S50628SLweerOver

200504781/1
Datum uitspraak: 28 juni 2005
S50628
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
H.C. Bremer, wonend te Amsterdam,
appellant,
en
de Verenigde Vergadering van het
Hoogheemraadschap van Schieland en
Krimpenerwaard,
verweerder.
200504781/1
2
28 juni 2005
1. Procesverloop
Bij besluit van 25 mei 2005 heeft verweerder (hierna: de Verenigde
Vergadering, in het Zuid-Hollands Kiesreglement Waterschappen aangeduid
als algemeen bestuur), onder verwijzing naar het advies van de Commissie
voor het onderzoek van de geloofsbrieven van 23 mei 2005, de door het
stembureau op 27 april 2005 gekozen verklaarde leden van het algemeen
bestuur, vertegenwoordigende de categorie Gebouwd, Kiesdistrict Schieland,
toegelaten als leden van de Verenigde Vergadering en geoordeeld dat geen
aanleiding bestaat aan te nemen dat van eerlijke verkiezingen geen sprake is
geweest.
Tegen dit besluit heeft appellant bij brief, bij de Raad van State ingekomen
op 1 juni 2005, beroep ingesteld.
Bij brief van 8 juni 2005 heeft de Verenigde Vergadering een verweerschrift
ingediend.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 13 juni 2005, waar
appellant in persoon, en de Verenigde Vergadering, vertegenwoordigd door
mr. E.J. Daalder, advocaat te 's-Gravenhage, zijn verschenen.
2. Overwegingen
2.1. Ingevolge artikel 53, eerste lid, van het Zuid-Hollands
Kiesreglement Waterschappen (hierna: het Kiesreglement) onderzoekt het
algemeen bestuur de geloofsbrief en beslist of de benoemde als lid wordt
toegelaten. Daarbij gaat het na, of de benoemde aan de vereisten voor het
lidmaatschap voldoet en geen met het lidmaatschap onverenigbare
betrekking vervult, en beslist het omtrent de geschillen welke met betrekking
tot de geloofsbrief of de verkiezing zelf rijzen.
2.2. De toelating van de gekozen verklaarde leden als leden van de
Verenigde Vergadering en de beslissing dat geen aanleiding bestaat aan te
nemen dat van eerlijke verkiezingen geen sprake is geweest, is, gelet op
artikel 53, eerste lid, van het Kiesreglement, een één en ondeelbaar besluit.
Dat de Verenigde Vergadering de beslissingen tot toelating en de beslissing
over de geschillen die met betrekking tot de verkiezing zelf zijn gerezen in
verschillende schriftelijke stukken, alle gedateerd 25 mei 2005, heeft
neergelegd, betekent - anders dan de Verenigde Vergadering kennelijk
veronderstelt - niet dat daarmee ook van meerdere besluiten sprake is.
2.3. Appellant betoogt dat - samengevat weergegeven - geen sprake is
geweest van eerlijke en betrouwbare verkiezingen. Hij voert daartoe aan dat enkele
reeds zittende bestuursleden in het kandidatenboekje ten behoeve van de te houden
herverkiezing in de categorie Gebouwd, kiesdistrict Schieland, een stemadvies
hebben gegeven en daarmee de uitslag van de verkiezingen hebben beïnvloed.
2.3.1. In het kandidatenboekje roepen de kandidaten voor de categorie
Gebouwd, Th.P.M.Heemskerk, A.M. Van Zoelen, G.J.M. Derksen,
200504781/1
3
28 juni 2005
N.M. de Rooij en W.A. Hardijzer - leden van de Verenigde Vergadering/het
dagelijks bestuur - op, niet op hen te stemmen omdat zij door een uitspraak
van de Raad van State ongeacht de uitslag reeds gekozen en toegelaten
zouden zijn. Zij voegen daaraan toe dat de kiezer op een andere ervaren
kandidaat uit de regio moet stemmen. Derksen wijst in dat verband expliciet
op kandidaat ir. Jan Goudriaan en adviseert bovendien om niet op "een
Amsterdamse sjoemelaar" te stemmen.
