Zorgplan Roncalli Sg.

Zorgplan Roncalli Sg.
Bergen op Zoom, 2 april 2013
managementteam Roncalli Sg.
Inhoudsopgave
Inleiding
4
Schoolgegevens
5
Missie van de school
6
Visie op zorg, doelstelling en strategie
7
Toelating tot de school
9
Aanmelding brugklas
Communicatie basisonderwijs
In de brugklas:
Studievaardigheden
Cito-VAS
Screening dyslexieplan Nederland
IST
Aanmelding zij instroom
Communicatie toeleverende school
Aanmelding REC-leerlingen
Toelatingseisen en mogelijkheden
Fysieke toegankelijkheid van de school
Eerstelijnszorg of basisondersteuning
Vakdocent
Klassendocent of mentor
Coördinator
Conrector
Zorgcoördinator
Begeleidingsteam
12
Tweedelijnszorg of breedteondersteuning
ZAT
Het LVS Magister
15
Functionarissen en begeleidingsmogelijkheden in de zorg
Intern
Zorgcoördinator
RT’ er
Dyslexie- dyscalculie-coördinator
Faalangstreductietraining
Examentraining
L.G.F.-coach
Vertrouwenspersoon
Hoogbegaafdheidscoördinator
Extern
Ambulant begeleider
S.M.W.
17
2
Schoolpsycholoog
Leerplichtambtenaar
Schoolarts
Schoolverpleegkundige
Examenvrees training
Derdelijnszorg of diepteondersteuning
21
Lijst van gebruikte afkortingen
23
Bijlagen, procedures en protocollen
25
Aanvraagformulier specifieke zorg
bijlage 1
Dyslexieprotocol
bijlage 2
Dyslexiepas
bijlage 3
Zorglijn dyslexie Roncalli
bijlage 4
Procedure bij het verkrijgen van een digitaal boekenpakket
bijlage 5
Procedure RT
bijlage 6
Internetprotocol
bijlage 7
Protocol sociale media
bijlage 8
Format handelingsplan
bijlage 9
3
Inleiding
Op het gebied van zorg hebben de laatste jaren tal van ontwikkelingen
plaatsgevonden. Reden genoeg om het zorgplan van Roncalli aan te passen aan de
veranderde omstandigheden. Met de invoering van Passend Onderwijs in augustus
2014 lijkt voorlopig aan deze ontwikkelingen nog geen einde te komen. Ook deze
aanpassingen vinden voor zover mogelijk een plaats binnen dit zorgplan.
De afgelopen jaren hebben steeds meer leerlingen met een specifieke
ondersteuningsbehoefte hun weg naar onze school gevonden. Ook de sociaal
emotionele problematiek van de gemiddelde leerling lijkt toegenomen. Als school
moeten we aan deze behoeftes waar mogelijk tegemoet komen of onze weg vinden
naar externe hulpverlening. In dit zorgplan proberen we op de gesignaleerde
problematiek een antwoord te geven. Waar nodig moeten collega’s de kans krijgen te
professionaliseren.
Dit zorgplan volgt de ontwikkelingen op schoolniveau en is afgestemd op het
schoolplan van het Samenwerkingsverband (SWV) Bergen op Zoom zoals dat in het
bezit is van de inspectie.
 Waar klassendocent staat kan ook mentor gelezen worden
 Waar hij/hem staat kan ook zij/haar gelezen worden
4
Schoolgegevens:
Roncalli Scholengemeenschap
Bezoekadres:
Tuinderspad 6
4613CA Bergen op Zoom
Postadres:
Postbus 258
4600AG Bergen op zoom
Brin-nummer: 14 SW
Tel. 0164-241050
Fax. 0164-245224
E-mail: [email protected]
Website: www.roncalli-boz.nl
Studierichtingen:
atheneum
havo
vmbo-tl
Aantal leerlingen 1 oktober 2012: .1209
Schoolleiding:
Rector:
Conrector bovenbouw atheneum en havo
Conrector 3-/4-vmbo tl en 3-atheneum/havo
Conrector brugklas 1 en 2/ zorg
Zorgcoördinator:
5
Dhr. L. Heesters
Mevr. drs. A. Plevier- van Put
Dhr. L. Goossens
Mevr. M. Nuijten- de Mooij
Mevr. M. Geers-van der
Sanden
Missie van de school
De Roncalli scholengemeenschap is een rk/pc-samenwerkingsschool voor
atheneum, havo en vmbo theoretische leerweg (vmbo-tl). Met een vooruitstrevende
onderwijsaanpak stimuleert Roncalli dat haar leerlingen naast het opdoen van de
benodigde kennis ook een persoonlijke ontwikkeling doormaken waarbij leerlingen
geleidelijk leren omgaan met zelfstandigheid, samenwerken en het dragen van
verantwoordelijkheid; competenties die bepalend zijn voor het succes in
vervolgonderwijs en de verdere loopbaan. Roncalli heeft hierbij oog voor iedere
leerling en biedt haar leerlingen een gastvrije leeromgeving waar normen en
waarden, onderling respect, vertrouwen in jezelf en in de ander, betrokkenheid en
een persoonlijke omgang tussen leerling en docent centraal staan.
6
Visie op zorg
Zorg neemt van oudsher een belangrijke plaats in op Roncalli. Elk kind wordt
beschouwd als uniek en waardevol. Ingebed in de Roncalli eigen tempo werkwijze
ligt de nadruk op de individuele ontwikkeling van een kind op alle terreinen: sociaalemotioneel, cognitief en het ontwikkelen van vaardigheden. Hierin spelen zowel
docenten als ondersteunend personeel en medeleerlingen hun rol.
Zorg voor de leerling begint al vanaf het moment van aanmelden. Op het
aanmeldformulieren geven ouders de bijzondere behoeften van hun kind aan en er
vindt een zorgvuldige overdracht vanuit de basisschool plaats. Waar nodig worden
individuele intakegesprekken gevoerd. Al tijdens de kennismakingsmiddag voor de
zomervakantie van groep 8, neemt een ouderejaars leerling een begeleidende rol op
zich, om te zorgen dat een nieuwe leerling zich zo snel mogelijk thuis voelt.
Wanneer een leerling op Roncalli start, wil de school zorgen voor een veilige
omgeving waarin hij optimaal gebruik kan maken van zijn kwaliteiten. Voor het
merendeel van de leerlingen volstaat de basiszorg die de school verleent. Een aantal
leerlingen komt in aanmerking voor extra zorg.
Zorgleerlingen worden zo adequaat mogelijk begeleid. In een aantal gevallen is er
voor zorgleerlingen extra geld beschikbaar vanuit het zgn. rugzakje.
Passend Onderwijs
Vooruitlopend op de invoering van Passend Onderwijs in augustus 2014, neemt
Roncalli deel aan diverse overlegstructuren van het Samenwerkingsverband VO
Bergen op Zoom. De rector maakt deel uit van de stuurgroep, de conrector
middenbouw maakt deel uit van de financiële commissie en de conrector onderbouw
en zorg maakt deel uit van de onderwijscommissie.
Doelstelling van het zorgplan
Op 1 januari is van alle leerlingen, die tijdens de docentenvergaderingen een lager
perspectief krijgen dan volgens hun ingangsadviezen verwacht mag worden, het
perspectief met redenen omkleed en de motivatie voor het perspectief verantwoord in
het leerling-volg-systeem. Voor deze leerling is een plan van aanpak opgesteld en
gecommuniceerd naar docenten, ouders en leerling. Bij de komst van Passend
onderwijs zal voor elke leerling die extra zorg behoeft een ontwikkelingsperspectief
vastgesteld worden. Verslaglegging vindt plaats in het LVS van Magister.
Strategie om doelstelling te bereiken
De perspectieflijst waarop de ingangsadviezen van de leerlingen vermeld staan wordt
door de voorzitter van vergadering bijgehouden. Wanneer een leerling een lager
perspectief krijgt dan op grond van de ingangsadviezen mag worden verwacht, krijgt
de notulant opdracht dit te vermelden in Magister. De vergadering stelt indien
mogelijk een plan van aanpak vast. Na de vergaderingen zal de betrokken
coördinator in samenwerking met de klassendocent deze leerling nauwkeurig volgen.
7
Indien noodzakelijk en mogelijk zal deze leerling extra ondersteuning krijgen. Ook
deze maatregel wordt vermeld in magister.
Voor de leerlingen waarvoor op grond van de extra begeleiding een handelingsplan
moet worden gemaakt, wordt gewerkt met een nieuw format handelingsplan. (zie
bijlage 9).
Registratie gebeurt in het leerlingdossier op de schooladministratie.
8
Toelating tot de school
Aanmelding brugklas
Leerlingen met een schooladvies op minimaal vmbo-tl niveau en een testuitslag met
hetzelfde niveau zijn in principe toelaatbaar tot de brugklas. Voor leerlingen met een
specifieke zorgvraag geldt een uitgebreidere toelatingsprocedure(zie kopje
Aanmelding REC-leerlingen en andere zorgleerlingen).
Aanmelding geschiedt op de centrale aanmeldavonden in Bergen op Zoom. Naast
het aanmeldformulier dat door de ouders volledig wordt ingevuld, wordt door de
school een DOD aangeleverd.
Bespreekgeval
Wanneer een leerling wel een schooladvies vmbo-tl heeft maar een testuitslag op
niveau vmbo-kaderberoeps, wordt de leerling met de ouders uitgenodigd voor een
gesprek met de toelatingscommissie (zorgcoördinator, coördinator en conrector
brugklas). Er wordt met toestemming van de ouders informatie ingewonnen bij de
school van herkomst. Wanneer er bij een leerling naast de testuitslag vmbokaderberoeps ook sprake is van andere zaken die de schoolvorderingen kunnen
belemmeren, wordt hij niet toegelaten. Hierbij kan men denken aan dyslexie,
dyscalculie en ADHD.
Warme overdracht
Naast de digitale overdracht vanuit de basisschool, vindt een warme overdracht
plaats. In november wordt bij basisscholen geïnventariseerd waaraan behoefte is. Zij
hebben keuze uit:
- januari een bezoek aan de basisschool om oud-leerlingen door te spreken;
- telefonische overdracht van gegevens van oud-leerlingen;
- bezoek aan de basisschool door oud-leerlingen of door docenten om over de
nieuwe school te vertellen;
- april een bezoek aan de basisschool.
In het laatste geval kunnen de nieuwe leerlingen, die op dat moment nog op de
basisschool zitten worden besproken. Verder zijn er waar nodig verhelderende
telefoongesprekken of voorgesprekken met ouders.
