Van de voorzitter

inhoud
van de voorzitter
opinie
opinie
Vliegerselectie
bij Defensie
Op weg naar een nieuwe toekomst?
Mali: money makes the world go round
Wekelijks beklimmen tientallen Nederlandse jongeren de statige trappen van het in Soesterberg gevestigde Centrum voor Mens Luchtvaart. Jongens en meisjes die hun eerste stappen zetten op het pad naar
de verwezenlijking van een jeugddroom: vlieger worden. Jammer genoeg eindigt voor de meesten van
hen deze droom al abrupt op de eerste dag als zij het eerste deel van de selectie hebben ondergaan.
Slechts een klein percentage van al degenen die zich aanmelden slaagt voor alle onderzoeken, keuringen
en testen heen en wordt toegelaten tot de Elementaire Militaire Vliegeropleiding (EMVO) om een begin
De redactie van Carré is via interne contacten een in Mali woonachtige en werkzame Nederlander op het spoor geko-
maken met het verwezenlijken van de gedroomde toekomst als vlieger op een F-16 of helikopter.
men en heeft deze persoon bereid gevonden geregeld verslag te doen van het leven en de gebeurtenissen in dat land.
Dit natuurlijk met het oog op de lopende VN- operaties waar honderden Nederlandse militairen bij betrokken zijn. We
Het begint op een dag allemaal met een
aanlegtest, de Cognitieve Vaardigheden
Test (CVT). Daarbij wordt onder meer gekeken naar de luistervaardigheid, de sensomotorische vaardigheden (de hand - voet
coördinatie) en het ruimtelijk inzicht van de
kandidaten, waarvan de overgrote meerderheid op deze dag al afvalt. Wie blijven
mag wordt voorbereid op de volgende
fase: het Geautomatiseerd Vliegerselectiesysteem (GVSS). Hiervoor wordt de kandidaat uitgenodigd voor een sessie van twee
dagen met een reeks testen op een ALSIM
100 vliegsimulator. De kandidaat vliegt
zonder zicht naar buiten en alleen met behulp van eenvoudige vlieginstrumenten.
Tijdens een familiarisatievlucht kan kennis
worden gemaakt met de vliegeigenschappen van deze, een Cessna 172 nabootsende, simulator. Daarna volgt verdeeld over
twee dagen een programma van steeds
in moeilijkheid toenemende vliegproeven.
Niet alleen worden gedurende de cyclus de
testen gecompliceerder, maar ook de marge waarin fouten gescoord mogen worden
neemt progressief af. Zo hoeft bij de eerste
vlucht alleen maar rechtuit te worden gevlogen, bij de laatste, allesbepalende test
van het GVSS, dient een heel circuit met
klimmende en dalende bochten te worden
gevlogen waarbij de timing op de seconde
moet worden gevolgd. De voorgeschreven
hoogten en snelheden dienen zo nauwkeurig mogelijk te worden gevlogen. Om
een oordeel te kunnen vellen over de belastbaarheid en stressbestendigheid van de
kandidaat moet naast het vliegen ook nog
een toenemend aantal bijkomende taken
worden uitgevoerd met de navigatie- en
communicatieapparatuur; dit alles uiteraard zonder de controle over het vliegtuig
uit het oog te verliezen.
Wie ook deze afvalrace overleeft, wordt
uitgenodigd voor de volgende fase: de
Visual Flying Selection (VFS). Hierbij wordt
door de kandidaat een serie van vier tests
gevlogen, eveneens op de ALSIM simulator. Alleen wordt hier, naast de nu bij de
kandidaat enigszins bekende vlieginstru-
menten, gebruik gemaakt van een groot
beeldscherm dat een min of meer getrouw
beeld geeft van hetgeen zichtbaar zou zijn
vanuit de cockpit van een vliegtuig. Het
is de bedoeling dat de kandidaat tijdens
deze vluchten de stand van het vliegtuig
in de ruimte weet te controleren zonder
gebruik te maken van vlieginstrumenten,
zoals de kunstmatige horizon. Ook tijdens
de VFS zal de moeilijkheidsgraad van de
oefeningen geleidelijk aan toenemen. Ook
wordt door de testleiders een oordeel gevormd over bepaalde eigenschappen van
de kandidaat die nog niet eerder indringend bekeken konden worden, zoals vlieggevoel, -inzicht, assertiviteit en analytisch
vermogen. Aan het einde van twee dagen
VFS is gemiddeld nog 50% van de kandidaten in de race voor de volgende fase,
de assessment met groepsopdracht en interview. Het VFS zegt echter nog niet alles
over de opleidbaarheid van de kandidaat.
