Het laatste avondmaal volgens Leonardo da Vinci

Het laatste avondmaal volgens Leonardo da Vinci Verwijder al op de eerste dag alle gist uit de huizen Op de eerste dag van het feest van het Ongedesemde brood kwamen de leerlingen naar Jezus toe en vroegen: ‘Waar wilt u dat wij voorbereidingen treffen zodat u het pesachmaal kunt eten?’ Hij zei: ‘Ga naar de stad en zeg tegen de persoon die jullie bekend is: “De meester zegt: ‘Mijn Gjd is nabij, bij jou wil ik met mijn leerlingen het pesachmaal gebruiken.’”’ De leerlingen deden wat Jezus hun had opgedragen en bereidden het pesachmaal. (MaLeüs 26:17-­‐19) Walter Rane Ook als u eenmaal in het land bent dat de HEER u zal geven, zoals Hij heeW beloofd, moet u dit gebruik in ere houden. En als uw kinderen dan vragen: “Wat betekent dit gebruik?” antwoord dan: “Wij brengen de HEER een pesachoffer omdat Hij de huizen van de Israëlieten voorbij is gegaan toen hij de Egyptenaren straWe; ons heeW hij gespaard.”’ (Exodus 12:25) Seder: -­‐ Ongezuurde broden (matses) -­‐  biLere kruiden -­‐  charoset -­‐  geroosterd lamsbeentje -­‐  vier bekers wijn Seder: vier bekers wijn 1 de beker van de heiliging 2 de beker van de plagen 3 de beker van de verlossing 4 de beker van de lofprijzing En Hij nam een beker, sprak het dankgebed uit en gaf hun de beker met de woorden: ‘Drink allen hieruit, dit is mijn bloed, het bloed van het verbond, dat voor velen wordt vergoten tot vergeving van zonden. Ik zeg jullie: vanaf vandaag zal Ik niet meer van de vrucht van de wijnstok drinken tot de dag komt dat Ik er met jullie opnieuw van zal drinken in het koninkrijk van mijn Vader.’ Nadat ze de lofzang hadden gezongen, vertrokken ze naar de Olijcerg. (MaL.26:27-­‐30) Psalm 111-­‐113 beginnen met Halleluja Psalm 115-­‐118 eindigen met Halleluja Psam 114 begint met Toen Israël wegtrok uitEgypte Na het laatste avondmaal (Seder – Pesach) zingt men Psalm 115-­‐118 Psalm 115:2-­‐4 Waarom zeggen de volken: ‘Waar is die God van hen?’ Onze God is in de hemel, hij doet wat hem behaagt. Exodus 12:12 ik zal alle EgypGsche goden van hun voetstuk stoten, want ik ben de HEER. Hun goden zijn van zilver en goud, gemaakt door mensenhanden. Psalm 115:17,18 Niet de doden loven de HEER, niet wie zijn afgedaald in de sGlte, wij zijn het, wij zegenen de HEER, van nu tot in eeuwigheid. Dat de doden opgewekt worden, dat heeW ook Mozes al duidelijk gemaakt in de tekst over de doornstruik, waar hij spreekt over de Heer als de God van Abraham en de God van Isaak en de God van Jakob. Hij is geen God van doden, maar van levenden, want voor hem zijn allen in leven. (Lucas 20:37,38) Psalm 116:3,4 Banden van de dood omknelden mij, angsten van het dodenrijk grepen mij aan, ik voelde angst en pijn. Toen riep ik de naam van de HEER: ‘HEER, red toch mijn leven!’ MaLeüs 26:37,38 Toen Hij zich bedroefd en angsGg voelde worden, zei hij tegen hen: ‘Ik voel me dodelijk bedroefd; blijf hier met mij waken……. Vader, als het niet mogelijk is dat deze beker aan mij voorbijgaat zonder dat ik eruit drink, laat het dan gebeuren zoals u het wilt.’ Psalm 118:22,23 De steen die de bouwers ameurden is een hoeksteen geworden. Dit is het werk van de HEER, een wonder in onze ogen. Terwijl de bouwers de fundamenten van het heiligdom van de HEER legden, stelden de priesters, gekleed in ambtsgewaad, zich op met trompeLen Ezra 3:10 Lukas 20 Ik zal mijn geliefde zoon naar hen toe sturen….. En ze gooiden hem de wijngaard uit en doodden hem. Maar Hij keek hen aan en vroeg: ‘Wat betekent dan wat er geschreven staat: “De steen die de bouwers ameurden is de hoeksteen geworden”? Jesaja 20:16 Maar dit zegt God, de HEER: Ik leg in Sion een fundament met een uitgelezen grondsteen, een kostbare hoeksteen. Wie zijn vertrouwen daarop grondvest, hoeW geen andere toevlucht te zoeken. Psalm 118:26,27 Gezegend wie komt met de naam van de HEER. Wij zegenen u vanuit het huis van de HEER. De HEER is God, hij heeW ons licht gebracht. Vier feest en ga met groene twijgen tot aan de horens van het altaar. In Psalm 118 vallen Pasen en LoonuLenfeest samen Gezegend hij die komt in de naam van de Heer. Hosanna in de hemel!’ (MaL. 21:10) Maar ten Gjde van die koninkrijken zal de God van de hemel een rijk laten opkomen dat nooit te gronde zal gaan en dat nooit op een ander volk zal overgaan. Het zal al die koninkrijken verbrijzelen en vernieGgen, maar zelf zal het eeuwig bestaan – 45 precies zoals u zag dat er een steen van de berg losraakte zonder dat er een mensenhand aan te pas kwam, en het ijzer, brons, leem, zilver en goud verbrijzelde. (Daniël 2:44,45) en zie, er kwam met de wolken van de hemel Iemand als een Mensenzoon…. en Zijn koningschap zal niet te gronde gaan. (Daniël 7:13, 14)