BIJLAGE 3 Uitkering gemeentefonds (meicirculaire) De omvang van het gemeentefonds beweegt mee met de rijksuitgaven (trap op, trap af). Daarnaast wordt de omvang van het fonds bepaald door diverse generieke kortingen en uitnames of toevoegingen wegens taakmutaties. De hoogte van de uitkering uit het fonds voor een individuele gemeente is afhankelijk van de lokale fysieke en sociale kenmerken (bv.inwoners, woonruimten, bijstandontvangers). Op basis van de meicirculaire 2014 is de nieuwe raming van de uitkering uit het gemeentefonds opgesteld. Hierbij zijn ook de geactualiseerde lokale kerngegevens betrokken. Vanaf 2015 wordt het sociaal deelfonds toegevoegd aan het gemeentefonds. In de meicirculaire zijn de middelen voor de Wmo 2015 en jeugdhulp gepubliceerd. In de loop van juni 2014 worden ook de budgetten voor participatie bekend gemaakt. Uitkering gemeentefonds Huidige raming uitkering gemeentefonds 2014 Nieuwe raming obv meicirculaire, excl deelfonds sociaal domein Uitkering Deelfonds Sociaal domein (WMO & Jeugd) Nieuwe raming uitkering gemeentefonds 2015 2016 2017 2018 26.004 24.136 24.091 23.959 23.959 26.159 24.022 24.331 24.262 24.043 0 10.207 10.207 10.207 10.207 26.159 34.228 34.538 34.468 34.250 De uitkering uit het gemeentefonds is de grootste inkomstenbron van de gemeente. De fluctuaties in de uitkering uit het gemeentefonds hebben sterke invloed op het saldo van de gemeentelijke begroting. Op basis van de nieuwe berekening ontwikkelt de uitkering zich als volgt in de komende jaren. Uitkering gemeentefonds excl deelfonds sociaal domein Mutatie tussen de jaren '2015/2014 2016/2015 2017/2016 2018/2017 -2.138 310 -70 -218 Per 2015 verandert er veel in de uitkering uit het gemeentefonds. Diverse kortingen gaan in 2015 in. Ook is de 1 fase van het groot onderhoud van het gemeentefonds verwerkt in 2015. Hieronder staan de mutaties die per saldo leiden tot C2,1 miljoen minder uitkering voor Krimpen in 2015 tov 2014. s t e Mutaties uitkering 2015 tov uitkering 2014 Berekening uitkering 2014 WMO 2007 Ontwikkeling uitkeringsbasis S Hoeveelheidsverschillen BCF taakstellende korting Korting (generiek) onderwijshuisvesting Nationaal uitvoeringsprogramma Overheveling buitenonderhoud PO SO Suppletie-regeling groot onderhoud verdeelstelsel Lagere apparaatskosten (opschaling gemeenten) Invoeringskosten decentralisatie jeugdzorg (DU) Transitiekosten decentralisatie WMO Suppletieregeling OZB Accresontwikkeling Plafond BTW Compensatiefonds 26.159 -782 -450 -437 -370 -258 -217 -175 -84 -78 -69 -50 151 235 Herverdeeleffecten groot onderhoud gemeentefonds Overige ontwikkelingen Totaal mutaties excl deelfonds 436 10 -2.137 Berekening uitkering 2015 excl deelfonds 24.022 De belangrijke negatieve mutaties, die ervoor zorgen dat in 2015 per saldo de uitkering ca. C2,1 miljoen lager is, worden hieronder toegelicht. WMO 2007 De korting op de integratieuitkering W M O (2007) is de grootste korting in 2015. Vanuit de Rijksoverheid zijn grote bezuinigingen aangekondigd op de hulp bij het huishouden binnen de Wmo. In het Zorgakkoord is vanaf 2015 de korting van 4000) vastgelegd. Dit verklaart voor het grootste deel de mutatie tov 2014. Daarnaast worden in 2015 een aantal uitnames uit de integratie¬ uitkering Wmo gedaan tgv het deelfonds sociaal domein, waardoor de integratie-uitkering Wmo in 2015 nog lager is. Ondanks de bezuinigingen van het Rijk is de integratie-uitkering Wmo voor 2015 nagenoeg toereikend om het Krimpense beleid voor te zetten. De budgetten voor de Wmo-uitgaven zijn vanaf 2014 zelfs met ca. 250.000 structureel verlaagd. De uitdaging is de uitgaven in de pas te laten lopen met de integratieuitkering. Het Rijk heeft de koers ingezet om burgers zo lang mogelijk thuis te laten wonen en te sturen op extramuralisering van de zorg. Dit heeft als effect dat meer burgers langduriger thuis zullen moeten worden verzorgd. Deels zal deze zorg bestaan uit hulp bij het huishouden. De verwachting is dan ook dat de komende jaren de vraag en dus de kosten zullen toenemen. Ontwikkeling