Factoren als vliegangst, aanleg voor luchtziekte, weinig G-tolerantie of claustrofobie
kunnen nog roet in het eten gooien. Ook
is de VFS niet alles bepalend omtrent de
vliegaanleg en om al deze redenen moeten
kandidaten zich na alle proeven en testen
bij het CML te hebben doorstaan melden
bij het Test & Training Centre (TTC) op
het Brabantse vliegveld Seppe. Tijdens de
Selectie Opleidbaarheid Luchtvarenden
vliegen de nu bijna leerling-vliegers twee
vluchten in de Slingsby T67 M200 Firefly,
een fully-aerobatic tweezits lesvliegtuigje
waarmee met G-krachten van +6G tot -3G
kan worden gevlogen. Onder leiding van
een ervaren vlieginstructeur maakt de kandidaat, veelal voor het eerst, kennis met
het gevoel zelf een vliegtuig te besturen.
Als deze fase naar tevredenheid verloopt
wordt de kandidaat voor het medisch onderzoek terugverwezen naar het CML.
Ook een fysieke aanname meting op spierkracht, sprint- en uithoudingsvermogen
maakt nog deel uit van de selectieprocedure. Tenslotte wordt het medisch onderzoek
afgerond met een aantal specialistische onderzoeken bij het Centraal Militair Hospitaal (CMH) in Utrecht. Aan het einde van
de selectieprocedure die, afhankelijk van
de beschikbaarheid van de kandidaat voor
alle testen en onderzoeken, kan oplopen
tot enkele maanden, wordt door het CML
de uitslag verstrekt. Is deze positief dan
staat niets de kandidaat meer in de weg
om aan de opleiding te beginnen.
verwachten met deze rapportages een beter beeld te krijgen van de ontwikkelingen en de problemen waarmee militairen aldaar worden geconfronteerd. Uit veiligheidsoverwegingen wordt de naam van deze persoon niet openbaar
gemaakt. De in het artikel vermelde meningen en observaties zijn de visie van de individuele schrijver en zijn niet
opgetekend uit hoofde van een bepaalde functie. Onderstaand de vierde bijdrage.
Laten we het beestje maar bij zijn naam
noemen: corruptie.
Iedereen weet het, er wordt veel over geschreven, gesproken en geklaagd. Het is
als een besmettelijk virus, dat de samenleving ontwricht. De graaizucht van mensen
in Malinese overheidsdienst mag enige
naam hebben. Hebben ze er goede redenen voor? Geen enkele reden die stand
zal houden voor enig deugdelijk werkend
justitieel apparaat. Toch denken ze er zelf
heel anders over.
‘Meneer uw papieren zijn niet in orde’,
verklaart de douanebeambte stellig en
zonder ook maar met z’n wimpers te knipperen. Het paspoort - waar zeer waarschijnlijk niets mis mee is - verdwijnt op
de groeiende stapel reisdocumenten. De
eigenaar - die uit een ander Afrikaans land
komt - wordt gesommeerd te wachten. Als
van alle busreizigers de papieren zijn ingenomen, wordt naam na naam afgeroepen.
Met een lichtere portemonnee, maar met
hun identiteitspapieren, keren mensen
terug uit het douanekantoor. Douanebeambten vullen op grote schaal hun salarissen aan. Het werk waarvoor ze ooit zijn
aangenomen, heeft een extra dimensie en
een andere wending gekregen. Iedereen is
een potentiële bron van inkomsten. Papieren in orde: betalen. Papieren niet in orde:
meer betalen. Huidskleur, etnische komaf,
land van herkomst, beroep en spontane
antipathie of sympathie zijn mede bepalend voor de hoogte van de afkoopsom.
Uiteraard hebben de douaniers zelf hele
goede redenen om geld in eigen zak te
steken.
‘Mijn chef vindt het goed’, verklaarde een
van hen desgevraagd. ‘Nee, nee, nee, begrijp me niet verkeerd’, haastte hij eraan
toe te voegen, ‘je kunt een vrouwtje, die
op haar oude dag nog goed wil doen met
De kandidaten die zich aanmelden voor
de vliegeropleiding zijn over het algemeen
jongens, de meisjes blijven ondanks alles
toch een kleine minderheid, tussen de 18
en 27 jaar. Gegrepen door het vliegerbacil, enthousiast geworden door eerdere
ervaringen met de zweefvliegsport, een of
meerdere vliegers in de familie, of zomaar
op zoek naar een baan, voor de selectieprocedure voor de selectieprocedure bij
het CML en de kansen van de kandidaat
maakt het niet uit. De testcyclus is voor
iedereen gelijk en voor de kansen van een
kandidaat is eerdere vliegervaring nauwelijks relevant. Een aparte, al een paar jaar
groeiende groep kandidaten wordt echter
gevormd door degenen die zich aanmelden na elders, in de civiele luchtvaart, al
een vliegeropleiding te hebben voltooid.
