PDF Viewing archiving 300 dpi

Stichting
B0
La Guardiaweg 4
1043 DG Amsterdam
Telefoon (020) - 580 55 80
Telefax (020) - 580 55 55
Correspondentieadres:
Postbus 8114
1005 AC Amsterdam
ARBEID EN GEZONDHEID
VAN
GIPSBLOKKENSTELLERS
Overzicht van een reeks Arbouw-onderzoeken
Auteur
Begeleiding
: drs. G. van der Laan, bedrijfsarts
: drs. J.C. van Duivenbooden, bedrijfsarts
drs. H.F. van der Molen, ergonoom
dr. T. Spee, arbeidshygiënist
Amsterdam, maart 1994
Verbetering van
arbeidsomstandigheden
in de bouwnijverheid
Inhoud:
1.
De gipsblokkensteller
1.1.
Meiding
1.2.
Schets van het beroep
1-3.
Ziekteverzuim en WAO-cijfers
2.
Gipsblokkenstellers over hun werkbelasting
2.1.
De gipsblokkensteller op de bouwplaats
3.
Arbeidsomstandigheden van de gipsblokkensteller
3.1.
Inleiding
3.2.
Lichamelijke belasting en gezondheid
3 -2.1. Knelpunten
3.2.2. Onderzoek naar oplossingen
3.3.
Stofbelasting en andere arbeidsomstandighedenaspecten
4.
Conclusies en oplossingen
1.
De gipsblokkensteller
1.1.
Inleiding
Het maken van scheidingswanden van gipsblokken is een belangrijke activiteit in de woningbouw.
Jaarlijks worden in Nederland bijna 3 miljoen m' van deze wanden geplaatst. Met de verwerking
op de bouwplaats zijn naar schatting zo'n 800-1000 arbeidsplaatsen gemoeid. Het maken van deze
gipsblokwanden is lichamelijk zeer inspannend. In 1992 bedroeg het verzuimpercentage van de
gipsblokkenstellers 15,3%. Meer dan de helft hiervan werd veroorzaakt door ziekten van het
houdings- en bewegingsapparaat.
In opdracht van de Stichting Arbouw is de afgelopen jaren een reeks onderzoeken uitgevoerd naar
de arbeid en gezondheid van gipsblokkenstellers. Deze onderzoeken werden voornamelijk uitgevoerd door bewegingswetenschappers van de Katholieke Universiteit Nijmegen in samenwerking
met de branche en de Stichting Arbouw.
In deze publikatie wordt een overzicht gegeven van deze reeks onderzoeken, waardoor het
resultaat breder toegankelijk wordt. Om de samenhang tussen de verschillende deelonderzoeken en
het belang van het onderzoek voor de branche duidelijk te maken, worden de belangrijkste
knelpunten, aanbevelingen en oplossingen samenvattend gepresenteerd.
Het doel van deze publikatie is dat de afbouwsector:
knelpunten op het terrein van arbeid en gezondheid van het bouwen met gips
blokken kan herkennen en erkennen;
inzicht krijgt in de stand van zaken met betrekking tot oplossingen (mechanisch
opperen, gewichtsreductie van gipsblokken en multifunctioneel werken);
een hulpmiddel wordt geboden voor het te voeren arbo-beleid.
De rode draad in deze publikatie wordt gevormd door een drietal vragen:
Wat ervaren gipsblokkenstellers als knelpunten?
Hoe oordelen deskundigen over arbeid en gezondheid van gipsblokkenstellers?
In welke richting moeten oplossingen worden gezocht?
De hier genoemde knelpunten en oplossingen kunnen deels ook van toepassing zijn op het
verwerken van anderssoortige blokken, zoals bijvoorbeeld gashetonblokken.
In het inleidend hoofdstuk wordt een schets van het beroep en van recente ziekteverzuim- en
WAO-cijfers gegeven.
Hoe gipsblokkenstellers hun werk ervaren, de gezondheidsbeleving, werkbeleving en geestelijke
belastende omstandheden wordt in hoofdstuk 2 beschreven.
In hoofdstuk 3 komen de arbeidsomstandigheden van de gipsblokkensteller aan de orde. De
lichamelijke belasting neemt hierbij een belangrijke plaats in. Daarnaast wordt aandacht besteed
aan de stofbelasting en andere arbeidsomstandigheden.