In de brugklas:
Studievaardigheden
Leerlingen komen op Roncalli van meer dan 40 verschillende basisscholen.
Sommige van deze scholen besteden veel tijd aan het plannen en leren studeren.
Andere scholen geven kinderen zelden huiswerk mee naar huis. In toenemende
mate merken we dat leerlingen niet weten hoe hun huiswerk aan te pakken en in te
plannen. Daarom hebben klassendocenten naast hun mentoruur een uur waarin zij
hun leerlingen studievaardigheden bijbrengen aan de hand van de methode
“Breingeheimen”.
Cito-VAS
Tijdens de tweede week van ’t schooljaar worden de eerste Cito-toetsen bij de
nieuwe brugklassers afgenomen. Ervaring leert wel dat deze lagere resultaten
weergeven dan de resultaten van de Cito-toetsen in het basisonderwijs.
9
Vraag is of dit het resultaat is van de tussenliggende vakantie, overstap naar een
andere school of een andere oorzaak. In samenwerking met het basisonderwijs
wordt gewerkt aan een doorlopende leerlijn taal en rekenen zodat een duidelijke
oorzaak voor de problematiek gevonden wordt.
Met CITO-0 wordt het beginpunt geijkt. De daaropvolgende toets Cito-1 in april is
daarna dan ook belangrijk: laat de leerling en/of de groep voldoende groei zien.
Groepsresultaten worden benut door de werkgroep reken- en de werkgroep
taalbeleid om het beleid van de school daarop aan te passen. Individuele resultaten
worden gebruikt om leerlingen te remediëren indien nodig.
Signaleringsinstrument Protocol Dyslexie VO
De uitvoering hiervan ligt in het begin van het schooljaar in handen van de
dyslexiecoördinator en de docenten Nederlands. Een docent scoort alle onderdelen,
waarna de dyslexiecoördinator deze interpreteert. Hij maakt een overzicht van alle
leerlingen. Ouders krijgen, indien noodzakelijk, d.m.v. een brief informatie over de
uitslag van de toetsen behorend bij het Signaleringsinstrument. Dit kan uiteenlopen
van de mededeling dat er niet direct actie ondernomen hoeft te worden maar dat een
leerling gevolgd blijft worden, tot een advies om een Dyslexie Onderzoek uit te laten
voeren.
Coördinatoren geven op een vergaderlijst aan of een leerling een dergelijke brief
heeft ontvangen. Tijdens de vergaderingen wordt hieraan dan structureel aandacht
besteed.
IST (Intelligentie Structuur Test)
Leerlingen die met een havo of atheneum niveau aangemeld worden voor de
brugklas, mogen deelnemen aan de Intelligentie Structuur Test. Inzet is om
leerlingen die erg hoog uit deze test komen op één of meer gebieden extra uitdaging
te bieden en zo snel mogelijk onderpresteerders uit de groep te selecteren. Ook ISTscores worden vermeld op een vergaderlijst.
Aanmelding zij-instromers
Leerlingen melden zich via een inschrijfformulier aan. Aanmelding komt terecht bij de
conrector van de betreffende afdeling. Deze neemt contact op met de school van
herkomst en gaat dan evt. een gesprek aan met ouders en aangemelde leerling. Een
leerling moet voor 1 april, voorafgaand aan het nieuwe schooljaar, aangemeld zijn.
Tussentijdse aanmelding in principe alleen op verzoek van de school van herkomst
of in geval van verhuizing.
Aanmelding REC-leerlingen en andere zorgleerlingen
Toelatingseisen en mogelijkheden
Wanneer uit de formulieren die verstrekt worden bij aanmelding blijkt dat leerlingen
extra zorg nodig hebben op Roncalli, volgt een aparte toelatingsprocedure. Hiervan
is in ieder geval sprake wanneer de leerling bekend is met een visuele of auditieve
beperking, een gedragsstoornis of een lichamelijke handicap (al dan niet met een
REC-beschikking). De toelatingsprocedure is voornamelijk bedoeld om in beeld te
krijgen of de extra zorg die een leerling nodig heeft, gegeven kan worden door de
school. Andere vereiste is dat de ontwikkeling van andere leerlingen niet verstoord
wordt door de aanwezigheid van deze leerling in een groep. In principe wordt in de
brugklas één zorgleerling, die extra ondersteuning nodig heeft, toegelaten per groep.
10
Na aanmelding volgt een gesprek tussen de toelatingscommissie en de toeleverende
school over de zorg die de leerling nodig heeft. Hierna volgt een intake-gesprek met
de toelatingscommissie. Deze bestaat uit de zorgcoördinator, de coördinator van de
jaarlaag en de conrector van de jaarlaag. Behalve de leerling is tenminste één ouder
aanwezig. Aanwezigheid van ambulant begeleider is toegestaan. Wanneer school
meent dat de zorg voor een kind niet te bieden is, wordt de leerling verwezen naar
een andere school, die deze zorg wel kan bieden.
Fysieke toegankelijkheid tot de school
De school heeft lokalen op verschillende verdiepingen. Tijdens schooljaar 2011-2012
is de school toegankelijk gemaakt voor leerlingen met een lichamelijke handicap door
de plaatsing van een extra lift, een stoellift en automatisch openende deuren.
11
Eerstelijnszorg of basisondersteuning (zie figuur 1)
Dit is ondersteuning die de school zelf in en om groepen en binnen de eigen
organisatie biedt aan alle leerlingen. Hieronder vallen ook de maatregelen van de
school die open staan voor alle leerlingen, zoals Remedial Teaching (RT),
faalangstreductietraining, examenvreestraining e.d.
Vakdocenten
Vakdocenten zijn niet alleen verantwoordelijk voor het overdragen van kennis. Zij
geven ook signalen van zorg door aan de klassendocent; zorgen voor een goed
pedagogisch en didactisch klimaat; volgen adviezen op en komen afspraken na die
rondom de leerling gemaakt zijn.
Klassendocent/mentor
De dagelijkse zorg voor leerlingen is in handen van de klassendocent. Hij zal voor de
belangen van de hem toevertrouwde leerlingen op moeten komen, wanneer de
leerling hiertoe zelf niet in staat lijkt. Dat kan variëren van een luisterend oor, tot het
informeren van vakdocenten over zaken die voor de betreffende leerling van belang
zijn. Tevens zorgen zij dat de groep een sociaal geheel wordt, waar leerlingen zich
prettig en veilig voelen.
Wanneer een klassendocent bemerkt dat er met een leerling iets aan de hand is op
cognitief of op sociaal-emotioneel gebied, dan komt hij als eerste in aanmerking het
probleem op te lossen. Hij onderhoudt hiertoe ook contacten met de ouders.
Wanneer bepaalde zaken te lang aanhouden of het probleem de gewone dagelijkse
probleempjes ontstijgt, neemt hij contact op met de coördinator van zijn afdeling. De
coördinator zal aandacht besteden aan het probleem, of wanneer hij inschat dat het
zijn vermogen te boven gaat, het probleem voorleggen aan het begeleidingsteam.
Coördinator
De coördinator van de jaarlaag neemt de zorgtaken waar van de klassendocent
wanneer deze niet beschikbaar is. Hij begeleidt de vakoverstijgende aspecten van
het team, onderhoudt contact met mede-coördinatoren en directie. Stuurt
klassendocenten aan, begeleidt ze en controleert ze indien nodig. Hij zit rapport- en
leerling-besprekingen voor en draagt bij aan het vaststellen van determinatiebeleid.
Hij is onderdeel van het begeleidingsteam en neemt deel aan het overleg van het
Zorg Advies Team (ZAT-overleg). Hij overlegt met basisscholen voor een warme
overdracht bij nieuwe leerlingen. Bij instroom in een hoger jaar, wordt contact
opgenomen met de toeleverende school.
Wanneer begeleiding de mogelijkheden van de klassendocent te boven gaat, treedt
hij in contact met ouders, leerlingen en externe instanties na overleg met de
conrector of evt. het begeleidingsteam en de zorgcoördinator.
12
Conrector
Deze zit het begeleidingsteam voor. Zorgleerlingen worden tijdens dit wekelijkse
overleg besproken. Ingediende zorgformulieren worden hier besproken en verdere
acties geaccordeerd. Elke conrector is eindverantwoordelijk voor zijn afdeling.
Zorgcoördinator
Wanneer een leerling besproken wordt in het begeleidingsteam, kan hierbij de
zorgcoördinator betrokken worden. De zorgcoördinator stemt hulp voor
zorgleerlingen af met externen.
De zorgcoördinator heeft een twee wekelijks overleg met de conrector Zorg over
algemene zaken die de zorg betreffen.
De zorgcoördinator maakt deel uit van het zorgcoördinatoren overleg van het SWV.
Begeleidingsteam
Het begeleidingsteam bestaat uit de conrector van de afdeling en de coördinator(en)
van de jaarlaag, indien nodig aangevuld met de zorgcoördinator of de betrokken
klassendocent. Dit begeleidingsteam komt wekelijks bijeen voor overleg. Leerlingen
kunnen hier dan ook ingebracht worden door alle personen die betrokken zijn bij een
leerling. De school werkt met een vast format waarin hulp aangevraagd kan worden:
het verwijsformulier specifieke zorg. (zie bijlage 1)
Het team kan tot de volgende beslissingen komen:
Een beslissing op schoolniveau:
1. Er wordt ondersteuning geboden door een functionaris binnen de school. Te
denken valt aan RT, faalangstreductietraining, verwijzing naar de
vertrouwenspersoon, EQ-training, etc.
13
Figuur 1: eerstelijnszorg of
basisondersteuning
14
Tweedelijnszorg of breedteondersteuning (zie figuur 2)
Dit is de in- en externe ondersteuning. De school wil zelf de verantwoordelijkheid
blijven dragen voor het onderwijs, de ondersteuning en de ontwikkeling van de
leerling, maar heeft daarbij de hulp van specialisten nodig.
Een beslissing met inzet van externen
2. Er wordt actie ondernomen door een van de deelnemers van het
begeleidingsteam. Er kan gedacht worden aan het inschakelen van SMW,
schoolarts, leerplichtambtenaar, psycholoog of een andere deskundige. In dit
geval wordt de zorgcoördinator ingeschakeld om deze contacten te leggen, of
in ieder geval op de hoogte gesteld van deze actie.;
3. Het begeleidingsteam komt niet tot een beslissing over het juiste vervolg voor
de leerling of het blijkt een gecompliceerd probleem dat voor meerdere
hulpverlenende instanties in aanmerking komt. De betreffende leerling wordt
voorgedragen voor bespreking in het ZAT. Vanuit het ZAT kan worden
verwezen naar een deskundige zoals boven vermeld, maar kan een leerling
ook verwezen worden naar de derdelijnszorg: de diepteondersteuning.
