G E M E E N T E (ļ\j^ Paraafsecretaris NOO R D E N V E L D Paraaf direct leidinggev snde î ADVIES I AAN BURGEM EESTER ADVIES VAN Datum EN W E T H O U D E R S ONDERWERP 2.0Z ' ' 5 juni 2014 Taakveld IO Opsteller P. Hovinga Telefoon 256 Registratie BW14.0431 VOORSTEL E E R D E R E BESLUITVORMING 2SY (í/éjř Meicirculaire 2014 I ^ a M OPENBAAR actief ja V passief nee Mei- en septembercirculaire 2013 1 ì INFORMEREN BETROKKENEN S ja I BIJLAGEN 1 I VOORGESTELD BESLUIT INFORMATIE RAAD ACTIEF 3 * Meicirculaire 2014 1 nee D nee OR nee 1 MIDDELENINZET Investering I. De financiële gevolgen uit de meicirculaire verwerken in 2014 (via de najaarsnota) en in de begroting 2015. 1 De gemeenteraad middels bijgevoegde brief informeren. Jaaríast Dekking BEHANDELING IN Vergadering B&W d.d. 17 juni 2014 Raadscommissie d.d. Raad d.d. I ; B E S L U I T B&W ' PARAFEN B&W Besluit d.d. Conform Burgemeester H. Kosters G. Alssema A.H. Wekema R.J. Auwema ARCHIEF Paraaf verzending Verzonden d.d. Aangekomen d.d. Bespreken I OVERWEGINGEN Algemeen Op 30 mei jl is de meicirculaire 2014 ontvangen. De in de circulaire opgenomen informatie is gebaseerd op de Voorjaarsnota van het Rijk. De circulaire wordt aangemerkt als een van de belangrijkste van de afgelopen decennia. Dat komt vooral door de instelling van het deelfonds sociaal domein als gevolg van de 3D(ecentralisatie) operatie. Het gemeentefonds krijgt daarmee in 2015 een omvang van C 27,5 miljard en is daarmee de 4 post op de rijksbegroting geworden. In het voorwoord bij de circulaire is vermeld dat de circulaire bedoeld is voor financieel specialisten. Om een bredere verspreiding van belangrijke informatie te bereiken bevat het eerste hoofdstuk hoofdzaken voor bestuurders en nietfinanciële gebruikers van de circulaire. Deze zijn in het vervolg op dit advies ook opgenomen. Desondanks is niet te voorkomen dat ook aan de meer financieel-technische onderwerpen aandacht moet worden besteed omdat zij direct gevolgen hebben voor de gemeentebegroting. Hierdoor telt dit advies meer bladzijden dan gebruikelijk. Om dit advies toch nog leesbaar te houden is afgezien van een gedetailleerde analyse per maatstaf. Achtereenvolgens wordt in dit advies ingegaan op de decentralisaties sociaal domein, het uitkeringsjaar 2014, uitkeringsjaar 2015, uitkeringsjaar 2016 e.v. en overige onderwerpen die in de circulaire aan bod komen. e İ Deelfonds sociaal domein Het belangrijkste item uit de meicirculaire is het deelfonds sociaal domein. M et ingang van 2015 worden gemeenten op grond van de Wmo 2015, de Jeugdwet en de Participatiewet integraal verantwoordelijk voor het sociaal domein. De decentralisatie gaan in 2015 gepaard met een toevoeging van C 10,4 miljard aan het gemeentefonds. Hiertoe is het deelfonds sociaal domein in het leven geroepen, een tijdelijke bijzondere uitkeringsvariant binnen het gemeentefonds. De wet is tijdelijk en vervalt na drie jaar. Vanaf 2018 vallen de middelen uit het deelfonds geheel binnen de reguliere uitgangspunten van het gemeentefonds en de Financiële-verhoudingswet. Gemeenten mogen middelen uit het deelfonds alleen besteden binnen het sociaal domein. Gemeenten mogen zelf bepalen hoe deze middelen verdeeld worden over de taken die in de Jeugdwet en de Wmo 2015 aan gemeenten zijn toegekend respectievelijk de taak voor gemeenten om participatievoorzieningen aan te bieden. Er is niet gekozen voor toevoeging van bestaande gemeentefondsmiddelen, zoals bijvoorbeeld de integratie-uitkering Wmo, aan het deelfonds. Gemeenten krijgen de mogelijkheid om binnen de bestedingsvoorwaarde middelen te reserveren om schommelingen in de (zorg)vraag te kunnen opvangen. Hierna wordt achtereenvolgen ingegaan op de verdeling van het macro-budget van de Wmo 2015, jeugd en participatie. Wmo 2015 In 2015 worden de budgetten die samenhangen met