Persbericht Maastro jun 2014

PERSBERICHT
Bestralingskliniek MAASTRO: extra controles patiënten
Mogelijk te lage dosering door onjuiste positie bestralingsbron bij brachytherapie
Maastricht, 24 juni 2014
Bestralingskliniek MAASTRO CLINIC in Maastricht heeft geconstateerd dat bij de inwendige
bestraling van 343 patiënten met baarmoederkanker mogelijk een te lage dosis straling is
toegediend door een onjuiste positie van de stralingsbron. Maria Jacobs, lid van de Raad van
Bestuur van MAASTRO: “Wij zijn ernstig geschrokken en betreuren het ten zeerste dat dit heeft
kunnen gebeuren. We hebben alle betrokken patiënten en hun gynaecologen geïnformeerd en
onze oprechte excuses aangeboden. Toen we dit constateerden, hebben we de Inspectie voor
de Gezondheidszorg onmiddellijk op de hoogte gesteld en verbetermaatregelen genomen die
herhaling voorkomen. Deze maatregelen zijn door een extern deskundige getoetst.” MAASTRO
benadrukt dat uit onderzoek is gebleken dat alle andere in- en uitwendige
bestralingsbehandelingen volgens protocol zijn verlopen.
De inwendige bestraling (zogenaamde brachytherapie) wordt na een operatie voor baarmoederkanker in
bepaalde gevallen als aanvullende behandeling verricht. Deze behandeling is in lijn met de internationale
richtlijnen en is ook in Nederland de richtlijn. De behandeling is er op gericht om de kans op terugkeer
van baarmoederkanker op de plaats van het vagina litteken te verkleinen. Als baarmoederkanker wel op
dezelfde plaats terugkeert, gebeurt dat doorgaans binnen drie tot vier jaar. Volgens de landelijke
richtlijnen blijven patiënten vijf jaar lang onder controle bij hun gynaecoloog en radiotherapeut-oncoloog.
Bij patiënten die langer dan vier jaar geleden zijn behandeld, is het risico op terugkeer op de plaats van de
operatie verwaarloosbaar klein. Als de tumor terugkeert op de plaats van de operatie, wordt dit doorgaans
opgemerkt in het controletraject en volgt er meestal weer een operatie.
De brachytherapie verkleint de kans op terugkeer van de tumor op dezelfde plaats en daarmee ook de
kans op een tweede operatie. De behandeling is niet van invloed op de kans op uiteindelijke genezing. Dat
geldt ook voor een te lage dosis straling. Niettemin krijgen alle 98 patiënten die in de afgelopen vier jaar
zijn behandeld extra controleafspraken aangeboden met hun radiotherapeut-oncoloog.
De oorzaak van de mogelijk te lage dosering is dat de stralingsbron zich in een ander positie bevond dan
werd berekend. Dat resulteerde mogelijk in een lagere dosis straling op het vaginalitteken dan bedoeld.
Dit kwam onlangs aan het licht bij een controle toen nieuwe apparatuur in gebruik werd genomen.
Einde Persbericht
Voor de redactie:
Voor meer informatie of het maken van een afspraak kunt u contact opnemen met de heer Noud Bex via
telefoonnummer 06 – 53 49 15 34