Dit zijn kandidaten die bij een van de
vliegscholen in Nederland of daarbuiten
een Commercial Pilot License (CPL) hebben behaald en tengevolge van de economische crisis er niet in zijn geslaagd
aangenomen te worden bij een luchtvaartmaatschappij. Voor het CML worden
deze mensen niet anders beoordeeld dan
andere kandidaten en zij ondergaan dan
ook dezelfde reeks testen als de kandidaten zonder een eerder behaald vliegbrevet.
De verrassende omstandigheid doet zich
daarbij voor dat het slagingspercentage
in deze groep niet spectaculair hoger is
dan dat van kandidaten zonder veel eerdere vliegervaring. Wel is het zo dat een
eventuele afwijzing veelal in een wat later
stadium van het selectieproces plaatsvindt,
tijdens de VFS. In een geval was het zelfs
nodig een kandidaat die al werkzaam was
als vliegerinstructeur af te wijzen wegens
onvoldoende resultaten. Mogelijk dat een
verschil in motivatie hier een rol speelt, en
14 | Carré 7 | 2014
15
14
een stichting in Mali toch niet het vel over de neus halen met te
betalen invoerrechten?’ Het kan jammer genoeg de boeken niet
meer in, want dan zouden ze er bij het ministerie lucht van kunnen krijgen, maar een kniesoor die daarover valt na het verrichten
van zo’n goede daad...
Bij andere overheidsinstanties gaat het niet veel beter. Wie onschuldig in de cel belandt - een steekpenning of een valse verklaring van een jaloerse landgenoot volstaat - zit er net zo lang tot
iemand een - niet in de boeken vermelde - borgsom betaalt.
Wie een misdaad heeft gepleegd, kan daarentegen ondanks overweldigend bewijs, binnen 15 minuten ongestraft weer op straat
staan. Slechts als het slachtoffer volhardt en in staat is om bij justitie een arrestatiebevel te halen, is de politie genoodzaakt in actie
te komen en de dader in hechtenis te nemen. De zakken van de
agent, zijn chef en de hoofdcommissaris zijn dan al gevuld. Kwitanties worden niet verstrekt.
Wie aangifte doet, mag blij zijn als er iets gedaan wordt met het
proces-verbaal. De kans is groot dat het in een archief verdwijnt,
maar pas nadat de betrokken rechercheur nog eens gebeld heeft
met het slachtoffer: voor een leuke fooi is hij best bereid alsnog
zijn werk te gaan doen.
Corruptie en diefstal maken deel uit van het dagelijkse leven.
Hoewel weinigen het er mee eens zijn, is er zelden iemand die in
opstand komt. Het innen van oneigenlijke vergoedingen is verworden tot geaccepteerd wangedrag.
Gratis geld
Met enige regelmaat komt in Mali de term ‘gratis geld’ voorbij. De
betekenis laat zich raden: geld dat je krijgt, zonder dat er iets voor
gedaan hoeft te worden; corruptie bijvoorbeeld. Wie langer in
de Malinese samenleving meedraait, zal ook andere voorbeelden
kennen. Van jongs af aan worden kinderen opgevoed met fooitjes.
Fooitjes, die niet de vorm hebben van zakgeld en die niet gerelateerd zijn aan uitgevoerde werkzaamheden. Ouders, familieleden
of willekeurige bezoekers aan de familiehof geven muntjes. Dat is
normaal, aldus de Malinezen. Het geven van geld is niet beperkt
tot kinderen. Wie een familielid of bekende bezoekt, zal vaak een
biljet geven aan het hoofd van de familie, aan de moeder des huizes, aan de oppasser, aan de beste vriend binnen het gezin etc.
Een teken van respect wordt het genoemd. Of een bijdrage in de
kosten van de familie. Geef er maar een naam aan. Feit is, dat wie
een vriend of bekende bezoekt, de nodige biljetten en muntjes
uitdeelt. Lang niet altijd geheel vrijwillig.
Dreigende lucht en een frisgroen landschap tijdens het regenseizoen.
Griotten, de mannen en vrouwen die de
lof van mensen bezingen, zijn spekkoper.
Zij worden overstelpt met geld. Niet helemaal gratis in dit geval, want ze zingen
er de lof van de gever voor. En plein publique, dus je kunt ervan verzekerd zijn
dat je de hemel in gezongen wordt. Alle
goede eigenschappen, de goede voorvaderen en wat dies meer zij, vloeien rijkelijk
uit de mond van de griot. Wie de griot
niet beloont krijgt zijn trekken thuis; ten
overstaan van hetzelfde publiek wordt de
beerput open getrokken. Dus wordt er uit
voorzorg vaak gul gegeven. Wie als griot
het geluk heeft in betere kringen te vertoeven, gaat met honderdduizenden zo
niet miljoenen CFA-francs naar huis aan
het eind van de dag. Of met een auto,
motor of huis...
