Basisdeel 2011-2015 OBS Hendrik Wester Burgemeester Snaterlaan 68c 9665 HS Oude Pekela Tel: 0597-613710 E-mail; [email protected] Website; www.obshendrikwester.nl Schoolgids Inhoudsopgave Voorwoord 1 Verklaring van de naam 1.1 Verklaring van de naam Hendrik Wester 1.2 Ontstaan van de school 2 2.1 2.2 2.2.1 2.2.2 2.3 2.4 Visie op onderwijs Op weg naar adaptief onderwijs Werkwijze van de school Wijze van aanbieden voor de kleuters Wijze van aanbieden voor groep 3 t/m 8 Computergebruik op school HVO 3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 De resultaten van het onderwijs Resultaten afgelopen schooljaar Rapportage per kind Rapportage op schoolniveau Kwaliteitsbeleid Groepsgrootte 4 4.1 4.2 4.3 Besteding verplichte onderwijstijd Aantal uren onderwijstijd per jaar per groep Schooltijden en pauzes Maatregelen om lesuitval te voorkomen en te bestrijden 5 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7 5.8 De zorg voor de kinderen Leerlingvolgsysteem Speciale zorg Onderwijskundig rapport Overgaan of niet Cito-entreetoets Cito-eindtoets Specifieke voorzieningen en de samenhang met het zorgplan Beleid ten aanzien van leerlinggebonden financiering 6 6.1 6.2 Het personeel Algemeen Scholing 7 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 7.7 De ouders Informatievoorziening naar de ouders Informatie over verstrekking onderwijskundig rapport Medezeggenschapsraad Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) Ouderwerkgroepen Ouderbijdrage Ouderactiviteiten 8 8.1 8.2 8.3 8.4 8.5 8.6 8.7 8.8 8.9 Rechten en plichten van ouders Schoolverzuim Leerplichtwet Regels voor toelating Regels voor schorsing en verwijdering Regeling overblijven, inclusief financiën Schoolverzekering: Wettelijke aansprakelijkheid Regels ondersteunende werkzaamheden door ouders Bereikbaarheid van de ouders Maatregelen om schoolverzuim tegen te gaan 9 9.1 Klachtenregeling Procedures op hoofdlijnen 10 Protocol sponsoring 11 11.1 11.2 11.3 11.4 Medicijnverstrekking op school Protocol medicijnverstrekking De betekenis van dit protocol Protocol op school Heeft u nog vragen? 12 Onderwerpen alfabetisch BIJLAGE 1 BIJLAGE 2 Protocol internetgebruik Informatie verlof buiten de schoolvakanties VOORWOORD Oude Pekela, Hierbij ontvangt u de schoolgids van de OBS Hendrik Wester. Deze schoolgids is bedoeld voor ouders van de leerlingen die al op school zitten. Tevens is het bedoeld voor ouders van leerlingen die nog een definitieve keuze voor basisonderwijs voor hun zoon of dochter moeten maken. Scholen hebben verschillende kwaliteiten. De manier van werken, de sfeer en dat wat kinderen er leren, geven die verschillen aan. De OBS Hendrik Wester is een school die leerlingen de kans biedt om in een goed opvoedkundig klimaat te leren. Wij willen leerlingen helpen om op te groeien tot zelfstandige volwassenen, die goed kunnen samenwerken en eigen keuzen kunnen maken. OBS Hendrik Wester is een resultaatgerichte, actieve, creatieve en flexibele school met oog voor rust, orde en verantwoordelijkheid van leerlingen, leerkrachten en ouders. Talenten en mogelijkheden die leerlingen hebben, willen wij samen met hen ontwikkelen. In de gids wordt o.a. de identiteit van de school, de organisatie van het onderwijs en de zorg voor de leerlingen beschreven. De inhoud van de schoolgids basisdeel blijft vier jaren van kracht. U zult deze niet ieder jaar opnieuw ontvangen. Naast deze schoolgids ontvangt u elk jaar een aanvullend deel met daarin de jaarlijks wisselende informatie. Zo kan iedereen op de hoogte blijven van allerlei zaken die op de school plaats vinden. We hopen er in geslaagd te zijn u zo volledig mogelijk te informeren, maar mocht u nog informatie missen, dan houden wij ons aanbevolen voor uw suggesties. Heeft u na het lezen van deze gids nog vragen, dan zijn wij altijd bereid het een en ander met u te bespreken. Maakt u gerust een afspraak. Directie OBS Hendrik Wester HOOFDSTUK 1 Verklaring van de naam 1.1 Verklaring van de naam Hendrik Wester De naam van de school is ontleend aan de in 1784 in Oude Pekela aangestelde schoolmeester Hendrik Wester. Een groot gedeelte van zijn leven (1752-1821) speelde zich af onder de Franse overheersing. Deze onrustige periode is aan Hendrik Wester niet ongemerkt voorbij gegaan. In de Franse tijd brak er voor het onderwijs een nieuwe periode aan. Er werd namelijk een scheiding tussen de kerk en de staat aangebracht, waarbij de school voortaan een staatszaak werd. Daardoor werden er agenten van nationale opvoeding aangesteld, waarvan Hendrik Wester er een was. Hendrik Wester werd daardoor onbezoldigd schoolopziener van het gebied Oldambt en Westerwolde. Hij spande zich vooral in om de leerwijze te verbeteren en gaf diverse scholingen aan de onderwijzers uit dat gebied. In de Martinikerk te Groningen is een gedenkteken voor hem opgericht en heeft een straat in zijn geboorteplaats Ten Boer zijn naam. Hij ligt op het kerkhof van de Nederlandse Hervormde Kerk te Oude Pekela begraven. 1.2 Ontstaan van de school De huidige OBS Hendrik Wester is een gefuseerde school. In 1994 werden drie kleinere openbare basisscholen gehuisvest in vijf gebouwen, gefuseerd tot één grote openbare basisschool die de naam Hendrik Wester kreeg. Een brand verwoestte de gehele inventaris en alle lesmaterialen. De school is vanaf 1996 gehuisvest in twee gebouwen. De locatie IJsbaanlaan is het hoofdgebouw in het centrum van Oude Pekela. Hier krijgen ± 200 leerlingen les, verdeeld over 8 groepen (de groepen 1 en 2 zijn gecombineerd). De locatie Hindersstraat is een dependance en staat ± 2 km verderop langs het Pekelder Diep. Hier krijgen ± 90 leerlingen les in 4 gecombineerde groepen. De school is in twee gebouwen gehuisvest en elk team legt binnen het uniforme schoolprogramma zijn eigen accenten. De teams hebben gekozen voor een flexibele, klassikale schoolorganisatie met mogelijkheden voor zelfstandig werken. Tijdens het zelfstandig werken kunnen wij meer afstemmen op de verschillen tussen individuele kinderen. De kinderen leren o.a. het werk plannen, samenwerken en naast een duidelijke instructie ook zelf oplossingen bedenken. Op deze wijze nemen ze zelf gedeeltelijk verantwoordelijkheid voor hun leerproces. Door middel van pictogrammen leren de kinderen om te gaan met uitgestelde aandacht. Deze werkwijze geeft de leerkracht de gelegenheid de kinderen meer individuele aandacht te geven. Organisatorisch vormen de tweelocaties één school: De OBS Hendrik Wester. HOOFDSTUK 2 Visie op onderwijs 2.1 Op weg naar adaptief onderwijs De school is vanaf 2004 voorzichtig gestart met het invoeren van het zelfstandig werken, de basis van het adaptief onderwijs. Dit heeft als doel om in de groepen minder klassikaal onderwijs te geven en meer te differentiëren. Om het zelfstandig werken goed in te voeren binnen ons onderwijs zal de leerkracht zich stap voor stap moeten ontwikkelen. U kunt hierbij denken aan de volgende ontwikkelingslijnen: Ontwikkelingslijn structuur Met de term 'structuur' wordt bedoeld: de manier waarop de school de leeromgeving inricht, leerkrachten voorspelbaar zijn in hun gedrag en leerstofplanning plaatsvindt. Met betrekking tot de leeromgeving geldt dat deze alleen dan tot exploratie uitlokt, wanneer leerlingen ervaren greep te hebben op hun leeromgeving en deze omgeving voor hen uitnodigend is. Door lessituaties voor kinderen voorspelbaar te maken, wordt basisveiligheid en rust in de groep gecreëerd. Leerstofplanning helpt tenslotte het handelen van de leerkracht verder te structureren. Ontwikkelingslijn interactie De term interactie duidt op de manier waarop leerkrachten met leerlingen, leerlingen onderling en leerlingen met hun leerkrachten omgaan. De interactie is zichtbaar in alledaagse communicatieprocessen als kringgesprekken, uitleg, beurten geven, samenwerken en schriftelijke correctie. Uit de kwaliteit van dergelijke interactieprocessen valt af te leiden of leerkrachten en leerlingen vertrouwen hebben in zichzelf, verantwoordelijkheid durven nemen voor het onderwijsleerproces en tot reflectie kunnen komen. De kwaliteit van de interactie, hangt samen met de ervaringen en motieven van de leerkracht en de leerling. Hun verwachtingen, sympathieën, vooroordelen en verklaringsgronden voor succes en falen spelen hierin een belangrijke rol. Ontwikkelingslijn zelfstandige leren Zelfstandig leren van kinderen is zowel doel als middel. Een zelfstandige leerhouding, onder meer blijkend uit de wijze waarop leerlingen hun eigen werk plannen en beoordelen, is voorwaarde voor leermotivatie en het kunnen nemen van verantwoordelijkheid. Bovendien geldt dat een zelfstandige leerhouding van kinderen de leerkracht in de gelegenheid stelt leerlingen apart of in kleine groepjes te ondersteunen. Ontwikkelingslijn instructie en feedback Weer Samen Naar School plaatst de kwaliteit van instructie geven in het middelpunt van de belangstelling. De leerverschillen tussen kinderen worden groter en de leerproblematieken ernstiger. Met instructie en diagnostiek wordt de aandacht bepaald bij de manier waarop leerkrachten de ontwikkeling van leerlingen volgen, hun doelen stellen, uitleg geven en daarin variatie bieden en lesmethodes en andere leermiddelen inzetten. Ontwikkelingslijn