de nieuwe taken behorend bij de Wmo 2015 verdeeld op grond van historische uitgaven. Dit betekent dat de budgetten worden gerelateerd aan een reconstructie van feitelijke? uitgaven op gemeentelijk niveau. Januari 2014 is in een internetbericht een eerste voorlopige inzage geboden in het macrobudget en de verdeling daarvan per gemeente. M ochten we toen nog rekenen op een budget van ê 5.636.000, door de actualisatie hiervan (gebaseerd op de data uit 2013) blijkt dat het budget substantieel lager uitvalt. In de bijlage bij de circulaire is vermeld dat Noordenveld voor 2015 een bedrag van C 4.573.000 tegemoet kan zien. Het verschil is onder andere een gevolg van het zorgakkoord waarin staat dat AWBZ-zorgzwaartepakket ZZP-4 niet overgaat naar de Wmo/gemeenten. De reductie op de taken resulteert in een reductie van het macrobudget. Daartegenover staat dat de effecten van extramuralisering, volumegroei en loon- en prijsbijstelling aanleiding gaven tot het verhogen van het budget. Ook is het geschatte bedrag voor de eigen bijdragen (C 179 miljoen) in mindering gebracht op het macro-budget. In 2016 wordt een objectief verdeelmodel ingevoerd. Dit model zal op korte termijn worden gepubliceerd. Bij de septembercirculaire 2014 wordt het objectieve verdeelmodel voor de verdeling van het budget 2016 definitief vastgesteld. Dat betekent dus dat voor de begroting 2015 de meerjarenraming nog niet bekend is en voorlopig zal moeten worden gebaseerd op het uitkeringsjaar 2015. 1 Jeugd De verdeling van het beschikbare budget Jeugdwet 2015 vindt ook plaats op basis van historische gegevens over het gebruik van jeugdhulp op gemeentelijk niveau (als bron zijn de cijfers van het Sociaal Cultureel Planbureau en Cebeon gebruikt). In een eerdere circulaire werd nog een indicatie gegeven van C 5.473.000. Inmiddels blijkt dat wij bij de actualisatie 8,8 7o meer budget ontvangen en wel C 5.956.000. In 2016 wordt een objectief verdeelmodel ingevoerd. Naar verwachting zal deze december 2014 gereed zijn, waarna gemeenten worden geïnformeerd over het budget 2016. Bij de meerjarenraming zal dus voorlopig moeten worden uitgegaan van de raming 2015. 0 Participatie Gemeenten ontvangen op dit moment van het Rijk budget om mensen met arbeidsvermogen naar werk toe te leiden: het Participatiebudget (voor de gemeente Noordenveld bedraagt dit in 2014 een budget van C 820.000 voor reintegratie en C 68.000 voor educatie). Vanaf 1 januari 2015 gaat de Participatiewet in. Mensen met arbeidspotentieel kunnen niet meer de Wajong instromen en de Wsw wordt afgesloten voor nieuwe instroom. Vanaf 1 januari 2015 vallen de mensen met een arbeidsbeperking maar met arbeidsvermogen onder de verantwoordelijkheid van de gemeenten. Als gevolg daarvan is vanaf 2015 een nieuw verdeelmodel noodzakelijk. Met de VNG is bestuurlijk overeenstemming bereikt over het nieuwe verdeelmodel Participatiebudget. Momenteel worden deze afspraken doorgerekend en is het helaas niet gelukt om het budget bij deze circulaire mee te nemen. Naar verwachting worden in de loop van juni de indicatieve bedragen aan de gemeenten bekend gemaakt. Overgangsregeling De overgang in 2016 van de historische verdelingen naar objectieve verdeelmodellen kunnen aanzienlijke herverdeeleffecten tussen gemeenten opleveren. Het ministerie geeft dan ook aan dat de overgang aanleiding kan geven tot het instellen van een overgangsregeling. Het Rijk zal de noodzaak daartoe nader onderzoeken. Verantwoording en monitoring Het ministerie stelt nadrukkelijk dat het college van burgemeester en wethouders over de besteding uitsluitend financiële verantwoording aflegt aan de gemeenterad. Het Rijk vraagt geen verantwoording over de rechtmatigheid van de besteding aan gemeenten. Wel zal het Rijk de uitvoering van taken van het sociaal domein 3D monitoren om de "syteemverantwoordelijkheid van vakministers en fondsbeheerder te kunnen waarborgen". Het Rijk ontvangt mede daartoe via het informatiesysteem Informatie voor derden (IV3) per gemeente informatie over de besteding van de middelen. Iv3 is een verantwoording aan het Rijk (via het C B S ) van de gemeentelijke uitgaven en inkomsten per (verplicht voorgeschreven) functie-indeling. De vertaalslag van de programmabegroting (producten) vindt plaats middels een conversietabel. De Iv3 verantwoording loopt over 4 kwartalen en een eindrapportage bij de jaarrekening. Om aanvullende zekerheid te krijgen over de betrouwbaarheid van de lv3-informatie over de bestedingen in het sociaal domein wordt aan gemeente gevraagd om bij de eerste Iv3-kwartaallevering in 2015 eenmalig een goedkeurend oordeel van de accountant over de juistheid en volledigheid van de conversie van producten naar functies en categorieën te leveren. Bij de septembercirculaire 2014 zal hierover nadere informatie worden verstrekt. De accountant zal in het kader van zijn reguliere werkzaamheden voor de jaarrekeningcontrole 2015 (in 2016) ook de rechtmatigheid van de besteding en reservering van de uitkering uit het deelfonds betrekken. De bestedingsvoorwaarde uit de tijdelijke wet maakt dus onderdeel uit van het toetsingskader voor de accountantscontrole. Hiervoor zal door het Rijk een handreiking worden opgesteld met een toelichting op het normen- en toetsingskader en een nadere duiding bij bepalingen in wet- en regelgeving. Uitgaven Bij de primitieve begroting 2015 zullen de inkomsten en verwachte uitgaven van de decentralisaties moeten worden opgevoerd. Inmiddels is een eerste cijferopstelling ontvangen van het transitieteam. Omdat het uitgangspunt van de gemeenteraad is dat de operatie budgettair neutraal verloopt zullen de uitgaven in overeenstemming moeten zijn c.q. worden gebracht met de in de circulaire vermelde inkomsten. Een complicatie daarbij is dat het Participatiebudget nog niet bekend is en dat de meerjarencijfers (vanaf 2016) ook nog niet bekend zijn. Pas bij de september/december circulaire 2014 zullen de gegevens (op basis van het objectieve verdeelmodel) bekend worden gemaakt. Bij de jaarrekening (2014) kan een eventueel saldo worden gereserveerd. In de aanbiedingsbrief bij de begroting 2015 zal ruim aandacht aan dit onderwerp worden besteed. Uitkeringsjaar 2014 Accres algemene uitkering Het accres 2014 wordt, ten opzichte van de raming in de septembercirculaire 2013, (weer) neerwaarts bijgesteld. Hieronder volgt een toelichting op de meest relevante mutaties die van invloed zijn op het accres. Allereerst is sprake van gewijzigde macro-economische ontwikkelingen. Vanaf 2014 is sprake van een structureel lagere prijsontwikkeling, die doorwerkt in de aan de departementale begrotingen toegevoegde prijsbijstelling. Dit leidt tot een neerwaarts bijstelling van het accres. In 2014 is ook sprake van een lagere loonontwikkeling, die ook doorwerkt in de departementale begrotingen. Deze beide ontwikkelingen drukken het accres in 2014 met ongeveer C 70 miljoen. Structureel is juiste sprake van een hogere loonontwikkeling. Daardoor wordt het neerwaartse effect op het accres van de lagere prijsontwikkeling gedempt tot ongeveer C 30 miljoen structureel. Vervolgens is er sprake van een meevaller van ruim 6 100 miljoen bij de dividenden op staatsdeelnemingen voor de jaren 2014 en verder. Door deze meevallers dalen de netto-uitgaven van het Rijk en daardoor daalt het accres vanaf 2014. Daarnaast stijgt het accres als gevolg van wijzigingen in de Participatiewet, door meer uitgaven aan de Wajong vanaf 2016. Als laatste is besloten tot enkele kasschuiven. Op de begroting van Infrastructuur en Milieu worden middelen uit 2014 (ongeveer C 250 miljoen) doorgeschoven naar de jaren 2016 en 2017 om de