tijdig afgehandeld > 90% pm pm pm afwijking gerealiseerde inspecties versus geplande inspecties conform Handhavingsprogramma < 15% pm pm pm prestatie-indicator Watersysteem op orde: geschikt voor grondgebruik streefpeilen op tien representatieve locaties gerealiseerd opgeloste knelpunten WB21 vangst muskusratten 4.1 Wat willen we bereiken? Opgave Met onze watergangen zorgen we voor een afgepaste hoeveelheid water in het gebied. Niet te weinig (verdroging) en niet teveel (vernatting). Het is onze opgave (ambitie) om een optimaal gebiedsgericht waterpeil te realiseren en te behouden, rekening houdend met toekomstige klimaatwijzigingen. Dit willen we bereiken op een klantgerichte, meedenkende en betrouwbare wijze. Beoogd Effect Een met de regio afgestemd grond- en oppervlaktewaterregime dat duurzaam de functies in het gebied bevordert en daarmee een bijdrage levert aan de economische dynamiek. We geven invulling aan onze taken conform de Waterwet. We zijn goed voorbereid op de klimaatverandering die gaat komen: we kennen de gevolgen en hebben een strategie hoe hierop te anticiperen. We hebben een heldere en gedragen waterclaim in de beekdalen ter ondersteuning van de realisatie van doelen van Nieuw Limburgs Peil. De doorontwikkeling en toepassing van IBRAHYM worden geborgd in de organisatie. Het actief peilbeheer is transparant en inzichtelijk voor onze ingelanden. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 60 - Natschadeklachten worden adequaat en snel behandeld. Onze monitoring is afgestemd op de behoeften van de organisatie en is optimaal beschikbaar voor de samenleving. Randvoorwaarden We vinden bij voorkeur oplossingen via het creëren van veerkrachtige watersystemen. We houden bij onze oplossingen zoveel mogelijk rekening met verwachte klimaatveranderingen. We zadelen burgers en bedrijven zo weinig mogelijk op met regelgeving, beperkingen en toezicht. Doelstellingen Wij realiseren een optimaal gebiedsgericht waterpeil. We streven ernaar dat er in 2020 sprake is van een op het Nieuw Limburgs Peil gebaseerde inrichting van het watersysteem. In 2015 zijn alle bestaande wateroverlastknelpunten duurzaam opgelost. De WB21-normen zijn verankerd en alle informatie over de knelpuntsituaties is voorhanden en de grootste knelpunten worden met voorrang aangepakt. De Keur met de daaraan verbonden algemene regels en beleidsregels zorgt op een transparante wijze voor een optimale bescherming van onze watersystemen. Vergunningverlening, toezicht en handhaving zijn wat betreft professionaliteit op voldoende niveau. Wij zijn klantgericht, meedenkend en betrouwbaar. Zowel Nieuw Limburgs Peil, als de maatregelen uit de Kaderrichtlijn Water en de Waterbeheer 21 e eeuwnormen en -knelpunten worden, na vaststelling in een integraal gebiedsproces, uitgevoerd conform afspraken. Degene, tot wie gestelde regels zich richten (algemene regels of vergunning), is hiervan op de hoogte en accepteert de inhoud van de gestelde regels. We ontsluiten informatie actief via internet. We komen gemaakte afspraken met Rijk/Provincie over de wijze waarop wij onze rol invullen in het kader van de Waterwet na. Vergunningverlening, toezicht en handhaving functioneren efficiënt en worden meer gericht op het optimaliseren van het watersysteem. De gestelde regels ter bescherming van de watersystemen handhaven wij consequent. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 61 - 4.2 Wat gaan we ervoor doen? Beleidskaders omschrijving vastgesteld periode* Visie waterbeheer 2020 2012 2013-2020 Waterbeheerplan 2009 2010-2015 Nieuw Limburgs Peil 2010 2010-2020 Beheervisie waterlopen 2012 2012-2015 Stedelijk waterbeheer 2005 2005-2009 Beregeningsbeleid 2008 2008-2015 Beleid recreatief medegebruik 2010 Geen termijn Keur 2009 Geen termijn Legger 2006 2006-2015 Legesverordening 2011 Geen termijn Beleidsregels vergunningen watersysteem 2009 Geen termijn Algemene regels Keur 2009 Geen termijn Handhavingsbeleid 2013 Geen termijn * Zolang geen nieuw beleid is vastgesteld, blijven genoemde beleidslijnen gelden (ook als periode is overschreden) Projecten nr naam omschrijving 1 Ontwikkeling BOS-OMAR Een model dat in staat is om het operationele waterbeheer te ondersteunen op basis van kennis van de actuele situatie en een voorspelling van de (nabije) toekomst. activiteiten beoogde resultaten Ontwerp en realisatie Beslissingondersteunende systemen (BOS) geven op basis van de actuele waterstanden en de weervoorspelling voor een aantal dagen vooruit een snelle voorspelling voor ondermeer de waterstanden. Een BOS assisteert waterbeheerders bij de inzet van maatregelen om bijvoorbeeld wateroverlast en hieruit voortkomende schade te voorkomen of in omvang te beperken, droogteschade te beperken, maaitijdstippen te optimaliseren etc.. Het te ontwikkelen BOS OMAR (Operationeel Model voor Anticiperend waterbeheer op Regionale schaal) richt zich op het voorspellen van hoogwatersituaties in het regionale systeem, het ondersteunen van het maaibeheer en het optimaliseren van de wateraanvoer en de waterverdeling. De totale kosten worden geschat op € 275.000. In 2014 voorzien we het volledig operationeel zijn van het systeem. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 62 - 2 e 2 toetsing WB21 Uitvoeren van een nieuwe WB21-toetsing op basis van verbeterde modellen en betrouwbaardere klimaatvoorspellingen. activiteiten beoogde resultaten Uitvoering toetsing Op grond van de afspraken uit het hernieuwde Nationaal Bestuursakkoord Water, streven wij ernaar om in 2015 een nieuwe toetsingsronde uitgevoerd te hebben, waarbij o.m. de nieuwste KNMI-klimaat-scenario’s uit 2013 worden betrokken en getoetst zal gaan worden volgens een landelijk vastgestelde systematiek. Deze toetsing voeren we gezamenlijk met WRO uit onder de regie van één gezamenlijke projectleider. In 2013 zullen na het verschijnen van de nieuwe klimaatscenario’s de berekeningen worden uitgevoerd en doorlopen tot medio 2014. De hernieuwde toetsing zal worden meegenomen in ons nieuwe waterbeheerplan. Of door deze nieuwe toetsing veel wijzigt aan de huidige lijst met knelpunten wordt niet verwacht. Echter, de effecten van het toekomstig te verwachten klimaat op de langere termijn kunnen wel extra aandachtspunten opleveren. Voor aanpassingen van het modelinstrumentarium zijn netto extra kosten gemoeid van € 155.000. Beleidsproducten nr naam beleidsproduct omschrijving beleidsproduct 1 Eigen plannen Het opstellen van beheer- en beleidsplannen en plannen rond specifieke thema’s en/of gebieden. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 1.2 Waterbeheerplan Evalueren huidige Waterbeheerplan en een volgend waterbeheerplan voorbereiden In 2013 hebben we een mid-term review met een tussenstand van de uitvoering van het Integraal waterbeheerplan. Het vigerende Waterbeheerplan heeft een looptijd t/m 2015. In 2014 evalueren we dit plan en bereiden we een nieuw waterbeheerplan voor. Opstellen van een gebiedsdekkende gewenst grond- en oppervlaktewaterregime (GGOR) / Nieuw Limburgs Peil De uitvoering van Nieuw Limburgs Peil is vanaf 2011 verankerd in het Meerjareninvesteringsprogramma. Daarnaast is in de begroting rekening gehouden met aanvullende maatregelen, NLP maatregelen voor herstel van het watersysteem. Omdat deze laatste betrekking hebben op het herstel van het watersysteem, zijn deze ondergebracht onder het programma ‘Watersysteem op orde: herstelde watersystemen’. Het gaat hierbij om een jaarlijks investeringsbedrag van € 300.000 voor de duur van 5 jaar. Beleidsmonitoring Bij het verder ontwikkelen van beleidsevaluaties combineren we (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 63 - verschillende beleidssporen. Naast het Waterbeheerplan volgen we ook de voortgang van de realisatie van doelen uit de KRW en NLP. Wij voorzien in 2013 en 2014 een gefaseerde ontwikkeling, op basis van het (deels) reeds aanwezige systeem Delft-FEWS/Lizard. In 2014 stellen wij hiermee ook een beleidsmonitor samen, o.a. ter evaluatie van het waterbeheerplan 2010-2015. Het ontwikkelen en implementeren van een volg- en stuursysteem en toepassingsapps vraagt een bedrag van € 100.000. 1.5 Thema- en gebiedsgerichte Opstellen beleidsnotities, -uitwerkingen en -onderzoeken plannen Actuele beleidsvraagstukken hebben wij uitgewerkt tot notities en plannen. Beekontwikkeling Dit betreft onder andere de uitwerking van beekontwikkeling. Waar de focus lag op herinrichting van beken, is het besef gegroeid dat een (heringerichte) beek jaren nodig heeft om doelen te halen, Daarom maken we per (hoofd)beek een Beek Ontwikkel Plan (BOP). Hierin omschrijven we welke ontwikkeldoelen binnen welke termijnen gehaald moeten en langs welke wegen (beheer en onderhoud, herinrichting). Wij gaan ervan uit dat we de komende 4 jaar 5 plannen per jaar moeten opstellen (totaal 20). De hiermee gepaard gaande kosten bedragen de komende 4 jaar € 100.000 per jaar. Het onderhouden van de BOP’s daarna gebeurt via de reguliere dienst. Stedelijk waterbeheer Het beleid voor stedelijk waterbeheer is gedateerd. In 2014 evalueren we dit en actualiseren we dit zonodig. Recreatief medegebruik We zoeken meer samenwerking met partners op het gebied van recreatief medegebruik. Om die samenwerking te bevorderen verwachten wij een structureel budget van € 25.000 nodig te hebben (voor gezamenlijke plannen en maatregelen). Wij maakten in 2013, via een businesscase een integrale afweging van alle voorstellen e/o wensen in dit kader. In de beheervisie waterlopen hebben wij aangegeven dat extra middelen à € 14.000 (maaionderhoud) voor recreatief medegebruik nodig zijn. En in de beheervisie groene dijken hebben wij een budget gelabeld à € 9.800 voor recreatie. Het totale budget voor recreatief medegebruik komt dan op ca. € 50.000. Naar verwachting is de aanpak uit de businesscase in 2014 operationeel. Het thema recreatief medegebruik heeft dan een volwaardige plek binnen de werkzaamheden van ons waterschap. Recreatief medegebruik van watergangen/maaipaden en gebruik daarvan voor educatieve doeleinden (behoudens vanuit een commercieel oogmerk) zijn overigens uitgezonderd voor het heffen van (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 64 - leges. Deelname aan INTERREG-IVa-project ‘Duurzaam Verbinden’ Dit INTERREG programma is bedoeld als kwaliteitsimpuls voor het leefmilieu in het ‘Kempenbroek‘ en de grensregio. In dit project werken de Gemeente Weert, Natuurmonumenten, Provincie Limburg, ons waterschap en verschillende Vlaamse projectpartners samen aan ‘duurzaam verbinden’. Het projectbureau ‘Kempenbroek’ draagt zorg voor de projectcoördinatie en wij voeren de beekherstelprojecten Leukerbeek en Meilossing uit. Grensoverschrijdende activiteiten Wij zijn voor ons beheer voor een belangrijk gedeelte afhankelijk van wat er in het aangrenzende deel van onze stroomgebieden in het buitenland (Duitsland, België en Noord-Brabant) gebeurt. Samenwerking met het aangrenzende “buitenland” neemt aan belang toe om eigen doelen te realiseren. Ook geeft het mogelijkheden om aanvullende subsidies te verwerven. We zullen in 2014 inzetten op het participeren in of zo nodig initiëren van nieuwe INTERREGprojecten zowel met Duitsland als met België. Deze extra inzet ramen wij op aanvullend € 30.000. In 2013 zullen we ons buitenlandbeleid inkaderen. Hierin past ook het verstrekken van (technische) hulp aan het buitenland, zoals wij nu activiteiten hebben in Turkije voor implementatie van de Europese Kaderrichtlijn Water. In 2014 geven we dit buitenlandbeleid verder vorm (programma’s). Om deze stap te nemen is een programmamanagement capaciteit nodig. Hiervoor is een budget van € 40.000 nodig. Overigens kan een bredere oriëntatie op het buitenland ook gezien worden in het licht van de competentieontwikkeling van medewerkers, kwaliteitsverbetering van onze eigen producten en kostenbesparing in de toekomst. Klimaatontwikkeling Op basis van het project Deltaplan Hoge Zandgronden (DHZ) dat we sinds 2010 samen met onze Noord-Brabantse partners uitvoeren, hebben wij in 2011 steeds meer inzicht gekregen in de consequenties van de verschillende klimaatscenario’s voor de regio. Aan het eind van het project, in 2014, is een gezamenlijke strategie voor de lange termijn bepaald en een gezamenlijk uitvoeringsprogramma opgesteld. Dit is echter een globaal programma dat gebiedsgericht uitgewerkt moet worden. De samenwerking in DHZverband levert namens de regio de voornaamste input voor het Delta-deelprogramma Zoetwater van het Rijk. Hierin wordt het beleid voor de Nederlandse zoetwatervoorziening voor lange termijn vastgelegd in een zgn. Deltabeslissing in 2015. Op basis van de in 2013 opgestelde ‘Positioning Paper Klimaatverandering’ hebben we in 2014 plannen ontwikkeld om de klimaatverandering binnen WPM verder op de kaart te zetten. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 65 - 2 Plannen van derden Het beoordelen en zo nodig beïnvloeden van beleid en plannen van derden ten behoeve van het realiseren van doelstellingen van ons waterschap. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 2.1 Plannen van derden Participeren in de beleidsvorming van hogere en andere overheden, waaronder de organisatie/deelname waterpanels van de provincie Wij hebben kennis van het beleid van derden ten behoeve van de eigen planvorming. Ons waterschapsbeleid heeft een plaats in de plannen van anderen. Beoordelen en beïnvloeden van plannen van derden (o.a. Gemeentelijke Rioleringsplannen) Wij bewaken de rioleringsinspanningen van de gemeenten via de Gemeentelijke Rioleringsplannen en via accountmanagement. Advisering bij ruimtelijke plannen Voor grote plannen en plannen die liggen in een aandachtsgebied voor water(keringen) hebben we wateradvies gegeven. Wij zitten bij belangrijke plannen zo vroeg mogelijk aan tafel bij de initiatiefnemer. Momenteel wordt op minimale basis invulling gegeven aan wateradvisering bij concrete ruimtelijke plannen. Dit is gezien het belang van een goede verankering van water(kerings)belangen in concrete ruimtelijke plannen onvoldoende en ongewenst. Een project om het capaciteitsvraagstuk in gezamenlijkheid met gemeenten op te pakken heeft niet tot positief resultaat geleid. Om deze taak goed op te pakken is een additionele capaciteit van 1 fte nodig is. Dit betekent een verhoging van het budget met € 60.000. 6 Beheersinstrumenten Het opstellen en actualiseren van de legger met de juridische watersystemen grenzen van de beheersobjecten en het beheersysteem, waarin we ook de werkelijke situatie inclusief vergunninggegevens bijhouden. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 6.2 Waterakkoorden Afronding en/of afsluiting van WATAK en vastleggen beheerdertaken en verantwoordelijkheden. 6.3 Legger waterlopen en Actualiseren legger kunstwerken Eind 2012 is de nieuwe legger vastgesteld. Een verdere verdieping (van 2- naar 3-dimensionaal) krijgt eind 2014 zijn beslag. Ontsluiting van de legger vindt plaats via intranet. 6.4 Beheerregister waterlopen en kunstwerken Gedeeltelijk vullen van beheerregister (converteren) met gegevens van WB21-inventarisatie. Doel is een actuele databank met gegevens over de waterlopen, onderhoudspaden, kunstwerken en andere objecten en zones waarop de Keur van toepassing is. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 66 - Toepassing streefpeilenplan Het streefpeilenplan is een middel om invulling te geven aan transparante afrekenbare overheid. In 2013 hebben we, naar verwachting, het streefpeilenplan ontwikkeld. In 2014 communiceren we het besluit hierover en we operationaliseren het. 7 Aanleg, verbetering en Uitvoering en onderhoudswerkzaamheden aan de waterlopen en onderhoud watersystemen kunstwerken en het houden van toezicht op werkzaamheden wanneer deze zijn uitbesteed. Uitvoering van inspecties voor het vaststellen van de onderhoudsstaat van de waterlopen en de daarin gelegen kunstwerken. Bovendien uitvoering van, of bijdrage aan derden voor, de bestrijding van muskusratten en andere schadelijke graaf- en knaagdieren. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 7.2 Onderhoud waterlopen Onderhoud van de watergangen De gewenste (norm)waterpeilen realiseren wij door het in stand houden van het watergangprofiel en de daarin gelegen nietwaterregulerende kunstwerken. Het doorstroomprofiel en het bergend vermogen voldoen aan de waterhuishoudkundige randvoorwaarden. De ecologische ontwikkelmogelijkheden van de waterlopen benutten wij optimaal zonder afbreuk te doen aan de hydraulische randvoorwaarden. We krijgen een steeds beter inzicht in de consequenties van het finetunen van het beheer en onderhoud van de heringerichte watergangen. Door te beseffen dat een heringerichte beek nog jaren nodig heeft om doelen te halen, hebben het onderhoud en beheer hierin een grote bijdrage. Niet alleen het waterschap heeft hierin een taak, ook de omgeving van de beek. Voor de finetuning van afgesloten projecten is jaarlijks € 100.000 noodzakelijk (voorjaarsnota: “onderhoud watergangen derden”). De dekking hiervan komt uit het MIP Nieuwe Werken (binnen het beschikbare investeringsbudget). Om invulling te geven aan het groot onderhoud dienen onderhoudsplannen opgesteld te worden. Denk hierbij aan groot onderhoud aan de zandvangen en infrastructureel onderhoud (profielherstel). Om uitvoering te geven aan de onderhoudsplannen dient jaarlijks, structureel, € 100.000 in een voorziening opgenomen te worden ten laste van de exploitatie. In 2013 zijn de onderhoudsbestekken voor het watersysteem opnieuw aanbesteed. Hiervoor zijn nieuwe methodieken geïntroduceerd. De verwachting is dat dit een aanbestedingsvoordeel op zal leveren. Op basis van de resultaten van 2013 kan beoordeeld worden of het een daadwerkelijk voordeel heeft opgeleverd en daarmee de begroting naar beneden kan worden bijgesteld. De (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 67 - eerste bestuursrapportage van 2014 geeft hierover duidelijkheid. Om de begroting voor “Onderhoud door derden” op orde te brengen is structureel € 100.000 per jaar meer nodig dan de huidige begroting. Hiervan dekken we € 75.000 door in te verdienen op de bedrijfsvoering (via vermindering capaciteit), en de resterende € 25.000 is afkomstig van de begrotingstoename voor tractie/diesel (zie hiervoor het begrotingsprogramma Bedrijfsvoering). 7.4 Onderhoud kunstwerken en Onderhoud van de niet-waterregulerende kunstwerken gelegen in passieve waterbeheersing de watergangen De gewenste (norm)waterpeilen realiseren wij door het in stand houden van de in de watergangen gelegen niet-waterregulerende kunstwerken. Het doorstroomprofiel en het bergend vermogen voldoen aan de waterhuishoudkundige randvoorwaarden. De ecologische ontwikkelmogelijkheden van de waterlopen benutten wij optimaal zonder afbreuk te doen aan de hydraulische randvoorwaarden. Uitvoeren inspecties Consolideren technische infrastructuur. 7.6 Voorzieningen verwante Inspecties, technisch onderhoud, in stand houden kwaliteitsbeeld belangen watersystemen Functionele en in goede staat van onderhoud verkerende voorziening aanverwante belangen (zoals naam- en infoborden). 7.7a Muskusrattenbestrijding Muskusrattenbestrijding De norm voor de vangsten muskusratten per kilometer watergang is bij < 0,15 vangst/km onder controle. Tussen de 0,15 - 0,35 vangst/km is afdoende en bij > 0,35 vangst/km onvoldoende. Doel is < 0,35 vangst/km. 7.7b Beverrattenbestrijding Beverrattenbestrijding Grensbewaking (verspreiding vanuit het buitenland voorkomen) en uitroeien beverrat binnen het beheergebied om graafschade aan waterschapsobjecten te voorkomen. 9 Beheer hoeveelheid water Het aansturen en onderhouden van kunstwerken die direct regulerende invloed uitoefenen op de hoeveelheid water, het waterpeil en kwaliteit van het water. Ook de benodigde energie en alle andere handelingen die voor de gewenste beïnvloeding van het watersysteem nodig zijn. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 9.2 Onderhoud kunstwerken Onderhoud waterregulerende kunstwerken actieve waterbeheersing Door het in stand houden van de actieve sturingsmiddelen realiseren wij de vastgestelde waterpeilen. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 68 - Uitvoeren inspecties Consolideren technische infrastructuur. 9.3 Bediening kunstwerken actieve waterbeheersing Uitvoeren instelwerkzaamheden Het bereiken van de vastgestelde waterpeilen en de waterkwaliteitsdoelstellingen op het gebied van watervoerendheid binnen de invloedssfeer van een waterregulerend kunstwerk door actieve sturing met de beschikbare middelen zoals stuwen en gemalen. De peilen zijn zodanig dat de oppervlaktewateren aan de aan hen toegekende functies kunnen voldoen, waarbij het grondgebruik en de waterhuishouding van het stroomgebied bepalend zijn. Wateraanvoer De huidige aanvoer is uitgangspunt. In het kader van de Actie Storm wil Rijkswaterstaat de Noordervaart in beheer aan ons overdragen. Vooralsnog zijn wij daarin terughoudend. Verwacht wordt dat de druk vanuit het Rijk gaat toenemen om het beheer bij ons onder te brengen. Onze insteek nu is dat we eventueel het (maai)onderhoud willen uitvoeren voor een kostendekkende vergoeding. Over het toekomstig beheer van de Noordervaart zijn we met Rijkswaterstaat in onderhandeling. In 2014 houden we de interne waterverdeling binnen ons beheergebied tegen het licht vanuit een oogpunt van optimalisering van de benutting van het aangevoerde water. Coachen participanten ’De Stuwende Kracht’ Realiseren waterconservering in de haarvaten. 11 Monitoring watersystemen Het meten van relevante parameters om de toestand en het effect van maatregelen en het functioneren van het watersysteem te kunnen beschrijven en beoordelen. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 11.0 Monitoring algemeen Stroomlijnen van de datastromen binnen beleidsproduct De publicatie van meetgegevens op internet breiden we in 2014 uit met waterkwaliteits- en ecologische gegevens. Daarnaast leggen we de focus in 2014 op het gebruiksvriendelijk ontsluiten van toestandsinformatie voor specifieke toepassingen. Te denken valt aan een dashboard voor droogte waarin monitorings-, weers-, en modelvoorspellingen (BOS-OMAR) overzichtelijk gepresenteerd worden en gebruiksvriendelijk ontsloten worden, zodat deze informatie voor iedereen te gebruiken is. Uitbrengen van diverse rapportages Onder meer de doorlopende onderzoeksrapportage “Blik op het watersysteem” op internet en de thermometer. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 69 - Strategische monitoring Integrale evaluaties uitgevoerde beekherstel en verdroging- en bestrijdingsprojecten. IBRAHYM De samenwerking tussen de regionale en landelijke partijen op het vlak van modellering is een belangrijke ontwikkeling, waarbij veel winst te behalen is. Op korte termijn richt de intensivering van de samenwerking zich met name op WRO. Met WRO is afgesproken dat wij o.a. berekeningen uitvoeren (voor gebied ten noorden van Sittard). Eind 2013 hebben wij een visie van de vier Limburgse samenwerkingspartners (WPM, WRO, WML, provincie) over de verdere ontwikkeling, beheer & onderhoud en financiering van IBRAHYM. Één belangrijk aspect hierin, is de mogelijke oprichting van een Limburgs modelexpertisecentrum waarin beheer en onderhoud en de uitvoering van berekeningen samengebracht worden. Besluitvorming hierover vindt mogelijk in 2014 plaats. Op landelijk gebied wordt de samenwerking gecontinueerd rond het beheer en onderhoud en het Nationaal Hydrologisch Instrumentarium (NHI). Op langere termijn voorzien we zelfs volledige integratie van IBRAHYM in het NHI. Onze aandacht voor het taakveld waterkwaliteit wordt steeds groter (zie onderdeel “NLP-next generation”). Op basis van IBRAHYM speelt waterkwaliteitsmodellering daarin een belangrijke rol (toestand beschrijven, effectvoorspelling maatregelen). Het huidig modelinstrumentarium moet daar voor geschikt worden gemaakt. Wij gaan hierbij uit van kosten à € 200.000 netto op basis van 75% bijdrage van onze samenwerkingspartners. 11.1 Monitoring waterkwantiteit Uitvoeren specifiek (monitorings)onderzoek Ondermeer doorlopend onderzoek in de pilot Tungelroysebeek naar weerstandsgestuurd onderhoud. Vergaren van de benodigde gegevens Database met gegevens van de routinematige meetnetten, waaronder het hydrologische oppervlaktewatermeetnet. Beheer en onderhoud databaseprogramma’s en rekensoftware Betrouwbare en actuele rekensoftware voor verwerking (databases) en analyse (modellen) van monitoringgegevens. 