2014-2015 Schoolgids OBS Hendrik Wester

Basisdeel 2011-2015
OBS Hendrik Wester
Burgemeester Snaterlaan 68c
9665 HS Oude Pekela
Tel: 0597-613710
E-mail; [email protected]
Website; www.obshendrikwester.nl
Schoolgids
Inhoudsopgave
Voorwoord
1
Verklaring van de naam
1.1
Verklaring van de naam Hendrik Wester
1.2
Ontstaan van de school
2
2.1
2.2
2.2.1
2.2.2
2.3
2.4
Visie op onderwijs
Op weg naar adaptief onderwijs
Werkwijze van de school
Wijze van aanbieden voor de kleuters
Wijze van aanbieden voor groep 3 t/m 8
Computergebruik op school
HVO
3
3.1
3.2
3.3
3.4
3.5
De resultaten van het onderwijs
Resultaten afgelopen schooljaar
Rapportage per kind
Rapportage op schoolniveau
Kwaliteitsbeleid
Groepsgrootte
4
4.1
4.2
4.3
Besteding verplichte onderwijstijd
Aantal uren onderwijstijd per jaar per groep
Schooltijden en pauzes
Maatregelen om lesuitval te voorkomen en te bestrijden
5
5.1
5.2
5.3
5.4
5.5
5.6
5.7
5.8
De zorg voor de kinderen
Leerlingvolgsysteem
Speciale zorg
Onderwijskundig rapport
Overgaan of niet
Cito-entreetoets
Cito-eindtoets
Specifieke voorzieningen en de samenhang met het zorgplan
Beleid ten aanzien van leerlinggebonden financiering
6
6.1
6.2
Het personeel
Algemeen
Scholing
7
7.1
7.2
7.3
7.4
7.5
7.6
7.7
De ouders
Informatievoorziening naar de ouders
Informatie over verstrekking onderwijskundig rapport
Medezeggenschapsraad
Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR)
Ouderwerkgroepen
Ouderbijdrage
Ouderactiviteiten
8
8.1
8.2
8.3
8.4
8.5
8.6
8.7
8.8
8.9
Rechten en plichten van ouders
Schoolverzuim
Leerplichtwet
Regels voor toelating
Regels voor schorsing en verwijdering
Regeling overblijven, inclusief financiën
Schoolverzekering: Wettelijke aansprakelijkheid
Regels ondersteunende werkzaamheden door ouders
Bereikbaarheid van de ouders
Maatregelen om schoolverzuim tegen te gaan
9
9.1
Klachtenregeling
Procedures op hoofdlijnen
10
Protocol sponsoring
11
11.1
11.2
11.3
11.4
Medicijnverstrekking op school
Protocol medicijnverstrekking
De betekenis van dit protocol
Protocol op school
Heeft u nog vragen?
12
Onderwerpen alfabetisch
BIJLAGE 1
BIJLAGE 2
Protocol internetgebruik
Informatie verlof buiten de schoolvakanties
VOORWOORD
Oude Pekela,
Hierbij ontvangt u de schoolgids van de OBS Hendrik Wester.
Deze schoolgids is bedoeld voor ouders van de leerlingen die al op school zitten.
Tevens is het bedoeld voor ouders van leerlingen die nog een definitieve keuze voor
basisonderwijs voor hun zoon of dochter moeten maken.
Scholen hebben verschillende kwaliteiten. De manier van werken, de sfeer en dat wat
kinderen er leren, geven die verschillen aan. De OBS Hendrik Wester is een school die
leerlingen de kans biedt om in een goed opvoedkundig klimaat te leren. Wij willen leerlingen
helpen om op te groeien tot zelfstandige volwassenen, die goed kunnen samenwerken en
eigen keuzen kunnen maken.
OBS Hendrik Wester is een resultaatgerichte, actieve, creatieve en flexibele school met oog
voor rust, orde en verantwoordelijkheid van leerlingen, leerkrachten en ouders.
Talenten en mogelijkheden die leerlingen hebben, willen wij samen met hen ontwikkelen.
In de gids wordt o.a. de identiteit van de school, de organisatie van het onderwijs en de zorg
voor de leerlingen beschreven. De inhoud van de schoolgids basisdeel blijft vier jaren van
kracht. U zult deze niet ieder jaar opnieuw ontvangen. Naast deze schoolgids ontvangt u elk
jaar een aanvullend deel met daarin de jaarlijks wisselende informatie. Zo kan iedereen op
de hoogte blijven van allerlei zaken die op de school plaats vinden.
We hopen er in geslaagd te zijn u zo volledig mogelijk te informeren, maar mocht u nog
informatie missen, dan houden wij ons aanbevolen voor uw suggesties.
Heeft u na het lezen van deze gids nog vragen, dan zijn wij altijd bereid het een en ander
met u te bespreken. Maakt u gerust een afspraak.
Directie OBS Hendrik Wester
HOOFDSTUK 1
Verklaring van de naam
1.1 Verklaring van de naam Hendrik Wester
De naam van de school is ontleend aan de in 1784 in Oude Pekela aangestelde
schoolmeester Hendrik Wester. Een groot gedeelte van zijn leven (1752-1821) speelde zich
af onder de Franse overheersing. Deze onrustige periode is aan Hendrik Wester niet
ongemerkt voorbij gegaan.
In de Franse tijd brak er voor het onderwijs een nieuwe periode aan. Er werd namelijk een
scheiding tussen de kerk en de staat aangebracht, waarbij de school voortaan een
staatszaak werd. Daardoor werden er agenten van nationale opvoeding aangesteld, waarvan
Hendrik Wester er een was.
Hendrik Wester werd daardoor onbezoldigd schoolopziener van het gebied Oldambt en
Westerwolde. Hij spande zich vooral in om de leerwijze te verbeteren en gaf diverse
scholingen aan de onderwijzers uit dat gebied.
In de Martinikerk te Groningen is een gedenkteken voor hem opgericht en heeft een straat in
zijn geboorteplaats Ten Boer zijn naam. Hij ligt op het kerkhof van de Nederlandse
Hervormde Kerk te Oude Pekela begraven.
1.2 Ontstaan van de school
De huidige OBS Hendrik Wester is een gefuseerde school. In 1994 werden drie kleinere
openbare basisscholen gehuisvest in vijf gebouwen, gefuseerd tot één grote openbare
basisschool die de naam Hendrik Wester kreeg. Een brand verwoestte de gehele inventaris
en alle lesmaterialen. De school is vanaf 1996 gehuisvest in twee gebouwen. De locatie
IJsbaanlaan is het hoofdgebouw in het centrum van Oude Pekela. Hier krijgen ± 200
leerlingen les, verdeeld over 8 groepen (de groepen 1 en 2 zijn gecombineerd).
De locatie Hindersstraat is een dependance en staat ± 2 km verderop langs het Pekelder
Diep. Hier krijgen ± 90 leerlingen les in 4 gecombineerde groepen.
De school is in twee gebouwen gehuisvest en elk team legt binnen het uniforme
schoolprogramma zijn eigen accenten. De teams hebben gekozen voor een flexibele,
klassikale schoolorganisatie met mogelijkheden voor zelfstandig werken. Tijdens het
zelfstandig werken kunnen wij meer afstemmen op de verschillen tussen individuele
kinderen.
De kinderen leren o.a. het werk plannen, samenwerken en naast een duidelijke instructie ook
zelf oplossingen bedenken. Op deze wijze nemen ze zelf gedeeltelijk verantwoordelijkheid
voor hun leerproces. Door middel van pictogrammen leren de kinderen om te gaan met
uitgestelde aandacht. Deze werkwijze geeft de leerkracht de gelegenheid de kinderen meer
individuele aandacht te geven.
Organisatorisch vormen de tweelocaties één school: De OBS Hendrik Wester.
HOOFDSTUK 2
Visie op onderwijs
2.1 Op weg naar adaptief onderwijs
De school is vanaf 2004 voorzichtig gestart met het invoeren van het zelfstandig werken, de
basis van het adaptief onderwijs. Dit heeft als doel om in de groepen minder klassikaal
onderwijs te geven en meer te differentiëren.
Om het zelfstandig werken goed in te voeren binnen ons onderwijs zal de leerkracht zich
stap voor stap moeten ontwikkelen. U kunt hierbij denken aan de volgende
ontwikkelingslijnen:
Ontwikkelingslijn structuur
Met de term 'structuur' wordt bedoeld: de manier waarop de school de leeromgeving inricht,
leerkrachten voorspelbaar zijn in hun gedrag en leerstofplanning plaatsvindt.
Met betrekking tot de leeromgeving geldt dat deze alleen dan tot exploratie uitlokt, wanneer
leerlingen ervaren greep te hebben op hun leeromgeving en deze omgeving voor hen
uitnodigend is.
Door lessituaties voor kinderen voorspelbaar te maken, wordt basisveiligheid en rust in de
groep gecreëerd.
Leerstofplanning helpt tenslotte het handelen van de leerkracht verder te structureren.
Ontwikkelingslijn interactie
De term interactie duidt op de manier waarop leerkrachten met leerlingen, leerlingen
onderling en leerlingen met hun leerkrachten omgaan. De interactie is zichtbaar in
alledaagse communicatieprocessen als kringgesprekken, uitleg, beurten geven,
samenwerken en schriftelijke correctie.
Uit de kwaliteit van dergelijke interactieprocessen valt af te leiden of leerkrachten en
leerlingen vertrouwen hebben in zichzelf, verantwoordelijkheid durven nemen voor het
onderwijsleerproces en tot reflectie kunnen komen.
De kwaliteit van de interactie, hangt samen met de ervaringen en motieven van de leerkracht
en de leerling. Hun verwachtingen, sympathieën, vooroordelen en verklaringsgronden voor
succes en falen spelen hierin een belangrijke rol.
Ontwikkelingslijn zelfstandige leren
Zelfstandig leren van kinderen is zowel doel als middel. Een zelfstandige leerhouding, onder
meer blijkend uit de wijze waarop leerlingen hun eigen werk plannen en beoordelen, is
voorwaarde voor leermotivatie en het kunnen nemen van verantwoordelijkheid.
Bovendien geldt dat een zelfstandige leerhouding van kinderen de leerkracht in de
gelegenheid stelt leerlingen apart of in kleine groepjes te ondersteunen.