Afgesloten wordt met hoofdstuk 4 waarin de conclusies van onderzoek naar arbeid en gezondheid
van gipsblokkenstellers worden gegeven met aanbevelingen voor veilig en gezond werken.
1.2.
Schets van het beroep
Algemeen
Bij het plaatsen van binnenmuren van gipsblokken zijn ongeveer 800-1000 arbeidsplaatsen
betrokken. Door de vergaande specialisatie in de bouw is het gipsblokken stellen een apart beroep
geworden. Gipsblokkenstellers werken zeer efficiënt. Het werk wordt vrijwel uitsluitend in tarief
verricht. Het plaatsen van 50 h 60 m2, de gemiddelde hoeveelheid gipsblokken in één woning, is
een normale dagproduktie. De meeste gipsblokkenstellers werken alleen. Veelal zijn ze in dienst
van een afbouwbedrijf maar ook zijn relatief veel gipsblokkenstellers als zelfstandige werkzaam.
Werkzaamheden
Als hoofdtaken van de gipsblokkensteller onderscheidt men:
- het binnen de werkruimte verplaatsen van de gipsblokken naar de zaagtafel
- het op maat zagen van de blokken
- het aanbrengen van lijm tussen de gipsblokken
- het plaatsen van gipsblokken binnen de profielen.
Daarnaast kan de gipsblokkensteller nog een aantal neventaken hebben:
het stellen van profielen en maatvoering
het opperen van gipsblokken
het boren van gaten en het frezen van sleuven voor de leidingen
het opvullen van de ruimte tussen muur en plafond met Pur-schuim
het opvullen van naden en kieren met een gipsprodukt ('behangklaar' afleveren).
-
Deze neventaken worden meestal door aparte vaklieden verricht: de stelleur, de opperman, de
frezer (of elektricien), de 'Purder' en de afwerker. De hoofdtaken worden uitgevoerd door de
gipsblokkensteller (de 'bouwer').
Materiaal en werkwijze
De gipsblokken waarmee gebouwd wordt, hebben de volgende afmeting: 67 cm lang, 50 cm breed
en circa 7 cm dik. Het gewicht van de standaard witte blokken bedraagt 23 kg, het lijkt mogelijk
te zijn dit gewicht tot 18 kg terug te brengen zonder verlies van technische eigenschappen.
Specifieke gipsstelbedrijven vallen onder de CAO van het Bedrijfschap STS (Stukadoors-,
Terrazzo- en Steengaasstellersbedrijf). In deze CAO is afgesproken dat vanaf 1 juli 1992
gipsblokken en andere wandelementen niet meer dan 18 kg mogen wegen.
De geluiddempende (roze gekleurde) blokken, voor gebruik tussen slaapkamers, wegen circa 29
kg. De waterafstotende (blauw gekleurde) blokken, die gebruikt worden voor badkamerwanden,
wegen circa 22 kg, ook deze zijn sinds kort in een 18 kg. uitvoering verkrijgbaar.
Meestal worden de gipsblokken 'koud op de vloer' geplaatst. De gipsblokken worden bij
voorkeur in half-steens verband gezet en moeten minimaal 7 cm overlap hebben. Bij het bouwen
worden zo veel mogelijk gave gipsblokken gebruikt. Aan het eind van elke bouwlaag wordt de
maat genomen met een duimstok of rolmaat en wordt het laatste blok op maat gezaagd. Daarna
wordt met de volgende laag begonnen. De blokken hebben een messing en groef zodat ze een
horizontaal en verticaal verband hebben.
Tussen de gipsblokken wordt altijd lijmstof aangebracht op dezelfde wijze als de metselaar zijn
specie aanbrengt. Tot plafondhoogte bestaat de wand meestal uit 5 lagen gipsblokken. De wand
wordt gezet met behulp van een rubber hamer en een rei. De lijmresten worden verwijderd. De
ruimte tussen de wanden en het plafond wordt opgevuld met Pur-schuim.
Gipslijm is een droge poeder bestaande uit kunstharsgebonden natuurgips met vulstoffen. Het
wordt met water aangemaakt tot een klontvrije massa. De kunstharsen zijn uitgereageerde
polymeren, meestal dispersies op basis van vinylacetaat of vinylversenaat. Het hoofdbestanddeel is
gips. Aangezien uitgereageerde polymeren geen toxische eigenschappen meer bezitten, zullen de
toxicologische risico's van gipslijm gelijk zijn aan die van gips.
