Vrijstelling op grond van artikel 46, eerste lid, Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden inzake de biociden VectoBacWG, VectoMax en Aqua-K-Othrine (Vrijstelling biociden exotische muggen 2014) IENM/BSK-2014/103462 De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Economische Zaken; Gezien het verzoek van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 28 april 2014, kenmerk 362789-120014 PG, tot vrijstelling van het verbod op het gebruik van de biociden VectoBacWG op basis van de werkzame stof Bacillus thuriengiensis israeliensis (Bti), VectoMax op basis van de werkzame stoffen Bacillus sphaericus (Bs) en Bacillus thuriengiensis israeliensis (Bti) en Aqua-K-Othrine op basis van de werkzame stof Deltamethrin, ten behoeve van de bestrijding van de larven en adulten van exotische muggen; Gelet op de artikelen 43, eerste lid, en artikel 46, eerste en tweede lid, van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden; BESLUIT : Artikel 1 In verband met de bestrijding van de larven en adulten van invasieve exotische muggen, wordt op grond van artikel 46, eerste lid, van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden vrijstelling verleend van het verbod, bedoeld in artikel 43, eerste en tweede lid, van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden, om in strijd te handelen met artikel 17, eerste, vijfde en zesde lid van verordening (EU) nr. 528/2012, in dit geval inzake het onder voorwaarden op de markt aanbieden en gebruiken van de biociden VectoBacWG, VectoMax en Aqua-K-Othrine. Artikel 2 Ten behoeve van de bestrijding van de larven en adulten van invasieve exotische muggen is het op de markt aanbieden voor uitsluitend het hierna genoemde gebruik en het gebruik in de hierna genoemde omstandigheden toegestaan van: a. de middelen VectoMax en VectoBacWG uitsluitend in kunstmatige waterpartijen, zoals in de buitenlucht opgeslagen autobanden, waar stilstaand water in kan staan en in natuurlijke broedgebieden; b. het middel Aqua-K-Othrine uitsluitend op door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport aangewezen locaties en in een straal van 200 meter rondom deze locaties. Artikel 3 Aan de vrijstelling, bedoeld in artikel 1, zijn de in de bijlage bij dit besluit opgenomen beperkingen en voorschriften verbonden . Artikel4 De vrijstelling wordt verleend voor de duur van 180 dagen. Artikel 5 Dit besluit wordt aangehaald als: Vrijstelling biociden invasieve exotische muggen 2014. Artikel 6 Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag van plaatsing op de website van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu (http://www.rijksoverheid.ni/ministeries/ienm) en vervalt 180 dagen na het tijdstip van inwerkingtreding. 's-Gravenhage, 13-5-2014 DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU Wilma J. Mansveld BIJLAGE Voorschriften en beperkingen voor gebruik VectoBacWG Het middel mag alleen worden toegepast met handschoenen. VectoMax V35-NL: Micro-organismen kunnen mogelijk sensibiliserende reacties veroorzaken. S 36: Draag geschikte handschoenen . Aqua-K-Othrine Gevaarsymbool R-zinnen 5-zinnen Xn Aanduiding: schadelijk R22 Schadelijk bij opname door de mond R36 Irriterend voor de ogen 536/37 Draag geschikte handschoenen en beschermende kleding. S42b Tijdens de bespuiting een geschikte adembescherming dragen 546 In geval van inslikken onmiddellijk een arts raadplegen en verpakking of etiket tonen. Milieuvoorschriften Om aquatische organismen te beschermen dient voorkomen te worden dat het middel via drift leidt tot blootstelling van oppervlaktewater. Om aquatische organismen te beschermen dient voorkomen te worden dat het middel via afspoeling van verhard of onverhard oppervlak leidt tot blootstelling van oppervlaktewater. behandeld water mag niet op de riolering of oppervlaktewater worden geloosd, maar moet worden verdampt of direct op de bodem gebracht zonder risico's van afspoeling naar oppervlaktewater Gevaarlijk voor bijen . Gebruik dit product niet op plaatsen waar bijen en hommels actief naarvoedsel zoeken. Toelichting Bij brief van 28 april 2014, kenmerk 362789-120014 PG, heeft het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport om vrijstelling gevraagd van het verbod op het gebruik van de middelen VectoBacWG op basis van de werkzame stof Bacillus thuriengiensis israeliensis (Bti), VectoMax op basis van de werkzame stoffen Bacillus sphaericus (Bs)) en Aqua-K-Othrine op basis van Deltamethrin voor de bestrijding van invasieve exotische muggen. Artikel 46, eerste lid, van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden biedt de mogelijkheid