Mantelzorg in Zuid - O+S Amsterdam

Mantelzorg in Zuid
Foto voorpagina: Oudezijds Voorburgwal 300, fotograaf Edwin van Eis (2010)
In opdracht van: Stadsdeel Zuid
Projectnummer: 14100
Ellen Lindeman
Carine van Oosteren
Bezoekadres: Oudezijds Voorburgwal 300
Telefoon 020 251 0324/0412
Postbus 658, 1000 AR Amsterdam
www.os.amsterdam.nl
[email protected]
[email protected]
Amsterdam, juli 2014
Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek
Inhoud
2
Inleiding
3
1 Ontwikkelingen in arbeidsparticipatie en mantelzorg
1.1 Mantelzorg in Amsterdam
1.2 Verwachte ontwikkelingen
5
5
6
2 Resultaten peiling
2.1 Brede definitie mantelzorg
2.2 Wie zijn de mantelzorgers
2.3 De ontvangers van mantelzorg
2.4 Aard van mantelzorg
2.5 Motieven van mantelzorger
2.6 Ervaren belasting
2.7 Mantelzorgondersteuning
2.8 Mogelijkheid tot meer mantelzorg
8
8
9
10
12
14
15
18
19
3 Conclusies en aanbevelingen
22
Bijlage I Open antwoorden
24
Bijlage II De vragenlijst
29
Mantelzorg in Zuid
Inleiding
Uit de Amsterdamse Gezondheidsmonitor van de GGD blijkt de mantelzorg die door de
inwoners uit Zuid gegeven wordt, met bijna 10% net onder het Amsterdamse gemiddelde
ligt. Stadsdeel Zuid wil inzage in de huidige situatie van mantelzorgers in het stadsdeel.
Het doel van het onderzoek is te bepalen wie de huidige mantelzorgers zijn in Zuid, wat zij
zoal doen en in welke mate zij zich begin 2014 (over)belast voelen. De resultaten worden
beschouwd als nulmeting. Bovendien kan op basis van de resultaten bepaald worden wat
het stadsdeel kan doen om te voorkomen dat de (over)belasting toeneemt.
In 2015 worden gemeenten onder andere verantwoordelijk voor de zorg voor langdurig
zieken en ouderen. Deze decentralisatie zal vermoedelijk gepaard gaan met
bezuinigingen. De verwachting is dat het aantal mensen dat behoefte heeft aan
mantelzorg in de toekomst zal toenemen, als gevolg van vergrijzing. De zorgvraag zal
vermoedelijk zwaarder zijn omdat steeds meer ouderen en mensen met een chronische
ziekte of handicap thuis blijven wonen. Het aantal mantelzorgers zal naar verwachting
minder groeien en bovendien zullen ze langer doorwerken. Hierdoor zal de combinatie
1
van werk en mantelzorg vaker voorkomen. Als gevolg van de recessie is de
arbeidsparticipatie op dit moment tijdelijk wat lager maar deze zal in de toekomst weer
gaan stijgen, om de vergrijzing op te vangen.
In 2016 zal daarom voor een tweede keer onderzocht worden hoe het met de
mantelzorgers in Zuid gesteld is. Is het aantal toe- of afgenomen? Is het aandeel
(werkende) mannen en vrouwen onder hen veranderd? En zijn er veranderingen in de
(over)belasting en in de gewenste ondersteuning?
Aanleiding
Aanleiding voor dit verzoek tot onderzoek vormt een door GroenLinks en SP ingediende
motie bij het Dagelijks Bestuur van stadsdeel Zuid, “Emancipatie in informele zorg”.
Daarin werd geconstateerd dat er in het zorgbeleid van stadsdeel Zuid nog geen
aandacht is voor het feit dat extra taken voor mantelzorgers vooral op de schouders van
vrouwen dreigen neer te komen. In de motie werd een verzoek gedaan om te monitoren
wat de effecten zijn van de decentralisatie in de zorg op de verhouding tussen zorgtaken
en betaald werk voor mannen en vrouwen. Daarnaast werd het verzoek gedaan extra
aandacht te besteden aan het interesseren van mannen voor informele zorg en om
maatregelen te treffen om de economische zelfstandigheid van vrouwen te behouden
door ondersteuning van werkende mantelzorgers (bijv. door respijtzorg).
Onderzoeksopzet en methode
O+S heeft voor de nulmeting contact opgenomen met bewoners van Zuid om zo
mantelzorgers te bereiken. Hierbij is gebruik gemaakt van twee methodes:
1. Online panel;
2. Telefonische interviews.
1
Maatschappelijke ontwikkelingen, feiten en cijfers. Werk & mantelzorg
3
Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek
O+S heeft een online panel met 4.500 Amsterdamse bewoners. Een kleine 800 hiervan
2
woont in Zuid en is minimaal 19 jaar. Deze zijn benaderd worden met het verzoek om
een vragenlijst in te vullen. De mensen die eind 2013 hebben meegedaan aan een ander
3
O+S-onderzoek naar mantelzorg zijn niet benaderd. Daarnaast beheert O+S een digitaal
panel Zuid. Dit panel bestaat uit 365 ouders in Zuid met (jonge) kinderen. Deze zijn
eveneens benaderd voor het onderzoek.
Omdat in de panels hoogopgeleiden oververtegenwoordigd zijn, is het nodig om ook
andere kanalen in te zetten. Zo ontstaat beter zicht op de werkelijke situatie in Zuid. Er is
met 618 Amsterdamse bewoners uit Zuid gesproken en daarbij is het concept mantelzorg
toegelicht. Alleen als ze tot de doelgroep behoren, is telefonische de vragenlijst
afgenomen. Dat leverde de gegevens van 62 mantelzorgers op.
In totaal hebben 1.100 bewoners van stadsdeel Zuid meegewerkt aan dit onderzoek: 56%
telefonisch, 33% via het algemene panel en 11% via het digipanel Zuid. Dit heeft in totaal
207 mantelzorgers opgeleverd.
Aan de hand van een vragenlijst is bepaald wat de kenmerken van deze mantelzorgers in
Zuid zijn, of er sprake is van een te zware belasting en wat het stadsdeel kan doen om dit
te verminderen of een verdere belasting te voorkomen. De vragenlijst is in overleg met de
opdrachtgever opgesteld en het Steunpunt Mantelzorg heeft commentaar gegeven op de
conceptversie.
Opzet rapportage
Het rapport begint met een beschrijving van ontwikkelingen in arbeidsparticipatie en
mantelzorg op basis van een inventarisatie van eerder onderzoek. Het betreft een
samenvatting van een eerder door O+S geschreven fact sheet, getiteld Concurrentie
mantelzorg en betaald werk (maart 2014). De fact sheet behandelt de ontwikkelingen in
betaald werk voor mannen en vrouwen, en de ontwikkelingen in mantelzorg.
In hoofdstuk twee staan de resultaten van de peiling onder de mantelzorgers in stadsdeel
Zuid. Tot slot worden in hoofdstuk 3 conclusies getrokken en aanbevelingen voor het
stadsdeel gegeven.
2
3
4
Dit is de grens die de GGD Amsterdam aanhoudt bij het Gezondheidsonderzoek.
Mantelzorg en respijtzorg, Omnibus 91, O+S, 2013
Mantelzorg in Zuid
1 Ontwikkelingen in arbeidsparticipatie
en mantelzorg
1.1 Mantelzorg in Amsterdam
Er zijn verschillende onderzoeken gedaan naar mantelzorg. Volgens cijfers van de GGD
Amsterdam vanuit de Gezondheidsmonitor 2012 geeft 11% van de Amsterdamse
vrouwen van 19 jaar en ouder en 9% van de mannen mantelzorg. Op basis van de
onderzoeken van de GGD kan geconcludeerd worden dat in 2012 meer Amsterdammers
mantelzorg verleenden dan in 2008. Vooral de groep 65-plussers is actiever geworden.
Aandeel mantelzorgers in Amsterdam, mannen en vrouwen samen, 2008 en 2012 (procenten)
18
%
16
14
12
10
2008
2012
8
6
4
2
0
19-34
35-44
45-54
55-64
65-74
75+
bron: GGD Amsterdam
Van de Amsterdamse vrouwelijke mantelzorgers is 45% tussen de 45 en 64 jaar, 46% is
hoog opgeleid en 62% heeft betaald werk. Van de Amsterdamse mannen die mantelzorg
verleent is de helft tussen de 45 en 64, heeft 66% een betaalde baan en is 54% hoger
4
opgeleid. Mannen verlenen minder mantelzorg maar zijn iets actiever als het om
5
vrijwilligerswerk gaat. Vrijwilligerswerk hoort samen met mantelzorg tot de informele hulp
of arbeid.
In 2012 geeft 18% van de Amsterdamse mantelzorgers aan zich zwaar of overbelast te
voelen door de mantelzorg. Vrouwen (20%) noemen dat wat vaker dan mannen (15%) en
4
5
Amsterdamse gezondheidsmonitor 2012, GGD Amsterdam, 2013
Vrijwilligerswerk.nl
5
Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek
verder hebben mensen zonder betaalde baan (25%) hier meer last van dan werkenden
(15%). Mogelijk is er een relatie met de aard van de mantelzorg die verleend wordt:
persoonlijke hulpverlening is voor mensen met een betaalde baan minder eenvoudig te
verlenen, omdat deze hulp vaak tijdgebonden is of relatief vaak met gebeuren.
Vermoedelijk komen deze taken vaker neer op mensen zonder betaalde baan, naast
professionals.
De ervaren belasting hangt vermoedelijk ook samen met het aantal uren verleende zorg:
mantelzorgers zonder betaalde baan doen dit gemiddeld 14 uur mantelzorg per week,
6
terwijl mantelzorgers met betaalde baan op 9 uur per week uitkomen.
Uit het onderzoek van GGD Amsterdam blijkt dat mensen met een lager opleidingsniveau
(alleen lager onderwijs) het minst vaak mantelzorg verlenen. Terwijl de laagst opgeleide
Amsterdammers het minst vaak mantelzorg verlenen, ervaren ze wel veruit het vaakst een
zware of te zware belasting hiervan.
