Goedkeuringsbesluit Faunabeheerplan 2014-2019

GEDEPUTEERDE STATEN VAN DE PROVINCIE GRONINGEN
Groningen, 11 november 2014
Zaaknr. 537744
Corr. nr. 2014-38.415/46/A.13, LOW
Verzonden:
1 1 NOV. 20U
Goedkeuring Faunabeheerplan Groningen 2014-2019
Op 15 september 2014 hebben wij van de Stichting FaunabeheereenheidGroningen (Fbe-Groningen)
ter goedkeuring het Faunabeheerplan Groningen 2014-2019 ontvangen.
Het Faunafonds heeft over dit plan op 06-06-2014 en 10-10-2014 aan ons advies uitgebracht. Dit
advies hebben wij hierna in onze overwegingen betrokken.
Overwegingen
Het faunabeheerplan vervangt het Faunabeheerplan Groningen 2009-2014. Het plan is opgesteld aan
de hand van toetsingscriteria van de artikelen 8 tot en met 11 van het Besluit faunabeheer. Tevens is
rekening gehouden met de door ons op 30 juni 2009 vastgestelde Beleidsnotitie Flora- en faunawet
2009. Onder andere zijn de verspreiding, de ontwikkeling van de populatie en de leefwijze van een
aantal schadeveroorzakende diersoorten die in Groningen voorkomen beschreven. Tevens zijn de
schadecijfers over de voorgaande jaren bekeken en zijn genomen preventieve maatregelen op grond
van afgegeven ontheffingen volgens de Flora- en faunawet weergegeven.
Hoofdlijnen
In het goedkeuringsbesluit wordt op hoofdlijnen ingegaan op het faunabeheerplan. Een nadere
afweging over de exact te nemen maatregelen en in ontheffingen te stellen voorschriften vindt plaats
op het moment van ontheffingverlening.
Ganzen
In Groningen hebben maatschappelijke partijen nieuwe afspraken gemaakt omtrent het ganzenbeleid
in onze provincie, het Groninger ganzenakkoord. Deze nieuwe afspraken volgen najaren lang het
beleid op grond van het landelijk Beleidskader faunabeheer te hebben uitgevoerd. Aanleiding voor
nieuwe afspraken is een groeiend aantal ganzen die schade veroorzaken aan landbouwgewassen. De
afspraken uit het beleidskader Faunabeheer waren niet meer toereikend om de problematiek rondom
de ganzen het hoofd te bieden. De afspraken die binnen het Groninger ganzenakkoord zijn gemaakt,
zijn verwerkt in het Faunabeheerplan.
Op basis van de geactualiseerde schadegegevens uit het Faunabeheerplan is vast te stellen dat de
ganzenschade in de winterperiode is gestegen in de afgelopen vijfjaar. Met name op granen en
blijvend grasland. Deze schade wordt in hoofdzaak veroorzaakt door grauwe gans, kolgans en
brandgans. Wij zijn dan ook voornemens in de winterperiode ontheffing te verlenen voor deze drie
soorten.
Het Faunafonds kan zich vinden in het toestaan van afschot van brandganzen op kwetsbare
gewassen in de winter in een begrensd gebied (buiten de foerageergebieden, in gebieden aan de
noordkust en het Dollard-gebied), omdat brandganzen in deze periode niet alleen trek-, maar ook
standganzen zijn en de trekganzen worden beschermd binnen foerageergebieden.
De ganzenschade in de zomer schommelt de afgelopen vijfjaar waarbij een toename is waar te
nemen in het areaal aan landbouwgrond dat schade heeft gehad. Tevens is een sterke groei te zien
van het aantal broedparen grauwe gans. Een groei in het aantal broedparen zien wij ook bij
brandganzen. De kolgans komt als zomergans nauwelijks voor. Dit blijkt ook uit de schade die door
1
kolgans in de zomer wordt veroorzaakt, deze is laag tot nul. Gezien het voorgaande zijn wij
voornemens ontheffing te verlenen voor grauwe gans en brandgans in de zomerperiode. Afschot van
kolgans is gezien de lage aantallen in de zomer en het ontbreken van belangrijke schade niet aan de
orde.
Ree
Voor het duurzame beheer van de reeënpopulatie heeft de Fbe-Groningen samen met de
faunabeheereenheden van de twee andere noordelijke provincies het Universeel beheerplan voor
reeën in Groningen, Frysiën en Drenthe opgesteld. De Fbe is voornemens het plan te actualiseren. Dit
juichen wij toe en zien het nieuwe reeënbeheerplan graag tegemoet.
Het aantal reeën is de afgelopen tien jaar gestaag gestegen van ca. 3500 in 2002 naar ca. 4500 in
2012. Deze stijging is ook terug te zien in de omvang van het valwild. Deze is met name in de laatste
vijfjaar fors toegenomen van 342 stuks valwild in 2008 naar 444 in 2012. Dit baart ons zorgen. Wij
hebben daarom reeds langs een aantal provinciale wegen met veel valwild maatregelen genomen om
het aantal aanrijdingen met reewild te verminderen. Gezien het hoge aantal reeën en het vele valwild
zullen wij ontheffing verlenen. Op basis van deze ontheffing kan de Fbe-Groningen
wildbeheereenheden machtigen om binnen bepaalde perioden per jaar reeën af te schieten. Hiernaast
zullen wij ook ontheffing verlenen om buiten deze perioden in incidentele gevallen schade aan
gewassen veroorzaakt door reeën te bestrijden.