coöperatief leren Samenwerken van leerlingen kan een belangrijke basis bieden voor het competentiegevoel van een kind. Competentiegevoel ontstaat niet alleen uit een positieve zelfanalyse naar aanleiding van uitgevoerde taken, maar ook uit positieve, gerichte en frequente feedback vanuit de omgeving, i.c. door een medeleerling. Hierbij is de manier waarop leerkrachten kinderen laten samenwerken en elkaar laten ondersteunen tijdens het leerproces van bepalende betekenis. Kinderen moeten leren samen te werken; het gaat niet vanzelfsprekend. Ontwikkelingslijn teamleren Op weg naar een adaptieve school is een zaak waarbij de gehele schoolorganisatie betrokken is. Het is niet alleen een zaak van de directie. Het hele schoolteam neemt verantwoordelijkheid voor de afstemming van het onderwijs op de behoeften van alle kinderen. Dit betekent dat diverse samenwerkingsrelaties binnen het schoolteam worden vormgegeven, bedoeld om uiteenlopende werkproblemen op te lossen of hanteerbaar te maken. Het betekent ook dat er tijd beschikbaar wordt gemaakt voor gezamenlijke reflectie, het verhelderen van werkconcepten, persoonlijke en gedeelde visieontwikkeling, teamsgewijze training en evaluatie. Ontwikkelingslijn planningssysteem Instructie op maat en preventieve leerlingenzorg zien wij als centrale opgaven voor onze school. Dit kan niet zonder een adequaat planningssysteem. Concreet gaat het hierbij om zaken als: leerlingenadministratie, groepsplannen, de intake van jonge kinderen en besprekingen rond de (stagnerende) ontwikkeling die kinderen doormaken. Het planningssysteem is niet zozeer gericht op het wegwerken van achterstanden bij kinderen. Hiermee is meer bedoeld om het onderwijsaanbod af te stemmen op de mogelijkheden en behoeften van kinderen. Het is in die zin meer op preventie gericht. Stuk voor stuk vinden de ontwikkelingslijnen hun wortels in verschillende theorieën en modellen die een bijdrage kunnen leveren aan onderwijs waarbij ingespeeld wordt op de competentie- (ik kan het), autonomie (ik kan het zelf) en relatiebehoeften van kinderen (hoe ga je met elkaar om). Het inspelen op deze basisbehoeften van kinderen leidt tot actieve en gemotiveerde leerlingen die zichzelf ontwikkelen. Dit willen wij realiseren door in de omgang met kinderen, tijdens het lesgeven en in de klassenorganisatie te zorgen voor: - voldoende uitdaging, - ondersteuning op momenten waarop daar behoefte aan is en - vertrouwen in kinderen te uiten. Deze ontwikkelingslijnen zullen in de loop van de jaren in een meerjarenplan uitgezet worden. Waar staan wij voor Wij zijn een openbare school waar kinderen zo optimaal mogelijk begeleid worden in hun ontwikkeling naar een volwaardig mens in de maatschappij. De school is breed toegankelijk voor alle gezindten, rassen en culturen zonder onderscheid maar wel met eerbiediging van godsdienst of levensbeschouwing. Leerkrachten en leerlingen werken samen en respecteren elkaar in hun verschillen. Onze school behoort tot de groep openbare scholen in de gemeente Pekela. Begeleiding De school biedt veiligheid, zekerheid en geborgenheid in een klimaat van waardering en bemoediging. Kinderen hebben het vertrouwen in hun leerkracht en in elkaar nodig. Ze moeten zich veilig voelen en daardoor vertrouwen en zelfvertrouwen ontwikkelen. Leerkrachten begeleiden de kinderen om vaardigheden (sociaal, creatief, emotioneel en cognitief) te ontwikkelen. Wij vinden dat het gehele proces van opvoeden dient te leiden tot zelfstandigheid, waaraan het kind actief dient deel te nemen. Wij zijn ons ervan bewust dat het kind zelf iemand wil zijn. Te denken valt aan: een gevoel van eigenwaarde, zelfkritiek, leren opkomen voor jezelf en voor anderen, solidariteit en dienstbaarheid, verantwoordelijk leren zijn voor je eigen handelen. Dat kan alleen wanneer het kind zich veilig voelt op school. Het pedagogische klimaat waarin gewerkt en geleefd wordt binnen de groepssituatie is hiervoor bepalend. Bij ons kenmerkt het pedagogische klimaat zich door: • een stimulerende leer-/werkomgeving voor activiteiten en de ontwikkeling van de kinderen. We houden die omgeving zo overzichtelijk en rustig mogelijk. Pas in een rustige werksfeer komt een kind naar ons inzicht tot leren. • een kindvriendelijke sfeer waarbij aandacht is voor de behoefte van kinderen aan liefde, beweging, zelfstandigheid, veiligheid en duidelijkheid. • de samenwerking tussen de kinderen. • de vertrouwensrelatie met de leerkracht en tussen de leerkracht en de ouders. Ontwikkeling Kinderen hebben een aangeboren nieuwsgierigheid. Een kind dat wil leren zal datgene doen wat nodig is voor zijn ontwikkeling. Leren is een actief en bewust proces. De wegen waarlangs de resultaten worden bereikt lopen uiteen. De school biedt uitdaging en spreekt het ontwikkelingsvermogen van het kind aan. De leerkracht volgt zoveel mogelijk de ontwikkeling en het leerproces van het kind. In de Wet Primair Onderwijs staat dat het onderwijs zodanig moet worden ingericht dat de leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen. Ook staat er omschreven welke vakken de kinderen moeten leren en van elk vak zijn de kerndoelen aangegeven. In de door ons gekozen methoden staat in ieder geval de verplichte leerstof. De leerkracht deelt het schooljaar in en zorgt ervoor dat alle leerstof behandeld wordt. Uitgaande van deze doelen is het onderwijs op de Hendrik Wester gebaseerd op vier uitgangspunten: 1. Een ordelijk, zorgzaam en veilig school- en leerklimaat Op de Hendrik Wester gaat het om goed onderwijs waarbij iedereen ordelijk met elkaar omgaat en weet wat wel en niet kan, zowel binnen als buiten de groep. Het kind moet met plezier naar school gaan en zich veilig voelen. 2. Hoge eisen aan het leerproces De school stelt niet alleen eisen aan het leerresultaat, maar ook aan de leerweg door gebruik te maken van goede methoden en leermiddelen. 3. Systematische evaluatie van de leerprestaties 4. Op systematische wijze worden de leerlingen middels methodegebonden toetsen en het CITO-leerlingvolgsysteem getoetst in hun leerprestaties. Een gestructureerd zorgsysteem Het zorgsysteem en het leerlingvolgsysteem zijn er op gericht om de zorg en ontwikkeling van de leerlingen in de groep zo goed mogelijk te laten plaatsvinden. Volwaardig mens in de maatschappij Kinderen leven in een steeds veranderende maatschappij. De school bevordert de zelfstandigheid van kinderen, schenkt aandacht aan het leren problemen oplossen en bevordert het kritisch en zelfstandig denken. De kinderen leren keuzes maken en die te verantwoorden. De kinderen leren samen te werken en anderen te accepteren. Het sociale leren wordt bevorderd. Onze school vervult deze taak door middel van: • projecten n.a.v. actuele ontwikkelingen of onderwerpen (bijv. kinderboekenweek, Watchproject) • klassengesprekken • methoden die voldoen aan de kerndoelen • het vervullen van individuele opdrachten en groepsopdrachten • excursies • "mensen vanuit de praktijk" binnen te halen en te laten vertellen over hun vakgebied en belangstellingswereld. • schooltelevisie-uitzendingen waarin actuele zaken worden belicht. 2.2 Organisatie van de school Groepsverdeling Groep Groep 1/2 a Groep 1/2 b Groep 1/2 c Groep 3 Groep 3/4 Groep 5/6 Groep 7 Groep 8 Leerkrachten Greetje en Manon (vr) Tina en Maja (do, tot de kerst) Katinka en Claudia (vr) Kratia en Maja (wo) Ineke (wo en do, vr tot de kerst) en Maja (ma, di en vr na de kerst) Claudia (di t/m do) en Simon (ma en vr) Theo (ma t/m wo en vr) en Manon (do) Jolien (ma en di) en Mariska (wo t/m vr) 2.2.1 Wijze van aanbieden voor de kleuters De kleuters (groep 1 en 2) leren voornamelijk op spelende wijze. Omdat de kleuters nog erg moeten wennen aan de schoolse situatie zal in groep 1 veel aandacht worden geschonken aan "je veilig voelen". In een speelse situatie zullen de kinderen in aanraking komen met allerlei vaardigheden die ze nodig hebben voor hun verdere ontwikkeling. In de kleutergroepen wordt gewerkt vanuit de gedachte om vanuit het spel te komen tot leersituaties. Vandaar de term "spelend leren". In groep 1 en 2 wordt hoofdzakelijk thematisch gewerkt. De activiteiten worden zo gekozen, dat ze stimulerend zijn voor de motoriek, het verstand, de creativiteit, de sociale vaardigheden en het eigen gevoelsleven. 