In Amsterdam kan er sprake zijn van concurrentie tussen betaald werk en mantelzorg,
vooral in de groep tussen 45 en 54 jaar. Deze groep combineert een hoge
arbeidsparticipatie met een relatief groot aandeel in mantelzorg. Uit landelijke cijfers blijkt
dat het merendeel (71%) van de mantelzorgers onder de 65 jaar ook betaald werk
verricht. In Amsterdam ligt het percentage voor vrouwen op 62% en voor mannen op
66%. Het zijn vooral de ouderen en een deel van de vrouwen die nu in principe nog ruimte
hebben voor meer betaald werk. Tegelijkertijd zijn dit ook de groepen die de meeste
mantelzorg op zich nemen. Het is niet onmogelijk dat deeltijdwerk nu de ruimte biedt voor
mantelzorg. De concurrentie tussen betaald werk en mantelzorg hoeft op zich niet erg te
zijn. Uit onderzoek blijkt namelijk dat mensen met betaald werk zich minder snel zwaar
belast of overbelast voelen door het geven van mantelzorg dan mensen zonder betaald
werk. Het gevoel van overbelasting, waar bijna een vijfde van de mantelzorgers in
7
Amsterdam nu al onder lijdt, is wel een probleem.
1.2 Verwachte ontwikkelingen
In 2015 worden gemeenten onder andere verantwoordelijk voor de zorg voor langdurig
zieken en ouderen. Deze decentralisatie zal vermoedelijk gepaard gaan met
bezuinigingen.
De verwachting is dat het aantal mensen dat behoefte heeft aan mantelzorg in de
toekomst zal toenemen, als gevolg van vergrijzing. De zorgvraag zal vermoedelijk
zwaarder zijn omdat steeds meer ouderen en mensen met een chronische ziekte of
handicap thuis blijven wonen. De belasting van de bestaande mantelzorgers zal daardoor
toenemen. De verwachting is ook dat het aantal mantelzorgers minder zal groeien dan het
aantal mensen dat behoefte heeft aan mantelzorg. Bovendien zullen de mensen die
mantelzorg verlenen langer doorwerken. Hierdoor zal de combinatie van werk en
8
mantelzorg vaker voorkomen. Als gevolg van de recessie is de arbeidsparticipatie tijdelijk
wat lager maar deze zal in de toekomst weer gaan stijgen, om de vergrijzing op te
vangen.
6
Amsterdamse gezondheidsmonitor 2012, GGD Amsterdam, 2013
Amsterdamse gezondheidsmonitor 2012, GGD Amsterdam, 2013
8
Maatschappelijke ontwikkelingen, feiten en cijfers. Werk & mantelzorg,
7
6
Mantelzorg in Zuid
Er zijn ook andere ontwikkelingen, die doorwerken in het aantal beschikbare
mantelzorgers en vrijwilligers. Afgezien van de hiervoor al genoemde toename in de
arbeidsparticipatie met name bij vrouwen gaat het bijvoorbeeld om een afname van de
religieuze betrokkenheid en om fenomenen als immigratie en individualisering, die de
9
samenleving beïnvloeden. Broese van Groenou lanceert de term derde generatie
informele zorgers. Zij gaat ervan uit deze mantelzorgers, die nu tussen de 45 en 65 jaar
zijn, in de toekomst minder zorg zullen geven door concurrentie met arbeid en
vrijwilligerswerk. Zij verwacht dan ook dat er in de toekomst meer beroep gedaan moet
worden op anderen: andere mantelzorgers, vrijwilligers en professionele helpers. Op deze
manier wordt de belasting verdeeld.
9
Informele zorg 3.0 Schuivende panelen en een krakend fundament, M.I. Broese van Groenou, oratie VU, 2012
7
Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek
2 Resultaten peiling
In het vorige hoofdstuk is de situatie rond mantelzorg en de relatie met betaald werk in
Amsterdam geschetst en de mogelijke toekomstige ontwikkelingen daarin. In dit hoofdstuk
staan de resultaten van de nulmeting onder mantelzorgers in Zuid centraal. Daarmee
wordt zicht gegeven op de huidige situatie in stadsdeel Zuid.
2.1 Brede definitie mantelzorg
Aan de bewoners van stadsdeel Zuid is gevraagd of ze de afgelopen 12 maanden
mantelzorg hebben gegeven:
Heeft u de afgelopen twaalf maanden mantelzorg gegeven? Mantelzorg is de zorg die u
geeft aan een bekende uit uw omgeving, zoals uw partner, ouders, kind, buren of
vrienden, als deze persoon voor langere tijd ziek, hulpbehoevend of gehandicapt is. Deze
zorg kan bestaan uit het huishouden doen, wassen en aankleden, gezelschap houden,
vervoer, geldzaken regelen, enzovoorts. Mantelzorg wordt niet betaald. Een vrijwilliger
vanuit een vrijwilligerscentrale is geen mantelzorger.
Tien procent van de telefonisch benaderde inwoners van Zuid gaf aan de afgelopen 12
maanden mantelzorg te hebben verricht. Negen procent voldoet aan de door de GGD
Amsterdam opgestelde nauwere definitie van een mantelzorger, dat wil zeggen
momenteel mantelzorg verlenen en tenminste 3 maanden en/of minimaal 8 uur per week.
Dat komt vrijwel overeen met het aandeel dat de GGD Amsterdam in de Amsterdamse
Gezondheidsmonitor 2012 voor bewoners van Zuid vond (10%).
In dit onderzoek gaven in totaal 207 respondenten aan dat zij afgelopen 12 maanden
mantelzorg hebben verricht. De mantelzorgers die nu geen mantelzorg meer geven, maar
dat wel de afgelopen 12 maanden hebben gedaan, is gevraagd of ze de enquête willen
invullen voor de situatie destijds (n=51). Ook aan mantelzorgers die maar een paar uur
per week mantelzorg verlenen of verleenden (< 8 uur per week), die hun tijdsbesteding
aan mantelzorg niet opgaven en/of nog geen 3 maanden mantelzorg geven, zijn alle
vragen.
Dit totale aantal van 207 respondenten is voldoende om uitspraken te doen over deze
hele groep. Maar wanneer deze groep verder wordt opgesplitst worden de aantallen vaak
te beperkt om representatieve uitspraken te kunnen doen en significante verschillen
tussen groepen te vinden. Veel van de besproken verschillen tussen groepen in dit
hoofdstuk zijn dan ook indicatief en geven globale trends weer. In een volgende meting
kan getoetst worden of deze trends nog steeds opgaan.
In de nu volgende paragrafen komt aan de orde wie de mantelzorgers zijn, wie ze hulp
geven, wat ze precies doen en met welke motieven en in welke mate zij zich belast
voelen. Daarna wordt gekeken in hoeverre ze vormen van mantelzorgondersteuning door
de gemeente kennen, daar gebruik van maken en waar zij behoefte aan hebben. Tot slot
8
Mantelzorg in Zuid
wordt ingegaan op de combinatie betaald werk en mantelzorg en mogelijkheden tot
uitbreiding van de mantelzorg.
2.2 Wie zijn de mantelzorgers
Meerderheid mantelzorgers is een vrouw
Zes van de tien geënquêteerde mantelzorgers zijn vrouwen, vier van de tien mannen. Dat
10
komt overeen met de resultaten van landelijk onderzoek.
Eenderde van mantelzorger is 65-plus
De gemiddelde leeftijd van de geënquêteerde mantelzorgers is 57 jaar en varieert van 27
tot en met 87 jaar. Een derde van hen is 65 jaar of ouder, terwijl maar 5% onder de 35
jaar is (zie figuur 2.1).
Figuur 2.1 Leeftijdsverdeling van de mantelzorgers (n=207, procenten)
5%
12%
33%
19 t/m 34 jaar
35 t/m 44
45 t/m 54
29%
55 t/m 64
65 jaar of ouder
22%
Mantelzorgers zijn vaak hoogopgeleid
Tweederde van de bevraagde mantelzorgers heeft een hoog opleidingsniveau (68%), dat
wil zeggen dat zij een HBO of universitaire opleiding hebben afgerond (31% HBO, 36%
WO). Bijna een kwart (23%) is middelbaar opgeleid en 8% is laag- of ongeschoold. Het
hoge opleidingsniveau van de mantelzorgers hangt samen met het gemiddeld hoge
opleidingsniveau van bewoners van Zuid. Daarnaast zitten ook in het bevraagde
onlinepanel veel hoogopgeleiden.
10
Zie bijvoorbeeld: Sociaal en Cultureel Planbureau. Informele zorg in Nederland. Den haag, juni 2013.
9
Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek
Krappe meerderheid mantelzorgers heeft betaalde baan
Ruim de helft van de mantelzorgers heeft betaald werk (56%). Dat varieert van 4 tot en
met 70 uren per week. Het vaakst wordt 40 uur per week gewerkt, 55% van de werkenden
heeft een voltijdsbaan (30% onder alle mantelzorgers).
Twee van de tien mantelzorgers met betaald werk (18%) zijn minder uren gaan werken
om mantelzorg te kunnen geven. Mannen en vrouwen verschillen hierin niet.
Het aantal uren dat men minder ging werken varieert van twee uur per week tot en met 40
uur per week. Het gemiddeld aantal uren dat minder werd gewerkt is 14 uur per week.
De meerderheid van de mantelzorgers die geen betaalde baan hebben is gepensioneerd
(71%, 31% onder alle mantelzorgers). Daarnaast is een deel werkzoekend (14%),
arbeidsongeschikt (9%), huisvrouw of huisman (4%) of volgt een opleiding (2%). Een klein
deel van de mantelzorgers zonder betaalde baan, van 4%, gaf aan dat zij geen betaalde
baan hebben omdat dat niet te combineren is met het geven van mantelzorg.
