Toelichting totstandkoming omzetplafond 2015: Achmea hanteert een omzetplafond per praktijk. Dit is noodzakelijk om binnen de beschikbare financiële middelen tot een zo divers mogelijk aanbod van gecontracteerde aanbieders te komen. Op basis van onze declaratiegeschiedenis constateren wij ook dat we hiermee naar alle waarschijnlijkheid aan onze zorgplicht kunnen voldoen en voldoende zorg in gaan kopen voor onze verzekerden. Achmea streeft ernaar om met een generieke formule voor de berekening van het omzetplafond, die is gebaseerd op de beleidsregels van de NZA, de uitgezette financiële middelen zo veel mogelijk aan te laten sluiten bij de daadwerkelijke vraag naar GGZ onder onze verzekerden. In het inkoopbeleid van Achmea is in paragraaf 3.2. beschreven hoe het omzetplafond per praktijk tot stand komt. In 2014 heeft Achmea bij vrijgevestigde aanbieders in zowel de gespecialiseerde GGZ als de Basis GGZ meer zorg gecontracteerd dan er bij ons gedeclareerd wordt. Het is noodzakelijk om bij de contractering van aanbieders geen onnodige financiële middelen uit te zetten in de markt, omdat dit de mogelijkheden beperkt om eventuele regionale knelpunten die gedurende het jaar ontstaan op te vangen. Gezien het normbedrag per praktijk in 2015 meer in lijn ligt met de declaraties die bij ons binnenkomen zijn de omzetplafonds per praktijk in 2015 over het algemeen lager dan de plafonds in 2014. Bij een aantal aanbieders is het verschil in omzetplafond tussen 2014 en 2015 echter zo fors dat deze op basis van de formule in het inkoopdocument voor aanbieders lastig te verklaren is. De voornaamste redenen voor een mogelijk groot verschil tussen het omzetplafond 2014 en 2015 zijn: - Een aantal aanbieders heeft vorig jaar in de vragenlijst het aantal FTE’s binnen de praktijk, zowel bij de Basis GGZ als de Gespecialiseerde GGZ opgevoerd. Hiermee is het berekende omzetplafond voor 2014 onterecht gebaseerd op het dubbele aantal FTE, dan de feitelijke situatie. Het omzetplafond in de overeenkomst voor 2015 neemt het feitelijk aantal werkzame hoofdbehandelaars binnen de praktijk als uitgangspunt, het is niet mogelijk om hoofdbehandelaars twee keer op te voeren. Indien de vragenlijst in 2014 onjuist is ingevuld leidt dit logischerwijs tot een groot verschil. - De financiering voor kinder- en jeugdzorg valt vanaf 2015 onder de verantwoordelijkheid van gemeenten. De omzetplafonds voor 2015 zijn hiervoor gecorrigeerd. De wijze waarop deze correctie plaatsvindt is te lezen in paragraaf 3.2. van ons inkoopdocument. Indien wij geen gegevens van uw praktijk hebben over het aandeel kinder- en jeugdzorg is het landelijk gemiddelde percentage van 20% gehanteerd. Tijdens de contractering worden verzoeken tot het ophogen van de omzetplafonds niet toegekend. Op basis van binnengekomen signalen over eventuele volgelopen omzetplafonds zal Achmea halverwege het jaar een vergelijking maken tussen de omzetplafonds per praktijk en de gerealiseerde declaraties. Mocht hieruit blijken dat er regionale knelpunten zijn ontstaan dan zal Achmea hier terzijnertijd passende acties op inzetten. Indien gedurende het jaar uw omzetplafond is bereikt verzoeken wij u dan ook om dit op het moment van vollopen kenbaar te maken via [email protected]. Wij willen u er nu al echter op wijzen dat lopende behandelingen echter altijd conform de professionele beroepsstandaard te worden afgerond. Wij verzoeken u dan ook hiermee rekening te houden bij het aannemen van patiënten. Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
© Copyright 2024 ExpyDoc