Biestmanagement

Biestmanagement
Hennie Korten
Even voorstellen
O Hennie Korten
O Heibloem, Limburg, tussen Weert-Venlo-Roermond.
O Bedrijf met 1100 zeugen
O 2 vaste full-time medewerkers
O 1 part-time medewerker
O Topigs 20 zeugen x Piëtrain Top Select
O Biggen ( 25 kg )worden geëxporteerd naar
Duitsland
Bedrijfsdoelen
O Hoge productie en gezonde stabiele biggen
produceren voor de afnemers.
O Uitdaging:Om alle biggen van een goede
biestopname te voorzien.
De Uitdaging !!
Biest-Score
O Meegedaan aan
Biest-Score in de
pilot-periode, omdat we
enkele problemen
in de kraamstal hadden.
Hieruit is gebleken dat we
een goede score hadden.
Biest-Score
O Biestvoorziening is goed. Gemiddeld 42,9
g/ml. Ook spreiding binnen tomen is prima.
Biestmanagement
O Sturen (voer) op uierspanning
O Score noteren op stalkaart betreft geboorte
O
O
O
O
vitale biggen (score 1 t/m 5)
Juiste temperatuur
Partieel laten drinken
3 V`s: Veel/Vaak/Vlug
Overlegbeleid
Geboortehulp
O !!!! Zo weinig mogelijk !!!
O Bepaalde werkwijze:
Om de 30 minuten door de kraamstal lopen
(biggen onder de lamp leggen evt.
pig-pusher geven) Vooral kijken wat er
gebeurt en daarna handelen. Oudere worps
zeugen met een verleden van doodgeboren
biggen, worden extra in de gaten gehouden
en evt. opgevoeld.
Inductie
O Alle zeugen in de normale dekcyclus, worden
met Planate gespoten ( woensdag ochtend 9 uur)
en beginnen dan op donderdagmorgen te
werpen, dit duurt t/m vrijdagmorgen.
O De opfokzeugen worden gesynchroniseerd,
daardoor zit er weinig variatie in de
werpdatum.
Voer/water
O 2x per dag wordt er gevoerd en tijdens het
voeren wordt er extra water toegediend.
O Rondom het werpen moet de uierspanning
goed zijn, dit is een voorwaarde voor een
goede biestopname. Dit kunnen we sturen
door de hoeveelheid voer, tot 30 dgn voor
het werpen, te regelen. Verder is het
omschakelmoment en de hoeveelheid voer
6 a 7 dgn voor het werpen ook belangrijk.
Voer/water
O De Gelten krijgen Dracht voer doorgevoerd
in de kraamstal tot 2 dagen voor het werpen
omdat bij de Gelten de uierspanning al
verder ontwikkeld is.
Mestconsistentie
O Omdat op het eind van de dracht geen extra
verhoging van het voer doorgevoerd wordt, en de
zeug in de kraamstal goed Lacto voer eet, blijft
de darmpassage goed,blijft de mest smeuïg, en
de uierspanning goed. Dan is een goede
melkgift ( biest voorziening ) vanzelfsprekend
O Bij Gelten werkt het net anders; daar voeren we
de drachtkorrel door. De mest van de Gelten
blijft op deze manier smeuïg en wordt niet
keutelig.
Biggenlamp
O De biggenlampen hangen boven het
verwarmde biggennest. Daarbij werken wij
met een halveringsschakelaar. Na het
werpen starten we in de hoge stand, om
vervolgens na een ½ dag deze terug te
draaien naar halve stand. Dit is om de
biggen in het begin goed warm te krijgen
zodat ze snel droog worden en de weg naar
het uier snel en goed kunnen vinden
Overlegbeleid
O De biggen worden niet binnen 12h overgelegd, behalve als
O
O
O
O
er zeugen zijn die extreem veel/weinig biggen hebben
De koppels worden zoveel mogelijk bij elkaar gehouden, zo
min mogelijk mengkoppels maken
Kleurensysteem 2 koppels-blauwe zeugenkaart.
3 koppels-rode zeugenkaart. En de biggen worden gekleurd
om ze extra te kunnen volgen.
Het streven is om bij gemiddeld 14 l.g. geen pleegzeug te
maken. Bij een gemiddelde van 15 l.g. wordt op vrijdag al
bekeken of er een pleegzeug gemaakt moet worden.
Na 5 dagen worden de AB van deze werpweek bij een
pleegzeug gelegd. Daarna wordt er niets meer overgelegd.
Split suckling
O Donderdag: 10uur: bij zeugen die meer dan
12-13 biggen hebben gekregen, laten we er
11 liggen, de rest gaat in een kratje. Om
11.30h en 15.30h wisselen we met biggen
die de beste buikvulling hebben.
O Vrijdag: dezelfde methode al donderdag.
Vanaf 12.30h gaan de kratjes weg, worden
de biggen verdeeld en worden er evt.
pleegzeug gemaakt.
Split suckling
Vaccinatiebeleid
Specifiek voor elk bedrijf !!!
O Op ons bedrijf worden dekrijpe Gelten
aangevoerd van 200 dgn oud. Deze zijn afgeënt
voor griep/prrs/parvo vlek. 5 dgn na aankomst
worden ze geënt voor circo. 60 dagen na
inseminatie worden de Gelten gevaccineerd met
art/prrs/coliclos. Dit wordt herhaald op 80 dgn.
O De meerworpse zeugen worden op 60 dgn geënt
voor prrs en op 80 dgn met art/coliclos.
O Wij enten geen griep
O Tevens heeft Rutger bij MSD een controle laten
uitvoeren of de vaccinatie goed aanslaat in de
biest. Dit resultaat was goed.
Hygiëne
O Zeugen wassen/ handschoenen/sloffen en
karton in de kratjes
O Mest 2x/dag weghalen
Dilemma
O Ondanks een goed biestmanagement en
een goede biestopname is niet alle
problematiek verdwenen, bv diarree.
Einde presentatie
Vragen?