Vier van de tien mantelzorgers doen ook vrijwilligerswerk
Vier van de tien mantelzorgers (43%) verrichten naast de mantelzorg ook vrijwilligerswerk.
Voor 12% van de mantelzorgers gaat het om minder dan een uur per week
vrijwilligerswerk. Het aantal uren varieert verder van 2 tot en met 40 uur per week, 4 uur
per week kwam het vaakst voor.
2.3 De ontvangers van mantelzorg
Vaakst hulp aan ouders
De ontvangers van mantelzorger zijn het vaakst een ouder van de mantelzorger; vier van
de tien mantelzorgers zorgen voor een ouder. Ook vaak genoemd wordt hulp aan een
vriend of vriendin (17%), aan een buurman/-vrouw (15%) of aan de partner (13%). De
overige genoemde relatievormen staan in tabel 2.2.
Tabel 2.2 Aan wie wordt mantelzorg gegeven (n=207, meerdere antwoorden mogelijk, procenten)
10
ouder
42
vriend of vriendin
17
buurman of buurvrouw
15
partner
13
ander familielid (dan (schoon)ouder, kind, broer/zus, grootouder)
9
schoonouder
8
broer of zus
8
kind
6
grootouder
2
iemand anders, namelijk
6
Mantelzorg in Zuid
Vaakst hulp vanwege ouderdom
Bij het ziektebeeld of de beperking van diegene waaraan zorg verleend wordt, gaat het
het vaakst om ouderdom en lichamelijke beperkingen. Ook dementie en chronische ziekte
worden vaak genoemd (zie tabel 2.3). Bij ‘anders, namelijk’ werden vaak specifieke
ziekten genoemd zoals kanker, een operatie of een tijdelijk ziekte.
Tabel 2.3 Wat is het ziektebeeld, de handicap of de beperking van de ontvanger van mantelzorg (n=207,
meerdere antwoorden mogelijk, procenten)
ouderdom
45
lichamelijke beperking
41
dementie (bijvoorbeeld Alzheimer)
19
chronische ziekte
18
psychosociale problemen (zoals emotionele- en gedragsproblemen)
9
andere vorm van Niet Aangeboren Hersenletsel (bv.epilepsie, CVA)
7
psychiatrische problematiek (bijv. psychiatrische ziekte zoals schizofrenie)
7
verstandelijke beperking
2
verslaving
anders, namelijk
weet ik niet, geen antwoord
2
15
1
Meerderheid ontvangt ook andere hulp
Vijftien procent van de mantelzorgers geeft aan dat diegene die zij hulp bieden verder
geen andere hulp ontvangt of dat zij dat niet weten (zie tabel 2.4). Door 85% van de
hulpbehoevenden wordt dus nog andere hulp ontvangen. Het vaakst gaat het om
thuiszorg (39%) en huishoudelijke hulp (35%). Zeven procent gaat naar een dagopvang of
dagbehandeling. Als overige vormen van professionele hulp zijn nog genoemd: arts,
fysiotherapeut, GGZ, psycholoog, psychiater, geriater, instelling, verzorgingshuis,
verpleeghuis, 24 uurs hulp, beschermd wonen, maatschappelijk werk, hulp bij
administratie, revalidatiehulpen, ziekenhuis, casemanager, PGB-hulpen, maaltijdservice,
senior service. Drie van de tien hulpbehoevenden ontvangen ook hulp van andere
mantelzorgers (29%) en 6% van vrijwilligers.
11
Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek
Tabel 2.4 Overige hulp die ontvanger van mantelzorg ontvangt (n=207, meerdere antwoorden mogelijk,
procenten)
Thuiszorg
39
huishoudelijke hulp
35
dagopvang/dagbehandeling
7
andere professionele hulp
24
van vrijwilligers
6
van andere mantelzorgers
29
geen andere hulp
13
weet ik niet
2
2.4 Aard van mantelzorg
Driekwart geeft een jaar of langer mantelzorg
Rond een kwart (26%) geeft korter dan een jaar mantelzorg, waarvan 13% korter dan drie
maanden (zie figuur 2.5). Twee tot en met vijf jaar komt bijna even vaak voor (24%) als tot
een jaar. Zestien procent geeft al 10 jaar of langer mantelzorg.
Figuur 2.5 Hoe lang geeft u al mantelzorg? Is dat: (n=207, procenten)
2%
13%
16%
korter dan drie maanden
13%
drie maanden tot een 1
jaar
1 tot 2 jaar
2 tot en met 5 jaar
16%
6 tot 10 jaar
16%
10 jaar of langer
weet ik niet
24%
12
Mantelzorg in Zuid
Eenderde geeft meer dan 8 uur mantelzorg
De tijd die mantelzorgers per week aan de hulp besteden (inclusief de eventuele reistijd)
varieert van 1 uur per week tot voltijds (168 uur per week). Gemiddeld wordt 15 uur per
week mantelzorg gegeven. Een derde van de mantelzorgers kon geen inschatting geven
van de tijdsbesteding.
Van de mantelzorgers die wel een inschatting konden geven, verlenen vier van de tien
enkele uren (1 t/m 4 uur) per week mantelzorg, 7% besteedt er meer dan 40 uur per week
aan. Eenderde besteedt meer dan 8 uur per week aan mantelzorg. In figuur 2.6 is de
verdeling over de overige uren te zien.
Figuur 2.6 Tijdsbesteding aan mantelzorg per week, inclusief reistijd (n=138 (exclusief ‘weet
niet’), procenten)
7%
8%
1 t/m 4 uur
42%
5 t/m 8 uur
19%
9 t/m 16 uur
17 t/m 40 uur
meer dan 40 uur
24%
De tijdsbesteding aan mantelzorg hangt af van de afstand tot diegene waaraan men de
hulp geeft. Voor zes van de tien mantelzorgers geldt dat de zorg dichtbij wordt gegeven:
17% woont in hetzelfde huis en 42% woont in de buurt. Vier van de tien wonen op verdere
afstand van diegene die zij mantelzorg geven (41% woont verder weg dan 5 kilometer).
Mantelzorgers die bij diegene in huis wonen waarvoor ze zorgen, besteden meer tijd aan
deze hulp dan gemiddeld genomen (40 uur tegenover 15 uur gemiddeld).
Wie besteden de meeste tijd?
Oudere mantelzorgers, dat wil zeggen 55 jaar of ouder, besteden gemiddeld meer tijd aan
mantelzorg dan anderen: 19 uur per week tegenover 10 uur onder de mantelzorgers
jonger dan 55 jaar.
Vrouwen en mannen die mantelzorg verlenen, verschillen niet significant in het gemiddeld
aantal uren dat zij wekelijks aan mantelzorg besteden.
13
Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek
Mantelzorgers die geen betaald werk hebben, besteden aanzienlijk meer tijd aan de
mantelzorg dan zij die wel een betaalde baan hebben: 22 uur per week tegenover 8 uur
per week. Hierbij gaat het vaak om ouderen, immers 71% van de mantelzorgers die geen
betaald werk hebben zijn gepensioneerd (zie paragraaf 2.1).
De mantelzorgers die ook vrijwilligerswerk doen, besteden minder tijd aan de mantelzorg
dan zij die geen vrijwilligerswerk ernaast doen (gemiddeld 9 uur tegenover 19 uur).
De mantelzorgers die zich (tamelijk) zwaar belast voelen, besteden meer tijd aan de
mantelzorg dan gemiddeld.
Verleende hulp zeer divers
Mantelzorgers verlenen veel verschillende soorten hulp. Het gaat het vaakst om
emotionele ondersteuning (70%), daarna hulp bij het huishouden (64%), vervoer en
begeleiding (59%) en het regelen van zaken (51%). De overige vormen staan in tabel 2.7.
Tabel 2.7 Wat voor hulp wordt er gegeven? (n=207, meerdere antwoorden mogelijk, procenten)
gezelschap, troost, afleiding, het bespreken van problemen
70
hulp bij het huishouden (schoonmaken, de was doen, boodschappen e.d.)
64
vervoer en begeleiding bij bezoeken (arts, familiebezoek, kapper e.d.)
59
financiële en andere zaken regelen, administratie
51
persoonlijke verzorging (hulp bij aankleden, eten, wassen e.d.)
27
verpleegkundige hulp (klaarzetten/geven medicijnen, wondverzorging)
14
iets anders, namelijk
18
Uit landelijk kwalitatief onderzoek blijkt dat mannen vergeleken met vrouwen vaak een
minder directe en meer ondersteunde rol hebben. Zo zijn zij vaak verantwoordelijk voor
meer praktische bijdragen, zoals het huis geschikt maken voor een rolstoel of zorgen voor
vervoer. In dit onderzoek worden wel verschillen tussen mannen en vrouwen gevonden
(bijvoorbeeld dat mannen vaker financiële/administratieve zaken regelen) maar deze zijn
klein en niet significant. Dat heeft te maken met het relatief kleine aantal respondenten in
deze groepen.
2.5 Motieven van mantelzorger
Veelal uit liefde en vanzelfsprekendheid
Mensen kunnen verschillende redenen hebben om anderen te helpen. Aan de
mantelzorgers is gevraagd welke van een aantal genoemde zaken in welke mate een rol
spelen bij hun motivatie (zie tabel 2.8). Het ‘uit liefde en genegenheid doen’ en ‘het
vanzelfsprekend vinden om te doen’ spelen bij negen van de tien mantelzorgers een rol,
waarvan voor zeven van de tien een sterke rol. Acht van de tien mantelzorgers zien het
(een beetje of in sterke mate) als een plicht, waarbij het voor zes van de tien in sterke
mate mee speelt (zie tabel 2.8). De overige voorgelegde mogelijke redenen (‘er is
14
Mantelzorg in Zuid
niemand anders beschikbaar’ en ‘ik put veel voldoening uit de zorg’) spelen voor zes van
de tien mantelzorgers een (kleine of grote) rol.