ZAT
Het zorgadviesteam wordt voorgezeten door de zorgcoördinator. Hierbij is van de
school altijd uit onderbouw, middenbouw en bovenbouw minimaal een coördinator of
conrector aanwezig. Leerlingen worden besproken met toestemming van de ouders.
Verdere aanwezigen zijn:
Sociaal Maatschappelijk Werk (SMW)
Schoolpsycholoog
Schoolarts
Leerplichtambtenaren (LPA)
Vertegenwoordiger van Rebound
Vertegenwoordiger van Jeugdzorg.
Leerlingen worden vanuit de begeleidingsteams aangemeld bij de zorgcoördinator
via het zorgformulier.
Communicatie
Wanneer een leerling ter bespreking wordt aangemeld met een aanvraagformulier
specifieke zorg bij het begeleidingsteam, wordt de uitkomst van de bespreking
gemeld aan de aanvrager. In ieder geval worden altijd op de hoogte gesteld: de
conrector van de afdeling, de coördinator van de jaarlaag, klassendocent, de
zorgcoördinator en de ouders. Bovendien vermeldt de coördinator de genomen
maatregel in Magister. Terugkoppeling geschiedt door de betrokkenen te verwijzen
naar Magister. Ouders krijgen persoonlijk bericht.
__________________________________________________________________
Het leerlingenvolgsysteem (LVS) van Magister (schooladminstratieprogramma):
Het is verplicht voor alle personen die bij een leerling betrokken zijn, belangrijke
informatie over de leerling, die van invloed kan zijn op zijn ontwikkeling, vast te
leggen in het LVS. Dit is bij Roncalli Magister. In het belang van de leerling kan wel
de keuze worden gemaakt om niet alle gegevens toegankelijk te maken voor alle
docenten.
15
Figuur 2: Breedteondersteuning
Externe hulpverlening:
16
Interne hulpverlening:
Functionarissen en begeleidingsmogelijkheden in de zorg
Intern
Zorgcoördinator
Taken zorgcoördinator:
Zorgstructuur
1. in januari bijgewerkt zorgplan aanleveren aan MT (managementteam)
2. deelnemen aan bijeenkomsten zorgcoördinatoren
3. conrector vervangen indien nodig bij SWV
4. aanleggen dossier zorgleerlingen en bijhouden van Magister
5. op aanvraag deel uitmaken van begeleidingsteam
6. voorstel doen voor en uitwerken van zorgprofiel Passend Onderwijs in overleg
met conrector zorg
Coördineren zorgstructuur
1. agenda samenstellen van ZAT en mensen uitnodigen
2. voorzitten en notulen verzorgen ZAT
3. informatie uitwisselen met coördinatoren en conrectoren
(coördinatoren vragen aan oudertoestemming voor SMW, psycholoog of
bespreking ZAT)
deel
uitmaken van de toelatingscommissie bij zorgleerlingen
4.
5. REC-geïndiceerde leerlingen: maken van handelingsplannen in overleg met
mentor; invullen of ondersteunen bij invullen van OKR (onderwijskundig
rapport); aanwezigheid bij eerst groot overleg samen met coördinator en bij
eindgesprek; her-indicaties aanvragen; correspondentie DUO (Dienst
Uitvoering Onderwijs);
6. bijhouden Magister (ook handelingsplan en OKR);
Contacten externen:
1. contacten met bijv. andere zorgcoördinatoren, psycholoog, SMW, schoolarts,
LPA
2. tijdig leerlingen uitnodigen voor schoolpsycholoog en SMW;
3. terugkoppelen van info SMW en schoolpsycholoog naar afdeling en in
Magister "plakken" ;
4. voeren van oriënterende gesprekken met ouders over zorgproblematiek en
daarna coördinator en conrector van de afdeling op de hoogte brengen;
5. adviseren (ook schriftelijk) bij aanvraag van digitaal boekenpakket met
uitzondering van leerling met dyslexie;
Begeleiden collega's
1. docenten informeren over het omgaan met het handelingsplan;
2. samen met mentor zorgformulieren invullen;
3. op verzoek van het begeleidingsteam docenten ondersteunen bij het omgaan
met zorgleerlingen;
4. op aanvraag van conrector verzorgen van voorlichtingsbijeenkomsten in het
team;
17
RT’er.
Roncalli heeft drie gekwalificeerde RT- specialisten (rekenen, taal,
studievaardigheden). Leerlingen kunnen in het begeleidingsteam voorgedragen
worden voor tijdelijke extra ondersteuning door een van de RT ‘ers. Zij begeleiden
leerlingen met een achterstand op cognitief gebied op individuele basis of in kleinere
groepjes.(Zie voor procedure bijlage 6)
Dyslexie-dyscalculiecoördinator
Deze heeft het volgende takenpakket
1. oriënterende en adviserende gesprekken met ouders betreffende aanvraag
van een digitaal boekenpakket en verstrekking van accurate boekenlijst ;
2. schriftelijke aanbeveling bij aanvraag door ouders voor een digitaal
boekenpakket bij de conrector;
3. verwerken van gegevens van spellingsonderzoek bij de brugklassers en
communicatie daarvan naar klassendocenten, coördinatoren en conrector;
4. doortesten van individuele leerlingen op dyslexie of talige problematiek en
verwerking in Magister;
5. eventueel doorverwijzen voor onderzoek naar orthopedagoog of psycholoog;
6. gesprek begin schooljaar met nieuwe leerlingen over dyslexiepas;
7. verwerking van erkenning dyslexie/dyscalculie, verleende faciliteiten in
Magister, ook aanvullend toegekende faciliteiten na overleg met conrector
daarin verwerken;
8. voor aanvang van het examenjaar een lijst met faciliteiten per leerling
aanleveren bij examensecretaris(sen);
9. bijdrage aan ontwikkeling van nieuw beleid rondom dyslexie en dyscalculie
Faalangstreductietrainer
Aan de hand van de aangeleverde gegevens door ouders of basisschool ontvangen
ouders een uitnodiging tot deelname van hun kind aan de faalangstreductietraining.
In incidentele gevallen worden leerlingen op een later tijdstip aangemeld door de
klassendocent of vanuit een leerlingbespreking. Er volgt een individuele intake,
waarbij de trainer onderzoekt of er van faalangst sprake is. De groepsbijeenkomsten
vinden plaats na schooltijd en beslaan bijna een volledig schooljaar. Deelname is
vrijwillig.
Examentraining
In de periode voorafgaand aan het examen nemen leerlingen deel aan een
examentraining ter voorbereiding van het examen. Deze wordt verzorgd door de
docenten van de eindexamenklassen en vallen onder de verantwoordelijkheid van de
conrectoren van de betreffende afdelingen.
LGF-coach (Leerling Gebonden Financiering)
Vanuit de REC-gelden krijgt de LGF-coach extra uren om een rugzakleerling te
begeleiden. In de onderbouw is de coach vaak ook de klassendocent, omdat dat het
aantal contactmomenten verhoogt. De coach heeft afhankelijk van de behoefte van
de leerling een lang of meerdere korte contactmomenten met de leerling buiten de
lessen om. Hij ondersteunt de leerling in de dagelijkse gang van zaken, bij planning
etc. Verder onderhoudt hij contact met de ambulant begeleider, de ouders en stelt
vakdocenten en coördinator op de hoogte van ter zake doende feiten.
Vertrouwenspersoon
18
Zowel in onderbouw, als middenbouw en bovenbouw is een hiertoe geschoold
vertrouwenspersoon aanwezig. Leerlingen zijn vrij om, onafhankelijk van de afdeling
waarin zij horen, een van deze personen te benaderen.
Hoogbegaafdheidscoördinator
Vanaf augustus 2012 is er een kleine groep meer- en hoogbegaafde leerlingen op
Roncalli aanwezig. De hoogbegaafdheidscoördinator geeft mede vorm aan het te
ontwikkelen onderwijs aan deze groep. Hij oriënteert zich breed en geeft adviezen
voor verdere ontwikkelingen op het gebied van hoogbegaafdheid op onze school.
Extern
Ambulant begeleider
Sinds een aantal jaren is de ambulant begeleider van REC-4 op vaste tijden op onze
school aanwezig. Sinds augustus 2012 is hij een volledige dag per week op onze
school gedetacheerd. Hij begeleidt dan niet alleen zijn eigen REC-leerlingen, maar is
ook beschikbaar voor docenten om hun vragen te beantwoorden, observaties in de
klas te doen, te helpen met handelingsplannen, informatiebijeenkomsten te
verzorgen etc. Dit alles om al voor de definitieve invoering van Passend Onderwijs
de professionaliteit van de eigen docenten te verhogen.
Ook de ambulant begeleider van REC-3 is wekelijks aanwezig op onze school, maar
in tegenstelling tot de ambulant begeleider van REC-4, niet op een vast moment.
SMW
De schoolmaatschappelijk werker neemt deel aan het ZAT. Hij begeleidt leerlingen
met maatschappelijke problemen die de leerling belemmeren in zijn functioneren op
school. Hij is twee wekelijks aanwezig op de school. Leerlingen worden verwezen via
het zorgformulier dat aangeleverd is bij het begeleidingsteam. Zorgcoördinator
overlegt over de aanmelding met SMW. Ouders zijn op de hoogte wanneer hun kind
meer dan één keer een afspraak heeft met SMW. SMW nodigt ouders minstens een
keer uit voor een gesprek. SMW functioneert vanuit het SWV Bergen op Zoom.
Schoolpsycholoog
De schoolpsycholoog neemt deel aan het ZAT. Hij is twee wekelijks op school
aanwezig voor afspraken met leerlingen. Psycholoog ondersteunt leerlingen met
psychosociale problematiek. Soms worden korte onderzoeken uitgevoerd. Leerlingen
worden aangemeld vanuit het begeleidingsteam. Zorgcoördinator overlegt over de
aanmelding met de schoolpsycholoog. Ouders zijn bij het eerste gesprek in ieder
geval aanwezig.
Leerplichtambtenaar
De leerplichtambtenaren nemen deel aan het ZAT. Zij zijn regelmatig op school
aanwezig. Zij voeren dan korte gesprekjes met leerlingen die regelmatig afwezig zijn.