2.3.2. Het Protocol aanmaken, verwerken en vernietigen stembiljetten
(hierna: het Protocol) is opgesteld door het dagelijks bestuur en strekt ter
uitvoering van artikel 26, derde lid, van het Kiesreglement. In paragraaf 3.1.
van het Protocol is onder het kopje "Inhoud van de stempakketten" vermeld
dat de stembescheiden bestaan uit een kandidatenboekje, een
stemhandleiding (op het stembiljet), een stembiljet en een retourenvelop. Het
kandidatenboekje is door het dagelijks bestuur uitgegeven en verspreid. Het
bevat ingevolge het Protocol gegevens over het hoogheemraadschap en de
namen en korte presentaties van de personen die zich kandidaat hebben
gesteld. Gelijktijdig met de opgaven tot kandidaatstelling dienen de
kandidaten ten behoeve van in voormeld kandidatenboekje op te nemen
teksten, het door het hoogheemraadschap verstrekte "Formulier
Profielschets" (hierna: het formulier) in te vullen.
Op het formulier kunnen kandidaten onder meer invullen waar zij
voor staan. Dit onderdeel wordt aldus toegelicht: "Hieronder kunt u
omschrijven waar u als kandidaat voor staat (bijvoorbeeld wat u belangrijk
vindt, welke ideeën u heeft over het waterbeheer en welke keuzes u daarin
zou willen maken).".
2.3.3. De Afdeling is van oordeel dat waar de kandidaten de mogelijkheid
wordt geboden op het formulier aan te geven waar zij voor staan, dit niet
anders kan worden begrepen dan dat zij daar kunnen aangeven wat hun
opvattingen zijn over het te voeren beleid. De door voornoemde kandidaten
aangeleverde teksten, die naar hun inhoud en strekking neerkomen op een
stemadvies, voldoen daaraan niet. Dit klemt te meer nu de kiezer het
kandidatenboekje samen met de overige stembescheiden heeft ontvangen,
stukken die door het dagelijks bestuur zijn uitgegeven en verspreid.
Dientengevolge zijn de verkiezingen niet volgens de daarvoor ingevolge het
Kiesreglement en het daarop berustende Protocol geldende regels verlopen.
Niet kan dan ook worden uitgesloten dat daardoor de stemverdeling is
beïnvloed. De Verenigde Vergadering heeft zich derhalve ten onrechte op het
standpunt gesteld dat geen aanleiding bestaat om aan te nemen dat voor de
categorie Gebouwd van eerlijke verkiezingen geen sprake is geweest.
2.4. Het beroep is gegrond en het besluit van 25 mei 2005 dient te worden vernietigd.
Wanneer een herstemming, als bedoeld in hoofdstuk 10 van het Kiesreglement wordt
gehouden, zal bij de toepassing van de hoofdstukken 8 en 9 van dat reglement
rechtsoverweging 2.2.4. van de uitspraak van 10 november 2004, in zaak no.
200408815/1 (www.raadvanstate.nl) en de uitspraak van 25 februari 2005, in zaak
no. 200501296/1 (www.raadvanstate.nl) in acht moeten worden genomen.
200504781/1
4
28 juni 2005
2.5.
Van proceskosten die voor vergoeding in aanmerking komen, is niet
gebleken.
200504781/1
3.
5
28 juni 2005
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
I.
verklaart het beroep gegrond;
II.
vernietigt het besluit van de Verenigde Vergadering van het
Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard van
25 mei 2005;
III.
gelast dat het Hoogheemraadschap van Schieland en de
Krimpenerwaard aan appellant het door hem voor de behandeling
van het beroep betaalde griffierecht ten bedrage van € 138,00
(zegge: honderdachtendertig euro) vergoedt.
Aldus vastgesteld door mr. J.H.B. van der Meer, Voorzitter, en
mr. H.G. Lubberdink en mr. A.W.M. Bijloos, Leden, in tegenwoordigheid van
mr. O. van Loon, ambtenaar van Staat.
w.g. Van der Meer
Voorzitter
Uitgesproken in het openbaar op 28 juni 2005
284-435.
w.g. Van Loon
ambtenaar van Staat