Ontwikkelingslijn instructie en feedback
Weer Samen Naar School plaatst de kwaliteit van instructie geven in het middelpunt van de
belangstelling. De leerverschillen tussen kinderen worden groter en de leerproblematieken
ernstiger. Met instructie en diagnostiek wordt de aandacht bepaald bij de manier waarop
leerkrachten de ontwikkeling van leerlingen volgen, hun doelen stellen, uitleg geven en
daarin variatie bieden en lesmethodes en andere leermiddelen inzetten.
Ontwikkelingslijn coöperatief leren
Samenwerken van leerlingen kan een belangrijke basis bieden voor het competentiegevoel
van een kind. Competentiegevoel ontstaat niet alleen uit een positieve zelfanalyse naar
aanleiding van uitgevoerde taken, maar ook uit positieve, gerichte en frequente feedback
vanuit de omgeving, i.c. door een medeleerling. Hierbij is de manier waarop leerkrachten
kinderen laten samenwerken en elkaar laten ondersteunen tijdens het leerproces van
bepalende betekenis. Kinderen moeten leren samen te werken; het gaat niet
vanzelfsprekend.
Ontwikkelingslijn teamleren
Op weg naar een adaptieve school is een zaak waarbij de gehele schoolorganisatie
betrokken is. Het is niet alleen een zaak van de directie. Het hele schoolteam neemt
verantwoordelijkheid voor de afstemming van het onderwijs op de behoeften van alle
kinderen.
Dit betekent dat diverse samenwerkingsrelaties binnen het schoolteam worden
vormgegeven, bedoeld om uiteenlopende werkproblemen op te lossen of hanteerbaar te
maken.
Het betekent ook dat er tijd beschikbaar wordt gemaakt voor gezamenlijke reflectie, het
verhelderen van werkconcepten, persoonlijke en gedeelde visieontwikkeling, teamsgewijze
training en evaluatie.
Ontwikkelingslijn planningssysteem
Instructie op maat en preventieve leerlingenzorg zien wij als centrale opgaven voor onze
school. Dit kan niet zonder een adequaat planningssysteem.
Concreet gaat het hierbij om zaken als: leerlingenadministratie, groepsplannen, de intake
van jonge kinderen en besprekingen rond de (stagnerende) ontwikkeling die kinderen
doormaken. Het planningssysteem is niet zozeer gericht op het wegwerken van
achterstanden bij kinderen. Hiermee is meer bedoeld om het onderwijsaanbod af te
stemmen op de mogelijkheden en behoeften van kinderen. Het is in die zin meer op
preventie gericht.
Stuk voor stuk vinden de ontwikkelingslijnen hun wortels in verschillende theorieën en
modellen die een bijdrage kunnen leveren aan onderwijs waarbij ingespeeld wordt op de
competentie- (ik kan het), autonomie (ik kan het zelf) en relatiebehoeften van kinderen (hoe
ga je met elkaar om).
Het inspelen op deze basisbehoeften van kinderen leidt tot actieve en gemotiveerde
leerlingen die zichzelf ontwikkelen. Dit willen wij realiseren door in de omgang met kinderen,
tijdens het lesgeven en in de klassenorganisatie te zorgen voor:
- voldoende uitdaging,
- ondersteuning op momenten waarop daar behoefte aan is en
- vertrouwen in kinderen te uiten.
Deze ontwikkelingslijnen zullen in de loop van de jaren in een meerjarenplan uitgezet
worden.
Waar staan wij voor
Wij zijn een openbare school waar kinderen zo optimaal mogelijk begeleid worden in hun
ontwikkeling naar een volwaardig mens in de maatschappij.
De school is breed toegankelijk voor alle gezindten, rassen en culturen zonder onderscheid
maar wel met eerbiediging van godsdienst of levensbeschouwing. Leerkrachten en
leerlingen werken samen en respecteren elkaar in hun verschillen. Onze school behoort tot
de groep openbare scholen in de gemeente Pekela.
Begeleiding
De school biedt veiligheid, zekerheid en geborgenheid in een
klimaat van waardering en bemoediging. Kinderen hebben het
vertrouwen in hun leerkracht en in elkaar nodig. Ze moeten zich
veilig voelen en daardoor vertrouwen en zelfvertrouwen
ontwikkelen. Leerkrachten begeleiden de kinderen om
vaardigheden (sociaal, creatief, emotioneel en cognitief) te
ontwikkelen. Wij vinden dat het gehele proces van opvoeden
dient te leiden tot zelfstandigheid, waaraan het kind actief dient
deel te nemen. Wij zijn ons ervan bewust dat het kind zelf
iemand wil zijn. Te denken valt aan: een gevoel van
eigenwaarde, zelfkritiek, leren opkomen voor jezelf en voor
anderen, solidariteit en dienstbaarheid, verantwoordelijk leren
zijn voor je eigen handelen. Dat kan alleen wanneer het kind
zich veilig voelt op school. Het pedagogische klimaat waarin
gewerkt en geleefd wordt binnen de groepssituatie is hiervoor
bepalend. Bij ons kenmerkt het pedagogische klimaat zich door:
• een stimulerende leer-/werkomgeving voor activiteiten en de ontwikkeling van de
kinderen. We houden die omgeving zo overzichtelijk en rustig mogelijk. Pas in een
rustige werksfeer komt een kind naar ons inzicht tot leren.
• een kindvriendelijke sfeer waarbij aandacht is voor de behoefte van kinderen aan
liefde, beweging, zelfstandigheid, veiligheid en duidelijkheid.
• de samenwerking tussen de kinderen.
• de vertrouwensrelatie met de leerkracht en tussen de leerkracht en de ouders.
Ontwikkeling
Kinderen hebben een aangeboren nieuwsgierigheid. Een kind dat wil leren zal datgene doen
wat nodig is voor zijn ontwikkeling. Leren is een actief en bewust proces. De wegen
waarlangs de resultaten worden bereikt lopen uiteen. De school biedt uitdaging en spreekt
het ontwikkelingsvermogen van het kind aan. De leerkracht volgt zoveel mogelijk de
ontwikkeling en het leerproces van het kind.
In de Wet Primair Onderwijs staat dat het onderwijs zodanig moet worden ingericht dat de
leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen. Ook staat er
omschreven welke vakken de kinderen moeten leren en van elk vak zijn de kerndoelen
aangegeven. In de door ons gekozen methoden staat in ieder geval de verplichte leerstof.
De leerkracht deelt het schooljaar in en zorgt ervoor dat alle leerstof behandeld wordt.
Uitgaande van deze doelen is het onderwijs op de Hendrik Wester gebaseerd op vier
uitgangspunten:
1.
Een ordelijk, zorgzaam en veilig school- en leerklimaat
Op de Hendrik Wester gaat het om goed onderwijs waarbij iedereen ordelijk met
elkaar omgaat en weet wat wel en niet kan, zowel binnen als buiten de groep. Het
kind moet met plezier naar school gaan en zich veilig voelen.
2.
Hoge eisen aan het leerproces
De school stelt niet alleen eisen aan het leerresultaat, maar ook aan de leerweg door
gebruik te maken van goede methoden en leermiddelen.
3.
Systematische evaluatie van de leerprestaties
4.
Op systematische wijze worden de leerlingen middels methodegebonden toetsen en
het CITO-leerlingvolgsysteem getoetst in hun leerprestaties.
Een gestructureerd zorgsysteem
Het zorgsysteem en het leerlingvolgsysteem zijn er op gericht om de zorg en
ontwikkeling van de leerlingen in de groep zo goed mogelijk te laten plaatsvinden.
Volwaardig mens in de maatschappij
Kinderen leven in een steeds veranderende maatschappij. De school bevordert de
zelfstandigheid van kinderen, schenkt aandacht aan het leren problemen oplossen en
bevordert het kritisch en zelfstandig denken. De kinderen leren keuzes maken en die te
verantwoorden. De kinderen leren samen te werken en anderen te accepteren. Het sociale
leren wordt bevorderd.
Onze school vervult deze taak door middel van:
• projecten n.a.v. actuele ontwikkelingen of onderwerpen (bijv. kinderboekenweek, Watchproject)
• klassengesprekken
• methoden die voldoen aan de kerndoelen
• het vervullen van individuele opdrachten en groepsopdrachten
• excursies
• "mensen vanuit de praktijk" binnen te halen en te laten vertellen over hun vakgebied en
belangstellingswereld.
• schooltelevisie-uitzendingen waarin actuele zaken worden belicht.
2.2
Organisatie van de school
Groepsverdeling
Groep
Groep 1/2 a
Groep 1/2 b
Groep 1/2 c
Groep 3
Groep 3/4
Groep 5/6
Groep 7
Groep 8
Leerkrachten
Greetje en Manon (vr)
Tina en Maja (do, tot de kerst)
Katinka en Claudia (vr)
Kratia en Maja (wo)
Ineke (wo en do, vr tot de kerst) en Maja (ma, di en vr na de kerst)
Claudia (di t/m do) en Simon (ma en vr)
Theo (ma t/m wo en vr) en Manon (do)
Jolien (ma en di) en Mariska (wo t/m vr)
2.2.1 Wijze van aanbieden voor de kleuters
De kleuters (groep 1 en 2) leren voornamelijk op
spelende wijze. Omdat de kleuters nog erg moeten
wennen aan de schoolse situatie zal in groep 1 veel
aandacht worden geschonken aan "je veilig voelen".
In een speelse situatie zullen de kinderen in
aanraking komen met allerlei vaardigheden die ze
nodig hebben voor hun verdere ontwikkeling. In de
kleutergroepen wordt gewerkt vanuit de gedachte
om vanuit het spel te komen tot leersituaties.
Vandaar de term "spelend leren". In groep 1 en 2
wordt hoofdzakelijk thematisch gewerkt. De
activiteiten worden zo gekozen, dat ze stimulerend
zijn voor de motoriek, het verstand, de creativiteit,
de sociale vaardigheden en het eigen gevoelsleven.
2.2.2 Wijze van aanbieden voor groep 3 t/m 8
Vanaf groep 3 tot en met groep 8 kiezen wij voor een minder klassikale onderwijsvorm. Dit
betekent dat we op school zowel klassikaal lesgeven, maar ook lesmomenten met aandacht
voor het individuele kind het zogenaamde zelfstandig werken. Zo is er voldoende aandacht
voor differentiatie in de leerstof. Dit betekent dat alle kinderen de basisstof krijgen
aangeboden maar dat er daarnaast ook extra zorg gegeven kan worden aan kinderen die dat
nodig hebben.
Dit gebeurt d.m.v. dag- en weektaken, zodat we precies weten en bij kunnen houden waar
de kinderen mee bezig zijn.
