Klik hier voor de presentatie.

GLOBUS VESICALIS BIJ DE NEONAAT
Benedikte Van Driessche
ASO Pediatrie
Mede namens de kinderartsen van OLV-ziekenhuis Aalst
VVK Najaarssymposium - 29/11/2014
Patiëntbeschrijving

Meisje, 3 weken oud

Reden van aanmelding:



Sinds enkele dagen anorexie en braken; progressief toenemend.

Heden sterk verminderde vochtinname en verminderde diurese.

Vanaf geboorte zeer frequente waterige stoelgang, met secundair irritatie van stuit

Afebriel. Somnolent, minder actief.

Voeding: NAN Pro1 → NAN Sensitive
Medische voorgeschiedenis:

Aterme geboorte met GG 3.075kg

Geen echografische afwijkingen antenataal
Familiale antecedenten:

Tweede kind van niet-consanguine ouders
Klinisch onderzoek

Parameters: G 3.440 kg - T 37.5°C - Pols 198/min - SpO2 100%

Algemeen: zeer onrustig, gebloemde huid met ecchymosen lumbosacraal

Capillaire refill 2sec, normale huidturgor

Normotone fontanel, geen meningeale prikkeling

Normale hart- en longauscultatie

Abdomen: opgezet, niet soepel, hypoperistalsis

Irritatie stuit met anale hemorrhoïden
Differentiaal diagnose

Gastro-enteritis

Gastro-intestinale obstructie

Sepsis

Metabole / centrale aandoening
Technische onderzoeken


Bloed
Test
Dag 0 ( bij opname)
Referentie waarden
Na
138,7
136-145mmol/L
K
6,21
3,5-4,9mmol/L
Cl
102,8
98-107mmol/L
HCO3
17,3
22-29mmol/L
Creatinine
0,62
0,17-0,42 mg/dl
Ureum
12
0-50 mg/dl
Leukocyten
13 940
6.000-18.000/µl
CRP
<0,7
<0,7mg/L
Echo schedel (transfontanellair)

Normaal
Technische onderzoeken

Echo abdomen

Globus vesicalis: diameter blaas: 8.4x5.0x4.3cm

Bilateraal matige hydronefrose

Goede corticomedullaire differentiatie

Lengte nieren: beiderzijds 5.3 cm.

Geen retrovesicale ureters, geen lithiase
Globus vesicalis: etiologie

DD Vesico-urethrale obstructie:

Neurogene blaasdysfunctie

Dysfunctionele voiding

Calculi, vreemd voorwerp

Ectopische ureterocoele

Extrinsieke druk door massa

Toxisch (bv opioïden)
Globus vesicalis: etiologie

DD Vesico-urethrale obstructie:

Urethrakleppen (anterieur, posterieur), urethrale diverticula

Urethrale stricturen

Urethrale atresie/hypoplasie

Urogenitale sinus anomalie

Meatale stenose
Evolutie

Urinesondage

Persisterende urineretentie: verblijfsonde

Breed-spectrum antibiotica: Amoxicilline – Claforan IV

IV vochttoediening

Vochtbalans !
Evolutie (dag 1)


Vochtbalans:

Forse polyurie: diurese oplopend tot 20ml/kg/u !

Negatieve vochtbalans → correctie met IV NaCl 0,9%
Bloed:
Test
Dag 0
Dag 1
( bij opname)
(22u na opname)
Referentie
waarden
Na
138,7
131,0
136-145mmol/L
K
6,21
5,99
3,5-4,9mmol/L
Cl
102,8
94,9
98-107mmol/L
HCO3
17,3
20,6
22-29mmol/L
Creatinine
0,62
0,68
0,17-0,42 mg/dl
Ureum
12
11
0-50 mg/dl
Leukocyten
13 940
15 590
6.000-18.000/µl
CRP
<0,7
2,4
<0,7mg/L
Evolutie (dag 1)

Hemocultuur:



Corynebacterium species (contaminatie)
Urine:

Osmolaliteit 76 mosm/kg (ref: volw 50-1200mosm/kg – neonaat tot 400-700mosm/kg)

RBC <6/µl, WBC < 10/µl, eiwit 0,22g/L (<0,15g/L)

Toxicologisch onderzoek: negatief

Cultuur negatief
Copro

Rotavirus negatief, Adenovirus negatief, cultuur negatief
POST-RENALE NIERINSUFFICIËNTIE
Post-renale nierinsufficiëntie

Nierfalen tgv obstructie van urinaire afvloei

Nier



Ureter

Bilaterale obstructie / unilateraal bij unieke nier

Ureterstenen, congenitaal, iatrogeen, extrinsieke druk
Blaas


Infundibula, pyelum, pyelouretrale junctie
Cfr. supra
Urethra

Cfr. supra
Post-renale nierinsufficiëntie

Obstructie → Glomerulaire filtratie ↓ → oligurie/anurie

GFR ~ hydrostatische en oncotische drukgradiënt thv Bowman’s capsule
NORMAAL:
OBSTRUCTIE:
glomerulair capillaire druk > intra- tubulaire druk
Intratubaire druk
GFR
Post-renale nierinsufficiëntie

