Veel gestelde vragen plus de antwoorden betreffende de kwaliteitstoets Logopedie Bron; NVLF Mag een auditbureau een praktijk auditeren waarvan een medewerker auditor is voor het zelfde auditbureau? Het is begrijpelijk dat de vraag over belangenverstrengeling gesteld wordt. Deze vraag heeft de NVLF voorgelegd aan de auditbureaus HCA en KIWA. De auditbureaus die de kwaliteitstoets logopedie afnemen zijn in de hoedanigheid van auditbureau geaccrediteerd (Kiwa door Raad van Accreditatie) dan wel gecertificeerd (HCA, ISO certificering). De accrediterende dan wel certificerende instanties hebben geen bezwaar tegen het feit dat een auditbureau een audit afneemt bij een zorgverlener die ook auditor is voor het auditbureau. De audits verlopen hetzelfde als andere audits. Ik werk in een instelling. Is de kwaliteitstoets op mijn van toepassing? De kwaliteitstoets logopedie is van toepassing op alle logopedisten met een eerstelijns contract. Als een logopedist in een instelling eerstelijnszorg aanbiedt aan cliënten dan valt die zorg onder de kwaliteitstoets. Is een behandelovereenkomst verplicht voor de kwaliteitstoets? De patiënt (of ouder/voogd) moet mondeling of schriftelijk toestemming geven voor het starten van een behandeling. De NVLF raadt altijd aan om dit schriftelijk vast te leggen met een behandelovereenkomst om misvattingen achteraf te voorkomen. Dit hoeft wettelijk niet, een mondelinge overeenkomst is ook voldoende. De gemaakte afspraken leg je dan vast in het patiëntdossier. Op de website van de NVLF is een voorbeeld behandelovereenkomst beschikbaar. Ziehttp://ikbenlogopedist.logopedie.nl/site/praktijkinformatie. Wat invullen bij ‘verwijsdiagnose’ als de huisarts deze niet op de machtiging heeft neergezet? Indien de verwijzer geen verwijsdiagnose heeft vermeld dan dient in de verslaglegging aangegeven te worden bij verwijsdiagnose: ‘niet ingevuld’. De logopedische diagnose is leidend voor de behandeling. Formeel moet de logopedist aan de verwijzer vragen wat de indicatie is. In de praktijk is het niet werkbaar om in elke situatie contact met de verwijzer op te nemen, daarom wordt hier tijdens de audit pragmatisch mee omgegaan. Is het voor de kwaliteitstoets verplicht om met digitale dossiers te werken? Nee dit is niet verplicht voor de kwaliteitstoets. Het is mogelijk dat zorgverzekeraars in de overeenkomst andere eisen opnemen ten aanzien van digitale dossiervoering. Zo is CZ voornemens dit voor 2015 verplicht te stellen. Hoe ga ik om met meerdere stoornissen i.r.t. het vaststellen van logopedische diagnose en codering? De logopedist stelt op basis van de hulpvraag van de cliënt, anamnese en onderzoek één logopedische diagnose vast. Op basis van deze logopedische diagnose (in termen van ICF) wordt tevens de diagnosecodering (op basis van de ICIDH) vastgesteld. Daarna wordt het hoofddoel opgesteld in overleg met de cliënt. Als er een nieuwe behandeling wordt gestart dan is er een nieuwe verwijzing nodig van de arts. Of bij DTL dan wordt de vorige behandeling afgesloten en een nieuwe gestart. De praktijksituatie sluit niet altijd aan op de manier van declareren bij de zorgverzekeraars. Deze situatie wordt besproken met de zorgverzekeraars. Wat wordt uit de richtlijn verslaggeving getoetst in de kwaliteitstoets? De richtlijn verslaglegging is de belangrijkste basis geweest voor de criteria kwaliteitstoets. De richtlijn verslaggeving kun je zien als een verdere uitwerking van de richtlijn verslaglegging als het gaat om communicatie met de huisarts / verwijzer. Wat betreft de communicatie met de huisarts / verwijzer wordt in de kwaliteitstoets alleen getoetst op de aanwezigheid van een eindevaluatie (criterium 1.20) en de algemene gegevens over de afsluiting (hierbij moet o.a. de datum van verslaggeving aan de verwijzer vastgelegd zijn; zie criterium 1.21). Moeten beide ouders tekenen voor toestemming voor de behandeling van hun kind? Uit recente jurisprudentie blijkt dat in de meeste situaties toestemming van één ouder voldoende is. Als één ouder een zorgverlener, zoals een logopedist, bezoekt mag de zorgverlener ervan uit gaan dat de andere ouder medetoestemming geeft. Tenzij de zorgverlener aanwijzingen heeft dat er geen overeenstemming zou zijn. Dat geldt ook als de ouders gescheiden zijn. In een echtscheidingssituatie mag je ervan uitgaan dat er gezamenlijk gezag zal blijven bestaan, dat is de normale