11.3 Monitoring grondwater Door het wegvallen van de provinciale opdracht voor opname van het primaire meetnet, behelst dit product alleen het plaatsen en onderhouden van eigen meetpunten. De gegevens uit het primaire meetnet van de provincie zijn opvraagbaar via internet. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 70 - 22 Keur Voorbereiding, vaststelling en onderhoud van de verordening waarin de ge- en verbodsbepalingen ten aanzien van beheer, onderhoud en gebruik door derden van de waterstaatkundige infrastructuur zijn opgenomen en ook de beleidsuitwerking in beleidsregels. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 22.1 Keur Onderhoud Keur Eind 2013 hebben wij een nieuwe Keur vastgesteld, inclusief een algemeen toetsingskader. Ter uitwerking hiervan heeft het dagelijks bestuur algemene regels en beleidsregels voor vergunningverlening vastgesteld. Indien nodig vindt onderhoud plaats; dit is een doorlopend proces. 23 Vergunningen en Het reguleren via onder andere besluiten op aanvragen voor keurontheffingen vergunningen en behandelen van meldingen, op basis van de bij of krachtens de Waterwet gestelde regels, inclusief de Keur. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 23.1 Vergunningen en melding Waterwet Vergunningen verlenen Reguleren van activiteiten, inclusief aanpassingen aan de natte infrastructuur op basis van geldende wettelijke regelingen, met inachtneming van het vastgestelde beleid. 90% van alle besluiten op aanvraag worden binnen de gestelde termijn afgehandeld. Gebiedsgericht standstill Invoer gebiedsgericht standstill fase 2 (“labellen pompen”) vindt plaats voor aanvang beregeningsseizoen 2014. Samenwerking binnen de waterkolom Ter uitwerking van het Bestuursakkoord Water 2011 wordt landelijk en regionaal samengewerkt op het terrein van vergunningen, toezicht en handhaving tussen waterbeheerders. Professionalisering Proces vergunningverlening is gecertificeerd. Kwaliteitscriteria op het terrein van vergunningen (toezicht en handhaving) zijn in ontwikkeling. Volgens de huidige inzichten worden die criteria per 2015 in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht verankerd. Zo mogelijk anticiperen we hierop in 2014. Wet- en regelgeving derden We volgen de ontwikkelingen op het terrein van wet- en regelgeving, die watergerelateerd zijn, en we beïnvloeden die met het oog op realisatie van waterschapsdoelen. Dit betreft onder andere de totstandkoming van de omgevingswet. 23.2 Advies Wabo Advisering gemeenten/provincie Reactieve rolinvulling: de adviesrol vullen we in beginsel niet in. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 71 - 24 Handhaving Het uitvoeren van toezicht gericht op de naleving van de bij of krachtens de Waterwet gestelde regels, inclusief de Keur. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 24.1 Toezicht Waterwet Programmatisch handhaven Wij bepalen jaarlijks vooraf prioriteiten en handhaven programmatisch. De ervaringen met het in 2013 geïntroduceerde administratief toezicht worden meegenomen in het volgende handhavingsprogramma. Toezicht We zien toe op de naleving van de bij of krachtens de Waterwet gestelde regels, inclusief de Keur, om normconform gedrag te bewerkstelligen. Indien er een afwijking is tussen gerealiseerde inspecties en geplande inspecties conform handhavingsprogramma van meer dan 15% rapporteren we. Samenwerking binnen de waterkolom Zie onder 23.1. Professionalisering handhaving Proces handhaving is gecertificeerd. Kwaliteitscriteria op het terrein van (vergunningen,) toezicht en handhaving, zijn in ontwikkeling. Volgens de huidige inzichten worden die criteria per 2015 in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) verankerd. Zo mogelijk anticiperen we hierop in 2014. Vernieuwing toezicht Door bundeling van toezichtactiviteiten met andere handhavende organisaties zijn / worden de administratieve lasten in het kader van toezicht (bij ten hoogste gelijkblijvende bestuurlijke lasten) teruggedrongen. Wij zoeken actief de samenwerking op met andere waterbeheerders. We volgen de totstandkoming van de regionale uitvoeringsdiensten op enige afstand. Wet- en regelgeving derden Zie onder 23.1 24.2 Toezicht Wabo / Whvbz Invullen rol in het kader van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) Reactieve rolinvulling: wij treden enkel handhavend op als er problemen zijn ontstaan bij de rioolwaterzuiveringsinstallatie. Zwemgelegenheden Wij zien toe op de naleving van de regels bij zwemgelegenheden in oppervlaktewater. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 72 - 4.3 Wat mag het kosten? Programma Watersysteem op orde: geschikt voor grondgebruik R e k e ning 2 0 12 B e gro t ing 2 0 13 B e gro t ing 2 0 13 ( inc l.wijz.) B e gro t ing 2 0 14 (€) (€) (€) (€) 57.438 18.000 18.000 18.000 1.833.337 1.504.408 1.778.910 1.576.223 90.383 87.500 87.500 90.500 Catego rie Lasten 42 P erso neelslasten 43 Go ederen en diensten van derden 44 B ijdragen aan derden 50 Kapitaallasten 51t/m 59 Organisatie-/bedrijfsvo eringsko sten To taal Lasten 358.905 290.589 394.029 274.945 11.071.266 12.358.023 12.390.356 12.363.577 13.411.329 14.258.520 14.668.795 14.323.245 (€) (€) (€) (€) 514.731 531.600 511.600 511.600 514.731 531.600 511.600 511.600 13 .7 2 6 .9 2 0 14 .15 7 .19 5 13 .8 11.6 4 5 B aten 83 Go ederen en diensten aan derden To taal B aten S a ldo la s t e n m inus ba t e n 12 .8 9 6 .5 9 8 Toelichting lasten 43 Goederen en diensten van derden Op basis van de eerste bestuursrapportage 2013 was in 2013 een aantal budgetten incidenteel verhoogd. Die incidentele verhogingen zijn met ingang van 2014 weer komen te vervallen. 44 Bijdrage aan derden Hier zijn de bijdragen geraamd van € 15.000 voor het projectbureau Maas voor de Kaderrichtlijn Water, € 33.500 voor deelname in het project Deltaplan Hoge Zandgronden, de bijdrage van € 30.000 aan de Unie met betrekking tot de landelijke beverrattenbestrijding en tot slot een bijdrage van € 12.000 op grond van een bestuurlijk (landelijk) convenant met betrekking tot glastuinbouw en milieu. 50 Kapitaallasten De afname in 2014 ten opzichte van 2013 komt door dat de vrijval van kapitaallasten in 2014 groter is dan de toename van kapitaallasten door nieuwe investeringen. De voor dit programma geplande investeringen zijn terug te vinden in het overzicht ‘Investeringen 2014-2018’ dat bij dit programma is opgenomen. Een gedeelte van de kapitaallasten wordt via bestemming/dekking van het resultaat ten laste gebracht van de bestemmingsreserve kapitaallasten. Dit naar aanleiding van het voorstel met betrekking tot de inzet van het vrij aanwendbare deel van de reserves (AB 6 oktober 2010). 51 t/m 59 Organisatie-/bedrijfsvoeringkosten In de afdelingskostenplaatsen verzamelen we alle kosten (salariskosten, sociale lasten, reiskosten e.d.) van een afdeling, waarna we op basis van het aantal direct productieve uren een integraal uurtarief berekenen. Vervolgens berekenen we op basis van de verwachte tijdsbesteding 2014 de kosten door naar de desbetreffende producten en programma’s. Toelichting baten 83 Goederen en diensten aan derden Met de herinvoering van de legesverordening hadden we de inkomsten in de primitieve begroting 2013 met € 150.000 structureel verhoogd. We hebben dat bedrag met € 50.000 verlaagd vanwege de in de legesverordening opgenomen vrijstellingen (besluit algemeen bestuur 21 november 2012). Daar staat (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 73 - tegenover dat we een hogere bijdrage (€ 30.000) verwachten betrekking tot de wateraanvoer en -afvoer uit hoofde van het gesloten Waterakkoord. Per saldo nemen hierdoor de baten met € 20.000 af. Productramingen Programma watersysteem op orde: geschikt voor grondgebruik (€) Producten Begroting Lasten 2013 Eigen plannen Begroting Begroting Begroting Lasten 2014 Baten 2013 Baten 2014 1.582.155 1.439.678 0 0 P lannen derden 929.372 766.154 0 0 B eheersinstrumenten watersystemen 508.249 475.130 0 0 5.836.848 5.806.485 249.600 249.600 (A anleg, verbetering en) o nderho ud watersystemen B eheer ho eveelheid water 886.467 981.186 79.000 109.000 1.202.665 1.396.407 25.000 25.000 120.895 126.191 0 0 1.162.229 1.228.864 150.000 100.000 2.029.640 14.258.520 2.103.150 14.323.245 28.000 531.600 28.000 511.600 13.726.920 13.811.645 M o nito ring watersystemen (waterkwantiteit) Keur Vergunningen en keuro ntheffingen Handhaving keur en gro ndwater Totaal (€) Saldo lasten minus baten Investeringen 2014-2018 Investeringen meerjarenperiode (x € 1.000) Raming Raming Raming Raming Raming 2014 2015 2016 2017 2018 Nr Cat. Afschr. termijn Vervanging meetapparatuur mo nito ring 1. A 10 jaar 20,0 20,0 20,0 Vervanging gemalen/stuwen 2. A 15 jaar 212,0 105,0 40,0 232,0 125,0 60,0 Totaal 20,0 20,0 20,0 20,0 Categorie A investeringen zijn investeringen waarvan we de start/realisatie hebben gepland in 2014 en de uitvoering bij vaststelling van de begroting wordt geautoriseerd aan het dagelijks bestuur. Dit geldt alleen voor de bedragen opgenomen in jaarschijf 2014. Meerjarenraming 2014-2018 Meerjarenraming ( x € 1.000) Lasten B aten Saldo Raming 2014 Raming 2015 Raming 2016 Raming 2017 Raming 2018 14.323 14.550 14.789 15.130 15.357 512 13.811 512 14.038 512 14.277 512 14.618 512 14.845 In de meerjarenraming is rekening gehouden met geplande investeringen en de vrijval van kapitaallasten uit oude investeringen. Voor de doorrekening van lonen en prijzen zijn we uitgegaan van een stijging van 2% per jaar en het vervallen van eventuele incidentele posten. Geen rekening is gehouden met groei van het areaal. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 74 - 5 Programma Watersysteem op orde: herstelde watersystemen In het vorige hoofdstuk staat hoe wij er voor zorgen dat het watersysteem de functies in het gebied zo goed mogelijk bedient. Deze functies zijn echter niet in alle situaties leidend voor ons beheer. Wij onderkennen namelijk ook dat het watersysteem een intrinsieke waarde bezit dat op herstel en bescherming mag rekenen van de waterbeheerder. Met het herstel willen wij ecologisch gezonde beken creëren en behouden. Beken die ook tegen een stootje kunnen. Portefeuillehouders Programma-eigenaar bestuurlijk ambtelijk Sjraar Roelofs (portefeuille herstel Alfred Paarlberg watersysteem) Joop de Hoon (portefeuille grondbeleid) Paul de Lange (portefeuille stedelijk waterbeheer) Programma prestatie-indicator Doel Doel Doel Doel eind 2014 eind 2015 eind 2016 eind 2017 Watersysteem op orde: herstelde watersystemen 5.1 km beekherstel ≥ 10 km pm pm pm Ecologisch kwaliteitsniveau KRW-waterlichamen (aantal waterlichamen één niveau hoger) ≥1 pm pm pm besparing in afvalwaterketen (aantal projecten met kwaliteitsverbetering of kostenbesparing in de samenwerking met/tussen gemeenten) ≥2 pm pm pm Wat willen we bereiken? Opgave Wij onderkennen dat het watersysteem een intrinsieke waarde bezit dat op herstel en bescherming mag rekenen van de waterbeheerder. Het is dan ook onze opgave (ambitie) om een gezond en veerkrachtig watersysteem te realiseren en te behouden in al zijn facetten (waterkwaliteit, waterkwantiteit, morfologie, ecologie) als bijdrage aan een gezonde, veilige en aantrekkelijk leefomgeving. Beoogd Effect Het realiseren van een veerkrachtig en ecologisch gezond watersysteem in al zijn facetten (waterkwaliteit, waterkwantiteit, morfologie, ecologie). Dit levert een bijdrage aan een gezonde, veilige en aantrekkelijk leefomgeving. Specifiek: in de opmaat naar het volgende Stroomgebiedbeheerplan werken naar een planvorm die het beste aansluit bij de doelstellingen van het Nederlandse waterbeheer en in het bijzonder de doelstellingen van ons waterschap, met als uiteindelijk doel een wezenlijke verbetering van de waterkwaliteit tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten; de afvalwaterketen optimaal afstemmen op de eisen vanuit het watersysteem. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 75 - Randvoorwaarden We respecteren zoveel mogelijk de huidige gebruiksvormen. De oplossingen passen binnen de Kaderrichtlijn Water en het Nationaal Bestuursakkoord Water. We wegen transparant de kosten, doelen en uitvoeringstermijnen af. We geven invulling aan de afspraken uit het bestuursakkoord Water. Doelstellingen Wij realiseren gezonde beekecosystemen. In 2027 zijn alle watergangen met een Specifiek Ecologische Functie heringericht. We faciliteren hydrologisch systeemherstel door peilgestuurd draineren en gebiedsdekkende waterconservering in de vorm van het plaatsen van stuwen inclusief afdoende instructie/coaching van de betrokkenen. De emissie van de rioolwaterzuiveringsinstallaties (rwzi’s) voldoet bij voorkeur in 2015, maar uiterlijk in 2027 aan de eisen van de Kaderrichtlijn Water. Het eenduidig vastleggen van de hydrologische, chemische en ecologische toestand en trends van het watersysteem door middel van gebiedsdekkende of projectmatige metingen. Wij creëren randvoorwaarden voor een gezonde leefomgeving (ecologisch, duurzaam en schoon). Ter bestrijding van rioolwateroverstorten en voor het herstel van de oorspronkelijke afvoerdynamiek, zetten we in op maximale afkoppeling van verhard oppervlak in bestaande gebieden. Dit doen we door structurele contacten met de gemeenten te onderhouden en te adviseren bij het opstellen van Gemeentelijke rioleringsplannen. Bij nieuwe bebouwing streven we 100% afkoppeling na. Dit borgen we door te advisering bij het opstellen van ruimtelijke plannen. Wij brengen wateradviezen uit die maximaal worden overgenomen in de ruimtelijke plannen. Wij brengen adviezen uit over gemeentelijke rioleringsplannen aan gemeenten. Dit doen we om de vuilemissie te beperken en een doelmatig gebiedsgericht beleid voor beheer en lozingen van hemelwater en grondwater te bevorderen. Bij iedere gemeente is duurzaam waterbeleid vastgelegd. De gemeente heeft dit beleid voorzien van middelen en voert dit uit. Wij realiseren onze rol als waterautoriteit en waterpartner. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 76 - 5.2 Wat gaan we ervoor doen? Beleidskaders omschrijving vastgesteld periode* Visie waterbeheer 2020 2012 2013-2020 Waterbeheerplan 2009 2010-2015 Nieuw Limburgs Peil 2010 2010-2020 Effluentnormen voor Limburgse rioolwaterzuiveringsinstallaties 2011 Geen termijn Beleidsnotitie beekherstel 2007 2006-2010 Beleidsnotitie beregeningsbeleid 2007 2007-2015 Waterkwaliteit krijgt de sporen 2007 2007-2010 Beleidsnotitie venherstel 2008 2009-2012 Beleidsnotitie stedelijk waterbeheer 2005 2005-2009 Keur 2009 Geen termijn Legger 2006 Geen termijn Legesverordening 2011 Geen termijn Algemene regels Keur 2009 Geen termijn Beleidsregels vergunningen watersysteem 2009 Geen termijn * Zolang geen nieuw beleid is vastgesteld, blijven genoemde beleidslijnen gelden (ook als periode is overschreden) Beleidsproducten nr naam beleidsproduct omschrijving beleidsproduct 1 Eigen plannen Het opstellen van beheer- en beleidsplannen rond specifieke thema’s en/of gebieden. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 1.5 Thema- en gebiedsgerichte Kaderrichtlijn Water (KRW) plannen In 2014 loopt de vaststellingsprocedure voor het 2 Stroomgebiedbeheerplan Maas (2015-2021). We streven er naar de in 2013 e ontwikkelde visie op waterkwaliteit en klimaat (zie ook NLP-next) hier een plek in te geven. We brengen in beeld hoe het staat met de KRW maatregelen, effecten van deze maatregelen en met het doelbereik voor de KRW waterlichamen en de overige wateren in ons gebied (wat heeft de eerste planperiode opgeleverd en wat is de uitgangspositie voor de volgende). De KRW-maatlatten waarmee we beoordelen worden vanaf 2015 anders, voor sommige parameters flink kritischer. Bovendien mogen we in 2015 onze doelstellingen herzien, dit zal ook nodig zijn gezien de nieuwe maatlatten. Ook zijn voor niet-waterlichamen, bijvoorbeeld kleine beken of zijtakken van beken, nog geen doelen vastgesteld. Dit betekent dat we deze ontwikkelingen in 2015 (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 77 - moeten hebben uitgewerkt. Wij adviseren hierover aan Provincie, die de doelen in zijn plannen vaststelt. Het monitoringsprogramma wordt ook herzien. Wanneer niet duidelijk is waardoor KRW doelen niet gehaald worden, voeren we nader onderzoek uit. Wij zullen hierover zonodig terugkoppelen. NLP next proces De vraagstukken rondom de realisatie van waterdoelen (vooral op het gebied van waterkwaliteit , maar ook droogte en wateroverlast), een veranderend klimaat (klimaatrobuustheid) en ruimtegebruik vereisen een integrale, gebiedsgerichte analyse en aanpak van knelpunten. Om te voldoen aan de wettelijk kaders voor deze waterkwaliteit- en waterkwantiteitsthema’s zullen er concrete maatregelen uitgevoerd moeten worden. Dit kunnen we niet alleen. De externe partners die medeverantwoordelijk zijn voor de toestand van de waterkwaliteit- en kwantiteit in ons watersysteem hebben wij daarbij nodig. Per thema of groep van thema’s willen we samen met onze partners invulling geven aan het opstellen van een concreet maatregelenpakket en de uitvoering hiervan (via een integraal gebiedsproces). In 2013 bepalen we bestuurlijke uitgangspunten en besluiten we over dit proces aan de hand van een businesscase. Vanaf 2014 willen we met alle partners aan de slag gaan met als doel vanaf 2016, met alle partners gezamenlijk, uitvoering te gaan geven aan een concreet maatregelenpakket. Wij nemen hierbij een faciliterende rol in. Om een dergelijk proces te organiseren en te faciliteren is in 2014 (en de jaren daarna) extra budget nodig van € 80.000 voor menskracht en additionele middelen à € 25.000 per jaar voor communicatie, PR, zaalhuur, et cetera. Afwenteling In 2013 zijn de resultaten bekend van Maasbreed onderzoek naar de probleemstoffen in ons gebied en globale herkomst ervan. Dan is ook inzichtelijk wat wij op andere beheerders afwentelen. In 2013/2014 bezien wij: welk beleid wij ontwikkelen over afwenteling, welke aanpak we voorstaan en wat we communiceren naar waterpartners die op ons afwentelen of waarop wij afwentelen; naar welke stoffen gericht onderzoek nodig is naar vracht en herkomst van specifieke stoffen. Grondwaterkwaliteit Grondwaterkwaliteit is een volkomen onontgonnen terrein, zowel qua beleid als beheer. Vanuit de integrale watersysteemaanpak is het van belang hier zicht op te krijgen, met name wat we nastreven en hoe de situatie beïnvloed kan worden. In 2013 zoeken wij uit welke perspectieven er zijn om de grondwaterkwaliteit (mede in relatie tot de oppervlaktewaterkwaliteit) te modelleren, met name wat betreft Stikstof en Fosfaat. In 2014 verwachten wij hier (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 78 - vingeroefeningen mee te kunnen doen binnen een pilot in het kader van het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer, hetgeen ook kan dienen als pilot binnen het nieuw te starten NLP-Next-project, waarin met name de waterkwaliteit een belangrijke rol zal spelen. Na 2014 verwachten wij deze concepten te kunnen opschalen naar het gehele beheergebied. 2 Plannen van derden Het beoordelen en zo nodig beïnvloeden van beleid en plannen van derden voor het realiseren van onze doelstellingen. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 2.1 Plannen van derden Adviseren van derden in de rol als waterautoriteit We hebben vragen op het gebied van water (over onderhoud, waterkwaliteit, waterverontreiniging, enzovoorts) voorzien van een gedegen advies waar de klant tevreden over is. Samenwerken in de afvalwaterketen Met de Noord- en Midden-Limburgse gemeenten, WBL en WRO wordt als Waterpanel Noord samengewerkt in de afvalwaterketen. Deze samenwerking is bekrachtigd met het convenant ‘samenwerken in de afvalwaterketen Noord’. In Waterpanel Noord zijn afspraken gemaakt over 12 prioritaire projecten. Dit samenwerkingsverband (waterpanel en bestuurlijk overleg B-ROL) vinden wij belangrijk en zetten wij voort. Teneinde onze afspraken in deze samenwerking en de projecten gestand te doen, houden wij rekening met een bedrag van € 50.000 in 2014 (en in 2015, 2016, 2017 ook jaarlijks € 50.000). In 2014 hebben we verder inhoud gegeven aan de samenwerking in de afvalwaterketen door gezamenlijk(e) projecten uit te voeren (via businesscases). We verkennen samen met de gemeenten de mogelijkheden voor inzet van BOS-OMAR bij voorspelling van stedelijke waterafvoerproblemen als neerslag en rioolwateroverstorten. Landbouw en waterkwaliteit Aangezien het Rijksbeleid geen perspectief biedt voor voldoende reductie in emissies vanuit landbouw zal de waterkwaliteit in door landbouw beïnvloede gebieden onder de maat blijven (Planbureau voor de Leefomgeving). De agrarische sector wil de handschoen oppakken en gezamenlijk werken aan het realiseren van belangrijke wateropgaven. De sector heeft hiervoor het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW). Wij willen samen met de sector op zoek gaan naar taken, rollen en verantwoordelijkheden voor de verschillende partijen om de waterkwaliteit in het landelijk gebied verder te verbeteren. Hier zullen ook opgaven voor ons waterschap uit voortvloeien. Dit laten wij sporen met de aanpak NLP-next (zie eerder). In een eerder stadium (2012) besloten we over het maken van een businesscase voor een ‘proeftuin waterkwaliteitsverbetering’. Door (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 79 - de ontwikkelingen in 2012 met betrekking tot het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer, de vernieuwing van de Europese landbouwsubsidies en de aankomende nieuwe stroomgebiedbeheersplannen KRW, waar ook landbouwmaatregelen in opgenomen kunnen worden, herijken we tegen deze achtergrond de gedachten over de proeftuin. 7 Aanleg, verbetering en Het tot stand brengen, vernieuwen, aanpassen en van derden onderhoud van watersystemen overnemen van natte infrastructuur (samenstel van watergangen). Hiertoe behoort ook groot onderhoud aan watergangen. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 7.1 Aanleg en verwerving waterlopen Uitvoering MIP watersystemen jaarschijf 2014 Hebben en houden van een adequate natte infrastructuur, gericht op beekherstel, waterkwaliteitsverbetering en waterconservering. Beekherstel In 2014 verwachten wij minimaal 10 km beek te herstellen. Bij het herstellen van de beek leggen wij het fundament voor beekontwikkeling om op termijn te voldoen aan de Specifiek Ecologische Functie (SEF) respectievelijk aan de Kader Richtlijn Water. De bijbehorende investeringen passen binnen de beschikbaar gestelde middelen. Overigens ervaren wij meer en meer dat gemeenten een bestemmingswijzigingsprocedure wensen af te ronden alvorens zij formeel instemmen met de uitvoering van beekherstelplannen. Dit leidt tot vertraging in de realisatie van de beleidsopgave beekherstel van 0,5 tot meer dan 1 jaar, afhankelijk van de bezwaren procedure. Maatregelen WB21 Op 15 locaties zullen wij het watersysteem aanpassen zodat het e voldoet aan de normering Waterbeheer 21 eeuw (WB21). Daarmee geven wij invulling aan het Nationaal bestuursakkoord Water. De totale kosten hiervoor werden eerder ingeschat op ca. € 5 mln.. Op basis van een nadere knelpuntenanalyse voor het opheffen van 19 knelpunten is de raming € 5,5 mln.. Gezien de verschillende risico’s in zowel de voorbereiding als uitvoeringsfase stellen wij voor om 15% van dit bedrag te reserveren voor het dekken van de mogelijke risico’s. Uitvoeringskader Deze aanpassingen aan het watersysteem vragen in 2014 een investering van ca. € 8 mln.. In de bijlage is een overzicht opgenomen van de investeringsprojecten waarvan de kosten ten laste komen van het investeringsvolume. Het overzicht beperkt zich tot de projecten die wij volgens planning in voorbereiding, uitvoering of in afronding zullen zijn. Voor de verschillende projecten is tevens de totaal geraamde investering aangegeven. Overeenkomstig besluit delegatie en mandaat van 13 maart 2013 is voor de (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 80 - genoemde projecten tevens aangegeven of het een ‘majeur project’ of een ‘overig project’ betreft. Dit betreft watersysteem projecten die: geen wezenlijke gevolgen hebben voor de bestaande waterhuishouding, bijvoorbeeld: herstel na falen van het watersysteem; ingrepen tot kwaliteitsverhoging van kunstwerken; aanvullende planmaatregelen om een eerder vastgesteld en uitgevoerd plan te optimaliseren en daarmee het watersysteem te optimaliseren. Met het 'Bevoegdhedenbesluit Waterschap Peel en Maasvallei 2013' is vastgesteld dat met de begroting een overzicht zal worden aangeboden van het Meerjaren Investeringsprogramma (MIP) met daarbij aangegeven ‘majeure projecten’ en ‘overige projecten’. Voor deze overige projecten zal met de vaststelling van de begroting het mandaat van kredietvotering en planvaststelling worden gedelegeerd aan het Dagelijks Bestuur. Het MIP is opgenomen in de bijlage. De navolgende projecten zijn benoemd als ‘overig’ - niet majeur - project: Meilossing; Aalsbeek, Holtmühle; Tielebeek, herinrichting benedenloop; Aalsbeek, omleiding bovenloop / opheffing WB21 knelpunt. Strategische grondverwerving De omvang van de strategische grondverwerving zal in 2014 dalen naar ca. € 4,5 mln.. Daarmee zullen de rentelasten ruim binnen de hiervoor beschikbare middelen van € 250.000 per jaar blijven. Ecologische adviesfunctie De personele bezetting op het vlak van ecologische advisering bij projecten Nieuwe Werken en voor Beheer en Onderhoud Watersystemen is kwetsbaar (gebleken), temeer de vraag naar ecologische advisering structureel toeneemt (o.a. voor onderhoudsparagrafen, beekontwikkelplannen en streefbeelden, toepassing flora- en faunawet, bevermanagement, waterkeringen e.a.). Omdat de vraagtoename structureel is, past een structurele oplossing. In de voorjaarsnota 2013 gingen wij er vanuit dat de kosten volledig ten laste gebracht kunnen worden van het investeringsvolume voor projecten watersysteemherstel. Bij de nadere uitwerking van de invulling van de adviesfunctie blijkt dat we reëel gezien 75% kunnen doorberekenen. Dit betekent dat 25% van de kosten voor rekening van de reguliere exploitatie komen. Met deze verschuiving hebben we geen rekening gehouden. Een en ander vangen we binnen de totale waterschapsbegroting op. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 81 - 8 Baggeren van waterlopen en Derden stimuleren om een baggerplan op te stellen. Verstrekken saneren waterbodems van een geldelijke bijdrage aan derden voor het verwijderen van verontreinigde bagger. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 8.6 Sanering van waterbodems Onderzoek herverontreiniging Tungelroysebeek Voortgezet onderzoek zandvang Tungelroysebeek. 11 Monitoring watersystemen Het meten van relevante parameters om de toestand en het effect van maatregelen en het functioneren van het watersysteem te kunnen beschrijven en beoordelen. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 11.2 Monitoring waterkwaliteit Vergaren van waterkwaliteit- en ecologische gegevens Actuele en betrouwbare informatie ten behoeve van rapportages, onderzoek, evaluatie en beleidsontwikkeling. Uitvoering specifieke (monitorings)onderzoek Wij voeren specifiek monitoringonderzoek uit t.b.v. beleidsthema’s. We faciliteren o.m. een onderzoek naar de afvoer van maaisel. Uitvoeren van fysisch-chemische analyses In 2013 hebben wij het gehele analysepakket samen met WRO, WBL en BsGW na een Europese aanbesteding gegund aan het bedrijf Omegam. Halverwege 2013 is de overdracht van Intertek naar Omegam een feit. Het nieuwe contract heeft een looptijd van vier jaar. Vanwege de fors lagere tariefstelling van Omegam en omdat we hebben gekozen voor een afgeslankt monitoringpakket met circa 40% minder verrichtingen voor monitoring dan in 2011 en 2012, kunnen de bezuinigingen worden gerealiseerd die vanaf 2013 taakstellend zijn opgelegd op inzet laboratorium voor het kwaliteitsmeetnet (€ 50.000/jaar t.o.v. 2012). Dit geldt tevens voor de besparing op laboratoriumdiensten voor Vergunningverlening en Handhaving. Naast de in 2013 gerealiseerde besparing ad € 25.000 is in de voorliggende begroting een besparing ad € 20.000 gerealiseerd. In het afgeslankte monitoringpakket zijn monstername en analyses voor calamiteiten, projecten en ad-hoc werk niet inbegrepen, noch de groeiende vraag om analyses vanuit de KRW. Het jaar 2013 was een tussenjaar, waarin we overstapten van Intertek naar Omegam en we extra kosten hadden als gevolg van juridische procedure en van extra transitiekosten (overbrugging maart en april). Bovendien stemmen we vanaf 2013 het monitoringsprogramma sterker af met WRO. Aangezien we nu nog niet kunnen overzien hoe deze verschillende aspecten uitwerken, is het effect van de lagere stukprijs van de nieuwe opdrachtnemer op de uitputting van het budget nog onzeker. Daarnaast kan er vanaf 2013 niet meer (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 82 - ‘geprofiteerd’ worden van het structurele overschot aan laboratoriumcapaciteit bij WBL en BsGW. In de voorjaarsnota 2014 maken we de balans op. Projectmonitoring Vanaf 2013/2014 wordt extra ingezet op de projectmonitoring (nieuwe projectaanpak), naast de reguliere (KRW)-monitoring en de meer op ingreep-effect-monitoring gerichte strategische monitoring. Voor alle toekomstige herinrichtingsprojecten zal de hydrologische en ecologische nulsituatie worden vastgelegd en na inrichting worden geëvalueerd. De extra middelen die dat vraagt, komen ten laste van de specifieke projecten. Gegevensbeheer De samen met WRO beheerde ecologische database EcoBase faseren we eind 2013/begin 2014 uit, omdat aanschaf van een nieuw systeem goedkoper is dan het onderhouden en verbeteren van het oude. In samenwerking met WRO schaffen we de vergelijkbare applicatie DAWACO aan (ca. € 50.000). Bronnenonderzoek Het in 2012 uitgevoerde pilotonderzoek naar de emissiebronnen in het gebied van de Loobeek wordt gebiedsdekkend uitgerold. Dat moet leiden tot inzicht in bronnen en hun relatieve bijdragen aan de kwaliteit in de beek en het moet evaluatie van maatregelen mogelijk maken. Daartoe maken we ook gebruik van ons modelinstrumentarium IBRAHYM waaraan dan ook een waterkwaliteitscomponent is toegevoegd. Dit onderzoek is een rechtstreeks uitvloeisel van de KRW. Overige Een aantal activiteiten, dat een meer integraal karakter draagt (zowel kwaliteit als kwantiteit) zoals databeheer en simulatie (model IBRAHYM), hebben we beschreven onder het programma ‘Watersysteem op orde: geschikt voor grondgebruik’. 12 Getransporteerd afvalwater Het vernieuwen, aanpassen, onderhouden en beheren van de transportgemalen en –leidingen 13 beheerproduct activiteit met beoogd resultaat Transportstelsels We verwijzen hiervoor naar de begroting van het Waterschapsbedrijf Limburg. Gezuiverd afvalwater Het vernieuwen, aanpassen, onderhouden en beheren van de zuiveringsinstallaties beheerproduct activiteit met beoogd resultaat Zuiveringsinstallaties We verwijzen hiervoor naar de begroting van het Waterschapsbedrijf (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 83 - Limburg. 14 Verwerkt slib Het vernieuwen, aanpassen, onderhouden en beheren van de slibverwerkingsinstallaties beheerproduct activiteit met beoogd resultaat Slibverwerkingsinstallaties We verwijzen hiervoor naar de begroting van het Waterschapsbedrijf Limburg. 27 Rioleringsplannen en subsidies Advisering en toetsing van gemeentelijke rioleringsplannen en de lozingen beschikking op aanvragen tot een financiële bijdrage voor de sanering van ongewenste puntlozingen op oppervlaktewater, voor de aanleg van een IBA dan wel voor het afkoppelen van de riolering. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 27.2 Subsidies lozingen Adviseren en beschikken over aanvragen voor het saneren van overstorten in het kader van het Overstortfonds. Ofschoon de overstortregeling is beëindigd, vindt de financiële afwikkeling in latere jaren plaats nadat de maatregelen zijn gerealiseerd. 28 Aanpak diffuse emissies derden Stimuleren van derden om diffuse emissies aan te pakken. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 28.1 Stimulering derden aanpak Invulling geven aan onze agendastellende rol diffuse emissies Communicatie met doelgroepen voor (uiteindelijk) verbeterde waterkwaliteit. 5.3 Wat mag het kosten? Programma Watersysteem op orde: herstelde watersystemen R e k e ning 2 0 12 B e gro t ing 2 0 13 B e gro t ing 2 0 14 (€) B e gro t ing 2 0 13 ( inc l.wijz.) (€) (€) 26.010.069 24.271.225 24.271.225 24.917.530 Catego rie Lasten 43 Go ederen en diensten van derden 44 B ijdrage aan derden 50 Kapitaallasten 51t/m 59 Organisatie-/bedrijfsvo eringsko sten To taal Lasten B aten 83 Go ederen en diensten aan derden (€) 100.000 0 0 0 3.251.110 4.281.899 4.281.899 4.301.577 716.723 459.960 459.960 668.107 30.077.902 29.013.084 29.013.084 29.887.214 (€) (€) (€) (€) 11.154 50.000 50.000 50.000 84 B ijdragen van derden -3.000 0 0 0 86 Interne verrekeningen 247.811 0 0 0 255.965 50.000 50.000 50.000 2 9 .8 2 1.9 3 7 2 8 .9 6 3 .0 8 4 2 8 .9 6 3 .0 8 4 2 9 .8 3 7 .2 14 To taal B aten S a ldo la s t e n m inus ba t e n (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 84 - Toelichting lasten 43 Goederen en diensten van derden Een bedrag van € 24.478.030 (in 2013 was dat € 23.811.725) heeft betrekking op onze bijdrage aan Waterschapsbedrijf Limburg (WBL) en vloeit voort uit de vastgestelde begroting 2014 van het WBL. Verder hebben we het budget laboratoriumkosten conform de pakket I ombuigings-/bezuinigingsmaatregelen verlaagd met € 20.000 tot in totaal € 355.000. 50 Kapitaallasten De toename in 2014 is het gevolg van de doorrekening van de kapitaallasten van de geplande investeringen voor dit programma. De voor dit programma geplande investeringen zijn opgenomen in het overzicht ‘Investeringen 2014-2018’ dat bij dit programma is opgenomen. Een gedeelte van de kapitaallasten wordt via bestemming/dekking van het resultaat ten laste gebracht van de bestemmingsreserve kapitaallasten. 51 t/m 59 Organisatie-/bedrijfsvoeringkosten In de afdelingskostenplaatsen verzamelen we alle kosten (salariskosten, sociale lasten, reiskosten e.d.) van een afdeling, waarna we op basis van het aantal direct productieve uren een integraal uurtarief berekenen. Vervolgens berekenen we op basis van de verwachte tijdsbesteding 2014 de kosten door naar de desbetreffende producten en programma’s. De stijging van de kosten komt doordat op basis van de verwachte tijdsbesteding 2014 meer uren aan dit programma worden besteed dan in 2013. Op grond hiervan worden dan ook meer organisatie-/bedrijfsvoeringkosten op dit programma in rekening gebracht. Toelichting baten 83 Goederen en diensten aan derden We hebben een structurele opbrengst geraamd van € 50.000 vanwege het afstoten van watergangen en cultuurgronden. Productramingen Programma watersysteem op orde: herstelde watersystemen (€) Producten Begroting Begroting Lasten 2013 A anleg, verbetering van watersystemen Begroting Begroting Lasten 2014 Baten 2013 Baten 2014 4.404.725 4.584.713 50.000 50.000 0 655 0 0 M o nito ring watersystemen 763.909 817.266 0 0 Getranspo rteerd afvalwater 4.610.744 4.477.428 0 0 13.037.347 13.598.284 0 0 6.147.565 6.384.680 0 0 41.654 17.638 0 0 7.140 29.013.084 6.550 29.887.214 0 50.000 0 50.000 28.963.084 29.837.214 B aggeren van waterlo pen en saneren waterbo dems Gezuiverd afvalwater Verwerkt slib Rio leringsplannen en subsidies lo zingen A anpak diffuse emissies derden Totaal (€) Saldo lasten minus baten Investeringen 2014-2018 Investeringen meerjarenperiode (x € 1.000) Raming Raming Raming Raming Raming 2014 2015 2016 2017 2018 Nr Cat. Afschr. termijn Investeringen in watersysteem (eigen aandeel) 1. A 30 jaar 3.000,0 3.000,0 Herstelmaatregelen Nieuw Limburgs P eil 2. A 30 jaar 300,0 300,0 3.300,0 3.300,0 Totaal 3.000,0 3.000,0 3.000,0 3.000,0 3.000,0 3.000,0 Categorie A investeringen zijn investeringen waarvan we de start/realisatie hebben gepland in 2014 en waarvan de uitvoering bij vaststelling van de begroting wordt geautoriseerd aan het dagelijks bestuur. Dit (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 85 - geldt alleen voor de bedragen opgenomen in jaarschijf 2014. Investeringsnummer 1 heeft betrekking op de investeringen in het herstel/verbetering van ons watersysteem. Het geraamde investeringsbedrag betreft het netto (bruto uitgaven -/- subsidies) bedrag dat voor rekening van ons eigen waterschap komt. Het bedrag van € 3 miljoen is een meerjarig gemiddelde zodat er jaarlijks sprake is van een gelijkmatige stijging van onze kosten (en daarmee indirect de belastingtarieven) op begrotingsbasis. De investering met nummer 2 is opgevoerd naar aanleiding van het voorstel inzake de inzet van het vrij aanwendbare deel van de reserves (AB 6 oktober 2010). Meerjarenraming 2014-2018 Meerjarenraming ( x € 1.000) Raming 2014 Raming 2015 Raming 2016 Raming 2017 Raming 2018 Lasten 29.887 31.253 31.575 31.998 32.430 B aten 50 29.837 50 31.203 50 31.525 50 31.948 50 32.380 Saldo In de meerjarenraming is rekening gehouden met geplande investeringen en de vrijval van kapitaallasten uit oude investeringen. Voor de doorrekening van lonen en prijzen zijn we uitgegaan van een stijging van 2% per jaar en het vervallen van eventuele incidentele posten. Geen rekening is gehouden met groei van het areaal. Voor wat betreft de bijdrage aan het Waterschapsbedrijf Limburg zijn we uitgegaan van de onlangs vastgestelde meerjarenbegroting van het Waterschapsbedrijf Limburg. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 86 - 6 Programma Bestuur, communicatie, heffingen en veiligheid Onder bestuur, communicatie, heffingen en veiligheid verstaan wij alle activiteiten die gericht zijn op het besturen van ons waterschap (incl. de ambtelijke voorbereiding van bestuursvergaderingen), de centrale en extern gerichte voorlichtende activiteiten, het opstellen en actueel houden van wet- en regelgeving, het opleggen van aanslagen en het afhandelen van verzoek-, bezwaar- en beroepsprocedures op het gebied van belastingaanslagen. Daarnaast hebben wij als waterschap de zorg voor een adequate voorbereiding op en afhandeling van calamiteiten in relatie tot de taken van ons waterschap (het watersysteem, de waterketen en de waterkeringen). Denk hierbij aan zaken als vervuiling van een beek door een illegale lozing, wateroverlast door hevige neerslag en Maashoogwater. Portefeuillehouders Programma-eigenaar bestuurlijk ambtelijk Toine Gresel (portefeuille bestuurlijke coördinatie / veiligheid / communicatie) Wim Evers Joop de Hoon (portefeuille heffingen) Programma prestatie-indicator Doel Doel Doel Doel eind 2014 eind 2015 eind 2016 eind 2017 Bestuur, communicatie, heffingen en veiligheid ≥ 200.000 pm pm pm volgers van ons Twitter-kanaal (https://twitter.com/peelmaasvallei) ≥ 1.000 pm pm pm videoweergaven op ons YouTube-kanaal ≥ 5.000 pm pm pm zichtbaarheid in de media ≥ 150 pm pm pm activiteiten en contactmomenten met inwoners en partners ≥ 10 pm pm pm bezoekers van onze website (www.wpm.nl) 6.1 Wat willen we bereiken? Opgave Het is onze opgave (ambitie) te beschikken over: een collegiaal bestuur met een verdeling naar portefeuilles, dat aandacht heeft voor verantwoording en transparantie en dat naar buiten treedt; een communicerend waterschap: een communicatieve organisatie die in staat is de interactie met de doelgroepen aan te gaan; een organisatie die de waterschapsbelasting zo efficiënt mogelijk en op een zorgvuldige en pragmatische wijze, gericht op tijdigheid en volledigheid heft en int; een adequaat opgeleide en geoefende calamiteitenorganisatie, die in staat is zich zelfstandig op het gewenste niveau in stand te houden. Bestuur Centraal in dit programma staat de Visie waterbeheer Limburg in 2020 ‘Water in beweging’. Om de beschreven doelen en beelden te realiseren, zijn in deze visie vijf essentiële succesfactoren geschetst: samenwerking, communicatie, doelmatigheid, duurzaamheid en goed werkgeverschap. Aandacht voor de succesfactoren is geborgd door deze in de ambtelijke organisatie als doelen van het organisatieontwikkelingsprogramma te benoemen. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 87 - In 2014 wordt de evaluatie van het waterschapsbestel in Limburg afgerond met een voorstel van gedeputeerde staten aan provinciale staten van Limburg. Gedeputeerde staten hebben mede gezien het rapport van Policy Research Corporation aanleiding gezien om de procedure van artikel 3 en 4 van de Waterschapswet op te starten. Communicatie Communicatieplannen zijn inmiddels vast onderdeel van onze projecten en processen. In 2014 zullen wij ons met moderne communicatiemiddelen richten op het bereiken van draagvlak voor de uitvoering van onze taak. Resultaat van de samenwerking is omdat het loont en de inwoner mede waterbeheerder wordt. Heffingen In 2014 treden acht gemeenten toe als deelnemer van de BsGW. De gemeenten zijn Maastricht, SittardGeleen, Heerlen, Onderbanken, Brunssum, Landgraaf, Simpelveld en Voerendaal. Met deze toetreding wordt een van de doelen, namelijk het uitbreiden van het aantal deelnemers om voor die deelnemers financieel voordeel te behalen, bereikt. Ons financieel voordeel is in 2014 aanzienlijk en zal in de komende jaren nog oplopen. Veiligheid / Multidisciplinair oefenen We nemen het initiatief onder regie van de veiligheidsregio Limburg Noord een volgende stap te maken in de ontwikkeling van de calamiteitenzorg door een Grootschalig, Multidisciplinaire Oefening met partners (GMO waterkracht 2014). Beoogd effect Een kleinere afstand tussen de belanghebbenden en het bestuur en een groter vertrouwen van de doelgroepen in het bestuur. Het leveren van een bijdrage aan welvaart en welzijn van onze inwoners/belanghebbenden. Inwoners kennen ons waterschap en weten wat het doet. Samenleving heeft er vertrouwen in dat ons waterschap de goede dingen goed doet. Mensen weten ons waterschap te vinden bij vragen en problemen en worden dan snel en goed geholpen. Het op een steeds hoger niveau brengen van onze dienstverlening. Het goed voorbereiden en professioneel inrichten om zodoende doelmatig bij te dragen aan de bestrijding van kleine tot grootschalige incidenten, zware ongevallen, rampen en crises. Volwaardig en gelijkwaardig partner zijn in het optreden rondom watergerelateerde calamiteiten. Een voorbeeld voor de calamiteitenorganisaties van waterschappen zijn. Als waterschap zichtbaar zijn voor onze omgeving met (h)erkenning voor onze rol als crisispartner. Randvoorwaarden Een integrale calamiteitenzorg voor ons waterschap en WBL. Uitvoeren convenantafspraken met WRO en Rijkswaterstaat voor de waterkolom in Limburg. Een bijdrage aan landelijk aanspreekpunt voor calamiteitenzorg bij waterschappen. Zoveel mogelijk samenwerken met publieke partijen conform de Wet op de veiligheidsregio. Een communicatief vaardige organisatie die in staat is om in dialoog met de omgeving te gaan. De medewerkers en bestuursleden luisteren vooral naar wat er leeft en houden daar rekening mee bij de uitvoering van het werk en spreken doelgroepen aan op gemeenschappelijke waarden. In de communicatie gaat het meer om een heldere en duidelijke boodschap en minder om het eigen logo. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 88 - Medewerkers en bestuursleden consulteren de doelgroepen bij de ontwikkeling en uitvoering van ons beleid en laten hen hierin participeren. Bestuur stelt beleid pas vast na de dialoog. Daarna verspreiden we breed de uitkomst van het gesprek: het vastgestelde beleid. Doelstellingen Wij maken kenbaar waar beleidsaccenten moeten liggen. We beschikken over een beheerplan dat naadloos aansluit op het KRW-Stroomgebiedbeheerplan Maas. Beleidsparticipatie: we regisseren zelf en nemen deel aan de ontwikkeling van beleid van derden om hun belangen en die van het watersysteem optimaal te borgen. Beleidsproject: we stellen de door het bestuur gewenste beleidsproducten op om de koers van ons waterschap eenduidig vast te leggen. Beleidsproces (Nieuw Limburgs Peil): we doorlopen grote processen en gaan in dialoog. We realiseren onze rol als waterautoriteit, die samen met partners werkt aan zijn taken. We zetten ons in om positief in het nieuws komen. Wij creëren draagvlak voor onze besluiten, organisatie en activiteiten. We laten zien dat we voor onze taak staan, ook als het een keer fout gaat. We baseren de uitvoering van onze activiteiten op duurzaamheid en maatschappelijke verantwoordelijkheid. We verdelen op een rechtvaardige manier de lasten over de verschillende categorieën belanghebbenden. Onze besluitvorming is van goede kwaliteit en transparant. We leggen helder uit wat er met het belastinggeld wordt bereikt. We verspreiden actief informatie over het werk van ons waterschap, succesvolle projecten en calamiteiten. We corrigeren berichtgeving op internet en zetten internet en social media in als instrumenten van informatie, inspraak en beïnvloeding. We gaan door me het de klassieke natuur- en milieueducatie voor het basisonderwijs. ‘Waterwerken’ zijn onze visitekaartjes. Zij zijn toegankelijk gemaakt. Bewustwording en gedragsbeïnvloeding dragen bij aan het succes van de aanpak. Wij verminderen administratieve lastendruk. We verminderen het aantal regels en procedures. We hanteren een integrale benadering. We publiceren (elektronisch) onze regelgeving en bekendmakingen. We introduceren elektronische dienstverlening. We bieden de mogelijkheid om bezwaarschriften, vergunningaanvragen, verzoekschriften en belastingaangiften via e-formulieren aan te vragen en af te handelen. Wij zijn klantgericht, meedenkend en betrouwbaar. We zorgen voor acceptabele doorlooptijden van procedures en processen. We zorgen voor transparante besluitvorming. We hebben competente medewerkers. We communiceren met onze klanten. We spelen in op de ontwikkelingen in de omgeving. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 89 - We handelen klachten zorgvuldig af. Wij geven op realistische wijze invulling aan de beperking van de gevolgen en bestrijding van mogelijke calamiteiten in relatie tot de waterschapstaak. We beschikken over een professionele en kwalitatief goede calamiteitenorganisatie. We beschikken over juiste en actuele informatie. We zorgen voor voldoende draagvlak onder onze medewerkers. We hebben toereikende faciliteiten. We beschikken over specialistische kennis. We beschikken over een toereikend budget. Wij ondersteunen de algemene kolom (hulpdiensten en gemeenten) waar redelijkerwijs mogelijk is in het belang van de veiligheid en gezondheid van de burgers. We onderhouden en versterken een functionerend netwerk van crisispartners. We nemen initiatief om gezamenlijk voorbereid te zijn op (waterschapswerk gerelateerde) calamiteiten. 6.2 Wat gaan we ervoor doen? Beleidskaders omschrijving vastgesteld periode* Water in beweging, visie op waterbeheer in Limburg 2012 2012-2020 Communicatiebeleid 2007 2008-2012 Waterbeheerplan 2009 2010-2015 Calamiteitenplan** 2010 Geen termijn Meerjarenbeleidsplan calamiteitenzorg 2011 2012-2015 * Zolang geen nieuw beleid is vastgesteld, blijven genoemde beleidslijnen gelden (ook als periode is overschreden) ** Juistheid en actualiteit wordt geborgd door het toepassen van een jaarlijkse cyclus van PDCA uit het kwaliteitsmanagement Beleidsproducten nr naam beleidsproduct omschrijving beleidsproduct 10 Calamiteitenbestrijding watersystemen Onderhouden en ontwikkelen van een professionele calamiteitenorganisatie. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 10.1 Calamiteitenbestrijding Oefenen gericht op interne samenwerking. watersystemen De calamiteitenorganisatie functioneert als één geheel, schakels haken vloeiend in elkaar, deelnemers kennen hun taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Calamiteitenplannen en bestrijdingsplannen Het calamiteitenzorgsysteem (calamiteitenplan, bestrijdingsplannen en supplementen) is compleet en actueel op basis van de invulling van een PDCA-beheercyclus. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 90 - Samenwerken met partners in de hulpverlening We zijn een volwaardig en gelijkwaardig partner en geven invulling aan de Wet veiligheidsregio’s. Multidisciplinair oefenen We nemen het initiatief onder regie van de veiligheidsregio Limburg Noord een volgende stap te maken in de ontwikkeling van de calamiteitenzorg door een Grootschalig, Multidisciplinaire Oefening met partners (GMO waterkracht 2014). 29 Belastingheffing Het samenstellen van belastingkohieren en het opleggen van aanslagen. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 29.1 Kostentoedeling en Opstellen en actueel houden van belastingverordeningen en belastingverordeningen uitvoeringsregelingen Klantgerichte, rechtsgeldige aanslagoplegging. 