Tabel 2.8 Mate waarin de genoemde zaken een rol spelen bij de motivatie van mantelzorgers (n=207,
meerdere antwoorden mogelijk, procenten)
speelt sterk
speelt beetje
speelt niet
belangrijkste
mee
mee
mee
motief
Ik doe het uit liefde en genegenheid.
72
19
7
39
Ik vind het vanzelfsprekend om te doen.
71
18
7
28
Ik vind het (niet meer dan) mijn plicht.
59
24
15
14
Er is niemand anders beschikbaar.
32
30
36
11
Ik put veel voldoening uit de zorg.
22
33
42
1
Andere reden
13
3
5
De mantelzorgers vinden het vaakst het motief ‘ik doe het uit liefde en genegenheid’ het
belangrijkst. Vier van de tien mantelzorgers noemen dit als belangrijkste motief. Drie van
de tien noemen ‘ik vind het vanzelfsprekend om te doen’ het belangrijkste motief. De
overige motieven worden veel minder vaak als belangrijkste motief genoemd (zie tabel
2.8). Opvallend daarbij is dat maar 1% het motief ‘ik put veel voldoening uit de zorg’ het
belangrijkste vindt. Wel speelt dit motief voor ruim de helft van de mantelzorgers (55%)
een rol.
Zestien procent noemde nog een andere reden die voor hen een rol speelt en 5% vond
dat ook de belangrijkste reden. Daarbij werd bijvoorbeeld genoemd: “zij deed het ook voor
mij”, “zo ben ik opgevoed”, “er is simpelweg geen andere zorg”, “ik ken hem al jaren”, “ik
ben erin gerold”.
Vrouwen geven vaker dan mannen als belangrijkste reden om mantelzorg te geven dat er
niemand anders beschikbaar is (14% t.o. 6%), de overige verschillen zijn kleiner en niet
significant.
Laaggeschoolden geven vaker dan gemiddeld aan dat zij het voornamelijk doen omdat zij
het als een plicht zien. De groep van laaggeschoolden is echter in dit onderzoek maar
klein, zodat dit resultaat indicatief is.
2.6 Ervaren belasting
Negen procent voelt zich zeer zwaar of overbelast
Aan de mantelzorgers is als volgt naar hun ervaren belasting gevraagd: “Sommige
mensen voelen zich erg belast door de verzorging van een ander. Zij vinden de zorg
zwaar en moeilijk vol te houden. Voor andere mensen geldt dat minder. Alles bij elkaar
genomen, hoe belast voelt u zich momenteel?”
Een derde deel voelt zich niet of nauwelijks belast (32%) en een ongeveer even groot
deel enigszins belast (34%, zie figuur 2.9). Eveneens een derde (32%) voelt zich tamelijk
zwaar tot en met overbelast, waarvan 3% overbelast. Daarbij is de groep die zich tamelijk
zwaar belast voelt groot, 23%. Negen procent voelt zich zeer zwaar of overlast. In een
15
Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek
onderzoek van de Hogeschool van Amsterdam kwam naar voren dat 14% van de
11
Amsterdamse mantelzorgers zich zeer zwaar of overbelast voelt. Mogelijk ligt het
aandeel zeer zwaar/overbelaste mantelzorgers in Zuid lager omdat zij vaker hoogopgeleid
zijn en hoogopgeleide mantelzorgers gemiddeld minder vaak zware belasting ervaren.
Figuur 2.9 Mate van ervaren belasting (n=207, procenten)
3% 1%
6%
32%
niet of nauwelijks belast
enigszins belast
23%
tamelijk zwaar belast
zeer zwaar belast
overbelast
weet ik niet
34%
Redenen van overbelasting
Aan de mantelzorgers die aangaven overbelast te zijn, is naar de redenen daarvan
gevraagd. De genoemde redenen voor overbelasting zijn:
•
Alles, maar dan ook alles alleen doen is zeer belastend.
•
Als alleenstaand ouder zorg ik al 24 jaar voor een kind met een levensbedreigende
chronische ziekte. Daarnaast zorg ik voor een 90 jaar oude moeder. Daarnaast moet
ik voor mijn eigen inkomen zorgen; ik werk ver beneden mijn niveau en verdien niet
meer dan een minimum inkomen. Bij dit minimaal inkomen en een tekort aan
pensioenopbouw rest mij niets anders dan doorwerken, óók nu ik ouder word en
eigenlijk niet meer kan. Er wordt mij niets gevraagd, ik heb het maar te doen.
•
Constante zorg voor een kankerpatiënt vergt alles van een mens, ook emotioneel.
Zeker wanneer het je partner betreft.
•
Het is een fulltime bezigheid en ik ben zelf ook niet 100%.
•
Ik heb een babyfoon en als mijn moeder roept om circa 2 of 5 uur ik ben gevallen
dan ga ik mijn bed uit.
•
11
Ik heb een longziekte.
Wittenberg, Y. & R. Kwekkeboom. Facsheet Informele zorg en diversiteit, over mantelzorgers en
(zorg)vrijwilligers in de regio Amsterdam. Hogeschool van Amsterdam, Maatschappij en Recht. Amsterdam,
2013.
16
Mantelzorg in Zuid
•
Opgroeiend kind en betaald werk.
Het valt op dat (te weinig) professionele zorg en de regelgeving van de overheid
(bureaucratie) hier niet als redenen worden genoemd. Uit de open antwoorden blijkt wel
dat dergelijke zaken meespelen, bijvoorbeeld: “huishoudelijke hulp (goedkoper)
beschikbaar stellen”, “zorg dat PGB beschikbaar blijft” en “regelgeving versoepelen …, dit
kost veel tijd”, “regels minder moeilijk maken, het is erg moeilijk om aan je recht te
komen”.
Wie voelen zich zwaar belast?
Al eerder in deze rapportage kwam naar voren dat de mantelzorgers die zich (tamelijk)
zwaar belast voelen, ook de meeste tijd aan de mantelzorg besteden. Al of niet betaald
werk hebben, maakt geen significant verschil in de ervaren belasting, voltijds versus
deeltijd werken evenmin.
Mantelzorgers die verpleegkundige hulp geven en die persoonlijke verzorging geven, zijn
vaker (tamelijk) zwaar of overbelast dan anderen. Dit zijn ook de vormen van hulp waar
gemiddeld de meeste tijd aan wordt besteed. Het is niet precies bekend of de
overbelasting bij deze groep komt doordat deze zorg meer tijd kost of omdat het
emotioneel veel van de mantelzorgers vergt. Waarschijnlijk spelen beide want bij de open
antwoorden worden beide soorten redenen voor de overbelasting genoemd.
Het blijkt ook verschil te maken aan wie men de mantelzorg verleent. Mantelzorgers die
hulp aan hun kind geven zijn vaker dan gemiddeld (tamelijk) zwaar of overbelast. Dat
geldt ook voor mantelzorgers die voor hun partner zorgen en voor hen die voor een ouder
zorgen. De mantelzorg aan deze relaties kost gemiddeld ook veel tijd. Zorg aan een ouder
kost gemiddeld minder tijd (9 uur per week), maar wordt blijkbaar wel vaak belastend
gevonden. Kijken we naar het soort beperkingen en problemen waarmee diegene kampt
waaraan men hulp geeft, dan wordt het vaakst zware belasting ervaren bij psychosociale
problematiek en verslaving.
De mate waarin een mantelzorger zich belast voelt hangt ook samen men zijn/haar motief
om dit werk te doen. Mantelzorgers die als belangrijkste motief opgeven dat er niemand
anders beschikbaar is of dat ze het hun plicht vinden, ervaren vaker dan gemiddeld
(tamelijk) zware tot overbelasting. Dat geldt voor rond de helft van hen. Mantelzorgers die
zeggen het uit liefde en genegenheid te doen, voelen zich echter het vaakst niet of
nauwelijks belast.
Hoogopgeleide mantelzorgers voelen zich minder vaak overbelast (2%) dan
mantelzorgers die niet hoogopgeleid zijn (6%). Het lijkt erop dat ook in dit onderzoek
vrouwen zich iets vaker belast voelen dan mannen, maar de verschillen onder de
mantelzorgers zijn klein en niet significant.
17
Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek
2.7 Mantelzorgondersteuning
Driekwart kent de ondersteuning door stadsdeel niet
Aan de mantelzorgers is gevraagd: “Wist u dat het stadsdeel hulp aan mantelzorgers
biedt?” Een kwart is er van op de hoogte dat het stadsdeel ondersteuning aan
mantelzorgers biedt, driekwart dus niet.
Vrouwen wisten dit vaker dan mannen. Opvallend genoeg zijn hoogopgeleide
mantelzorgers niet vaker hiervan op de hoogte dan lager opgeleiden.
Loket Zorg en Samenleven en lotgenotencontact meest bekend
Aan de mantelzorgers is een rijtje van vormen van gemeentelijke ondersteuning van
mantelzorgers voorgelegd en gevraagd welke men kent (zie tabel 2.10). Het vaakst kent
men informatie en advies via het loket Zorg en Samenleven (19%), daarna het
lotgenotencontact (17%). Tien procent kent het geven van respijtzorg door de gemeente
en 5% kent het Adviestraject Mantelzorg of de mantelzorgadviseur. Zeven van de tien
mantelzorgers kennen geen van deze genoemde vormen van ondersteuning.
Uit een eerder onderzoek onder mantelzorgers in heel Amsterdam bleek ook dat de
gemeentelijke ondersteuning van mantelzorgers maar weinig bekend is. Zo wist 21%van
de ondervraagde Amsterdamse mantelzorgers dat zij voor steun en advies over
12
mantelzorg bij het Loket Zorg en Samenleven terecht kunnen.
Tabel 2.10 Welke van de volgende vormen van gemeentelijke ondersteuning van mantelzorg kent u?
