Uitwerking Transformatieplan domein LVB/VB

Uitwerking Transformatieplan domein LVB/VB
Vroegtijdig het verschil maken
Onderzoek wijst uit dat het vroegtijdig onderkennen van signalen , die wijzen op een mogelijke stagnatie in de ontwikkeling van jonge
kinderen, effectief is bij een snelle adequate aanpak hiervan. Het domein LVB onderkent dit en werkt dan ook al jaren met effectieve
interventies zoals vroegsignalering en Integrale vroeghulp (IVH). IVH richt zich op jonge kinderen van 0 tot 7 jaar met (dreigende)
ontwikkelingsachterstanden, mogelijk als gevolg van een beperking. Integrale s amenwerking met name bij jonge gezinnen en hun
kinderen is dan ook van groot belang en vraagt nog meer dan ooit onze gezamenlijk inzet. Dit vraagt een domeinoverstijgende
aanpak, omdat een (licht) verstandelijke beperking op jonge leeftijd vaak nog niet kan worden vastgesteld, maar wel vanuit de
gezinshistorie een verhoogd risico kan worden geconstateerd. Het is dan ook van groot belang dat de deskundigheid van de 2 e lijns
gespecialiseerde jeugdzorg daarin deskundigheid en ondersteuning aanbiedt. Een tijdige inzet van VB/LVB-expertise kan - naast
leed bij de direct betrokkenen - op termijn maatschappelijke overlast en kostbare zware hulpverlening voorkomen. Dit sluit aan bij
hetgeen ook in het RTA Drenthe is gesteld, namelijk dat vroegtijdige effectieve interventies kunnen voorkomen dat langdurige
zwaardere hulp nodig is.
Echter, deze vorm van preventieve ondersteuning geldt niet als totaal uitgangspunt daar de realiteit leert dat niet alles vroegtijdig
kan worden ontdekt. Daar waar de problemen zich boven het 2 e , 3 e en 4 e interventieniveau begeven, dient deze vorm van
gespecialiseerde hulp in maximaal 2 stappen bereikbaar en beschikbaar zijn, waarbij betrokkenheid en regie bepaald worden aan de
hand van de geconstateerde hulpvragen. Te allen tijde staan wij achter het uitgangspunt dat voorliggende voorzieningen hun
betrokkenheid ook bij de meer intensieve zorg zouden moeten hebben om een terugke er naar een meer begeleidende of laag
frequente zorg in twee stappen ook weer binnen handbereik te brengen. Samengevat vinden wij dat wij ondersteuning en
deskundigheid beschikbaar stellen om het voorliggende veld te helpen het licht te houden en staan wij op het standpunt dat waar
nodig noodzakelijke hulp vanuit de 2 e lijn vroeg moet worden ingezet om langer te voorkomen. Vanuit deze visie hebben wij een
invulling gegeven die de richting van het domein LVB aangeeft en tevens goed aansluit bij de andere dom einen. W ij gaan er hierbij
van uit dat domeinen nu nog als ordening nodig zijn en dat we zullen werken aan “ontdomeinen” en meer samenwerking in
trajecten/zorgpaden of samenwerking in algemene zin.
1
Transformatieplan LVB-domein
De doelgroep LVB en VB uitgelicht
Op basis van de mate van de verstandelijke beperking (IQ) in combinatie met bijkomende problematiek (psychisch, gedrag, lichamelijk) is er
een duidelijk onderscheid aan te brengen in de doelgroep VB en LVB.
- Kind/jongere met een verstandelijke beperking (VB)
Men spreekt van een verstandelijke handicap wanneer een persoon belangrijke beperkingen ondervindt in het dagelijks functioneren. Er moet
sprake zijn van een duidelijk beneden gemiddeld intellectueel functioneren en van gelijktijdige beperkingen in minimaal twee
vaardigheidsgebieden zoals communicatie, zelfredzaamheid, wonen, sociale vaardigheden, zelfbepaling, gezondheid en veiligheid, schoolse
vaardigheden, ontspanning en werken. De beperkingen moeten zich manifesteren voor het achttiende levensjaar.
Dit om het onderscheid te kunnen maken van mensen met later verworven hersenletsel en mensen met dementie. Bij de beoordeling of er
sprake is van een verstandelijke handicap wordt dus gekeken naar:
 verstandelijk functioneren
 vaardigheden die bepalen hoe iemand zich weet te handhaven in de samenleving
 de leeftijd waarop de beperkingen merkbaar worden.