29.2 Aanslagen zuiveringsheffing huishoudens en Opstellen en actueel houden van belastingbestanden Klantgerichte, rechtsgeldige aanslagoplegging. forfaitaire bedrijfsruimten 29.3 Aanslagen zuiverings- Opstellen en actueel houden van belastingbestanden heffing overige bedrijven Klantgerichte, rechtsgeldige aanslagoplegging. 29.4 Aanslagen watersysteemheffing ingezetenen, gebouwd, Opstellen en actueel houden van belastingbestanden Klantgerichte, rechtsgeldige aanslagoplegging. ongebouwd en natuur 29.5 Bezwaar/beroepschrift Beslissen op bezwaarschriften zuiveringsheffing huishoudens en forfaitaire bedrijfsruimten Uitspraken op bezwaarschriften binnen de wettelijke termijn, die de rechterlijke toets doorstaan. Verweer in beroep Plausibel verweer dat een eventueel hoger beroep doorstaat. 29.6 Bezwaar/beroepschrift zuiveringsheffing overige Beslissen op bezwaarschriften bedrijven rechterlijke toets doorstaan. Verweer in beroep Uitspraken op bezwaarschriften binnen de wettelijke termijn, die de Plausibel verweer dat een eventueel hoger beroep doorstaat. 29.7 Bezwaar/beroepschrift watersysteemheffing Beslissen op bezwaarschriften ingezetenen, gebouwd, ongebouwd en natuur rechterlijke toets doorstaan. Uitspraken op bezwaarschriften binnen de wettelijke termijn, die de Verweer in beroep Plausibel verweer dat een eventueel hoger beroep doorstaat. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 91 - 30 Invordering Verzending aanslagbiljetten, betalingsverwerking, kwijtschelding en verdere invorderingsmaatregelen waterschapsbelastingen. op het gebied van beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 30.1 Betalingsverwerking Aanslagen verzenden aanslagen Het innen van 99% van de totaal opgelegde aanslagen en het ontvangen van de belastingbedragen binnen 3-6 maanden na dagtekening van de aanslagbiljetten. 30.2 Kwijtschelding Beslissen op verzoekschriften tot uitstel van betaling, betalingsregeling en kwijtschelding; beslissen op kwijtscheldingsberoepschriften Uitspraken op verzoekschriften binnen de wettelijke termijn, die de rechterlijke toets doorstaan. 30.3 Invorderingsmaatregelen aanslagen Aanmaningen nemen verzenden en verdere invorderingsmaatregelen Het innen van 99% van de totaal opgelegde aanslagen en het ontvangen van de belastingbedragen binnen 3-6 maanden na dagtekening van de aanslagoplegging. 31 Bestuur Het democratisch besturen door het nemen van besluiten in vergaderingen en het extern representeren. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 31.1 Bestuur (Beleids)beslissingen nemen in vergaderingen en in overleg met overheden en anderen De wettelijke waterschapstaken uitoefenen en daarmee veiligheid, welvaart en welzijn van alle ingezetenen bevorderen. Representatie door bijwonen van bijeenkomsten Voldoende vertegenwoordiging in optreden namens waterschap. Klachten coördineren (o.a. klachten bij Nationale Ombudsman) Bij waterschap: afhandeling tot tevredenheid van klager e/o bestuur (referentie voor toekomstige zaken). Bij Nationale Ombudsman: compleet, correct en open onderzoek/ reactie, zoveel als mogelijk tijdens onderzoek tegemoetkomen aan een gegronde klacht. 31.2 Bestuursondersteuning Voorbereiden, begeleiden en uitwerken van bestuursvergaderingen, incl. publicatie en ter inzage legging van besluiten Een adequate directe ambtelijke ondersteuning van de bestuurders en van de bestuursorganen. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 92 - 32 Externe communicatie Communicatieactiviteiten gericht op het informeren, stimuleren en activeren van de externe doelgroepen. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat 32.1 Externe communicatie Ontwikkelen en uitvoering geven aan het communicatiebeleid Doelgroepen weten wie we zijn en wat we doen, zijn positief over ons en bereid met ons samen te werken. We gaan met hen in dialoog waar ons werk hun directe werk- en leefomgeving raakt. Productie en verspreiding van algemeen informatiemateriaal Onze externe partners zijn op de hoogte van de hoofdlijnen van het organisatiebeleid en de ontwikkelingen. We geven hiervoor periodiek een relatieblad uit en maken brochures en plaatsen advertenties. Beantwoording van vragen van ingelanden, pers en anderen Het publiek krijgt antwoord op vragen over het waarom, hoe en wat van ons waterschapswerk. Coördinatie, productie en verspreiding van het jaarverslag De belastingbetalers hebben de mogelijkheid om inzicht te krijgen in waar wij het belastinggeld aan uitgegeven hebben en waarom. Open dagen, rondleidingen en tentoonstellingen We vergroten onze zichtbaarheid, aanwezigheid en naamsbekendheid. Belanghebbenden en belangstellenden kunnen zien hoe ons waterschap werkt. We leiden belangstellenden rond op de rioolwaterzuiveringsinstallaties en langs onze beken. Perscontacten We richten ons op een goede relatie met de pers, omdat zij een belangrijke rol hebben in het contact met de omgeving. We benaderen de pers proactief, creëren zelf nieuws, houden de perslijst actueel. Communicatiemiddelen: persberichten, perswoordvoering, persconferenties, mediawatching (nieuwsselectie). Educatie en algemene voorlichting We dragen de waarden en verzamelde kennis van ons waterschap over, we bieden methoden van onderwijs en leren aan. We geven publieksgroepen inzicht in wat ze zelf kunnen bijdragen aan een goed watermilieu en zetten aan tot gewenst gedrag. We bieden methoden van onderwijzen en leren aan. Communicatiemiddelen die we hiervoor inzetten: (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 93 - Droppie Water lespakketten; werkstukkensite; Jeugdwaterschapsbestuur; spelletjeswebsite ‘Waterpraatjes’. Onderhoud website op internet en social media kanalen van ons waterschap De website, het YouTube-kanaal en Twitter-kanaal zijn actueel en beeldend en worden regelmatig door ons publiek en onze partners bekeken. 6.3 Wat mag het kosten? Programma bestuur, communicatie, heffingen en veiligheid R e k e ning 2 0 12 B e gro t ing 2 0 13 B e gro t ing 2 0 13 ( inc l.wijz.) B e gro t ing 2 0 14 (€) (€) (€) (€) 616.190 662.107 662.107 640.273 3.547.900 3.174.661 3.326.411 3.144.583 0 0 0 189.617 117.819 0 0 0 Catego rie Lasten 42 P erso neelslasten 43 Go ederen en diensten van derden 44 B ijdragen aan derden 45 To evo egingen aan vo o rzieningen 174.106 66.861 66.861 6.275 51t/m 59 Organisatie-/bedrijfsvo eringsko sten 50 Kapitaallasten 948.935 832.774 818.974 880.140 69 Organisatie-/bedrijfsvo eringsko sten 188.290 169.105 169.105 189.135 5.593.240 4.905.508 5.043.458 5.050.023 (€) (€) (€) (€) To taal Lasten B aten 83 Go ederen en diensten aan derden 60.631 165.000 165.000 584.389 84 B ijdragen van derden -28.502 0 0 0 86 Interne verrekeningen 153.059 138.000 138.000 138.000 To taal B aten S a ldo la s t e n m inus ba t e n 185.188 303.000 303.000 722.389 5 .4 0 8 .0 5 2 4 .6 0 2 .5 0 8 4 .7 4 0 .4 5 8 4 .3 2 7 .6 3 4 Toelichting op de lasten 42 Personeelslasten Onder deze kostensoort hebben we de personeelslasten geraamd van het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de pensioenverplichtingen en wachtgeldverplichtingen van voormalig leden van het bestuur. 43 Goederen en diensten van derden Een bedrag van € 179.298 (in 2013 was dat € 210.735) heeft betrekking op onze bijdrage aan Waterschapsbedrijf Limburg en vloeit voort uit de vastgestelde WBL-begroting 2014. Een bedrag van € 1.690.951 (2013: € 1.764.593) heeft betrekking op de bijdrage aan de BsGW. De bijdrage aan de Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen (=BsGW) is ten opzichte van 2013 gedaald doordat de BsGW ook de parkeerbelasting gaat uitvoeren voor de gemeenten Venlo, Roermond en Sittard-Geleen. Het effect van de toetreding van de Libel gemeenten (Maastricht, Sittard-Geleen, Heerlen, Brunssum, Landgraaf, Onderbanken, Simpelveld en Voerendaal) in de te betalen bijdrage aan de BsGW is pas in 2018 zichtbaar. Het structurele voordeel door samenwerking op het gebied van belastingheffing en invordering in (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 94 - 2014 bedraagt zo’n € 0,66 miljoen, oplopend tot € 1,1 miljoen in 2018. Hiermee hebben we oorspronkelijke financiële doelstelling bij de oprichting van de BsGW (€ 358.000 in 2015) ruimschoots gerealiseerd. 44 Bijdragen aan derden Per 1 januari 2014 treden de zogenaamde ‘libel-gemeenten’ toe tot de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen. Op basis van de gesloten overeenkomsten met de nieuwe toetreders ramen wij een tegemoetkoming in de frictiekosten ter grootte van € 189.617 per jaar in de periode 2014-2017. 50 Kapitaallasten In de begroting gaan we er van uit dat er in 2015 (totale kosten/investering € 600.000) plaatsvinden. Vooruitlopend daarop verwachten we in 2014 een voorinvestering van € 300.000 te moeten doen. In 2014 en 2015 houden we alleen rekening met rentekosten. Pas in 2016 gaan we ook afschrijvingskosten doorberekenen omdat we volgens het lasten en batenstelsel de lasten moeten toerekenen aan de periode (financieel verslagjaar) waarop ‘het verbruik’ plaatsvindt. Dat is wanneer het nieuwe bestuur zitting neemt. In 2016 zullen we daarom het effect in de cijfers gaan zien. Een en ander zoals aangekondigd in de Voorjaarsnota 2013. 51 t/m 59 + 69 Organisatie-/bedrijfsvoeringkosten In de afdelingskostenplaatsen verzamelen we alle kosten (salariskosten, sociale lasten, reiskosten e.d.) van een afdeling, waarna we op basis van het aantal direct productieve uren een integraal uurtarief berekenen. Vervolgens berekenen we op basis van de verwachte tijdsbesteding 2014 de kosten door naar de desbetreffende producten en programma’s. Door verschillen in de verwachte tijdsbesteding 2014 ten opzichte van 2013 verandert ook de doorberekening van kosten. De kosten van de begroting, bestuursrapportages en jaarrekening rekenen we rechtstreeks door naar dit programma (69 Organisatie/bedrijfsvoeringkosten). Toelichting baten 83 Goederen en diensten aan derden Op het moment dat er nieuwe partijen toetreden tot de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen, ontvangen de oorspronkelijke oprichters een soort ‘goodwill’ of ‘entreegelden’. Dit ter compensatie van in het verleden gedane investeringen en bodemstortingen in het weerstandsvermogen. Afhankelijk van de afgesproken betalingstermijnen worden die gelden maximaal over een periode van 6 jaren uitgesmeerd. Op basis van de huidige inzichten verwachten wij in de periode 20132017 jaarlijks zo’n € 584.000 te ontvangen. Dat bedrag stijgt ten opzichte van 2013 omdat per 1 januari 2014 de volgende gemeenten toetreden tot de BsGW: Stein, Maastricht, Sittard-Geleen, Heerlen, Brunssum, Landgraaf, Onderbanken, Simpelveld en Voerendaal. 86 Interne verrekeningen Het vermelde bedrag heeft betrekking op de kosten van wachtgelden en pensioenen van voormalig bestuursleden die wij halen uit de daarvoor ingestelde (wettelijk verplichte) voorziening. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 95 - Productramingen Programma bestuur, communicatie, heffingen en veiligheid (€) Producten Begroting Begroting Lasten 2013 Calamiteitenbestrijding watersystemen B elastingheffing Begroting Begroting Lasten 2014 Baten 2013 Baten 2014 154.415 237.874 0 0 1.888.577 2.024.398 165.000 584.389 Invo rdering 491.603 471.086 0 0 B estuur 2.198.227 2.136.100 138.000 138.000 Externe co mmunicatie 172.686 4.905.508 180.565 5.050.023 0 303.000 0 722.389 4.602.508 4.327.634 Totaal (€) Saldo lasten minus baten Investeringen 2014-2018 Investeringen meerjarenperiode (x € 1.000) Nr Cat. Afschr. termijn Verkiezingen 1. Vervanging/instandho uding ict vo o rzieningen bestuur (o a i-pads) 2. A 4 jaar B 3/5 jaar Vervanging co mmunicatiemiddelen A 5 jaar 3. Raming Raming Raming Raming Raming 2014 2015 2016 2017 2018 300,0 300,0 300,0 28,0 7,3 307,3 Totaal 328,0 133,0 40,0 29,0 1,0 49,0 29,0 134,0 389,0 Categorie A investeringen zijn investeringen waarvan we de start/realisatie hebben gepland in 2014 en waarvan de uitvoering bij vaststelling van de begroting wordt geautoriseerd aan het dagelijks bestuur. Dit geldt alleen voor de bedragen opgenomen in jaarschijf 2014. Categorie B investeringen zijn investeringen waarvan we de start/realisatie na 2014 hebben gepland en die nog niet voor uitvoering in aanmerking komen. In de meerjarenraming hebben we alle geplande investeringen doorgerekend. Meerjarenraming 2014-2018 Meerjarenraming ( x € 1.000) Raming 2014 Raming 2015 Raming 2016 Raming 2017 Raming 2018 Lasten 5.050 5.130 5.353 5.430 5.047 B aten 722 4.328 722 4.408 722 4.631 722 4.708 308 4.739 Saldo In de meerjarenraming zijn alle geplande investeringen doorgerekend. Daarnaast is rekening gehouden met de vrijval van kapitaallasten uit oude investeringen. Verder is rekening gehouden met een stijging van lonen en prijzen met 2% per jaar. Ook hebben we rekening gehouden met de incidentele en structurele effecten als gevolg van nieuwe toetreders tot de BsGW. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 96 - 7 Programma Bedrijfsvoering Bedrijfsvoering betreft de aansturing van de organisatie en omvat alle bedrijfsmatige activiteiten met uitzondering van de feitelijke uitvoering binnen het primaire proces. Dit programma beschrijft onze activiteiten die gemoeid zijn met het ondersteunen van de organisatie bij het realiseren van de bestuurlijke doelstellingen. Portefeuillehouders Programma-eigenaar bestuurlijk ambtelijk Rein Dupont (portefeuille ICT) Gineke Anninga Joop de Hoon (portefeuille financiën) Programma Doel Doel Doel Doel eind 2014 eind 2015 eind 2016 eind 2017 < 4% pm pm pm ontwikkelplan ≥ 80% pm pm pm verbetervoorstellen afgehandeld binnen gestelde ≥ 80% pm pm pm 0 pm pm pm <5 pm pm pm bestuurlijke tevredenheid m.b.t. transparantie P&C documenten ≥ 90% pm pm pm conform inkoophandboek inkoopprocedures ≥ 80% pm pm pm prestatie-indicator Bedrijfsvoering ziekteverzuim (incl. langdurig zieken en excl. zwangerschapsverlof) tijdig uitgevoerde persoonlijk gesprekken (1 x per jaar) termijn meldingsplichtige inspectie SZW bedrijfsongevallen aan het doen van uitspraken op bezwaar- en beroepszaken, waarvan … de rechterlijke toets niet met succes doorstaan 7.1 juist uitgevoerde Wat willen we bereiken? Opgave Het waterschap staat voor de realisatie van de missie en visie. Eind 2012 is een gezamenlijke visie op waterbeheer in Limburg in 2020 van Waterschap Roer en Overmaas en Waterschap Peel en Maasvallei gereed gekomen. De doelen van het waterbeheer zijn onveranderd, maar onze opgave bestaat uit het vertalen van de nu bekende trends en ontwikkelingen naar een actuele taakopvatting en taakuitoefening. Wij realiseren onze bestuurlijke doelen passend in de tijdgeest van bezuinigingen, een kleinere overheid, deregulering, klantgeoriënteerde dienstverlening en snelle informatiestromen. Wij nemen verantwoordelijkheid voor de consequenties van ons handelen op sociaal (people), ecologisch (planet) en economisch (profit) gebied. We hebben een voorbeeldfunctie, leggen verantwoording af, werken transparant en gaan de dialoog aan met de betrokken belanghebbenden. Dit maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) uit zich onder andere in een aantal factoren dat essentieel is voor succes: samenwerken, communiceren, doelmatig werken, duurzaam werken en inkopen en in goed werkgeverschap. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 97 - Samenwerkend waterschap We denken in gezamenlijke opgaven en oplossingen. We willen gezien worden als een betrouwbare, deskundige partner. Dit vraagt investeren in proactief relatiebeheer, kennis en kunde van medewerkers. Communicerend waterschap Uitgangspunt is een betrouwbaar, consequent, transparant en integer optredende overheid, die helder uitlegt wat er met belastinggeld wordt bereikt en die problemen niet afwentelt maar oppakt. We verspreiden informatie actief en zetten hiervoor moderne media in. De ‘waterwerken’ zijn onze visitekaartjes. Om dit mogelijk te maken investeren we in het verbeteren en herstructureren van onze informatievoorziening. Doelmatig waterschap We besteden het belastinggeld functioneel en zinvol. We maken scherpe keuzes in taken die we zelf doen, taken die worden uitbesteed, taken die anderen doen en taken die we niet meer doen. We kopen efficiënt in en monitoren onszelf met behulp van interne audits, een adequaat functionerende P&C-cyclus en voeren een sober en doelmatig financieel beleid. Duurzaam waterschap We streven naar energiebesparing en kostenbesparing bij onze rwzi’s, bij beekherstel en aanleg van regenwaterbuffers. We beperken mensverplaatsingen door internetvergaderen, telewerken, het bevorderen van openbaar vervoer en fiets. Inkopen van duurzame energie en materialen is standaard. Goed werkgeverschap De opgave is om goed gekwalificeerd waterschapspersoneel aan te trekken en vast te houden. We willen zorgen voor een evenwichtige leeftijdsopbouw van het personeelsbestand. We willen een interessante werkgever zijn door het uitdagende werkveld maar ook door goede arbeidsvoorwaarden en modern werkgeverschap.. We zoeken niet alleen goede vakspecialisten maar ook goede netwerkers, mensen met talenkennis en sterke communicatieve capaciteiten. We zijn een lerende organisatie. We borgen blijvend onze kwaliteit in de werkprocessen. Kern van ons personeelsbeleid is de juiste persoon op de juiste plek. Het centraal stellen van de ontwikkeling van de werknemer maakt van het waterschap een gewaardeerde en moderne werkgever. Robuuste organisatie Het realiseren van de visie (het wat) en de wijze waarop we dat willen doen (het hoe) stelt ook eisen hoe we onszelf als waterschap moeten organiseren. Naast een inspanningsverplichting naar buiten, hebben we ook een inspanningsverplichting naar ‘binnen’ toe. Het één kan niet zonder het andere. Ook daar ligt voor ons een opgave om ons door te ontwikkelen om onze toekomstbestendigheid te waarborgen en onze visie op het waterbeheer te realiseren. Een eerste stap is om onze organisatie op een aantal onderdelen te versterken ofwel robuuster te maken om o.a. de risico’s in onze bedrijfsvoering te verminderen en tegelijkertijd onze slag- en daadkracht te vergroten. In dit kader hebben we in de Voorjaarsnota 2013 maatregelen (niet limitatief) aangekondigd. We noemen: de coördinatie/regie aanpak kabels en leidingen waterkeringen; opzetten en uitvoeren van een uitvoeringsprogramma inspectie en onderhoud kunstwerken; participeren/initiëren INTERREG-projecten; opzetten en uitvoeren programmamanagement buitenlandbeleid; versterking projectcontrol PenV; versterking ICT functie; versterking adviesfunctie KenA (watertoets); versterking adviesfunctie KenA (ecologisch advies) (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 98 - Met de invulling van de financiële randvoorwaarden voor de maatregelen zoals hiervoor genoemd, is in deze (meerjaren)begroting rekening gehouden. Daarnaast hebben we rekening gehouden met het invullen van maatregelen die voortvloeien uit het continuïteitsplan bij uitval van ICT/elektra. We hebben hiervan melding gemaakt in onze nieuwsbrief aan het algemeen bestuur van 25 juni 2013. Beoogd effect Maximale klanttevredenheid tegen zo laag mogelijke kosten. Doelstellingen Wij vergroten het vertrouwen van belanghebbenden in de organisatie. Wij zijn een volwaardige kennisautoriteit. Wij beschikken over een adequaat planning- en controlinstrumentarium, met als subdoelstelling dat het ontwikkelen, werkend krijgen, evalueren en bijstellen van kaders ten behoeve van het integraal management op alle bedrijfsvoeringaspecten een continu en geborgd proces is. Wij houden de kennis en kunde van onze medewerkers op peil via de persoonlijk ontwikkelplan gesprekken. Wij verhogen de competentie van medewerkers. Wij willen enthousiaste en betrokken medewerkers die met passie de ontwikkelingsruimte benutten om persoonlijke doelen en waterschapsdoelen te realiseren (persoonlijk jaarplan). De vijf bedrijfsbrede competenties staan hierbij centraal. Wij leren van de feedback van onze omgeving, waarbij wij indien nodig actief om positieve- en negatieve feedback vragen. Wij geven uiting aan de gewenste waterschapsidentiteit. Wij werken continu aan het bereiken van deze doelstellingen via het organisatieontwikkelproces, de persoonlijke ontwikkelplannen en onze interne communicatiemiddelen. Wij willen contente medewerkers. Wij willen met respect voor ieders rol en expertise met al onze collega’s samenwerken om de doelen van ons waterschap te realiseren. Wij streven naar het vergroten van de verantwoordelijkheid van medewerkers en het vasthouden van de betrokkenheid van medewerkers. Wij stimuleren de onderlinge samenwerking en werken aan de ontwikkeling van ons waterschap door in gesprek te zijn met elkaar over houding en gedrag, rollen en bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Wij gaan met een beperkt aantal leveranciers een duurzame relatie aan om gezamenlijk innovatief voordeel te behalen. wij bewaken de kosten en de kwaliteit van onze contracten door goed contractbeheer. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 99 - 7.2 Wat gaan we ervoor doen? Beleidskaders omschrijving vastgesteld periode* Verordening bestuurscompensatie WPM 1994 Geen termijn Nota reserves en voorzieningen WPM 2005 2005 Geen termijn I-visie 2012-2015, Programma Informatiemanagement op orde 2012-2015 2013 2013- Verordening beleids- en verantwoordingsfunctie WPM 2009 2009 Geen termijn Verordening controle op het financieel beheer en op de inrichting van de financiële organisatie van WPM 2009 2009 Geen termijn Nationaal uitvoeringsprogramma dienstverlening en e-overheid 2008 2008-2011 Inkoop- en aanbestedingsbeleid WPM 2013 2013 Geen termijn Notitie ‘Visie op geografische informatievoorziening' 2011 Geen termijn KAM-ambitienotitie 2011 Geen termijn Archiefverordening WPM 2013 2013 Geen termijn Sectorale Arbeidsvoorwaardenregelingen Waterschapspersoneel (SAW) 2013 Geen termijn Belastingverordeningen 2014 2013 jaarlijks * Zolang geen nieuw beleid is vastgesteld, blijven genoemde beleidslijnen gelden (ook als periode is overschreden) Projecten nr naam omschrijving 1 Programma Het (door)ontwikkelen van de organisatie naar een effectieve, klant-, organisatieontwikkeling toekomst- en omgevingsgerichte organisatie (volwaardige partner in de waterketen). activiteiten beoogde resultaten Programma Organisatiedoelen intern gerichte fase organisatiewikkeling 20132014: doelmatiger, duurzamer, beter communiceren, beter samenwerken, modernere werkgever (lol, leren, loon). Deze organisatiedoelen zijn afgeleid van de succesfactoren uit de Visie Waterbeheer Limburg in 2020. In de loop van 2014 vindt, afhankelijk van de bereikte resultaten van de intern gerichte fase, bijstelling van de organisatiedoelen plaats met het gewenste ketenpartnerschap in het vizier. Project processen Alle beschreven processen van ons waterschap zijn ‘levende’ processen en de beschrijving komt overeen met de praktijk. O.a. audits spelen hierin een rol. De rol van proceseigenaar is bij elk proces ingevuld en de invulling van deze rol is effectief en bekend bij (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 100 - de eigenaar en diens omgeving. Het schakelen tussen procesovergangen verloopt soepel en effectief. Project projecten Medewerkers van ons waterschap zijn bekend met en werken volgens het projectstatuut. Ze zijn bekwaam en effectief in hun rollen (opdrachtgever, opdrachtnemer, projectleider, projectmedewerker etc.). Project mensen De procesorganisatie, projectorganisatie en de lijnorganisatie functioneren effectief naast elkaar (matrix). Leiding en medewerkers zijn zich bewust van de flexibiliteit die deze situatie vraagt en nemen effectief hun (steeds veranderende) rol. De organisatie regelt wat nodig is (beleid, opschoning van beleid, middelen, communicatie, cultuuraspecten, etc.) om mensen efficiënt en met plezier in zo’n omgeving te laten functioneren. 2 Programma Het realiseren van de Visie informatievoorziening WPM 2013-2016. Informatiemanagement op orde activiteiten beoogde resultaten Programma Het programma bestaat uit drie speerpunten: gegevens op orde; digitalisering en professionalisering documentaire informatievoorziening; Het Nieuwe Werken. De speerpunten omvatten meerdere projecten die samen de roadmap voor realisatie van de I-visie vormen. Resultaat van het totale programma is dat vanaf 2016 zowel Zaak Gericht Werken (ZGW) als NetCentrisch Werken (NCW) mogelijk wordt. Randvoorwaardelijk voor het bereiken van de doelstellingen zijn: een afgewogen informatiebeveiligingsbeleid 2013-2014; ICT-continuïteitsplan, zowel bij uitval van de reguliere bedrijfsvoering als ten tijde van een calamiteit; inrichting van de I-functie: centrale en decentrale taken, rollen en verantwoordelijkheden Project gegevens op orde Realisatie van eenmalige opslag ten behoeve van meervoudig gebruik. Op deze wijze wordt een betere beschikbaarheid gerealiseerd van betrouwbare, actuele en volledige gegevens. Project digitalisering Doorontwikkeling digitalisering en professionalisering documentaire informatievoorziening Voorzien in een instrumentarium waarmee maximaal invulling wordt gegeven aan het delen van informatie. Realiseren van koppelingen tussen digitale documenten en de (met name generieke) gestructureerde informatiesystemen. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 101 - 3 Project Het Nieuwe Werken Faciliteren van plaats- en tijdonafhankelijk werken. Vervolgstappen digitalisering Ambitieniveau digitalisering documentenstroom uitvoeren. en professionalisering DIV activiteiten beoogde resultaten Inrichten centrale en Voldoen aan Visie informatiemanagement op orde 2013-2015. decentrale digitale DIVorganisatie (2013-2015) Zaakgericht/procesgericht werken. Inrichten bijbehorende instrumentarium Voorzien in een instrumentarium waarmee maximaal invulling wordt gegeven aan het delen van informatie. Realiseren van koppelingen tussen digitale documenten en de (met name generieke) gestructureerde informatiesystemen. 4 IRIS Efficiënte en effectieve ondersteuning met Geo-informatie voor de primaire bedrijfsprocessen. activiteiten beoogde resultaten Op orde brengen GIS Na de migratie van de GIS data naar de IRIS omgeving wordt met het gegevens (710640) deelproject ‘GIS-kwaliteitscriteria’ het gegevensbeheer geborgd in de werkprocessen. Integraal Resultaatgericht Koppeling van IRIS aan andere systemen in de organisatie. Informatie Systeem (IRIS) koppeling met andere Verbreding van het aantal toepassingen van IRIS. systemen (710352) Bijhouden Geografisch Bijhouden van een actueel en goed functionerend GIS / IRIS. Informatiesysteem (GIS) 5 Programma Het Nieuwe Werken Iedere organisatie is aan verandering onderhevig. Zo hebben maatschappelijke, economische en technologische veranderingen gevolgen voor de eisen en verwachtingen die aan onze organisatie worden gesteld. Dit en de mogelijkheden/ambities vragen een andere manier van werken, die zich blijft evolueren. In dit kader spreken we over Het Nieuwe Werken (HNW), wat een ruim begrip is. activiteiten beoogde resultaten Project verkenning mens en Samen met WRO visie ontwikkelen op leiderschap, resultaatgericht organisatie werken en houding en gedrag. Project technologie Werken op afstand technisch mogelijk maken en ondersteunen. Project huisvesting Visie ontwikkelen op gebruik gebouw ter ondersteuning van Het Nieuwe Werken, projectmatig werken. 6 ICT-middelen Vervanging afgeschreven hard- en software. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 102 - activiteiten beoogde resultaten Vervangen afgeschreven Continuïteit van de bedrijfsvoering. software en hardware 7 Project continuïteitsplan ICT Het realiseren van een verhoogde en snelle beschikbaarheid van en elektriciteit fase 2 vitale informatie. Activiteiten Beoogde resultaten Maatregelen ICT Het binnen vier uur beschikbaar hebben van vitale informatie in vitale Maatregelen elektriciteit Maatregelen kritieke buiten bedrijfsprocessen. Het uitvoeren van de maatregelen leidt tot een structureel hogere last in de meerjarenbegroting van circa € 85.000. locaties Beleidsproducten nr naam beleidsproduct omschrijving beleidsproduct A Organisatie en personeel Het (door)ontwikkelen van het organisatie- en personeelsbeleid en beheren van de organisatie- en personeelsgegevens. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat O1. Centraal management Zorgen voor een goed functionerende organisatie Inspirerend Leiderschap. O2. Organisatiebeleid en Zorgen voor een eigentijds ingerichte organisatie -beheer Effectieve organisatiekaders met eigentijdse instrumenten. We richten ons op het vormgeven van een integrale bedrijfsvoering passend bij het concept van integraal management. In 2014 richten we ons op het uitvoering geven aan strategisch personeelsbeleid en professionalisering van de dienstverlening m.b.v. het inrichten van een front-office en het stroomlijnen van processen en procedures. O3. Personeelsbeleid en Zorgen voor passend personeelsbeleid en -beheer -beheer Een robuuste organisatie met contente en competente leidinggevenden en medewerkers. We ontwikkelen strategisch HRMbeleid, opleidingsbeleid en mobiliteitsbeleid passend bij de visie waterbeheer Limburg 2020. B Kwaliteitszorg, Het ontwikkelen, beheren, onderhouden en richting geven aan de arbeidsomstandigheden en uitvoering van een intern milieuzorgsysteem, een adequaat milieuzorg (KAM) arbozorgniveau en een kwaliteitszorgsysteem. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat O4. Kwaliteit, arbo en milieu Uitvoeren interne audits Interne toetsing in hoeverre de uitvoering van de processen overeenkomen met de gemaakte afspraken in de procesbeschrijving. KAM-beoordelingen (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 103 - Vaststellen of KAM-systeem doelmatig is en een bijdrage levert aan de bedrijfsvoering. Beheersing Arbozorg Zorgdragen voor een veilige werkplek. We kennen onze Arbo risico’s en hebben deze met beheersmaatregelen tot een aanvaardbaar niveau teruggebracht. Afhandelen van verbetervoorstellen Effectieve en efficiënte werkprocessen. C Interne communicatie De centrale activiteiten die zijn gericht op het informeren van ons personeel en bestuur over het beleid van ons waterschap en de activiteiten die ter realisering daarvan worden uitgevoerd alsmede over het intern functioneren van ons waterschap. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat O5. Interne communicatie Ontwikkelen en uitvoering geven aan het interne communicatiebeleid Verbeterde uitwisseling van informatie m.b.t. taakuitvoering, beleidsbeslissingen, PenO-informatie en sociale informatie. De interne informatiestromen zijn juist en geven uiting aan de gewenste waterschapsidentiteit. Consulentschappen De organisatie is communicatief. We zetten hiervoor de consulenten, trainingen en het handboek communicatie in. Werkzaamheden ten behoeve van het personeelsblad Het personeelsblad is in goede samenwerking met de directeur en collega’s tot stand gekomen en geeft uiting aan de gewenste waterschapsidentiteit. Organiseren van interne algemene informatiebijeenkomsten Op de eerste werkdag van het jaar en rond het einde van het jaar zijn er bijeenkomsten voor het hele personeel. Deze worden goed bezocht en zijn informatief en dragen bij aan de interne samenwerking. Onderhoud Intranet en Waterspiegel Het intranet is actueel en beeldend, wordt regelmatig door de collega’s bekeken en zij zetten er ook zelf informatie op. Om kennis te delen en in dialoog te gaan gebruiken we Waterspiegel. D Algemeen-bestuurlijke en De activiteiten van algemeen-bestuurlijke en algemeen-juridische -juridische ondersteuning aard ten behoeve van ons waterschap als geheel. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 104 - O6. Algemeen-bestuurlijke en Opstellen / actualiseren van algemene verordeningen -juridische ondersteuning Betrouwbare, robuuste overheidsorganisatie die besluiten neemt conform de geldende wet- en regelgeving. Beheer assurantiën Een zorgvuldige risicoafdekking op basis van risicoanalyse. Aansprakelijk stellen Schadeverhaal bij ontbreken van waterschapsaansprakelijkheid. Adviseren over wet- en regelgeving Zorgvuldige besluitvorming die rechtmatigheids- en rechterlijke toets kan doorstaan. Opstellen algemene overeenkomsten Rechtmatige overeenkomsten conform de intentie en wensen van betrokken partijen. Juridische kwaliteitszorg Juiste juridische besluiten en communicatie. We richten ons op het stimuleren van het juridisch bewustzijn in de organisatie. Algemene bezwaar- en beroepsschriften indienen en verdedigen Verweer dat de bestuurlijke/rechterlijke toets kan doorstaan. E Concerncontrol en financieel beleid Het geheel van centrale activiteiten die gericht zijn op het zo doelmatig mogelijk sturen en beheersen van de organisatieprocessen ten behoeve van de te bereiken organisatiedoelstellingen, alsmede het ontwikkelen en het tot uitvoering brengen van financiële kaders. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat O7. Concerncontrol en financieel beleid (Door)ontwikkelen/actualiseren van financieel-economische kaders en toetsen op de naleving ervan Een financieel-economische gezonde organisatie. O8. Meerjarenraming en begroting Meerjarenbegroting, begrotingswijzigingen Een transparante, rechtmatige, doelmatige en doeltreffende doelmatige en doeltreffende doelmatige en doeltreffende organisatiesturing. O9. Management- en Management- en bestuursrapportages bestuursrapportages Een transparante, rechtmatige, organisatiesturing. O11. Jaarstukken Jaarrekening en -verslag Een transparante, (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei rechtmatige, - 105 - verslaglegging. F Financiële informatieverwerking De registratie in financiële zin van de uitvoering van de verschillende en -voorziening budgetten in de administratieve systemen van ons waterschap en het voorzien in de externe informatiebehoefte en -eisen (CBS, EU, UvW, andere waterschappen, provincie, enz.). beheerproduct activiteit met beoogd resultaat O10. Comptabiliteit Het voeren en onderhouden van diverse administraties Transparante, rechtmatige, doelmatige en doeltreffende interne en externe informatievoorziening, ondersteund door digitale afhandeling van het financieel administratieve proces. G ICT Voorwaarden scheppen, beleid ontwikkelen en toetsen met het oog op het functioneren van de ICT-middelen ter ondersteuning van de primaire en secundaire processen. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat O12. ICT Informatievoorzieningbeleid We voeren de vastgestelde roadmap / meerjarenprojectenplanning informatiemanagement op orde 2013-2016 uit. Incidentbeheer Effectief en efficiënt verhelpen van verstoringen, conform contractuele afspraken. Configuratiebeheer Zorgen voor adequate en goedwerkende ICT Middelen. Wijzigingsbeheer Gecontroleerde uitvoering van verzoeken tot wijziging in de informatievoorziening, zodat de bedrijfsvoering niet verstoord wordt, dan wel de verstoring tot een minimum beperkt blijft. Telefoniebeheer Optimale bereikbaarheid van medewerkers. Informatiebeveiliging Beschikbaarheid van informatie garanderen en waarborgen dat ongeautoriseerd gebruik wordt voorkomen. ICT-samenwerkingsverbanden De waterschappen ontwikkelen samen een informatiearchitectuur en applicaties voor een zo doelmatig mogelijk waterbeheer. H GIS Optimale ondersteuning van de bedrijfsprocessen met Geoinformatie. Ondersteunen van gebruikers van de GIS-applicatie. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 106 - O13. GIS Algemeen De ontwikkelingen op het gebied van GIS zijn nauw verweven met die van informatievoorziening en ICT. Verdere verbeteringen in de geografische informatievoorziening gaan samen met de afstemming tussen bedrijfsprocessen en het stroomlijnen van onze geografische informatie. Het op actuele en betrouwbare wijze registreren en ontsluiten van onze geografische gegevens is corebusiness. Daarnaast vragen maatschappelijk-technologische ontwikkelingen om aansluiting op toepassingen voor internet en sociale media. Om hierop in te kunnen spelen is een reeks projecten gedefinieerd. Deze zijn in samenhang gebracht met projecten uit andere disciplines in de roadmap informatievoorziening. De uitvoering van de projecten loopt vanaf 2013. Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT) Wettelijke ontwikkelingen en het stelsel van basisregistraties stellen ons voor nieuwe verplichtingen. In 2013 is de transitie naar de (BGT) van start gegaan; deze loopt tot 2020. Waterschappen zijn verantwoordelijk voor het leveren van actuele en betrouwbare gegevens van waterlopen en keringen. Onze inspanningen zijn erop gericht om te voldoen aan de minimumeisen en de BGT zonder aanvullende middelen te implementeren. Ontsluiting gegevens De ontsluiting van onze GIS-gegevens via internettoepassingen of apps voor smartphones en tablets wordt in 2013 onderzocht in een pilot. Met de pilot krijgen externe relaties niet alleen eenvoudig de beschikking over actuele geografisch informatie van ons waterschap, maar kunnen interne processen ook beter gebruik maken van GIS-gegevens. Wij voorzien voor 2014 e.v. dat de forse groei in het gebruik van deze technologie leidt tot inrichten van een permanente voorziening. Verwacht wordt dat deze applicaties in principe kostenneutraal geïmplementeerd kunnen worden en in eerste instantie gefinancierd worden uit de processen in kwestie. IRIS De toekomst van het GIS-systeem van de gezamenlijke waterschappen, IRIS, is op dit moment onderwerp van discussie tussen de waterschappen. In de loop van 2013 komt hier meer duidelijkheid over. Mogelijk wordt IRIS afgeslankt tot een klein basis-GIS en kunnen in kleinere (regionale) samenwerkingsverbanden specifieke modules worden ontwikkeld. Wij verwachten dat een dergelijke ontwikkeling een beter beheersbaar GIS systeem oplevert waarmee wij sneller in kunnen spelen op ontwikkelingen en (regionale) samenwerking beter vorm kunnen geven. GIS-beheer Beheerprocessen die tot doel hebben de organisatie te voorzien van (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 107 - een goed functionerende GIS/IRIS-omgeving en bijhorende noodzakelijke GIS-gegevens. GIS-advies en -ondersteuning Adviseren van bestuur en management van ons waterschap bij geogerelateerde vraagstukken. Consulentschap om de organisatie te ondersteunen bij kwesties waar geo-informatie een rol speelt. GIS-samenwerkingsverbanden Het deelnemen aan samenwerkingsverbanden op GIS-gebied. Deze verlopen vooral via Het Waterschapshuis en de Unie van Waterschappen (Geo-overleg), maar ook onder andere met de overheden in Limburg (GEOL). I Huisvesting en interne faciliteiten Het geheel van activiteiten dat nodig is om te kunnen beschikken over een ‘slim’ kantoor, inclusief alle activiteiten die in en om het gebouw plaatsvinden en een wezenlijke bijdrage leveren aan de kwaliteit van de organisatie en het welbevinden van de werknemers. beheerproduct activiteit met beoogd resultaat O14. Huisvesting en services Beheer en onderhoud kantoor/loodsen Passende werkplek en werkomgeving, conform vastgesteld meerjarig onderhoudsplan gebouwen, handboek wet- en regelgeving gebouwen, Arbo-wet- en regelgeving en de wet milieubeheer. Het voeren van een zorgvuldig contractbeheer. O15. Interne faciliteiten Facilitaire dienstverlening Een sobere doelmatige dienstverlening ondersteund door zoveel mogelijk digitaal te werken. Inkoop- en aanbesteding Rechtmatig en doelmatig realiseren van inkoopresultaten en waar mogelijk gezamenlijke inkopen met andere waterschappen. Beheer dienstauto’s Mobiliteit van de medewerkers ondersteunen, conform interne afspraken. Documentaire informatievoorziening Uitvoering geven aan de realisatie van de visie en doorontwikkelen in de richting van zaakgericht werken. Tractie Het afschaffen van het verlaagde BTW tarief en de accijns voor rode diesel per 1 januari 2013 heeft financiële consequenties voor onze diesel inkoop. Dit is een structurele kostenverhoging van € 50.000, (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 108 - waarvan € 25.000 terug te zien is in een stijging van de post ‘onderhoud door derden’. 7.3 Wat mag het kosten? Programma bedrijfsvoering R e k e ning 2 0 12 B e gro t ing 2 0 13 B e gro t ing 2 0 14 (€) B e gro t ing 2 0 13 ( inc l.wijz.) (€) (€) 278.828 299.000 300.750 261.000 2.979.363 3.009.681 3.123.381 3.099.531 2.770 3.250 1.250 0 136.000 136.000 136.000 136.000 Catego rie Lasten 42 P erso neelslasten 43 Go ederen en diensten van derden 44 B ijdragen aan derden 45 To evo egingen aan vo o rzieningen 50 Kapitaallasten (€) 1.329.562 1.825.618 1.832.818 1.972.692 4.159.842 4.334.857 4.328.509 4.103.029 8.886.365 9.608.406 9.722.708 9.572.252 (€) (€) (€) (€) 8.857.287 9.608.406 9.722.708 9.572.252 83 Go ederen en diensten aan derden 70 0 0 0 84 Go ederen en diensten aan derden 29.008 0 0 0 8.886.365 9.608.406 9.722.708 9.572.252 0 0 0 0 51t/m 59 Organisatie-/bedrijfsvo eringsko sten To taal Lasten B aten 51/ t/m 59 B aten uit do o rberekening To taal B aten S a ldo la s t e n m inus ba t e n Toelichting De hier vermelde kosten hebben betrekking op de ondersteunende producten (voornamelijk van de afdeling Middelen) volgens de Beleids- en BeheerProductensystematiek (BBP). De baten en lasten van de ondersteunende producten belasten wij óf direct door naar een programma/product óf als overhead naar de verschillende afdelingskostenplaatsen. In het laatste geval belasten wij de kosten door als organisatie/bedrijfsvoeringkosten, naar de eindproducten als opslag in het uurtarief op basis van de verwachte urenbesteding. In de kostenplaatsen blijven geen kosten achter. Alles belasten wij uiteindelijk door naar de producten via de nummers ‘51 t/m 59’ en ‘69’ om tot een integrale kostenprijs te komen van de programma’s. Omdat alles doorverdeeld moet worden naar de programma’s is het saldo van het programma bedrijfsvoering altijd ‘€ 0’. De netto kosten van de ondersteunende producten worden doorgerekend naar de programma’s. 42 Personeelslasten Door een herverdeling van een aantal personeel gerelateerde budgetten (verzuimbeleid en personeelsbeleid en –beheer), heeft er een verschuiving plaatsgevonden naar de categorie 43 goederen en diensten van derden. 43 Goederen en diensten van derden De stijging ten opzichte van de oorspronkelijke begroting 2013 is te verklaren door de verschuiving van een aantal personeel gerelateerde budgetten (zie hiervoor) en door een verhoging van de bijdrage aan Het Waterschapshuis doordat de verdeelsleutel voor de berekening van bijdrage is veranderd. In ons geval de nadelig. Zie in dit verband ook de 2 bestuursrapportage 2012 van december 2012. Een en ander heeft niet geleid tot een stijging van het totale waterschapsbudget. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 109 - 45 Toevoegingen aan voorzieningen De toevoeging aan de voorziening betreft de toevoeging aan de voorziening groot onderhoud van het waterschapshuis € 136.000. Dit bedrag is inclusief € 1.000 vanwege te plegen onderhoud aan middelen bedrijfshulpverlening. 50 Kapitaallasten De toename van de kapitaallasten komt doordat de vrijval van kapitaallasten uit oude investeringen lager is dan de toename door het plegen van nieuwe investeringen. In de kapitaallastenberekening is rekening gehouden met de het investeringsplan opgenomen investeringen. Productramingen Programma bedrijfsvoering (€) Producten P erso neel en o rganisatie Begroting Lasten 2013 Begroting Begroting Begroting Lasten 2014 Baten 2013 Baten 2014 1.484.414 1.444.770 0 0 B estuurlijke en juridische zaken 163.048 178.419 0 0 Co ncernco ntro l en financieel beleid 351.484 390.042 0 0 Financiële info rmatieverwerking en -vo o rziening 366.968 369.741 0 0 2.568.496 2.512.431 0 0 Huisvesting en services 1.431.825 1.424.997 0 0 ICT 1.794.051 1.865.715 0 0 GIS 1.448.120 1.386.137 0 0 0 9.608.406 0 9.572.252 9.608.406 9.608.406 9.572.252 9.572.252 0 0 Interne faciliteiten Do o rberekening naar pro ducten / thema’ s Totaal (€) Saldo lasten minus baten (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 110 - Investeringen 2014-2018 Investeringen meerjarenperiode (x € 1.000) Raming Raming Raming Raming Raming 2014 2015 2016 2017 2018 Nr Cat. Afschr. termijn ICT vervangingsinvesteringen 1. A 3/5 jaar Vervanging i-pads management 2. A 3 jaar Vervanging telefo o ncentrale 3. B 5 jaar Vervanging mo biele dataverwerking/telefo o ns 4. A 2 jaar Uitvo eren RIE (A rbo ) 5. B 5 jaar 5,0 Uitvo eren gezo ndsheidso nderzo ek 6. B 4 jaar 9,0 P M O bio lo gische agentia 7. B 4jaar RI&E bio lo gische agentia Vervanging/instandho uden financieel info rmatie systeem 8. B 5 jaar 9. B 5 jaar Digitalisering en pro fessio nalisering DIV Vervanging/instandho uden perso neel info rmatie systeem 10. A 5 jaar 11. B 5 jaar Vervanging kanto o rmeubilair/vlo erbedekking 12. B 10 jaar Reno vatie waterschapskanto o r (dak) 13. B 10 jaar Instandho uding Geo grafisch info rmatiesysteem 14. A 5 jaar Vervanging/ko ppelingen Iris met ander systemen 15. B 5 jaar Vervanging Landmeetapparatuur (o .a. Taxhymeter) 16. A 5 jaar 17. B 3/5 jaar Vervanging tractiemiddelen/materieel buitendienst 18. A 5 jaar Vervanging industriële lapto ps B 3 jaar A fdeling middelen: 380,0 133,0 214,0 11,0 19,0 40,0 33,0 1.104,0 11,0 17,0 112,0 42,0 40,0 6,0 37,0 8,0 146,2 8,0 67,0 146,2 30,2 5,0 54,0 25,0 2,0 187,0 113,0 246,0 40,0 77,0 A fdeling Kennis en A dvies 96,0 4,0 449,0 8,0 28,0 57,0 107,0 7,0 16,0 33,0 244,0 300,0 300,0 300,0 300,0 56,0 A fdeling Vergunningen en Handhaving Vervanging ICT Vergunningen en Handhaving A fdeling B eheer, o nderho ud watersystemen 19. 300,0 25,0 1.029,2 Totaal 646,2 25,0 932,2 833,0 2.582,0 Categorie A investeringen zijn investeringen waarvan we de start/realisatie hebben gepland in 2014 en waarvan de uitvoering bij vaststelling van de begroting wordt geautoriseerd aan het dagelijks bestuur. Dit geldt alleen voor de bedragen opgenomen in jaarschijf 2014. Categorie B investeringen zijn investeringen waarvan we de start/realisatie na 2014 hebben gepland en die nog niet voor uitvoering in aanmerking komen. Meerjarenraming 2014-2018 Meerjarenraming ( x € 1.000) Raming 2014 Raming 2015 Raming 2016 Raming 2017 Raming 2018 Lasten 9.572 9.680 9.621 9.711 9.696 B aten 9.572 0 9.680 0 9.621 0 9.711 0 9.696 0 Saldo In de meerjarenraming zijn alle geplande investeringen doorgerekend. Daarnaast is rekening gehouden met de vrijval van kapitaallasten uit oude investeringen. Verder is rekening gehouden met de stijging lonen en prijzen met 2% per jaar. In de ramingen is geen rekening gehouden met areaalgroei. De structurele kosten zoals op dit moment in de meerjarenraming opgenomen kunnen daardoor hoger uitvallen. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 111 - 8 Programma concern- / administratieve posten Een eis uit het Waterschapsbesluit is dat wij op de programma’s al onze baten en lasten moeten opnemen. Eén van de gevolgen van deze eis is dat wij de belastingopbrengsten en andere algemene dekkingsmiddelen als ook algemene kostenposten in een programma moeten verantwoorden. Met de opname van dit programma ‘concernposten-/administratieve posten’ voldoen we aan het bepaalde in het Waterschapsbesluit. Programma concern-/administratieve posten R e k e ning 2 0 12 B e gro t ing 2 0 13 B e gro t ing 2 0 14 (€) B e gro t ing 2 0 13 ( inc l.wijz.) (€) (€) 0 0 0 0 42 P erso neelslasten -78.343 494.053 494.053 658.041 43 Go ederen en diensten van derden 211.290 2.141.529 2.026.829 1.195.894 44 B ijdragen aan derden 45 To evo egingen aan vo o rzieningen/ o nvo o rzien 45 Taako ntwikkeling watersysteem 0 0 0 0 0 226.440 611.988 230.969 0 647.000 278.560 1.240.000 46 Rekening-/begro tingsresultaat 0 0 0 0 Catego rie Lasten 41 Rente en afschrijvingen 50 Kapitaallasten (€) 77 0 -337.386 0 51t/m 59 Organisatie-/bedrijfsvo eringsko sten 2.609.110 1.877.032 1.939.399 1.973.649 69 Organisatie-/bedrijfsvo eringsko sten 0 0 0 0 2.742.134 5.386.054 5.013.443 5.298.553 (€) (€) (€) (€) 817.639 672.653 835.267 841.775 To taal Lasten B aten 51/59 B aten uit do o rberekening 81 To taal financiële baten 82 To taal perso neelsbaten 83 To taal go ederen en diensten aan derden 84 B ijdragen van derden 85 To taal waterschapsbelastingen 85 Nageko men belastingbaten 86 Interne verrekeningen To taal B aten S a ldo la s t e n m inus ba t e n 4.460 0 0 0 1.733.921 0 0 0 0 0 0 0 50.921.000 52.050.540 52.050.540 52.808.548 923.439 800.000 800.000 800.000 1.559.001 1.754.017 1.754.017 1.873.498 55.959.460 55.277.210 55.439.824 - 5 3 .2 17 .3 2 6 - 4 9 .8 9 1.15 6 - 5 0 .4 2 6 .3 8 1 56.323.821 - 5 1.0 2 5 .2 6 8 Toelichting lasten 42 Personeelslasten De personeelslasten van de afdelingen zijn niet geïndexeerd en geraamd op het prijspeil 2013. Het totaal van wat normaal de indexering (2%) zou zijn geweest moet wel binnen de totale begroting worden opgenomen om CAO stijgingen en dergelijke af te dekken. Conform de voorjaarsnota 2013 houden we voor 2014 rekening met een loon-/prijsstijging van 2% zijnde € 258.051. Daarnaast hebben we hier de extra verhoging opgenomen van € 400.000 ter dekking van de hogere sociale lasten. Na vaststelling van de begroting gaan we dit bedrag toerekenen naar de individuele afdelingen. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 112 - 43 Goederen en diensten van derden Hier is een bijdrage geraamd aan het Waterschapsbedrijf Limburg € 102.195. Ook hebben we hier een concernpost opgenomen van € 298.649 ter compensatie van de prijsstijging vanaf 2013 op onze directe uitgaven met betrekking tot de afname van goederen en diensten van derden. De uitgavenbudgetten zijn bevroren op het niveau van 2009. Alleen daar waar nodig, wordt op basis van nut en noodzaak het budget voor prijscompensatie vrijgegeven. Daarnaast hebben we om invulling te geven aan een evenwichtig en stabiel tarievenbeleid ten aanzien van de zuiveringsheffing een post ‘kosten taakontwikkeling zuiveringsbeheer’ opgenomen ten laste van de zuiveringstaak (€ 795.050). Hiermee maken we het mogelijk om het tarief voor de zuiveringsheffing in de periode 2012-2015 op hetzelfde niveau te houden en de jaren daarna tot en met 2023, gematigd te laten stijgen. 45 Toevoegingen aan voorzieningen/onvoorzien Hier is een verplichte post voor onvoorziene uitgaven geraamd. Deze bedraagt circa 0,4% van het begrotingstotaal. Een en ander conform de voorjaarsnota 2013. 45 Taakontwikkeling watersysteem Hier zijn de bedragen om invulling te geven aan de ontwikkelingen/voorstellen overeenkomstig de Voorjaarsnota 2013. De structurele ruimte is ten opzichte van de voorjaarsnota met € 85.000 verhoogd om invulling te geven aan het continuïteitsplan (uitval elektra/ICT) overeenkomstig de nieuwsbrief voor het algemeen bestuur van 25 juni 2013. Daarnaast hebben wij aanvullend een bedrag van € 97.000 opgevoerd om de ruimte vast te leggen die we hebben gekregen voor de groei van het belastingvolume watersysteem. Die is nodig om onze organisatie verder robuust te kunnen maken om op een verantwoorde manier invulling te kunnen geven aan de Visie waterbeheer Limburg 2020 en een betrouwbare partner te zijn voor Waterschap Roer en Overmaas. Het totale beschikbare bedrag om invulling te geven aan de structurele ontwikkelingen komt hiermee op € 845.000. De ruimte om invulling te geven aan incidentele ontwikkelingen bedraagt € 395.000. 51 t/m 59 Organisatie-/bedrijfsvoeringkosten In de afdelingskostenplaatsen verzamelen wij alle kosten (salariskosten, sociale lasten, reiskosten e.d.) van een afdeling, waarna we op basis van het aantal direct productieve uren een integraal uurtarief berekenen. Vervolgens berekenen we op basis van de verwachte tijdsbesteding 2014 de organisatie/bedrijfsvoeringkosten door naar de desbetreffende producten en programma’s. De hier geraamde kosten betreffen de organisatie-/bedrijfsvoeringkosten die verband houden met de uitvoering/-realisatie van de investeringen die we als waterschap doen. Toelichting baten 81 Financiële baten We ramen de financiële baten 2014 op € 841.775 (dat was in 2013: € 672.653). Deze bestaan uit € 40.000 externe rentebaten en bespaarde rente vanwege het kunnen aanwenden van reserves en voorzieningen voor de financiering van onze activiteiten. Doordat de verwachte omvang van de reserves en voorzieningen 2014 hoger is dan we in de begroting 2013 van uit waren gegaan, is de bespaarde rente vanwege het aanhouden van eigen financieringsmiddelen voor onze activiteiten hoger. 85 Totaal waterschapsbelastingen Hier wordt het bedrag aan totaal op te halen belastingen (watersysteem- en zuiveringsheffing) geraamd ter dekking van de exploitatie. Het gaat hierbij om de netto belastingopbrengst (het bruto op te leggen belastingbedrag minus kwijtschelding en oninbaarheid). In de begroting 2014 (en ook 2013) hebben we hebben we het budget voor kwijtschelding incidenteel verhoogd met € 295.000 tot (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 113 - € 855.775. Structurele verhoging en daarmee ook het structureel doorrekenen in het belastingtarief van de hoger kwijtschelding (kwijtschelding is een kostenpost), lijkt ons gelet op de omvang van de aanwezige tariefsegalisatiereserve zuiveringsheffing niet nodig. Met ingang van 2012 hebben we op basis van ervaringscijfers een bedrag van € 800.000 geraamd vanwege te verwachten nagekomen belastingopbrengsten uit oude jaren. Hierin schuilt wel een zeker risico. Naarmate de kwaliteit van de prognoses ten aanzien van het aantal ingezetenen, de ontwikkeling van de Woz waarde, vervuilingseenheden en dergelijk, beter wordt, zullen de nagekomen baten afnemen. 86 Interne verrekeningen Het betreft het berekende bedrag van organisatie-/bedrijfsvoeringkosten op basis van de verwachte tijdsbesteding 2014, dat wij naar verwachting ten laste kunnen brengen van de investeringen in het watersysteem en die dus niet ten laste komen van de exploitatie (is vanuit de exploitatie bezien een bate). Productramingen/concernposten Programma concern-/administratieve posten (€) Producten/posten Begroting Lasten 2013 Begroting Begroting Begroting Lasten 2014 Baten 2013 Baten 2014 Interne rentebaten 0 0 632.653 801.775 Externe rentebaten 0 0 40.000 40.000 P o st o nvo o rzien WP M 226.440 230.969 0 0 P o st o nvo o rzien Waterschapsbedrijf 102.866 102.195 0 0 Opbrengst watersysteemheffing 0 0 24.694.024 25.800.871 Opbrengst zuiveringsheffing (indirecte lo zingen) 0 0 28.437.936 28.104.825 Nageko men belastingbaten 0 0 800.000 800.000 Kwijtschelding en o ninbaarheid 0 0 -1.081.420 -1.097.148 Stelpo st o ntwikkeling perso neelslasten 2014 494.053 658.041 0 0 Stelpo st prijso ntwikkeling 2013/2014 245.673 298.649 0 0 1.792.990 795.050 0 0 Stucturele taako ntwikkeling watersyteem (nieuw beleid) 400.000 845.000 0 0 Incidentele taako ntwikkeling watersysteem (nieuw beleid) 247.000 395.000 0 0 1.877.032 5.386.054 1.973.649 5.298.553 1.754.017 55.277.210 1.873.498 56.323.821 -49.891.156 -51.025.268 Ko sten taako ntwikkeling zuiveringsbeheer Ko sten ko stenplaatsen/activering Totaal (€) Saldo lasten minus baten Investeringen 2014-2018 Niet van toepassing. Meerjarenraming 2014-2018 Meerjarenraming ( x € 1.000) Lasten B aten Saldo Raming 2014 Raming 2015 Raming 2016 5.299 4.712 56.324 -51.025 2.468 2.244 (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei Raming 2017 Raming 2018 4.773 4.851 4.820 2.774 1.999 2.804 2.047 2.826 1.994 - 114 - Meerjaren investeringsprogramma 2014-2018 (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 115 - 9 Meerjaren investeringsprogramma 2014-2018 9.1 Inleiding In dit hoofdstuk gaan wij een samenvatting van onze investeringsprojecten. We maken op hoofdlijn onderscheid tussen drie soorten: Waterkeringsinvesteringen: aanleg waterkeringen: aanleg en aanpassing van het waterkerend vermogen van de waterkeringen die wij in beheer hebben; Watersysteeminvesteringen: aanleg en verbetering watersystemen: aanleg en verwerving van waterlopen en kunstwerken voor de waterbeheersing inclusief alle kwaliteitsmaatregelen in oppervlaktewater en voorzieningen verwante belangen die daarin worden getroffen; Bedrijfsvoeringsinvesteringen: investeringen ter ondersteuning van de optimalisering van de bedrijfsvoering en ter waarborging van de bedrijfseconomische continuïteit. 9.2 Samenvatting meerjarig investeringsprogramma 2014-2018 In deze paragraaf hebben we een samenvattend overzicht opgenomen van de in deze begroting opgenomen investeringen. Investeringen meerjarenperiode (x € 1.000) Cat. Afschr. termijn Raming Raming Raming Raming Raming 2014 2015 2016 2017 2018 B ijdrage landelijk vereveningsfo nds HWB P 1. A 30 jaar P ro ject gebo nden eigen bijdrage HWB P Geo technisch en co nstructief o nderzo ek waterkeringen 2. B 3. A 30 jaar vo o rfinanciering 2.990,0 Verlengde 3de to etsing waterkeringen 4. B 5 jaar Vervanging meetapparatuur mo nito ring 5. A 10 jaar 20,0 20,0 20,0 Vervanging gemalen/stuwen 6. A 15 jaar 212,0 105,0 40,0 Investeringen in watersysteem (eigen aandeel) 7. A 30 jaar 3.000,0 3.000,0 3.000,0 Herstelmaatregelen Nieuw Limburgs P eil 8. 75,0 - 4.130,0 75,0 - 4.130,0 - 3.304,0 3.304,0 2.000,0 2.000,0 - - 300,0 300,0 20,0 20,0 3.000,0 3.000,0 A 30 jaar 300,0 300,0 - - Verkiezingen 9. Vervanging/instandho uding ict vo o rzieningen bestuur (o a i-pads) 10. A 4 jaar 300,0 300,0 - - B 3jaar 0,0 28,0 0,0 133,0 Vervanging co mmunicatiemiddelen 11. A 5 jaar 7,3 0,0 29,0 1,0 ICT vervangingsinvesteringen 12. A 3/5 jaar 380,0 133,0 214,0 Vervanging i-pads management 13. A 3 jaar 11,0 - - 11,0 17,0 Vervanging telefo o ncentrale 14. B 5 jaar - - 19,0 112,0 42,0 Vervanging mo biele dataverwerking/telefo o ns 15. A 2 jaar 40,0 - 40,0 - - Uitvo eren RIE (A rbo ) 17. B 5 jaar - 5,0 6,0 - - Uitvo eren gezo ndsheidso nderzo ek 18. B 4 jaar - 9,0 - - - P M O bio lo gische agentia 19. B 4jaar - - - 37,0 - RI&E bio lo gische agentia Vervanging/instandho uden financieel info rmatie systeem 20. B 5 jaar - - - - 8,0 21. B 5 jaar - 8,0 67,0 54,0 246,0 Digitalisering en pro fessio nalisering DIV Vervanging/instandho uden perso neel info rmatie systeem 22. A 5 jaar 146,2 146,2 30,2 - - 23. B 5 jaar - 5,0 25,0 2,0 Vervanging kanto o rmeubilair/vlo erbedekking 24. B 10 jaar - - 187,0 113,0 Reno vatie dak waterschapskanto o r 25. B 10 jaar - - - 77,0 - Instandho uding Geo grafisch info rmatiesysteem 26. A 5 jaar 96,0 - 0,0 4,0 449,0 Vervanging/ko ppelingen Iris met ander systemen 27. B 5 jaar - 8,0 28,0 57,0 107,0 Vervanging Landmeetapparatuur (o .a. Taxhymeter) 28. A 5 jaar 56,0 - - - - Vervanging ICT Vergunningen en Handhaving 29. B 3/5 jaar - 7,0 16,0 33,0 244,0 Vervanging tractiemiddelen/materieel buitendienst 30. A 5 jaar 300,0 300,0 300,0 300,0 Vervanging industriële lapto ps 31. B 3 jaar 8.151,2 9.591,0 11.595,0 Totaal (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei 300,0 33,0 25,0 7.933,5 8.604,2 300,0 40,0 49,0 1.104,0 40,0 25,0 - 116 - Categorie A investeringen zijn investeringen waarvan we de start/realisatie hebben gepland in 2014 en waarvan de uitvoering bij vaststelling van de begroting wordt geautoriseerd aan het dagelijks bestuur. Dit geldt alleen voor de bedragen opgenomen in jaarschijf 2014. Categorie B investeringen zijn investeringen waarvan we de start/realisatie na 2014 hebben gepland en die nog niet voor uitvoering in aanmerking komen. Voor invulling van de investeringen in de watersysteemprojecten verwijzen wij ook naar bijlage 10 bij deze begroting. Een en ander naar aanleiding van het mandaatbesluit van 13 maart 2013 met betrekking tot de specifieke watersysteemprojecten. Voor de indeling van de projecten dijkversterking verwijzen we naar bijlage 11. Lopende investeringen tot en met 2013 In de bijlagen is een overzicht opgenomen van investeringen (en ramingen) die medio 2013 nog onderhanden zijn. Meerjarige kapitaallastenontwikkeling 2014-2018 Naast de reguliere loon- en prijsstijging is in de meerjarenraming rekening gehouden met de effecten van de uitvoering van het meerjaren investeringsprogramma. Sinds 2004 zijn de kapitaallasten jaarlijks aanzienlijk gestegen omdat de toename van de kapitaallasten door investeringen gemiddeld groter is dan de vrijval van kapitaallasten uit oude investeringen (gepleegd door de oude waterschappen). Het gemiddeld geïnvesteerd vermogen neemt jaarlijks toe waardoor ook de jaarlijkse kapitaallasten (afschrijvingslasten en financieringslasten) toenemen. In de voorjaarsnota 2012 zijn wij op langjarige ontwikkeling van de kapitaallasten uitvoerig ingegaan en de factoren die van belang zijn in het geheel. De daarin geschetste ontwikkeling is nog steeds actueel. Door voortschrijdend inzicht doen er zich wel continu verschuivingen tussen de jaarschijven voor vanwege de dynamiek. Meerjarige ontwikkeling kapitaallasten (x € 1.000) Kapitaallasten investeringen tot en met 2013 Vrijval kapitaallasten (cumulatief) 2015-2018 Kapitaallasten vervangingsinvesteringen 2014-2018 (cumulatief) Subtotaal: kapitaallastenontwikkeling "going concern" tot en met 2013 Kapitaallasten investeringen 2014 (niet zijnde vervangingsinvesteringen) Kapitaallasten investeringen 2015 (idem) Kapitaallasten investeringen 2016 (idem) Kapitaallasten investeringen 2017 (idem) Kapitaallasten investeringen 2018 (idem) Subtotaal: kapitaallasten investeringen 2014-2018 (cumulatief) Totaal meerjarenraming kapitaallasten 2014-2018 Toename ten opzichte van 2014 (cumulatief) 2014 7.038 176 7.214 2015 7.039 37694 6.757 2016 7.038 856368 6.550 2017 7.039 1.221618 6.436 2018 7.038 1.9171.133 6.254 141 716 219 771 545 229 740 535 555 275 141 935 1.545 2.105 719 525 545 647 471 2.907 7.355 7.692 8.095 8.541 9.161 337 740 1.186 1.806 De kapitaallasten nemen in de meerjarenraming ten opzichte van 2014 verder toe tot € 9,161 miljoen in 2018. Dit is een toename van € 1,806 miljoen in de periode 2014-2018. Los van andere ontwikkelingen zoals loon- en prijsinflatie, nemen de te dekken kosten van de watersysteemtaak 2018 ten opzichte van 2014 hierdoor toe met 7% (1,75% per jaar). Deze toename komt 100% voor rekening van de watersysteemtaak. De ontwikkeling van de kapitaallasten is hoofdzakelijk historisch bepaald door de in het verleden gedane investeringen en de gekozen afschrijvingstermijn en de daarmee verband houdende vrijval. Dit maakt het actief sturen op de kapitaallasten moeilijk. Als we enige sturing willen uitoefenen op de kapitaallasten dan beperkt zich dat tot de planning van de nog te plegen investeringen. Daar zit vervolgens weer een verdere beperking in opgesloten omdat hieronder ook vervangingsinvesteringen vallen die noodzakelijk zijn om het ‘bedrijf’ overeind te houden. In termen van het bereiken van effecten, hebben we het bij de kapitaallasten meer over de middellange en lange termijn. Het ‘even’ schuiven tussen jaarschijven, is in de praktijk geen (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 117 - reële optie. Ons bedrijfseconomisch beleid in deze is er wel op gericht om naar een situatie toe te groeien waarin de jaarlijkse vrijval van kapitaallasten even groot is dan de toename door te plegen investeringen. Bij de berekening van de meerjarige kapitaallasten hebben we rekening gehouden met de opdracht ten aanzien van de waterkeringstaak en de jaarlijkse bijdrage aan het Hoogwaterbeschermingsprogramma vanwege het gesloten Bestuursakkoord Water. In de meerjarenraming zijn we daarom uitgegaan van een jaarlijkse bijdrage HWBP van € 1,85 miljoen in 2012 en 2013, en € 4,13 miljoen in de periode 2015 en 2016. Vanaf 2017 hebben we rekening gehouden met de invoering van de project gebonden eigen bijdrage van 10%. Rekening houdende met een investering vanaf 2017 van € 20 miljoen per jaar (tot 2024 en dus € 160 miljoen in totaal) gaan we vanaf 2017 uit van een totaal bedrag van € 5,3 miljoen per jaar. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 118 - Overige paragrafen begroting 2014 (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 119 - 10 Overige paragrafen begroting 2014 In dit hoofdstuk hebben we de overige - wettelijk - verplichte paragrafen opgenomen. 10.1 Verbonden partijen Met name als gevolg van de intensivering van de samenwerking van waterschappen, onderling en met andere partijen, is het aantal deelnemingen en andere partijen waarmee het waterschap een financiële en bestuurlijke relatie heeft de laatste jaren sterk toegenomen. Het gaat om naamloze vennootschappen, besloten vennootschappen, gemeenschappelijke regelingen, vennootschappen onder firma, stichtingen, verenigingen en commanditaire vennootschappen. Mede omdat er altijd een zeker (financieel) risico aan deze relaties verbonden is, is het van belang dat we voldoende inzicht bieden in deze zogenaamde verbonden partijen, oftewel die organisaties waarmee het waterschap een bestuurlijke relatie heeft èn waarin zij een financieel relevant belang heeft. Naam verbonden partij Rechtsvorm Vestigings- Belang plaats Waterschapsbedrijf Limburg Gemeenschappelijke Roermond Regeling Bestuurlijk, financieel belang Nederlandse Waterschapsbank NV Naamloze Vennootschap Den Haag Bestuurlijk, Eigen vermogen € 1.226 financieel belang Vreemd vermogen € 76.000 beperkt tot storting aandelen. Unie van Waterschappen Vereniging Den Haag Bestuurlijk belang, Eigen Vermogen € 2,77 financieel beperkt Vreemd Vermogen € 11,6 tot het betalen van contributie. De Nederlandse waterschappen zijn verenigd in de Unie van Waterschappen. De Unie behartigt op nationaal en internationaal niveau de belangen van de waterschappen voor een goede waterstaatsverzorging binnen het waterschapsbestel Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer Stichting Utrecht Bestuurlijk belang, Eigen Vermogen € 0,02 financieel beperkt Vreemd Vermogen - onbekend tot het betalen van een deelnemersbijdrage Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen Gemeenschappelijke Roermond Regeling De Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer (STOWA) is het kenniscentrum van regionale waterbeheerders in Nederland. STOWA ontwikkelt, vergaart en verspreidt kennis die nodig is om de opgaven waar waterbeheerders voor staan, goed uit te voeren. STOWA werkt samen met andere instellingen om onderzoek op elkaar af te stemmen of gezamenlijk uit te voeren. De redenen voor samenwerking zijn grotere wetenschappelijke slagkracht, synergie en financiële voordelen. Gemeenschappelijke Regeling met Waterschap Roer en Overmaas en gemeente Venlo. Samenwerking op het gebied van belastingheffing teneinde de processen zo efficiënt en doelmatig mogelijk in te richten tegen zo laag mogelijke kosten. De deelnemers staan garant voor het gemeenschappelijke regeling. Bestuurlijk, financieel belang Balansgegevens (x € 1 miljoen) Openbaar belang Eigen Vermogen € 3,7 Vreemd Vermogen € 209,4 Gemeenschappelijke Regeling met Waterschap Roer en Overmaas. Samenwerking op het gebied van watersysteembeheer en zuivering teneinde de processen zo efficiënt en doelmatig mogelijk in te richten tegen zo laag mogelijke kosten. De waterschappen staan met hun vermogen garant voor het Waterschapsbedrijf. De Nederlandse Waterschapsbank is huisbankier van de waterschappen en heeft ten doel de waterschappen tegen zo laag mogelijke kosten de meest gunstige voorwaarden te creëren voor uitoefening van de financieringsfunctie. Het waterschap is aandeelhouder in de NV en bezit 1.866 aandelen A en 153 aandelen B respectievelijk 3,7% en 1,8% van het totaal aantal geplaatste aandelen. Eigen Vermogen € 0,385 Vreemd Vermogen € 2,3 10.2 Uitgangspunten en normen De uitgangspunten voor het opstellen van de begroting en meerjarenraming hebben we in de voorjaarsnota 2013 uitvoerig verwoord. Daarom zal hierop, met uitzondering van de samenvattende tabel hierna, niet nader worden ingegaan. Voor de volledigheid hebben wij de gehanteerde uitgangspunten en normen opgenomen in de bijlagen. Wij verwijzen u daarom naar de bijlage ‘uitgangspunten en normen’. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 120 - Samenvatting uitgangpunten begroting en meerjarenraming 2014- 2018 2014 2015 2016 2017 2018 Prijsinflatie 2% 2% 2% 2% 2% Loonkostenontwikkeling 2% 2% 2% 2% 2% Rente langlopend 4,0% 4,0% 4,5% 4,5% 5,0% Rente kortlopend 0,75% 0,75% 2,0% 2,0% 2,0% 10.3 EMU-saldo Het EMU-saldo is een in Europees verband gehanteerd en gedefinieerd macro-economisch begrip dat het financieringssaldo van de overheid weergeeft. In het kader van de euro zijn internationale afspraken gemaakt over wat het financieringstekort van de ‘Nederland B.V.’ mag zijn. De geldende maximaal toegestane EMU-tekorten voor de decentrale overheden is in principe een 0,5% van het Bruto Binnenlands Product (BBP) en specifiek voor waterschappen 0,07% (was 0,05%). Als de EU aan Nederland een boete oplegt vanwege overschrijding van de EMU-norm en er is sprake van een groter tekort bij de decentrale overheden dan 0,5% BBP, dan wordt de boete proportioneel doorvertaald naar de decentrale overheden. Het (mede) sturen op het EMU-saldo van ons waterschap heeft een prominentere positie ingenomen in de financiële sturing. Wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet Hof) Om de eurocrisis te beteugelen, zijn eind 2011 de Europese afspraken aangescherpt voor beheersing van de EMU-saldi (voor financieringstekort en schuld van de overheid). Deze eisen dat het kabinet verdergaande afspraken maakt met medeoverheden (provincies, gemeenten en waterschappen) over de beheersing van het Nederlandse EMU-saldo en deze in regelgeving vastlegt. De Wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet Hof) bevat deze regels uitgewerkt in een aantal beheers-mechanismen. Een dilemma bij beheersing van het EMU-saldo is dat beheersing van het EMU saldo is gebaseerd op beheersing van feitelijke uitgaven- en inkomstenstromen (kas- of transactiestelsel), terwijl waterschappen en andere decentrale overheden wettelijk verplicht begroten en verantwoorden op basis van het lasten en batenstelsel. Die uitzonderlijke situatie geldt alleen voor Nederland. We sturen financieel dus op basis van een ander beginsel. Hierdoor zou de situatie zich voor kunnen doen dat we volgens het lasten en batenstelsel de begroting structureel prima op orde hebben, terwijl we een boete krijgen omdat we Europese afspraak over beheersing van het EMU-saldo, gebaseerd op het kasstelsel, overtreden. Dat op goede en begrijpelijke manier naar buiten communiceren is een uitdaging op zichzelf. In de praktijk blijkt dat vooral het doen van investeringen en het interen op reserves, zorgt voor de frictie tussen de stelsels. Voor wat betreft de investeringen geldt dat, zolang het punt nog niet is bereikt waarbij de jaarlijkse vrijval van kapitaallasten (lasten en batenstelsel) even groot is als het te investeren bedrag (bepalend in het kasstelsel) in enig jaar. Daarnaast brengt het baten en lastenstelsel met zich mee dat investeringen worden gefinancierd door leningen aan te gaan terwijl dat weer haaks staat op beheersing/terugbrengen van de overheidsschuld. Daarbij opgeteld dat de waterschappen vooral het karakter hebben van investeringsmaatschappijen (in watersystemen en -keringen en -zuiveringen), maakt het speelveld en het nastreven van meerdere doelen wel heel complex of misschien zelfs onmogelijk. Normaal gesproken geeft het Rijk in de septembercirculaire van het Gemeentefonds aan wat de referentiewaarden zijn voor het komende begrotingsjaar. In de septembercirculaire van 2013 heeft het Rijk zich daarvan onthouden omdat de onderhandelingen over de verdeling van de -0,5% tussen de decentrale (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 121 - overheden nog lopende zijn. We gaan er van uit dat de ruimte van de waterschappen voor 2014 wordt verhoogd van -0,05% naar -0,07%. Op basis van die lijn mogen de waterschappen, uitgaande van een verwacht Bruto Binnenlands Product van € 625,7 miljard in 2014, een maximaal EMU-tekort hebben van in totaal zo’n € 438 miljoen. Op basis van de tussen de waterschappen afgesproken verdeelsleutel met betrekking tot de referentiewaarden van individuele tekorten van de waterschappen, mag het EMU-saldo van ons waterschap in 2014 maximaal zo’n € 8,9 miljoen (= € 438 mln x 2,03% [=aandeel wpm in totaal netto kosten waterschappen NL]) negatief bedragen. Berekening EMU saldo Rekening (x € 1.000) 2012 1 Exploitatiesaldo: Begroting 2013 Begroting 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Begroting 2017 Begroting 2018 1.905 -379 -257 -375 -339 -312 -78 2 Invloed investeringen: -/-bruto - investeringsuitgaven + investeringssubsidies + verkoop materiële en immateriële activa + afschrijvingen -/+ + + -2.950 7.784 1.316 0 3.518 -2.650 10.075 3.075 0 4.350 -4.172 26.286 9.246 0 12.868 -2.927 26.003 9.246 0 13.830 -3.019 25.503 9.171 0 13.313 -4.403 44.952 27.171 0 13.378 -6.290 46.963 27.117 0 13.556 3 Invloed voorzieningen: + toevoegingen aan voorzieningen t.l.v. -/-onttrekkingen aan voorzieningen t.b.v. -/-betalingen rechtstreeks uit voorzieningen + externe vermeerderingen van voorzieningen + -/-/+ -55 654 397 312 0 -502 536 138 900 0 -502 636 138 1.000 0 -469 636 138 967 0 -2 636 138 500 0 -2 636 138 500 0 -2 636 138 500 0 4 Invloed reserves: -/-eventuele betalingen rechtstreeks uit + eventuele externe vermeerderingen van -/+ 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 -1.100 0 0 0 -3.531 0 0 0 -4.931 0 0 0 -3.771 0 0 0 -3.360 0 0 0 -4.717 0 0 0 -6.370 5 Deelnemingen en aandelen: -/-boekwinst + boekverlies EMU - SALDO -/+ Nieuw is, dat onder de wet Houdbare Overheidsfinanciën ons waterschap ook verantwoordelijk is voor het EMU-saldo van een gemeenschappelijke regeling waarin we deelnemen. We hebben daarom ook rekening gehouden met de invloed van het Waterschapsbedrijf Limburg. We hebben dat deel in onze berekening betrokken dat redelijkerwijs aan ons toe te rekenen is. We hebben hierbij de verhouding in het aantal vervuilingseenheden tussen Waterschap Peel en Maasvallei en Waterschap Roer en Overmaas als uitgangspunt gehanteerd. Gekeken naar de begroting 2014 van de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen, is de invloed van die gemeenschappelijke regeling te verwaarlozen. Het feit dat we de afgelopen jaren ons investeringsvolume in het watersysteem hebben teruggebracht, onze begroting op basis van het lasten en batenstelsel structureel op orde hebben gebracht zonder (grote) inzet van reserves, heeft een positieve bijdrage geleverd aan het binnen de individuele referentiewaarde blijven van ons waterschap. Het volgen van het geadviseerde scenario (uitgewerkt in deze begroting), zorgt ervoor dat we die situatie voorlopig handhaven alhoewel het EMU saldo over de jaren toeneemt terwijl de toegestane ruimte onder invloed van de Europese afspraken afneemt. Desalniettemin verwachten wij dat wij voorlopig geen aanvullende maatregelen hoeven te nemen. We blijven de ontwikkelingen op de voet volgen. 