(n=207, meerdere antwoorden mogelijk, procenten)
% dat het kent
Adviestraject Mantelzorg of mantelzorgadviseur
informatie en advies via het loket Zorg en Samenleven
5
19
lotgenotencontact (bijv. lunchbijeenkomsten, om kennis en ervaring met andere
mantelzorgers te delen)
17
respijtzorg (de zorg wordt overgenomen zodat u even tijd voor u zelf heeft)
10
geen van deze
70
Weinig gebruik van gemeentelijke ondersteuning
Drie procent van de ondervraagde mantelzorgers heeft wel eens gebruik gemaakt van
informatie en advies via het loket Zorg en Samenleven. Dit percentage komt overeen met
13
het eerder genoemde stedelijke onderzoek.
Eén persoon heeft gebruik gemaakt van het adviestraject of de mantelzorgadviseur en
één persoon van het lotgenotencontact (beide nog geen procent van de ondervraagde
mantelzorgers). Van respijtzorg is door geen van de geënquêteerde mantelzorgers
gebruik gemaakt.
12
13
18
Bron: O+S. 2-meting Wmo. Amsterdam, maart 2012.
Idem.
Mantelzorg in Zuid
Gewenste ondersteuning door gemeente
De mantelzorgers is met behulp van een open vraag voorgelegd: “Wat zou de gemeente,
onder andere het stadsdeel, kunnen doen om het voor u als mantelzorger makkelijker of
minder zwaar te maken?” Vier van de tien mantelzorgers konden hierbij niets noemen
(39%) en twee van de tien antwoordden dat de gemeente niets hoeft te doen (20%). De
overige (door meerdere personen gegeven) antwoorden zijn in tabel 2.11 weergegeven.
Parkeerontheffing/-vergoeding, reiskostenvergoeding en respijtzorg werden daarbij het
vaakst genoemd. Daarnaast zijn nog vele losse antwoorden gegeven die vaak betrekking
hebben op het bieden van (betere) professionele zorg, zoals “meer zorg verstrekken”,
”geen mensen ontslaan in de professionele zorg”, “financiële ondersteuning”,
“mantelzorgnetwerk”. Ook de aanpak van de ingewikkelde regelgeving is een aantal keren
genoemd. Alle gegeven open antwoorden staan in de bijlage.
Wat opvalt, is dat mantelzorgers die verpleegkundige hulp of persoonlijke verzorging
geven, vaker aangeven behoefte te hebben aan respijtzorg.
Tabel 2.11 Wat zou de gemeente, onder andere het stadsdeel, kunnen doen om het voor u als
mantelzorger makkelijker of minder zwaar te maken? (n=207, meerdere antwoorden mogelijk,
procenten)
reiskostenvergoeding geven
4
respijtzorg bieden (overname van zorg zodat u even tijd voor u zelf heeft)
3
informatie en advies geven (bijv. over regelingen in de zorg)
2
5
parkeerontheffing/-vergoeding verlenen
1
lotgenotencontacten organiseren (contact met andere mantelzorgers)
iets anders, namelijk
26
niets, niet nodig
20
weet ik niet
39
2.8 Mogelijkheid tot meer mantelzorg
Tweederde ziet eventuele mogelijkheid tot uitbreiding mantelzorg
Van de mantelzorgers ziet ruim een kwart (27%) zeker de mogelijkheid om, mocht dat
nodig zijn, meer tijd aan mantelzorg te besteden (zie figuur 2.12). Vier van de tien
mantelzorgers (38%) denken dat ze misschien meer tijd eraan kunnen besteden. Samen
komt het neer op tweederde van de mantelzorgers (65%) die eventueel meer tijd aan de
mantelzorg kan besteden.
Twee van de tien mantelzorgers (29%) zien zeker niet die mogelijkheid en een klein deel
(7%) geeft aan het niet te weten.
19
Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek
Figuur 2.12 Zou u, mocht dat nodig zijn, meer uren per week aan mantelzorg kunnen besteden? (n=207,
procenten)
7%
27%
ja zeker
29%
misschien
nee, zeker niet
weet ik niet
38%
Diegenen die aangaven zeker niet meer tijd aan mantelzorg te kunnen besteden, gaven
daarbij vaak als reden dat ze het nu al te druk hebben, dat ze zelf ziek zijn, dat ze een
(fulltime) baan hebben al dan niet in combinatie met de zorg voor kinderen etc..
Mantelzorgers die aangeven dat het zeker niet mogelijk is meer tijd aan de zorg te
besteden, besteden gemiddeld nu al meer tijd hieraan dan de overige mantelzorgers.
De bereidheid tot meer mantelzorg blijkt sterk samen te hangen met de ervaren belasting:
mantelzorgers die (tamelijk) zwaar belast of overbelast zijn, geven ruim twee keer zo vaak
aan zeker niet meer uren aan mantelzorg te kunnen besteden als anderen.
Mannen en hoogopgeleiden zien vaker mogelijkheden tot meer mantelzorg
Mannen geven iets vaker dan vrouwen aan zeker meer uren mantelzorg te kunnen geven,
vrouwen geven iets vaker aan dat zeker niet te kunnen. Dit is opvallend omdat vrouwen
gemiddeld niet meer uren mantelzorg verlenen dan mannen.
De bereidheid van oudere (55-plussers) mantelzorgers tot eventueel meer mantelzorg
verschilt niet van het gemiddelde voor de mantelzorgers.
Hoogopgeleiden geven vaker dan anderen aan ‘misschien’ meer uren mantelzorg te
kunnen verlenen en zij geven minder vaak aan dat ‘zeker niet’ te kunnen. Hoogopgeleide
mannen geven vaker aan het ‘zeker wel’ te kunnen dan hoogopgeleide vrouwen.
Geen relatie met betaald werk
De bereidheid tot meer uren mantelzorg van mensen met betaald werk en zonder betaald
werk verschilt niet significant van elkaar. Ook voltijds en deeltijdswerkenden verschillen op
dat punt niet van elkaar.
20
Mantelzorg in Zuid
Dit is opvallend omdat we al eerder zagen dat mantelzorgers die geen betaald werk
hebben meer tijd aan mantelzorg verlenen dan zij die wel een betaalde baan hebben.
Maar ook bleek dat het al dan niet betaald werk hebben geen significant verschil uitmaakt
in de ervaren belasting, voltijds versus deeltijd werken evenmin.
Werkenden die aangaven minder uren te zijn gaan werken vanwege de mantelzorg (18%
van de werkenden) zijn wel minder bereid nog meer uren aan de mantelzorg te besteden
dan anderen met een betaalde baan.
Aan de mantelzorgers met betaald werk is gevraagd: “Stel dat u meer tijd zou hebben en
u had de keuze tussen meer uren gaan werken of meer uren mantelzorg geven. Waar zou
u die tijd dan aan besteden? Aan meer uren betaald werk of aan meer uren mantelzorg?”.
Ruim vier van de tien werkende mantelzorgers wisten of wilden hierbij geen voorkeur
geven (zie figuur 2.13). Kijken we naar diegenen die wel een keus maakten, dan geeft
ruim de helft (56%, 31% van allen) de voorkeur aan meer uren mantelzorg en iets minder
dan de helft aan meer uren betaald werk (44%, 24% van allen). Er komt hier dus niet een
sterk uitgesproken voorkeur voor meer uren betaald werk of meer uren mantelzorg bij
mantelzorgers met een betaalde baan naar voren.
Figuur 2.13 Stel dat u meer tijd zou hebben en u had de keuze tussen meer uren gaan werken of meer uren
mantelzorg geven. Waar zou u die tijd dan aan besteden? (onder mantelzorgers met betaald werk, n=115,
procenten)
24%
meer uren betaald werk
44%
meer uren mantelzorg
geven
weet ik niet, geen
antwoord
31%
21
Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek
3 Conclusies en aanbevelingen
Uit de peiling van O+S blijkt wie de mantelzorgers zijn in Zuid en hoe het met hen gaat.
De mantelzorgers in Zuid zijn vaak vrouwen; zes van de tien mantelzorgers zijn vrouwen,
vier van de tien mannen. Gemiddeld besteden mantelzorgers 15 uur per week aan deze
hulp. De mannelijke mantelzorgers besteden gemiddeld even veel tijd aan de mantelzorg
dan de vrouwelijke mantelzorgers.
Ook zijn de mantelzorgers vaak hoogopgeleid. Een derde van de mantelzorgers in Zuid is
65 jaar of ouder en slechts 5% is onder de 35 jaar. Dit hangt samen met de
bevolkingssamenstelling van Zuid.
Ruim de helft van de mantelzorgers heeft betaald werk en vier van de tien mantelzorgers
doen aan vrijwilligerswerk.
Mantelzorgers geven het vaakst hulp aan hun ouders, meestal vanwege ouderdom en
lichamelijke beperkingen. Bijna alle mantelzorgontvangers ontvangen daarnaast ook
professionele hulp.
Oudere mantelzorgers besteden relatief veel tijd aan deze hulp, evenals mantelzorgers
die geen betaalde baan hebben. Een vijfde van de mantelzorgers met een betaalde baan
is minder uren gaan werken vanwege de benodigde mantelzorg. Daarin verschillen
vrouwen niet van mannen.
Overbelaste mantelzorgers
Negen procent van de mantelzorgers in Zuid voelt zich zeer zwaar of overbelast.
De ervaren belasting hangt sterk samen met de tijd die eraan besteed wordt.
Hoogopgeleide mantelzorgers voelen zich minder vaak overbelast en mannen lijken hier
ook minder vatbaar voor. De zorg voor een kind of partner en verpleging en persoonlijke
verzorging geven de meeste belasting. Dat zijn ook de vormen van mantelzorg die de
meeste tijd vergen. Wanneer de mantelzorg gezien wordt als een plicht of dat niemand
anders het kan doen (beiden vaker door vrouwen en door laagopgeleiden genoemd), dan
is de zorg ook vaker sterk belastend.
Meer inzet mogelijk van mannen
Mantelzorgers die nu al veel tijd aan de hulp besteden, die minder uren zijn gaan werken
en het al als zeer belastend ervaren, zijn zeker niet in staat om zich nog meer in te zetten.