2.2.2 Wijze van aanbieden voor groep 3 t/m 8 Vanaf groep 3 tot en met groep 8 kiezen wij voor een minder klassikale onderwijsvorm. Dit betekent dat we op school zowel klassikaal lesgeven, maar ook lesmomenten met aandacht voor het individuele kind het zogenaamde zelfstandig werken. Zo is er voldoende aandacht voor differentiatie in de leerstof. Dit betekent dat alle kinderen de basisstof krijgen aangeboden maar dat er daarnaast ook extra zorg gegeven kan worden aan kinderen die dat nodig hebben. Dit gebeurt d.m.v. dag- en weektaken, zodat we precies weten en bij kunnen houden waar de kinderen mee bezig zijn. Op deze wijze denken wij recht te doen aan de basisbehoefte, competentie (ik kan het), autonomie (ik kan het zelf) en relatie (ik hoor ergens bij), van de kinderen. Alle kinderen kunnen, binnen de grenzen van het kind en de leerkrachten de school binnen acht jaar afmaken. Orde, rust en regelmaat blijft op onze school een belangrijke rol spelen. zonder dat het wordt opgelegd. De ervaring leert dat kinderen het als prettig ervaren om hierin te functioneren. Op de locatie AZS wordt zoveel mogelijk individueel en in niveaugroepen gewerkt. Vanaf groep 3 geven we methodisch onderwijs. Per vak hanteren we een onderwijsmethode van waaruit we met de kinderen werken. Vak Rekenen Taal Lezen Schrijven Engelse taal Aardrijkskunde Geschiedenis Natuuronderwijs Verkeer Bewegingsonderwijs Methode Reken Zeker Schatkist Veilig leren lezen (V.L.L. versie 3) Taalactief Schooltaal (AZC) Horen, zien en schrijven (AZC) Prisma Project (AZC) Veilig leren lezen Goed gelezen Lezen doe je overal (AZC) Pennenstreken Hello World Een wereld van verschil Tijdstip Leefwereld Klaar Over! Spelen met kleuters Basisdocument bewegingsonderwijs Groep Groep 1 t/m 8 Groep 1 en 2 Groep 3 Groep 3 t/m 8 Groep 3 Groep 4 t/m 8 loc IJ: Groep 2 t/m 8 loc H: groep 2 t/m 8 Groep 7 en 8 Groep 5 t/m 8 Groep 3 t/m 8 Groep 5 t/m 8 Groep 3 t/m 8 Groep 1 en 2 Groep 1 t/m 8 2.3 Computergebruik Naast deze methoden is de computer niet meer weg te denken in het onderwijs. Op de Hendrik Wester staan in alle lokalen minimaal twee computers die voornamelijk ingezet worden voor rekenen, taal-lezen, spelling en aardrijkskunde. Het gaat hierbij om het oefenen en automatiseren van bepaalde deelvaardigheden. In de groepen 1 en 2 zijn het vooral spelletjes in de vorm van praatplaten, mozaïeken, memorie en muisvaardigheidsspelletjes. 2.4 Godsdienst / HVO De leerlingen van groep 7 kunnen humanistisch vormingsonderwijs volgen. De leerlingen van groep 8 kunnen godsdienstonderwijs volgen. Ouders die bezwaar hebben tegen deze lessen kunnen dit schriftelijk meedelen aan de directie. HOOFDSTUK 3 De resultaten van het onderwijs 3.1 Resultaten afgelopen schooljaar Bij de verslaggeving over kwaliteit en resultaat valt zeker niet alleen te denken aan meetbare resultaten; bijvoorbeeld de cijfers op het rapport, de CITO-toetsen of de verwijzing naar het voortgezet onderwijs. Kwaliteit en resultaat van het opvoeden en onderwijzen hangen af van veel factoren zoals o.a. • De sfeer op school • De wijze waarop de leerling dagelijks wordt begeleid • Hoe het dagelijkse werk van kinderen wordt bekeken en beoordeeld als ook de middelen, die worden gebruikt om de leerlingen te volgen. Als we het over resultaten of rapportage hebben, zullen we dat afstemmen op de voortgang van het kind. Het gaat op onze school om de totale ontwikkeling van het kind. Kinderen zijn uniek, niet gelijk en niet vergelijkbaar maar wel gelijkwaardig. We kijken enerzijds naar de kinderen en anderzijds naar het resultaat van ons onderwijs. 3.2 Rapportage per kind De leerkrachten geven drie keer per jaar een rapport mee over de vorderingen van de kinderen. Dit rapport wordt tijdens de 10 minuten gesprekken overhandigd. Bij de 10 minuten gesprekken krijgt u aanvullende informatie over uw kind. Bij het laatste rapport zal, indien hier aanleiding toe is, de ouders naast de rapportagegesprekken ook uitgenodigd kunnen worden voor een gesprek. Het is voor u, als ouder, ook altijd mogelijk een gesprek aan te vragen bij de leerkracht van uw kind. De school beschikt over het CITO-leerlingenvolgsysteem. Ieder kind wordt op vastgestelde tijden getoetst op de vakgebieden taal/lezen en rekenen. Deze toetsen zijn niet aan een methode gebonden en geven ons landelijke gemiddelden. De methoden voor de vakgebieden, die wij hanteren op school, bevatten ook toetsen. Beide resultatenoverzichten geven ons een duidelijk beeld van de vorderingen van een kind. In groep 7 toetsen wij de leerlingen via de CITO-entreetoets. Deze toets geeft aan op welke onderdelen de kinderen in groep 8 extra ondersteuning nodig hebben en geeft een indicatie wat betreft de doorstroming naar het voortgezet onderwijs. De leerkracht bespreekt deze toets met u op de contactavond. In groep 8 toetsen wij de leerlingen via de CITO eindtoets. De leerkracht bespreekt deze toets met u op de contactavond. 3.3 Rapportage op schoolniveau Regelmatig evalueren wij welke resultaten er zijn op onze goede voornemens. Ook kijken wij hierbij niet alleen naar cijfers en tastbare resultaten. Naar aanleiding van deze evaluaties maakt de school beleid. Zo beschikken wij naast deze schoolgids over een school(jaar)plan voor onze school, waarin het beleid jaarlijks wordt beschreven en een meerjarenplanning voor vier jaar is vastgelegd. Het schoolplan wordt in de MR besproken en is op school in te zien voor belangstellenden. 3.4 Kwaliteitsbeleid Het leerlingvolgsysteem (toetsen, observaties) biedt ons goede mogelijkheden de vorderingen van de leerlingen in kaart te brengen. Om de resultaten voor onze school de komende jaren te optimaliseren zijn we bezig met het invoeren van een kwaliteitssysteem. Dit houdt o.a. in: • POP (persoonlijk ontwikkelingsplan) – en/of functioneringsgesprekken met elke leerkracht • scholing zowel op team- als individueel niveau • zorgvergaderingen • • controle op de leerresultaten samenwerking met externe instanties zoals: CEDIN (=Onderwijs Begeleidingsdienst), GGD Groningen, PCL (SO en VO), Samenwerkingsverband WSNS, VO. 3.5 Groepsgrootte We proberen de groepen 1,2 en 3 zo klein mogelijk te houden. Wij zijn namelijk van mening dat de jongste kinderen extra aandacht moeten krijgen om een goede basis te leggen voor het vervolg van hun schoolcarrière. Vanuit de gemeente krijgen we extra gelden om eventuele knelpunten te bestrijden. HOOFDSTUK 4 Besteding verplichte onderwijstijd 4.1 Aantal uren onderwijstijd per jaar per groep Het is een verplichting dat groep 1 t/m 8 in totaal 7520 uur les krijgen over acht schooljaren. We hebben gekozen voor een doorgaande lijn van 1 t/m 8 qua lesuren. Dit betekent dat binnen vier jaar alle kinderen dezelfde lestijden hebben. ’s Ochtends gaan alle leerlingen naar school van 08.30 uur tot 12.00 uur. Op woensdag en vrijdag gaan de kinderen echter tot 12.15 uur naar school. Woensdagmiddag zijn alle kinderen vrij. ’s Middags gaan de kinderen naar school van 13.15 tot 15.15 uur. Uitzonderingen op de "gewone"schooltijden 4.2 Schooltijden en pauzes Van 8.15-8.30 uur is er toezicht op het plein. Indien kinderen vóór die tijd al op het schoolplein aanwezig zijn draagt de school hier geen verantwoordelijkheid voor! Voor de groepen 1/2 is de deur vanaf 08.15 uur open. De lessen beginnen om 08.30 uur. Wij stellen het op prijs als de kinderen dan ook in hun lokaal zijn. Tussen 08.15 uur en 08.30 uur kunnen de ouders altijd even een praatje maken met de leerkracht van hun kind, maar daarna willen we graag beginnen met de les. Van 13.00-13.15 uur is er toezicht op het plein. Wij verzoeken de ouders de kinderen niet eerder naar school te laten gaan. Voor de kinderen van groep 1/2 is de deur open om 13.00 uur. De pauzes zijn ’s ochtends tussen 10.00-10.15 / 10.15-10.30 afhankelijk van de groep en de locatie. Voor of nadat de kinderen naar buiten gaan mogen de kinderen meegebracht fruit, "gezond" drinken of brood nuttigen. Het gaat om een klein hapje tussendoor. 4.3 Maatregelen om lesuitval te voorkomen en te bestrijden Als een leerkracht ziek is, of verlof heeft, wordt direct geprobeerd een vervang(ster)er te vinden die de groep kan overnemen. De school doet daarbij een beroep op invalpool van het S.O.O.O.G. Als er geen invalleerkrachten beschikbaar zijn gaan we kijken of leerlingen van de desbetreffende klas verdeeld kunnen worden over andere groepen. Dit is afhankelijk van de grootte van de groepen en de leeftijd van de leerlingen. Mocht dit alles niet mogelijk zijn, dan zijn we genoodzaakt de kinderen vrij te geven. U krijgt minstens een dag van tevoren hierover schriftelijk bericht, behoudens bij ziekte. HOOFDSTUK 5 De zorg voor de kinderen 5.1 Leerlingvolgsysteem Wij nemen toetsen af van groep 1 t/m groep 8. Dit gebeurt o.a. met het CITOleerlingvolgsysteem. De toetsen die worden afgenomen zijn: taal voor kleuters, ordenen, technisch lezen, begrijpend lezen, spelling en rekenen. Door het afnemen van deze toetsen en het uitvoeren van observaties brengen wij vorderingen van de kinderen in kaart. Als de ontwikkeling van een kind moeizaam verloopt, wordt dit middels het leerlingvolgsysteem snel duidelijk. Onze school houdt rekening met de individuele verschillen tussen de kinderen. Het ene kind ontwikkelt zich nu eenmaal sneller dan het andere. Daarom is het noodzakelijk dat wij zowel leerprestaties als ook de algemene ontwikkeling van de kinderen nauwlettend volgen. Vanaf groep 1 worden er geregeld landelijk genormeerde toetsen afgenomen. De resultaten geven een goed overzicht van de ontwikkeling die een kind doormaakt gedurende het verblijf op de basisschool. Ook dan kan uit de resultaten worden afgelezen hoe de vorderingen van dit kind zijn ten opzichte van de leeftijdgenoten en hoe de resultaten van deze school zich verhouden tot het landelijk gemiddelde. Naast de Cito-toetsen worden op gezette tijden de bij de methode behorende toetsen afgenomen. 