Geven en ontvangen
Geld geven en ontvangen maakt deel uit
van het Malinese leven. Niet in de laatste
plaats door het ontbreken van een sociaal
vangnet, waardoor men op elkaar is aangewezen in noodsituaties, zoals bij ziekte
of overlijden. Omdat het ontvangen van
geld en het erom vragen zo gebruikelijk
zijn in de eigen samenleving, is er zelden
schaamte ook anderen om geld te vragen.
Het wordt er met de paplepel ingegoten. Kinderen die nog nauwelijks kunnen
praten, weten al hoe ze een blanke om
geld moeten vragen. ‘Toubab, wari’ en ‘le
blanc, donne-moi l’argent’ klinkt het uit
menig kindermondje als een blanke zich
laat zien. Dit verschijnsel wordt mede gevoed door toeristen, die medelijden hebben met die ‘arme Afrikaanse kindjes’. Het
24 | Carré 7 | 2014
beeld van toeristen die tijdens hun vakantie genieten van wat extraatjes en het geld
los in de zak hebben zitten, draagt bij aan
het gebrek aan een gewogen beeld van
het leven buiten Afrika. Televisie soapseries
en hulporganisaties doen tevens een flinke
duit in het zakje.
Hulporganisaties
Een aanzienlijk deel van de in Mali actieve
hulporganisaties heeft zijn basis in het westen. Het geld komt met miljoenen tegelijk
Mali binnen. De lokale bevolking plukt er
vaak slechts op geringe schaal de vruchten
van. Het ontwikkelingsgeld draagt vooral
flink bij aan de ontwikkeling van de welvaart en de status van een selecte groep
ambtenaren en mensen in dienst van de
organisaties; in mindere mate aan de ont-
25
24
Opinie
De selectie van kandidaten voor de militaire vliegeropleiding
vindt plaats bij het Centrum voor Mens en Luchtvaart te Soesterberg. Hoe dit proces werkt en wat een kandidaat moet doorstaan alvorens te worden toegelaten tot de Elementaire Militaire
Vliegeropleiding (EMVO) wordt uit de doeken gedaan door lkol
b.d. P. Dekkers.
Onze correspondent ter plaatse in Mali bericht ditmaal over een
ziekte die de maatschappij daar ontwricht: corruptie. Het zal nog
lang duren voor een oplossing gevonden is voor dit probleem dat
alle lagen in de maatschappij aantast.
Mali: money makes the world go round
en verder
3 Van de Voorzitter
De tandem Rutte/Samsom zit aan onze
pensioenen.
ltz I b.d. Mr. Volbeda, maar als Nederland
zijn best doet kan nog iets van de oude
glans worden teruggewonnen.
4 Carreactie
17 Boekbespreking
5 Opinie
Poetin, IS en de kernwapens
Polemoloog drs. Leon Wecke, nooit om
een mening verlegen, combineert ogenschijnlijk moeilijk te verenigen onderwerpen in een artikel: Uniting for Peace.
8 Prikken en Prikkels
Indianenverhalen, krokodillentranen en een beetje algebra
Waren onze speerpunten maar in
Chroom-6 gedoopt.
10 Opinie
Nederland staat voor schut,
met dank aan den Haag
Nederland is door slecht beleid een free
rider geworden. Slecht beleid, stellen
de auteurs kolmarns b.d. De Roode en
2 | Carré 7 | 2014
Syrië en de hyena’s van
Damascus.
18 Vierkant Beschouwd
De NAVO: dat zijn wij
De NAVO is en blijft de hoeksteen voor
onze veiligheid en Nederland stond mede
aan de wieg van deze organisatie. Als land
zijn wij betrokken bij de besluitvorming en
alle relevante processen. Toch vraagt onze
politieke leiding zich in de openbaarheid af
wat de NAVO van ons wil. Wij moeten die
organisatie juist versterken, meent de redactie. Want de NAVO, dat zijn wij.
effecten van de klimaatverandering te
neutraliseren is mede debet geweest aan
de continue verlaging van het defensiebudget. De regering verhoogt nu de defensie-uitgaven. ‘Een trendbreuk?’, vraagt
kol b.d. Brantz zich af.
27 Boekbespreking
Kazernekind.
28 DenK
De werkgroep DenK komt bij monde van
lkol b.d. Ebbelaar terug met de update van
haar activiteiten.