situatie. Het is dan de plicht van de twee ouders om samen dat gezag uit te oefenen, onderling te overleggen en het aan de zorgverlener kenbaar te maken als de meningen uiteenlopen. Bij de kwaliteitstoets zijn de wettelijke eisen leidend. Je hebt dus geen handtekening van beide ouders nodig. Waarom mag een zorgverzekeraar afwijken van de uitslag van een audit? Bij een hoger merkgemiddelde of bij afwijkend declaratiegedrag kan een zorgverzekeraar besluiten om een kwaliteitstoets logopedie op te leggen. Het resultaat van de audit wordt opgestuurd naar de zorgverzekeraar. In principe neemt de zorgverzekeraar het resultaat van de kwaliteitstoets over. Indien er gegronde redenen zijn kan de zorgverzekeraar besluiten om af te wijken van deze uitslag. Dit kan twee kanten op werken. Zo kan de zorgverzekeraar ook een negatieve uitslag naast zich neerleggen en deze positief beoordelen of andersom. De ervaringen bij de fysiotherapeuten en oefentherapeuten leert ons dat zorgverzekeraars zich in de meeste gevallen aan de uitslag van de auditbureaus houden. In deel 2 van de criteria kwaliteitstoets wordt het gebruik van NVLF richtlijnen getoetst.Welke richtlijnen zijn dit? In onderdeel 2 wordt bij criterium 2.1 getoetst of gebruik is gemaakt, indien van toepassing, van de NVLF richtlijn Logopedie bij de ziekte van Parkinson (2008). Welke verslag moet ik minimaal hebben voor de kwaliteitstoets? In de criteria kwaliteitstoets wordt alleen getoetst op de aanwezigheid van een eindevaluatie (criterium 1.20) en de algemene gegevens over de afsluiting (hierbij moet o.a. de datum van verslaggeving aan de verwijzer vastgelegd zijn; zie criterium 1.21). Wanneer kun je een oproep krijgen voor een verplichte kwaliteitstoets? Vanaf augustus 2014 kunt u een oproep voor een verplichte kwaliteitstoets verwachten. Met Menzis en CZ is afgesproken dat alleen patiëntengegevens worden getoetst vanaf 1 januari 2014. Tijdens de toets wordt maximaal tot een half jaar terug getoetst. Er worden zowel dossiers getoetst van patiënten waarbij de behandeling is afgesloten (20%) als dossiers waarbij de behandeling nog niet is afgerond (80%). Wanneer val ik in een verplichte kwaliteitstoets? MENZIS Menzis heeft de verplichte kwaliteitstoets in de overeenkomst opgenomen. Op basis van de cijfers van spiegelinformatie kan de zorgverzekeraar in de onderstaande situaties besluiten een kwaliteitstoets uit te laten voeren in de praktijk. 1. De zorgverzekeraar signaleert een afwijking in het praktijkgemiddelde van de zorgaanbieder van meer dan 20% ten opzichte van het Merk-gemiddelde. 2. De zorgverzekeraar signaleert een afwijking in de wijze van declareren van de zorgaanbieder of de praktijk waardoor geen of geen juist inzicht bestaat in het behandelgemiddelde van de zorgaanbieder en/of de praktijk. Merk-gemiddelde Het Merk-gemiddelde wordt berekend door het totaal aantal gedeclareerde zittingen landelijk (ongeacht het aantal indicaties, waarvoor een patiënt dat jaar is behandeld) te delen door het totaal aantal behandelde patiënten landelijk. De screening wordt bij het berekenen van het behandelgemiddelde buiten beschouwing gelaten. De procedure kwaliteitstoets van Menzis is een onderdeel van de overeenkomst van Menzis. De procedure is te vinden in het dossier kwaliteitstoets op www.ikbenlogopedist.nl. CZ CZ heeft de verplichte kwaliteitstoets in de overeenkomst opgenomen. CZ kan een logopedist in 2014 of 2015 selecteren voor de Kwaliteitstoets logopedie als is vastgesteld dat: 1. (een van) de praktijk(en) van de Zorgaanbieder over één of meerdere kwartalen van het jaar 2014 een behandelindex van 120 tot 150 heeft gerealiseerd; en/ of 2. (een van) de praktijk(en) van de Zorgaanbieder over één of meerdere kwartalen van het jaar 2014 een behandelindex van 60 of lager heeft gerealiseerd; en/ of 3. er een afwijking is in de declaraties Logopedie van de Zorgaanbieder zodanig dat er geen behandelindex kan worden gegenereerd; en/ of 4. er een afwijking is in de declaraties Logopedie van de Zorgaanbieder, zodanig dat de behandelindex wordt verlaagd zonder dat de Zorgaanbieder aantoonbaar minder behandelingen per patiënt verleent (bijvoorbeeld door het vaak toepassen van meerdere diagnosecodes, of het overhevelen van patiënten naar een andere AGB-praktijkcode); en/ of 5. meer dan 25% van de bij de Zorgverzekeraar verzekerde patiënten van de Zorgaanbieder in 2014, in