5.2 Speciale zorg Hulp bieden aan kinderen, die extra zorg nodig hebben is een vast gegeven op onze school. Onze organisatie is erop gericht om kinderen die speciale zorg nodig hebben, te begeleiden. De leerlingenzorg vindt voor een groot gedeelte binnen de groep plaats, altijd onder verantwoordelijkheid van de groepsleerkracht. De leerkracht wordt hierbij geholpen door twee Interne Begeleiders (IB-er) Deze zijn in staat om didactisch onderzoek te doen. De leerkracht maakt in overleg met de IBer een handelingsplan. Zo’n hulpprogramma wordt meestal op school gedaan. Het is zo opgezet dat er in de klas mee kan worden gewerkt. In zeer bijzondere gevallen komt het voor dat een kind apart of in een kleine groep wordt geholpen (remedial teaching). We registreren alles zeer nauwgezet en bespreken de stand van zaken in het team middels leerlingenbesprekingen. Na enige tijd wordt het programma aangepast of beëindigd. Mocht uw kind in aanmerking komen voor extra hulp, dan hoort u dit zo snel mogelijk van de leerkracht. Alle gegevens worden vastgelegd en zorgvuldig opgeborgen in het leerlingendossier. Dit dossier is vertrouwelijk, maar u heeft als ouders vanzelfsprekend het recht om dit dossier in te zien. 5.3 Onderwijskundig rapport Als leerlingen tussentijds naar een andere basisschool gaan, wordt een onderwijskundig rapport opgesteld en opgestuurd naar de betreffende school. 5.4 Overgaan of niet Eén van de uitgangspunten van de basisschool is dat de leerlingen niet kunnen blijven zitten. Toch zijn we daar in het onderwijs nog niet aan toe en de vraag is of we daar ooit aan toe zullen komen. Het kan dus voorkomen, dat wij ouders mededelen dat hun kind het een jaartje over moet doen. We bieden het kind alleen de gelegenheid voor een extra leerjaar als wij verwachten dat we het kind er echt een dienst mee bewijzen. Dit is altijd een beslissing van het team. 5.5 Cito-entreetoets De leerlingen van groep 7 maken in de maanden april, mei of juni de Entreetoets van het Centraal Instituut voor Toetsontwikkeling (CITO). Deze toets is bedoeld om de kennis van de leerlingen aan het eind van groep 7 in kaart te brengen. Gedurende de eerste helft van groep 8 kan er dan gewerkt worden aan het opvullen van de eventuele hiaten. De Entreetoets toetst de leerstofgebieden rekenen, taal en informatieverwerking. Bij dit laatste gaat om het hanteren van bijvoorbeeld naslagwerken, woordenboeken en atlassen en het lezen van grafieken en tabellen. 5.6 Cito-eindtoets De leerlingen van groep acht doen jaarlijks mee aan de afname van de Cito-Eindtoets Basisonderwijs. Deze afname heeft plaats op een door het Cito vastgestelde datum in de eerste week van februari. De toets mag niet op een andere datum of op een ander tijdstip worden afgenomen ter voorkoming van fraude. De Eindtoets Basisonderwijs toetst de kennisgebieden rekenen, taal, informatieverwerking en wereldoriëntatie (aardrijkskunde, geschiedenis, natuuronderwijs, maatschappelijke verhoudingen). HOOFDSTUK 6 Het personeel 6.1 Algemeen De groepsleerkracht is voor de kinderen en voor de ouders/verzorgers van die kinderen de verantwoordelijke persoon en voor vragen en opmerkingen de eerst de eerst aangewezen persoon. In elke groep kan regelmatig een andere leerkracht komen i.v.m. de ADV invulling, parttime leerkrachten en bij ziekte van leerkrachten. Alle taken die naast het werken in een groep overblijven worden in goed overleg onder de leerkrachten verdeeld. De schoolcoördinatorvervult op school een centrale rol. Uiteindelijk heeft hij de verantwoordelijkheid voor alles wat er in de school gebeurt. De eindverantwoordelijkheid zal bij de clusterdirecteur liggen. Wij vinden het echter belangrijk dat alle teamleden verantwoordelijkheid dragen voor de totale school. Op die manier weten we ons allemaal verbonden met de school en nemen daar ook verantwoordelijkheid voor. 6.2 Scholing De leerkrachten nemen regelmatig deel aan scholing. Deze scholing wordt gevolgd vanuit het belang van de algemene schoolontwikkeling of individuele ontwikkelingswensen. De meeste scholing vindt plaats buiten schooltijden. Het kan ook voorkomen dat een scholingsmoment van het gehele team of een individueel teamlid tijdens schooluren plaats vindt. In die gevallen wordt u tijdig op de hoogte gesteld over vervanging of extra vrije momenten voor de kinderen. HOOFDSTUK 7 De ouders Het onderwijs is gebaat bij daadwerkelijke betrokkenheid bij de school. Op verschillende gebieden zijn de ouders actief in onze school. We streven naar een open relatie met de ouders. 7.1 Informatievoorziening naar de ouders De kinderen ontvangen maandelijks een nieuwsbrief met wetenswaardigheden en mededelingen van de school. Op deze manier blijft u op de hoogte van de actuele situatie. De school heeft een aantal vaste momenten in het schooljaar gepland om met de ouders te spreken: • Allereerst is dat de informatieavond aan het begin van het schooljaar. U kunt dan zien en horen hoe er in een groep wordt gewerkt. U ziet de lesmaterialen en krijgt uitleg over de leerprogramma’s. • Verder zijn er een aantal contactavonden, waar u met de groepsleerkracht in tienminuten gesprekken kunt praten over de leerresultaten van uw kind en het werk kunt inzien. Voor de groepen 3 t/m 8 krijgen de ouders het rapport van hun kind mee. Groep 1 en groep 2: twee contactavonden en er zijn tevens informele avonden. Groep 3 t/m 8: drie contactavonden. • Op een zakelijke ouderavond legt de MR verantwoording af en vertelt over de onderwerpen waar zij mee bezig is. • U bent overigens altijd welkom voor een gesprek over uw kind. Hiervoor kunt u een afspraak maken met de groepsleerkracht. 7.2 Informatie over verstrekking onderwijskundig rapport Wanneer een leerling onze school verlaat omdat hij/ zij gaat verhuizen, worden alle relevante gegevens uit het leerling volgsysteem en dossier naar de nieuwe school gestuurd. Bij deze gegevens wordt een beknopt onderwijskundig rapport gevoegd. Dit rapport bevat informatie over de gebruikte methoden en de vorderingen van de leerling. Eventuele bijzonderheden worden ook in dit rapport vermeld. De ouders hebben in principe inzicht in de gegevens die wij naar de nieuwe school van de leerling sturen. Leerlingen die problemen hebben met de leerstof of leerlingen die in sociaal/ emotioneel opzicht niet goed functioneren, worden aangemeld voor een onderzoek bij de onderwijs begeleidingsdienst. In dit geval wordt een uitgebreid onderwijskundig rapport ingevuld. Dit rapport wordt besproken met de ouders en de ouders kunnen een kopie van dit rapport krijgen. Ook als de leerling wordt aangemeld bij de PCL wordt er een onderwijskundig rapport ingevuld. Evenzo als er een aanvraag wordt gedaan voor speciaal onderwijs, dan wel een rugzak. Het gaat dan om plaatsing op het speciaal onderwijs of om ambulante begeleiding waardoor de leerling toch bij ons op school kan blijven. 7.3 Medezeggenschapsraad De medezeggenschapsraad is het officiële orgaan dat de belangen van de school, ouders, leerlingen en leerkrachten behartigt. De rechten en plichten van de medezeggenschapsraad zijn in een reglement vastgelegd. Vergaderingen van de medezeggenschapsraad zijn openbaar. Verkiezingen voor nieuwe leden worden één keer in de twee jaar gehouden. De MR bestaat uit leerkrachten en ouders. 7.5 Ouderwerkgroepen De ouderwerkgroep zijn ouders die meehelpen bij activiteiten op school. Ze organiseren samen met het team de activiteiten en feesten bij ons op school. De kosten hiervan worden betaald uit de ouderbijdrage. 7.6 Vrijwillige ouderbijdrage Onze school vraagt van de ouders een vrijwillige bijdrage om de activiteiten te kunnen bekostigen waarin de rijksvergoeding niet voorziet. Te denken valt aan: Sint Maarten, Sinterklaas, Kerstfeest, sport en spelactiviteiten. De hoogte van de vrijwillige ouderbijdrage en de besteding ervan wordt door de MR jaarlijks vastgesteld. Aan het begin van het schooljaar ontvangt u een nota waarop het totaalbedrag voor uw kind(eren) vermeld staat met het verzoek deze zo snel mogelijk te betalen. Als u niet in staat bent om te betalen vragen wij u contact op te nemen met de directie, er kan dan een regeling worden getroffen. Indien u geen vrijwillige ouderbijdrage betaalt, kan het gevolg zijn dat de school besluit dat bepaalde activiteiten niet meer kunnen plaatsvinden. De ouderbijdrage innen we bij voorkeur d.m.v. automatische incasso maar kan ook overgemaakt worden op onze bankrekening. Ouders van leerlingen die tijdens het schooljaar instromen, betalen een aangepast bedrag. Rekeningnummer ouderbijdrage: Rabobank 3826.43.216., t.n.v. obs Hendrik Wester, inzake ouderbijdrage 7.7 Ouderactiviteiten. Als ouder kunt u op verschillende manieren actief betrokken zijn bij de school. U kunt zich beschikbaar stellen voor de MR en de ouderwerkgroepen. Er zijn echter nog vele werkzaamheden waarbij uw hulp welkom is. Voor informatie kunt u terecht bij de schoolleiding. Hoofdstuk 8 Rechten en plichten van ouders 8.1 Schoolverzuim Als uw kind ziek is of om andere redenen de school niet kan bezoeken, dan horen we dit graag voor aanvang van de lessen. Als een kind binnen een kwartier na aanvang van de lessen, zonder dat hiervan melding is gemaakt, niet op school aanwezig is, nemen we contact met u op. We maken ons dan ongerust over het wegblijven van uw kind. Dagelijks wordt de aan- en afwezigheid van uw kind geregistreerd. Bij geregeld terugkerende absentie, al of niet doorgegeven, wordt contact met de ouders opgenomen om over dit verzuim te