Hulpmiddelen
Als hulpmiddelen worden een zaagtafel, een haspel, een stukadoorstrapje en een hulpmiddel voor
transport van gipsblokken gebruikt.
Als gereedschap gebruikt de gipsblokkensteller veelvuldig de cirkelzaag, spatel, troffel, rubber
hamer, rolmaat, pleisterspaan, rei, schrapmes, emmer, kuip en mixer.
Soms wordt ook gebruik gemaakt van een handzaag, waterpas, knipmachine, haspel en Pur-spuit.
1.3.
Ziekteverzuim- en WAO-cij fers
In onderstaande tabel wordt een overzicht van de ziekteverzuim- en WAO-cijfers van gipsblokkenstellers gepresenteerd. Ter vergelijking de cijfers van de bouwnijverheid. Beide reeksen hebben
betrekking op werknemers op de bouwplaats.
Verzuimgegevens Gipsblokkenstellers (en Bouwbedrijf) 1992
(blokkensteller afbouw, waaronder gipsblokkenstellers)
Leeftijd
Verzuimpercentage
Meldingsfrequentie
$1
v
WAO-intrede percentage
(096)
< 20
-
(770)
2,l
20-24
10,3
(&7)
3,2
@,l)
-
25-29
133
(9J)
&G
( W
48
30-34
17,G
(10,O)
292
(1,7)
53
(292)
35-44
w
(937)
2,o
(1,3)
395
(294)
45-54
18,O
(10,2)
2,o
(1,O)
43
(3,4)
(k31
Totaal
Uit de cijfers blijkt dat het ziekteverzuimpercentage onder de blokkenstellers 50% hoger is dan de
cijfers over de bouwnijverheid in z'n algemeen. Meer dan de helft van het verzuim wordt
veroorzaakt door klachten aan het houdings- en bewegingsapparaat. Ook de WAO-intrede is
bijzonder hoog. Met recht kan men spreken over een sterk 'slijtend beroep'. Opgemerkt moet
worden dat de cijfers betrekking hebben op een betrekkelijk kleine groep (totaal 394 werknemers).
Ook moet worden opgemerkt dat de zelfstandig werkende gipsblokkenstellers niet in dit bestand
zijn opgenomen.
2.
Gipsblokkenstellers over hun werkbelasting
Wat gipsblokkenstellers zelf van hun werk vinden, wat de knelpunten zijn en hoe ze hun
gezondheid ervaren, is erg belangrijk. Vanzelfsprekend wordt het gegeven antwoord gekleurd
door de vorm van de dag. Helaas kan geen betrouwbaar beeld van de ervaren werkbelasting
verkregen worden door de gegevens van periodiek bedrijfsgezondheidskundig onderzoek bij
gipsblokkenstellers te bundelen, te benoemen en te bewerken. Hiervoor zijn te weinig gegevens
beschikbaar. In dit hoofdstuk zijn een aantal uitspraken opgenomen van gipsblokkenstellers over
hun werk. Door het eerder geconstateerde hoge ziekteverzuim- en WAO-intredepercentage is het
denkbeeldig dat door uitsluitend met (gezonde) werkenden te spreken een positieve vertekening
van de werkelijkheid ontstaat; wetenschappers noemen dit het 'healthy worker effect'.
2.1.
De gipsblokkensteller op de bouwplaats
Door ons op de bouwplaats geïnterviewde gipsblokkenstellers geven over het algemeen blijk van
een redelijke tevredenheid over hun werkomstandigheden. We lichten de reacties op enkele items
eruit.
De zelfstandigheid
Over het algemeen wordt door de gipsblokkenstellers het zelfstandige aspect in hun werk zeer op
prijs gesteld:
'Als gipsblok.nstel1er ben je een beetje eigen baas. Als je je minimum aantal meters maar haalt,
ben je vrij om te komen en te gaan wanneerje wilt. Dat komt er bij de meesten op neer dat ze van
zeven tot drie werken. '
Onderaannemer:
'Een nadeel van dit systeem is alleen dat sommigen zich nauwelijks de tijd gunnen om te schaften.
Na twintig minuten gaan ze vaak alweer aan de slag. '
Het stof
Bij het zagen van de gipsblokken, komen grote hoeveelheden stof vrij. Een gipsblokkensteller zit
dan ook steeds van top tot teen onder het stof.