Dit om veelvuldig schoolverzuim te voorkomen. Coördinatoren geven hiervoor de
leerlingen op. Er is regelmatig overleg tussen leerplichtambtenaren en coördinatoren.
Schoolarts
De schoolarts neemt deel aan het ZAT. Hij kan door het begeleidingsteam direct
worden ingeschakeld met het verzoek een leerling op te roepen. Ook kan de vraag
komen vanuit het ZAT.
19
Schoolverpleegkundige
Elk jaar worden de leerlingen uit het tweede leerjaar opgeroepen bij de
schoolverpleegkundige.
Examenvreestraining
Leerlingen die daaraan behoefte hebben kunnen zich in het examenjaar opgeven
voor een examenvreestraining. Deze cursus wordt gegeven door externen en is een
combinatie van coaching en yoga.
Incidenteel wordt een beroep gedaan op Jeugdzorg, revalidatieteam, e.d.
20
Derdelijnszorg of diepteondersteuning (Zie figuur 3)
Dit is de extra ondersteuning in de klas of in gespecialiseerde voorzieningen, settings
of groepen, binnen of buiten de school. In het geval de ondersteuning buiten de
school een eigenstandige voorziening betreft, wordt de verantwoordelijkheid voor de
leerling overgedragen aan deze voorziening.
Op dit moment wordt incidenteel gebruik gemaakt van de volgende voorzieningen:
Rebound
Soms kan de school onvoldoende bieden om een leerling op de rails te houden.
Soms is de problematiek rondom een leerling zodanig, dat het zowel in het belang
van de groep als van de leerling is dat een time-out plaatsvindt. In overleg tussen
ouders, leerling, school en Rebound kan dan een tijdelijke plaatsing afgesproken
worden op de Rebound-locatie.
Rebound is een voorziening voor leerplichtige jongeren uit het voortgezet onderwijs.
Het is een onderwijsopvang waarbinnen je als leerling een niet vrijblijvend
programma volgt, wat ongeveer drie maanden duurt.
Bij Rebound wordt gekeken naar wat goed ging en niet goed ging op school, en wat
nodig is om terug te kunnen naar de eigen school. De school blijft verantwoordelijk
voor het onderwijs.
Ook plaatsing op Rebound voor een of meer dagdelen komt voor.
Zorglocatie
Soms wordt een leerling (tijdelijk) ingeschreven bij de Zorglocatie. Dit kan
bijvoorbeeld het geval zijn wanneer een leerling gedurende lange tijd afwezig is en
het onderwijs binnen onze school daardoor niet kan volgen.
SVO
Soms kan de zorg rondom een REC-leerling niet meer verzorgd worden binnen de
school en volgt plaatsing op een school voor Speciaal Voortgezet Onderwijs. Voor de
REC-4 leerlingen is er een voorziening binnen de gemeente Bergen op Zoom. Voor
de REC-3 leerlingen zijn we aangewezen op de gemeente Roosendaal.
Overige mogelijkheden
Mogelijkheden waarvan onze school tot op heden geen gebruik heeft gemaakt zijn:
“Op de rails”, “Herstart” en de “plusvoorziening”.
Toekomst
Binnen het SWV worden plannen gemaakt voor een ondersteuning, passend binnen
de plannen voor Passend Onderwijs. Het aantal mogelijkheden voor
diepteondersteuning zal dan uitgebreid worden en het Samenwerkingsverband krijgt
hierin een belangrijke rol.
Diepteondersteuning zal plaats kunnen vinden binnen de school, door samenwerking
van VO met VSO en zorglocatie, ook tijdelijke plaatsing op een tussenvoorziening
behoort tot de mogelijkheden en definitieve plaatsing op VSO of Zorglocatie.
21
Figuur 3: diepteondersteuning
22
Lijst van gebruikte afkortingen
Cito
DVP
DOD
DUO
EQ
HAVO
IST
SWV
RT
LPA
LVS
MT
LGF
OKR
REC
SMW
SWV
VMBO-tl
VO
VSO
ZAT
23
Centraal Instituut voor Toetsontwikkeling
Dyslexie Verlicht Programma
Digitaal Overdrachts Dossier
Dienst Uitvoering Onderwijs
Emotionele Intelligenti
Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs
Intelligentie Structuur Test
SamenWerkings Verband
Remedial Teaching
Leerplichtambtenaar
Leerlingen-Volg-Systeem
Management Team
Leerling Gebonden Financiering
OnderwijsKundig Rapport
Regionaal Expertise Centrum
Sociaal Maatschappelijk Werk
Samenwerkingsverband
Voortgezet Middelbaar Beroeps Onderwijstheoretische leerweg
Voortgezet Onderwijs
Voortgezet Speciaal Onderwijs
Zorg Advies Team
Bijlagen, procedures en protocollen
Aanvraagformulier specifieke zorg
bijlage 1
Dyslexieprotocol
bijlage 2
Dyslexiepas
bijlage 3
Zorglijn dyslexie Roncalli
bijlage 4
Procedure bij het verkrijgen van een digitaal boekenpakket
bijlage 5
Procedure RT
bijlage 6
Internetprotocol
bijlage 7
Protocol sociale media
bijlage 8
Format handelingsplan
bijlage 9
24
Bijlage 1: Aanvraagformulier specifieke zorg
Aanvraagformulier specifieke zorg
Naam aanvrager:_____________________________________
Naam en groep leerling: _______________________________
Datum aanvraag:____________
Rol aanvrager:
0 vakdocent
0 klassendocent/ mentor
0 ouder
0 coördinator
0 conrector
0 anders, namelijk_______________________
Aanvraag wordt ondersteund door:__________________________(indien van
toepassing)
Aanvraag voor:
0 RT Frans/ wiskunde/ rekenen/ lezen/ spelling/
studievaardigheden/ Engels/
0 dyslexie/ dyscalculie coördinator
0 vertrouwenspersoon
0 bespreking in begeleidingsteam (coördinatoren en conrector)
0 gesprek SMW
0 gesprek psycholoog
0 onderzoek psycholoog
0 bespreking met ambulante begeleiding
0 bespreking in ZAT
0 EQ
Reden voor aanvraag:
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
__________________________________________________________________
De volgende acties zijn al ondernomen:
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
________________________________________________________________
Lever het formulier terug in bij de coördinator van de jaarlaag waarin de leerling zit.
De aanvraag wordt tijdens het eerstvolgende (wekelijkse) overleg in het
begeleidingsteam besproken en eventueel na overleg met de zorgcoördinator
doorverwezen.
Datum besproken en afgesproken actie____________________________________
25
Bijlage 2: dyslexieprotocol
Beleid dyslexie Roncalli sg
Inleiding
Omdat de ontwikkelingen op het gebied van ondersteuning van kinderen met
dyslexie niet stilstaan, hebben wij gemeend ons huidige beleid aan te moeten
passen. Dat betekent niet dat het beleid op dit moment niet voldoet, maar we leggen
ons er als Roncalli op toe om zoveel mogelijk maatwerk te bieden als het om zorg
voor kinderen gaat. Zo ook wanneer het een dyslectische leerling 1 betreft. Zo zijn we
ons er ook van bewust dat behoeftes van kinderen gedurende hun schoolloopbaan
kunnen veranderen, evenals de inzichten die rondom dyslexie ontwikkeld worden.
Daarop is ons nieuwe beleid dan ook gebaseerd: een zich voortdurend
ontwikkelende vorm van ondersteuning waarbij maatwerk geleverd wordt.
Beginsituatie
Wanneer kinderen van de basisschool bij ons aangemeld worden, hebben we al
behoorlijk wat gegevens in handen waarvan we gebruik kunnen maken:
A. Leerlingen die al een dyslexieverklaring hebben;
B. Leerlingen die meerdere malen achterelkaar een E gescoord hebben bij het
Cito leerlingvolgsysteem op het onderdeel lezen en/of spelling;
C. Aanwijzingen voor remediëring voor lezen en/of spelling van de basisschool;
D. Leerlingen die vanuit de basisschool komen met de “Code”
Groep B + C zijn de groepen die nadere aandacht behoeven. Zij komen voor alsnog
niet in aanmerking voor extra faciliteiten.
Eerste periode in de brugklas
Bij de volledige groep in de brugklas (bij leerlingen uit de groepen A en D op
vrijwillige basis) worden de toetsen afgenomen die behoren bij het Protocol Dyslexie
Voortgezet Onderwijs. Hieruit komt een groep leerlingen waarvan aan te nemen valt
dat ze dyslectische kenmerken heeft. Van deze groep en de groep B+C uit de
beginsituatie, wordt een totaallijst gemaakt. Deze lijst wordt verspreid onder de
docenten die lesgeven aan de groep waarin deze leerlingen zitten. Deze leerlingen
zullen met meer dan gewone belangstelling gevolgd worden tijdens hun leerproces.
Ook zal er voor hun ontwikkeling bij de talen extra aandacht zijn tijdens de
vergaderingen. Wanneer daartoe aanleiding ontstaat, zal er verder contact
opgenomen worden met ouders voor een eventuele test op dyslexie.
Leerlingen die al in het bezit zijn van een dyslexieverklaring of de Code:
Deze leerlingen krijgen eerst een periode de tijd om aan de gang van zaken op onze
school te wennen. Er wordt aan de vakdocenten doorgegeven dat deze leerlingen
dyslectisch zijn of een dusdanige handicap op het gebied van lezen en spelling, dat
zij in aanmerking komen voor de dyslexieregeling zoals die tot nu toe gehanteerd
wordt:
1. 20% extra tijd (of, indien dit op praktische bezwaren stuit, 20% toetsverkorting)
1
De in dit beleid genoemde maatregelen, faciliteiten, e.d. gelden voor dyslectische leerlingen maar
ook voor leerlingen die in het bezit zijn van de CODE.
26
2. Beperkte puntenaftrek voor spelfouten: van de per toets maximaal te behalen
10 punten, kunnen slechts maximaal 2 punten verloren gaan door gemaakte
spelfouten.
Wanneer van een van deze uitzonderingsregels vermeld onder 1 en 2 gebruik
wordt gemaakt, vermeldt de docent achter het toetscijfer een D.
Voor deze brugklassers geldt: vrijwillige deelname aan het hulpprogramma
Remedioom
Engels en/of Frans. Vanaf het tweede leerjaar ook mogelijkheid voor training met
Remedioom Duits.