spreken. Als een leerling meer dan twee achtereenvolgende lesdagen zonder geldige reden verzuimt, moeten wij dit doorgeven aan de leerplichtambtenaar van onze gemeente. Ook kan de leerplichtambtenaar worden ingeschakeld als we het verzuim van uw kind zorgwekkend vinden. Gelukkig hebben we heel weinig te maken met ongeoorloofd schoolverzuim. We streven naar een optimaal gebruik van de tijd. Dit betekent dat we op tijd beginnen. Het betekent ook dat we de tijd effectief gebruiken door ons onderwijs goed te organiseren. Daarom hebben we onder schooltijd doorgaans geen tijd voor een (telefoon)gesprek. Na schooltijd bent u altijd welkom. Voor afwezigheid van uw kind, behalve bij ziekte, moet u vooraf toestemming vragen aan de directie. Op een daarvoor bestemd aanvraagformulier, dat u bij de groepsleerkracht kunt krijgen, vult u de datum en reden van de absentie in. De directie zal u zo spoedig mogelijk na het indienen van het formulier schriftelijk meedelen of aan uw verzoek tegemoet gekomen kan worden. U moet zich houden aan de vastgestelde schoolvakanties. Verlof, voor een gezinsvakantie buiten de gestelde schoolvakanties om, is meestal niet mogelijk. De leerplichtwet biedt hiervoor slechts één mogelijkheid. Toestemming is alleen mogelijk, indien de "specifieke aard van het beroep" van één van de ouders het noodzakelijk maakt om buiten de zomervakantie op vakantie te gaan. Alleen in die gevallen mag de directeur hooguit één keer per jaar toestemming verlenen voor maximaal tien schooldagen. De directeur mag geen toestemming verlenen als het de eerste twee weken van het schooljaar betreft. Met “specifieke aard van het beroep” worden seizoensgebonden werkzaamheden bedoeld of werkzaamheden in de bedrijfstakken die in de zomermaanden een piekdrukte kennen, waardoor het voor het gezin onmogelijk is om in die periode vakantie te nemen. Leerplichtige kinderen kunnen alleen vrij van school krijgen bij gewichtige omstandigheden. In bijlage 2 treft u alle spelregels aan. Het eerder met vakantie gaan om de drukte voor te zijn, of omdat het goedkoper is, is dus niet mogelijk. U kunt van de directie niet verwachten dat u daarvoor toestemming krijgt. Indien een aanvraag om vrijstelling van de leerplicht meer dan tien schooldagen omvat, moet u zich tot de gemeentelijke leerplichtambtenaar wenden. In hele bijzondere gevallen kan daarvan afgeweken worden. Er mag nooit toestemming gegeven worden als het gaat om de eerste twee weken na de zomervakantie. Over het algemeen zijn we bereid, binnen de bestaande regels, soepel om te gaan met uw verlofaanvraag. Wanneer we echter vermoeden dat er misbruik van de situatie gemaakt wordt, schakelen we de leerplichtambtenaar in. We zijn als school verplicht onterechte afwezigheid van twee dagen of langer te melden bij de leerplichtambtenaar. Het gevolg kan zijn dat er een proces verbaal tegen u opgemaakt wordt op grond waarvan de rechtbank u een boete kan opleggen. Bij afwezigheid wegens ziekte kunt u de school daarvan in kennis stellen, bij voorkeur ’s ochtends tussen 8.15 en 8.30 uur. Stichting Openbaar Onderwijs Oost Groningen Organisatie OBS Hendrik Wester valt onder de verantwoordelijkheid van de Stichting Openbaar Onderwijs Oost Groningen. De stichting is in beheers- en beleidsmatig opzicht verantwoordelijk voor het openbaar basisonderwijs in de gemeenten Bellingwedde, Oldambt en Pekela. De stichting omvat met ingang van het schooljaar 2014-2015 23 basisscholen, 1 nevenvestiging, 1 school voor speciaal basisonderwijs en 1 ZMLK school, waar ca. 330 leerkrachten zorg hebben voor ca. 3400 leerlingen. De Stichting Openbaar Onderwijs oost Groningen onderschrijft de Code Goed Bestuur. Het bestuursmodel van de Stichting Openbaar Onderwijs Oost Groningen is gebaseerd op een scheiding van de functies van besturen en toezicht houden. Het College van Bestuur voert de werkgeverstaak uit en stuurt de organisatie aan voor het bereiken van de beleidsdoelstellingen. Het College van Bestuur bepaalt de hoofdlijnen van het beleid, zoals strategievorming, planning, structurering en procesbeheersing. De Raad van Toezicht is het toezichthoudende orgaan. De Raad van Toezicht is verantwoordelijk voor deugdelijk en adequaat intern toezicht op het College van Bestuur. Het College van Bestuur bestaat uit: J.H. Hansen (voorzitter) – beleidsterreinen financiën en huisvesting T. Hulst (lid) – beleidsterreinen personeel en onderwijs De Raad van Toezicht bestaat uit: Dhr. J.H. (Jan) de Wit – voorzitter Dhr. J.G. (Hans) de Kimpe – vice voorzitter Mr. G.W. (Govert) Brouwer – lid Dhr. P. (Pim) Flinterman – lid Mevr. J.J. (Jannie) Bos - lid Klachtenregeling Een school is een omgeving waar mensen intensief met elkaar omgaan. Botsingen en meningsverschillen zijn dan ook niet bijzonder en worden vaak in onderling overleg bijgelegd. Een verschil van inzicht kan geen kwaad, als er maar over gesproken wordt met de mensen die direct bij het onderwerp betrokken zijn. Wanneer zich op school een probleem voordoet, gaan we er vanuit dat de volgende stappen worden gezet. Eerst spreekt u met de leerkracht van uw kind. Leidt dit niet tot het gewenste resultaat, dan maakt u een afspraak met de directeur van de school. Mocht dit ook niet helpen dan kunt u het schoolbestuur inschakelen. Op het bestuursbureau is een interne klachtencoördinator aangesteld. De interne klachtencoördinator probeert door bemiddeling tot een oplossing te komen. Met de inwerkingtreding van de kwaliteitswet Onderwijs is elke school verplicht een klachtenregeling te hebben. Ook moet de school aangesloten zijn bij een klachtencommissie. De klachtenregeling van de Stichting Openbaar Onderwijs Oost Groningen ligt ter inzage op de school. De klachtenregeling is eveneens diditaal beschikbaar via de website van SOOOG (www.sooog.nl). In de klachtenregeling wordt gesproken over een contactpersoon. Dat is iemand, verbonden aan de school, die u kan adviseren over de te volgen procedure. Wanneer de klacht betrekking heeft op ongewenste omgangsvormen, bijvoorbeeld (seksuele) intimidatie, discriminatie, agressie, pesten of geweld kan het soms lastig zijn om de klacht op school te melden. De Stichting Openbaar Onderwijs Oost Groningen heeft daarom een externe vertrouwenspersoon aangesteld. De externe vertrouwenspersoon heeft geen directe binding met de school. Aan hem of haar kunt u vertrouwelijk uw hele verhaal kwijt. Hij of zij bespreekt met u wat te doen en helpt u daar desgewenst bij. Klachten over (seksuele) intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld kunt u ook melden bij het meldpunt vertrouwensinspecteurs (onderwijsinspectie). Men kan u daar adviseren over de afhandeling van uw klacht. Wanneer u besluit tot het indienen van een formele klacht, dan zijn er twee mogelijkheden: 1. De klacht indienen bij het schoolbestuur 2. De klacht indienen bij de landelijke klachtencommissie De landelijke klachten commissie onderzoekt de klacht en brengt een advies uit aan het schoolbestuur. Een informatiefolder over de landelijke klachtencommissie is verkrijgbaar op school of op het bestuursbureau van de Stichting Openbaar Onderwijs Oost Groningen. Informatie is tevens beschikbaar op de website van de Landelijke Klachtencommissie. www.onderwijsgeschillen.nl Schoolcontactpersoon: C. Kropf Postadres schoolbestuur: SOOOG Postbus 65 9670 AB WINSCHOTEN Tel: 0597-453980 Externe vertrouwenspersoon ongewenste omgangsvormen: Buro Vertrouwenspersonen Hobbemastraat 14 8932 LB LEEUWARDEN Tel: 058-7440022 Externe klachtencommissie (LKC): Onderwijsgeschillen, t.a.v. LKC Postbus 85191 3508 AD UTRECHT Tel: 030-2809590 Website: www.onderwijsgeschillen.nl Inspectie van het onderwijs: [email protected] vragen over onderwijs: 0800-8051 (gratis) Meldpunt vertrouwensinspecteurs van de onderwijsinspectie: Klachtmeldingen over (seksuele) intimidatie, seksueel geweld, ernstig psychisch of fysiek geweld: 0900-1113111 (lokaal tarief) Regeling toelating, time out, schorsing en verwijdering van leerlingen De meeste leerlingen worden gewoon toegelaten op school en krijgen nooit te maken met een time out maatregel, schorsing of verwijdering. Als zich echter één van bovenstaande situaties voordoet, is een zorgvuldige uitvoering van de regels en procedures die de onderwijswetgeving voorschrijft in het belang van alle partijen. De scholen van de Stichting Openbaar Onderwijs Oost Groningen hebben bovenschool procedures vastgesteld, zodat voor alle betrokken partijen duidelijk wordt wat voor hen in desbetreffende situaties van toepassing is. Deze procedures staan beschreven in: • de regeling toelating van leerlingen • de regeling time out, schorsing en verwijdering van leerlingen Beide regelingen liggen ter inzage op de school en het bestuursbureau. Toelatingsbeleid vierjarigen De scholen binnen de Stichting Openbaar Onderwijs Oost Groningen hanteren de volgende regels inzake het toelatingsbeleid voor de aangemelde kinderen die nog vier jaar moeten worden. 1. Vanaf vier jaar zijn leerlingen welkom op school. 2. De leerlingen worden geplaatst op de dag dat zij de vierjarige leeftijd hebben bereikt of zo spoedig mogelijk daarna in overleg met de directie van de school. 