Bouwer met 18 jaar ervaring:
'Ik heb eigenlijk weinig last van stoJ StoJkapjes gebruik ik niet, dat doet trouwens niemand, want
die dingen zitten veel te snel dicht. '
Bouwer met 25 jaar ervaring:
'Ze kunnen haast geen mensen krijgen voor dit vak en dat is wel te begrijpen, want moet je zien
hoe je er uitziet. Helemaal onder het stoJ Dat wil toch niemand? Voor ons is dat natuurlijk mooi
meegenomen, zo hebben wij altijd werk. '
Over de rug
Bouwer:
'Ik heb een kennis met een wereldbaan bij een verzekeringsmaatschappij. Die is krommer dan ik.
Van achter zijn bureau zitten. Die blokken zijn natuurlijk best zwaar, maar je moet gewoon de
slag van het tillen te pakken hebben. '
Bedrijfsleider afbouwbedrijf:
'Er is bij mij momenteel een bouwer die in de WAO dreigde te raken. Die bouwt nu ligbaden.
Een klus waar je geen meters kunt draaien en die dus voor zijn collega's oninteressant is. '
Bouwer met 25 jaar ervaring:
'Ik ben een tijdje wielrenner geweest, daarna heb ik heel kort als monteur gewerkt en nu bouw ik
al 25 jaar gipswanden. Momenteel als zelfstandig ondernemer. Daardoor maak ik wel meer uren
dan gemiddeld, maar ik kan het goed volhouden. '
Uit deze opmerkingen blijkt dat wat deskundigen een probleem vinden, met name de belasting van
het houdings- en bewegingsapparaat, niet door deze mensen in de praktijk herkend wordt.
3.
Arbeidsomstandigheden van de gipsblokkensteller
3.1.
Inleiding
Omdat uit oriënterend onderzoek naar arbeid en gezondheid van de gipsblokkensteller, (beroepensurvey De Gipsblokkensteller, 1984) gebleken was dat gipsblokkenstellen tot een van de zwaarste
beroepen in de bouw moet worden gerekend, is in opdracht van de Stichting Arbouw nader
onderzoek verricht naar de knelpunten en mogelijke oplossingen. De nadruk ligt hierbij op
onderzoek naar de lichamelijke belasting. Daarnaast zal in dit hoofdstuk aandacht worden besteed
aan onderzoek naar de stofbelasting en andere arbeidsomstandigheden die van belang zijn voor de
gezondheid en veiligheid van de gipsblokkensteller.
3.2.
Lichamelijke belasting en gezondheid
Omdat de lichamelijke belasting van de gipsblokkensteller en een paar andere bouwberoepen, de
steigerbouwer, de betonstorter en de betonvlechter zwaar leek, is onderzoek ingesteld. Bewegingswetenschappers van de Universiteit van Nijmegen hebben bij een aantal gipsblokkenstellers de
lichamelijke belasting gemeten. In een aparte proefopstelling is nagegaan wat het effect van
minder zware gipsblokken op de lichamelijke belasting is. Ook wordt in dit hoofdstuk het effect
van een multifunctionele werkwijze ofwel taakverbreding op de lichamelijke belasting van de
gipsblokkensteller beschreven.
3.2.1. De knelpunten
Bij een analyse van de handelingen die de gipsblokkensteller moet verrichten worden de verschillende handelingen tijdens het bouwen in beeld gebracht. De onderstaande serie tekeningen geeft
dit weer.
Afb.1: Enkele karakteristieke houdingen tijdens het gipsblokkenstellen
A: Blokken pakken beneden
B: Blokken pakken midden
C: Blokken pakken boven
Ergonomische beoordeling maakt duidelijk dat situatie C het gemakkelijkst is en A,
het pakken vanaf de grond, het meest belastend.
D: Lopen met blok
E: Draai-til beweging
naar zaagtafel
F: Zagen
Bovenstaande houdingen zijn onnatuurlijk en brengen een statische belasting van de mg,- arm- en
schouderspieren met zich mee.
G: Eerste laag
H: Derde laag
I: Vijfde laag
Het bouwen van de derde en vierde laag gaat gepaard met een ideale werkhouding. Bij het
plaatsen van de eerste laag is de rugbelasting hoog; bij het plaatsen van de bovenste lagen vindt
ook een flinke belasting van de schouder- en armspieren plaats.