Op deze wijze denken wij recht te doen aan de basisbehoefte, competentie (ik kan het),
autonomie (ik kan het zelf) en relatie (ik hoor ergens bij), van de kinderen.
Alle kinderen kunnen, binnen de grenzen van het kind en de leerkrachten de school binnen
acht jaar afmaken. Orde, rust en regelmaat blijft op onze school een belangrijke rol spelen.
zonder dat het wordt opgelegd. De ervaring leert dat kinderen het als prettig ervaren om
hierin te functioneren.
Op de locatie AZS wordt zoveel mogelijk individueel en in niveaugroepen gewerkt.
Vanaf groep 3 geven we methodisch onderwijs.
Per vak hanteren we een onderwijsmethode van waaruit we met de kinderen werken.
Vak
Rekenen
Taal
Lezen
Schrijven
Engelse taal
Aardrijkskunde
Geschiedenis
Natuuronderwijs
Verkeer
Bewegingsonderwijs
Methode
Reken Zeker
Schatkist
Veilig leren lezen (V.L.L. versie 3)
Taalactief
Schooltaal (AZC)
Horen, zien en schrijven (AZC)
Prisma Project (AZC)
Veilig leren lezen
Goed gelezen
Lezen doe je overal (AZC)
Pennenstreken
Hello World
Een wereld van verschil
Tijdstip
Leefwereld
Klaar Over!
Spelen met kleuters
Basisdocument
bewegingsonderwijs
Groep
Groep 1 t/m 8
Groep 1 en 2
Groep 3
Groep 3 t/m 8
Groep 3
Groep 4 t/m 8
loc IJ: Groep 2 t/m 8
loc H: groep 2 t/m 8
Groep 7 en 8
Groep 5 t/m 8
Groep 3 t/m 8
Groep 5 t/m 8
Groep 3 t/m 8
Groep 1 en 2
Groep 1 t/m 8
2.3
Computergebruik
Naast deze methoden is de computer niet meer weg te denken in het onderwijs.
Op de Hendrik Wester staan in alle lokalen minimaal twee computers die voornamelijk
ingezet worden voor rekenen, taal-lezen, spelling en aardrijkskunde. Het gaat hierbij om het
oefenen en automatiseren van bepaalde deelvaardigheden. In de groepen 1 en 2 zijn het
vooral spelletjes in de vorm van praatplaten, mozaïeken, memorie en
muisvaardigheidsspelletjes.
2.4
Godsdienst / HVO
De leerlingen van groep 7 kunnen humanistisch vormingsonderwijs volgen.
De leerlingen van groep 8 kunnen godsdienstonderwijs volgen.
Ouders die bezwaar hebben tegen deze lessen kunnen dit schriftelijk meedelen aan de
directie.
HOOFDSTUK 3
De resultaten van het onderwijs
3.1
Resultaten afgelopen schooljaar
Bij de verslaggeving over kwaliteit en resultaat valt zeker niet alleen te denken aan meetbare
resultaten; bijvoorbeeld de cijfers op het rapport, de CITO-toetsen of de verwijzing naar het
voortgezet onderwijs. Kwaliteit en resultaat van het opvoeden en onderwijzen hangen af van
veel factoren zoals o.a.
• De sfeer op school
• De wijze waarop de leerling dagelijks wordt begeleid
• Hoe het dagelijkse werk van kinderen wordt bekeken en beoordeeld als ook de middelen,
die worden gebruikt om de leerlingen te volgen.
Als we het over resultaten of rapportage hebben, zullen we dat afstemmen op de voortgang
van het kind. Het gaat op onze school om de totale ontwikkeling van het kind. Kinderen zijn
uniek, niet gelijk en niet vergelijkbaar maar wel gelijkwaardig.
We kijken enerzijds naar de kinderen en anderzijds naar het resultaat van ons onderwijs.
3.2
Rapportage per kind
De leerkrachten geven drie keer per jaar een rapport mee over de vorderingen van de
kinderen. Dit rapport wordt tijdens de 10 minuten gesprekken overhandigd. Bij de 10 minuten
gesprekken krijgt u aanvullende informatie over uw kind. Bij het laatste rapport zal, indien
hier aanleiding toe is, de ouders naast de rapportagegesprekken ook uitgenodigd kunnen
worden voor een gesprek. Het is voor u, als ouder, ook altijd mogelijk een gesprek aan te
vragen bij de leerkracht van uw kind.
De school beschikt over het CITO-leerlingenvolgsysteem. Ieder kind wordt op vastgestelde
tijden getoetst op de vakgebieden taal/lezen en rekenen. Deze toetsen zijn niet aan een
methode gebonden en geven ons landelijke gemiddelden.
De methoden voor de vakgebieden, die wij hanteren op school, bevatten ook toetsen.
Beide resultatenoverzichten geven ons een duidelijk beeld van de vorderingen van een kind.
In groep 7 toetsen wij de leerlingen via de CITO-entreetoets.
Deze toets geeft aan op welke onderdelen de kinderen in groep 8 extra ondersteuning nodig
hebben en geeft een indicatie wat betreft de doorstroming naar het voortgezet onderwijs.
De leerkracht bespreekt deze toets met u op de contactavond.
In groep 8 toetsen wij de leerlingen via de CITO eindtoets. De leerkracht bespreekt deze
toets met u op de contactavond.
3.3
Rapportage op schoolniveau
Regelmatig evalueren wij welke resultaten er zijn op onze goede voornemens. Ook kijken wij
hierbij niet alleen naar cijfers en tastbare resultaten. Naar aanleiding van deze evaluaties
maakt de school beleid. Zo beschikken wij naast deze schoolgids over een school(jaar)plan
voor onze school, waarin het beleid jaarlijks wordt beschreven en een meerjarenplanning
voor vier jaar is vastgelegd. Het schoolplan wordt in de MR besproken en is op school in te
zien voor belangstellenden.
3.4
Kwaliteitsbeleid
Het leerlingvolgsysteem (toetsen, observaties) biedt ons goede mogelijkheden de
vorderingen van de leerlingen in kaart te brengen. Om de resultaten voor onze school de
komende jaren te optimaliseren zijn we bezig met het invoeren van een kwaliteitssysteem.
Dit houdt o.a. in:
• POP (persoonlijk ontwikkelingsplan) – en/of functioneringsgesprekken met elke
leerkracht
• scholing zowel op team- als individueel niveau
• zorgvergaderingen
•
•
controle op de leerresultaten
samenwerking met externe instanties zoals: CEDIN (=Onderwijs Begeleidingsdienst),
GGD Groningen, PCL (SO en VO), Samenwerkingsverband WSNS, VO.
3.5
Groepsgrootte
We proberen de groepen 1,2 en 3 zo klein mogelijk te houden. Wij zijn namelijk van mening
dat de jongste kinderen extra aandacht moeten krijgen om een goede basis te leggen voor
het vervolg van hun schoolcarrière. Vanuit de gemeente krijgen we extra gelden om
eventuele knelpunten te bestrijden.
HOOFDSTUK 4
Besteding verplichte onderwijstijd
4.1
Aantal uren onderwijstijd per jaar per groep
Het is een verplichting dat groep 1 t/m 8 in totaal 7520 uur les krijgen over acht schooljaren.
We hebben gekozen voor een doorgaande lijn van 1 t/m 8 qua lesuren. Dit betekent dat
binnen vier jaar alle kinderen dezelfde lestijden hebben.
’s Ochtends gaan alle leerlingen naar school van 08.30 uur tot 12.00 uur. Op woensdag en
vrijdag gaan de kinderen echter tot 12.15 uur naar school. Woensdagmiddag zijn alle
kinderen vrij.
’s Middags gaan de kinderen naar school van 13.15 tot 15.15 uur.
Uitzonderingen op de "gewone"schooltijden
4.2
Schooltijden en pauzes
Van 8.15-8.30 uur is er toezicht op het plein. Indien kinderen vóór die tijd al op het
schoolplein aanwezig zijn draagt de school hier geen verantwoordelijkheid voor!
Voor de groepen 1/2 is de deur vanaf 08.15 uur open. De lessen beginnen om 08.30 uur. Wij
stellen het op prijs als de kinderen dan ook in hun lokaal zijn. Tussen 08.15 uur en 08.30 uur
kunnen de ouders altijd even een praatje maken met de leerkracht van hun kind, maar
daarna willen we graag beginnen met de les.
Van 13.00-13.15 uur is er toezicht op het plein. Wij verzoeken de ouders de kinderen niet
eerder naar school te laten gaan. Voor de kinderen van groep 1/2 is de deur open om 13.00
uur.
De pauzes zijn ’s ochtends tussen 10.00-10.15 / 10.15-10.30 afhankelijk van de groep en de
locatie. Voor of nadat de kinderen naar buiten gaan mogen de kinderen meegebracht fruit,
"gezond" drinken of brood nuttigen. Het gaat om een klein hapje tussendoor.
4.3
Maatregelen om lesuitval te voorkomen en te bestrijden
Als een leerkracht ziek is, of verlof heeft, wordt direct geprobeerd een vervang(ster)er te
vinden die de groep kan overnemen. De school doet daarbij een beroep op invalpool van het
S.O.O.O.G. Als er geen invalleerkrachten beschikbaar zijn gaan we kijken of leerlingen van
de desbetreffende klas verdeeld kunnen worden over andere groepen. Dit is afhankelijk van
de grootte van de groepen en de leeftijd van de leerlingen.
Mocht dit alles niet mogelijk zijn, dan zijn we genoodzaakt de kinderen vrij te geven. U krijgt
minstens een dag van tevoren hierover schriftelijk bericht, behoudens bij ziekte.
HOOFDSTUK 5
De zorg voor de kinderen
5.1
Leerlingvolgsysteem
Wij nemen toetsen af van groep 1 t/m groep 8. Dit gebeurt o.a. met het CITOleerlingvolgsysteem.
De toetsen die worden afgenomen zijn: taal voor kleuters, ordenen, technisch lezen,
begrijpend lezen, spelling en rekenen. Door het afnemen van deze toetsen en het uitvoeren
van observaties brengen wij vorderingen van de kinderen in kaart. Als de ontwikkeling van
een kind moeizaam verloopt, wordt dit middels het leerlingvolgsysteem snel duidelijk. Onze
school houdt rekening met de individuele verschillen tussen de kinderen. Het ene kind
ontwikkelt zich nu eenmaal sneller dan het andere. Daarom is het noodzakelijk dat wij zowel
leerprestaties als ook de algemene ontwikkeling van de kinderen nauwlettend volgen. Vanaf
groep 1 worden er geregeld landelijk genormeerde toetsen afgenomen. De resultaten geven
een goed overzicht van de ontwikkeling die een kind doormaakt gedurende het verblijf op de
basisschool. Ook dan kan uit de resultaten worden afgelezen hoe de vorderingen van dit
kind zijn ten opzichte van de leeftijdgenoten en hoe de resultaten van deze school zich
verhouden tot het landelijk gemiddelde. Naast de Cito-toetsen worden op gezette tijden de bij
de methode behorende toetsen afgenomen.