3. In de periode vanaf de leeftijd van 3 jaar en 10 maanden tot het bereiken van de leeftijd van 4 jaar wordt in overleg met de ouders en de school bepaald wanneer de kinderen kunnen komen kennismaken. Hierbij wordt wettelijk uitgegaan van maximaal vijf dagen. In deze periode zijn de kinderen geen leerlingen in de zin van de wet. Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld Het werken met de meldcode kindermishandeling en huishoudelijk geweld is een wettelijke verplichting voor iedereen die werkt met kinderen. De meldcode is een stappenplan waarin staat beschreven hoe een professional moet omgaan met het signaleren van huiselijk geweld en kindermishandeling. De meldcode is opgebouwd uit de volgende stappen: • Stap 1 - In kaart brengen van signalen • Stap 2 - Collegiale consultatie en eventueel informatie inwinnen bij het AMK • Stap 3 - Gesprek met de ouder (en/of oudere leerling) • Stap 4 - Wegen van de aard en ernst van de signalen • Stap 5 – Er zijn twee mogelijkheden: o Hulp organiseren en effecten volgen, of o Melden en bespreken Door te werken met een meldcode blijft de beslissing om vermoedens van huiselijk geweld en kindermishandeling wel of niet te melden, berusten bij de professional. Het hierboven genoemde stappenplan biedt hem/haar bij die afweging houvast. De voor alle scholen van SOOOG vastgestelde meldcode ligt ter inzage op school. Informatie aan gescheiden ouders Volgens het burgerlijk wetboek hebben scholen een informatieplicht. De school is verplicht om beide ouders te informeren over belangrijke feiten en omstandigheden van het kind. Dit geldt o.a. voor de schoolrapporten, uitslagen van Cito toetsen, schoolonderzoeken en onderwijskundige rapporten. Daarnaast wordt er gelegenheid geboden om oudergesprekken te voeren en schoolactiviteiten (dit alleen als beide ouders en het kind dit willen) bij te wonen. Informatieverstrekking is van belang om te voorkomen dat het kind van zijn of haar ouders vervreemdt. Het gaat hierbij om een wederkerig belang van kind en ouder. Als een echtscheiding niet in harmonie plaats vindt, kunnen er problemen ontstaan. Uitgangspunt voor de school is het belang van het kind. Dit belang kan het best gewaarborgd worden als de school geen partij wordt in een mogelijk conflict. De school zal zich daarom neutraal opstellen en uitvoering geven aan de wet- en regelgeving ten aanzien van de informatieverstrekking aan ouders. Uitzonderingen op de plicht tot informatieverstrekking zijn: • Indien een rechterlijke beschikking kan worden overlegd waarin het recht op informatie is beperkt; • In gevallen dat de informatie in verband met het beroepsgeheim ook niet aan de andere ouder wordt verstrekt; • Als de informatieverstrekking niet in het belang is van het kind. In dit geval zal de school zwaarwegende argumenten moeten hanteren om informatie te weigeren. De ouder kan een dergelijke beslissing altijd laten toetsen door een klachtencommissie of de rechter. Passend Onderwijs Op 1 augustus 2014 wordt de wet Passend Onderwijs van kracht. Kernpunten uit deze nieuwe wet zijn dat: • Reguliere en speciale scholen op het gebied van ondersteuning aan leerlingen samenwerken; • Scholen zorgplicht hebben (de school waar de leerling schriftelijk is aangemeld dient te zorgen voor een passende plek indien er sprake is van zeer specifieke onderwijsbehoeften van een kind); • Scholen en gemeenten / jeugdhulpverlening werken samen aan de integrale ondersteuning aan leerlingen vanuit onderwijs en zorg; • Er minder regelgeving vanuit Den Haag komt, maar dat er meer in de eigen regio kunnen regelen. Samenwerkingsverband en subregio De school van uw kind maakt deel uit van SOOOG. Alle schoolbesturen van de provincie Groningen plus gemeente Noordenveld zijn verenigd in het Samenwerkingsverband (SWV) 20.01. Dit samenwerkingsverband is opgedeeld in vier subregio’s. De scholen van SOOOG vallen onder de subregio Zuid Oost. De besturen in iedere subregio werken nauw samen met de andere schoolbesturen uit de regio om optimale ondersteuning aan ieder kind te kunnen bieden en expertise met elkaar te delen. Onderwijs, passend bij iedere leerling Alle scholen binnen het SWV 20.01 hebben met elkaar vastgesteld welke ondersteuning er tenminste op alle locaties geleverd wordt, de zogenaamde basisondersteuning. Daarnaast hebben alle scholen vastgesteld welke extra ondersteuning zij kunnen bieden aan leerlingen. De basis- en schoolspecifieke ondersteuning hebben scholen beschreven in hun schoolondersteuningsprofiel. U kunt dit profiel opvragen bij uw huidige school of de school van uw keuze. Is de school handelingsverlegen, met andere woorden kan de school niet voldoen aan de ondersteuningsbehoefte van uw kind, dan wordt er allereerst binnen het bestuur of in de subregio gezocht naar een externe deskundige die samen met de school andere mogelijkheden voor ondersteuning in kaart brengt. Nader onderzoek kan ook één van de adviezen zijn. In dit traject wordt er te allen tijde nauw samengewerkt met de ouders. Mochten extra interventies onvoldoende resultaat opleveren waardoor de leerling op die school niet langer begeleid kan worden, dan dient de school een andere, beter passende plek te zoeken. Dat kan ook het speciaal onderwijs zijn. Speciaal (basis)onderwijs Voor een plaatsing in het speciaal onderwijs (*) moet de school, samen met u als ouders / verzorgers, een toelaatbaarheidsverklaring aanvragen bij de Commissie van Advies van het samenwerkingsverband. Meer informatie over het aanvragen van een toelaatbaarheidsverklaring vindt u op de website van het samenwerkingsverband of via de school. Meer informatie voor ouders Voor u als ouders geldt dat de scholen de belangrijkste informatiebron zijn als het gaat om Passend Onderwijs en extra ondersteuning aan uw kind. De school heeft dagelijks contact met de leerling en vervult daarmee in de ogen van het samenwerkingsverband een belangrijke rol in de adequate informatievoorziening aan ouders. Het samenwerkingsverband 20.01 heeft een eigen website: http://www.passendonderwijsgroningen.nl/SWV-PO20-01/ Op deze website vinden ouders / verzorgers een apart tabblad met meer informatie over het ondersteuningsplan en de ondersteuningsprofielen van de verschillende scholen. Op www.passendonderwijs.nl (website van ministerie OCW) en op www.passendonderwijsenouders.nl kunnen ouders / verzorgers meer informatie vinden over de samenwerkingsverbanden e over Passend Onderwijs. Daarnaast is er het Steunpunt Passend Onderwijs, onderdeel van informatiepunt 5010. Hier kunnen ouders / verzorgers terecht met alle vragen over extra ondersteuning binnen het onderwijs. Het Steunpunt Passend Onderwijs is telefonisch bereikbaar via 5010: (0800) 5010 (vaste telefoon, gratis) of (0900) 5010 123 (€ 0,45 per gesprek + kosten mobiel), of via internet: www.5010.nl Tot slot heeft iedere school een eigen intern begeleider (ib’er). Deze onderwijsmedewerker is in staat verdere vragen van u te beantwoorden over de uitvoer van Passend Onderwijs op de school. U bent van harte welkom contact op te nemen. (*) Voor blinde/slechtziende en dove/slechthorende kinderen geldt dat zij zich voor een plek in het speciaal onderwijs dienen te vervoegen bij resp. Visio en Kentalis. Zij hebben een eigen Commissie van Onderzoek die bepaalt of de leerling toelaatbaar is. 8.5 Regeling overblijven, inclusief financiën Wettelijk is iedere school verplicht een overblijfmogelijkheid te creëren. Ook onze school voorziet hierin. Een aantal ouders is bereid om tussen de middag het overblijven te verzorgen; dit gebeurt op de eigen locatie. Op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag is er de mogelijkheid kinderen tussen de middag te laten overblijven. 8.6 Schoolverzekering: Wettelijke aansprakelijkheid Vanaf 1 januari 1992 gelden met betrekking tot de wettelijke aansprakelijkheid de regels van het Nieuw Burgerlijk Wetboek (NBW). Onder wettelijke aansprakelijkheid wordt verstaan de verplichting om schade die iemand door onrechtmatig handelen aan een ander toebrengt te vergoeden. Op grond van artikel: 164 NBW is een kind jonger dan veertien jaar zelf niet aansprakelijk, maar voor hem/ haar zijn dat de ouders/ verzorgers. Onderwijzend personeel kan (mede)aansprakelijk zijn, indien bijvoorbeeld onvoldoende toezicht heeft geleid tot onrechtmatig handelen van een leerling. De leerkracht kan zelf ook onrechtmatig handelen. Als de daarbij aangerichte schade niet het gevolg is van opzet of bewust roekeloos handelen, dan is naast de leerkracht zelf ook de werkgever aansprakelijk. Alle leerlingen van de school zijn verzekerd tegen ongevallen. De kosten, die verbonden zijn aan deze verzekering worden betaald uit het schoolfonds. Het gaat hier om een ongevallenverzekering. Schade aan kleding, fietsen en overige persoonlijke bezittingen wordt niet vergoed. De verzekering is van kracht tijdens de schooluren en tijdens het rechtstreeks van huis naar schoolgaan en omgekeerd. De verzekering is eveneens geldig voor alle door de school georganiseerde activiteiten onder leiding van een leerkracht (o.a. schoolreizen en excursies). Schadegevallen moeten bij de school worden aangemeld. 