De zwaarte van het werk van de gipsblokkensteller is nader onderzocht door bij een groep ervaren
gipsblokkenstellers na te gaan hoe het zit met de energetische belasting en de belasting van het
houdings- en bewegingsapparaat. Bij dit onderzoek bij een gespecialiseerd gipsblokkenbouwbedrijf
bleek de tijdsbesteding van de gipsblokkensteller als volgt te zijn:
- bouwen
- afwerken
- pauzeren
- klaarzetten, opruimen, verhuizen
- overige werkzaamheden
De energetische belasting is onderzocht door meting van de hartslag (hartfrequentie) met behulp
van een hartfrequentiemeter en de zuurstofopname gedurende een werkdag.
De belasting van het houdings- en bewegingsapparaat is nagegaan door het vastleggen van de
werkhouding (iedere 15 seconden) : stand van de rug, stand van de schouder, handeling,
gehanteerde gewicht en dergelijke en dit in te voeren in een computermodel, waardoor de druk op
de tussenwervelschijf onder in de rug (L5-SI) bepaald kan worden. Dit laatste is een maat voor de
rugbelasting. Het blijkt dat de hartfrequentie van de gipsblokkenstellers gemiddeld 110 slagen per
minuut is. Ook de zuurstofopname van de gipsblokkensteller is hoog (gemiddeld 1,41 liter per
minuut). Het gipsblokkenstellen is een energetisch zeer zware activiteit. Deskundigen spreken van
fysiologische overbelasting, indien dit werk 8 uur per dag uitgevoerd zou worden. De acceptabele
belastingsgraad wordt regelmatig overschreden.
Resultaat van het onderzoek naar de belasting van het houdings- en bewegingsapparaat is dat de
gipsblokkensteller ruim een kwart van de werktijd (26,3%) in gebogen houding werkt. Vooral het
optillen vanaf de grond en het neerzetten van de gipsblokken geeft een 'piekbelasting'. Het
gewicht van de gipsblokken en de werkhouding hebben grote invloed op de biomechanische
belasting van de rug.
3.2.2. Onderzoek naar oplossingen
Effect van minder zware blokken
In een experimenteel onderzoek is nagegaan wat het effect is op de lichamelijke belasting van een
gipsblokkensteller door het verkleinen van de maat en het verlagen van het gewicht van gipsblok
ken. Vier ervaren gipsblokkenstellers fungeerden als proefpersoon en bouwden muren van vier
verschillende blokken:
muur 1: gewone gipsblokken (670x500~570mm; 23kg)
muur 2: halve gewone gipsblokken (335~500~70mm;
11,s kg)
muur 3: holle gipsblokken (670x500~70mm; 16kg)
muur 4: halve holle gipsblokken (335x500~70mm; 8kg)
Daarbij werden hartfrequentie en zuurstof-opname gemeten en video-opnames gemaakt voor
analyse van de biomechanische belasting. Het verlagen van het gewicht bracht een vermindering
van de druk op de tussenwervelschijven en vermindering van de hartfrequentie met zich mee. Het
verkleinen van het formaat van de blokken betekende een forse verlenging van de bouwtijd en
werd door de gipsblokkenstellers als vervelend ervaren. Aanbevolen wordt om de lichamelijke
belasting van de gipsblokkensteller te verminderen door het verlagen van het gewicht van de
blokken (met dezelfde maat). Inmiddels zijn deze blokken op de markt gebracht.
Bronoplossinrren in de praktijk onderzocht
In een samenwerkingsproject tussen de Stichting Bouw Research en de Stichting Arbouw zijn op
twee woningbouwprojecten een tweetal voorgestelde bronoplossingen ingevoerd en onderzocht.
Hierbij is gekeken naar het effect op de lichamelijke belasting en de efficiëntie van het bouwproces. De twee bronoplossingen bestonden uit:
- Mechanisch opperen, waarbij het aanvoeren van gipsblokken plaatsvindt met een verreiker
voorzien van een vanuit de woning te bedienen manipulator en het gebruik van hulpmiddelen voor
horizontaal transport.
- Multifunctioneel werken, waarbij een ploeg van twee gipsblokkenstellers met meerdere
vaardigheden alle werkzaamheden uitvoert, van stellen tot en met behangklaar afwerken van een
wand.