hetzelfde jaar ook door een andere Zorgaanbieder Logopedie is behandeld. Behandelindex De zorgverzekeraar verstrekt periodiek spiegelinformatie. Deze spiegelinformatie wordt verkregen op basis van de door de logopedist bij de CZ ingediende declaraties Logopedie van behandelingen die hebben plaatsgevonden in een specifiek kalenderjaar. Uit de ingediende declaraties Logopedie wordt door CZ per praktijk de behandelindex gegenereerd. De behandelindex betreft een gewogen gemiddelde: Het gemiddeld aantal behandelingen verleend aan de Verzekerden van CZ door de logopedist(en) en eventuele praktijkmedewerker(s), wordt vergeleken met het gemiddeld aantal behandelingen verleend aan de verzekerden van CZ, door alle door CZ gecontracteerde logopedisten en praktijkmedewerker(s). De behandelindex wordt gewogen op basis van de volgende criteria: Leeftijd, Geslacht en (Hoofd)diagnosecode. De procedure kwaliteitstoets van CZ is een onderdeel van de overeenkomst van CZ. De procedure is te vinden in het dossier kwaliteitstoets op www.ikbenlogopedist.nl. Het bijhouden van de verslaglegging kost veel tijd. Hoe wordt dit vergoed in de tarieven? Volgens de NZa-onderbouwing zou je in 2014 twee uur krijgen per dag voor de administratie bij een fulltime praktijk. Zorgverzekeraars die niet het maximum tarief vergoeden volgen deze onderbouwing dus ook niet. Hierdoor komt de systematiek onder druk te staan. Zorgverzekeraars die het tarief 2012 hanteren gebruiken daarmee de rekennorm uit 2012, namelijk 2905 behandelingen. Dit tekent dat je ongeveer anderhalf uur per dag hebt voor de administratie. De NVLF gaat bij Zorgverzekeraars Nederland een nieuwe prestatie aanvragen voor anamnese en onderzoek op basis van een uur. Door deze prestatie zal er meer ruimte komen voor de verslaglegging. Hoe anoniem moeten de dossiers voor de kwaliteitstoets zijn? Alle dossiers moeten bij een kwaliteitstoets anoniem aangeleverd worden. Dit kan op twee manieren. 1. In de administratiepakketten zit een module ingebouwd waardoor de dossiers geanonimiseerd aangeleverd kunnen worden. Aan de softwareleveranciers wordt gevraagd een dergelijke module in te bouwen. 2. De dossiers kunnen worden gekopieerd waarbij de NAW-gegevens (zoals naam, adres, woonplaats en geboortedatum) afgedekt worden. Het is niet nodig om toestemming van de patiënt te vragen indien dossiers anoniem worden aangeleverd. Toestemming van de patiënt is alleen nodig als dossiers niet anoniem worden aangeboden aan de auditor in de praktijk. Een praktijk kan er voor kiezen om patiënten te informeren over de Kwaliteitstoets. Dit is echter geen verplichting. Dit kan op verschillende manieren. Bijvoorbeeld door een bericht te plaatsen op de website, in de praktijkfolder, een poster in de wachtkamer of opnemen in de behandelovereenkomst. Uiteraard kunt u patiënten hier ook mondeling over informeren. Indien een patiënt aangeeft dat het patiëntendossier niet geselecteerd mag worden tijdens een kwaliteitstoets dan kan een patiënt een verklaring tekenen dat zijn dossier hiervoor niet gebruikt mag worden bij de Kwaliteitstoets. Tijdens een Kwaliteitstoets overhandigt de praktijk een lijst met de dossiernummers van patiënten die geen toestemming hebben gegeven voor inzage in hun dossier. Op landelijk niveau ligt dit percentage op ongeveer 5%. Indien dit percentage afwijkt van het landelijk gemiddelde dan zal het auditbureau hierover een opmerking maken naar de zorgverzekeraar. De auditoren zijn gehouden aan de Wet Bescherming Persoonsgegevens (WBP). Dit betekent dat zij een geheimhoudingsplicht hebben. Tevens hebben zij een integriteitcode moeten ondertekenen bij een Auditbureau. Dit zijn extra waarborgen voor de bescherming van patiëntengegevens. Welke auditbureaus hebben de zorgverzekeraars aangewezen voor het uitvoeren van de kwaliteitstoets? De zorgverzekeraars maken gebruik van de auditbureaus waarmee de NVLF samenwerkt. Dit zijn HCA en Kiwa. Beide auditbureaus zijn gecertificeerde auditbureaus. Dit was een voorwaarde van de NVLF. Kiwa is geaccrediteerd door de raad van accreditatie. HCA is gecertificeerd door bureau Veritas. Beiden zijn ISO 9001 gecertificeerd. Hoe leg ik de continuïteit van zorg vast (criterium 3.7)? Dit kan bijvoorbeeld digitaal vastgelegd worden of op papier. Het gaat erom dat de auditor kan zien dat er afspraken zijn over vervanging van logopedisten bij afwezigheid. In sommige