Ontheffing kunstlicht
Wij willen terughoudend omgaan met het toestaan van het gebruik van kunstlicht bij het opsporen en
doden van dieren. Alleen daar waar het echt noodzakelijk isen nachtelijk afschot met behulp van
kunstlicht qua effectiviteit een meerwaarde heeft boven alleen afschot overdag of in gevallen waarbij
de openbare veiligheid in het geding is zullen wij ontheffing voor kunstlicht verlenen.
De vos richt regelmatig schade aan onder pluimvee en lammeren. Bovendien is de vos predator van
kwetsbare bodembroeders zoals weidevogels. Daarnaast komt het voor dat vossen graven in dijken
waarbij de openbare veiligheid in het geding komt. Voor de vos geldt een landelijke vrijstelling om
deze met de in het Besluit beheer en schadebestrijding aangewezen middelen te bestrijden. Voor het
gebruik van kustlicht is toestemming van de provincie nodig. Ter voorkoming van schade aan dijken,
fauna en bedrijfsmatig gehouden pluimvee en lammeren zullen wij ontheffing verlenen voor het
gebruik van kunstlicht. Waar het gaat om de vos als predator van onder andere weidevogels, zullen
wij een nadere afweging maken waarbij nut en noodzaak van het gebruik van kunstlicht wordt
afgewogen tegen andere (maatschappelijke) belangen.
In sommige gevallen veroorzaken ook konijnen door ondergraving schade aan gebouwen, terreinen
en dijken. Ook in deze gevallen zullen wij ontheffing verlenen voor het gebruik van kunstlicht. Bij het
verlenen van een ontheffing voor gebruik van kunstlicht zullen wij rekening houden met de laatste
stand van zaken omtrent het Benelux-verdrag en de bijgehorende afspraken.
Knobbelzwaan
In verband met de schade veroorzaakt door knobbelzwanen is met ingang van het seizoen 2006/2007
door ons met de Fbe-Groningen een regeling ingevoerd om met inzet van vogelafweerpistolen de
zwanen te verjagen en zodoende de schade te beperken alvorens tot afschot over te gaan. In 2012
hebben wij de ontheffing voor ondersteunend afschot van knobbelzwanen ingetrokken omdat de
schade veroorzaakt door knobbelzwanen beperkt was. De mogelijkheid van legselbeperking is wel
gehandhaafd. Wij zullen dan ook geen ontheffing voor ondersteunend afschot verlenen zolang deze
schade beperkt blijft. Wel verlenen wij ontheffing voor legselbeperking.
Wilde eend
Voor de wilde eend is de Fbe voornemens ontheffing aan te vragen voor incidenten in de periode
1 februari tot en met 30 juni. Voor de periode 1 juli tot 14 augustus stelt zij een ontheffing op voorhand
voor. Het voorstel om op voorhand ontheffing te verlenen in deze periode komt voort uit het groot
aantal machtingsverzoeken in het verleden in deze periode. Deze machtingsverzoeken waren met
name gericht op het voorkomen van schade in gelegerd graan, voorafgaand aan de oogst. Wij volgen
deze redenering en zijn voornemens hiervoor ontheffing te verlenen.
Woelrat en ekster
Voor de woelrat en ekster wordt door de Fbe voorgesteld een vrijstelling te geven voor het opzettelijke
verontrusten ter voorkoming van belangrijke schade aan landbouwgewassen. De schade rond deze
soorten is betrekkelijk laag of onbekend. Tevens zien wij dat ekster de afgelopen tien jaar in aantal is
teruggelopen. Er is in Groningen weinig bekend over de aantalsontwikkelingen van de woelrat. Wij
vinden het dan ook niet verstandig een vrijstelling voor opzettelijke verontrusten en/of doden af te
geven. Wij geven de voorkeur aan het verlenen van een ontheffing zodat bij incidenten kan worden
opgetreden. Op deze wijze kan de gunstige staat van in standhoudingbeter worden bewaakt.
Andere soorten
Voorts zijn er in het faunabeheerplan een aantal dieren opgenomen welke incidenteel belangrijke
schade veroorzaken, voor de bestrijding waarvan de Fbe-Groningen ontheffing vraagt. Het gaat hier
om bestrijding van belangrijke en acuut dreigende gewassenschade die incidenteel en onvoorspelbaar
qua plaats en tijd voorkomt. Voor deze gevallen geven wij de Fbe-Groningen ontheffing onder de
voorwaarde dat machtiging van een grondgebruiker slechts mag plaatsvinden nadat de Inspecteur
groene wetten ter plaatse een controle heeft uitgevoerd en positief advies heeft uitgebracht. Hiernaast
zullen wij in de ontheffing de gewassen en de perioden aangeven waarin deze schade kan optreden.