Leerlingen die in het PO al gewerkt hebben met bepaalde compenserende
faciliteiten, krijgen hiervoor eventueel al vanaf het begin van het schooljaar
toestemming wanneer de basisschool hiervan melding heeft gemaakt in het
onderwijskundig rapport.
Voortgang gedurende het schooljaar
Elke erkend dyslectische leerling krijgt een dyslexiepas waarop zijn rechten en
plichten vermeld staan (zie bijlage). Dit is een individuele pas die de leerling altijd bij
zich heeft en gedurende een toets op zijn tafel kan leggen. De inhoud van die pas
wordt in overleg tussen ouders, zorgcoördinator en leerling met behulp van de
aanwijzingen in de dyslexieverklaring vastgesteld.
Dezelfde afspraak geldt voor leerlingen die binnenkomen vanuit de basisschool met
de Code. Compenserende maatregelen die in het PO gehanteerd werden, worden
ook hier toegestaan, mits ze binnen onze dyslexieregeling vallen. Ook deze
afspraken worden vastgelegd in overleg tussen ouders, zorgcoördinator en leerling.
Deze afspraken gelden in principe voor het verdere verloop van het schooljaar.
Wanneer daartoe aanleiding is, kunnen de afspraken tussentijds bijgesteld worden.
Initiatief daarvoor kan genomen worden door alle belanghebbenden: ouders, leerling,
klassendocent of vakdocent.
Voor elke erkend dyslectische leerling is het uitgangspunt dat dié maatregelen en
tegemoetkomingen gekozen worden waaraan deze specifieke leerling behoefte
heeft, zonder dat medeleerlingen of docenten daarvan hinder ondervinden tijdens het
leerproces.
We verdelen de maatregelen in:
 Algemene compenserende faciliteiten
 Compenserende faciliteiten
 Gebruik van ondersteunende technologie
 Verlicht programma
 Ontheffing
Hieronder volgt een nadere toelichting van de maatregelen die genomen kunnen
worden:
Algemene compenserende faciliteiten
De faciliteiten genoemd onder Leerlingen die al in bezit zijn van een
dyslexieverklaring of de CODE gelden voor alle groepen.
27
Compenserende faciliteiten
Deze faciliteiten dienen ter bevordering van de zelfredzaamheid van de leerling. Zij
hebben betrekking op lezen, schrijven, toetsing en beoordeling. Onder
compenserende faciliteiten vallen o.a. :
 Kopieën van dictaten en oefeningen
 Teksten laten voorlezen door medeleerlingen
 Extra grote letter bij teksten en toetsen (Arial 14)
 Indien mogelijk verschaffen van aantekeningen en bordschema’s (bijvoorbeeld
kopie van medeleerling)
 Gebruik maken van de pauzeknop bij luistervaardigheid, enz.
De compenserende maatregelen zijn in principe toegestaan bij dyslectische
leerlingen van alle leerjaren en schooltypes.
Natuurlijk zijn er meer faciliteiten mogelijk. Uitgangspunt voor toegekende faciliteiten
zijn altijd de adviezen van het onderzoeksrapport alsmede de praktische
uitvoerbaarheid. Afhankelijk van de eisen die gedurende een bepaalde periode in de
schooltijd aan de leerling gesteld wordt kan het wenselijk zijn om faciliteiten te
wijzigen.
Aanvragen van extra faciliteiten geschiedt door een van de betrokkenen, te weten:
de betrokken leerling, ouders, klassendocent of vakdocent. Toestemming geschiedt
via de Coördinator Dyslexie en vindt zijn weerslag op de dyslexiepas.
Gebruik van ondersteunende technologie
Onder deze noemer vallen apparatuur en software die de problemen van dyslectici
kunnen compenseren. Voorwaarde voor het gebruik van ondersteunende
technologie is wel dat het praktisch hanteerbaar is in de klas, zowel voor de
betreffende leerling als voor de begeleidende docent. Bovendien mag het gebruik
van deze hulpmiddelen geen overlast opleveren voor andere leerlingen uit de groep.
Ouders moeten deze middelen zelf aanschaffen. Enkele mogelijkheden zijn:
 Boeken op CD-rom;
 Reading-pen. Bij toetsing mag geen gebruik gemaakt worden van het electronisch
woordenboek;
 Daisy-speler;
 Gebruik lap-top;
 Tekst-naar- spraaksoftware (Bijv. Kurzweil)
Ook het gebruik van ondersteunende technologie is toegestaan bij dyslectische
leerlingen van alle leerjaren en schooltypes. Er wordt bij het verlenen van
toestemming altijd gekeken naar mogelijkheden bij het Centraal examen.
Hulpmiddelen die daar niet zijn toegestaan, worden ook niet toegestaan gedurende
de schoolloopbaan.
Verlicht programma en/of ontheffing
Vmbo-TL
Leerlingen die op Roncalli vmbo theoretische leerweg volgen, volgen naast Engels
ook lessen in de Franse taal en vanaf het tweede jaar ook in de Duitse taal. In het
vmbo is het voor de basisvorming wettelijk niet verplicht om naast Engels ook Frans
èn Duits aan te bieden. Roncalli doet dat dus wel.
Voor leerlingen met dyslexie die zeer ernstige problemen hebben met het leren van
talen bestaat de mogelijkheid tot
A) het volgen van een Verlicht Programma en/of
28
B) het verlenen van ontheffing van een taal.
A) Verlicht Programma
Op Roncalli bestaat de mogelijkheid tot het volgen van een Verlicht Programma voor
Frans vanaf W10 in klas 2 of Duits vanaf W13 in klas 3. Omdat in de tweede klas
Duits voor het eerst gegeven wordt, wordt een verlicht programma Duits pas
toegekend vanaf de derde klas.
Wat is een verlicht programma?
1 Spelfouten worden helemaal niet meegeteld.
2 Fonetisch gespelde woorden worden niet fout gerekend.
3 Bepaalde onderdelen laten vallen (bijvoorbeeld: leesbeurten)
4 Daarnaast kan in overleg met de docent afgesproken worden dat bepaalde
huiswerk opdrachten of opdrachten in een toets niet gemaakt hoeven te
worden.
Als een leerling gedurende het schooljaar toestemming krijgt voor een verlicht
programma, wordt dit op de kaart aangegeven d.m.v. de letters DVP achter het vak:
Dyslexie Verlicht Programma
Criteria voor leerlingen om in aanmerking te komen voor een verlicht programma
voor Frans of Duits:
Allereerst moet duidelijk zijn dat een leerling op basis van de resultaten die hij of zij
haalt niet langer zou kunnen functioneren op het niveau waarvoor hij of zij in principe
wel de capaciteiten heeft gezien de ingangsadviezen.Vervolgens gelden de volgende
richtlijnen:
- Voor de betreffende taal zijn de cijfers
- komt in aanmerking
3 of lager.
- Cijfers sinds de brugklas zijn diep
onvoldoende en er is weinig hoop dat de
leerling op een 5 uit kan komen,
- kan in aanmerking komen
- Cijfers voor de betreffende taal liggen
rond de 4
- kan in aanmerking komen
- Cijfers voor de betreffende taal liggen rond
de 5 of hoger
- komt in principe niet in aanmerking.
- Daarnaast wordt gekeken hoe de huiswerkaanpak is, hoeveel tijd een leerling
besteedt aan het betreffende vak, hoe hij/zij het leren voor toetsen plant
en of de leerling gebruik maakt van de strategieën die hem/haar zijn aangeboden.
Hoe kan een verlicht programma aangevraagd worden?
De procedure hiervoor is als volgt:
1. Ouders / verzorgers dienen een gemotiveerd schriftelijk verzoek in bij het
directielid van de betreffende afdeling.
2. Het directielid vraag de Coördinator Dyslexie advies in te winnen bij de betrokken
docent(en), de mentor, de coördinator van de jaarlaag, de decaan en
(eventueel) de Remedial Teacher en brengt vervolgens advies uit aan het
betrokken directielid.
29
3. Het directielid brengt advies uit in het directieoverleg waarna de rector de
uiteindelijke beslissing neemt.
4. De rector geeft de beslissing schriftelijk door aan de leerling en de ouders.
5. De onderbouwing en verantwoording van het besluit worden opgenomen in
het leerling-dossier en op de lijst van dyslectische leerlingen wordt de maatregel
geregistreerd.
Als het verzoek gehonoreerd wordt, betekent dit dat er een bindende keuze is
gemaakt. Er kan in de hogere klassen niet voor dat vak gekozen worden in het
keuzepakket/ de sector.
B) Ontheffing
Voor vmbo-leerlingen is de mogelijkheid tot ontheffing geregeld in de wet. Sinds 1
augustus 2006 staat in artikel 11d sub1 van de Wet op het Voortgezet Onderwijs dat
het bevoegd gezag van de school (directeur of rector) na overleg met ouders en
leerling ontheffing mag verlenen voor onderdelen van het onderwijsprogramma.
De uren die zodoende vrijkomen, moeten dan besteed worden aan een alternatief
programma (bijvoorbeeld: aan Nederlands, Engels (Engels is altijd verplicht) of de
overgebleven vreemde taal).
De procedure voor een verzoek tot ontheffing is als volgt:
1. Ouders / verzorgers dienen een gemotiveerd schriftelijk verzoek in bij het
directielid van de betreffende afdeling.
2. Het directielid vraag de Coördinator Dyslexie advies in te winnen bij
de betrokken docent(en), de mentor, de decaan en (eventueel) de Remedial
Teacher en brengt vervolgens advies uit aan het betrokken directielid
3. Het directielid brengt advies uit in het directieoverleg waarna
de rector de uiteindelijke beslissing neemt.
4 Bij een positieve beslissing wordt na overleg met decaan en andere betrokkenen
vastgesteld wat het alternatieve programma voor de leerling wordt.
5 De rector geeft de beslissing schriftelijk door aan de leerling en de ouders
6 De onderbouwing en verantwoording van het besluit worden opgenomen in
het leerlingendossier en op de lijst van dyslectische leerlingen wordt de
maatregel geregistreerd.
7 Het bevoegd gezag geeft de inspectie kennis van de verleende ontheffing en
vermeldt daarbij de gronden waarop deze ontheffing berust.
Atheneum/havo
ONDERBOUW
In het rapport dat ouders naar aanleiding van het dyslexieonderzoek krijgen, staat
soms vermeld dat de leerling het recht heeft om een ontheffing aan te vragen voor
Frans of Duits. Aangezien er geen wettelijke mogelijkheden zijn om op HAVO of
Atheneum deze ontheffing vanwege dyslexie te verlenen, kunnen wij aan deze
verzoeken niet voldoen.