8.7 Regels ondersteunende werkzaamheden door ouders Bij verschillende activiteiten doen wij een beroep op ouders om ons te helpen: begeleiden bij excursies, assisteren bij de schoolsportolympiade, vervoer naar culturele activiteiten, begeleiding bij sommige schoolreizen, verrichten van klusjes. Wanneer u in schoolverband kinderen begeleidt, zult u merken dat er verschillen zijn tussen kinderen op het gebied van leervermogen en gedrag. Het is van het allergrootste belang dat dergelijke informatie binnen de school blijft. U zult het met ons eens zijn dat hierover niet met anderen gesproken mag worden. Heeft u er behoefte aan te overleggen over een bepaalde leerling, dan kan dat met de leerkracht van de groep. Als u kinderen begeleidt is het belangrijk tijdig grenzen te stellen en ook “nee” te durven zeggen. Een duidelijke, consequente aanpak is prettig voor u en de kinderen. Ook in dit geval is het noodzakelijk bij problemen onmiddellijk in overleg met de leerkracht te treden. 8.8 Bereikbaarheid van de ouders Het is belangrijk dat de school in geval van een dringende situatie de ouders en/of verzorgers kan bereiken. Vandaar dat bij aanvang van het schooljaar alle kinderen een calamiteitenformulier meekrijgen waarin u de actuele telefoonnummers en bijzonderheden kunt vermelden. Zo blijft de school op de hoogte van de meest actuele telefoonnummers waarop ze overdag bereikbaar zijn. HOOFDSTUK 10 Protocol sponsoring Scholen kunnen te maken krijgen met bedrijven die hen willen sponsoren. Hieraan zijn risico’s verbonden. Leerlingen zijn een kwetsbare groep. Ze zijn makkelijk te beïnvloeden. Het is dus belangrijk dat sponsoring zorgvuldig gebeurt. Bij sponsoring gaat het om geld, goederen of diensten die een sponsor verstrekt aan een bevoegd gezag, directie, leraren, niet- onderwijzend personeel of leerlingen. Hiervoor verlangt de sponsor een tegenprestatie in schoolverband. Sponsoring is door het bestuur toegestaan onder voorwaarde dat: • het verenigbaar is met de pedagogische en onderwijskundige taak en doelstelling van de school. • moet aansluiten bij het onderwijsaanbod en de kwalitatieve eisen die de school aan het onderwijs stelt. • het niet de onderwijsinhoud en/of de continuïteit van het onderwijs beïnvloedt. • het geen aantasting betekent van de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs, de school en de daarbij betrokkenen. • het geen schade mag berokkenen aan de geestelijke en/ of lichamelijke gesteldheid van leerlingen. Het bevoegd gezag stelt de scholen verplicht om de afspraken tussen de sponsor en de school schriftelijk vast te stellen in een sponsorovereenkomst. In de overeenkomst wordt vastgelegd wat de sponsoring inhoudt: welke goederen, diensten of geldbedrag de sponsor aan de school beschikbaar stelt en welke tegenprestatie van de school daar tegenover staat. De medezeggenschapsraad heeft ingestemd met het sponsorbeleid en onderschrijft de voorwaarden. Zodra de school een sponsorovereenkomst heeft gesloten, moet dit ter goedkeuring naar het bevoegd gezag worden gezonden. De medezeggenschapsraad heeft het recht om advies uit te brengen over de manier waarop de sponsorgelden worden besteed. De uiteindelijke beslissing over de besteding maakt de schoolleiding. HOOFDSTUK 11 Medicijnverstrekking op school 11.1 Protocol medicijnverstrekking Wij worden regelmatig geconfronteerd met leerlingen die klagen over pijn die meestal met eenvoudige middelen te verhelpen is. Denk aan hoofdpijn, buikpijn, oorpijn of pijn ten gevolge van een insectenbeet. Daarnaast krijgen we ook steeds vaker het verzoek van ouders om hun kinderen de door een arts voorgeschreven medicijnen toe te dienen. Met het verrichten van dergelijke handelingen aanvaardt de schoolleiding een aantal verantwoordelijkheden. Met het oog op de gezondheid van kinderen is het van groot belang dat wij in dergelijke situaties zorgvuldig handelen. Daarom heeft de GGD Groningen door middel van een protocol ons een handreiking gegeven over hoe in deze situaties te handelen. 11.2 De betekenis van dit protocol Het kan voorkomen dat uw kind gezond naar school gaat en tijdens de schooluren ziek wordt, zich verwondt of bijvoorbeeld door een insect wordt gebeten. In zo'n geval zal de school altijd contact met u opnemen. Mocht uw kind medicijnen nodig hebben of moeten er medische handelingen worden verricht dan verzoeken we u een formulier in te vullen. We willen schriftelijk heel zorgvuldig vastleggen om welke medicijnen het gaat, hoe vaak ze moeten worden toegediend, op welke wijze en wanneer dit moet gebeuren. Als ouder moet u hiervoor namelijk schriftelijk toestemming geven. Soms zullen leerkrachten een bekwaamheidsverklaring moeten krijgen van een arts. Dit betekent dat ze dan handelen in opdracht van een arts die hen bekwaam heeft verklaard voor deze handeling. Deze bekwaamheidsverklaring is heel belangrijk voor onze aansprakelijkheid. 11.3 Protocol op school Het protocol is op school aanwezig in de map "Gezonde Jeugd" van de GGD. Deze kunt u als ouder inzien. HOOFDSTUK 12 ONDERWERPEN ALFABETISCH Bibliotheek Culturele vorming Excursies Fietsen naar school Fruit eten Hoofdluis Humanistische vorming Informatie ouders Interne begeleiding Jeugdgezondheidszorg Landelijk onderwijsnummer / postbus 51 Logopedie Mobiele telefoon Overblijven Protocol internetgebruik Verkeersbrigadiers (IJsbaanlaan en Hindersstraat) Verkeersexamen Bibliotheek Alle leerlingen zijn via een schoolabonnement lid van de bibliotheek. De bibliotheek verstrekt boeken aan de school. De geleende boeken blijven op school. Culturele vorming In het kader van culturele vorming wordt één keer per jaar een kindervoorstelling in een theater bezocht. Wij vragen ouders om de kinderen te brengen en te halen. De kosten van de voorstellingen worden gedeeltelijk vergoed door de gemeente Pekela. Excursies Gedurende het schooljaar gaan er verschillende groepen op excursie. Dan worden er in het kader van een les of een thema activiteiten buiten de school georganiseerd, bijvoorbeeld: een excursie naar het Veenkoloniaal museum of een natuurexcursie. Fietsen naar school Leerlingen die op grotere afstand van de school wonen, kunnen op de fiets komen. Bij de onoverdekte fietsenstalling op de locatie IJsbaanlaan is erg weinig ruimte. Kinderen die dicht bij school wonen, moeten de fiets thuis laten. De school is niet aansprakelijk voor beschadiging aan of diefstal van fietsen. Fruit eten In de groepen 1 en 2 is het gebruikelijk dat de kinderen fruit en/of drinken meenemen. Rond 10 uur wordt er samen gegeten en gedronken. Ook aan de kinderen in de andere groepen kunt u fruit/drinken meegeven. Dit wordt voor de pauze in de klas genuttigd. Hoofdluis Hoofdluis is een landelijk probleem dat op alle scholen voorkomt. Wilt u de school waarschuwen als uw kind hoofdluis heeft opgelopen? De school kan in dat geval maatregelen nemen. Op school hebben we een L.O.T. (Luizen Opsporing Team) aangesteld, bestaande uit een aantal moeders. Zij inspecteren de kinderen en leerkrachten op hoofdluis. De eerste dinsdag na elke vakantie is er controle. Op de dag dat er gecontroleerd wordt is het niet toegestaan dat de kinderen gel, vlechtjes, etc. in het haar hebben. Dit om de controle te vergemakkelijken. Humanistische Vorming De leerlingen van de groepen 7 (locaties IJsbaanlaan en Hindersstraat) kunnen humanistisch vormingsonderwijs volgen. Het HVO-onderwijs wordt gegeven door mevr. H. Ubbens. Ouders die bezwaar hebben tegen deze lessen kunnen dit schriftelijk mededelen aan de directie. Informatie ouders In het begin van het jaar ontvangen de ouders een jaaroverzicht, waarin alle belangrijke data vermeld staan. Regelmatig ontvangen de ouders een nieuwsbrief. In elke nieuwsbrief vindt u een agenda met voor u van belang zijnde data en gebeurtenissen. Om niet voor verrassingen te komen staan, is het verstandig de maandbrief goed door te nemen. Naast de nieuwsbrief worden de ouders, indien noodzakelijk ook op andere wijze schriftelijk geïnformeerd. Alle informatie bestemd voor de ouders wordt meegegeven aan het oudste kind van elk gezin. Jeugdgezondheidszorg De GGD Groningen komt jaarlijks op school en onderzoekt de kinderen van groep 2 en groep 6. Groep 2 De GGD onderzoekt of de kinderen in groep 2 goed kunnen zien en horen. Daarnaast worden de kinderen gewogen en gemeten. Alle ouders van de kinderen in groep 2 worden door de GGD samen met hun kind uitgenodigd voor een gesprek met de arts en/of verpleegkundige. Ter voorbereiding krijgen ouders een vragenlijst over de gezondheid van hun kind. De antwoorden kunnen aanleiding zijn om in een onderzoek of gesprek extra aandacht aan een kind te besteden. Groep 6 De GGD meet en weegt de kinderen in groep 6. Ouders van de kinderen in groep 6 krijgen van tevoren een vragenlijst met vragen over de gezondheid van hun kind. Met de leerkracht wordt besproken of er kinderen zijn waar extra aandacht aan moet worden besteed. Ouders kunnen aangeven of ze prijs stellen op een gesprek / onderzoek met de arts of verpleegkundige. Mogelijk worden ouders door de GGD uitgenodigd voor een gesprek met de arts of verpleegkundige. Spreekuur Er is één keer in de maand is er op school een spreekuur waarbij de sociaal verpleegkundige uw vragen beantwoordt. In Pekela functioneert een buurtnetwerk waarin scholen, en maatschappelijke instellingen participeren. Probleemsituaties kunt u bespreekbaar