softwarepakketten spreekt men van SOEP. Is dit ook verplicht voor de kwaliteitstoets? SOEP is een methode die veel in de fysiotherapie gebruikt wordt. Deze methode wordt in de logopedische richtlijn verslaglegging van de NVLF niet gebruikt. De richtlijn verslaglegging is een belangrijk basisdocument voor de criteria kwaliteitstoets. SOEP is dan ook niet opgenomen in de criteria kwaliteitstoets en is dus geen verplichting. Hoe werkt een vrijwillige kwaliteitstoets bij Achmea? Bij Achmea kun je niet in een verplichte kwaliteitstoets vallen. Achmea heeft gekozen voor de vrijwillige kwaliteitstoets tegen een hoger tarief. Logopediepraktijken die de kwaliteitstoets vrijwillig aanvragen en met een positief resultaat afsluiten krijgen dit hoge tarief. Bij de Kwaliteitstoets kun je aangeven of alleen dossiers van Achmea getoetst gaan worden of ad random dossiers van alle zorgverzekeraars. Indien de praktijk kiest voor alleen toetsen van Achmea dossiers dan krijgt de praktijk bij een positief resultaat een certificaat voor Achmea. Kiest de praktijk voor een kwaliteitstoets waarbij dossiers van alle zorgverzekeraars getoetst worden dan krijgt de praktijk bij een positief resultaat een certificaat voor de vrijwillige kwaliteitstoets. Welke auditbureaus hebben de zorgverzekeraars aangewezen voor het uitvoeren van de kwaliteitstoets? De zorgverzekeraars maken gebruik van de auditbureaus waarmee de NVLF samenwerkt namelijk HCA en Kiwa. Hoe vaak kan ik in de verplichte kwaliteitstoets vallen? In 2014 hebben Menzis, CZ en Achmea de kwaliteitstoets in de overeenkomst opgenomen. Achmea heeft gekozen voor de mogelijkheid om logopediepraktijken die de kwaliteitstoets vrijwillig aanvragen en met een positief resultaat afsluiten, te belonen met een hoger tarief. Menzis en CZ hebben ervoor gekozen om bij een afwijkend signaal zoals een hoger of lager behandelgemiddelde de kwaliteitstoets in te kunnen zetten. In principe kan dit betekenen dat een praktijk zowel door Menzis als CZ geselecteerd kan worden voor een kwaliteitstoets. Bij een positief resultaat van de kwaliteitstoets is echter niet de verwachting dat een andere zorgverzekeraar de kwaliteitstoets nogmaals zal laten uitvoeren. Bestaat er een checklist met items/handelingen die aan de orde moeten komen bij de kwaliteitstoets? Er is een verbeterde versie van de zelfcheck kwaliteitstoets beschikbaar voor de leden van de NVLF. Met de zelfcheck kwaliteitstoets kunnen logopedisten vaststellen of ze voldoen aan de criteria van de kwaliteitstoets. De zelfcheck staat op de website www.ikbenlogopedist.nl > documentatiecentrum > dossiers > dossier kwaliteitstoets. Het bijhouden van de verslaglegging kost veel tijd. Hoe wordt dit vergoed in de tarieven? Volgens de onderbouwing van de NZa zou u in 2014 twee uur administratie per dag vergoed krijgen in een fulltime praktijk. Helaas hanteren veel zorgverzekeraars deze onderbouwing niet, doordat de maximum tarieven niet worden vergoed. Hierdoor is de systematiek onder druk komen te staan. Veel zorgverzekeraars hanteren tarief 2012 en daarmee eigenlijk de rekennorm uit 2012, namelijk 2905 behandelingen. Dit betekent dat u ongeveer anderhalf uur per dag hebt voor de administratie. Moet een logopedist aanwezig zijn bij de inzage van een dossier door een cliënt Informatie hierover vindt u in het logopedisch patiëntendossier en patiëntenrechten. Is er toestemming nodig van cliënten om hun dossier te laten beoordelen door de auditoren? Nee, je hebt geen toestemming nodig. De gegevens moeten namelijk anoniem aangeleverd worden. Hiermee is de privacy van de cliënt gewaarborgd. Mogen verwijzingen ingescand worden? Verwijzingen mogen ingescand worden. Helaas zijn er zorgverzekeraars die de papieren verwijzing nog eisen zoals CZ. In dat geval moet je de papieren versie bewaren. Meer informatie over het logopedisch patiëntendossier staat op www.ikbenlogopedist.nl > Praktijkhouder > Wet- en regelgeving. Wat is het juridisch gezien verplicht om te bewaren? De uitslag testen moeten wel vastgelegd worden in het patiëntendossier.Scoreformulieren enz. hoeven niet bewaard te blijven. Meer informatie over het logopedisch patiëntendossier staat op www.ikbenlogopedist.nl > Praktijkhouder > Wet- en regelgeving. Mogen cliënten een jaarverslag van de praktijk inzien? Ja, dit zijn geen geheime documenten. Het jaarverslag kun je gebruiken voor de profilering van de