Ontwerp- Begroting 2015 en Meerjarenraming 2016-2019 1. Probleemstelling - context De programmabegroting 2015 wordt op 20 november 2014 ter vaststelling aan de verenigde vergadering aangeboden. Deze begroting bevat tevens de meerjarenraming 2016-2019, zodat de doelen en de middelen van Delfland ook meerjarig per programma in perspectief geplaatst zijn. 2. Beoogd effect Met de programmabegroting 2015 wordt beoogd: a. Meerjarig een solide financieel beleid te voeren; b. Voor 2015 een positief exploitatiesaldo te bereiken; c. De leningenportefeuille te beheersen, het weerstandsvermogen van de organisatie te vergroten en een zo beperkt mogelijke tariefsverhoging door te voeren. 3. Kernboodschap In de programmabegroting 2015 worden de financiële middelen gekoppeld aan de doelen en de resultaten van de verschillende programma’s. Hierdoor kunnen de voor 2015 beoogde doelen en resultaten worden gerealiseerd. De prestatie-indicatoren (pi’s) zijn verder ontwikkeld. De realisatie van doelen en resultaten wordt onder andere gemeten met behulp van pi’s. 4. Historie - eerdere besluitvorming Ingevolge de motie Dijkema c.s. (aangenomen bij de behandeling van WBP 2010-2015, begroting 2010 en meerjarenraming 2010-2014 in de verenigde vergadering van 19 november 2009) is in de Kadernota 2011 het strategische uitgangspunt neergelegd van een sluitende exploitatie in 2014 en een positief vermogen in 2018. Om dit te bereiken is onder andere het maximale investeringsvolume teruggebracht van € 95 miljoen naar € 55 miljoen per jaar. Ook zijn bezuinigingen in de exploitatie doorgevoerd voor zowel de materiële als de personele kosten. Deze bezuinigingen lopen op tot circa € 18 miljoen in 2014 en € 19,7 miljoen in 2017. 5. Regelgeving en Beleid De programmabegroting voor 2015 is gebaseerd op de Kadernota 2015, vastgesteld in de VV van 10 juli 2014 (kenmerk 1129427), en de motie Dijkema c.s. (zie punt 4.). Artikelen 99 tot en met 102 van de Waterschapswet. 6. Financiën Zie de programmabegroting 2015. 7. Duurzaamheid In de programmabegroting 2015 is rekening gehouden met het beleid van Delfland inzake duurzaamheid. 8. Organisatorische en personele consequenties De organisatorische en personele consequenties van voorliggende besluiten zijn verwerkt in het programma Organisatie. 9. OR/GO De OR wordt geïnformeerd over de programmabegroting 2015. 10. Risico- en beheersmaatregelen De risico’s zijn bij de afzonderlijke programma’s in de programmabegroting en in de paragraaf weerstandsvermogen opgenomen en toegelicht. 11. Communicatie (in- en extern) Communicatie over de programmabegroting 2015 en de daarin opgenomen tarieven vindt plaats rond de besluitvorming in het college op 14 oktober 2014 en de verenigde vergadering op 20 november 2014. Medewerkers worden over het besluit geïnformeerd via intranet, relaties en media (e.a.) via de VV-nieuwsbrief en het publiek via de website. Van het besluit met betrekking tot de tarieven voor 2014 wordt de Regionale Belasting Groep zo spoedig mogelijk in kennis gesteld. 12. Bekendmaking en vervolgprocedure De programmabegroting 2015 moet, zodra het college van D&H deze aan de verenigde vergadering heeft voorgelegd, voor een ieder ter inzage worden gelegd en algemeen verkrijgbaar zijn. Van de ter inzage legging en de verkrijgbaarstelling wordt openbaar kennis gegeven. Het algemeen bestuur beraadslaagt over de programmabegroting niet eerder dan twee weken na de openbare kennisgeving (artikel 100 lid 3 Waterschapswet). De artikelen 99 tot en met 102 van de Waterschapswet zijn van toepassing. 13. Bevoegd orgaan Op grond van artikel 101, lid 1, van de Waterschapswet is de verenigde vergadering het bevoegd orgaan tot het vaststellen van de programmabegroting 2014. Het college van Dijkgraaf en Hoogheemraden wordt verzocht: I. Vast te stellen: a. het ontwerp voor de programmabegroting voor het jaar 2015, waarin begrepen een totaalbedrag van € 233,2 miljoen aan kosten en € 240,4 miljoen aan inkomsten, en b. de meerjarenraming over de jaren 2016 tot en met 2019. II. De onder I. a en b genoemde stukken na aanbieding aan de verenigde vergadering doch uiterlijk 6 november 2014 ter inzage te leggen en daarvan openbaar kennis te geven. III. Op 20 november 2014 de programmabegroting 2015 ter vaststelling en de meerjarenraming 2016 -2019 ter kennisgeving, aan te bieden aan de verenigde vergadering. 2 14. Toelichting Op 10 juli 2014 heeft de verenigde vergadering de Kadernota 2015 vastgesteld. De onderliggende concept Programmabegroting 2015 en de meerjarenraming 2016-2019 zijn een verdere uitwerking van de Kadernota 2015. 15. Bijlagen Bijlage: 1) Ontwerp programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2019 2) Begeleidende brief bij programmabegroting 2015, kenmerk 1160281 3 Alleen in te vullen indien het een VV-voorstel betreft ** = in te vullen door team Bestuur Kenmerk VV: ……. Vergaderdatum: Beleidsveld: Ondersteunend organisatie Agendapunt: 20 november 2014 ... (in te vullen door team Bestuur) De Verenigde Vergadering van Delfland, op voordracht van dijkgraaf en hoogheemraden van 14 oktober 2014, voorstel/zaaknummer 34841 ; gelezen het positieve/negatieve advies van de commissies Bestuur, Organisatie en Bedrijfsvoering, Watersystemen, en Waterketen en waterkeringen; overwegende dat: a. het ontwerp van de programmabegroting 2015 ingevolge artikel 100, tweede en derde lid, van de Waterschapswet gedurende twee weken voor een ieder ter inzage heeft gelegen; b. hiertegen wel/geen bedenkingen zijn ingediend; gelet op: de artikelen 99 tot en met 102 van de Waterschapswet; besluit: 1. In te stemmen met de programmabegroting 2015, waarin begrepen een totaalbedrag van € 233,2 miljoen aan kosten en € 240,4 miljoen aan inkomsten; 2. Kennis te nemen van de meerjarenraming 2016-2019 (als onderdeel van de programmabegroting 2015). Aldus besloten in de openbare vergadering van 20 november 2014. De Verenigde Vergadering voornoemd, de Secretaris, de Voorzitter, mr. drs. P.I.M. van den Wijngaart mr. M.A.P. van Haersma Buma
© Copyright 2024 ExpyDoc