Faunafonds
Het Faunafonds heeft op 6 juni 2014 advies uitgebracht op het faunabeheerplan. Aanvullend advies is
gegeven op 10 oktober 2014 nadat het faunabeheerplan op enige onderdelen was aangepast. In
beide gevallen is het advies het plan goed te keuren met in achtneming van een aantal opmerkingen
die hieronder worden benoemd.
Trekganzen
Het Faunafonds merkt op dat de Fbe ontheffing aanvraagt voor trekganzen grauwe gans en kolgans
voor de periode 1 oktober t/m 29 februari zonder rekening te houden met de winterrustperiode.
Inmiddels is het Faunabeheerplan op dit punt aangepast en wordt er in de aanvraag wel rekening
gehouden met deze winterrustperiode.
Aanwijzing
Het Faunafonds constateert dat er afwachtend wordt gehandeld met het reduceren van de populaties
van nijlgans en boerengans met een aanwijzing ex art. 67 Flora- en faunawet. De problematiek is bij
het Faunafonds bekend maar zij raadt aan naar andere provincies te kijken en te bezien in hoeverre
een lijn kan worden getrokken. Wij zullen van deze bevoegdheid gebruik maken, zodra hiervoor
voldoende juridische gronden aanwezig zijn.
Errata
In haar advies van 6 juni jl. heeft het Faunafonds enkele tekstuele opmerkingen gemaakt. Deze
hebben wij als bijlage aan dit besluit toegevoegd.
Besluit
Met inachtneming van de hierboven gegeven overwegingen en ons beleid, zoals door ons vastgesteld
op 30 juni 2009 in onze Beleidsnotitie Flora- en faunawet 2009 en de hierbij behorende Nota Reacties
en Commentaar, en gelet op het bepaalde in artikel 30 van de Flora- en faunawet en de artikelen 8 tot
en met 11 van het Besluit Faunabeheer, besluiten wij het Faunabeheerplan Groningen, vastgesteld
door de Fbe-Groningen op 12 september 2014, goed te keuren voor de termijn van vijfjaar vanaf
verzending van dit besluit.
Dit besluit wordt van kracht op de datum van verzending van dit besluit. Tegen dit besluit staat geen
bezwaar of beroep open.
Groningen, 11 november 2014.
Gedeputeerde Staten voornoemd:
, voorzitter.
Bijlage
Datum
Ons kenmerk
G juni 2014
ESTjl 2,2014,0261
BULAGE
Het bestuur van het Faunafónds heeft dé volgênd'ê inhoudélijke éfi têkstueié
opmerkingen (cursief en onderstreept):
Tekstuele opmerkingen
Biz, 13j eerste atinca na Canadese gans toevoegen; Daarnaast zijn de mo! en de veid- en
bssc±i(!nnd& gfjer» en ainnt&nsaorten.
Biz. 17r laatste alinea toevoegen: vogeischacfe in zacht fruit
Biz. 23, 4^ alinea^ laatste zin: roeJif ts n iet vrijgesteld voor afschot
Biz. 31r twe ede alinea^ 4*^ bol letje: Gezien de populatie toename is de verwachting dal in
^ toekom SI
Bli. 32, iddlile dlined, eetsle eii tweede LiolleLje; 2014 we^leLeu
BIz. 40, 4^ holletje: Gezien dc populatie toename Is de verwachting dat in de toekomst
Biz. 41, eerste holletje iaatsie woord voor waolaten
BIz. 46, eerste en tweede bolletje: 2ÖJ4L,weglaten
Biz. 47, Beheer, eerste bolletje: Èr zijin geen kolganzen ais standgans. geschoten
BIz. 5 3, laatste alinea, laatste zin: Er zijn geen kolganzen a/s standgans geschoten
Biz. SS, Beleid, T- bolletje: Br is ee n provinciale vrljsteilllrig voor verortrusten .vao^Aracüf
Biz. 55, Beheer,
bolletje: Er is een klein aantal brand ganzen afe stiyndaans geschoten
BIz. 57, trekganzen: de grauwe gans wijzigen in: brandgans
BIz. 61, 2® bolletjie: Gezien de populatie toename Is de vemachting dat in üs. toekomst
Biz. 62, Beheer laatste zin; Er i s een klein aantal brandganzen sis standaans geschoten
BIz. 74, Beleid, 3"^ bol letje: ffü/ï-_ea_ö;öpö2i^/f_weglaten
BIz, 77, laatste zin: fruit- en bonsntsètt weglaten
BIz. 110, eerste alinea; de zin: .4ffeen wanneer vermenaino met grauwe ganzen optreedt
kan de schade door vérw/i'dért/ê baHrSnaSnkHn würdan veCQOGÓ helemaal weglaten, ook
dan wordt het aandeel van de verwilderde boerenganzen niet vergoed. Wel vindt bij
menggroepen met andere ganzensoorten registratie van het aandeel schade van, de
verwilderde boerenganzen plaats.
BIz. 135, laatste woord: aanvraagt
BIz. 144, versprei dings kaartje Woelraï/Molmuls: Molmuis wijzigen in; woe/mu/s