praktijk. Welke dossiers worden getoetst voor de kwaliteitstoets? De NVLF heeft bereikt dat Menzis en CZ alleen de patiëntengegevens over 2014 in de kwaliteitstoets meegenomen zullen worden. Gegevens die betrekking hebben op de jaren voor 2014 vallen niet onder de kwaliteitstoets. De patiëntgegevens van behandelingen die gestart zijn voor 2014 en doorlopen in 2014 vallen wel onder de toets, er wordt dan alleen gekeken naar de gegevens van 2014. Hoe is de toestemming voor informatie-uitwisseling aan derden voor de patiënt geregeld? Mondelinge toestemming van de patiënt is voldoende. De NVLF raadt aan om dit schriftelijk vast te leggen. Bij eventuele meningsverschillen is er dan bewijs voor de gemaakte afspraken. Indien de patiënt verwezen is door een arts mag het contact met de verwijzer als een gegeven worden beschouwd en is expliciete toestemming voor het versturen van een verslag aan de verwijzer niet vereist. Als de verwijzer niet de huisarts is, kan aan de huisarts desgewenst een kopie worden gestuurd. Hoe kan ik me het beste voorbereiden op de kwaliteitstoets? Doe de zelfcheck kwaliteitstoets en bespreek de uitkomsten met uw collega’s of in de kwaliteitskring Bekijk de richtlijnen, logopedische standaarden en stappen van het methodisch logopedisch handelen Volg de workshop Doelgericht en SMART Wie voert de toets uit? De toetsing of audit wordt uitgevoerd door een onafhankelijk auditbureau. Hiervoor zijn twee bureaus geselecteerd: (HCA en Kiwa. Deze auditbureaus leiden de auditoren op. Dit zijn logopedisten. Vanaf wanneer wordt de kwaliteitstoets ingezet? Vanaf 2014 kunnen logopedisten de kwaliteitstoets op vrijwillige basis aanvragen. Bij een vrijwillig afgenomen toets zal Achmea het tarief verhogen als het resultaat van de toets positief is. De drie zorgverzekeraars Achmea, CZ en Menzis nemen de kwaliteitstoets in de overeenkomsten 2014 op. Op verzoek van CZ en Menzis kan in 2014 de verplichte toetsing (audit) plaatsvinden. Door wie is de kwaliteitstoets ontwikkeld? De kwaliteitstoets is door de NVLF ontwikkeld samen met een werkgroep die bestaat uit 15 logopedisten (leden NVLF) en drie zorgverzekeraars (Achmea, CZ en Menzis). De kwaliteitstoets is voorgelegd aan de commissies SEB (Sociaal Economische Belangen) en Vakinhoud en de RCV-ers. Het verenigingsbestuur heeft de criteria kwaliteitstoets vastgesteld. De NVLF is ‘eigenaar’ van de toets. Wat wordt getoetst met een kwaliteitstoets? De praktijkvoering en het logopedisch handelen worden getoetst. Er wordt gekeken naar: Methodisch logopedisch handelen/dossiertoets NVLF-richtlijnen en standaarden Organisatie van de praktijk Privacy Veiligheid Er wordt getoetst op de bestaande wet- en regelgeving: er zijn geen nieuwe eisen. Nieuw is dat er getoetst gaat worden. Laten zien dat je werkt volgens de wet- en regelgeving, maakt de praktijkvoering en het logopedisch handelen transparant. Er wordt getoetst aan de hand van de logopedische standaarden voor logopedisten werkzaam in de eerste lijn, richtlijn verslaglegging, richtlijn verslaggeving en de zorginhoudelijke richtlijnen (Parkinson). Waarom een kwaliteitstoets? De invoering van een kwaliteitstoets past binnen het beleid van de NVLF. In het meerjarenbeleidplan staat de ontwikkeling van kwaliteitsinstrumenten beschreven. Kwaliteitsinstrumenten ondersteunen de leden bij het reflecteren op het logopedisch handelen en het transparant maken van het handelen en de praktijkvoering. Door transparant te zijn laat je als logopedist zien wat je te bieden hebt. Patiënten, andere zorgverleners en zorgverzekeraars vragen hier om. Een andere reden om de kwaliteitstoets in te voeren is omdat zorgverzekeraars de kwaliteit van de (logopedische) zorg willen toetsen. Zij willen zorgaanbieders kunnen contracteren op kwaliteitsaspecten. Ik wil graag auditor worden. Waar kan ik me aanmelden? De werving, selectie en opleiding van auditoren is verzorgd door HCA en Kiwa. Er zijn voor 2014 voldoende logopedisten opgeleid tot auditor. U kunt zich hiervoor niet meer aanmelden bij de genoemde auditbureaus. Moet voor elke behandeling een subdoel verwoord zijn in termen van aard, mate waarin en tijd? In de kwaliteitstoets worden alleen de basisgegevens uit de richtlijn verslaglegging getoetst. Het vastleggen van het beoogde eindresultaat / hoofddoel (in termen van aard, mate waarin, tijdsperiode) is een basisgegeven waarop getoetst wordt in