34 Verenigingsnieuws
20 Opinie
De politiek correcte interpretatie
van een trendbreuk
Niet alleen de financiering van onze verzorgingsstaat maar ook de eis om de
l’Histoire se répète
De NOS kopte deze week het bericht dat onze pensioenen nog
wel tien jaar niet geïndexeerd zullen kunnen worden. Een koopkrachtvermindering van zeker 20%. Tot nu toe was er al een daling van de koopkracht met 9%. Met een brede meerderheid is in
de Tweede Kamer het voorstel van staatssecretaris Kleinsma, weliswaar enigermate geamendeerd, helaas aangenomen.
Een van onze leden schreef mij ter illustratie de volgende persoonlijke noot, een situatie waarmee waarschijnlijk meer gepensioneerde leden geconfronteerd worden:
Opinie
Vliegerselectie bij Defensie
De tandem Rutte/Samsom zit aan onze pensioenen
Foto cover: aoo Eric Vorstenbosch
(Fotovlucht Soesterberg)
‘Mijn moeder en mijn schoonmoeder zitten in dezelfde situatie: ze
hebben behoefte aan zorg. Mijn moeder heeft een net defensiepensioen en heeft in de loop der tijden een mooi spaarpotje opgebouwd. Mijn schoonmoeder heeft alleen een AOW-uitkering. Ze
krijgen allebei precies dezelfde zorg, alleen betaalt mijn moeder de
hoofdprijs en mijn schoonmoeder ... niets’.
Het punt is natuurlijk niet dat men dezelfde zorg ontvangt. Maar
door de kabinetsmaatregelen worden niet alleen de pensioenen
niet meer geïndexeerd, maar ook alle zorgkosten, die voorheen
door de overheid breed gedragen werden, komen nu ten laste van
diegene die hun hele leven gespaard hebben voor een pensioen.
Zo worden de mensen met een goed pensioen dus dubbel gepakt
door dit kabinet. En het behoeft verder geen betoog dat dit met
name de ouderen zal treffen. Het is gewoon zo dat de ouderen op
een bepaald moment meer zorg behoeven.
Dus Samsom heeft zijn gelijk gekregen toen hij aan het begin van
de kabinetsperiode aangaf dat hij met name de rijkere ouderen
(wij dus, met een van ons eigen geld gespaard pensioen) zwaar wilde gaan belasten.
De VVD kan dit zichzelf ook aanrekenen.
Zij hebben hun kiezers in de kou laten staan.
Wie spaart, die heeft wat, was altijd het
motto.
Een ander punt voor dit kabinet is de verhouding tussen schulden en kapitaal in
Nederland. Onze pensioenfondsen verminderen voor een niet onaanzienlijk deel de
schulden zoals Nederland die op de balans
heeft staan. Meer geld in de pensioenkas
geeft het kabinet de mogelijkheid om meer
geld te lenen en toch een aanvaardbare
schuldpositie te houden. Het aanleggen
van grotere buffers past hier naadloos in.
Een laatste punt. Wij worden allen ouder
en daarom zouden wij, gepensioneerden
en toekomstige gepensioneerden te weinig
premie betaald hebben. Wij hebben echter
al 9% ingeleverd van de koopkracht van
onze pensioenen. Ik ben ervan overtuigd
dat die schuld inmiddels al lang en breed
betaald is. De jongeren gaan pas met 67
met pensioen en betalen daarmee het ontstane gat in de noodzakelijke premiebetaling. Dus ook dit probleem bestaat niet
meer. Laat u zich niets wijsmaken.
Maar nu zult U zeggen: ”prachtig, maar
wat gaan wij eraan doen?”
De GOV/MHB heeft zich altijd op het
standpunt gesteld dat wij uit moeten gaan
van een reëel pensioenstelsel. Reëel en
eerlijk voor jongeren
en voor ouderen.
Als wij een geïndexeerd pensioen
willen hebben, dan
zullen de pensioenfondsen moeten beleggen. In de afgelopen tien slechte jaren
heeft het ABP een resultaat van jaarlijks
bijna 7% geboekt. De waardering van het
opgebouwde kapitaal vindt echter dwingend vanuit de overheid plaats op basis
van de Europese rente. Deze rente wordt
door de ECB kunstmatig laag gehouden
om de economie te stimuleren. Waarderen
tegen een kunstmatig lage rente is natuurlijk niet eerlijk. Je moet uitgaan van reële
getallen. Dan ontstaat er een heel ander
beeld en blijkt in een keer dat gedeeltelijke
indexatie wel mogelijk is. Zoals overigens
de pensioenfondsen ook zelf aangeven.