De proeven met 'mechanisch opperen' hebben aangetoond dat het lastige opperen door de gevel
heen naar binnen brengen technisch goed is uit te voeren. Het fysiek zware, handmatige opperen
is op deze manier vrijwel geheel overbodig geworden. Dit mechanisch opperen kan, in vergelijking met handmatig opperen, worden gedaan tegen een concurrerende prijs.
Door invoering van de multifunctionele werkmethode vindt taakverbreding voor de gipsblokkensteller plaats. Het heeft een gunstig effect op de lichamelijke belasting omdat de zware werkonderdelen een kleiner deel van de dagtaak beslaan en er een meer afwisselend gebruik van verschillende spiergroepen wordt gemaakt. Door dit multifunctioneel werken kan de bouwtijd verkort
worden, waardoor het een flinke besparing zou kunnen opleveren. Bij evaluatie bleek dat
invoering van deze multifunctionele werkwijze niet eenvoudig zal zijn omdat veel werknemers
moeite hebben om over te stappen van een vrij eenvoudige, overzichtelijke werktechniek naar
werk waarbij men meer moet nadenken en over meer vaardigheden moet beschikken. Via scholing
en opleiding kan hier invulling aan worden gegeven.
In dit project werd ook een aantal hulpmiddelen uitgetest: een hefwagentje voor het vervoeren en
omhoog heffen van kleine blokpakketten in de woning en een 'blokkenboy' waarmee blokken op
hun plaats gezet zouden moeten kunnen worden. Deze mechanische hulpmiddelen zijn nog niet
geheel geschikt voor toepassing in de praktijk. Verdere ontwikkeling van deze hulpmiddelen kan
een belangrijke verbetering van de arbeidsomstandigheden met zich meebrengen.
3.3.
Stofbelasting
Bij het zagen van gipsblokken met een cirkelzaag komt zeer veel gipsstof vrij. De hoeveelheid stof
is vooral afhankelijk van de breedte van de zaagsnede, de draaisnelheid van het zaagblad en het
aantal zaagsnedes. Afhankelijk van de draairichting van de zaag spuit het stof omhoog of omlaag.
Door met lagere toerentallen te zagen is de verspreiding van stof te verminderen. Door smallere
zaagsnedes kan de stofproduktie afnemen. Ontwikkeling van handzaagmachines met lage
toerentallen en smalle zaagsnedes is aan te bevelen. Niettemin zal stofafzuiging op de zaagmachine
nodig zijn. Ook is recent een knipmachine op de markt gekomen, waarbij de stofproduktie
minimaal is.
Een andere bron van ontstaan van gipsstof is het frezen van de leidingsleuven in de gipswand met
een freesmachine.
Meetresultaten:
Vooral bij het zagen en frezen van gipsprodukten is de blootstelling aan gips hoog. (12 tot 91
mg/m3, met piekconcentraties tot 200mg/m3, afhankelijk van de werkwijze). Tijdens een
onderzoek bij gipsblokkenstellers werd op twee van de drie dagen de MAC-waarde voor
respirabel stof van 5 mg/m3 overschreden. Ook bij het aanmaken van de gipsmortel bij het
stukwerk is de blootstelling aanzienlijk.
Toxiciteit van airisstof
De grondstof voor toepassingen in de bouw is meestal natuurgips, dat onder andere in Frankrijk
en Duitsland gewonnen wordt. Als alternatief is synthetisch gips in opkomst. Dit materiaal komt
onder meer vrij als nevenprodukt bij rookgasreiniging van kolengestookte elektriciteitscentrales
(Rogips). Gips bestaat uit calciumsulfaat (CaSO,) en kristalwater.
Behalve calciumsulfaat, dat als inert, hinderlijk stof kan worden beschouwd, kan gips kleine
hoeveelheden andere elementen bevatten, onder andere zware metalen. Deze komen echter in lage
concentraties, in rogips, voor en zijn met betrekking tot de beoordeling van de gezondheidsrisico's
van ondergeschikt belang.
Ook naar de stralingsbelasting van gips is onderzoek gedaan: de in Nederland verwerkte
gipsblokken bevatten relatief weinig radio-actieve stoffen. De uitwendige stralingsbelasting bij het
verwerken van gipsprodukten is gering; de inwendige stralingsbelasting is afhankelijk van de
hoeveelheid ingeademd stof. Het lijkt niet aannemelijk dat ook bij hoge blootstellingen de
jaarlimiet van niet-radiologische werkers zal worden overschreden. Bij gebruik van fosfogips (een
nevenprodukt van de fosfaatverwerkende industrie) kan dit wel het geval zijn.