Tweederde van de huidige mantelzorgers ziet wel (eventueel) mogelijkheden om zo nodig
meer uren mantelzorg te verlenen. Mannen geven relatief vaak aan meer uren mantelzorg
te kunnen verrichten. Ook hoogopgeleiden zien vaker mogelijkheden tot meer mantelzorg,
mannen onder hen vaker ‘zeker’ dan vrouwen.
Aanbevelingen
Het beleid kan dus ingezet worden op het stimuleren van mannen om (meer) mantelzorg
te verrichten.
Een ander belangrijk aandachtspunt voor het bestuur van Zuid is de slechte bekendheid
van het bestaande aanbod van ondersteuning van mantelzorgers onder de doelgroep.
Driekwart van de mantelzorgers kent de geboden ondersteuning niet en er wordt dan ook
22
Mantelzorg in Zuid
weinig gebruik van gemaakt. Twee van de tien mantelzorgers geven aan geen behoefte te
hebben aan ondersteuning van de gemeente of het stadsdeel. Vier van de tien
mantelzorgers kunnen niets noemen wat de gemeente zou kunnen doen om hen te
ontlasten. De overige mantelzorgers hebben het vaakst behoefte aan financiële
regelingen en ondersteuning (bijv. op het gebied van parkeren en reiskosten) en
benadrukken het belang van professionele hulp en geven aan zich zorgen te maken over
de bezuinigingen op deze zorg.
Ook het aspect dat het geven van verpleging en persoonlijke verzorging de meeste tijd
kost en de meeste belasting geeft, vraagt om extra aandacht. Juist voor die groep
mantelzorgers zal het lastig zijn om respijtzorg te krijgen, terwijl ze wel vaker dan andere
mantelzorgers aangeven behoefte aan respijtzorg te hebben. Het aangeboden pakket aan
ondersteuningsmogelijkheden zal dus beter afgesteld kunnen worden op de behoeften
van mantelzorgers.
Verder gaven mantelzorgers aan dat ze de regelingen rondom mantelzorg erg
ingewikkeld vinden. Versimpeling van de regelingen rondom mantelzorg is dan ook aan te
bevelen.
Vervolgmeting
Een vervolgmeting zal zicht geven op de eventuele veranderingen die zijn ontstaan als
gevolg van decentralisatie in de zorg. Bijvoorbeeld, is de in de motie verwoorde zorg om
vrouwelijke mantelzorgers terecht gebleken? Worden vrouwen inderdaad nog meer belast
en gaat dat ten koste van hun economische zelfstandigheid of is dit niet het geval omdat
mannen meer actief zijn geworden in de informele zorg?
Ook kan nagegaan worden of de maatregelen die door de gemeente of in het bijzonder
het stadsdeel genomen worden als gevolg van deze meting effect hebben gehad.
Bijvoorbeeld of het gemeentelijk aanbod van mantelzorgondersteuning beter bekend is en
vaker gebruikt wordt.
23
Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek
Bijlage I Open antwoorden
Wat zou de gemeente, onder andere het stadsdeel, kunnen doen om het voor u als mantelzorger
makkelijker of minder zwaar te maken? Anders namelijk ….
•
Aanvragen zouden wat sneller mogen gaan.
•
Dat betaalde instanties dat werk van ons kunnen overnemen.
•
Dat ik in het huis kan blijven wonen als ze niet meer hier is of als ze hier niet meer kan wonen.
•
Een goed online platform voor mantelzorgers waar ze van elkaar ervaring kunnen genieten en
informatie en instellingen die daarbij helpen.
•
Geen controle wat betreft samenwonen doordat ze zorg aanbiedt, mantelzorgcompliment moet
terug komen, geen consequenties moeten er komen voor mensen die mantelzorg aanbiedt
•
maatschappelijk werker voor psychisch-sociale ondersteuning
•
Mantelzorg moet in de regio.
•
Meer aandacht voor het onderwerp.
•
meer zorg verstrekken
•
vergoeding voor voeding / kleding wassen
•
- Begeleiding naar een baan op mijn MBO/HBO niveau met bijbehorend inkomen. - Huishoudelijke
hulp. Mijn huis is, sinds ik genoodzaakt ben te werken, verworden tot een 'studenten woning', niet
omdat ik dit wil, maar omdat het me niet lukt om én voor mijn kind én voor mijn moeder én voor
mijn baan én voor mijn én voor mezelf te zorgen.
•
Betaalde zorg is makkelijker
•
Betalen en mijn moeder heeft met allerlei instanties te maken die allemaal er voor knokken dat zij
geld kunnen verdienen bij mijn moeder. terwijl zij het liefst hulp heeft van mensen die ze kent.
OVERHEID wordt eens wakker
•
Betaling, moet nu er bij werken om toch voldoende inkomsten te hebben en daardoor minder tijd
voor de mantelzorg.
•
betere opvang regelen voor ouderen
•
compensatie, bij de WOZ bijvoorbeeld
•
De administratie die zorgverleners voor het PGB moeten bijhouden zo eenvoudig mogelijk te
maken.
•
de banen betaald maken, zou voor veel mensen wel prettig zijn
•
de maatschappelijke functie van kerkgemeenschappen erkennen zodat vrijwilligers meer steun bij
hulpverlening kunnen krijgen, b.v. onkostenvergoeding als het om begeleiding gaat naar arts of
ziekenhuis
•
De overheid moet zich vooral niet met mijn zaken bemoeien.
•
DE zorg beter in te zetten dus minder mensen op kantoor en veel minder aanbieders want nu zie
vier aanbieders in een flat gebouw lopen
24
Mantelzorg in Zuid
•
die eeuwige warboel van regeltjes bedacht door ambtenaren achter het bureau wat simpeler
maken. Als ik hulp wil vragen moet ik door een woud van regeltjes en onbegrip. Waarom die
regelgeving niet laten opzetten door mensen uit de praktijk!
•
Files oplossen zodat ik sneller weer thuis ben
•
Financiële ondersteuning Tegen gaan van sluiten van zorghuizen zodat vereenzaming wordt
bestreden; alleen wonen valt veel ouderen zwaar, ook als zij gezond zijn
•
flexibeler zijn in wat er aangeboden kan worden
•
goed luisteren naar specifieke situaties
•
goede informatie m.b.t. wie wat waar altijd belangrijk
•
ik ben bezig met pgb aanvraag
•
In mijn geval niet zo heel veel. Dat wat ik doe is normaal, wat je voor een ouder doet. Maar het
beleid van demente ouderen langer thuis laten wonen is een grote, grote fout. Mantelzorgers
kunnen maar zoveel doen. Als mensen hun dag/nachtritme gaan omdraaien en jij steeds van je
werk moet komen, dat gaat gewoon niet.
•
Informatie en ondersteuning. Ik weet dat er een Alzheimerspreekuur is, maar ik heb geen behoefte
(meer) aan uitleg en dramatische verhalen, ik wil concrete tips. Als ze in haar negatieve cirkel zit:
neem een fotoalbum mee. Als ze niet wil eten:... hier zou het huis 3 jaar geleden al meehelpen,
maar helaas. Het trekt ook een zware wissel op mijn normale werkzaamheden.
•
laagdrempelige zonder extreme indicatie toegankelijke oude van dagen huizen en verpleeghuizen
openen in de buurt vlak bij zodat kinderen hun ouders kunnen bezoeken en zorgen dat de
professionele verzorging goed verloopt. Geen huizen sluiten maar nieuwe bouwen. Iedereen een
eigen kamer en een gemeenschappelijke ruimte.
•
mantelzorgnetwerk?
•
meer laten doen door verpleeghuis
•
Meer ondersteuning in de vorm van inkomstenbelasting verlichting/vrijstelling, uitnodigen voor
deelname aan lotgenotengroep(en), respijtzorg aanbieden, kortingen op culturele activiteiten,
online zorgruil aanbieden, coaching door buurtzorg aanbieden
•
Mijn moeder met dementie woont niet meer in Amsterdam. In 1979 vertrokken mijn ouders uit
Amsterdam omdat ze hier maar geen woning met een tuintje konden krijgen. Als mijn stadsdeel
ook mensen met Alzheimer van buiten de stad iets kan bieden, graag natuurlijk.
•
Minder indicaties stellen en méér werkelijke hulp bieden (managers zijn totaal overbodig en
uitsluitend door zichzelf aangesteld
•
Minder mensen ontslaan in de verzorging
•
Moeilijk te omschrijven dit soort individuele gevallen
•
Ondersteunen van netwerken zoals stadsdorpen.
•
Ons in ons huis qua belachelijke huurverhogingen, met rust te laten. Verpleeghuizen,
verzorgingshuizen en thuishulp is vele malen duurder. Maar gemeentelijk gemak dient de mens,
toch.
25
Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek
•
Op een vanzelfsprekendere manier omgaan met dit soort situaties bij mensen die "hulp" nodig
hebben bij het verzorgen van iemand. mensen die zorg nodig moeten niet eerst een grote berg
papieren hoeven in te vullen maar zorg krijgen op indicatie van behandelende artsen. Die kunnen
ook bepalen wat en hoeveel zorg er moet worden gegeven.
•
Regelgeving versoepelen rondom aanvragen en aanschaffen van rolstoelen, woningaanpassingen
etc. Omdat uit te zoeken kost veel tijd...
•
Regels minder moeilijk maken het is erg moeilijk om aan je recht te komen, zowel voor mij als mijn
partner
•
Ruimere huishoudelijke hulp aanbieden
•
Thuiszorg moet meer mensen in dienst hebben die ook met mensen met een psychiatrische en/of
persoonlijkheidsstoornis om kunnen gaan. Buurman is zeer afwerend, een zgn. zorgwekkende
zorgmijder. De mensen van thuiszorg waren van goede wil maar konden hem niet aan waardoor
hij weer opnieuw ernstig verwaarloosd en vervuild daar maar binnen zat. Tot de stank mijn huis
weer binnen kierde en ik weer ingreep. Beter opgeleide en meer mensen in dienst dus!