10.4 Kostentoerekening Kostentoerekening, ofwel de kostenverdeling naar kostendragers en waterschapstaken, moet geschieden op basis van objectieve criteria voor zover deze niet rechtstreeks toe te rekenen zijn. De budgetten voor onze activiteiten hebben we gekoppeld aan voorgeschreven beheerproducten. De beheerproducten hebben we vervolgens weer gekoppeld aan voorgeschreven beleidsproducten. Een en ander conform de zogenaamde (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 122 - Beheers- en Beleidsproducten (BBP) systematiek. Deze beleidsproducten (verzameling van beheerproducten) vormen de basis voor de kostentoerekening naar de waterschapstaken. De meeste beleidsproducten kunnen we eenduidig aan een waterschapstaak toerekenen. Echter, in bepaalde gevallen is er sprake van gemengde kosten die meerdere waterschapstaken dienen. In die gevallen, waarin eenduidige toerekening niet kan plaatsvinden, rekenen we de kosten toe op basis van een verdeelsleutel naar taken. We streven ernaar zoveel mogelijk een consistent beleid te volgen. In de toelichting van de bijlage ‘Kostenverdeelstaat naar kostendragers en taken’ gaan we uitvoerig in op de kostentoerekening. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 123 - Bijlagen (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 124 - 11 Bijlagen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. Staat van vaste geldleningen 2014 Staat van vaste activa 2014 Staat van activa/kostenverdeelstaat kapitaallasten 2014 Staat van reserves en voorzieningen 2014 Rente omslagberekening 2014 (gemiddelde interne rentevoet) Staat van personeelslasten 2014 Kostenverdeelstaat naar kostendragers en taken 2014 Uitgangpunten en normen Lopende investeringen medio 2013 Majeure en niet-majeure projecten afdeling Projecten en Veiligheid mandaatbesluit 13 maart 2013 Dijkversterking 2012-2024 Lijst met afkortingen (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 125 - Bijlage 1. Staat van vaste geldleningen 2014 STAAT VASTE GELDLENINGEN 2014 Oorspronkelijk Datum en nr. bedrag van best.besluit resp. de lening goedk.besluit *) 2 3 4 Leningnr. 1 O,S,R,P of G Rente- Looptijd Vervaldag Restant Bedrag van Verschuldigde Betaalde percentage in rente- bedrag lening opgenomen rente per rente jaren betaling per 1 januari geld in jaar 1 januari 5 6 7 8 9 10 Ten laste van Niet verschenen Aflossing rente per lening komende rente 31 december per 31 december 12 13 11 € 2.268.901 03apr99 S 6,28 25 03/04 € 816.805 0 € 38.472 € 21790 € 11.500.000 20-feb-02 S 5,25 25 01-02 € 6.440.000 0 € 309.925 € 338.100 € 315.963 € 287.788 € 23576 € 20.000.000 04-jan-05 S 3,99 25 03-01 € 13.600.000 0 € 542.640 € 542.640 € 510.720 € 510.720 27973 € 1.500.000 jun-13 S 1,2 5 1-jun-13 € 1.500.000 0 € 10.500 18.000 € 15.900 € 27962 € 9.500.000 okt-13 S 3 25 1-okt-13 € 9.500.000 0 € 71.250 € € 282.150 € TOTAAL € 44.768.901 € 31.856.805 (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei € 51.295 € 285.000 972.787 € 1.235.035 € - 126 - 47.020 € 14 14496 € Restantbedrag het boekjaar 1.171.753 € 34.197 € 15 90.756 € 726.049 460.000 € 5.980.000 € 800.000 € 12.800.000 8.400 € 300.000 € 1.200.000 68.400 € 380.000 € 9.120.000 2.030.756 € 29.826.049 909.505 € Bijlage 2. Staat van vaste activa 2014 STAAT VAN VASTE ACTIVA 2014 Balans vlgnr Omschrijving 011.00 Uitgaven i.v.m. onderzoek en ontwikkeling Aanschafprijs per 1jan14 76.330 014.00 Overige immateriële vaste aktiva 324.760 Totaal immateriële vaste aktiva 401.090 Cumulatieve subsidies Cumulatieve afschrijvingen 52.767 52.767 Boekwaarde per 1jan14 jaarmutaties Geactiveerde lasten Nieuwbouw derden jaarmutaties Aanschafprijs per 31dec14 Verkoop Subsidies Afschrijvingen Cumulatieve subsidies Cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde per 31dec14 6.977 16.586 76.330 519 52.767 7.496 16.067 174.830 149.930 324.760 79.528 0 254.358 70.402 181.807 166.516 80.047 52.767 261.854 86.469 0 0 7.195.701 0 0 0 0 020.00 Gronden 7.195.701 021.00 Vervoermidddelen en werktuigen 1.892.525 899.153 993.372 300.000 2.192.525 290.082 0 1.189.235 1.003.290 022.00 Overige bedrijfsmiddelen 7.958.448 354.673 3.453.877 4.149.898 920.300 8.878.748 1.271.420 354.673 4.725.297 3.798.778 13.122.191 1.934.527 3.314.557 7.873.107 13.122.191 381.516 1.934.527 3.696.073 7.491.591 7.875.016 4.182.963 811.215 2.880.838 3.265.000 11.140.016 507.263 4.182.963 1.318.478 5.638.575 70.570.074 10.073.418 18.244.550 42.252.106 4.338.502 1.873.498 3.000.000 2.112.817 13.073.418 20.357.367 43.351.289 298.081 10.532 10.532 0 308.613 0 16.545.581 27.021.433 65.355.554 8.823.802 1.873.498 3.000.000 4.573.630 19.545.581 31.595.063 68.479.224 0 0 0 247.724 023.00 Kantoren, dienstwoningen en centrale werkplaatsen 024.00 Waterkeringen 025.00 Watergangen en kunstwerken 026.00 Gemalen tbv kwantiteitsbeheer Totaal materiële vaste aktiva 030.00 Deelnemingen en effecten Totaal financiële vaste aktiva TOTALEN 7.195.701 401.090 308.613 108.922.568 247.724 7.195.701 76.782.074 308.613 0 247.724 247.724 247.724 0 0 247.724 0 0 109.571.382 16.598.348 27.203.240 65.769.794 8.823.802 1.873.498 (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei 119.619.868 0 247.724 0 0 0 0 247.724 0 120.268.682 3.000.000 4.653.677 19.598.348 31.856.917 68.813.417 - 127 - Bijlage 3. Staat van vaste activa/kostenverdeelstaat kapitaallasten 2014 Staat van vaste activa Omschrijving Vermeerderingen 2014 Verminderingen 2014 Boekwaarde per 1-1-2014 Gronden Afschrijving Mip Afschrijving lopende projecten Afschrijving aanvullend Afschrijving 2014 7.195.701 Boekwaarde per 31-12-2014 Rente omslag (3,88%) Totaal Kapitaallasten 0 7.195.701 279.193 279.193 Vervoermidddelen en werktuigen 300.000 993.372 30.000 260.082 290.082 1.003.290 44.363 334.445 Overige bedrijfsmiddelen 920.300 4.149.898 71.278 1.200.142 1.271.420 3.798.778 178.871 1.450.291 381.516 381.516 7.491.591 305.477 686.993 Kantoren, dienstwoningen en centrale werkplaatsen 7.873.107 Waterkeringen 3.265.000 Watergangen en kunstwerken 6.212.000 3.000.000 Gemalen tbv kwantiteitsbeheer Totaal materiele vaste aktiva 77.333 429.930 507.263 5.638.575 175.118 682.381 42.252.106 14.133 2.098.684 2.112.817 43.351.289 1.701.694 3.814.511 10.532 10.532 0 409 10.941 4.573.630 68.479.224 2.685.125 7.258.755 10.532 10.697.300 3.000.000 Uitgaven i.v.m. onderzoek en ontwikkeling Overige immateriële vaste activa Totaal immateriele vaste aktiva 0 0 Deelnemingen en effecten 65.355.554 192.744 4.380.886 0 16.586 519 519 16.067 644 1.163 149.930 79.528 79.528 70.402 5.817 85.345 80.047 86.469 6.461 86.508 0 247.724 9.612 9.612 166.516 0 247.724 Totaal financiele vaste aktiva TOTAAL VASTE ACTIVA 2.880.838 80.047 0 0 0 0 247.724 0 0 0 0 247.724 9.612 9.612 10.697.300 3.000.000 65.769.794 192.744 4.460.933 0 4.653.677 68.813.417 2.701.198 7.354.875 (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 128 - Bijlage 4. Staat van reserves en voorzieningen 2014 STAAT VAN RESERVES EN VOORZIENINGEN 2014 Grbnr A Stand begin dienstjaar Omschrijving Vermeerderingen Verwachte wijzigingen Jaarrek. Interne rente 2013 Verminderingen overige Externe Interne rente overige Stand einde dienstjaar Aanwending Bespaarde rente ten gunste van exploitatie Algemene reserves 040005 Algemene reserve watersysteem ( incl. wettelijke reserve onderzoek en ontwikkeling ad. € 62.413 conform art.2:365 lid 2 BW) € 1.874.629 € 1.874.629 € 74.985 040006 Algemene reserve zuivering € 2.250.531 € 2.250.531 € 90.021 Totaal algemene reserves € 4.125.160 € - € 4.125.160 € 165.006 B 050015 050024 Bestemmingsreserves Tariefsegalisatie watersysteemheffing Tariefsegalisatie zuiveringsheffing € € 1.352.279 € 1.850.862 € € € 1.382.779 € 5.407.534 € 55.311 216.301 050006 050016 050017 050019 050020 050021 050022 050023 051*** Overige bestemmingsreserves Bestemmingsreserve bestrijding hoogwatergolf Stimulering verbetering watersystemen Bestemmingsreserve mobiliteit Bestemmingsreserve Floriade Bodemsanering Tungelroysebeek Innovatieprojecten K&A Bestemmingsreserve bedrijfsvoering 2012 e.v. Bestemmingsreserve rep.waterkering haven Wanssum Bestemmingsreserves dekking kapitaallasten € € € € € € € € € 400.000 900.000432.146 1.057.340 34.902 959.150 2.313.126 € € € € € € € € € 16.000 20.000 27.286 42.294 1.396 56.366 100.352 Totaal bestemmingsreserves Totaal Eigen vermogen A+B C - € € 30.500 3.556.672 - € - € - € - € € 500.000 € 250.000 € € 1.057.340 € 34.902 € 500.000 € € 222.046 € - € - € 2.564.288 € 10.818.374 € 535.306 - € - € 2.564.288 € 14.943.534 € 700.312 € 290.242 € 17.130 € € 100.000 € 300.000 € 413.341 € 864.202 € 15.094 30.568 € 500.000 € € 466.787 € - € 38.671 - 2.034.572 € 101.463 € 801.775 € € € 450.000 € € € € 195.685 € - € - € - € - € 7.499.805 € 5.882.857 € - € - € - € € 11.624.965 € 5.882.857 € - € - € - € 400.000 432.146 909.150 2.286.765 Voorzieningen: Voorzieningen voor arbeidsgerelateerde verplichtingen Voorziening pensioenverpl./wachtgelden vm bestuurders € 428.242 070009 070015 Voorzieningen voor onderhoudswerk zaamheden Voorziening onderhoud waterschapskantoor Voorziening beheer en onderhoud waterkeringen € € 377.341 764.202 070016 070017 Voorzieningen voor claims van ingezetenen en bedrijven Voorziening natschade peilopzet Maas Voorziening afwikkeling TAX-i € € 966.787 - Totaal Vreemd vermogen € TOTAAL GENERAAL € C - € 1.400.000 250.000 070014 A t/m C € € - € (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei € € € 2.536.572 € 14.161.537 € - € 5.882.857 € - € - € 136.000 400.000 138.000 536.000 € - € - € 138.000 € € - € - € 138.000 € 536.000 - 129 - 900.000 € 3.464.288 € 16.978.106 Bijlage 5. Rente omslagberekening 2014 BIJLAGE Rente omslagberekening 2014 BOEKWAARDE VASTE ACTIVA PER 1 januari 2014 € 65.769.794 2014 € 7.697.300 € 73.467.094 € 51.457.831 € 22.009.263 Toename geïnvesteerd vermogen AF: GELDLENINGEN 0/G PER 31 december 2014 € 29.826.049 RESERVES EN VOORZIENINGEN PER 31 december 2014 € 16.978.106 € 4.653.676 AFSCHRIJVINGEN OVER 2014 (incl Mip) KAPITAALBEHOEFTE 2014 RENTE VASTE GELDLENINGEN 2014 € 1.171.753 RENTE RESERVES EN VOORZIENINGEN 2014 € 801.775 REKENING COURANT 2014 € 1.243 € 880.371 € 2.855.142 € 153.946 € 2.701.196 RENTE OVER KAPITAAL BEHOEFTE Financiering af te sluiten langlopende geldleningen € 2014 22.009.263 4,00% AF: CORRECTIE TOEGEREKENDE RENTE AAN VOORGENOMEN INVESTERINGEN 2014 4,0 % GEDURENDE 1/2 JAAR OVER 880.371 € 7.697.300 = TOTAAL TOE TE REKENEN RENTE AAN VASTE ACTIVA RENTEOMSLAGPERCENTAGE € € (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei 2.701.196 69.618.444 x 1% = 3,88000 - 130 - Bijlage 6. Staat van personeelslasten 2014 STAAT VAN PERSONEELSLASTEN Organisatie- Begroting 2014 begroting 2013 eenheid Geraamde formatie Geraamde formatie in aantal personeelsleden in f.t.e.'s in aantal personeelsleden Salarissen 4.20.1xx Sociale Overige lasten lasten 4.20.2xx in f.t.e.'s B estuur 439.591 41.182 Vo o rmalig bestuur T o t a a l be s t uur Totaal Totaal Totaal begroting begroting Rekening 2014 2013 2012 21.500 502.273 524.107 473.206 138.000 138.000 138.000 116.489 6 6 2 .10 7 5 8 9 .6 9 5 284.878 4 3 9 .5 9 1 4 1.18 2 15 9 .5 0 0 6 4 0 .2 7 3 Directie 2 2,00 2 2,00 231.378 45.340 12.044 288.762 274.918 B estuurso ndersteuning en Co mmunicatie 10 8,58 9 8,19 515.339 98.312 14.754 628.405 606.433 714.696 Kennis en A dvies 33 27,14 32 31,80 1.597.752 308.800 49.010 1.955.562 2.145.243 2.204.642 P ro jecten en Veiligheid 25 24,05 23 22,05 1.494.637 289.077 46.966 1.830.680 1.659.417 1.658.077 B eheer en Onderho ud Watersystemen 56 55,12 59 57,12 2.318.497 459.361 74.061 2.851.919 2.836.015 2.800.479 M iddelen 35 33,15 30 28,28 1.851.397 355.638 53.793 2.260.828 1.825.394 1.909.682 Vergunningen en Handhaving 32 28,47 32 28,47 1.620.473 309.801 50.461 1.980.735 1.887.540 2.704.418 19 3 17 8 ,5 1 18 7 17 7 ,9 1 12 .2 7 6 .8 7 2 T o t a a l e ige n e n t ijde lijk pe rs o ne e l 9 .6 2 9 .4 7 3 1.8 6 6 .3 2 9 3 0 1.0 8 9 11.7 9 6 .8 9 1 11.2 3 4 .9 6 0 B edrijfsvo eringsmaatregelen 0 0 0 0 138.294 0 Ko sten perso neel die niet in de fo rmatie zitten Overige perso neelslasten (incl. lo o n- en prijso ntwikkeling en no g niet verdeelde extra verho ging so ciale lasten) 0 0 0 0 0 39.053 258.041 400.000 359.885 1.017.926 904.688 389.979 10.327.105 2.307.511 820.474 13.455.090 12.940.049 13.295.599 Totaal 193 178,51 (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei 187 177,91 - 131 - Bijlage 7. Kostenverdeelstaat naar kostendragers en taken 2014 BIJLAGE Kostenverdeelstaat naar kostendragers en taken 2014 (€) WPM eigen kosten 2.1 Planvorming 1. Eigen plannen 2. Plannen van derden 2.2 Aanleg en onderhoud van waterkeringen 3. Beheerinstrumenten waterkeringen 4. Aanleg en onderhoud van waterkeringen 5. Dijkbewaking en calamiteitenbestrijding 2.3 Inrichting en onderhoud watersystemen 6. Beheerinstrumenten watersystemen 7. Aanleg, verbetering en onderhoud watersystemen 8. Baggeren van waterlopen en saneren waterbodems 9. Beheer hoeveelheid water 10. Calamiteitenbestrijding watersystemen 11. Monitoring watersystemen 2.4 Bouw en exploitatie zuiv.techn.werken 12. Getransporteerd afvalwater 13. Gezuiverd afvalwater 14. Verwerkt slib 2.5 Vergunningverlening en handhaving 22. Keur 23. Vergunningen en keurontheffingen 24. Handhaving keur 2.6 Beheersing van lozingen 25. Wvo-vergunningen en meldingen 26. Handhaving WVO 27. Rioleringsplannen en subsidies lozingen 28. Aanpak diffuse emissies derden 2.7 Heffing en invordering 31. Belastingheffing 32. Invordering 2.8 Bestuur en communicatie 33. Bestuur 34. Externe communicatie 2.9 Grondwaterbeheer 29. Vergunningverlening grondwaterbeheer 30. Handhaving grondwateronttrekkingen Concernposten en administratieve posten Onvoorzien 2014 Kosten taakontwikkeling zuiveringsbeheer 2014 Structurele taakontwikkeling watersysteem Incidentele taakontwikkeling watersysteem 2014 Interne rentebaten (bespaarde rente) 2014 Externe rentebaten 2014 Correctie activering niet nieuwe werken en KenA/saldi kpl Meeropbrengsten voorgaande belastingjaren Stelpost compensatie prijsontwikkeling 2014 Stelpost loonontwikkeling 2014+ ophoging sociale lasten Stelpost compensatie prijsontwikkeling 2014 Verwachte kwijtschelding 2014 Verwachte oninbaarheid 2014 Onttrekking bestemmingsreserves Te dekken lasten uit belastingvolume 2014 WPM kosten naar taak Watersysteem Zuiveringstaak WBL kosten naar taak BsGW kosten naar taak Zuiveringstaak Watersysteem Zuiveringstaak Watersysteem 2.323.493 1.557.339 766.154 3.094.729 628.494 1.997.757 468.478 13.866.116 475.130 10.091.598 655 872.186 237.874 2.188.673 0 0 0 0 3.317.607 126.191 1.116.266 2.075.150 6.550 0 0 0 6.550 220.144 220.144 0 1.999.367 1.818.802 180.565 0 0 0 1.681.085 230.969 795.050 845.000 395.000 -801.775 -40.000 100.151 -800.000 150.973 658.041 147.676 2.323.493 1.557.339 766.154 3.094.729 628.494 1.997.757 468.478 13.866.116 475.130 10.091.598 655 872.186 237.874 2.188.673 0 0 0 0 2.548.156 126.191 847.134 1.574.831 6.550 0 0 0 6.550 220.144 220.144 0 1.799.432 1.636.922 162.510 0 0 0 952.035 230.969 0 845.000 395.000 -801.775 -40.000 100.151 -734.000 150.973 658.041 147.676 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 769.451 0 269.132 500.319 0 0 0 0 0 0 0 0 199.935 181.880 18.055 0 0 0 729.050 0 795.050 0 0 0 0 0 -66.000 0 0 0 93.366 93.366 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 24.460.392 4.477.428 13.598.284 6.384.680 0 0 0 0 30.236 12.598 0 17.638 0 0 0 0 179.298 179.298 0 0 0 0 102.195 102.195 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 626.048 386.963 239.085 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1.064.903 832.902 232.001 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 26.509.091 24.810.655 1.698.436 24.865.487 0 626.048 1.064.903 (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 132 - Totaal 2.416.859 1.650.705 766.154 3.094.729 628.494 1.997.757 468.478 13.866.116 475.130 10.091.598 655 872.186 237.874 2.188.673 24.460.392 4.477.428 13.598.284 6.384.680 3.317.607 126.191 1.116.266 2.075.150 36.786 12.598 0 17.638 6.550 1.911.095 1.440.009 471.086 2.178.665 1.998.100 180.565 0 0 0 2.880.428 333.164 795.050 845.000 395.000 -801.775 -40.000 100.151 -800.000 150.973 658.041 147.676 855.775 241.373 -256.981 -256.981 53.905.696 Watersysteem 2.323.493 1.557.339 766.154 3.094.729 628.494 1.997.757 468.478 13.866.116 475.130 10.091.598 655 872.186 237.874 2.188.673 0 0 0 0 2.548.156 126.191 847.134 1.574.831 6.550 0 0 0 6.550 1.285.047 1.053.046 232.001 1.799.432 1.636.922 162.510 0 0 0 1.134.329 230.969 0 845.000 395.000 -801.775 -40.000 100.151 -734.000 150.973 658.041 147.676 133.109 49.185 -256.981 -256.981 25.800.871 Zuiveringstaak 93.366 93.366 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 24.460.392 4.477.428 13.598.284 6.384.680 769.451 0 269.132 500.319 30.236 12.598 0 17.638 0 626.048 386.963 239.085 379.233 361.178 18.055 0 0 0 1.746.099 102.195 795.050 0 0 0 0 0 -66.000 0 0 0 722.666 192.188 0 28.104.825 Toelichting kostenverdeelstaat Algemeen Een kostenverdeelstaat moet volgens de voorschriften inzicht bieden in de wijze waarop de kosten/opbrengsten worden verdeeld naar de kostendragers. Een kostendrager is in dit verband de reglementaire taak volgens de Waterschapswet. Met ingang van 2009 onderscheiden we twee taken te weten de zorg voor de watersysteemtaak (waterkwantiteit, waterkering, passief kwaliteitsbeheer) en de zorg voor het zuiveren van afvalwater (zuiveringstaak). Om de onderlinge vergelijkbaarheid van kosten/opbrengsten van de diverse waterschappen mogelijk te maken, onderscheiden de voorschriften landelijk uniforme beleidsvelden en beleidsproducten binnen elke reglementaire taak. Ook ons waterschap moet zich hier aan houden. Het totaal van de netto kosten verdeeld naar de taken vormen het uitgangspunt voor de opbrengst uit de verschillende belastingen en daarmee het uitgangspunt van de tariefsberekening. De begroting en jaarrekening worden conform het landelijke uniforme BBP-model opgesteld, waarbij naast beleidsvelden/beleidsproducten ook uniforme beheerproducten worden onderscheiden. Op organisatieniveau is ten behoeve van de bewaking en uitvoering van begrotingsbudgetten een extra dimensie toegevoegd (werkplanproducten), om kosten en baten te kunnen indelen naar de taken van een organisatieonderdeel. Werkplanproducten zijn zodanig geformuleerd dat een werkplanproduct maar onderdeel kan uitmaken van één beleids-/beheerproduct. Omgekeerd bestaan beleids-/beheerproducten uit één of meerdere werkplanproducten. De kostenverdeelstaat voor de kosten en de baten De kostenverdeelstaat is ingedeeld naar de relevante voorgeschreven beleidsvelden en beleidsproducten. De kolom ‘WPM eigen kosten’ bestaat uit de geraamde netto kosten (lasten minus baten) per beleidsveld en beleidsproduct van onze eigen organisatie (exclusief de bijdrage aan het waterschapsbedrijf). Onderligger hiervoor vormen de onderliggende voorgeschreven beheerproducten en werkplanproducten naar kostensoorten. In twee volgende kolommen zijn deze kosten verdeeld over de kostendragers of wel de reglementaire taken. In principe zijn alle kosten die voortvloeien uit onze eigen activiteiten, toe te rekenen aan het watersysteembeheer. Natuurlijk zitten er ook waterkwaliteitsaspecten in onze activiteiten, maar die behoren tot het passief kwaliteitsbeheer en daarmee tot de watersysteemtaak. Uitzondering hierop vormen de beleidsproducten ‘Vergunningen/meldingen Waterwet/Advies Wabo’ (nr. 23), ‘Handhaving/toezicht Waterwet/Wabo/Whvbz (nr. 24), bestuur (nr. 31) en externe communicatie (nr. 32). Met de inwerkingtreding van de nieuwe Waterwet hebben we de oude verdeelsleutel van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat voor producten 23 en 24 herzien. Op basis van de absolute bedragen 2010 hebben we voor 2011 opnieuw de verdeelsleutels bepaald om de bestaande lijn te continueren en als gevolg van de invoering van de nieuwe wet geen herverdeeleffecten te krijgen tussen de watersysteemheffing en zuiveringsheffing. Op basis van 2010 voor hergroepering is de nieuwe verdeelsleutel 75,89% watersysteemtaak en 24,11% waterzuiveringsheffing. Voor wat betreft de kosten van bestuur en externe communicatie gaan we op basis van de verwachte tijdsbesteding uit van 90% toerekening aan de watersysteemtaak en 10% aan het zuiveringsbeheer. Ook de bijdrage aan het Waterschapsbedrijf (kolommen ‘WBL kosten naar taak’) moet uitgesplitst worden naar beleidsproducten en vervolgens naar kostendragers/taken toegerekend worden. Dit is gebeurd op basis van begroting van het Waterschapsbedrijf. De kosten van belastingheffing en invordering zijn versleuteld op basis van de begroting en de opgave van de Gemeenschappelijke Regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen. Vanaf 2011 is de belastingheffing en invordering in een Gemeenschappelijke Regeling Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen (=BsGW) ondergebracht. Dit is een samenwerking opgericht door Gemeente Venlo, Waterschap Roer en Overmaas en Waterschap Peel en Maasvallei. Net als de bijdrage aan het waterschapsbedrijf, moet de bijdrage aan de gemeenschappelijke regeling uitgesplitst worden naar beleidsproducten en vervolgens naar kostendragers/taken toegerekend worden. Dit is gebeurd op basis van begroting 2014 van de BsGW tevens rekening met de nieuwe toetreders per 1 januari 2014 In de laatste drie kolommen zijn alle kosten van de voorgaande kolommen getotaliseerd en getotaliseerd per taak. Waarbij na toevoeging van de kosten van oninbaarheid en kwijtschelding alsook de dekking van het saldo van de begroting door onttrekking aan de reserves, het totaal geeft te zien van de door belastingen te dekken kosten per soort belasting. Het totaal van de kolom ‘watersysteem’ en ‘Zuiveringstaak’ vormen de basis (in weze het belastingvolume) voor de berekening van de tarieven voor de watersysteemheffing respectievelijk de zuiveringsheffing. Onderliggende toerekening van kosten Algemeen uitgangspunt kostentoerekening Kosten worden zoveel mogelijk rechtstreeks toegerekend tenzij er gegronde redenen zijn om hiervan af te wijken. Kapitaallasten De kapitaallasten (afschrijving- en rentekosten) zijn toegerekend op basis van de staat van activa naar investeringsobjecten in relatie tot het doel van de investering. Indirecte kosten Kosten die verband houden met de inzet van personele capaciteit kunnen niet rechtstreeks toegerekend worden aan producten. Deze worden eerst verzameld in zogenaamde kostenplaatsen waarna de kosten op basis van de verwachte tijdsbesteding tegen een (voorcalculatorisch berekend) uurtarief worden doorverdeeld naar producten. Overheadkosten De toe te rekenen overheadkosten bestaan uit het saldo van de kosten en baten zoals die zijn verzameld op de ondersteunende producten (zie ook programma bedrijfsvoering). De ondersteunende beheer-producten en de gehanteerde verdeelsleutels zijn hierna weergegeven. Huisvesting waterschapskantoor De kosten van het waterschapskantoor (directe kosten, uren x tarief, kapitaallasten) worden gedeeld door het aantal in gebruik zijnde netto m² van de kantoorruimtes, hierdoor krijg je een tarief per m². Na inventarisatie van de in gebruik zijnde vierkante meters per afdeling wordt het aantal in gebruik zijnde vierkante meters vermenigvuldigt met het tarief naar iedere afdeling doorberekend. Mobiele telefonie De kosten van de mobiele telefoons (directe kosten, uren x tarief, kapitaallasten) worden gedeeld door het aantal mobiele telefoons. Het resultaat is een tarief per mobiele telefoon. Na inventarisatie van hoeveel mobiele telefoons iedere afdeling gebruikt, wordt het aantal in gebruik zijnde telefoons vermenigvuldigd met het tarief, naar iedere afdeling doorberekend. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 134 - Huisvesting loodsen De kosten van de 3 loodsen (directe kosten, uren x tarief, kapitaallasten) worden verdeeld als volgt: Bergen is noord, Nederweert is zuid en de gecombineerde loods is 60% noord en 40% wordt ten laste gebracht van product 5.1 (waterkering). Noord en zuid wordt naar de kostenplaats noord en zuid toegerekend. ICT De kosten van ICT (directe kosten, uren maal tarief, kapitaallasten) worden gedeeld door het aantal personal computers (pc’s). Het resultaat is een tarief per pc. Na inventarisatie van hoeveel pc’s iedere afdeling gebruikt wordt het aantal in gebruik zijnde pc’s vermenigvuldigd met het tarief, naar iedere afdeling doorberekend. GIS De kosten van GIS (directe kosten, uren x tarief, kapitaallasten) worden gedeeld door het aantal GIS gebruikers, hierdoor krijg je een tarief per gebruiker. Naar rato van het gebruik per afdeling krijgt elke afdeling een bedrag toegerekend. Dienstauto’s De kosten van de dienstauto’s (directe kosten, uren x tarief) worden doorberekend naar de afdelingen voor het verwachte aandeel dat de afdelingen daarin hebben. Tractie De kosten van tractie worden per groep verzameld. Deze worden per groep gedeeld door het aantal productieve (draai) uren. Hieruit volgt het uurtarief. De productieve uren vermenigvuldigd met het tarief, worden doorberekend naar de diverse producten waarvoor de tractie wordt ingezet. Directie/Personeel en Organisatie/Bestuurlijke en juridische zaken/Concerncontrol en financieel beleid/ Financiële informatieverwerking en –voorziening en overige. Voor zover deze kosten niet rechtstreeks kunnen worden toegerekend worden deze op basis van de onderling verhouding van de direct productieve uren naar de afdelingen toegerekend. Afdelingskostenplaatsen Per afdeling worden alle kosten die verband houden met de bedrijfsvoering (salarissen, opleidingskosten, reiskosten en dergelijke inclusief de doorrekeningen van andere (hulp)kostenplaatsen) verzameld, waarna op basis van het aantal direct productieve uren een integraal afdelingstarief wordt berekend. Op basis van de verwachte tijdsbesteding wordt het berekende afdelingstarief vermenigvuldigd met te verwachten direct productieve uren per product/programma en naar de producten en programma’s toegerekend. Op deze wijze worden alle kosten uiteindelijk doorgerekend naar de producten en programma’s. Deze toerekening komt op de programma’s tot uitdrukking in de kostensoort 51 t/m 59 en 69 met als omschrijving ‘lasten uit doorberekening’. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 135 - Bijlage 8 Uitgangspunten en normen Externe factoren De externe factoren baseren wij - waar mogelijk - op de ramingen van het Centraal Planbureau (CPB) en de gegevens van het Centraal Bureau voorde Statistiek (CBS). Prijsinflatie Voor het jaar 2013 wordt een stijging van 2,75% verwacht (Centraal Economisch Plan, dec 2012). Gelet op het economisch herstel (verhogend effect op inflatiecijfer) dat in 2014 naar verwachting zal doorzetten in relatie tot stabiele meerjarenraming, gaan we voor 2014 en verder toch uit van een inflatiepercentage van 2%. Het is niet zo dat de budgetten automatisch worden verhoogd. Sinds 2010 hanteren wij de lijn dat we de jaarlijkse toegekende budgetten bevriezen en dat we de gecalculeerde prijscompensatie 'parkeren' op een aparte post. Hiermee krijgen de budgethouders een jaarlijkse taakstelling ter grootte van de werkelijke inflatie van hun budget als te realiseren ombuiging (2013 dus 2,75%). Alleen op basis van aangetoonde nut en noodzaak doen we een beroep op deze post en geven we de ruimte vrij. Daarnaast beoordelen we van jaar tot jaar óf en in hoeverre de geparkeerde ruimte van voorgaande jaren, nog vastgehouden moet worden. Op deze manier houden wij strak de hand aan de groei van de budgetten. Loonkosten Per 1 januari 2012 is een nieuw CAO ingegaan. De CAO loopt 31 december 2013 af. Ten tijde van het voorbereiden van deze voorjaarsnota, is nog niet bekend hoe de ontwerp CAO er uit ziet en tot welke kostenstijging die mogelijk leidt voor ons waterschap in 2014. We houden daarom voorlopig vast aan de gedragslijn die we hebben gevolgd bij het opstellen van de (meerjaren)begroting 2013-2017. Naast de reguliere verhogingen (o.a. vanwege doorgroei in functieschalen), houden we in 2014 rekening met een indexering van de bruto loonkosten van 2%. Ook voor de jaren 2015-2018 gaan we uit van een jaarlijkse stijging van 2%. Dit 'opslagpercentage' is niet alleen bedoeld voor de bekostiging van bruto loonstijgingen, maar ook voor secundaire arbeidsvoorwaarden (bijvoorbeeld groei Individueel Keuze Budget) die op basis van de CAO worden afgesproken. Hiermee wordt de bestaande lijn gecontinueerd. Net zoals de inflatie, 'parkeren' wij de berekende 'loonstijging' op een aparte post. Op het moment dat er een definitief CAO akkoord is gesloten, zullen we voor de periode waarop de CAO betrekking heeft het CAO akkoord als uitgangspunt nemen voor het doorrekenen van de personeelslasten in de begroting. Rente langlopende leningen Medio maart bedroeg het tarief voor een lening met een looptijd 25 jaar rentevast met stortingsdatum 1 juni 2014 zo'n 4,0%. Voor 2014 en 2015 nemen we dat percentage als uitgangspunt. Om het meerjarig renterisico te beperken, gaan we voor 2016 en 2017 uit van een percentage van 4,5% en de jaren vanaf 2018 van een percentage van 5%. Het meerjarige ontwikkelingspatroon komt hiermee overeen met het renteontwikkelingpatroon gehanteerd in de meerjarenraming 2013-2017. Rente kortlopende leningen Voor 2014 gaan wij uit van een rentepercentage voor kortlopende geldleningen tot 1 jaar, van 0,75%. Op de langere termijn verwachten we dat dit percentage zal stijgen tot 2%. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 136 - Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen (BsGW) Met ingang van 2011 is de Unit Heffing en Invordering afgesplitst van het Waterschapsbedrijf Limburg en ondergebracht in een aparte gemeenschappelijke regeling. In de (meerjaren)begroting houden we rekening met de incidentele en structurele effecten van nieuwe toetreders per 1 januari 2014. Waterschapsbedrijf Limburg Na de afsplitsing van de Unit Heffing en Invordering is alleen de taak zuivering en zuiveringsbeheer overgebleven voor het Waterschapsbedrijf Limburg. In onze rol als opdrachtgever aan het waterschapsbedrijf geven wij elk jaar aan waaraan de begroting van het Waterschapsbedrijf moet voldoen. Interne factoren Basis voor de meerjarenbegroting 2014-2018 zijn onder andere: 'Water in Beweging', Visie waterbeheer Limburg in 2020; 'Orde in water Water in orde', Waterbeheerplan 2010-2015; (Meerjaren)begroting 2013-2017; Verordening beleids- en verantwoordingsfunctie WPM 2009; ontwerp wetsvoorstel Wet Hof (Wet Houdbare overheidsfinanciën); de uitkomsten van de gevoerde takendiscussie in 2011. De voorgaande opsomming is niet limitatief. Ook andere relevante beleidsnotities en besluiten zijn betrokken in de begrotingsvoorbereiding. Kwijtschelding/oninbaar Belastingkwijtschelding en oninbaarheid beoordeling voor 2014 vindt plaats volgens de bestaande beleidslijn en wordt geraamd op een percentage van het belastingvolume. Voor oninbaarheid hanteren we een percentage van een 0,5%. Voor kwijtschelding hanteren we gewoonlijk een percentage van 1 procent van het belastingvolume. In de begroting 2013 zijn we hier van afgeweken. Naar aanleiding van ervaringscijfers (jaarrekening 2011) en de economische situatie hebben we het kwijtscheldingsbedrag boven de norm van 1%, met € 295.000 extra verhoogd voor 2013 en 2014. Hierdoor kwamen we uit op een percentage van ongeveer 1,6%. We houden die lijn vast. Voor de jaren 2015 en verder hanteren we voor berekening van het kwijtscheldingsbudget, de oorspronkelijke norm van 1%. We erkennen dat we hiermee risico nemen. Echter de omvang van de bestemmingsreserve tariefegalisatiereserve zuiveringsheffing is dermate, dat we het risico voor langere termijn hebben afgedekt. Post onvoorzien Het budget voor onvoorziene uitgaven bedraagt bruto ± 0,4% van het begrotingstotaal, conform bestaand beleid. De opname van een budget voor onvoorziene uitgaven is wettelijk verplicht. Reserves en voorzieningen De reserves voldoen aan de daaraan te stellen eisen. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 137 - Bijlage 9. Lopende investeringen medio 2013 Lopende investeringen medio 2013 (x € 1.000) Jaar van oorsprong Programma Waterkering en Veiligheid Verlengde 3de toetsing waterkeringen Calamiteitenplannen Opstellen beheerplan waterkeringen Vullen beheerregister waterkeringen Beheerregister Nulmeting kerend vermogen 1/50e keringen Geotechnisch en constructief onderzoek waterkeringen 2012 2009-2010-2011 2007 2007 2011 2011 2011-2012 Afschr. termijn Investeringsbedrag 5 jaar 5 jaar 5 jaar 5 jaar 5 jaar 5 jaar n.v.t. 600,0 225,0 100,0 69,0 30,0 100,0 375,0 15 jaar 10 jaar 5 jaar 5 jaar 5 jaar 5 jaar 6 jaar 5 jaar n.v.t. 353,0 20,0 40,0 100,0 75,0 65,0 176,0 200,0 185,0 Programma watersysteem op orde: herstelde watersystemen Investeringen in watersysteem Strategische grondvoorraad Herstelmaatregelen Nieuw Limburgs Peil 2010-2011-2012 30 jaar 2005 n.v.t 2011-2012-2013 30 jaar 10.546,0 p.m. 900,0 Programma bestuur, communicatie en heffingen Communicatiemiddelen staf ICT voorzieningen bestuur (o.a. i-pad, wifi voorzieningen etc) GMO 2014 2010-2011-2012 5 jaar 2012 3 jaar 2013 5 jaar 78,0 200,0 50,0 Programma bedrijfsvoering Kennis & Advies: Instandhouding Geografisch informatiesysteem 2012 5 jaar 303,0 inrichting grootschalige basiskaart Koppeling Iris met ander systemen Project op orde brengen Gis gegevens 2013 5 jaar 2009 5 jaar 2009 5 jaar 150,0 200,0 173,8 Vergunningen en Handhaving: ICT Vergunningen en Handhaving 2009 3/5 jaar 300,0 Programma watersysteem op orde: geschikt voor grondgebruik Vervanging gemalen/stuwen Vervanging meetapparatuur monitoring Opstellen nieuwe legger Uitbouw Ibrahym/Wahyd Doorontwikkeling Ibrahym Bos-Omar Herijking waterstysteemtoets Project gebiedsdekkend en -gericht standstill Bebording zwemwater 2012-2013 2013 2011 2009 2010 2012 2013 2011 2011 Beheer, onderhoud watersystemen: Tractiemiddelen/materieel buitendienst Vervangingsinvestering huisvesting loods Weert Aanpassing werf Nederweert Vervanging industriële laptops Concern/Middelen: Inrichting werklplekken Diverse ICT investeringen Vervanging mobiele dataverwerking/telefoons Vervanging telefooncentrale+voicelogging Vervanging/instandhouden financieel informatie systeem Digitalisering en professionalisering DIV Totaal onderhanden investeringen medio 2013 (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei 2012-2013 2012 2012 2012 5 jaar 30 jaar 30 jaar 3 jaar 600,0 55,0 300,0 25,0 2010-2011 t/m 2012 2012 2009-2011 2012 2013 10 jaar 3/5 jaar 2 jaar 5 jaar 5 jaar 5 jaar 68,0 1.136,0 40,0 162,0 333,0 101,0 18.433,8 t.l.v. reserve t.l.v. reserve t.l.v. reserve t.l.v. reserve vo o rfinanciering t.l.v. reserve 100% subsidie P ro vincie t.l.v. reserve t.l.v. reserve - 138 - Bijlage 10. Majeure en niet-majeure projecten afdeling Projecten en Veiligheid mandaatbesluit 13 maart 2013 Majeure en niet- majeure projecten Watersysteemherstel MIP 2014-2018 Beekherstel project Ja afsluiten Nee Ja KM Majeur AB-agendapunt in 2014 project Projectnaam 720330 Herinr.Oude Graaf/ret.vz.Sterksel.Aa Ja 720350 Loobeek en Afleid.kan herinr. Kosten totaal 3.133.672 - Ja nee Ja 3,0 720351 Loobeek tr. De Haag 3.214.480 Ja nee Ja 3,0 720352 Loobeek tr. Venraysch Broek 3.000.000 Ja nee Ja 3,0 720353 Loobeek tr. De Spurkt 2.700.000 Ja afsluiten Ja 2,4 720470 Herinrichting Lingsforterbeek 751.447 Ja nee Ja 0,6 720510 Herinr. benedenlp Roode beek 355.471 Ja afsluiten Ja 2,0 720540 Herinrichting Wilderbeek 494.468 Ja afsluiten Ja 2,8 720560 Herinr.Leukerbeek fase 2 1.749.998 Ja nee Nee 720760 Sarsven/Banen 1.120.000 Ja nee Nee 720970 WB21 Algemeen 407.180 Nee nee Nee 720971 WB21 Bestek 1 Buseweg 260.000 Nee nee Nee 720972 WB21 Bestek 2 Leiver Peelke 250.000 Nee nee Nee 720973 WB21 Bestek 3 't Loo 160.000 Nee nee Nee 720974 WB21 Bestek 4 Rosveldlossing e.a. 170.000 Nee nee Nee 720975 WB21 Bestek 5 Weverslo e.a. Ja projectplan Nee 720976 WB21 Bestek 6 Rakerlossing e.a. 1.090.000 Ja projectplan Nee 720977 WB21 Bestek 7 Winnerstraatlossing 1.350.000 Ja projectplan Ja 1,7 721080 Oostrumse beek fase 3 Ja nee Ja 4,5 721180 Herinrichting Heukelomsebeek (2008) 1.063.701 Ja nee Ja 0,6 721260 Maasmonding Lingsforterbeek 1.010.139 Ja nee Nee 721280 NLP Peelvenen / Mariapeel Ja nee Nee 721290 NLP Heidsche Peel Ja projectplan Ja Nee nee Nee afsluiting Ja 0,8 150.000 440.774 444.000 75.096 721450 Meilossing, afronding herinrichting 326.283 Nee 721470 Elsbeek; wateroverlast Tongerlo 216.998 Nee 721490 Venherstel 400.000 nee Nee 721700 Weert: Houtstraatlossing 1 Ja nee Ja 720816 Tungerlroyse Beek Oost Herinrichting 3.978.193 Ja nee Ja 720817 Tung. bk. Oost Neerbk Herinrichting 1.637.247 Ja nee Ja 720880 TuBk fase 3 t/m 6 herinrichting Ja nee Nee Ja nee Ja Ja nee Nee Ja nee n.v.t. 452.000 514.307 720810 Tung. beek West Sanering 3.764.964 720811 Tung. beek West Herinrichting 3.223.881 720815 Tung. beek Oost Sanering 4.987.271 Nee 720818 Tung. bk. Oost Neerbk Sanering 3.475.441 n.v.t. Nee 720819 Overboekingsrek.sanering Tung. bk. n.v.t. nee Nee 721680 Oostrumsche beek: Leunse Paes 27.594 Nee drie-eenheid Nee 721720 Vastleggen 0 sit.herinr.behoeft.bk. 100.000 Nee afsluiting Nee 721730 Gr. Molenb traj. Peelw. A73 herstelw. 225.000 Ja nee Ja 1,0 720240 Herinrichting Schelkensbeek Ja nee Ja 3,6 720340 Herinr. Groote Molenbeek Lollb Ja 18,5 Nee - 820.002 3.431.066 720430 Gr. Molenbeek aanp. Kabr.bk Ja projectplan Nee Kabroeksebeek overkluizing 630.000 Nee nee Nee Kabroeksebeek Onderhoudspad 580.000 Nee nee Nee Kabroeksebeek samenwerking Horst 370.000 Nee nee Ja 0,9 720610 Herinrichting Aalsbeek Holtmühle Ja projectplan Ja 2,0 720650 Herinr.bvnlp.Gr.M.bk.Boksloot 1.028.654 Ja projectplan Ja 2,5 721060 Everlose Beek Omleiding 1.299.998 Ja projectplan Ja 2,0 721240 Everlose Beek Maasmonding 3.060.498 Nee nee Ja 2,4 721270 Maasmonding Broekhuizermolenbeek 135.000 Ja nee Ja 0,2 721421 Springbeek Maasmonding 619.483 Ja nee Ja 2,2 721460 Tielebeek; herinrichting benedenloop 552.787 Ja n.v.t. Ja Ja projectplan Ja 3,6 721481 Groote Molenbeek A73 3.016.428 Ja nee Ja 2,6 721482 Lollebeek Oost A73 1.975.000 Ja projectplan Ja 2,0 721510 Venlose Molenbeek Herinrichting Nee nee Nee 721690 Zandvang Leudal n.v.t. n.v.t. Nee 720499 Rente strategische grondvoorraad 721480 Maasgaard Algemeen 67,9 Totaal Geprioriteerde projecten (A) (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei 300.001 35.000 860.000 900.000 1.346.732 67.680.252 - 139 - Majeure en niet- majeure projecten Watersysteemherstel MIP 2014-2018 Majeur AB-agendapunt in 2014 Beekherstel project KM project Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja nee projectplan drie-eenheid drie-eenheid projectplan drie-eenheid nee drie-eenheid projectplan Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja 2,5 4,7 5,7 4,0 1,2 4,0 4,0 3,4 2,4 31,9 720530 720700 720710 721310 721330 721340 721350 721360 721420 99,8 Projectnaam Herinr. Broekhuizer Molenbeek Herinr.Haelensebeek Hhu-Nunhem Herinr.Roggelsebk Heibl-Roggel Bovenloop Aalsbeek Herinrichting Teutebeek Herinrichting Thornerbeek Herinrichting Uffelsebeek (rest) Herinrichting Vliet Herinrichting Springbeek , Dubbroek Totaal Reserveprojecten (B) Totaal generaal (A+B) Kosten totaal 1.000.000 3.150.000 3.140.000 1.799.999 760.000 1.200.000 840.000 1.364.465 777.178 14.031.642 81.711.894 Toelichting: De opsomming betreft watersysteemprojecten die we in 2014 onder handen hebben, onderverdeeld in prioritaire projecten en reserve projecten. Reserve projecten zijn projecten die in uitvoering kunnen worden genomen als financiële ruimte ontstaat binnen de geprioriteerde projecten. Die ruimte kan ontstaan doordat bijvoorbeeld vertraging optreedt in de voortgang omdat gronden niet beschikbaar komen. In de lijst is onderscheid gemaakt tussen majeure en niet majeure projecten. Deze onderverdeling geeft invulling aan het mandaatbesluit van 13 maart 2013. Krachtens dat besluit mandateert het algemeen bestuur, bij het vaststellen van de begroting, de kredietvotering en planvaststelling van “overige projecten” (niet majeure) projecten aan het dagelijks bestuur. De aanduiding “AB-agendapunt in 2014” betreft een planningsindicatie. Het geeft aan of in de loop van 2014 besluitvorming door het algemeen bestuur is gepland voor het betreffende project. De omschrijving “drie eenheid”- “Projectplan” of “afsluiten” duidt op de aard van de besluitvorming voor start, respectievelijk afsluiting van projectfasen zoals bedoeld in het projectstatuut. - Drie-eenheid: betreft de afsluiting van de pre-project en initiatiefase en daarmee de start van opeenvolgende uitvoeringsfasen; - Projectplan: betreft de vaststelling van het projectplan (beslismoment binnen de opeenvolgende uitvoeringsfasen) - Afsluiting: betreft de formele afsluiting van het project. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 140 - Bijlage 11. Dijkversterking 2012-2024 Dijkversterking 2012 -2024 0 7 geen besluit VO PIP programma op basis € 160 miljoen dijkringen Ja Ja STATUS ja vaststellen projectplan pakket 1 maatregel oplevering maatregelen Motivatie Majeur Ja AB-agendapunt in 2014 0 to do 4 pm project Projectnaam Kosten totaal in € (gevoteerd krediet) 726200- Priotitaire dijkversterking 726290 (bestuursovereenkomst Maaswerken) 726300 Restpunten RVG kaden (overeenkomst maaswerken) 726310 Gebiedsontwikkeling Ooijen Wanssum 726072 nHWBP (bestuursovereenkomst Waterveiligheid Maas) 11 Totaal 42.000.000 5.300.000 500.000 6.500.000 54.300.000 De opsomming betreft de verschillende projectonderdelen van de dijkversterking op basis van de verschillende afgesloten (bestuurs-) overeenkomsten. De lijst is een invulling aan het AB besluit 2013.12881 betreffende de kredietvotering dijkversterkingsprojecten, vastgesteld als volgt: a. Prioritaire dijkversterking:€ 42,0 miljoen. b. Restwerkzaamheden € 5,3 miljoen. c. nHWBP € 6,5 miljoen. d. Ooijen Wanssum € 0,5 miljoen. Krachtens het besluit mandateert het algemeen bestuur, bij het vaststellen van de begroting, de kredietvotering en planvaststelling van “overige projecten” (niet majeure) projecten aan het dagelijks bestuur. De dijkversterkingsprojecten zien we als majeure projecten gelet op de (maatschappelijke) impact. De aanduiding “AB-agendapunt in 2014” betreft een planningsindicatie. Het geeft aan of in de loop van 2014 besluitvorming door het algemeen bestuur is gepland voor het betreffende project. Voor de prioritaire dijkversterking betreft dit het vaststellen van het Projectplan voor maatregel uit het eerste pakket. Voor de restpunten RVG oplevering van de werken en beëindiging overeenkomst. Voor Ooijen Wanssum is opgenomen het VO PIP (voorlopig ontwerp Provinciaal InpassingsPlan). Formeel is de besluitvorming aan de provincie Limburg. Bestuurlijk is afgesproken de besluitvorming voor te leggen aan de regionale besturen (waterschap en gemeenten). Voor nHWBP (nieuw HoogWaterBeschermingsPlan) is opgenomen het besluit over de volgorde of prioritering van de dijkversterking in de overige dijkringen. (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 141 - Bijlage 12. Lijst met afkortingen AB Algemeen bestuur AHN Algemeen hoogtekaart Nederland AID Algemene inspectie dienst AMVB Algemene maatregel van bestuur AWA Afvalwaterakkoord BAG Basisregistratie adressen en gebouwen BBP Beleids- en beheerproducten òf Bruto Binnenlands Product BGT Basisregistratie Grootschalige Topografie BHV Bedrijfshulpverlening BOS Beslissingsondersteunend systeem BR Bestemmingsreserve BRK Basisregistratie kadaster BRT Basisregistratie topografie BSGW Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen BTW Belasting over de toegevoegde waarde BV Besloten vennootschap BZV Biochemisch zuurstof verbruik CAO Collectieve arbeidsovereenkomst CBS Centraal bureau voor de statistiek CDM Centraal dienstverleningsmeldpunt CPB Centraal Plan Bureau CZV Chemisch zuurstof verbruik DB Dagelijks bestuur DHZ Deltaplan Hoge Zandgronden DLG Dienst landelijk gebied EHS Economische hoofdstructuur EMU Economische en Monetaire Unie EU Europese unie FEWS Flood early warning system FIDO Wet financiering decentrale overheden FILO Wet financiering lagere overheden FLIWAS Flood information and warning system FTE Fulltime equivalent GBA Gemeentelijk basisregistratie GBKN Grootschalige basiskaart Nederland GBS Gemalenbeheersysteem GGOR Gewenst grond- en oppervlaktewaterregime GIS Geografisch informatiesysteem GMO Grootschalige multidisciplinaire oefening GO Georganiseerd overleg GRP Gemeentelijk rioleringsplan GWW Grondwaterwet HRM Human resource management HWBP Hoogwaterbeschermingsprogramma IBA Individuele behandeling van afvalwater IBP Informatie beleidsplan IBRAHYM Integraal beheersgebieddekkend regionaal hydrologisch modelinstrumentarium ICT Informatie- en communicatietechnologie IGU Integrale gebiedsuitwerking ILG investeringsbudget landelijk gebied ILOW Integraal laboratoriumoverleg waterkwaliteitsbeheerders INTERREG Interregionaal samenwerkingsverband IRIS Integraal Resultaatgericht Informatie Systeem IWBP Integraal waterbeheerplan KAM Kwaliteit, arbeidsomstandigheden en milieu (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 142 - KRW Kaderrichtlijn water KVK Kamer van koophandel LCCM Landelijke coördinatie commissie muskusrattenbestrijding LLTB Limburgse Land- en Tuinbouwbond LVO Landelijke voorziening omgevingsloket MA Maatgevende afvoer MIP Meerjareninvesteringsprogramma MIRT Meerjarenprogramma infrastructuur, ruimte en transport MLD Miljard MLN Miljoen MRD Miljard MVO Maatschappelijk verantwoord ondernemen NHI Nationaal Hydrologisch Instrumentarium NLP Nieuw Limburgs peil NV Naamloze vennootschap NWB Nederlandse Waterschapsbank OAS Optimalisatiestudie afvalwater systeem OB Onopgeloste bestanddelen OMAR Operationeel modelinstrumentarium voor anticiperend regionaal waterbeheer OR Ondernemingsraad OWL Optimaal waterbeheer in de Landbouw P&C Planning & control P&O Personeel & organisatie PC Personal computer PEN Persoonlijk eigenaarschap nemen PNP Probleem naleef en prioritering POG Provinciale Ontwikkelingszone Groen POL Provinciaal omgevingplan Limburg POP Persoonlijk ontwikkelplan RBAW Regionaal bestuursakkoord waterbodems RI&E Risico inventarisatie en evaluatie RWS Rijkswaterstaat RWZI Rioolwaterzuiveringsinstallatie SEF Specifiek ecologische functie SGBP Stroomgebiedbeheersplan SMARTI Specifiek, meetbaar, activerend, realistisch, in tijd gezet, inspirerend SOBEK-WQ Software voor waterkwaliteitsberekening SSW Samenwerkingsverband subsidiecoördinatoren waterschappen STOWA Stichting toegepast waterbeheer TMX Telemonitoringsysteem TOP Lijst natuurgebieden met voorrang tussen nu en 2015 op het bereiken van natuurherstel UVW Unie van waterschappen VNG Vereniging van Nederlandse gemeenten VOF Vennootschap onder firma VRL vestigingenregister Limburg VSS Volledige schadeloosstelling VWL Verordening waterhuishouding Limburg WABO Wet algemene bepalingen omgevingsrecht WAO Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering WATAK Waterakkoord WB21 Waterbeheerplan 21e eeuw WBL Waterschapsbedrijf Limburg WBP Waterbeheerplan WHVBZ Wet hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden WIA Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen WILG Wet Inrichting Landelijk Gebied WML Watermaatschappij Limburg WOPT Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 143 - WOZ Wet waardering onroerende zaken WPM Waterschap Peel en Maasvallei WRO Waterschap Roer en Overmaas WVO Wet verontreiniging oppervlaktewater WWH Wet op de waterhuishouding ZLTO Zuidelijke Land- en Tuinbouworganisatie ZW Ziektewet (Meerjaren)begroting 2014-2018, Waterschap Peel en Maasvallei - 144 -
© Copyright 2025 ExpyDoc