5.2
Speciale zorg
Hulp bieden aan kinderen, die extra zorg nodig hebben is een
vast gegeven op onze school.
Onze organisatie is erop gericht om kinderen die speciale
zorg nodig hebben, te begeleiden.
De leerlingenzorg vindt voor een groot gedeelte binnen de
groep plaats, altijd onder verantwoordelijkheid van de
groepsleerkracht.
De leerkracht wordt hierbij geholpen door twee Interne
Begeleiders (IB-er) Deze zijn in staat om didactisch
onderzoek te doen. De leerkracht maakt in overleg met de IBer een handelingsplan. Zo’n hulpprogramma wordt meestal
op school gedaan. Het is zo opgezet dat er in de klas mee
kan worden gewerkt. In zeer bijzondere gevallen komt het
voor dat een kind apart of in een kleine groep wordt geholpen
(remedial teaching).
We registreren alles zeer nauwgezet en bespreken de stand
van zaken in het team middels leerlingenbesprekingen. Na
enige tijd wordt het programma aangepast of beëindigd.
Mocht uw kind in aanmerking komen voor extra hulp, dan
hoort u dit zo snel mogelijk van de leerkracht. Alle gegevens
worden vastgelegd en zorgvuldig opgeborgen in het
leerlingendossier.
Dit dossier is vertrouwelijk, maar u heeft als ouders
vanzelfsprekend het recht om dit dossier in te zien.
5.3
Onderwijskundig rapport
Als leerlingen tussentijds naar een andere basisschool gaan,
wordt een onderwijskundig rapport opgesteld en opgestuurd
naar de betreffende school.
5.4
Overgaan of niet
Eén van de uitgangspunten van de basisschool is dat de leerlingen niet kunnen blijven zitten.
Toch zijn we daar in het onderwijs nog niet aan toe en de vraag is of we daar ooit aan toe
zullen komen. Het kan dus voorkomen, dat wij ouders mededelen dat hun kind het een
jaartje over moet doen. We bieden het kind alleen de gelegenheid voor een extra leerjaar als
wij verwachten dat we het kind er echt een dienst mee bewijzen. Dit is altijd een beslissing
van het team.
5.5
Cito-entreetoets
De leerlingen van groep 7 maken in de maanden april, mei of juni de Entreetoets van het
Centraal Instituut voor Toetsontwikkeling (CITO). Deze toets is bedoeld om de kennis van de
leerlingen aan het eind van groep 7 in kaart te brengen. Gedurende de eerste helft van groep
8 kan er dan gewerkt worden aan het opvullen van de eventuele hiaten. De Entreetoets
toetst de leerstofgebieden rekenen, taal en informatieverwerking. Bij dit laatste gaat om het
hanteren van bijvoorbeeld naslagwerken, woordenboeken en atlassen en het lezen van
grafieken en tabellen.
5.6
Cito-eindtoets
De leerlingen van groep acht doen jaarlijks mee aan de afname van de Cito-Eindtoets
Basisonderwijs. Deze afname heeft plaats op een door het Cito vastgestelde datum in de
eerste week van februari. De toets mag niet op een andere datum of op een ander tijdstip
worden afgenomen ter voorkoming van fraude. De Eindtoets Basisonderwijs toetst de
kennisgebieden rekenen, taal, informatieverwerking en wereldoriëntatie (aardrijkskunde,
geschiedenis, natuuronderwijs, maatschappelijke verhoudingen).
HOOFDSTUK 6
Het personeel
6.1
Algemeen
De groepsleerkracht is voor de kinderen en voor de ouders/verzorgers van die kinderen de
verantwoordelijke persoon en voor vragen en opmerkingen de eerst de eerst aangewezen
persoon.
In elke groep kan regelmatig een andere leerkracht komen i.v.m. de ADV invulling, parttime
leerkrachten en bij ziekte van leerkrachten.
Alle taken die naast het werken in een groep overblijven worden in goed overleg onder de
leerkrachten verdeeld.
De schoolcoördinatorvervult op school een centrale rol. Uiteindelijk heeft hij de
verantwoordelijkheid voor alles wat er in de school gebeurt. De eindverantwoordelijkheid zal
bij de clusterdirecteur liggen.
Wij vinden het echter belangrijk dat alle teamleden verantwoordelijkheid dragen voor de
totale school. Op die manier weten we ons allemaal verbonden met de school en nemen
daar ook verantwoordelijkheid voor.
6.2
Scholing
De leerkrachten nemen regelmatig deel aan scholing. Deze scholing wordt gevolgd vanuit
het belang van de algemene schoolontwikkeling of individuele ontwikkelingswensen.
De meeste scholing vindt plaats buiten schooltijden. Het kan ook voorkomen dat een
scholingsmoment van het gehele team of een individueel teamlid tijdens schooluren plaats
vindt. In die gevallen wordt u tijdig op de hoogte gesteld over vervanging of extra vrije
momenten voor de kinderen.
HOOFDSTUK 7
De ouders
Het onderwijs is gebaat bij daadwerkelijke betrokkenheid bij de school. Op verschillende
gebieden zijn de ouders actief in onze school. We streven naar een open relatie met de
ouders.
7.1
Informatievoorziening naar de ouders
De kinderen ontvangen maandelijks een nieuwsbrief met wetenswaardigheden en
mededelingen van de school. Op deze manier blijft u op de hoogte van de actuele situatie.
De school heeft een aantal vaste momenten in het schooljaar gepland om met de ouders te
spreken:
• Allereerst is dat de informatieavond aan het begin van het schooljaar. U kunt dan zien en
horen hoe er in een groep wordt gewerkt. U ziet de lesmaterialen en krijgt uitleg over de
leerprogramma’s.
• Verder zijn er een aantal contactavonden, waar u met de groepsleerkracht in tienminuten gesprekken kunt praten over de leerresultaten van uw kind en het werk kunt
inzien. Voor de groepen 3 t/m 8 krijgen de ouders het rapport van hun kind mee.
Groep 1 en groep 2: twee contactavonden en er zijn tevens informele avonden.
Groep 3 t/m 8: drie contactavonden.
• Op een zakelijke ouderavond legt de MR verantwoording af en vertelt over de
onderwerpen waar zij mee bezig is.
• U bent overigens altijd welkom voor een gesprek over uw kind. Hiervoor kunt u een
afspraak maken met de groepsleerkracht.
7.2
Informatie over verstrekking onderwijskundig rapport
Wanneer een leerling onze school verlaat omdat hij/ zij gaat verhuizen, worden alle relevante
gegevens uit het leerling volgsysteem en dossier naar de nieuwe school gestuurd. Bij deze
gegevens wordt een beknopt onderwijskundig rapport gevoegd. Dit rapport bevat informatie
over de gebruikte methoden en de vorderingen van de leerling. Eventuele bijzonderheden
worden ook in dit rapport vermeld. De ouders hebben in principe inzicht in de gegevens die
wij naar de nieuwe school van de leerling sturen. Leerlingen die problemen hebben met de
leerstof of leerlingen die in sociaal/ emotioneel opzicht niet goed functioneren, worden
aangemeld voor een onderzoek bij de onderwijs begeleidingsdienst. In dit geval wordt een
uitgebreid onderwijskundig rapport ingevuld. Dit rapport wordt besproken met de ouders en
de ouders kunnen een kopie van dit rapport krijgen. Ook als de leerling wordt aangemeld bij
de PCL wordt er een onderwijskundig rapport ingevuld. Evenzo als er een aanvraag wordt
gedaan voor speciaal onderwijs, dan wel een rugzak. Het gaat dan om plaatsing op het
speciaal onderwijs of om ambulante begeleiding waardoor de leerling toch bij ons op school
kan blijven.
7.3
Medezeggenschapsraad
De medezeggenschapsraad is het officiële orgaan dat de belangen van de school, ouders,
leerlingen en leerkrachten behartigt. De rechten en plichten van de medezeggenschapsraad
zijn in een reglement vastgelegd. Vergaderingen van de medezeggenschapsraad zijn
openbaar. Verkiezingen voor nieuwe leden worden één keer in de twee jaar gehouden.
De MR bestaat uit leerkrachten en ouders.
7.5
Ouderwerkgroepen
De ouderwerkgroep zijn ouders die meehelpen bij activiteiten op school. Ze organiseren
samen met het team de activiteiten en feesten bij ons op school. De kosten hiervan worden
betaald uit de ouderbijdrage.
7.6
Vrijwillige ouderbijdrage
Onze school vraagt van de ouders een vrijwillige bijdrage om de activiteiten te kunnen
bekostigen waarin de rijksvergoeding niet voorziet.
Te denken valt aan: Sint Maarten, Sinterklaas, Kerstfeest, sport en spelactiviteiten. De
hoogte van de vrijwillige ouderbijdrage en de besteding ervan wordt door de MR jaarlijks
vastgesteld.
Aan het begin van het schooljaar ontvangt u een nota waarop het totaalbedrag voor uw
kind(eren) vermeld staat met het verzoek deze zo snel mogelijk te betalen. Als u niet in staat
bent om te betalen vragen wij u contact op te nemen met de directie, er kan dan een regeling
worden getroffen. Indien u geen vrijwillige ouderbijdrage betaalt, kan het gevolg zijn dat de
school besluit dat bepaalde activiteiten niet meer kunnen plaatsvinden. De ouderbijdrage
innen we bij voorkeur d.m.v. automatische incasso maar kan ook overgemaakt worden op
onze bankrekening.
Ouders van leerlingen die tijdens het schooljaar instromen, betalen een aangepast bedrag.
Rekeningnummer ouderbijdrage:
Rabobank 3826.43.216., t.n.v. obs Hendrik Wester, inzake ouderbijdrage
7.7
Ouderactiviteiten.
Als ouder kunt u op verschillende manieren actief betrokken zijn bij de school. U kunt zich
beschikbaar stellen voor de MR en de ouderwerkgroepen. Er zijn echter nog vele
werkzaamheden waarbij uw hulp welkom is. Voor informatie kunt u terecht bij de
schoolleiding.