•
Vanuit de wmo en hopelijk aangevuld vanuit de AWBZ een vangnet van professionele diensten
behouden als de mantelzorg het echt niet meer aan kan.
•
Verscherpt toezicht op de kwaliteit van de instellingen die thuiszorg bieden. Die was in ons geval
zo lamentabel dat we de 'hulp' na korte tijd hebben geweigerd. (En zelfs het doen ophouden van
de hulp was een bureaucratische nachtmerrie. )
•
Vervoer makkelijker maken. Ik rij nu steeds heen en weer omdat het aanvragen van vervoer
bureaucratisch is. Maar ook omdat het qua tijd onbetrouwbaar is: mijn vader kan niet omgaan met
'tussen 8 en 10'en staat dan vanaf 8 uur in de kou te wachten. Dus haal ik hem maar.
•
Voor mensen met financiële problemen: plangroep reorganiseren. De mensen die hierin terecht
zijn gekomen zijn geen sterren in het regelen van hun financiën. plangroep draagt bij aan een nog
grotere chaos: er is geen duidelijkheid over wat nu eerst betaald wordt; afspraken worden niet
nagekomen; overzichten van wat betaald is komen onregelmatig. Verder wacht degene die ik
begeleid al 3 jaar om echt in de schuldhulpverlening te komen. Dus om het makkelijker voor mij te
maken zou dit moeten worden opgelost.
•
wekelijks persoonlijk gesprek voeren met ouderen - persoonlijke aanspraak is zeer gewenst
•
werkster 4 uur per week
•
werksters/huishoudelijke hulp voor een laag bedrag ter beschikking stellen (ook voor
boodschappen, zware dingen tillen, was doen)
•
Wordt in alle gevallen buiten Amsterdam ingezet. Gem. Amsterdam zou wellicht een soort advies
-helpdesk kunnen inrichten, hoe om te gaan met ouderen die steeds meer naar binnen gericht
•
Zorgen dat de voorzieningen sneller geleverd worden (rolstoel of ander vervoermiddel
bijvoorbeeld). Zorgen dat ik de invalideparkeerplaats voor de deur mag houden omdat mijn kind,
hoewel woonachtig in een instelling, nog een paar keer per week thuis verblijft. Zorgen voor
geschikt vermaak voor verstandelijk gehandicapten i.p.v. over te laten aan particuliere initiatieven
zoals Shamajo en Cliniclowns. Bezoekers aan instellingen gratis laten parkeren.
26
•
Zorgen dat er meer toegang tot professionele hulp komt.
•
Zorgen dat er PGB beschikbaar blijft zodat mijn moeder zelf hulp kan inschakelen.
Mantelzorg in Zuid
•
Zorgen dat mijn andere kind op de school van onze voorkeur terecht kan zodat we minder stress
met halen en brengen hebben en er minder kostbare tijd aan kwijt zijn.
Heeft u nog opmerkingen?
•
Ben nog dusdanig vitaal dat ik de zorg kan dragen voor mijn vrouw.
•
De laatste tijd ben ik wel op zoek naar informatie om misschien minder uur te werken, maar het is
een administratief/ingewikkeld verhaal. Ik denk dat heel veel mensen hier last van hebben.
•
Die dingen die het stadsdeel organiseert heb ik niks aan. Overdag werk ik of ik ben ik bij mijn
moeder. Daarbij kosten die dingen ook tijd die ik niet meer heb door de mantelzorg
•
Gemeente, waardeer uw mantelzorgers op alle mogelijke gebieden!
•
Goed dat de gemeente dit onderzoek doet (2x genoemd).
•
Het is heel belangrijk dat mensen die mantelzorgbehoevend zijn, professioneel psychologisch
ondersteund worden bij het vinden van een goede innerlijke balans. Dat ontlast niet alleen de
zieke persoon, maar ook alle mantelzorgers.
•
Hoe kom je achter de helpdesk voor mantelzorg?
•
ik ga niet mee doen aan het vervolg, omdat mijn moeder nu in het verzorgingshuis zit, waar ik
zeer dankbaar voor ben. deze huizen zijn hard nodig. het is ook niet alles, maar het is een goede
remedie tegen eenzaamheid.
•
Ik maak me erg zorgen over de gevolgen van de Jeugdwet
•
Ik vind "mantelzorg" een heel aparte, ambtelijke benadering....
•
ik vind kortdurende mantelzorg voor iemand van wie je houdt nog te doen maar van een fulltime
werkend iemand is dit voor de lange termijn amper te verwachten. Ik weet niet hoe Rutte en
consorten dit voor zich zien. Ik hoop dat hij heel lang over zijn moeder moet gaan mantelzorgen
met zijn baan als premier. en dan wel zelf he, niet iemand inhuren!
•
Ik zou graag willen weten hoe de overheid denkt dat mantelzorg te combineren is met langer
volledig werken. Ik heb een eigen bedrijf, dus niets om op terug te vallen.
•
Mantelzorg is duidelijk als het duidelijke taken en uren betreft. Maar vaak werkt het niet zo. Het is
ook lastig, vooral bij mensen met problemen op veel leefgebieden. Want met wat help je wel en
met wat niet? Mensen met veel problemen kunnen vaak de verantwoordelijkheid niet aan/nemen
en dat maakt de positie van een mantelzorger soms precair.
•
mantelzorg moet iedereen geven. ook als dierbaren zijn opgenomen in bejaardenhuizen of
verpleeghuizen. als dergelijke huizen gesloten worden is dat een ramp. Mijn oma verzorgde haar
vader tot hij stierf thuis. Maar zij was huisvrouw. Tegenwoordig heb je werkende vrouwen. Broers
laten het altijd afweten bij de zorgtaken voor hun ouders dus de dochters die werken worden
door deze bezuinigingen zwaar getroffen.
•
Nogmaals: er is wildgroei ontstaan in het managers-circuit. Er moet dringend gekort worden op
indicatie en onmiddellijk actie ondernomen worden
•
Ouders wonen op Ameland.
•
Raar dat kinderverzorging niet direct onder mantelzorg past.
•
Wanneer word mij daadwerkelijk hulp geboden?
27
Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek
•
Zorg is vrij eenvoudig te coördineren door wijkverpleging en buurtzorgwinkels daar zijn geen
managers voor nodig. Kijk naar de jaren 70/80 Vind wel dat verzorging en verpleging bij de prof.
horen. Ieder zijn vak! Niet bij goed willende vrijwilligers
28
Mantelzorg in Zuid
Bijlage II De vragenlijst
29
Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek
Serial
Serie nummer
Vragenlijst mantelzorg in Zuid
Goedemiddag/-avond u spreekt met …. van O+S, Bureau Onderzoek en Statistiek van de gemeente
Amsterdam. In opdracht van stadsdeel Zuid doen wij onderzoek onder mantelzorgers naar hun
ervaringen en ondersteuningsbehoeften. Wilt u daar aan mee doen? Het zal ongeveer 5 minuten
duren.
v1
Heeft u de afgelopen twaalf maanden mantelzorg gegeven?
Mantelzorg is de zorg die u geeft aan een bekende uit uw omgeving, zoals uw partner, ouders, kind, buren of
vrienden, als deze persoon voor langere tijd ziek, hulpbehoevend of gehandicapt is. Deze zorg kan bestaan uit het
huishouden doen, wassen en aankleden, gezelschap houden, vervoer, geldzaken regelen, enzovoorts. Mantelzorg
wordt niet betaald. Een vrijwilliger vanuit een vrijwilligerscentrale is geen mantelzorger.
1
2
ja
nee → ga naar vraag geen_doelgroep
v2
Geeft u deze mantelzorg op dit moment nog?
1
2
ja --> volgende vraag overslaan
nee
V2b: : Zou u de nu volgende vragen over mantelzorg dan willen beantwoorden over de mantelzorg die u toen gaf, dus over de
situatie toen? (enqueteur: alle volgende vragen in de verleden tijd formuleren)
1
2
ja
nee → ga naar vraag geen_doelgroep
v3
Hoeveel uur mantelzorg geeft u momenteel gemiddeld per week, eventuele reistijd meegerekend? Graag afronden
op hele uren.
v4
Zou u, mocht dat nodig zijn, meer uren per week aan mantelzorg kunnen besteden?
1
2
3
4
ja zeker
misschien
nee zeker niet → ga naar vraag v6
weet ik niet → ga naar vraag v6
v5
Hoeveel uur mantelzorg zou u er maximaal bij kunnen doen per week? Graag afronden op hele uren per week.
v6
Kunt u uw antwoord toelichten?
X
30
Mantelzorg in Zuid
v7
Hoe lang geeft u al mantelzorg? Is dat:
1
2
3
4
5
6
7
korter dan drie maanden
drie maanden tot een 1 jaar
1 tot 2 jaar
2 tot en met 5 jaar
6 tot 10 jaar
10 jaar of langer
weet ik niet
v8
Wat voor soort dingen doet u als mantelzorger? Is dat: (meerdere antwoorden mogelijk)
1
2
3
4
5
6
7
hulp bij het huishouden (schoonmaken, de was doen, boodschappen e.d.)
persoonlijke verzorging (hulp bij aankleden, eten, wassen e.d.)
verpleegkundige hulp (klaarzetten/geven medicijnen, wondverzorging)
financiële en andere zaken regelen, administratie
vervoer en begeleiding bij bezoeken (arts, familiebezoek, kapper e.d.)
gezelschap, troost, afleiding, het bespreken van problemen
v9
Aan wie geeft u mantelzorg? (meerdere antwoorden mogelijk)
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
partner
ouder
schoonouder
kind
broer of zus
grootouder
iets anders, namelijk
________________________________________
ander familielid, namelijk
vriend of vriendin
buurman of buurvrouw
iemand anders namelijk
________________________________________
________________________________________
V9a Wat is het ziektebeeld, de handicap of de beperking van degene aan wie u zorg verleent? (Als het om meerdere personen
gaat dan voor diegene invullen waar u de meeste uren zorg aan verleent). Meerdere antwoorden zijn mogelijk.