de kwaliteitstoets.Het vastleggen van het beoogde tussenresultaat / subdoel is een plusgegeven uit de richtlijn verslaglegging. De plusgegevens uit de richtlijn verslaglegging worden niet getoetst. Met het vastleggen van tussenresultaten / subdoelen geeft de logopedist als het ware een stappenplan weer die gevolgd wordt om het hoofddoel te bereiken. Meer informatie hierover is te vinden in de richtlijn verslaglegging, paragraaf 3.5.3. In de kwaliteitstoets staat de ICF-logopedie, bij declareren gebruik ik de ICIDHcode.Hoe zit dat? Het is begrijpelijk dat het werken met ICF en het vervolgens declareren van de diagnosecodering bij de zorgverzekeraars met ICIDH-codes verwarring oproept. In 2009 is de ICF-logopedie ontwikkeld. De NVLF heeft er toen voor gekozen om de beroepsgroep eerst te trainen in het toepassen van de ICF in de behandeling. Dit betekent het eigen maken van het gedachtegoed van de ICF waarbij in het stellen van de logopedische diagnose, het opstellen van concrete doelen en het behandelplan uitgegaan wordt van de problemen die de cliënt ervaart in het functioneren, participeren en uitvoeren van activiteiten. En dat er gekeken wordt naar externe en persoonlijke factoren. Dit gedachtegoed is ook verwerkt in o.a. de richtlijn verslaglegging die in 2009 is herzien. Daarnaast is ICF ook opgenomen in andere kwaliteitsinstrumenten zoals de logopedische standaarden en het beroepsprofiel. In diverse scholingen waaronder de DTL training, themabijeenkomst basisprincipes ICF en de workshop Doelgericht en SMART worden deze principes van de ICF getraind. Ook in verschillende scholingen van hogescholen zijn de ICFprincipes verwerkt.In de opleidingen logopedie is het ICF gedachtegoed geïntegreerd in de lesmodules.Alle studenten worden geschoold volgens de ICFprincipes. In 2012 is de NVLF een project gestart om de diagnosecodes waarmee je de behandeling declareert bij de zorgverzekeraars om te zetten van ICIDH naar ICF. Er is een voorstel op papier klaar. Dit voorstel ligt bij de zorgverzekeraars om dit in te bouwen. De NVLF is afhankelijk van externe partijen voor het inbouwen en kunnen gebruiken van ICF-codes voor de declaratie. Het streven van de NVLF is dat er in de nabije toekomst gedeclareerd kan gaan worden met ICF-codes. Logopedisten kunnen dus al een aantal jaar werken met het gedachtegoed ICF. De softwareleveranciers hebben destijds ook het verzoek gekregen de richtlijn verslaglegging in te bouwen in de software. Dit zou moeten ondersteunen in het toepassen van ICF in de behandeling. WAT IS HET VERSCHIL TUSSEN ICF GEDACHTEGOED EN DE DIAGNOSECODERING? ICF gedachtegoed De ICF is een classificatiesysteem dat beschrijft hoe mensen omgaan met hun gezondheidstoestand. De gezondheid van een persoon is met behulp van de ICF te karakteriseren in lichaamsfuncties en anatomische eigenschappen, activiteiten en participatie. Gezondheid is dus te beschrijven vanuit lichamelijk, individueel en maatschappelijk perspectief. Aangezien het functioneren van een persoon- en problemen daarmee - plaatsvinden in een bepaalde context, bevat de ICF ook omgevingsfactoren. Bij het formuleren van een logopedische diagnose of het opstellen van behandeldoelen wordt de ICF gebruikt.De ICF is van nut voor het begrijpen en meten van gezondheidsuitkomsten en kan worden gebruikt in klinische situaties, in allerlei zorginstellingen en in gezondheidsonderzoek op individueel en bevolkingsniveau. De ICF is gebaseerd op een internationaal classificatiesysteem van de World Health Organisation (WHO). De NVLF heeft van de officiële ICF een afgeleide versie gemaakt voor de logopedie. Alle items die niet relevant zijn voor de logopedie zijn weggelaten. Waar nodig is een verdere detaillering of extra klasse toegevoegd met voor de logopedie relevante items. Diagnosecodering Voor het declareren van de behandelingen logopedie bij de zorgverzekeraar moet de logopedist een diagnosecodering invullen. De coderingslijst is opgesteld op basis van de voorloper van de ICF, de ICIDH-L codering. Dit betekent dat de logopedist moet nagaan of er sprake is van een logopedische stoornis en deze stoornis moet coderen volgens de diagnosecoderinglijst. Deze coderingslijst is jaren geleden opgesteld in overleg met de zorgverzekeraars en dus gebaseerd op de oude codering volgens de ICIDH. Meer informatie over ICF is te vinden op de website www.ikbenlogopedist.nl > kwaliteit > ICIDH en ICF. Wat zijn de consequenties als ik de toets, aangevraagd door mijzelf, niet haal? U bent zelf vrij om te bekijken wat u gaat doen om de punten waarop u niet goed heeft gescoord te verbeteren. Ook is het uw eigen keuze of u al dan niet een heraudit laat plaatsvinden. De NVLF biedt scholing aan waarvan logopedisten gebruik kunnen maken om zichzelf te verbeteren. Wat zijn de consequenties als ik de toets, aangevraagd door een zorgverzekeraar, niet haal? Dit hangt af wat de zorgverzekeraar hierover in het contract heeft vastgelegd. Het kan bijvoorbeeld zijn dat er verplichte scholing gevolgd moet worden en een heraudit moet plaatsvinden. De kosten hiervoor zijn dan voor rekening van de praktijk Ik word getoetst door zorgverzekeraar X en haal deze. Kan zorgverzekeraar Y mij opnieuw toetsen? Ja, theoretisch zou dat kunnen. Bij toetsing aangevraagd door een zorgverzekeraar worden alleen dossiers getoetst van patiënten die bij die zorgverzekeraar verzekerd zijn. Bij toetsing aangevraagd door een andere zorgverzekeraar worden dus andere dossiers getoetst. Het is juridisch niet mogelijk om in deze situatie de behaalde resultaten tegen elkaar weg te strepen. Ik vraag vrijwillig een toets aan en haal deze. Kan een zorgverzekeraar mij opnieuw toetsen? Hierover heeft de NVLF met de zorgverzekeraars helaas geen overeenstemming kunnen bereiken. CZ en Menzis nemen de uitslag van de vrijwillige kwaliteitstoets niet over. Zowel met Menzis als met CZ is uitgebreid gesproken over de onduidelijkheid die is ontstaan over de acceptatie van de uitslag van de vrijwillige toets. De NVLF is zeer teleurgesteld over de reactie van beide zorgverzekeraars. De bereidheid om tot een oplossing te komen wordt erg gemist. Belangrijk om in het achterhoofd te houden dat deze situatie in de praktijk niet veel zal voorkomen, al kan het niet geheel worden uitgesloten. Het ligt niet in de lijn der verwachtingen dat praktijken die de vrijwillige kwaliteitstoets aanvragen ook in de selectie vallen voor een verplichte kwaliteitstoets. Kan een logopedist ook zelf de kwaliteitstoets aanvragen? Een logopedist kan zelf de kwaliteitstoets aanvragen bij auditbureau HCA of Kiwa. Hoelang is een certificaat geldig? Een certificaat is twee jaar geldig indien de toets door de logopedist zelf is aangevraagd. Indien een zorgverzekeraar een toets heeft laten uitvoeren bij een praktijk is de geldigheid vastgelegd in de overeenkomsten met de zorgverzekeraars. De geldigheid is veelal voor de duur van de overeenkomst. Hoeveel kost een audit? Een audit wordt uitgevoerd door een auditbureau. De NVLF werkt samen met de auditbureaus HCA en Kiwa. Zij rekenen de volgende kosten voor het uitvoeren van een audit: Kosten toets bij solpraktijk (5 dossiers): € 1120,-- exclusief BTW (21%) Kosten toets bij < 5 fte's (10 dossiers): € 1330,-- exclusief BTW (21%) Kosten toets bij > 15 dossiers: € 1540,-- exclusief BTW (21%) Extra kosten bij meerdere locaties: Per locatie, (< 5 fte) binnen 30 km hoofdlocatie € 220,00 excl. BTW Per locatie, (> 5 fte) binnen 30 km hoofdlocatie € 330,00 excl. BTW Dit zijn de kosten anno 2014. Worden alleen dossiers getoetst van behandelingen die zijn afgerond? Er worden zowel dossiers getoetst van patiënten waarvan de behandeling is afgesloten als dossiers van patiënten waarvan de behandeling nog niet is afgesloten. 80% van de dossiers betreft niet afgesloten behandelingen en 20% van dossiers betreft afgesloten behandelingen. Indien er niet voldoende afgesloten dossiers voorhanden zijn, dan kan het percentage van 80% oplopen tot maximaal 100%. Hoe wordt het aantal te toetsen dossiers bepaald voor een instelling die eerstelijnszorg biedt? Hiervoor wordt gekeken naar het aantal eerstelijns behandelingen die gegeven worden. Hebben zorgverzekeraars de NVLF-richtlijnen ook als vereiste gesteld bij contracteren zorgverleners? Ja de richtlijnen en standaarden zijn al langer onderdeel van de contracten. Mag een auditbureau alle patiëntgegevens inzien? De dossiers worden a-selectief getrokken tijdens de audit over een van te voren vastgestelde periode. De auditoren hebben een geheimhoudingsplicht. In hoeverre wordt het kwaliteitsregister en de kwaliteitskring meegenomen in de kwaliteitstoets Ingeschreven staan als ‘kwaliteitsgeregistreerd’ in het Kwaliteitsregister Paramedici zal een onderdeel zijn van de toets. Deelname aan een kwaliteitskring