Hoofdstuk 8 Rechten en plichten van ouders
8.1
Schoolverzuim
Als uw kind ziek is of om andere redenen de school niet kan bezoeken, dan horen we dit
graag voor aanvang van de lessen. Als een kind binnen een kwartier na aanvang van de
lessen, zonder dat hiervan melding is gemaakt, niet op school aanwezig is, nemen we
contact met u op. We maken ons dan ongerust over het wegblijven van uw kind. Dagelijks
wordt de aan- en afwezigheid van uw kind geregistreerd. Bij geregeld terugkerende absentie,
al of niet doorgegeven, wordt contact met de ouders opgenomen om over dit verzuim te
spreken.
Als een leerling meer dan twee achtereenvolgende lesdagen zonder geldige reden verzuimt,
moeten wij dit doorgeven aan de leerplichtambtenaar van onze gemeente. Ook kan de
leerplichtambtenaar worden ingeschakeld als we het verzuim van uw kind zorgwekkend
vinden.
Gelukkig hebben we heel weinig te maken met ongeoorloofd schoolverzuim. We streven
naar een optimaal gebruik van de tijd. Dit betekent dat we op tijd beginnen. Het betekent ook
dat we de tijd effectief gebruiken door ons onderwijs goed te organiseren. Daarom hebben
we onder schooltijd doorgaans geen tijd voor een (telefoon)gesprek. Na schooltijd bent u
altijd welkom.
Voor afwezigheid van uw kind, behalve bij ziekte, moet u vooraf toestemming vragen aan de
directie. Op een daarvoor bestemd aanvraagformulier, dat u bij de groepsleerkracht kunt
krijgen, vult u de datum en reden van de absentie in. De directie zal u zo spoedig mogelijk na
het indienen van het formulier schriftelijk meedelen of aan uw verzoek tegemoet gekomen
kan worden.
U moet zich houden aan de vastgestelde schoolvakanties. Verlof, voor een gezinsvakantie
buiten de gestelde schoolvakanties om, is meestal niet mogelijk. De leerplichtwet biedt
hiervoor slechts één mogelijkheid. Toestemming is alleen mogelijk, indien de "specifieke
aard van het beroep" van één van de ouders het noodzakelijk maakt om buiten de
zomervakantie op vakantie te gaan. Alleen in die gevallen mag de directeur hooguit één keer
per jaar toestemming verlenen voor maximaal tien schooldagen. De directeur mag geen
toestemming verlenen als het de eerste twee weken van het schooljaar betreft. Met
“specifieke aard van het beroep” worden seizoensgebonden werkzaamheden bedoeld of
werkzaamheden in de bedrijfstakken die in de zomermaanden een piekdrukte kennen,
waardoor het voor het gezin onmogelijk is om in die periode vakantie te nemen. Leerplichtige
kinderen kunnen alleen vrij van school krijgen bij gewichtige omstandigheden. In bijlage 2
treft u alle spelregels aan.
Het eerder met vakantie gaan om de drukte voor te zijn, of omdat het goedkoper is, is dus
niet mogelijk. U kunt van de directie niet verwachten dat u daarvoor toestemming krijgt.
Indien een aanvraag om vrijstelling van de leerplicht meer dan tien schooldagen omvat, moet
u zich tot de gemeentelijke leerplichtambtenaar wenden.
In hele bijzondere gevallen kan daarvan afgeweken worden. Er mag nooit toestemming
gegeven worden als het gaat om de eerste twee weken na de zomervakantie.
Over het algemeen zijn we bereid, binnen de bestaande regels, soepel om te gaan met uw
verlofaanvraag. Wanneer we echter vermoeden dat er misbruik van de situatie gemaakt
wordt, schakelen we de leerplichtambtenaar in. We zijn als school verplicht onterechte
afwezigheid van twee dagen of langer te melden bij de leerplichtambtenaar. Het gevolg kan
zijn dat er een proces verbaal tegen u opgemaakt wordt op grond waarvan de rechtbank u
een boete kan opleggen. Bij afwezigheid wegens ziekte kunt u de school daarvan in kennis
stellen, bij voorkeur ’s ochtends tussen 8.15 en 8.30 uur.
Stichting Openbaar Onderwijs Oost Groningen
Organisatie
OBS Hendrik Wester valt onder de verantwoordelijkheid van de Stichting Openbaar
Onderwijs Oost Groningen. De stichting is in beheers- en beleidsmatig opzicht
verantwoordelijk voor het openbaar basisonderwijs in de gemeenten Bellingwedde, Oldambt
en Pekela. De stichting omvat met ingang van het schooljaar 2014-2015 23 basisscholen, 1
nevenvestiging, 1 school voor speciaal basisonderwijs en 1 ZMLK school, waar ca. 330
leerkrachten zorg hebben voor ca. 3400 leerlingen.
De Stichting Openbaar Onderwijs oost Groningen onderschrijft de Code Goed Bestuur. Het
bestuursmodel van de Stichting Openbaar Onderwijs Oost Groningen is gebaseerd op een
scheiding van de functies van besturen en toezicht houden. Het College van Bestuur voert
de werkgeverstaak uit en stuurt de organisatie aan voor het bereiken van de
beleidsdoelstellingen. Het College van Bestuur bepaalt de hoofdlijnen van het beleid, zoals
strategievorming, planning, structurering en procesbeheersing. De Raad van Toezicht is het
toezichthoudende orgaan. De Raad van Toezicht is verantwoordelijk voor deugdelijk en
adequaat intern toezicht op het College van Bestuur.
Het College van Bestuur bestaat uit:
J.H. Hansen (voorzitter) – beleidsterreinen financiën en huisvesting
T. Hulst (lid) – beleidsterreinen personeel en onderwijs
De Raad van Toezicht bestaat uit:
Dhr. J.H. (Jan) de Wit – voorzitter
Dhr. J.G. (Hans) de Kimpe – vice voorzitter
Mr. G.W. (Govert) Brouwer – lid
Dhr. P. (Pim) Flinterman – lid
Mevr. J.J. (Jannie) Bos - lid
Klachtenregeling
Een school is een omgeving waar mensen intensief met elkaar omgaan. Botsingen en
meningsverschillen zijn dan ook niet bijzonder en worden vaak in onderling overleg
bijgelegd. Een verschil van inzicht kan geen kwaad, als er maar over gesproken wordt met
de mensen die direct bij het onderwerp betrokken zijn.
Wanneer zich op school een probleem voordoet, gaan we er vanuit dat de volgende stappen
worden gezet.
Eerst spreekt u met de leerkracht van uw kind. Leidt dit niet tot het gewenste resultaat, dan
maakt u een afspraak met de directeur van de school. Mocht dit ook niet helpen dan kunt u
het schoolbestuur inschakelen. Op het bestuursbureau is een interne klachtencoördinator
aangesteld. De interne klachtencoördinator probeert door bemiddeling tot een oplossing te
komen.
Met de inwerkingtreding van de kwaliteitswet Onderwijs is elke school verplicht een
klachtenregeling te hebben. Ook moet de school aangesloten zijn bij een klachtencommissie.
De klachtenregeling van de Stichting Openbaar Onderwijs Oost Groningen ligt ter inzage op
de school.
De klachtenregeling is eveneens diditaal beschikbaar via de website van SOOOG
(www.sooog.nl).
In de klachtenregeling wordt gesproken over een contactpersoon.
Dat is iemand, verbonden aan de school, die u kan adviseren over de te volgen procedure.
Wanneer de klacht betrekking heeft op ongewenste omgangsvormen, bijvoorbeeld
(seksuele) intimidatie, discriminatie, agressie, pesten of geweld kan het soms lastig zijn om
de klacht op school te melden.
De Stichting Openbaar Onderwijs Oost Groningen heeft daarom een externe
vertrouwenspersoon aangesteld. De externe vertrouwenspersoon heeft geen directe binding
met de school.
Aan hem of haar kunt u vertrouwelijk uw hele verhaal kwijt. Hij of zij bespreekt met u wat te
doen en helpt u daar desgewenst bij.
Klachten over (seksuele) intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld
kunt u ook melden bij het meldpunt vertrouwensinspecteurs (onderwijsinspectie). Men kan u
daar adviseren over de afhandeling van uw klacht.
Wanneer u besluit tot het indienen van een formele klacht, dan zijn er twee mogelijkheden:
1. De klacht indienen bij het schoolbestuur
2. De klacht indienen bij de landelijke klachtencommissie
De landelijke klachten commissie onderzoekt de klacht en brengt een advies uit aan het
schoolbestuur. Een informatiefolder over de landelijke klachtencommissie is verkrijgbaar op
school of op het bestuursbureau van de Stichting Openbaar Onderwijs Oost Groningen.
Informatie is tevens beschikbaar op de website van de Landelijke Klachtencommissie.
www.onderwijsgeschillen.nl
Schoolcontactpersoon:
C. Kropf
Postadres schoolbestuur:
SOOOG
Postbus 65
9670 AB WINSCHOTEN
Tel: 0597-453980
Externe vertrouwenspersoon ongewenste omgangsvormen:
Buro Vertrouwenspersonen
Hobbemastraat 14
8932 LB LEEUWARDEN
Tel: 058-7440022
Externe klachtencommissie (LKC):
Onderwijsgeschillen,
t.a.v. LKC
Postbus 85191
3508 AD UTRECHT
Tel: 030-2809590
Website: www.onderwijsgeschillen.nl
Inspectie van het onderwijs:
[email protected]
vragen over onderwijs: 0800-8051 (gratis)
Meldpunt vertrouwensinspecteurs van de onderwijsinspectie:
Klachtmeldingen over (seksuele) intimidatie, seksueel geweld, ernstig psychisch of fysiek
geweld:
0900-1113111 (lokaal tarief)
Regeling toelating, time out, schorsing en verwijdering van leerlingen
De meeste leerlingen worden gewoon toegelaten op school en krijgen nooit te maken met
een time out maatregel, schorsing of verwijdering. Als zich echter één van bovenstaande
situaties voordoet, is een zorgvuldige uitvoering van de regels en procedures die de
onderwijswetgeving voorschrijft in het belang van alle partijen.
De scholen van de Stichting Openbaar Onderwijs Oost Groningen hebben bovenschool
procedures vastgesteld, zodat voor alle betrokken partijen duidelijk wordt wat voor hen in
desbetreffende situaties van toepassing is.