Wel bestaat de mogelijkheid tot het volgen van een Verlicht Programma voor Frans
of Duits vanaf klas 3. Omdat in de tweede klas Duits voor het eerst gegeven wordt,
kan er in de tweede klas nog niet goed bepaald worden met welk vak de leerling nou
30
echt de meeste moeite heeft. Vandaar dat een verlicht programma pas toegekend
wordt vanaf de derde klas.
Wat is een verlicht programma?
1.
Spelfouten worden helemaal niet meegeteld.
2.
Fonetisch gespelde woorden worden niet fout gerekend.
3.
Bepaalde onderdelen laten vervallen (bijvoorbeeld: voorleesbeurten)
4.
Daarnaast kan in overleg met de docent afgesproken worden dat bepaalde
huiswerk opdrachten of opdrachten in een toets niet gemaakt hoeven te
worden.
Als een leerling gedurende het schooljaar toestemming krijgt voor een verlicht
programma, wordt dit op de kaart aangegeven d.m.v. de letters DVP achter het vak:
Dyslexie Verlicht Programma
Criteria voor leerlingen om in aanmerking te komen voor een verlicht
programma voor Frans of Duits:
Allereerst moet duidelijk zijn dat een leerling op basis van de resultaten die hij of zij
haalt niet langer zou kunnen functioneren op het niveau waarvoor hij of zij in principe
wel de capaciteiten heeft gezien de ingangsadviezen.
- Voor de betreffende taal zijn de cijfers
3 of lager.
- komt in aanmerking
- Cijfers sinds de brugklas zijn diep
onvoldoende en er is weinig hoop dat de
leerling op een 5 uit kan komen,
- kan in aanmerking komen
- cijfers voor de betreffende taal liggen
rond de 4
- kan in aanmerking komen
- cijfers voor de betreffende taal liggen rond
de 5 of hoger
- komt in principe niet in aanmerking.
- daarnaast wordt gekeken hoe de huiswerkaanpak is, hoeveel tijd een leerling
besteedt aan het betreffende vak, hoe hij/zij het leren voor toetsen plant
en of de leerling gebruik maakt van de strategieën die hem/haar zijn aangeboden.
Hoe kan een verlicht programma aangevraagd worden?
De procedure hiervoor is als volgt:
1 Ouders / verzorgers dienen een gemotiveerd schriftelijk verzoek in bij het
directielid van de betreffende afdeling.
2 Het directielid vraag de Coördinator Dyslexie advies in te winnen bij de
betrokken docent(en), de mentor, de coördinator van de jaarlaag, de decaan
en (eventueel) de Remedial Teacher; de Coördinator Dyslexie brengt
vervolgens advies uit aan het betrokken directielid.
3 Het directielid brengt advies uit in het directieoverleg waarna de rector de
uiteindelijke beslissing neemt.
4 Het directielid geeft de beslissing schriftelijk door aan de leerling en de ouders.
31
5 De onderbouwing en verantwoording van het besluit worden opgenomen in
het leerling-dossier en op de lijst van dyslectische leerlingen wordt de
maatregel geregistreerd.
Als het verzoek gehonoreerd wordt, betekent dit dat er een bindende keuze is
gemaakt. Er kan in de vierde klas niet voor dat vak gekozen worden. Dit veroorzaakt
beperkingen in de mogelijkheden die er zijn bij de profielkeuze.
Voor een overstap naar het Atheneum is naast Engels, óf Frans óf Duits
verplicht. Kiezen voor een verlicht programma Frans of Duits maakt de keuze voor
dit vak onmogelijk in de bovenbouw.
BOVENBOUW
Havo
Per 1 augustus 2007 is een 2e MVT in de bovenbouw van het havo in 3 van de 4
profielen niet verplicht. Havo-leerlingen kunnen de tweede moderne vreemde taal
vermijden door een ander profiel te kiezen dan Cultuur en Maatschappij. Ontheffing
is voor havo-leerlingen in de bovenbouw daarom niet aan de orde.
Atheneum
Leerlingen in de bovenbouw van het atheneum moeten naast Engels een tweede
moderne vreemde taal volgen. Alleen in uitzonderlijke gevallen is ontheffing van het
volgen van een tweede vreemde taal mogelijk. Het is de verantwoordelijkheid van de
school dit per geval te bekijken. Hiervoor is geen toestemming vooraf van de
inspectie nodig. De leerling moet in plaats van de taal een vervangend vak kiezen
met een normatieve studielast van ten minste 440 uren. De keuze is afhankelijk van
het aanbod van de school.
Er zijn drie momenten in het schooljaar waarop een verzoek tot ontheffing in
behandeling wordt genomen; deze drie momenten zijn gekoppeld aan de
docentenvergaderingen en een dergelijk verzoek moet daarom minimaal 4 weken
voor aanvang van de docentenvergaderingen (zie schoolgids) worden ingediend.
De procedure voor een verzoek tot ontheffing is als volgt:
1. Ouders / verzorgers dienen een gemotiveerd schriftelijk verzoek in bij het
directielid van de betreffende afdeling.
2. Het directielid vraag de Coördinator Dyslexie advies in te winnen bij
de betrokken docent(en), de mentor, de decaan en (eventueel) de Remedial
Teacher en brengt vervolgens advies uit aan het betrokken directielid
3. Het directielid brengt advies uit in het directieoverleg waarna de rector de
uiteindelijke beslissing neemt.
4. Bij een positieve beslissing wordt na overleg met decaan en andere
betrokkenen vastgesteld wat het alternatieve programma voor de leerling
wordt.
5. De rector geeft de beslissing schriftelijk door aan de leerling en de ouders
6. De onderbouwing en verantwoording van het besluit worden opgenomen in
het leerlingendossier en op de lijst van dyslectische leerlingen worden
maatregel geregistreerd.
32
7. Het bevoegd gezag geeft de inspectie kennis van de verleende ontheffing en
vermeldt daarbij de gronden waarop deze ontheffing berust.
Tot slot: Plichten van de dyslectische leerling:
Behalve dat de leerling met dyslexie rechten toegekend krijgt, heeft deze ook
plichten. Ook deze plichten worden op de dyslexiepas vermeld. Mogelijk zijn onder
andere:
 Voldoende inzet tonen voor het werken met het alternatief en/of verlicht
programma of de overgebleven talen
 Het afwerken van het programma Remedioom
 Het werken met software al dan niet methode afhankelijk.
Bij onvoldoende medewerking van de kant van de leerling kunnen bepaalde
tegemoetkomingen teruggedraaid worden.
Bergen op Zoom, 4 juli 2011
33
Bijlage 3: voorbeeld dyslexiepas
Dyslexiepas van:
Datum:
Wanneer een leerling gebruik maakt van onderstaande faciliteiten, wordt achter het behaalde cijfer
een D gezet.
Algemene compenserende faciliteiten:
1. Bij fouten in de spelling worden maximaal 2 punten van het eindcijfer afgetrokken.
Meer fouten
worden wel aangegeven maar tellen niet mee. Deze regeling geldt t/m kaart 15 op VTL
en t/m
kaart 18 op Havo en Atheneum.
2. Elke dyslectische leerling heeft recht op 20% meer tijd of een toets die met 20% is
ingekort.
Compenserende faciliteiten
0 toetsen in lettertype Arial punt 12
0 kopieën van bordschema’s
0 mondelinge overhoringen bij:
0 aangepaste boekenlijst Nederlands (Havo 2 punten minder; Atheneum 3 punten minder)
Gebruik van ondersteunende technologie:
0 gebruik van een laptop
0 gebruik van een readingpen
0 gebruik van Kurzweil // Sprint
0 gebruik van een Daisy-speler
Dispensaties:
0 vrijstelling Frans
0 vrijstelling Duits
0 vrijstelling (klassikale) voorleesvaardigheid voor:
Verplichtingen
0 deelnemen aan de cursus Remedioom voor:
0 bij misbruik van laptop vervalt het recht op gebruik maken van deze faciliteit
Verantwoordelijkheid leerling
Tijdens de les:
 zorg je voor goede aantekeningen of je kopieert ze.
Bij huiswerk:
 plan je werk: lees- en leerwerk afwisselen met maakwerk.
 bereid je toetsen/taken ruim van te voren voor: iedere dag een deel, de laatste dag de
totale stof
Bij toetsen/taken:
 vraag vooraf om een vergrote tekst.
 vraag vooraf om alternatieve toetsvorm/aanpassing.
 vraag voor de toets begint om extra tijd.
 lees de vragen en opdrachten goed.
 controleer je werk: NIETS vergeten????
34
Bijlage 4: zorglijn dyslexie
Instroom Brugklas
Dyslectisch
Week 2
Rond P1
Niet Dyslectisch
Gesprek per groep:
kennismaken met
Coordinator Dyslexie
+
Uitreiken Dyslexiepas
Gesprek per groep
+
Info ouders via mail
+
Start Remedioom
Signaleringsinstrument
Vervolgens 
Contact op initiatief van
leerling/ouders/school/…
Leerlingen met
Informatie m.b.t
Lezen
en/of Spelling
Brief I
Brief II
Brief III
Extra
Screening Advies
aandacht: Dyslexie
DyslexieKlassendoc
onderzoek
Roncalli
+
vergadering
Screening Dyslexie Roncalli
Resultaten vervolgonderzoek
bepalen verdere vervolg
35
Leerlingen zonder
Informatie m.b.t.
Lezen
en/of Spelling
Brief I
Extra
aandacht:
Klassendoc
+
vergadering
Resultaten leerling
bepalen verdere
vervolg.
Contact op initiatief
leerling/ouders/school
Bijlage 5: procedure verkrijgen digitaal boekenpakket
Procedure bij het verkrijgen van een digitaal boekenpakket
Een aanvraag om een digitaal boekenpakket wordt door ouders gedaan op grond
van:
1. dyslexie;
2. andere handicap (bijv. slechtziend of trage informatieverwerking bij ASS)
Een aanvraag wordt nooit onmiddellijk gehonoreerd tenzij een leerling al met een
dergelijk pakket werkte op de vorige school. Hieraan gaat een traject vooraf.
1. Oriënterend gesprek
Met zorgcoördinator of (bij dyslectische kinderen) de dyslexiecoördinator.