1.
Ouderdom
2.
Dementie (bijvoorbeeld Alzheimer)
3.
Een andere vorm van Niet Aangeboren Hersenletsel (zoals epilepsie, CVA)
4.
Verstandelijke beperking
5.
Lichamelijke beperking
6.
Verslaving
7.
Psychosociale problemen (zoals emotionele- en gedragsproblemen)
8.
Psychiatrische problematiek (bijv. een psychiatrische ziekte zoals schizofrenie)
9.
Chronische ziekte
10. Anders, namelijk: ………………………………………………
v10
Wat is de afstand tot diegene waaraan u mantelzorg geeft? Is dat: (Als het om meerdere personen gaat, dan voor
diegene invullen waar u de meeste uren zorg aan verleent).
1
2
3
woont in hetzelfde huis als u
woont in de buurt (tot 5 kilometer van u vandaan)
woont verder weg, verder dan 5 kilometer, namelijk……kilometer
________________________________________
31
Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek
v10a
Mensen kunnen verschillende redenen hebben om anderen te helpen. Kunt u van de volgende zaken aangeven in
hoeverre die voor uw motivatie mee spelen?
Er is niemand anders beschikbaar.
Ik vind het (niet meer dan) mijn plicht.
Ik doe het uit liefde en genegenheid.
Ik put veel voldoening uit de zorg.
Ik vind het vanzelfsprekend om te doen.
Iets anders, namelijk ............
v10b
speelt sterk mee
speelt een beetje mee
speelt niet mee
DCU: hier antwoord(en) opnemen uit 10a (die meespelen) plus 'iets anders, namelijk'.
Welke van de door uw genoemde motieven vindt u het belangrijkst?
1
2
3
4
5
6
Er is niemand anders beschikbaar.
Ik vind het (niet meer dan) mijn plicht.
Ik doe het uit liefde en genegenheid
Ik put veel voldoening uit de zorg.
Ik vind het vanzelfsprekend om te doen
v11
Sommige mensen voelen zich erg belast door de verzorging van een ander. Zij vinden de zorg zwaar en moeilijk vol
te houden. Voor andere mensen geldt dat minder. Alles bij elkaar genomen, hoe belast voelt u zich momenteel?
1
2
3
4
5
niet of nauwelijks belast → ga naar vraag v13
enigszins belast → ga naar vraag v13
tamelijk zwaar belast → ga naar vraag v13
zeer zwaar belast → ga naar vraag v13
overbelast
v12
Hoe komt het dat u zich overbelast voelt als mantelzorger?
iets anders namelijk ......
________________________________________
X
32
v13
Krijgt diegene aan wie u mantelzorg geeft nog andere hulp? Bijvoorbeeld professionele hulp en/of hulp van andere
mantelzorgers of van vrijwilligers. (meerdere antwoorden mogelijk) (Als het om meerdere personen gaat, dan voor
diegene invullen waar u de meeste uren zorg aan verleent).
1
2
3
4
5
6
7
8
ja, verzorging of verpleging van thuiszorg
ja, hulp bij het huishouden
ja, dagopvang / dagbehandeling
v14
Wat zou de gemeente, onder andere het stadsdeel, kunnen doen om het voor u als mantelzorger makkelijker of
minder zwaar te maken? (open vraag, antwoorden niet oplezen/tonen; meerdere antwoorden mogelijk)
1
2
3
4
5
6
7
8
reiskostenvergoeding geven
respijtzorg bieden (de zorg wordt overgenomen zodat u even rijd voor u zelf heeft)
informatie en advies geven (bijv. over regelingen in de zorg)
parkeerontheffing/-vergoeding verlenen
lotgenotencontacten organiseren (contact met andere mantelzorgers)
v15
Wist u dat het stadsdeel hulp aan mantelzorgers biedt?
1
2
ja
nee
ja, andere professionele hulp namelijk
ja, van vrijwilliger(s)
ja, van andere mantelzorger(s)
nee
weet ik niet
iets anders, namelijk
niets, niet nodig
weet ik niet
________________________________________
________________________________________
Mantelzorg in Zuid
v16
Welke van de volgende vormen van gemeentelijke ondersteuning van mantelzorg kent u? (meerdere antwoorden
mogelijk, antwoorden oplezen/tonen)
1
2
3
4
5
Adviestraject Mantelzorg of mantelzorgadviseur
informatie en advies via het loket Zorg en Samenleven
lotgenotencontact (bijv. lunchbijeenkomsten met mantelzorgers, om kennis en ervaring met andere mantelzorgers te delen)
respijtzorg (de zorg wordt overgenomen zodat u even tijd voor u zelf heeft)
geen van deze → ga naar vraag v18
v17
DCU: Over de vormen die bij v16 worden genoemd (die men kent) vragen:
Van welke van deze vormen van ondersteuning heeft u de afgelopen 12 maanden gebruik gemaakt? (meerdere
antwoorden mogelijk)
1
2
3
4
5
Adviestraject Mantelzorg/mantelzorgadviseur
informatie en advies via het loket Zorg en Samenleven
lotgenotencontact (bijv. lunchbijeenkomsten met mantelzorgers, om kennis en ervaring met andere mantelzorgers te delen)
respijtzorg (de zorg wordt overgenomen zodat u even tijd voor u zelf heeft)
geen van deze
v18
Heeft u in de afgelopen 12 maanden gebruik gemaakt van (nog) andere vormen van ondersteuning voor u als
mantelzorger?
1
2
nee
v19
Heeft u betaald werk? En zo ja, voor hoeveel uren per week?
1
2
nee → ga naar vraag v21
ja, voor ...... uren per week
v20
Bent u minder uren gaan werken om mantelzorg te kunnen geven?
1
2
nee, dat is niet het geval
v20a
Stel dat u meer tijd zou hebben en u had de keuze tussen meer uren gaan werken of meer uren mantelzorg geven.
Waar zou u die tijd dan aan besteden?
1
2
meer uren betaald werk → ga naar vraag v22
meer uren mantelzorg geven → ga naar vraag v22
v21
Waarom verricht u geen betaalde arbeid? (meerdere antwoorden mogelijk)
1
2
3
4
5
6
7
mijn leeftijd/ik ben met pensioen
ik ben op zoek naar werk
ik ben arbeidsongeschikt
ik ben huisvrouw/huisman
omdat ik op dit moment een opleiding volg
omdat ik werk niet kan combineren met mijn mantelzorgtaken
v22
Doet u vrijwilligerswerk? Zo ja hoeveel uren gemiddeld per week?
1
2
3
nee
ja, namelijk
________________________________________
ja, namelijk …. uur per week
iets anders namelijk
________________________________________
________________________________________
________________________________________
ja, …. uur per week ________________________________________
ja, maar minder dan gemiddeld 1 uur per week
Tot slot hebben we nog wat vragen over uw achtergrond. Uiteraard zijn al uw antwoorden anoniem.
lftd
Wat is uw leeftijd?
33
Gemeente Amsterdam, Bureau Onderzoek en Statistiek
geslach Deze vraag niet stellen!
t
Enqueteur geslacht invullen
1
2
3
man
vrouw
niet bekend
opleidi
ng
Wat is uw hoogst voltooide opleiding?
1
2
3
geen opleiding gevolgd of enkele jaren lagere school of basisonderwijs gevolgd
lagere school, basisschool, speciaal onderwijs
VSO, voortgezet speciaal onderwijs
VBO, LBO (huishoud-, ambacht-, technische school, interne bedrijfsopleiding), MBO-KORT, BBL,BOL 1-2, leerlingwezen,
ULO
MAVO, MULO, VMBO
MBO(-lang), interne opleiding op mbo-niveau, BBL,BOL 3-4
HAVO, VWO, HBS, MMS
HBO, interne opleiding op hbo-niveau
WO, universiteit, kandidaatsexamen
anders, namelijk __________________________________________________________________
4
5
6
7
8
9
10
huisho
udtype
In welk type huishouden woont u? Is dat:
1
2
3
4
5
één persoon, alleenstaande
(echt) paar zonder kinderen (thuis)
(echt) paar met kind(eren) thuis
één ouder met kind(eren) thuis
anders, namelijk ________________________________________
inkome Wat is uw persoonlijke netto maandinkomen? Is dat:
n
1
netto 700 euro per maand of minder
2
netto tussen de 701 euro en 1000 euro per maand
3
netto tussen de 1001 en 1350 euro per maand
4
netto tussen de 1351 euro en 2050 euro per maand
5
netto tussen de 2051 euro en 3200 euro per maand
6
netto tussen de 3201 euro en 4000 euro per maand
7
netto boven de 4000 euro per maand
8
weet niet
9
geen antwoord, wil niet zeggen
herkom Wat is ...
st
Nederl Surina Antille Turkij
and
me
n,
e
Aruba
uw geboorteland
geboorteland van uw moeder
geboorteland van uw vader
34
Marok Europ
VS,
ko
a
Canad
(inclu
a,
sief Austra
voorm
lië,
alige Nieuw
Sovjet Zeelan
d,
Repub overig
lieken) Ocean
ië,
Japan,
Indon
esië,
Nederl
ands
Indië
overig onbek
Azië,
end
overig (geen
Midde antwo
n- en
ord)
ZuidAmeri
ka,
overig
Afrika
Mantelzorg in Zuid
opmerk Dit waren onze vragen. Heeft u zelf nog opmerkingen over dit onderwerp?
ingen
X
Zou u in de toekomst willen meewerken aan een vervolgonderzoek over mantelzorg? Zo ja, kunnen we dan uw naam,
telefoonnummer en eventueel uw e-mailadres noteren?
1.
ja, …………………………………
2.
nee
Hartelijk bedankt voor uw medewerking.
DCU: einde vragenlijst
Geen_doelgroep:
U behoort helaas niet tot de doelgroep van dit onderzoek, we hebben dan ook geen vragen meer voor u. Hartelijk bedankt voor
uw medewerking.
35