Deze procedures staan beschreven in:
• de regeling toelating van leerlingen
• de regeling time out, schorsing en verwijdering van leerlingen
Beide regelingen liggen ter inzage op de school en het bestuursbureau.
Toelatingsbeleid vierjarigen
De scholen binnen de Stichting Openbaar Onderwijs Oost Groningen hanteren de volgende
regels inzake het toelatingsbeleid voor de aangemelde kinderen die nog vier jaar moeten
worden.
1. Vanaf vier jaar zijn leerlingen welkom op school.
2. De leerlingen worden geplaatst op de dag dat zij de vierjarige leeftijd hebben bereikt
of zo spoedig mogelijk daarna in overleg met de directie van de school.
3. In de periode vanaf de leeftijd van 3 jaar en 10 maanden tot het bereiken van de
leeftijd van 4 jaar wordt in overleg met de ouders en de school bepaald wanneer de
kinderen kunnen komen kennismaken. Hierbij wordt wettelijk uitgegaan van maximaal
vijf dagen. In deze periode zijn de kinderen geen leerlingen in de zin van de wet.
Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld
Het werken met de meldcode kindermishandeling en huishoudelijk geweld is een wettelijke
verplichting voor iedereen die werkt met kinderen. De meldcode is een stappenplan waarin
staat beschreven hoe een professional moet omgaan met het signaleren van huiselijk
geweld en kindermishandeling.
De meldcode is opgebouwd uit de volgende stappen:
• Stap 1 - In kaart brengen van signalen
• Stap 2 - Collegiale consultatie en eventueel informatie inwinnen bij het AMK
• Stap 3 - Gesprek met de ouder (en/of oudere leerling)
• Stap 4 - Wegen van de aard en ernst van de signalen
• Stap 5 – Er zijn twee mogelijkheden:
o Hulp organiseren en effecten volgen, of
o Melden en bespreken
Door te werken met een meldcode blijft de beslissing om vermoedens van huiselijk geweld
en kindermishandeling wel of niet te melden, berusten bij de professional. Het hierboven
genoemde stappenplan biedt hem/haar bij die afweging houvast.
De voor alle scholen van SOOOG vastgestelde meldcode ligt ter inzage op school.
Informatie aan gescheiden ouders
Volgens het burgerlijk wetboek hebben scholen een informatieplicht. De school is verplicht
om beide ouders te informeren over belangrijke feiten en omstandigheden van het kind. Dit
geldt o.a. voor de schoolrapporten, uitslagen van Cito toetsen, schoolonderzoeken en
onderwijskundige rapporten. Daarnaast wordt er gelegenheid geboden om oudergesprekken
te voeren en schoolactiviteiten (dit alleen als beide ouders en het kind dit willen) bij te wonen.
Informatieverstrekking is van belang om te voorkomen dat het kind van zijn of haar ouders
vervreemdt. Het gaat hierbij om een wederkerig belang van kind en ouder. Als een
echtscheiding niet in harmonie plaats vindt, kunnen er problemen ontstaan. Uitgangspunt
voor de school is het belang van het kind. Dit belang kan het best gewaarborgd worden als
de school geen partij wordt in een mogelijk conflict.
De school zal zich daarom neutraal opstellen en uitvoering geven aan de wet- en
regelgeving ten aanzien van de informatieverstrekking aan ouders.
Uitzonderingen op de plicht tot informatieverstrekking zijn:
• Indien een rechterlijke beschikking kan worden overlegd waarin het recht op
informatie is beperkt;
• In gevallen dat de informatie in verband met het beroepsgeheim ook niet aan de
andere ouder wordt verstrekt;
• Als de informatieverstrekking niet in het belang is van het kind. In dit geval zal de
school zwaarwegende argumenten moeten hanteren om informatie te weigeren. De
ouder kan een dergelijke beslissing altijd laten toetsen door een klachtencommissie
of de rechter.
Passend Onderwijs
Op 1 augustus 2014 wordt de wet Passend Onderwijs van kracht. Kernpunten uit deze
nieuwe wet zijn dat:
• Reguliere en speciale scholen op het gebied van ondersteuning aan leerlingen
samenwerken;
• Scholen zorgplicht hebben (de school waar de leerling schriftelijk is aangemeld dient
te zorgen voor een passende plek indien er sprake is van zeer specifieke
onderwijsbehoeften van een kind);
• Scholen en gemeenten / jeugdhulpverlening werken samen aan de integrale
ondersteuning aan leerlingen vanuit onderwijs en zorg;
• Er minder regelgeving vanuit Den Haag komt, maar dat er meer in de eigen regio
kunnen regelen.
Samenwerkingsverband en subregio
De school van uw kind maakt deel uit van SOOOG.
Alle schoolbesturen van de provincie Groningen plus gemeente Noordenveld zijn verenigd in
het Samenwerkingsverband (SWV) 20.01. Dit samenwerkingsverband is opgedeeld in vier
subregio’s. De scholen van SOOOG vallen onder de subregio Zuid Oost. De besturen in
iedere subregio werken nauw samen met de andere schoolbesturen uit de regio om optimale
ondersteuning aan ieder kind te kunnen bieden en expertise met elkaar te delen.
Onderwijs, passend bij iedere leerling
Alle scholen binnen het SWV 20.01 hebben met elkaar vastgesteld welke ondersteuning er
tenminste op alle locaties geleverd wordt, de zogenaamde basisondersteuning. Daarnaast
hebben alle scholen vastgesteld welke extra ondersteuning zij kunnen bieden aan leerlingen.
De basis- en schoolspecifieke ondersteuning hebben scholen beschreven in hun
schoolondersteuningsprofiel. U kunt dit profiel opvragen bij uw huidige school of de school
van uw keuze.
Is de school handelingsverlegen, met andere woorden kan de school niet voldoen aan de
ondersteuningsbehoefte van uw kind, dan wordt er allereerst binnen het bestuur of in de
subregio gezocht naar een externe deskundige die samen met de school andere
mogelijkheden voor ondersteuning in kaart brengt. Nader onderzoek kan ook één van de
adviezen zijn. In dit traject wordt er te allen tijde nauw samengewerkt met de ouders.
Mochten extra interventies onvoldoende resultaat opleveren waardoor de leerling op die
school niet langer begeleid kan worden, dan dient de school een andere, beter passende
plek te zoeken. Dat kan ook het speciaal onderwijs zijn.
Speciaal (basis)onderwijs
Voor een plaatsing in het speciaal onderwijs (*) moet de school, samen met u als ouders /
verzorgers, een toelaatbaarheidsverklaring aanvragen bij de Commissie van Advies van het
samenwerkingsverband. Meer informatie over het aanvragen van een
toelaatbaarheidsverklaring vindt u op de website van het samenwerkingsverband of via de
school.
Meer informatie voor ouders
Voor u als ouders geldt dat de scholen de belangrijkste informatiebron zijn als het gaat om
Passend Onderwijs en extra ondersteuning aan uw kind. De school heeft dagelijks contact
met de leerling en vervult daarmee in de ogen van het samenwerkingsverband een
belangrijke rol in de adequate informatievoorziening aan ouders.
Het samenwerkingsverband 20.01 heeft een eigen website:
http://www.passendonderwijsgroningen.nl/SWV-PO20-01/
Op deze website vinden ouders / verzorgers een apart tabblad met meer informatie over het
ondersteuningsplan en de ondersteuningsprofielen van de verschillende scholen.
Op www.passendonderwijs.nl (website van ministerie OCW) en op
www.passendonderwijsenouders.nl kunnen ouders / verzorgers meer informatie vinden over
de samenwerkingsverbanden e over Passend Onderwijs.
Daarnaast is er het Steunpunt Passend Onderwijs, onderdeel van informatiepunt 5010. Hier
kunnen ouders / verzorgers terecht met alle vragen over extra ondersteuning binnen het
onderwijs. Het Steunpunt Passend Onderwijs is telefonisch bereikbaar via 5010: (0800) 5010
(vaste telefoon, gratis) of (0900) 5010 123 (€ 0,45 per gesprek + kosten mobiel), of via
internet: www.5010.nl
Tot slot heeft iedere school een eigen intern begeleider (ib’er). Deze onderwijsmedewerker is
in staat verdere vragen van u te beantwoorden over de uitvoer van Passend Onderwijs op de
school.
U bent van harte welkom contact op te nemen.
(*) Voor blinde/slechtziende en dove/slechthorende kinderen geldt dat zij zich voor een plek
in het speciaal onderwijs dienen te vervoegen bij resp. Visio en Kentalis. Zij hebben een
eigen Commissie van Onderzoek die bepaalt of de leerling toelaatbaar is.
8.5
Regeling overblijven, inclusief financiën
Wettelijk is iedere school verplicht een overblijfmogelijkheid te creëren. Ook onze school
voorziet hierin. Een aantal ouders is bereid om tussen de middag het overblijven te
verzorgen; dit gebeurt op de eigen locatie. Op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag is er
de mogelijkheid kinderen tussen de middag te laten overblijven.
8.6
Schoolverzekering: Wettelijke aansprakelijkheid
Vanaf 1 januari 1992 gelden met betrekking tot de wettelijke aansprakelijkheid de regels van
het Nieuw Burgerlijk Wetboek (NBW). Onder wettelijke aansprakelijkheid wordt verstaan de
verplichting om schade die iemand door onrechtmatig handelen aan een ander toebrengt te
vergoeden. Op grond van artikel: 164 NBW is een kind jonger dan veertien jaar zelf niet
aansprakelijk, maar voor hem/ haar zijn dat de ouders/ verzorgers. Onderwijzend personeel
kan (mede)aansprakelijk zijn, indien bijvoorbeeld onvoldoende toezicht heeft geleid tot
onrechtmatig handelen van een leerling. De leerkracht kan zelf ook onrechtmatig handelen.
Als de daarbij aangerichte schade niet het gevolg is van opzet of bewust roekeloos
handelen, dan is naast de leerkracht zelf ook de werkgever aansprakelijk.
Alle leerlingen van de school zijn verzekerd tegen ongevallen. De kosten, die verbonden zijn
aan deze verzekering worden betaald uit het schoolfonds. Het gaat hier om een
ongevallenverzekering. Schade aan kleding, fietsen en overige persoonlijke bezittingen
wordt niet vergoed.
De verzekering is van kracht tijdens de schooluren en tijdens het rechtstreeks van huis naar
schoolgaan en omgekeerd. De verzekering is eveneens geldig voor alle door de school
georganiseerde activiteiten onder leiding van een leerkracht (o.a. schoolreizen en excursies).
