HART- EN VAATZIEKTEN...............bij RA DOOR: INGER L. MEEK, REUMATOLOOG BIJ HET RADBOUDUMC Dat patiënten met reumatoïde artritis vaker last hebben van hart- en vaatziekten dan gezonde leeftijdsgenoten is eerder in deze nieuwsbrief aan de orde gekomen. In dit verhoogde risico op hart- en vaatziekten spelen verschillende factoren een rol: de chronische reumatische ontstekingen, ongunstige traditionele risicofactoren voor hart- en vaatziekten zoals het hebben van weinig lichaamsbeweging, overgewicht en hoge bloeddruk, en negatieve maar ook positieve effecten van medicatie. Verbeteringen Door nieuwe moderne behandelstrategieën en gebruik van nieuwe vormen van antireumatische medicatie zijn deze factoren de laatste 20 jaar voor de meeste reumapatiënten belangrijk verbeterd: De gemiddelde ontstekingsactiviteit van patiënten is sterk afgenomen Veel patiënten kunnen sporten en hebben minder last van overgewicht en hoge bloeddruk Patiënten zijn minder afhankelijk van medicatie die het risico op hart- en vaatziekten kan vergroten, zoals ontstekingremmende pijnstillers en prednisolon. Of deze verbeteringen ook effect hebben op de grootte van het risico op hart- en vaatziekten van de huidige reumatoïde artritis patiënt is onbekend. Onderzoek naar het risico op hart- en vaatziekten In Nederland wordt daarom onderzoek gedaan naar het risico op hart- en vaatziekten van de reumatoïde artritis patiënt van nu: patiënten die voor hun reuma intensief behandeld worden met moderne antireumatische medicatie. Belangrijke vragen in dit onderzoek zijn: 1. Hoe groot is het risico op hart- en vaatziekten van deze patiënten, en is er een relatie met ziekteactiviteit? 2. Zijn er reuma specifieke risicofactoren voor hart- en vaatziekten, en kunnen we hiermee het risico van een individuele patiënt beter inschatten? 3. Qat is de bijdrage van medicatie aan het risico op hart- en vaatziekten van patiënten, en is er ook medicatie met een gunstig effect? Het ACT-CVD cohort In 2009 is hiervoor een groot cohort onderzoek gestart, het ACT-CVD cohort, waarbij alle patiënten van de polikliniek voor reumatologie van het Medisch Spectrum Twente (MST) in Enschede werden gevraagd om deel te nemen aan een screening op risicofactoren voor hart- en vaatziekten. Sindsdien worden de medische gegevens van alle deelnemende patiënten gevolgd. Elke nieuwe hart- of vaatziekte wordt geregistreerd. Onderzoeksresultaten Inmiddels zijn de eerste resultaten van dit onderzoek bekend. Zoals verwacht hebben de patiënten in het ACT-CVD cohort gemiddeld een duidelijk lagere ziekteactiviteit dan patiënten in de oudere onderzoeken naar hart- en vaatziekten bij reumatoïde artritis. In een vergelijking met de algemene bevolking zien we dat de huidige reumatoïde artritis patiënten nog steeds vrij veel traditionele risicofactoren hebben, vooral hoge bloeddruk en overgewicht. Ook bij patiënten met artrose en vooral bij patiënten met jicht worden veel traditionele risicofactoren voor hart- en vaatziekten gezien. Drie jaar na de eerste screening is het aantal nieuwe hart- en vaatziekten bij patiënten met reumatoïde artritis en bij patiënten met artrose gelijk. Dit is een gunstig resultaat vergeleken met onderzoeken uit het verleden, waarin juist méér hart- en vaatziekten werden vastgesteld bij patiënten met reumatoïde artritis. Dit voorzichtig positieve bericht moet nog worden bevestigd door een herhaalde vergelijking na 5 jaar, de resultaten hiervan worden begin 2015 verwacht. Effecten van medicatie In hetzelfde onderzoek is ook gekeken naar effecten van medicatie. Opvallend was dat patiënten die voor hun reumatoïde artritis behandeld werden met methotrexaat minder vaak een hart- of vaatziekte kregen dan patiënten die geen methotrexaat gebruikten. Er is ook gekeken naar andere vormen van antireumatische medicatie, maar hiermee werd geen relatie gevonden. Bij dagelijks gebruik van de ontstekingsremmende pijnstiller was de kans op een eerste hart- of vaatziekte juist verhoogd. Gebruik van methotrexaat als antireumatisch medicijn leidt dus mogelijk tot een lager risico op hart- en vaatziekten, dagelijks gebruik van ontstekingsremmende pijnstillers kan mogelijk het risico vergroten. Samenvattend heeft 3 jaar ACT-CVD onderzoek geleid tot een aantal resultaten waarmee we aan de slag kunnen om in de toekomst patiënten met reumatoïde artritis beter te beschermen tegen hart- en vaatziekten. Er lijkt sprake te zijn van een daling van het aantal nieuwe hart- en vaatziekten bij patiënten met een intensief behandelde reumatoïde artritis in vergelijking met onderzoeken uit het verleden. Aandacht voor leefstijl gerelateerde risicofactoren als overgewicht en hoge bloeddruk, en kennis over beschermende en schadelijke effecten van medicatie blijven belangrijk. Bron: Nieuwsbrief RPV Nijmegen e.o. 2014
© Copyright 2024 ExpyDoc