Dan nog het punt van de nog hogere buf-
Wie spaart,
die heeft wat,
was altijd het motto
Voormalig premier en minister Lubbers heeft ooit de overheidspensioenfondsen (het ABP) gebruikt om de overheidsfinanciën
weer op orde te krijgen. Dit kabinet doet hetzelfde, maar alleen
op een andere manier en gaat in wezen nog veel verder. Zij
dwingt werkenden om minder geld aan het pensioen te besteden
en daardoor een hypotheek op de toekomst te nemen. Je mag
minder sparen voor je pensioen en daardoor houd je meer geld
over. Het lijkt op een salarisverhoging, maar het is in feite een sigaar uit eigen doos en zal echt ten koste van de koopkracht in de
toekomst gaan. Vanwege de verhouding van de betaling van de
pensioenlasten tussen werknemers (30%) en werkgevers (70%)
bespaart de overheid als grote werkgever veel geld. Zij stimuleert
zodoende op korte termijn de koopkracht van de Nederlanders,
bezuinigt aanzienlijk en in de toekomst moeten wij het maar uitzoeken.
lees verder op pagina 4
3
vervolg van pagina 3
fers om de klappen op de aandelenbeurzen op te kunnen vangen. Wanneer je
uitgaat van het reële stelsel, ademen de
uitkeringen, weliswaar afgevlakt door een
middeling over jaren, mee met het geld
dat er verdiend wordt. Zoals gezegd, 7%
over de laatste tien slechte jaren. En wat is
er mis mee, dat, wanneer het met Nederland slecht gaat, het toch een stuk solidariteit is dat het dan ook met de ouderen
minder gaat. Maar als het beter gaat, dan
profiteren de ouderen daar ook van. Was
het niet met name deze solidariteit die altijd ten grondslag heeft gelegen aan ons
veel geprezen pensioensysteem?
Ergo, geen potverteren, maar op basis
van reële inkomsten reële pensioenen opbouwen en verstrekken. En geen te grote
buffers aanleggen zodat onze pensioenen
niet meer geïndexeerd kunnen worden en
onze gespaarde pensioenpot alleen maar
gebruikt kan worden om de schuldenlast
van Nederland te verlichten. Geen overheidsdoelstellingen gaan bereiken met ons
geld. Lubbers z’n actie is genoeg geweest. Nu nog een keer de
tandem Rutte/Samsom met executeur Kleinsma is echt teveel. Bovendien, het is ons geld. Geld van de leden van het ABP, jong en
oud. En niet van weer een graaiende overheid. Dat willen wij dus
echt niet.
Maar hoe nu verder? De NOV werkt intensief samen met de
GOV|MHB en zit via de VCP aan tafel in de SER en de STAR. Via
onze vertegenwoordigers hebben wij ook invloed op het ABP.
Daarnaast komen er allereerst de verkiezingen van de Provinciale
Staten, maar dat zijn tevens de verkiezingen voor de Eerste Kamer.
En die liggen gevoelig op dit moment. Wij zullen politici dan ook
indringend confronteren met de gemaakte keuzes. En U zult dit
terugvinden in interviews in Carré. waaronder in onze Carré. Een
jaar later volgen de Tweede Kamer verkiezingen. Wij zullen er alles aan doen om deze discussie tot een centraal thema voor deze
verkiezingen te maken.
De leden van het ABP bepalen wat er met het zelf gespaarde geld
gebeurt.
Mevrouw Kleinsma heeft aangegeven de komende anderhalf jaar
de discussie over de pensioenen te willen voeren. Welnu, wij zullen hem voeren! U ook?
carreactie
Geachte redactie,
Graag reageer ik op het actuele artikel in Carré 6 van de hand van
bgen A.T. Vermeij met als uitdagend onderwerp ‘Waarom begrijpt
het Westen President Poetin niet?’ Nog uitdagender is Vermeij
met zijn impliciete veronderstelling dat indien wij Poetin wel begrijpen, wij onze houding in de Oekraïne crisis zo zouden hebben
aangepast dat het conflict, zoals wij dat het afgelopen jaar hebben
meegemaakt, voorkomen had kunnen worden.
opinie
Tekst: Brigade-generaal der Fuseliers A.T. Vermeij
Waarom begrijpt het Westen
President Poetin niet ?