Schadegevallen moeten bij de school worden aangemeld.
8.7
Regels ondersteunende werkzaamheden door ouders
Bij verschillende activiteiten doen wij een beroep op ouders om ons te helpen: begeleiden bij
excursies, assisteren bij de schoolsportolympiade, vervoer naar culturele activiteiten,
begeleiding bij sommige schoolreizen, verrichten van klusjes. Wanneer u in schoolverband
kinderen begeleidt, zult u merken dat er verschillen zijn tussen kinderen op het gebied van
leervermogen en gedrag. Het is van het allergrootste belang dat dergelijke informatie binnen
de school blijft. U zult het met ons eens zijn dat hierover niet met anderen gesproken mag
worden. Heeft u er behoefte aan te overleggen over een bepaalde leerling, dan kan dat met
de leerkracht van de groep. Als u kinderen begeleidt is het belangrijk tijdig grenzen te stellen
en ook “nee” te durven zeggen. Een duidelijke, consequente aanpak is prettig voor u en de
kinderen. Ook in dit geval is het noodzakelijk bij problemen onmiddellijk in overleg met de
leerkracht te treden.
8.8
Bereikbaarheid van de ouders
Het is belangrijk dat de school in geval van een dringende situatie de ouders en/of
verzorgers kan bereiken.
Vandaar dat bij aanvang van het schooljaar alle kinderen een calamiteitenformulier
meekrijgen waarin u de actuele telefoonnummers en bijzonderheden kunt vermelden. Zo
blijft de school op de hoogte van de meest actuele telefoonnummers waarop ze overdag
bereikbaar zijn.
HOOFDSTUK 10
Protocol sponsoring
Scholen kunnen te maken krijgen met bedrijven die hen willen sponsoren. Hieraan zijn
risico’s verbonden. Leerlingen zijn een kwetsbare groep. Ze zijn makkelijk te beïnvloeden.
Het is dus belangrijk dat sponsoring zorgvuldig gebeurt.
Bij sponsoring gaat het om geld, goederen of diensten die een sponsor verstrekt aan een
bevoegd gezag, directie, leraren, niet- onderwijzend personeel of leerlingen. Hiervoor
verlangt de sponsor een tegenprestatie in schoolverband.
Sponsoring is door het bestuur toegestaan onder voorwaarde dat:
• het verenigbaar is met de pedagogische en onderwijskundige taak en doelstelling van de
school.
• moet aansluiten bij het onderwijsaanbod en de kwalitatieve eisen die de school aan het
onderwijs stelt.
• het niet de onderwijsinhoud en/of de continuïteit van het onderwijs beïnvloedt.
• het geen aantasting betekent van de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de
betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs, de school en de daarbij
betrokkenen.
• het geen schade mag berokkenen aan de geestelijke en/ of lichamelijke gesteldheid van
leerlingen.
Het bevoegd gezag stelt de scholen verplicht om de afspraken tussen de sponsor en de
school schriftelijk vast te stellen in een sponsorovereenkomst. In de overeenkomst wordt
vastgelegd wat de sponsoring inhoudt: welke goederen, diensten of geldbedrag de sponsor
aan de school beschikbaar stelt en welke tegenprestatie van de school daar tegenover staat.
De medezeggenschapsraad heeft ingestemd met het sponsorbeleid en onderschrijft de
voorwaarden. Zodra de school een sponsorovereenkomst heeft gesloten, moet dit ter
goedkeuring naar het bevoegd gezag worden gezonden.
De medezeggenschapsraad heeft het recht om advies uit te brengen over de manier waarop
de sponsorgelden worden besteed. De uiteindelijke beslissing over de besteding maakt de
schoolleiding.
HOOFDSTUK 11
Medicijnverstrekking op school
11.1 Protocol medicijnverstrekking
Wij worden regelmatig geconfronteerd met leerlingen die klagen over pijn die meestal met
eenvoudige middelen te verhelpen is. Denk aan hoofdpijn, buikpijn, oorpijn of pijn ten
gevolge van een insectenbeet.
Daarnaast krijgen we ook steeds vaker het verzoek van ouders om hun kinderen de door
een arts voorgeschreven medicijnen toe te dienen. Met het verrichten van dergelijke
handelingen aanvaardt de schoolleiding een aantal verantwoordelijkheden. Met het oog op
de gezondheid van kinderen is het van groot belang dat wij in dergelijke situaties zorgvuldig
handelen. Daarom heeft de GGD Groningen door middel van een protocol ons een
handreiking gegeven over hoe in deze situaties te handelen.
11.2 De betekenis van dit protocol
Het kan voorkomen dat uw kind gezond naar school gaat en tijdens de schooluren ziek
wordt, zich verwondt of bijvoorbeeld door een insect wordt gebeten. In zo'n geval zal de
school altijd contact met u opnemen.
Mocht uw kind medicijnen nodig hebben of moeten er medische handelingen worden verricht
dan verzoeken we u een formulier in te vullen. We willen schriftelijk heel zorgvuldig
vastleggen om welke medicijnen het gaat, hoe vaak ze moeten worden toegediend, op welke
wijze en wanneer dit moet gebeuren. Als ouder moet u hiervoor namelijk schriftelijk
toestemming geven. Soms zullen leerkrachten een bekwaamheidsverklaring moeten krijgen
van een arts. Dit betekent dat ze dan handelen in opdracht van een arts die hen bekwaam
heeft verklaard voor deze handeling. Deze bekwaamheidsverklaring is heel belangrijk voor
onze aansprakelijkheid.
11.3 Protocol op school
Het protocol is op school aanwezig in de map "Gezonde Jeugd" van de GGD. Deze kunt u
als ouder inzien.
HOOFDSTUK 12
ONDERWERPEN ALFABETISCH
Bibliotheek
Culturele vorming
Excursies
Fietsen naar school
Fruit eten
Hoofdluis
Humanistische vorming
Informatie ouders
Interne begeleiding
Jeugdgezondheidszorg
Landelijk onderwijsnummer / postbus 51
Logopedie
Mobiele telefoon
Overblijven
Protocol internetgebruik
Verkeersbrigadiers (IJsbaanlaan en Hindersstraat)
Verkeersexamen
Bibliotheek
Alle leerlingen zijn via een schoolabonnement lid van de bibliotheek. De bibliotheek verstrekt
boeken aan de school. De geleende boeken blijven op school.
Culturele vorming
In het kader van culturele vorming wordt één keer per jaar een kindervoorstelling in een
theater
bezocht. Wij vragen ouders om de kinderen te brengen en te halen. De kosten van de
voorstellingen worden gedeeltelijk vergoed door de gemeente Pekela.
Excursies
Gedurende het schooljaar gaan er verschillende groepen op excursie. Dan worden er in het
kader van een les of een thema activiteiten buiten de school georganiseerd, bijvoorbeeld:
een excursie naar het Veenkoloniaal museum of een natuurexcursie.
Fietsen naar school
Leerlingen die op grotere afstand van de school wonen, kunnen op de fiets komen. Bij de
onoverdekte fietsenstalling op de locatie IJsbaanlaan is erg weinig ruimte. Kinderen die dicht
bij school wonen, moeten de fiets thuis laten. De school is niet aansprakelijk voor
beschadiging aan of diefstal van fietsen.
Fruit eten
In de groepen 1 en 2 is het gebruikelijk dat de kinderen fruit en/of drinken meenemen. Rond
10 uur wordt er samen gegeten en gedronken. Ook aan de kinderen in de andere groepen
kunt u fruit/drinken meegeven. Dit wordt voor de pauze in de klas genuttigd.
Hoofdluis
Hoofdluis is een landelijk probleem dat op alle scholen voorkomt. Wilt u de school
waarschuwen als uw kind hoofdluis heeft opgelopen? De school kan in dat geval
maatregelen nemen.
Op school hebben we een L.O.T. (Luizen Opsporing Team) aangesteld, bestaande uit een
aantal moeders. Zij inspecteren de kinderen en leerkrachten op hoofdluis. De eerste dinsdag
na elke vakantie is er controle. Op de dag dat er gecontroleerd wordt is het niet toegestaan
dat de kinderen gel, vlechtjes, etc. in het haar hebben. Dit om de controle te
vergemakkelijken.
Humanistische Vorming
De leerlingen van de groepen 7 (locaties IJsbaanlaan en Hindersstraat) kunnen
humanistisch vormingsonderwijs volgen. Het HVO-onderwijs wordt gegeven door mevr. H.
Ubbens. Ouders die bezwaar hebben tegen deze lessen kunnen dit schriftelijk mededelen
aan de directie.
Informatie ouders
In het begin van het jaar ontvangen de ouders een jaaroverzicht, waarin alle belangrijke data
vermeld staan. Regelmatig ontvangen de ouders een nieuwsbrief. In elke nieuwsbrief vindt u
een agenda met voor u van belang zijnde data en gebeurtenissen. Om niet voor
verrassingen te komen staan, is het verstandig de maandbrief goed door te nemen. Naast de
nieuwsbrief worden de ouders, indien noodzakelijk ook op andere wijze schriftelijk
geïnformeerd. Alle informatie bestemd voor de ouders wordt meegegeven aan het oudste
kind van elk gezin.
Jeugdgezondheidszorg
De GGD Groningen komt jaarlijks op school en onderzoekt de kinderen van groep 2 en
groep 6.
Groep 2
De GGD onderzoekt of de kinderen in groep 2 goed kunnen zien en horen. Daarnaast
worden de kinderen gewogen en gemeten.
Alle ouders van de kinderen in groep 2 worden door de GGD samen met hun kind
uitgenodigd voor een gesprek met de arts en/of verpleegkundige. Ter voorbereiding krijgen
ouders een vragenlijst over de gezondheid van hun kind. De antwoorden kunnen aanleiding
zijn om in een onderzoek of gesprek extra aandacht aan een kind te besteden.
Groep 6
De GGD meet en weegt de kinderen in groep 6. Ouders van de kinderen in groep 6 krijgen
van tevoren een vragenlijst met vragen over de gezondheid van hun kind. Met de leerkracht
wordt besproken of er kinderen zijn waar extra aandacht aan moet worden besteed. Ouders
kunnen aangeven of ze prijs stellen op een gesprek / onderzoek met de arts of
verpleegkundige. Mogelijk worden ouders door de GGD uitgenodigd voor een gesprek met
de arts of verpleegkundige.