Handzagen of machinezagen?
Door de Technische Universiteit Twente is het verschil in lichamelijke belasting door machinezagen en handzagen nagegaan, omdat de stofbelasting bij het handzagen aanzienlijk minder is dan bij
het machinezagen. Bij handzagen is een getordeerde (gedraaide) houding vereist, met een licht
gebogen rug. Bij het machinezagen bestaat slechts een licht voorovergebogen houding. Bij het
terughalen van de zaag krijgt de rug een grotere belasting. Handzagen duurt enkele malen zo lang
als machinezagen. Het machinezagen blijkt minder belastend voor het houdings- en bewegingsapparaat dan het handzagen.
Uit dit onderzoek blijkt dat bij onderzoek naar verbeteringen van arbeidsomstandigheden altijd
naar verschillende aspecten gekeken moet worden: in dit geval geldt dat wat goed is ter vermindering van de stofproduktie, slecht is voor de belasting van het houdings- en bewegingsapparaat.
Handzagen verdient geen aanbeveling. Zoals eerder besproken verdient de ontwikkeling van
zaagmachines met lage toerentallen of gebruik van een knipmachine de voorkeur.
Veiligheid
De veiligheid van gipsblokkenstellers wordt in gevaar gebracht door het vallen van gipsblokken,
het struikelen over bouwafval, elektriciteitskabels en dergelijke. Soms wordt gebruik gemaakt van
wankele opstapjes of trapjes. Ook is de gipsblokkensteller blootgesteld aan de 'gewone' gevaren
van de bouwplaats, waarbij in de afbouwfase het soms ontbreken van een luik boven de kruipruimte voor de watermeter bij de ingang van de woning en het trapgat een veiligheidsrisico vormt.
Persoonlijke beschermingsmiddelen worden nauwelijks door gipsblokkenstellers gebruikt.
Klimaat
In principe worden gipsblokken pas gesteld als de woningen glasdicht zijn. In de praktijk is dit
dikwijls niet het geval waardoor de gipsblokkensteller vaak in een tochtige omgeving werkt.
4.
Conclusies en Oplossingen
Op het gebied van arbeid en gezondheid van gipsblokkenstellers is veel onderzoek verricht. De
belangrijkste conclusies hieruit zijn:
1.
het vak van de gipsblokkensteller behoort tot een van de zwaarste beroepen in de bouw.
De algehele lichamelijke belasting is zwaar, zoals blijkt uit de hartfrequentie en zuurstofopname van de gipsblokkensteller die de gezondheidsnormen overschrijden. Ook de
belasting aan het houdings- en bewegingsapparaat is groot.
De zwaarste werkzaamheden zijn:
- het opperen
- het verplaatsen van blokken in de woning
- het bouwen van de onderste en bovenste lagen van een gipsblokkenwand.
2.
de stofbelasting van de gipsblokkensteller is hoog. Vooral bij het zagen van de gipsblokken en het frezen van gipsblokkenwanden treedt forse stofvorming op.
3.
de arbeidsomstandigheden op het gebied van klimaat (tocht, koude) en veiligheid (valgevaar) laten te wensen over.
4.
de tevredenheid over het werk lijkt groot. Dit hangt samen met de grote mate van
zelfstandigheid en direct veel resultaat zien: iedere dag een woning van tussenwanden
kunnen voorzien.
In onderstaande tabel zijn de knelpunten en oplossingsrichtingen samengevat:
Knelpunten
Lichamelijke belasting:
- opperen
- blokken verplaatsen (horizontaal en verticaal
transport)
- te zware blokken
- totale lichamelijke belasting te hoog
Oplossingen
- mechanisch opperen
- ontwikkeling van een licht, goed hanteerbaar
hulpmiddel
- gewichtsreductie van de blokken (maximaal
gewicht 18 kg, met behoud van oorspronkelijke afmetingen)
- invoering van multifunctionele
werkwijze; meer pauzes inlassen
Stofbelasting
aanpassingen aan de zaag ontwikkelen: lager
toerental, smallere zaagsnedes en afzuiging of
gebruik van knipmachine
Klimaat: tocht, kou
woning eerst glasdicht maken
Oplossingen
Verbeteringen van arbeidsomstandigheden bij gipsblokkenstellers zijn nodig. Er is onderzocht
welke oplossingsrichtingen mogelijk zijn. Het werk van de gipsblokkensteller kan op verschillende, elkaar aanvullende manieren verbeterd worden:
1. Mechanisch opperen. Mechanisch opperen betekent een belangrijke verlichting van het werk.
Door gebruik van een verreiker met manipulator is het mogelijk pakketten met gipsblokken in
de woning te brengen.
