Voorstel agenda NVMM Werkgroep Hygiene en Infectiepreventie “HIP”

NOTULEN VERGADERING NVMM WERKGROEP HYGIËNE EN INFECTIE PREVENTIE
(HIP) Maandag 02 juni 2014
Voorzitter: M.C. Vos; notulen: J.G.M. Koeleman
Aanwezig: zie presentielijst
1.
Opening, vaststellen agenda en mededelingen voorzitter
De voorzitter opent de vergadering. Bericht van afmelding van Peter Schneeberger en Gijs
Ruijs.
De voorzitter verzoekt alle aanwezigen om de door Maaike van Mourik rondgestuurde enquete
over “elektronische registratie zorggerelateerde infecties” in te vullen en te retourneren.
2.
Presentatie Roel Streefkerk: " E-surveillance van ziekenhuisinfecties"
Voor de presentatie zie bijlage.
Gepresenteerd wordt een module om uit de database van het ZIS op een bepaalde datum
patiënten te selecteren met een mogelijke ziekenhuisinfectie. Deze selectie gebeurt met
behulp van een algoritme waarbij gebruik gemaakt wordt van diverse variabelen waaronder
antibioticagebruik, microbiologische kweekresultaten, infectielab, operaties en radiologische
onderzoek. Vervolgens kunnen de geselecteerde patiënten door deskundigen infectiepreventie
verder worden beoordeeld op het voorkomen van een ziekenhuisinfectie. De module is
gevalideerd aan de hand van een seriële reeks puntprevalenties wat een sensitiviteit
opleverde van 91%. De module is nog in ontwikkeling en moet verder worden verfijnd. Hierbij
zal onder meer gekeken worden naar onderverdeling van de verschillende infecties, gebruik
van betrouwbaarheidsintervallen, integratie van klinische informatie. De module zal met enige
aanpassingen ook gebruikt kunnen worden voor antibiotic stewardship.
In de hierop volgende discussie werd gesproken over nut, noodzaak en frequentie van
prevalentiestudies in samenhang met de te leveren tijdsinspanning. Met behulp van deze
module kan de registratie worden gefaciliteerd maar dat vergt wel een financiële investering.
3.
MRSA vervolgonderzoek: kosten en eigen risico (Schneeberger)
Peter Schneeberger heeft dit punt naar voren gebracht. Hij vraagt zich af hoe anderen
omgaan met de kosten voor MRSA vervolgonderzoeken van patiënten die gedurende 1 jaar
worden vervolgd in relatie tot het eigen risico. Een soortgelijk probleem is wanneer in het
kader van een MRSA het hele gezin moet worden geïnventariseerd. Hier wordt verschillend
mee omgegaan. Sommigen nemen de kosten voor eigen rekening, dus voor het ziekenhuis
terwijl anderen de kosten door de patiënt cq ziektekostenverzekeraar laten betalen.
De vraag is of MRSA en de contactopsporing en eradicatie ervan een patiënt gerelateerd
probleem is, een ziekenhuisprobleem dan wel een openbaar gezondheidszorg probleem. Dit
speelt ook bij de financiering van de typering van multiresistente bacteriën. Het bestuur van
de NVMM is in overleg met de ziektekostenverzekeraars over financiering van dit soort
onderzoek.
4.
Werkgroep Infectie Preventie: toekomst van de WIP
Toelichting door Ellen Mascini: in een brief heeft het bestuur van de WIP de ziekenhuizen
gevraagd voor een vrijwillige financiële bijdrage voor het onderhouden van de bestaande en
ontwikkelen van nieuwe richtlijnen. Voorafgaande hieraan is overleg geweest met de NVZ,
NFU en de minister van VWS echter zonder resultaat. In een laatste poging heeft het bestuur
aan de minister laten weten dat indien er geen passende oplossing wordt gevonden dat de
WIP met ingang van 1 oktober a.s. haar werkzaamheden zal staken en de WIP zal worden
opgeheven. Hierop heeft VWS naar de WIP gereageerd, waarin er 2 gesprekken worden
gepland. Het eerste gesprek is tussen VWS en de WIP om alles eens helder met elkaar door te
spreken. Vervolgens zal een tweede bijeenkomst worden gepland met meerdere waaronder de
NVZ, NFU, OMS, , NVMM en VenVN. In de tussentijd is de WIP al begonnen met het van de
website afhalen van verlopen richtlijnen.
Naar aanleiding hiervan wordt gediscussieerd over hoe richtlijnen in eigen ziekenhuis te
updaten (buitenlandse richtlijnen?) zonder WIP richtlijnen. Er wordt geopperd dat er ook
buitenlandse richtlijnen voorhanden zijn die hiervoor als basis zouden kunnen dienen. Nadeel
hiervan is dat dit onoverzichtelijk is waarbij de uniformiteit van de infectiepreventie in
Nederlandse ziekenhuizen niet wordt bevordert.
5.
Inkomende en uitgaande post
Zie bijlage, geen nadere toelichting.
6.
Notulen vorige bijeenkomst
pagina 2 punt 6: “geen aangepaste case definitie” ipv “geen case definitie”.
Daarnaast wordt gemeld dat het Erasmus MC referentiecentrum is voor de diagnostiek. Er is
geen specifiek centrum aangewezen voor de opvang van patiënten.
7.
Actiepuntenlijst
overleg met bestuur volgt. dan gaan we ook kenbaar maken, bevoegdheid voor uitbraken.
12/04/01:
13/10/03:
14/02/02:
14/04/01:
14/04/02:
8.
overleg met bestuur NVMM wordt gepland;
basisset prestatie indicatoren is geen actie van de HIP;
is uitgevoerd;
is uitgevoerd;
wordt nagevraagd bij Vlaspolder
Rondvraag
Mededeling Vos: er is een bijeenkomst geweest met een zg klankbordgroep en de IGZ is
orienterend gesprek geweest. Het ministerie van VWS en de IGZ willen samenwerken met de
NVMM. Hiertoe is door hen gevraagd om met voorstellen te komen om de antimicrobiële
resistentie te vookomen.
Bowles: vraagt naar de stand van zaken ten aanzien van VRE. Er zijn thans 3 groepen actief:
er is een werkgroep die bezig is met opstellen van een laboratoriumrichtlijn en daarnaast zijn
er twee werkgroepen opgericht voor het inventariseren van de opgedane expertise met VRE in
Nederland met vraagstellingen contactonderzoek, vrijgeven en preventie maatregelen.
Veldkamp: vraagt naar schoonmaken van kamers na ontslag van immuungecompromitteerde
patiënt met VRE. Schoonmaken en reguliere desinfectie is niet voldoende. Er zijn goede
ervaringen met uitgassen met waterstofperoxide. Hierbij is aandacht nodig voor het afsluiten
van de ventilatie en het afplakken van naden. Voor het uitgassen zijn verschillende apparaten
op de markt. Van belang is het verkrijgen van een droge mist zodat er geen corrosie van
materialen optreedt. Belangrijk is om de opgedane ervaringen te bundelen wat zal gebeuren
in een van de twee werkgroepen.
Van Dam: meldt dat de NVZ, NFU en RIVM een convenant hebben opgesteld om uitbraken die
de toegankelijkheid of veiligheid van zorg bedreigen te melden bij het SO-ZI/AMR.
Vorm: vraagt zich af welke kant we opgaan met richtlijnen van uit de beroepsgroep. Hij pleit
voor meer structuur in de opbouw, inhoud en toegankelijkheid van de richtlijnen.
9.
Sluiting
De voorzitter sluit de vergadering om 17.17 uur.