maken met de intern begeleider. Vanuit het buurtnetwerk worden initiatieven genomen om opvoedcursussen te organiseren voor ouders van jonge kinderen en ouders met pubers. Het is de bedoeling dat deze cursussen op school worden gegeven. Landelijk onderwijsnummer / Postbus 51 Voor allerlei informatie: 0800-8051 Logopedie De taal- en spraakontwikkeling is erg belangrijk. Daarom komt er een logopediste op school die de leerlingen van 4 jaar en 9 maanden (of eerder na aanmelding door de leerkracht) screent. Bij geconstateerde problemen volgt een gesprek met de leerkracht en de ouders. De leerling kan verwezen worden voor logopedische hulp. Tevens kunt u bij de leerkracht aangeven wanneer u het wenselijk acht dat uw kind door de logopediste wordt onderzocht. Mobiele telefoon In deze tijd van moderne communicatie waarbij veel kinderen een eigen mobiele telefoon hebben willen wij als school aangeven, dat wij eigen telefoontjes van de kinderen storend vinden binnen ons onderwijs. Vandaar dat wij de telefoontjes weren op de school. In geval van nood kan de schooltelefoon gebruikt worden om naar huis te bellen. Mocht er toch een dringend geval zijn overleg dit op voorhand even met de leerkracht. Er kan dan samen naar een oplossing gezocht worden. Overblijven De mogelijkheid bestaat om tussen de middag over te blijven. Het overblijven vindt plaats onder toezicht van twee ouders. De verantwoordelijkheid ligt bij de directie van de school. De vergoeding voor het overblijven wordt gebruikt voor een vergoeding voor de overblijfmoeders en de aanschaf van spel-en knutselmateriaal voor de kinderen die overblijven. De wettelijke aansprakelijkheidsverzekering van de school geldt ook tijdens het overblijven. Protocol internet gebruik Ten aanzien van het gebruik van internet, hebben we op school afspraken gemaakt. U treft ze aan in de bijlage: Protocol internetgebruik Verkeersexamen De groepen 7 en 8 doen mee aan het landelijk verkeersexamen. Bij groep 7 zal het theoretische deel afgenomen worden en het praktische deel in groep 8. BIJLAGE 1 Protocol internetgebruik Vooraf Sinds de school televisie, video en internetfaciliteiten heeft, kunnen er beelden en programma's de school binnenkomen, die wij ongeschikt achten voor de leerlingen. Te denken valt aan bepaalde uitingen van geweld, seks en racisme. Met name door de gemakkelijke toegang tot internet, is het risico op het binnenhalen van ongewenst materiaal groot. Het team van de OBS Hendrik Wester staat op het standpunt dat ongewenste uitingen zoveel mogelijk moeten worden voorkomen, zonder de leerlingen alle verantwoordelijkheid uit handen te nemen. Het team ziet een mogelijkheid om leerlingen, onder begeleiding, eigen verantwoordelijkheid bij te brengen. Het omgaan met internet wordt op zich als leerpunt binnen de school gezien. Het team confronteert kinderen niet bewust met bovengenoemde uitingen. Het team van de school zal leerlingen aanspreken op ongewenst (surf-, chat- en e-mail) gedrag. Uitgangspunten • De school bevordert het verantwoordelijkheidsgevoel bij leerlingen door de toegang tot internet en videobeelden te begeleiden. • Het team stelt kinderen niet bewust bloot aan videobeelden van geweld, seks en racisme, die geen opvoedkundige bedoeling hebben (uitzondering is het school-tvweekjournaal voor groep 7 en 8). • Bij het vertonen van videofilms wordt de leeftijdscategorie in acht genomen, met dien verstande dat films voor 12 jaar en ouder niet vertoond worden! De school ziet het als opvoedkundige taak om kinderen ervan bewust te maken waarom bepaalde uitingen niet door de beugel kunnen. • De school probeert zo mogelijk te voorkomen dat ongewenste uitingen de school binnenkomen. • Leerlingen mogen beperkt internetten; personeel van de school kijkt als het ware "over de schouder mee"; hoewel misbruik nooit vollédig uit te sluiten is. Daar waar ondanks alle maatregelen toch misbruik wordt geconstateerd, zal adequaat worden opgetreden. • Het beleid wordt ouders/verzorgers meegedeeld in de schoolgids. Regels voor het gebruik van de computers Om te zorgen dat iedereen probleemloos gebruik kan maken van de beschikbare computers gelden de volgende regels: 1. Internetten gebeurt alleen met toestemming van een leerkracht en niet zonder een leerkracht in de nabijheid; in de pauzes wordt geen gebruik van internet gemaakt. 2. De school probeert de leerlingen bij te brengen welke zoekopdrachten wel en welke niet relevant zijn bij het zoeken naar informatie op internet. 3. Bij het surfen op internet geldt dat het bewust zoeken van ongewenste uitingen en het gebruiken van schuttingtaal als storend wordt opgevat en dus consequenties voor de leerling heeft. Het bezoeken van discutabele sites is niet toegestaan. 4. Installatie software: dit is uitsluitend een taak van de ICT ‘er. 5. Leerlingen mogen geen privé software, dvd’s e.d. op de schoolcomputers gebruiken. Voor leerkrachten geldt, dat – na overleg met de ICT ‘er - van deze regel kan worden afgeweken. 6. Instellingen configuraties - geluid, beeldscherm, resoluties, screensavers e.d. - mogen niet door gebruikers worden gewijzigd. 7. Afsluiten van computers doen we op correct wijze. Controle hierop berust bij betrokken leerkracht. 8. Kopieën van softwareprogramma’s en/of muziek-cd’s mogen alleen na toestemming en onder toezicht van een leerkracht worden gemaakt. 9. Chatten is alleen toegestaan onder toezicht van de leerkracht en is aan strikte regels gebonden. M.a.w. chatten met leerlingen van andere scholen kan, mits dit binnen het onderwijsconcept past. 10. Bestanden mogen alleen opgeslagen worden op diskettes. 11. Werkdiskettes blijven op school en gaan nooit mee naar huis. Reden hiervoor is: om het gevaar van virussen te minimaliseren. 12. Het versturen van e-mail is toegestaan met gebruikmaking van eigen account. Misbruik van inlogcodes leidt tot uitsluiting van computergebruik. 13. Het downloaden en uploaden is niet toegestaan, tenzij hiervoor uitdrukkelijk toestemming is gegeven. 14. Bestanden/documenten printen mag, na toestemming van de leerkracht. 15. Het is niet toegestaan om privé gegevens via internet door te geven aan allerlei instanties. 16. Bestellen van producten, lid worden van organisaties, aanmelden voor toezending van magazines e.d. is niet toegestaan. 17. Gebruik van de scanner is toegestaan na toestemming van de leerkracht. 18. Na gebruik dient de werkplek neutraal te worden achtergelaten. D.w.z er blijven geen stencils, boeken, pennen, enz. bij computers liggen. 19. In alle situaties, waarin dit protocol niet voorziet, beslist de betrokken leerkracht en/of ICT ‘er. BIJLAGE 2 Informatie verlof leerlingen buiten de schoolvakanties 1. Vakantieverlof Een verzoek om vakantieverlof op grond van artikel 13a van de Leerplichtwet 1969 dient minimaal twee maanden tevoren aan de directeur van de school te worden voorgelegd. Verlof indien: wegens de specifieke aard van het beroep van een van de ouders het slechts mogelijk is buiten de schoolvakanties op vakantie te gaan; een werkgeversverklaring wordt overgelegd waaruit blijkt dat geen verlof binnen de officiële schoolvakanties mogelijk is. Vakantieverlof mag: één maal per schooljaar worden verleend; mag niet langer duren dan 10 schooldagen; mag niet plaatsvinden in de eerste twee lesweken van het schooljaar. 2. Gewichtige omstandigheden Een verzoek om extra verlof in geval van gewichtige omstandigheden op grond van het gesteld in artikel 14, lid 1 van de Leerplichtwet 1969 voor 10 schooldagen per schooljaar of minder dient vooraf of binnen twee dagen na ontstaan van de verhindering aan de directeur van de school te worden voorgelegd. Hiervoor gelden de volgende voorwaarden: a. voor het voldoen aan de wettelijke verplichting, voor zover dit niet binnen de lesuren kan geschieden; b. voor verhuizing voor ten hoogste 1 dag; c. voor het bijwonen van het huwelijk van bloed- of aanverwanten tot en met de 3e graad voor 1 of ten hoogste 2 dagen, afhankelijk of dit huwelijk wordt gesloten in of buiten de woonplaats van de belanghebbende; d. bij ernstige ziekte van ouders of bloed- of aanverwanten tot en met de 3e graad, duur in overleg met de directeur; e. bij overlijden van bloed- of aanverwanten in de 1e graad voor ten hoogste 4 dagen; van bloed- of aanverwanten in de 2e graad voor ten hoogste 2 dagen; van bloed- en aanverwanten in de 3e of 4e graad ten hoogste 1 dag; f. bij 25-, 40- en 50-jarige ambtsjubileum en het 12½ -, 25, 40-, 50- en 60-jarige huwelijksjubileum van ouders of grootouders voor 1 dag; g. voor andere naar het oordeel van de directeur belangrijke redenen, maar geen vakantieverlof. 3. Gewichtige omstandigheden meer dan 10 schooldagen per jaar Een verzoek om extra verlof in geval van gewichtige omstandigheden op grond van artikel 14, lid 3 van de Leerplichtwet 1969 voor meer dan 10 schooldagen per schooljaar dient minimaal 1 maand tevoren via de directeur van de school, bij de leerplichtambtenaar van de woongemeente te worden voorgelegd. Verlof indien: de ouders een verklaring van een arts of een maatschappelijk werk(st)er kunnen overleggen waaruit blijkt dat een verlof noodzakelijk is op grond van medische of sociale indicatie betreffende een van de gezinsleden.
© Copyright 2024 ExpyDoc