schommelingen binnen het budget te egaliseren. Dit drukt het accres in 2014. Op de begroting van OCW vindt een kasschuif plaats van C 450 miljoen van 2015 naar 2014 voor de OV-studentenkaart om het kasritme van de staat te optimaliseren. Ten opzichte van de septembercirculaire 2013 daalt de uitkeringsfactor met 10 punten (voor Noordenveld is dit C 19.000 per punt). Hier staat weer tegenover dat er middels enkele beleidsintensiveringen (zie hierna) C 75.000 aan het gemeentefonds wordt toegevoegd. Inclusief enkele kleine, autonome, mutaties op de maatstaven daalt de algemene uitkering tov de septembercirculaire metC 100.000. Integratie-uitkering 2014 De integratie-uitkering Wmo maakt deel uit van de algemene uitkering. Een integratie-uitkering betreft de toevoeging van een (vaak) voormalige specifieke uitkering aan het gemeentefonds. Het ministerie gebruikt deze systematiek mede vanwege de omvang van de herverdeeleffecten. Deze uitkering voorziet in een geleidelijke overgang van een specifieke naar een algemene uitkering. De termijn van overheveling naar de algemene uitkering staat van te voren vast. t| Tot en met de begroting 2014 werden voor- en nadelige verschillen op de Wmo via een aparte bestemmingsreserve verrekend. De reserve bestaat nog steeds doch wordt nu uitsluitend als buffer gebruikt (10 Zo van het exploitatie). Dat betekent dat de integratie-uitkering vanaf 2014, alhoewel nog steeds apart zichtbaar, deel uitmaakt van de algemene uitkering. o Ten opzichte van de septembercirculaire 2013 neemt de uitkering toe met C 90.000. Taakmutaties Bij deze circulaire zijn eenmalig extra middelen beschikbaar gesteld voor de invoeringskosten die gemeenten maken voor het onderdeel decentralisatie jeugd. In 2014 is al 6 8 miljoen aan het gemeentefonds toegevoegd. Bij deze circulaire vindt nog eens een toevoeging plaats van C 30 miljoen. V oor Noordenveld betreft dit een bedrag van C 61.000. Het transitieteam zal een verzoek aan het college kunnen richten om vermeld bedrag te oormerken. Bij de najaarsnota kan dan (achteraf) het collegebesluit richting gemeenteraad worden geformaliseerd. Tevens worden extra middelen beschikbaar gesteld voor het ontwikkelen van activiteiten om de mantelzorgondersteuning naar een hoger niveau te tillen, zodat op het moment dat het wetsvoorstel Wmo 2015 in werking treedt, integraal maatwerk in de praktijk kan worden geleverd. Het is de bedoeling dat met deze middelen een merkbare verbetering van de ondersteuning van de individuele mantelzorger in de gemeente worden gerealiseerd. Gemeenten kunnen - rekening houdend met de lokale situatie en gebruik maken van de aanwezigdļ kennis en expertise - hierbij eigen prioriteiten stellen. Incidenteel wordt een bedrag van C 6 miljoen via een decentralisatie-uitkering aan gemeenten ter beschikking gesteld. Ook hiervoor geldt dat de vakgroep (WOS) een voorstel kan doen aan het college om de middelen (Noordenveld ê 14.000) te oormerken. Vervolgens kan het verzoek bij de najaarsnota richting raad worden geformaliseerd. Indien het college deze gelden oormerkt zal het nadeel in de algemene uitkering toenemen met 6 75.000. Effect voor de gemeentebegroting 2014 Bij de voorjaarsnota 2014 is het nadeel tussen de meicirculaire 2013 en de septembercirculaire ad C 557.000 gemeld. Deze werkt overigens structureel door in 2015. In 2014 heeft het nadeel niet geleid tot een budgettair effect omdat de aanvankelijk grote plus in de uitkering 2014 voor een groot deel (C 1 miljoen) voorlopig in de algemene reserve is gestort. Dit mede ook omdat bij de meicirculaire 2013, waarop de gemeentebegroting 2014 is gebaseerd, al aangegeven was dat nadere bezuinigingen in de loop van 2013 tot een aanzienlijke daling van het accres zou leiden. Volgens de meicirculaire 2014 valt de algemene uitkering t.o.v. de septembercirculaire 