Deze bespreekt de vraag met de ouders en probeert te onderkennen of er
inderdaad behoefte is aan digitale ondersteuning. Verder worden de voor- en
nadelen van alle vormen van ondersteuning besproken en gewezen op
mogelijkheden om dergelijke programma’s uit te proberen alvorens over te
gaan tot een aanschaf.
Wanneer ouders positief advies krijgen een bepaald programma aan te
schaffen, worden zij voorzien van een correcte boekenlijst en een verklaring
leeshandicap.
2. Aanvraag aanschaf en gebruik door ouders
Ouders sturen een officieel verzoek, omkleed met argumenten naar de
conrector, vergezeld door het advies van de zorgcoördinator of de
dyslexiecoördinator.
3. Goedkeuring door bevoegd gezag
Conrector bespreekt met de rector de aanvraag. Rector verleent al dan niet
toestemming voor gebruik en aanschaf van digitale middelen. Deze
goedkeuring wordt meegedeeld aan de betrokkenen: ouders, klassendocent,
coördinator, zorg- of dyslexiecoördinator (zij noteren dit in Magister),
facilitairmanager en onderwijsassistente. Hierbij wordt vermeld van welke
mogelijkheid de leerling gebruik maakt en of/hoe er op een afwijkende manier
getoetst moet worden (Kurzweil)
4. Aanschaf ouders
Ouders schaffen met behulp van de verkregen boekenlijst de voor hun kind
benodigde digitale bestanden aan bij Dedicon en sturen evt.de rekening op
naar de school, als dat zo is afgesproken.
5. Toetsen in Kurzweil
Klassendocenten sturen toetsschema van hun groep door (onderbouw)
Vakdocenten leveren toetsen minimaal 14 dagen voor de toets afgenomen
wordt, aan bij de onderwijsassistente. De leerling haalt zelf bij de receptie de
laptop en de stick op.
36
Bijlage 6: RT op Roncalli
Remedial Teaching (RT) Roncalli sg.
Wat is het?
RT op de Roncalli sg is bedoeld om een leerling/leerlingen die bij een bepaald vak of
bepaalde vakken onder het verwachte en haalbaar geachte niveau
presteert/presteren te helpen door het geven van gespecialiseerde (leer)hulp. Waar
het bij bijles vooral gaat om het herhalen van de reeds geboden lessen (re-teaching)
is RT vooral gericht op hulp op maat: het aanleren van vaardigheden om met een
leerprobleem/-stoornis/-achterstand om te kunnen gaan om vervolgens de lessen
weer zonder extra begeleiding te kunnen volgen.
Vaak gaat het om individuele begeleiding maar hulp aan kleine groepjes komt ook
voor. De remedial teaching kan betrekking hebben op rekenen, talen, zaakvakken en
studievaardigheden.
Aanmelding
Leerlingen kunnen aangemeld worden door klassendocenten, vakdocenten,
coördinatoren, conrectoren en ouders. De aanmelding komt tot stand door het
invullen van een zorgformulier dat bij de coördinator van de betreffende afdeling
wordt ingeleverd. Na overleg in het begeleidingsteam wordt besloten welke RT’er
wordt ingeschakeld.
Beginfase
Er zijn twee trajecten mogelijk voordat de begeleiding van start gaat:
1. Het is op grond van de aanwezige informatie al voldoende duidelijk waar het
probleem/de problemen zitten zodat meteen begonnen kan worden met de
begeleiding.
2. De oorzaak van het probleem/de problemen is nog niet bekend zodat er eerst
een intake-gesprek plaatsvindt. Tijdens dit intake gesprek wordt duidelijk of er
voldoende informatie is om tot de hulpvraag te komen óf dat er verder
onderzoek gewenst. In dit laatste geval wordt vastgesteld welk onderzoek
noodzakelijk is om tot de hulpvraag te komen. Na afloop van het onderzoek en
vaststellen van de hulpvraag kan begonnen worden met de begeleiding.
Begeleiding
Wanneer de hulpvraag eenmaal duidelijk is, worden er afspraken gemaakt over het
te volgen traject en zal een leerling gedurende 10 weken worden begeleid. Ouders
worden over de Remedial Teaching geïnformeerd. Na afloop van de periode wordt er
geëvalueerd. De begeleiding kan dan stoppen of er wordt besloten om een volgende
periode van 10 weken te laten starten. Nadat de begeleiding is beëindigd wordt hier
in Magister verslag van gedaan.
Een schooljaar RT is in grote lijnen onderverdeeld in 1 week opstarten – 10 weken
begeleiding – 2 evaluatie/wisselweken – 10 weken begeleiding – 2
evaluatie/wisselweken – 10 weken begeleiding – 1 week afronden en vooruitkijken
naar volgend schooljaar. Deze 3 periodes sluiten ook aan bij vergaderperiodes in het
schooljaar.
37
Remedial Teaching en het lesrooster
Op dit moment vindt RT plaats na overleg tussen RT’er en leerling en dit loopt –voor
RT’er en leerlingen- naar wens; er wordt rekening gehouden met de mogelijkheden
die de RT’er gezien het rooster heeft en met de wensen/voorkeur van de betrokken
leerling(en). Van belang is dat de RT-tijd geblokkeerd kan worden in het rooster
zodat gemaakte en ingeplande afspraken vaststaan en niet door roosterwijzigingen
verplaatst moeten worden.
Mogelijkheden
Op grond van gegevens verzameld uit het vervolgonderzoek dat op school n.a.v. de
uitslag van het Signaleringsinstrument wordt uitgevoerd en uit de afgenomen CITOtoetsen aan het begin van Brugklas 1, zou RT ook ingezet kunnen worden voor het –
in kleine groepen- remediëren van achterstanden in (technisch en/of begrijpend)
lezen en spelling en achterstanden in rekenvaardigheden.
38
Bijlage 7: Internetprotocol leerlingen
Hierbij verklaar ik dat ik mij aan de volgende afspraken zal houden:
• Nooit persoonlijke informatie doorgeven.
Geef nooit je telefoonnummer, e-mailadres en woonplaats aan anderen. Op
straat doe je dat toch ook niet aan de eerste de beste vreemdeling die vriendelijk is
tegen jou?
Pas ook op met foto's van jezelf en anderen, je weet nooit wat anderen daarmee
doen.
• Mijn wachtwoord is alléén van mij.
Wachtwoorden zijn een belangrijke oorzaak van problemen. Die komen
mensen op sluwe wijze te weten. Ze worden afgekeken en misbruikt.
Geef je wachtwoord aan niemand, ook niet aan je beste vriend of
vriendinnetje (je weet nooit of ze altijd aardig blijven). Let er dus op dat
niemand meekijkt, als je je wachtwoord intypt. Denk je dat iemand je
wachtwoord kent? Verander het dan! Ik beloof zelf ook geen
wachtwoorden van anderen te achterhalen.
• Toon altijd respect voor anderen.
Behandel anderen zoals jij behandeld wilt worden. Stuur geen gemene
of vervelende e-mails. Maak ook geen filmpjes met je mobiele telefoon
van anderen (medeleerlingen, leraren), die je dan zonder hun
toestemming op het internet zet. Geef ook de persoonlijke gegevens van
je vrienden niet aan anderen. Jij zou het zelf ook niet leuk vinden als
anderen over jouw gegevens beschikken.
• Pest niet digitaal.
Doe je dat toch, realiseer je dan dat het altijd valt te achterhalen vanuit
welke computer berichten verstuurd worden. Als jezelf wordt gepest,
verzamel dan bewijs, bijvoorbeeld via MSN-berichtengeschiedenis. Vertel
het iemand, bijv. je ouders of je mentor op school. Reageer niet op
pesten via de mail of MSN. Ga je terug pesten, dan heb je geen recht
van spreken meer. Kinderen die pesten zijn eigenlijk best dom.
Bedenk ook dat er aangifte gedaan kan worden bij de politie van
bedreiging door ouders, maar ook door de school. Dit kan leiden tot een
serieuze straf! Opnames van anderen, hoe grappig ook,
zet je nooit op internet.
• Wees voorzichtig als je online bent.
Je gedrag op het Internet bepaalt hoe veilig je bent. Zoek niet naar seks,
geweld, racisme, enz. op het internet. Krijg je toch iets op je scherm, waar
je van schrikt, klik het dan snel weg. Je weet ook nooit wie er “aan de
andere kant” zit. Iedereen kan doen of hij/zij een aardig meisje van 13 is.
Open geen e-mails van onbekenden.
• Maak nooit een afspraak met internetvrienden.
Afspraken maken met iemand die je via Internet hebt leren kennen kan
gevaarlijk zijn. Je weet nooit zeker met wie je chat. Een ontmoeting
39
afspreken doe je alleen als je:
- Een volwassene hebt verteld dat je een online-contact persoonlijk
gaat ontmoeten
- Niet alleen gaat.
- Afspreekt op een openbare plek, waar veel mensen zijn (warenhuis,
hamburgerrestaurant).
- Thuis laat weten waar je bent.
• Doe geen dingen die verdacht zijn of die je niet leuk vindt.
Soms vragen “chat-vrienden” ineens rare dingen. Bijvoorbeeld of je je
uitkleedt voor de webcam, of dat je andere dingen doet waarvan je
gevoel zegt dat het niet goed is en die je eigenlijk niet wil. Soms gaan ze
daarna dreigen: “Als je dit niet doet, dan………”. Trap er niet in en doe
niet wat ze zeggen, maar zoek hulp, bijv. bij je ouders, je mentor of een leerkracht.
Als je dat
niet durft, vraag dan een vertrouwd iemand en laat die het dan vertellen aan je
ouders.
Als iemand je vraagt om je vriendschap geheim te houden, vraag je dan eens af
waarom
iemand dat vraagt? Heeft je chatvriend(in) iets te verbergen?
Door dit document te ondertekenen, beloof ik me aan deze afspraken te houden.
Naam: ………………………………………………..
Klas/groep: ………………………………………………..
Datum: .……………………………………………….
Handtekening: …………………………………………….
Graag willen we dat één van je ouders/verzorgers dit document mede ondertekent,
waarmee bevestigd wordt, dat ze van deze afspraken op de hoogte zijn.
Naam: ………………………………………………..
Datum: .……………………………………………….
Handtekening: …………………………………………….
40
Bijlage 8: protocol sociale media
Protocol Sociale Media
Inleiding Sociale media zoals Hyves, Twitter, Facebook, YouTube en LinkedIn
bieden de mogelijkheid om te laten zien dat je trots bent op je school en kunnen een
bijdrage leveren aan een positief imago van de Roncalli Scholengemeenschap. Van
belang is te beseffen dat je met berichten op sociale media (onbewust) de goede
naam van de school en betrokkenen ook kunt schaden. Om deze reden vragen wij
om bewust met de sociale media om te gaan.