Het afgelopen jaar heb ik mij als Assistant Chief of Staff (ACOS) J2 van Joint
Forces Command Brunssum (JFCBS) behoorlijk intensief beziggehouden met
de crisis tussen Rusland, Oekraïne, en het Westen. Dit was uiteraard teamwork samen met de 93 mannen en vrouwen van mijn divisie en bijdragen
van andere divisies, hetgeen gebaseerd op al de aanwezige veelomvattende
perspectieven/kennis, een behoorlijk compleet beeld oplevert over de oorzaken en gevolgen van deze crisis. Zonder nu
te denken de wijsheid in pacht te hebben, en rekening houdend met de classificatie van bepaalde aspecten, ga ik u in
dit korte artikel deelgenoot maken van de belangrijkste redenen waarom President Poetin doet wat hij doet en waarom
ruim 80% van de Russen hem steunt. Hierbij maak ik gebruik van het concept van de strategische cultuur. Bovendien
geef ik een beknopte inkijk in wat interessante aspecten met betrekking toe de toekomst van Oekraïne.
“Minds are like parachutes.
They only function when open.”
Sir James Dewar, 1842
Strategische cultuur van Rusland
Geografische expansie van Rusland sinds de 17e eeuw (Russiamap.org).
20 | Carré 6 | 2014
ca06Poetin.indd 20-21
4 | Carré 7 | 2014
Om het gedrag van Rusland beter te begrijpen gebruik ik het concept van de
strategische cultuur: Total of ideas, conditional emotional responses and patterns of
habitual behaviour that members of a national strategic community have acquired
through instruction or imitation and share
with each other1. Dit houdt in het kort in
dat we eerst kijken naar de nationale cultuur van Rusland, die voor een belangrijk
deel voortkomt uit de politieke cultuur,
die op haar beurt weer is gebaseerd op de
roots, ervaringen, geografie en geschiedenis. De kern van het concept is dat we
hierdoor de nationale cultuur beter begrijpen en bovendien de daaruit voortvloeiende strategie en strategische voorkeuren
beter begrijpen. Onder het begrip strategie
versta ik Grand Strategy: de macht die een
land door middel van haar strategie kan
uitoefenen, is gebaseerd op een samenspel
van politieke, militaire, economische, geografische, demografische, informatie en
culturele machtsfactoren2. Vanuit de kennis
van de nationale cultuur en de strategie en
strategische voorkeuren van een land kun
je het gedrag van dat land beter begrijpen
en is het ook mogelijk concreet gedrag
en acties te voorspellen. Het lastige bij dit
concept van de strategische cultuur is wel
dat bijna alle aspecten dynamisch en dus
voortdurend aan verandering onderhevig
zijn.
Nationale cultuur van Rusland
De nationale cultuur van Rusland is vooral
gebaseerd op haar roots, ervaringen, geografie en geschiedenis. Bij mijn analyse
onderken ik drie lijnen: een autocratische
traditie, een gevoelige dreigingperceptie
en Rusland als wereldmacht.
Autocratische traditie
Door de hele geschiedenis van Rusland
heen is altijd weer gebleken dat autocratisch leiderschap het meest succesvol was
om het land bijeen te houden. Dit heeft te
maken met uitdagingen als het multi-etnische karakter met als het meest dominante
dilemma: is Rusland Slavisch of Europees
en daarnaast de spanningen tussen de
hoofdstad en de periferie. Bovendien zag
en ziet het Russische volk het autocratisch
leiderschap als meest geschikt om de dreigingen tegen het Russische Motherland te
weerstaan; hier ga ik in de volgende paragraaf dieper op in.
Ruslands autocratisch leiderschap is in
de geschiedenis succesvol gebleken om
het land bijeen te houden en ook interne
veiligheid te garanderen. Als concrete en
meest succesvolle voorbeelden hiervan
worden Ruslands autocratisch leiderschap
tegen de invasie van Nazi-Duitsland en de
ontwikkeling tot supermacht na de Tweede
Wereldoorlog gezien. Er zijn wel periodes
geweest van meer vrijheid en grote hervormingen, bijvoorbeeld in de tijd van Tsaar
Peter de Grote, Tsaar Alexander II, secretaris generaal van de CPSU en later President Gorbatsjov en President Jeltsin, maar
deze zijn altijd heel kritisch ontvangen en
hebben niet het voor Rusland gewenste
resultaat opgeleverd. De hervormingen
verwoord in Perestrojka en Glasnost onder
Gorbatsjov en Jeltsin hebben voor Rusland
geleid tot de desintegratie van de SovjetUnie en dus de teloorgang van de positie
van supermacht. Dit heeft voor de nomenclatura een behoorlijk trauma opgeleverd.
Sinds het aantreden van Poetin is het autocratisch leiderschap in vele opzichten weer
versterkt, met alle gevaren en beperkingen
die daar bij horen.
Autocratisch President Poetin (A. Druginyn).