2013 ũ 100.000 lager uit. Indien het college de verzoeken tot beleidsintensiveringen honoreert zal het nadeel toenemen tot C 175.000. Hiertegenover staat dus een hogere wmo-uitkering van 6 90.000. Uitkeringsjaar 2015 Accres algemene uitkering Vanaf 2015 is er sprake van een positieve bijstelling van het accres. Deze accreseffecten zijn het resultaat van een veelheid aan mutaties op de rijksbegroting. Zie hiervoor ook de toelichting bij het accres 2014 waarvan de maatregelen deels doorwerken in 2015 en verdere jaren. De algemene uitkering bedraagt voor 2015 (dus excl de integratie-uitkering Wmo en het deelsfonds sociaal domein) C 23.843.000. Integratie-uitkering Wmo De integratie-uitkering Wmo kent een eigen systematiek. Waar bij de algemene uitkering nog sprake is van een accres wordt op de integratie-uitkering een aparte indexatie toegepast. Voor 2015 is de volume-index 2,38 Zo. De uitkering 2015 valt fors lager uit. In 2014 bedraagt de (bij de meicirculaire) bijgestelde uitkering nog C 3,7 miljoen, in 2015 valt deze door de maatregelen uit het Regeerakkoord terug tot C 2,7 miljoen. In het Regeerakkoord is opgenomen dat het budget voor huishoudelijke hulp in 2015 met C 975 miljoen wordt gekort. Deze korting is later verlaagd tot C 465 miljoen. Een aantal maatregelen hebben echter ook weer een opwaarts effect op de uitkering: -als gevolg van het extramuraliseren van lichte zorgzwaartepakketten voor nieuwe gevallen blijven mensen langer thuis wonen waardoor het beroep op de Wmo mogelijk zal toenemen. Voor 2015 wordt ter compensatie van de kosten totaal C 78 miljoen beschikbaar gesteld. -in 2014 is ter compensatie van de afschaffing van de Wtcg (Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten) C 45 miljoen via de integratie-uitkering uitgekeerd. Vanaf 2015 maakt het budget onderdeel uit van het deelfonds sociaal domein. In 2015 gaat het om C 216 miljoen. -voor 2015 is een budget van C 10 miljoen oplopend tot structureel C 50 miljoen in 2017 beschikbaar. Dit bedrag wordt vanaf 2015 via het deelsfonds sociaal domein uitgekeerd. 0 Taakmutaties Taakmutaties zijn toevoegingen of onttrekkingen aan het gemeentefonds die samenhangen met een vermeerdering of vermindering van taken. Voor Noordenveld gaat het om de volgende bedragen: -wuw-integratie C 1.763 -ingroeiregeling onderwijshuisvesting " 4.824 -aanvullende bijstand 6Ö+ " -1.211 -nup " -270.472 -scootmobielen " -28.728 -maatschappelijke stages " -24.631 -transitiekosten decentralisatie awbz begeleiding naar de Wmo " -69.870 -dualiseringskorting " -32.919 -digitaal klantdossier " 445 -armoedebeleid " 23.135 -individuele studietoeslag " 6.943 -maatregelen WWB " -7.136 -overheveling buitenonderhoud PO/SO " -248.316 -e-boeken " -14.680 -waterschapsverkiezingen " 44.041 -e-overheid " -445 -uitvoeringskosten participatiewet " 3.958 De korting op onderwijshuisvesting van 6 256 miljoen is niet via de maatstaven doorberekend maar via de uitkeringsfactor. Vakgroepen kunnen tot 1 augustus aangeven of zij een beroep willen doen op de toegevoegde middelen aan het gemeentefonds. Dit kan middels een separaat collegeadvies waarbij dient te worden aangegeven of er beleid wordt gevoerd en/of ontwikkeld op het terrein van de taakmutatie. Tevens moet worden aangegeven of de geraamde uitgaven in lijn zijn met de toegevoegde middelen. Indien vakgroepen een beroep willen doen op 1 of meer taakmutaties gaat dat ten laste van de uitkering van 2015. Er moet nog nadrukkelijk vermeld worden dat de taakmutaties op voorhand geen geoormerkte middelen zijn. De uitkering uit het gemeentefonds is vrij (en algemeen) besteedbaar. Effect voor de gemeentebegroting 2015 In de jaarschijf 2015, bij de begroting 2014, is een bedrag geraamd van C 24.742.000 voor de algemene uitkering en 6 3.399.000 voor de integratie-uitkering