Essentieel is dat, net als in communicatie in de normale wereld, de
onderwijsinstellingen en de gebruikers van sociale media de reguliere
fatsoensnormen in acht blijven nemen en de nieuwe mogelijkheden met een
positieve instelling benaderen.
De Roncalli Scholengemeenschap vertrouwt erop dat zijn medewerkers, leerlingen,
ouders/verzorgers en andere betrokkenen verantwoord om zullen gaan met sociale
media en heeft dit protocol opgezet om een ieder die bij de Roncalli
Scholengemeenschap betrokken is of zich daarbij betrokken voelt daarvoor richtlijnen
te geven.
Uitgangspunten
De Roncalli Scholengemeenschap onderkent het belang van sociale media.
Dit protocol draagt bij aan een goed en veilig school- en onderwijsklimaat;
Dit protocol bevordert dat de instelling, medewerkers, leerlingen en ouders op de
sociale media communiceren in het verlengde van de missie en visie van de
onderwijsinstelling en de reguliere fatsoensnormen. In de regel betekent dit dat we
respect voor de school en elkaar hebben en iedereen in zijn waarde laten;
De gebruikers van sociale media dienen rekening te houden met de goede naam van
de school en van een ieder die betrokken is bij de school;
Het protocol dient de onderwijsinstelling, haar medewerkers, leerlingen en ouders
tegen zichzelf en anderen te beschermen tegen de mogelijke negatieve gevolgen
van de sociale media;
Doelgroep en reikwijdte
Deze richtlijnen zijn bedoeld voor alle betrokkenen die deel uitmaken van de school,
dat wil zeggen medewerkers, leerlingen, ouders/verzorgers en mensen die op een
andere manier verbonden zijn aan de Roncalli Scholengemeenschap
De richtlijnen in dit protocol hebben enkel betrekking op schoolgerelateerde berichten
of wanneer er een overlap is tussen school, werk en privé.
41
Sociale media in de school
A. Voor alle gebruikers (medewerkers, leerlingen en ouders/verzorgers)
Het is medewerkers en leerlingen niet toegestaan om tijdens de lessen actief te zijn
op sociale media tenzij door de schoolleiding respectievelijk leraren hiervoor
toestemming is gegeven.
Het is betrokkenen toegestaan om kennis en informatie te delen, mits het geen
vertrouwelijke of persoonlijke informatie betreft en andere betrokkenen niet schaadt.
De betrokkene is persoonlijk verantwoordelijk voor de inhoud welke hij of zij
publiceert op de sociale media.
Elke betrokkene dient zich ervan bewust te zijn dat de gepubliceerde teksten en
uitlatingen voor onbepaalde tijd openbaar zullen zijn, ook na verwijdering van het
bericht.
Het is voor betrokkenen niet toegestaan om foto-, film- en geluidsopnamen van
schoolgerelateerde situaties op de sociale media te zetten tenzij betrokkenen hier
uitdrukkelijk toestemming voor plaatsing hebben gegeven;
Het is medewerkers niet toegestaan om ‘vrienden’ te worden met leerlingen op
sociale media.
Alle betrokkenen nemen de fatsoensnormen in acht. Als fatsoensnormen worden
overschreden (bijvoorbeeld: mensen pesten, kwetsen, stalken, bedreigen,
zwartmaken of anderszins beschadigen) dan neemt de onderwijsinstelling passende
maatregelen. Zie ook : Sancties en gevolgen voor medewerkers en leerlingen
B. Voor medewerkers tijdens werksituaties
Medewerkers hebben een bijzondere verantwoordelijkheid bij het gebruik van sociale
media: privémeningen van medewerkers kunnen eenvoudig verward worden met de
officiële standpunten van de onderwijsinstelling.
Indien een medewerker deelneemt aan een discussie die (op enigerlei wijze)
te maken heeft met de Roncalli Scholengemeenschap dient de medewerker te
vermelden dat hij/zij medewerker is van de Roncalli Scholengemeenschap
Als online communicatie dreigt te ontsporen dient de medewerker direct contact op te
nemen met zijn/haar leidinggevende om de te volgen strategie te bespreken.
Bij twijfel of een publicatie in strijd is met deze richtlijnen neemt de medewerker
contact op met zijn/haar leidinggevende.
C. Voor medewerkers buiten werksituaties
Het is de medewerker toegestaan om schoolgerelateerde onderwerpen te publiceren
mits het geen vertrouwelijke of persoonsgebonden informatie over de school, zijn
medewerkers, leerlingen, ouders/verzorgers en andere betrokkenen betreft. Tevens
mag de publicatie de naam van de school niet schaden.
42
Indien de medewerker deelneemt aan een discussie die (op enigerlei wijze) te maken
heeft met de onderwijsinstelling dient medewerker te vermelden dat hij/zij
medewerker is van [naam school].
Indien de medewerker over de Roncalli Scholengemeenschap publiceert dient hij/zij
het bericht te voorzien van het bericht dat de standpunten en meningen in dit bericht
de eigen persoonlijke mening zijn en los staan van eventuele officiële standpunten
van [naam onderwijsinstelling. Verder meldt de medewerker dat hij of zij niet
verantwoordelijk is voor de inhoud en uitlatingen van derden.
Sancties en gevolgen voor medewerkers en leerlingen
Medewerkers die in strijd handelen met dit protocol maken zich mogelijk schuldig aan
plichtsverzuim. Alle correspondentie omtrent dit onderwerp wordt opgenomen in het
personeelsdossier.
Afhankelijk van de ernst van de uitlatingen, gedragingen en gevolgen worden naar
medewerkers toe rechtspositionele maatregelen genomen welke variëren van
waarschuwing, schorsing, berisping, ontslag en ontslag op staande voet;
Leerlingen en / of ouders/verzorgers die in strijd met dit protocol handelen maken
zich mogelijk schuldig aan verwijtbaar gedrag. Alle correspondentie omtrent dit
onderwerp wordt opgenomen in het leerlingendossier.
Afhankelijk van de ernst van de uitlatingen, gedragingen en gevolgen worden naar
leerlingen en / of ouders/verzorgers toe maatregelen genomen welke variëren van
waarschuwing, schorsing en verwijdering van school
Indien de uitlating van leerlingen en/of ouders/verzorgers en medewerkers mogelijk
een strafrechtelijke overtreding inhoudt zal door de Roncalli Scholengemeenschap
aangifte bij de politie worden gedaan.
43
HANDELINGSPLAN d.d.:
LEERLINGGEGEVENS:
Naam:
Geboortedatum:
School:
Klas:
Schooljaar:
Ambulant Begeleider:
Lgf-coach:
INTAKEFASE/ BEGINSITUATIE:
 Cognitief functioneren
 Sociaal-emotioneel functioneren
STRATEGIEFASE: verder vaststellen van de problematiek,
 De reeds gesignaleerde problematiek in de intakefase.
 Signalering (beginmeting) van problemen middels bijvoorbeeld de TRF, SVL, ESQ,
SDQ, SEV, DST en FES , afhankelijk van de aard van de problematiek. Meenemen in
deze fase: de uitslag van de Cito-vas en de IST.
ONDERWIJSDOELEN:
(Doelen horen SMART te zijn: Specifiek-Meetbaar-Acceptabel-Realistisch-Tijdgebonden)
De doelen worden opgesteld aan de hand van bovenstaande gesignaleerde problematiek
 De normale doelen voor vmbo/ havo/ vwo
 Specifieke doelen: *Didactische doelen: cognitieve ontwikkeling.
*Pedagogische doelen: sociaal-emotionele ontwikkeling
(gedrag, welbevinden, motivatie, zelfbeeld)
INTERVENTIEFASE/ INDICERINGSFASE (wie, wat, hoe, wanneer) (PDCA)
Plan:
Do:
EVALUATIEFASE
Dit handelingsplan is een ontwikkeldocument en wordt dus regelmatig geëvalueerd en
bijgesteld. De evaluatie wordt genoteerd binnen de PDCA-cyclus van het plan van aanpak,
met name bij de "check" component; de eventuele nieuwe actie wordt vermeld bij de Act"
component.
Check: Middels TRF, SVL, ESQ, SDQ, DST, FES (eindmeting)
Welke doelen zijn behaald:
* Cognitieve doelen (puntenregistratie bijvoegen),
* Sociaal-emotionele doelen: gedrag, welbevinden, motivatie, zelfbeeld etc.
44
Welke doelen zijn niet behaald: idem
Act: de niet-behaalde doelen zijn de nieuwe doelen van het circulaire proces. De doelen en
de begeleiding worden indien nodig bijgesteld en aangepast.
Bij LGF: INZET LEERLINGGEBONDEN FINANCIERING:
Lgf-coach:
 heeft wekelijks overleg met de leerling.
 geeft mede vorm aan het handelingsplan.
 zal regelmatig overleg voeren met de ambulant begeleider en met de ouders.
 informeert waar nodig de coördinator/ zorgcoördinator/ conrector/vakdocenten.
Ambulant begeleider
 heeft regelmatig overleg met de coördinator/ zorgcoördinator/ conrector
 is aanspreekpunt voor ouders en leerkrachten
 schrijft het begeleidingsplan.
 coördineert de contacten tussen school, ouders en ambulant begeleider.
 heeft regelmatig coaching gesprekken met de leerling.
Zorgcoördinator:
 Aan het begin van het schooljaar vindt een kennismakingsgesprek plaats tussen de
lgf-begeleider, de ambulant begeleider de coördinator, en de ouders. Na
beantwoording van de verschillende hulpvragen wordt een begeleidingsplan
opgesteld door de ambulant begeleider. De zorgcoördinator stelt met de lgf-coach
het handelingsplan op.
 De zorgcoördinator draagt zorg voor aanmelding van de leerling bij DUO, na
acceptatie en ontvangst van het terugmeldingsformulier zorgt hij ervoor dat deze
informatie ook bij het REC komt.
 Is op verzoek aanwezig bij evaluaties en groot overleg.
 Is aanspreekpunt voor ouders als er problemen ontstaan in de begeleiding.
Conrector, coördinator, mentor: extra begeleiding indien noodzakelijk
Externe deskundigen: indien noodzakelijk voor bijvoorbeeld herindicatie.
Datum:
Namens de school:
Naam:
Handtekening:
45
Ouders:
Naam:
Handtekening