Spreekuur
Er is één keer in de maand is er op school een spreekuur waarbij de sociaal verpleegkundige
uw vragen beantwoordt.
In Pekela functioneert een buurtnetwerk waarin scholen, en maatschappelijke instellingen
participeren. Probleemsituaties kunt u bespreekbaar maken met de intern begeleider.
Vanuit het buurtnetwerk worden initiatieven genomen om opvoedcursussen te organiseren
voor ouders van jonge kinderen en ouders met pubers. Het is de bedoeling dat deze
cursussen op school worden gegeven.
Landelijk onderwijsnummer / Postbus 51
Voor allerlei informatie: 0800-8051
Logopedie
De taal- en spraakontwikkeling is erg belangrijk. Daarom komt er een logopediste op school
die de leerlingen van 4 jaar en 9 maanden (of eerder na aanmelding door de leerkracht)
screent. Bij geconstateerde problemen volgt een gesprek met de leerkracht en de ouders.
De leerling kan verwezen worden voor logopedische hulp. Tevens kunt u bij de leerkracht
aangeven wanneer u het wenselijk acht dat uw kind door de logopediste wordt onderzocht.
Mobiele telefoon
In deze tijd van moderne communicatie waarbij veel kinderen een eigen mobiele telefoon
hebben willen wij als school aangeven, dat wij eigen telefoontjes van de kinderen storend
vinden binnen ons onderwijs. Vandaar dat wij de telefoontjes weren op de school. In geval
van nood kan de schooltelefoon gebruikt worden om naar huis te bellen.
Mocht er toch een dringend geval zijn overleg dit op voorhand even met de leerkracht. Er
kan dan samen naar een oplossing gezocht worden.
Overblijven
De mogelijkheid bestaat om tussen de middag over te blijven. Het overblijven vindt plaats
onder toezicht van twee ouders. De verantwoordelijkheid ligt bij de directie van de school.
De vergoeding voor het overblijven wordt gebruikt voor een vergoeding voor de
overblijfmoeders en de aanschaf van spel-en knutselmateriaal voor de kinderen die
overblijven. De wettelijke aansprakelijkheidsverzekering van de school geldt ook tijdens het
overblijven.
Protocol internet gebruik
Ten aanzien van het gebruik van internet, hebben we op school afspraken gemaakt. U treft
ze aan in de bijlage: Protocol internetgebruik
Verkeersexamen
De groepen 7 en 8 doen mee aan het landelijk verkeersexamen. Bij groep 7 zal het
theoretische deel afgenomen worden en het praktische deel in groep 8.
BIJLAGE 1
Protocol internetgebruik
Vooraf
Sinds de school televisie, video en internetfaciliteiten heeft, kunnen
er beelden en programma's de school binnenkomen, die wij
ongeschikt achten voor de leerlingen. Te denken valt aan bepaalde
uitingen van geweld, seks en racisme. Met name door de
gemakkelijke toegang tot internet, is het risico op het binnenhalen
van ongewenst materiaal groot.
Het team van de OBS Hendrik Wester staat op het standpunt dat
ongewenste uitingen zoveel mogelijk moeten worden voorkomen,
zonder de leerlingen alle verantwoordelijkheid uit handen te
nemen. Het team ziet een mogelijkheid om leerlingen, onder
begeleiding, eigen verantwoordelijkheid bij te brengen. Het
omgaan met internet wordt op zich als leerpunt binnen de school
gezien.
Het team confronteert kinderen niet bewust met bovengenoemde uitingen. Het team van de
school zal leerlingen aanspreken op ongewenst (surf-, chat- en e-mail) gedrag.
Uitgangspunten
•
De school bevordert het verantwoordelijkheidsgevoel bij leerlingen door de toegang tot
internet en videobeelden te begeleiden.
•
Het team stelt kinderen niet bewust bloot aan videobeelden van geweld, seks en
racisme, die geen opvoedkundige bedoeling hebben (uitzondering is het school-tvweekjournaal voor groep 7 en 8).
•
Bij het vertonen van videofilms wordt de leeftijdscategorie in acht genomen, met dien
verstande dat films voor 12 jaar en ouder niet vertoond worden! De school ziet het als
opvoedkundige taak om kinderen ervan bewust te maken waarom bepaalde uitingen niet
door de beugel kunnen.
•
De school probeert zo mogelijk te voorkomen dat ongewenste uitingen de school
binnenkomen.
•
Leerlingen mogen beperkt internetten; personeel van de school kijkt als het ware "over
de schouder mee"; hoewel misbruik nooit vollédig uit te sluiten is. Daar waar ondanks alle
maatregelen toch misbruik wordt geconstateerd, zal adequaat worden opgetreden.
•
Het beleid wordt ouders/verzorgers meegedeeld in de schoolgids.
Regels voor het gebruik van de computers
Om te zorgen dat iedereen probleemloos gebruik kan maken van de beschikbare computers
gelden de volgende regels:
1. Internetten gebeurt alleen met toestemming van een leerkracht en niet zonder een
leerkracht in de nabijheid; in de pauzes wordt geen gebruik van internet gemaakt.
2. De school probeert de leerlingen bij te brengen welke zoekopdrachten wel en welke niet
relevant zijn bij het zoeken naar informatie op internet.
3. Bij het surfen op internet geldt dat het bewust zoeken van ongewenste uitingen en het
gebruiken van schuttingtaal als storend wordt opgevat en dus consequenties voor de
leerling heeft. Het bezoeken van discutabele sites is niet toegestaan.
4. Installatie software: dit is uitsluitend een taak van de ICT ‘er.
5. Leerlingen mogen geen privé software, dvd’s e.d. op de schoolcomputers gebruiken.
Voor leerkrachten geldt, dat – na overleg met de ICT ‘er - van deze regel kan worden
afgeweken.
6. Instellingen configuraties - geluid, beeldscherm, resoluties, screensavers e.d. - mogen
niet door gebruikers worden gewijzigd.
7. Afsluiten van computers doen we op correct wijze. Controle hierop berust bij betrokken
leerkracht.
8. Kopieën van softwareprogramma’s en/of muziek-cd’s mogen alleen na toestemming en
onder toezicht van een leerkracht worden gemaakt.
9. Chatten is alleen toegestaan onder toezicht van de leerkracht en is aan strikte regels
gebonden. M.a.w. chatten met leerlingen van andere scholen kan, mits dit binnen het
onderwijsconcept past.
10. Bestanden mogen alleen opgeslagen worden op diskettes.
11. Werkdiskettes blijven op school en gaan nooit mee naar huis. Reden hiervoor is: om het
gevaar van virussen te minimaliseren.
12. Het versturen van e-mail is toegestaan met gebruikmaking van eigen account. Misbruik
van inlogcodes leidt tot uitsluiting van computergebruik.
13. Het downloaden en uploaden is niet toegestaan, tenzij hiervoor uitdrukkelijk toestemming
is gegeven.
14. Bestanden/documenten printen mag, na toestemming van de leerkracht.
15. Het is niet toegestaan om privé gegevens via internet door te geven aan allerlei
instanties.
16. Bestellen van producten, lid worden van organisaties, aanmelden voor toezending van
magazines e.d. is niet toegestaan.
17. Gebruik van de scanner is toegestaan na toestemming van de leerkracht.
18. Na gebruik dient de werkplek neutraal te worden achtergelaten. D.w.z er blijven geen
stencils, boeken, pennen, enz. bij computers liggen.
19. In alle situaties, waarin dit protocol niet voorziet, beslist de betrokken leerkracht
en/of ICT ‘er.
BIJLAGE 2
Informatie verlof leerlingen buiten de schoolvakanties
1.
Vakantieverlof
Een verzoek om vakantieverlof op grond van artikel 13a van de Leerplichtwet 1969
dient minimaal twee maanden tevoren aan de directeur van de school te worden
voorgelegd.
Verlof indien:
wegens de specifieke aard van het beroep van een van de ouders het slechts
mogelijk is buiten de schoolvakanties op vakantie te gaan;
een werkgeversverklaring wordt overgelegd waaruit blijkt dat geen verlof
binnen de officiële schoolvakanties mogelijk is.
Vakantieverlof mag:
één maal per schooljaar worden verleend;
mag niet langer duren dan 10 schooldagen;
mag niet plaatsvinden in de eerste twee lesweken van het schooljaar.
2.
Gewichtige omstandigheden
Een verzoek om extra verlof in geval van gewichtige omstandigheden op grond van
het gesteld in artikel 14, lid 1 van de Leerplichtwet 1969 voor 10 schooldagen per
schooljaar of minder dient vooraf of binnen twee dagen na ontstaan van de
verhindering aan de directeur van de school te worden voorgelegd.
Hiervoor gelden de volgende voorwaarden:
a.
voor het voldoen aan de wettelijke verplichting, voor zover dit niet binnen de
lesuren kan geschieden;
b.
voor verhuizing voor ten hoogste 1 dag;
c.
voor het bijwonen van het huwelijk van bloed- of aanverwanten tot en met de
3e graad voor 1 of ten hoogste 2 dagen, afhankelijk of dit huwelijk wordt
gesloten in of buiten de woonplaats van de belanghebbende;
d.
bij ernstige ziekte van ouders of bloed- of aanverwanten tot en met de 3e
graad, duur in overleg met de directeur;
e.
bij overlijden van bloed- of aanverwanten in de 1e graad voor ten hoogste 4
dagen; van bloed- of aanverwanten in de 2e graad voor ten hoogste 2 dagen;
van bloed- en aanverwanten in de 3e of 4e graad ten hoogste 1 dag;
f.
bij 25-, 40- en 50-jarige ambtsjubileum en het 12½ -, 25, 40-, 50- en 60-jarige
huwelijksjubileum van ouders of grootouders voor 1 dag;
g.
voor andere naar het oordeel van de directeur belangrijke redenen, maar geen
vakantieverlof.
3.
Gewichtige omstandigheden meer dan 10 schooldagen per jaar
Een verzoek om extra verlof in geval van gewichtige omstandigheden op grond van
artikel 14, lid 3 van de Leerplichtwet 1969 voor meer dan 10 schooldagen per
schooljaar dient minimaal 1 maand tevoren via de directeur van de school, bij de
leerplichtambtenaar van de woongemeente te worden voorgelegd.
Verlof indien: de ouders een verklaring van een arts of een maatschappelijk
werk(st)er kunnen overleggen waaruit blijkt dat een verlof noodzakelijk is op grond
van medische of sociale indicatie betreffende een van de gezinsleden.