is samen C 28.141.000. Uit de meicirculaire 2014 blijkt dus dat de algemene uitkering 2015 uitkomt op ê 23.843.000 en de integratie-uitkering Wmo op C 2.755.000, samen C 26.598.000. Dit betekent, ten opzichte van de meerjarenraming, een lagere uitkering van C 1.543.000. Hiervan is bij de voorjaarsnota 2014 al deels melding gemaakt (gevolgen van septembercirculaire 2013 van C 557.000 die structureel doorwerkt naar 2015 en verdere jaren). Daarnaast wordt het grote verschil voornamelijk veroorzaakt door de grote korting (40 Zo) op de integratie-uitkering Wmo uit het Regeerakkoord (C 650.000). Om deze korting op te kunnen vangen binnen de gemeentebegroting zal een aanzienlijke beleidswijziging binnen de Wmo moeten worden doorgevoerd. Ook de uitname in verband met de verschuiving van het buitenonderhoud scholen naar de lumpsumvergoeding zorgt voor de sterke afname van de algemene uitkering 2015. o Uitkeringsjaar 2016 Vanaf 2015 is sprake van een positieve bijstelling van het accres. In onderstaand staatje is dit weergegeven (in procenten): 2014 2015 2016 2017 2018 2019 Mei 2013 5,95 0,09 0,87 0,54 0,54 Sept2013 4,24 -0,94 0,31 0,79 0,06 \ Mei 2014 2,93 0,62 1,17 0,92 0,20 0,20 Het betreft het nominale accres. Het reëel accres is beduidend lager omdat op het nominale accres de prijsontwikkeling BBP (Bruto Binnenlands Product), zeg maar inflatie, in mindering wordt gebracht. Bij de meicirculaire zijn deze percentages overigens niet opgenomen. Bij de septembercirculaire 2013 was de schatting dat het percentage geleidelijk zou afnemen van 1,5Zo tot 0,6 Zo. Dat betekent dus dat de reële percentages vanaf 2015 negatief zijn. 0 0 In bovenstaand staatje is goed af te lezen dat het accres 2014 (eenmalig) zeer hoog was, maar inmiddels (zoals wel verwacht) lopende het jaar fors naar beneden is bijgesteld. Overige onderwerpen Bommenregeling Het Rijk is voornemens de bommenregeling met ingang van 2015 aan te passen. De belangrijkste aanleiding tot de wijziging is dat de maatstaf nieuwbouwwoningen onvoldoende aansluit bij de kosten van het opsporen en ruimen van explosieven van de zogenaamde 'veelgebruikers' mede door ontwikkelingen op de markt voor nieuwbouwwoningen. De maatstaf nieuwbouwwoningen in het kader van de bommenregeling komt hierdoor per 1 januari 2015 te vervallend De huidige 'veelgebruikers' kunnen met ingang van 2015 een aanvraag indienen over gemaakt kosten vanaf 1 januari 2015. De peildatum voor het indienen van aanvragen in 2015 verschuift eenmalig naar 1 april zodat gemeenten die een aanvraag willen indienen wat meer tijd wordt gegeven. De fondsbeheerders zullen de raad voor de financiële verhoudingen om een advies vragen voor de vormgeving op de langere termijn. In de komende septembercirculaire zullen nadere details worden uitgewerkt en zullen de aanpassingen definitief worden. Omdat de gemeente Noordenveld in verband met de toenmalige munitieopruiming Peest als 'veelgebruiker' is aangemerkt ontvangen wij sinds 2011 een bedrag via de algemene uitkering. De uitkering fluctueert per jaar in verband met het door het ministerie geraamde aantal nieuwbouwwoningen. In 2014 worden we nog bevoorschot op 116 woningen x C 1.300 x de uitkeringsfactor is C 226.000. Overigens is met ingang van 2012 bij de jaarrekening besloten een deel van de uitkering niet in het resultaat op te nemen maar op de balans op te nemen als terug te betalen. Dit omdat de bevoorschotte aantallen nieuwbouwwoningen aanzienlijk afweken van de werkelijk gerealiseerde aantallen. Bij de definitieve vaststelling door het ministerie van de algemene uitkering 2012 en 2013 zal blijken of het ministerie overgaat tot terugvordering. Wel moet worden vermeld dat het bedrag in de algemene uitkering als algemeen dekkingsmiddel in de begroting is opgenomen. Uit de rekenmodellen van het Rijk blijkt