zit niet in de toets. Dit is ook geen wettelijke verplichting. Wordt de tijd vergoed die we kwijt zijn aan de kwaliteitstoets? De kwaliteitstoets is gebaseerd op wettelijke minimale eisen die al jaren gelden zoals de logopedische standaarden eerstelijns zorg, richtlijn verslaglegging en richtlijn verslaggeving. Er komen geen extra eisen bij waar u aan moet voldoen. Theoretisch zou het dus zo moeten zijn dat logopedisten al werken volgens de huidige wet- en regelgeving en dat het voldoen aan de toets geen extra tijd kost. Wie betaalt de kwaliteitstoets? Als u zelf de toets aanvraagt, betaalt u de toets zelf. Indien de zorgverzekeraars de kwaliteitstoets opnemen in de contracten en u geselecteerd wordt voor een toets, betaalt de zorgverzekeraar de toets indien u deze haalt. Indien de toets niet gehaald wordt dan verbindt de zorgverzekeraar daar consequenties aan, zoals het betalen van de kosten van de audit. volgen verplichte scholing en een heraudit. De kosten hiervoor zijn voor rekening van de praktijk. Kun je punten krijgen voor de audit voor het kwaliteitsregister paramedici? Voor het verlenen van medewerking aan een audit kunnen 10 punten worden verkregen ten behoeve van het Kwaliteitsregister Paramedici (KP). Klik hier voor de criteria van het KP. Wanneer is de audit negatief en wie bepaalt dat? De auditoren toetsen aan de hand van de criteria kwaliteitstoets. In de criteria staat beschreven hoe de criticia worden gewogen. Hoe wordt de privacy gewaarborgd bij dossier controles De auditors hebben een geheimhoudingsplicht. Hoe worden dossiers voor de toetsing geselecteerd? De dossiers worden a-selectief getrokken tijdens de audit. Hoeveel dossiers worden er getoetst? - Eenmanspraktijk: 5 dossiers - ≤ 5 fte*: 10 dossiers - > 5 fte: 15 dossiers * 1 fte is 40 uur Hoe wordt er omgegaan met de audit als een praktijk meerdere vestigingen heeft? Bij meerdere vestigingen worden meerdere vestigingen bezocht door het auditbureau. Het auditbureau bepaalt op welke vestigingen de audit gaat plaatsvinden. Afhankelijk van het aantal vestigingen wordt vastgesteld hoeveel vestigingen er worden bezocht. Vindt de toets plaats op locatie? Ja. zowel op de hoofdlocatie als op de dependances. Bij meerdere locaties bepaalt het audit bureau op welke locaties de audit gaat plaatsvinden. Door hoeveel personen wordt de audit uitgevoerd? Door twee personen. Hiervan is minimaal 1 persoon logopedist. Kan een praktijk zich vrijwillig laten auditeren? Ja, dat is mogelijk. De kosten zijn dan voor de praktijk. Wie is eigenaar/ ontleent rechten aan de kwaliteitstoets? De kwaliteitstoets is een kwaliteitsinstrument van de NVLF. De toets is in samenwerking met de werkgroep Kwaliteitstoets ontwikkeld. In de werkgroep zaten zowel leden van de NVLF als een aantal vertegenwoordigers namens zorgverzekeraars (Achmea, CZ, Menzis). Welke eisen worden gesteld aan de auditbureaus? De auditbureaus moet gecertificeerd zijn of volgen een procedure tot certificering. Wie ontwikkelt de scholing tot auditor? Deze opleiding wordt ontwikkeld door de auditbureaus. Welke eisen worden gesteld aan de auditoren? Minimaal 1 van de auditoren is logopedist. De auditoren hebben minimaal een aantal jaren werkervaring en hebben een speciale scholing gevolgd tot auditor. Wie gaat de kwaliteitstoets uitvoeren? De NVLF heeft afspraken gemaakt met twee onafhankelijke auditbureaus, namelijk Health Care Auditing en Kiwa. Wordt er bij de kwaliteitstoets getoetst op praktijk- of dossierniveau? Er wordt op beiden getoetst. De praktijk wordt getoetst. Er wordt gekeken naar de praktijkvoering en dossiervoering van alle logopedisten werkzaam in de praktijk. Dit gebeurt zowel op de hoofdlocatie als de eventuele dependances. Hoe wordt een praktijk door een zorgverzekeraar geselecteerd voor een audit? Hoe een zorgverzekeraar selecteert is vastgelegd in het contract. Er kan bijvoorbeeld geselecteerd worden op basis van een afwijking (hoger of lager) op het behandelgemiddelde. Voor wie geldt de kwaliteitstoets? Voor alle logopedisten met een eerstelijns contract. Een praktijk kan zichzelf vrijwillig aanmelden voor een toets. Een praktijk kan ook geselecteerd worden door een zorgverzekeraar. Hoe een zorgverzekeraar selecteert is vastgelegd in het contract. Er kan bijvoorbeeld geselecteerd worden op basis van een afwijking (hoger of lager) op het behandelgemiddelde.
© Copyright 2024 ExpyDoc