Het gros van het Russische volk vindt
dat blijkbaar prima, want Poetin heeft
momenteel ruim 80% van de bevolking
achter zich. Als voorbeeld van één van
de gevolgen van dit autocratische leiderschap noem ik het compleet beheersen
van de informatievoorziening inclusief de
media in Rusland door Poetin en zijn inner
circle. Dit leidt tot echte misleidende propaganda, zoals de schuldvraag m.b.t. het
neerschieten van vlucht MH 17. Dit wordt
in Rusland helemaal niet als een fout van
de separatisten en/of de Russen verkocht,
maar als een actie van de CIA die Rusland
in diskrediet wil brengen.
Dreigingperceptie
De Russen hebben een diep geworteld gevoel van een continue dreiging. Dit geldt
voor interne en externe dreigingen zoals
de geschiedenis ons leert: de Mongolen
en de Tartaren brandden in 1571 Moskou
plat, de Polen deden dit nog eens over in
1610, in 1708 vielen de Zweden binnen,
in 1812 leden zij zware verliezen door
Napoleons invasie, zij verloren de oorlog
tegen Japan in 1904-1905 en in 1920 vielen de Polen binnen. De twee belangrijkste
invasies in dit kader waren de Eerste Wereldoorlog en de Tweede Wereldoorlog;
vooral de Duitse invasie in 1941 is tot vandaag de dag nog traumatisch te noemen.
Daarnaast is het ook zo dat Rusland zich
geografisch gezien kwetsbaar voelt voor
aanvallen vanuit verschillende richtingen:
vanuit het zuiden over de grasvlakten,
vanuit het oosten door China en Japan,
vanuit het westen door Duitsland, Polen,
Frankrijk en tegenwoordig de NAVO (inclusief de VS) en de EU.
Wereldmacht
Onder de dreiging van de Mongolen,
werd al in de 16e en 17e eeuw de militaire
machtsfactor binnen Rusland het belangrijkste fundament voor de staat. Sinds de
17e eeuw is Rusland -vooral door de geografische expansie- gegroeid in de richting
van een groot en machtig land. In het
begin was dat puur gebaseerd op macht
op het land, later kwam daar ook een
sterke maritieme macht bij, vooral in de
Pacific. De Russische macht had wel een
dualistisch karakter; initieel had Rusland
een soort minderwaardigheidscomplex ten
opzichte van het Westen, maar het was
tegelijkertijd wel een grote imperialistische
(Europese) en civiliserende machtsfactor
in Azië. Tot 1991 was de Sovjet-Unie met
Rusland als centrum een wereldmacht in
bijna alle opzichten, die ‘slechts iets teveel’
budget uitgaf aan haar militaire machtsfactor, waardoor de economie blijvende schade opliep en uiteindelijk de Koude Oorlog
werd verloren. Daarna werd Rusland tot
omstreeks het jaar 2007 terecht niet meer
als wereldmacht gezien en behandeld.
Maar inmiddels is Rusland op de meeste
fronten/machtsfactoren weer behoorlijk
opgekrabbeld, vooral gebaseerd op de bijna onuitputtelijke voorraad aan grondstoffen en dan vooral de fossiele brandstoffen.
Vandaag de dag is Rusland feitelijk weer
een wereldmacht met zijn permanente
zetel in de Veiligheidsraad, kernwapens,
het gemoderniseerde militaire apparaat en
zijn sterke positie in de wereldeconomie,
vooral dankzij zijn grondstoffen. Inmiddels
zijn ook wetenschap en technologie op het
terrein van defensie en ruimtevaart weer
op een behoorlijk niveau en is het land
21
16-09-14 08:38
Generaal Vermeij brengt met veel begrip vrijwel allemaal relevante
overwegingen naar voren die naar zijn conclusie moeten leiden.
Hij vergeet echter de dominante overweging die te maken heeft
met de autonomie van Oekraïne en de keuzes die het land zelf
behoort te kunnen maken. Natuurlijk is de mening binnen Oekraine verdeeld, maar een ruime meerderheid kiest toch niet voor de
Russische buur. Sterker nog, hoe komt het dat het overgrote deel
van de buren van Rusland aan de Europese zijde van Rusland de
voorkeur geven aan een nauwere en zelfs intensieve band met
datzelfde Europa en niet met Rusland? Komt dat omdat zij maar al
te goed weten wat het betekent om in de invloedssfeer van Rusland te moeten leven?
Laat Rusland met President Poetin voorop die vraag beantwoorden en vervolgens aan de eigen aantrekkingskracht voor de landen aan zijn westgrens werken.
P.S. Ik denk overigens dat de geïnformeerde publieke opinie in het
Westen en zeker alle lezers van Carré wel degelijk president Poetin
begrijpen. Maar begrijpen is niet hetzelfde als instemmen.
Met vriendelijke groet,
Ben Droste, lgen b.d.