2. Lichtere blokken. Gebruik van lichtere blokken met ongeveer dezelfde afmetingen als de
traditionele geven een lagere belasting van de rug. Dergelijke blokken zijn sinds kort in de
handel; aan de ontwikkeling van geluidsdempende (roze) blokken wordt gewerkt.
De CAO-bepalingen geven ook richting aan de invoering van lichtere blokken: in de BouwCAO is een maximaal gewicht van metselblokken afgesproken van 18 kg. Ook in de CAO van
het bedrijfschap STS (Stukadoors-, Terrazzo- en Steengaasstelbedrijf) is de bepaling opgenomen dat vanaf 1 juli 1992 gipsblokken en andere wandelementen niet meer dan 18 kg mogen
wegen.
3. Ontwikkeling van hulpmiddelen voor transport van blokken. Gemechaniseerd vervolgtransport
voor horizontaal en verticaal transport kan een vermindering van de werkbelasting betekenen.
4. Multifunctionele werkwijze. Invoering van een multifunctionele werkwijze heeft een gunstig
effect op de lichamelijke belasting en de taakinhoud en kan bovendien kostenbesparend werken
door de kortere 'doorlooptijd'. Deze werkwijze stelt meer eisen aan het vakmanschap; een
scholingstraject is hiervoor nodig.
5. Stofreductie. Door gebruik te maken van een knipmachine of de ontwikkeling van zaagmachines met lagere toerentallen, smallere zaagsnedes en stofafzuiging is dit te realiseren.
6. Wat de gipsblokkensteller zelf kan doen om zijn risico's op schade aan de gezondheid te
verminderen zijn:
- werkmethodes: voldoende pauzes inlassen, de zaag niet op volle toeren laten draaien,
'good housekeeping';
- gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen: gehoorbescherming tijdens het zagen, het
dragen van veiligheidsschoenen;.
- het volgen van een, door de Stichting Arbouw erkende, cursus "ergonomisch tillen".
Aanbevelingen aan de branche:
- stimuleer de ontwikkeling van mechanische hulpmiddelen voor transport van gipsblokken naar
en in de woning
- stimuleer het gebruik van een knipmachine en de ontwikkeling van aangepaste zaagmachines
- bevorder de oprichting van een vakopleiding voor het maken van gipsblokwanden en een
multifunctionele werkwijze.
Verdere informatie:
Bontekoe, I. Logistiek en Arbeidsomstandigheden van scheidingswanden. Stichting Bouwresearch
en Stichting Arbouw, Rotterdam, 1993 (SBRI Arbouw-publikatie 250 met bijbehorende video).
Brouwer J.M. e.a. Oplossingen bij gipsblokkenstellers, een onderzoek naar de vermindering van
de fysiologische en biomechanische belasting van gipsblokkenstellers. Katholieke Universiteit
Nijmegen/ Stichting Arbouw, 1990.
Bulthuis, B.M., M.J .T. Begeman-Meijer, R. A. Binkhorst. Arbeidsbelasting in de bouw. Een
werkplekonderzoek naar de fysiologisch en biomechanisch belastende werkonderdelen en taken en
belastende arbeidsomstandigheden bij gipsblokkenstellers. Werkgroep Inspanningsfysiologie
Katholieke Universiteit Nijmegenl Stichting Arbouw, 1990.
Bulthuis, B.M. e.a. Interventieonderzoek naar het effect van een multifunctionele werkwijze op de
fysieke belasting van een gipsblokkensteller. Katholieke Universiteit Nijmegenl Stichting Arbouw,
1991.
Werkgroep De Gipsblokkensteller: De Gipsblokkensteller, een beschrijving van arbeid en
arbeidsomstandigheden in relatie tot de gezondheid. Stichting Arbouw, Amsterdam, 1984