dat over 2015 ev de maatstaf nieuwbouwwoningen wordt meegenomen. Voor 2015 betreft het C 300.000. Uit navraag bij het ministerie blijkt dat er een voornemen ligt om de bommenregeling aan te passen. Zodra de voorgestelde aanpassing doorgaat zal deze ook in de rekenmodellen worden doorgevoerd, wat dus de consequentie heeft dat de algemene uitkering nog eens C 300.000 lager uitvalt. Groot onderhoud gemeentefonds In een eerder collegeadvies bent u al uitgebreid op de hoogte gebracht van de (nadelige) gevolgen van C 243.000 voor de gemeente Noordenveld van het groot onderhoud aan het gemeentefonds. De structurele gevolgen zijn verwerkt vanaf het uitkeringsjaar 2015. Uit nieuwe informatie van het Rijk blijkt echter dat de nadelige gevolgen van het groot onderhoud voor Noordenveld aanzienlijk meevalt. Het blijkt namelijk dat dit veroorzaakt wordt door het actualiseren van de onderzoeksgegevens, van kostenoriëntatie 2010 naar 2014. Maar ook door het actualiseren van de aantallen waar het ministerie rekening mee houdt. Tot slot door andere maatstafgewichten dan waar het ministerei aanvankelijk mee rekende (oa nieuwbouwwoningen). Uit de rekenexercities blijkt dat het nadeel voor Noordenveld beperkt blijft tot C 59.000. Ondanks dat het nadelige effect voor Noordenveld onder het maximaal nadelige effect van C 15 per inwoner per jaar is uitgevallen wordt toch nog in het kader van de overgangsregeling nadelige herverdeeleffecten een bedrag ontvangen van 6 11.000. Dit heeft mede te maken met het feit dat de overgangsregeling zich ook uitstrekt tot de integratie-uitkering Wmo als gevolg van het gebruik van de Basisregistratie Adressen en gebouwen (BAG). Voor ruim 75Vo van het gemeentefonds wordt het groot onderhoud per 2015 uitgevoerd. In 2014 zullen het cluster Werk en Inkomen en de clusteronderdelen Brandweer en rampenbestrijding en Volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en stedelijke vernieuwing worden onderzocht, zodat hier het groot onderhoud met ingang van het uitkeringsjaar 2016 kan worden doorgevoerd. Uiteraard zullen eventuele voor- of nadelige verschillen voor onze gemeente pas in 2015 bekend zijn, waarna deze in de begroting 2016 kunnen worden verwerkt. Naar aanleiding van het VNG-advies over het groot onderhoud is tevens besloten om op basis van recente cijfers onderzoek te doen naar de uitgaven voor het clusteronderdeel Onderwijshuisvesting. De resultaten van dit onderzoek zullen worden betrokken bij de 2 fase van het groot onderhoud. e Onderhoud schoolgebouwen Met ingang van 2015 zijn gemeenten niet langer verantwoordelijk voor buitenonderhoud en aanpassingen van schoolgebouwen in het primair onderwijs en het speciaal onderwijs. De verantwoordelijkheid gaat over naar de schoolbesturen. Daartoe worden middelen van de algemene uitkering overgeheveld naar de begroting van OCW. Deze overheveling staat overigens los van de in het Regeerakkoord opgenomen ombuiging in verband met onderwijshuisvesting van C 256 miljoen. Het overgehevelde macrobudget bedraagt C 159 miljoen en is binnen het gemeentefonds verdeeld via de cluster Educatie. Volgens de taakmutaties 2015 is hiermee voor Noordenveld een bedrag gemoeid van C 248.000. Het onderwijs ontvangt de overgehevelde middelen in de lumpsum vergoeding. Voor de gemeentebegroting verloopt de inkomstenstroom budgettair neutraal, doch de vrije besteedbaarheid (van de algemene uitkering) is dus omgezet in geoormerkte gelden. Inzichtelijk zal moeten worden gemaakt door de vakgroepen Onderwijs en OW&A wat de gevolgen zijn voor de overdracht van het onderhoud van de gemeente naar de scholen in de uitgavensfeer. Advies De financiële gevolgen uit de meicirculaire verwerken in 2014 (via de najaarsnota) en in de begroting 2015. De gemeenteraad middels bijgevoegde brief informeren.
© Copyright 2024 ExpyDoc