uitkeringsbasis S Hoeveelheidsverschillen De verdeling van de algemene uitkering uit gemeentefonds is vanaf 2015 gebaseerd op gegevens op basis van de Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG). Volgens de nieuwe definitie tellen de bijzondere woonruimten (zoals de PI) niet meer mee. Dit leidt tot nadelige effecten in de hoeveelheidveelschillen. Ook het feit dat het aantal bijstandontvangers in Krimpen achterblijft tov de landelijke trend, zorgt voor een lagere algemene uitkering. BCF taakstellende korting In januari 2013 zijn rijk en de decentrale overheden overeengekomen het BTW-CompensatieFonds niet af te schaffen. De taakstellende structurele korting van C 310 miljoen vanaf 2015 blijft echter wel gehandhaafd. Korting (generiek) onderwijshuisvesting In het Regeerakkoord is afgesproken dat C 256 miljoen uit het gemeentefonds wordt overgeheveld naar de begroting van O C W ten behoeve van de scholen in het primair onderwijs en het voortgezet onderwijs. Nationaal uitvoeringsprogramma Deze mutatie loopt vanaf meicirculaire 2011. Dit betreft een voorfinanciering binnen het gemeentefonds waarmee gemeenten in staat zijn investeringen te doen i.h.k.v. de implementatie van de E-overheid. Over de jaren 2011 tot en met 2015 komt deze mutatie budgettair neutraal uit voor gemeenten. In 2016 neemt de uitkering met ca. C 200.000 toe. Overheveling buitenonderhoud onderwijs Met ingang van 1 januari 2015 gaat de verantwoordelijkheid voor buitenonderhoud en aanpassingen van schoolgebouwen voor primair onderwijs en scholen voor speciaal onderwijs over van de gemeenten naar de schoolbesturen. Suppletie-regeling groot onderhoud verdeelstelsel De 1 fase van groot onderhoud verdeleling gemeentefonds gaat in 2015 in en leidt tot herverdeeleffecten. Deze worden in 2 jaar afgebouwd. Krimpen is (per saldo) een voordeelgemeente. Daarom wordt Krimpen in 2015 voor 5000) gekort op het door het rijk geschat voordeel. Vanaf 2016 ontvangt Krimpen een structureel hogere uitkering door de gewijzigde verdeling. s t e Lagere apparaatskosten (opschaling gemeenten) Het Regeerakkoord is opgenomen dat de omvang van de gemeenten wordt opgeschaald. Bij grotere gemeenten passen lagere apparaatskosten. De (generieke) korting op de uitkering gemeentefonds is jaarlijks C 85.000 oplopend vanaf 2015. Invoeringskosten decentralisatie jeugdzorg & Transitiekosten decentralisatie WMO Het kabinet heeft in 2014 incidentele middelen beschikbaar gesteld om gemeenten te compenseren voor de (transitie)kosten die samenhangen met de decentralisaties. Suppletieregeling OZB De supletieregeling wordt jaarlijks met ca. C50.000 afgebouwd. De raming van de algemene uitkering wordt door het rijk minimaal 2 keer per jaar bijgesteld: in mei en in september. Dit zorgt soms voor sterke fluctuaties binnen hetzelfde uitkeringsjaar. Bijvoorbeeld, in de meicirculaire 2013 werd voorspeld dat het jaar 2014 met 60 zou stijgen tov 2013. In de septembercirculaire 2013 werd deze prognose naar beneden bijgesteld. En nu in de meicirculaire is de bijstelling van 2014 tov 2013 nogmaals verlaagd, tot 2 , 9 0 . Voor de jaren die verder in de toekomst liggen betekent het nog meer onzekerheid. Hiermee wordt geïllustreerd dat de septembercirculaire mogelijk andere uitkomsten geeft en aanleiding is tot wijzigingen in financiële meerjarenkader. Ook de komende jaren zijn veel onderdelen van het gemeentefonds in beweging. Vanaf 2016 gaat de 2 fase van groot onderhoud in, wat weer tot herverdeeleffecten kan leiden. Daarbij moet worde opgeteld de onzekerheid over toereikendheid van budgetten voor het sociale domein. Tenslotte vinden van tijd tot tijd korting op de omvang van het gemeentefonds plaats via de achterdeur. Voorbeelden hiervan zijn de uitname vanwege vermeende onderbesteding op onderwijshuisvesting en de korting vanwege verwachte schaaleffecten van steeds grotere gemeenten. d e De uitkering uit het gemeentefonds is dus niet alleen onze grootste inkomstenbron maar ook een die wordt beïnvloed door veel onbeheersbare factoren.
© Copyright 2024 ExpyDoc