Renine Angiotensine Aldosteron systeem (RAAS)
Post-renale nierinsufficiëntie

Post-obstructieve diurese

Snelle normalisatie van GFR

Significante vertraging in herstel van tubulaire functie
↑ excretie natrium, chloor en bicarbonaat
↓ excretie kalium
↓ waterreabsorptie
polyurie
hyponatriëmie, hyperkaliëmie
metabole acidose
Evolutie (dag 2)



Vochtbalans:

Polyurie : 9 ml/kg/u

Negatieve vochtbalans
Bloed:
Test
Dag 0
( bij opname)
Dag 1
(24u na opname)
Dag 2
(43u na opname)
Referentie waarden
Na
138,7
131,0
140,3
136-145mmol/L
K
6,21
5,99
6,02
3,5-4,9mmol/L
Cl
102,8
94,9
104,2
98-107mmol/L
HCO3
17,3
20,6
20,3
22-29mmol/L
Creatinine
0,62
0,68
0,28
0,17-0,42 mg/dl
Ureum
12
11
4
0-50 mg/dl
Leukocyten
13 940
15 590
14 110
6.000-18.000/µl
CRP
<0,7
2,4
1,8
<0,7mg/L
Controle urine:

Osmolaliteit 123 mosm/kg (ref: 50-1200mosm/kg)
Diagnostiek

Echo sacrum:


Geen evidentie voor spina bifida
NMR kleine bekken:

Tumorale massa (afmetingen: 5x4x3cm) presacraal
in het klein bekken met massa-effect op de urethra en
blaas
Differentiaal diagnose

Tumorale massa pre-sacraal met secundair vesico-urethrale obstructie

Neuroblastoom

Teratoom

Sarcoom
Diagnostiek

Transfer naar universitair centrum

Pre-operatief aanvullende investigaties:


24-uurs urinaire excretie van catecholamines: normaal

Tumormarkers:

CEA 1,34µg/L (nl. ≤ 3,4µg/L)

AFP 467 ng/ml

Ferritine 391 µg/l (nl. 144-399µg/L)

LDH 268 U/L (nl. 135-750U/L)
Heelkundige resectie van tumorale massa:

Exploratieve laparoscopie

Laparascopische dissectie tumor

Resectie van tumor en coccyx via posterieure saggitale incisie
Diagnostiek


APO : Neuroblastoom

Weinig gedifferentieerd volgens Shimada classificatie

Maximale doormeter 5.5 cm
Staging onderzoeken:

Moleculair onderzoek: geen prognostisch ongunstige moleculaire factoren
(N-Myc amplificatie negatief)

MIBG-scan : geen pathologische MIBG-stapeling

Beenmergpunctie : Geen argumenten voor metastatische beenmerginvasie
Stadiëring

INRG (International Neuroblastoma Risk Group) Staging System :
Evolutie

Post-operatief verloop:

5 dagen NPO

TPN-toediening

IV antibiotica

Neurogene blaas met urineretentie → recuperatie

Atone anale sfincter

Parese linker been (‘dropfoot’) → gunstige progressie met intensieve
kinesitherapie
Behandeling & opvolging

~ ziektestadium en risicogroep

Heelkundige resectie

Geen nabehandeling vereist

Follow-up: 3-maandelijks:

MRI abdomen/kleine bekken + echo abdomen

Bloedcontrole

24u urinaire excretie van catecholamines
Prognose

~ tumorstadium; moleculaire, histologische en cytogenetische tumorkenmerken
leeftijd patiënt

L1 Groep: 5-jaars EFS > 85%

Lange termijn effecten:


Neurologische, musculoskeletale, urologische sequelen
Verhoogde mortaliteit door herval of secundaire maligniteiten
‘Take home’ message

Globus vesicalis is zeldzaam bij neonaten, zeker bij meisjes

Belang van vroegtijdige opheffing van de urinaire obstructie
én aanvullend onderzoek naar onderliggende etiologie

Bij diagnose van tumorale massa is tijdige verwijzing naar tertiair centrum
aangewezen
Bedankt voor de aandacht !
Vragen?
Referenties







Geary DF, Schaefer F. Comprehensive Pediatric Nephrology. Philadelphia: Mosby, Elsevier Inc.;
2008.
Ganong WF. Review of Medical Physiology. 22nd ed. USA: McGraw-Hill Companies; 2005.
Kliegman, Stanton, St. Geme, Schor, Behrman. Nelson Textbook of Pediatrics. 19th ed.
Philadelphia: Saunders, Elsevier; 2011.
Cohn SL, Pearson AD, London WB, Monclair T, Ambras PF, Brodeur GM et al. The International
Neuroblastoma Risk Group (INRG) classification system: an INRG Task Force report. J Clin
Oncol. 2009; 27(2): 289-97.
Monclair T, Brodeur GM, Ambros PF, Brisse HJ, Cecchetto G, Holmes K et al. The International
Neuroblastoma Risk Group (INRG) staging system: an INRG Task Force report. J Clin Oncol.
2009;27(2):298.
Brodeur GM, Pritchard J, Berthold F, et al. Revisions of the international criteria for
neuroblastoma diagnosis, staging and response to treatment. J Clin Oncol. 1993; 11:14661477.
Sulemanji M, Vakili K. Neonatal renal physiology. Seminars in Pediatric Surgery. 2013; 195–
198.