niet toegelaten biociden tijdelijk op de markt aan te bieden of te gebruiken ter uitvoering van artikel SS van verordening (EU) nr. S28/2012 1 . Artikel SS van verordening (EU) nr. S28/2012 biedt lidstaten de mogelijkheid om ten hoogste 180 dagen vrijstelling te verlenen van het verbod van het op de markt aanbieden en het gebruik van niet toegelaten biociden wegens een niet op andere wijze te bestrijden gevaar voor de volksgezondheid, de gezondheid van dieren of het milieu. Het moet voorts gaan om een beperkt en gecontroleerd gebruik onder toezicht van de bevoegde autoriteit. Uit de hierboven genoemde brief van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport blijkt dat de import en de vestiging van invasieve exotische muggen voorkomen moet worden, dit in verband met een groot gevaar voor de volksgezondheid. Vestiging van invasieve exotische muggen, waaronder de tijgermug, in Nederland is ongewenst; deze kunnen verschillende ziekten zoals dengue (knokkelkoorts) overdragen. Daarnaast kunnen invasieve exotische muggen een bedreiging vormen voor de biodiversiteit, omdat zij geen natuurlijke predatoren hebben. Preventieve maatregelen moeten de insleep en verspreiding van bijvoorbeeld tijgermuggen zoveel mogelijk voorkomen. Met de ingestelde preventieve maatregelen, namelijk droog transport en opslag van banden uit risicogebieden waar de tijgermug gevestigd is, is de verwachting dat minder invasieve exotische muggen worden aangetroffen. Er kunnen echter nog eitjes van deze muggen uitkomen op partijen buiten opgeslagen banden bij bedrijven die het afgelopen jaar besmet waren. Het Centrum Infectieziektenbestrijding van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) adviseert de bestrijding op besmette bedrijven uit 2013 voort te zetten voordat er daadwerkelijk invasieve exotische muggen op een bandenbedrijf zijn aangetroffen. Het uiteindelijke doel van deze aanvullende en gerichte bestrijdingstechniek is om de vestiging van invasieve exotische muggensoorten in Nederland effectief te (kunnen) voorkomen. Het gebruik van genoemde biociden is een essentieel en noodzakelijk onderdeel van de bestrijding en daarmee de beheersing van het risico voor de volksgezondheid . Er zijn redelijkerwijze geen alternatieven voor een effectieve bestrijding van invasieve exotische muggen met biociden. Het college voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden acht de risico's van een vrijstelling op grond van artikel 6S van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden van de middelen VectoMax, VectoBacWG en Aqua-K-Othrine acceptabel, mits de in dit besluit voorgestelde risicoreducerende voorwaarden in acht worden genomen. Deze vrijstelling betreft voorts het gecontroleerde gebruik van deze middelen in en op uitsluitend de situaties en plaatsen als bedoeld in artikel 3 en onder de voorschriften en beperkingen voor gebruik als bedoeld in artikel 4 van dit besluit. Om te voorkomen dat biociden terecht komen in het oppervlakte water, moeten bijvoorbeeld de banden op bepaalde afstand van het oppervlaktewater verwijderd zijn, afhankelijk van de hoogte waarop de banden opgestapeld zijn en welke extra beschermende maatregelen genomen worden. De bestrijding van muggen wordt uitgevoerd met een scherm op een moment dat de wind niet naar het water gericht is. Met de hierboven geschetste preventieve maatregelen en nabehandeling wordt bovendien bijgedragen aan de reductie van de aantallen invasieve exotische muggen op bandenbedrijven, waardoor bestrijdingsmaatregelen af kunnen nemen. 1 verordening (EU) nr. 528/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2012 betreffende het op de markt aanbieden en het gebruik van biociden (PbEU, L 167). Op grond van artikel 7:1 Algemene wet bestuursrecht kan een belanghebbende bij dit besluit daartegen binnen zes weken na de dag waarop dit besluit bekend is gemaakt, een bezwaarschrift indienen bij het bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen. Een dergelijk bezwaarschrift dient u te adresseren aan de Staatssecretaris van het ministerie van Infrastructuur en Milieu, Postbus 20901, 2500 EX Den Haag. Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste te bevatten: a. naam en adres van de indiener; b. de dagtekening; c. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt (datum en nummer of kenmerk); d. een opgave van de redenen waarom men zich met het besluit niet kan verenigen; e. zo mogelijk een afschrift van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt. Het niet voldoen aan deze eisen kan leiden tot niet-ontvankelijkheid van het bezwaarschrift.
© Copyright 2024 ExpyDoc