Indeling van de verschillende verschijningsvormen die nu nog wordt gevolgd:
 lichte verstandelijke beperking; IQ: 50 – 75/ 85 ( hierover is een eeuwige discussie )
 matige verstandelijke beperking; IQ: 35 - 50
 ernstige verstandelijke beperking; IQ: < 35.
Voor uitgebreide informatie over kerngegevens per provincie, gemeente en wijk m.b.t. de doelgroep kinderen met een verstandelijke beperking
verwijzen wij naar een recent uitgevoerd onderzoek ‘Kinderen in Tel’ (september 2013).
- Kind/jongere met een licht verstandelijke beperking (LVB)
Eén op de zes Nederlanders heeft een IQ dat lager is dan gemiddeld. Voor de meeste mensen is die beperking gelukkig geen belemmering om
hun eigen plaats in de samenleving in te nemen. Voor een kleiner aantal verlopen ontwikkeling en opvoeding echter gecompliceerd en dreigen
grotere problemen te ontstaan. Die problemen hebben vooral te maken met sociaal gedrag en omgang met andere mensen. Dit komt doordat
de licht verstandelijke beperking uit twee elementen bestaat:
 Een lager intellectueel functioneren (IQ tussen 50-85)
 Een beperking in het sociaal aanpassingsvermogen (beperkte sociale redzaamheid en beperkt probleemoplossend vermogen).
Bijkomend punt is dat je aan de buitenkant niet ziet dat kinderen een licht verstandelijke beperking hebben, met als gevolg dat deze kinderen in
de regel gemakkelijk overvraagd worden met alle problemen van dien.
2
Transformatieplan LVB-domein
In Nederland zijn er ongeveer 450.000 jongeren (0-18 jaar) met een IQ tussen 50-85. Ongeveer 200.000 van hen kunnen zich prima redden
met hulp van hun sociaal netwerk en andere lichte vormen van ondersteuning.
Bij ongeveer 250.000 jongeren is er sprake van bijkomende problematiek. Zij hebben vaker en meer professionele ondersteuning nodig van
algemene en gespecialiseerde voorzieningen. Ongeveer 40.000 van hen heeft te maken met zodanige zware problematiek dat
gespecialiseerde zorg nodig is.
Bron: ‘Op het eerste oog heel gewoon’ VOBC 2011
Op basis van landelijke gegevens menen wij te kunnen onderbouwen dat snel en adequaat ingrijpen ook breder maats chappelijk
gewin op kan leveren. Denk bijvoorbeeld aan cijfers als het gaat om jeugddetentie, jeugdzorg plus en de omvang jongeren die daar
zitten met een licht verstandelijk beperking. Denk aan schooluitval van jongeren, waarbij het te laat duidelijk wordt dat het gaat om
een licht verstandelijke beperking; denk aan de werkloosheid onder de groep 16-25 jaar waar sprake is van een licht verstandelijke
beperking met vaak ernstige vormen van gedragsstoornissen.
Het behoud van domeinen dient wat ons betreft tijdelijk te zij n. W el maken we vanuit onze werkgroep een verschil als het gaat om
kinderen met verstandelijke beperking gepaard gaande (ernstige) fysieke beperkingen en/of bijkomende gedragsproblematiek (VB)
en kinderen met een licht verstandelijke beperking met bijkomende gedragsproblematiek (LVB).
Bij de één weegt een licht verstandelijke of een verstandelijke beperking zwaarder dan bij de ander, maar in alle gevallen blijft deze
beperking een leven lang. Die realiteit maakt dat sommige mensen of gezinnen langdurig of soms zelfs blijvend hulp nodig hebben
om zich staande te houden; bijvoorbeeld als de beperking gepaard gaat met psychische problemen of als een steunstructuur in de
eigen omgeving ontbreekt. Ook in die gevallen geldt: hoe eerder VB/ LVB -expertise wordt ingezet, hoe groter de kans dat iemand
met minimale ondersteuning blijft functioneren. Bovendien kun je ook met een licht verstandelijke beperking verrassend verder
komen als er goed wordt ingespeeld op de mogelijkheden. Zorgdragen voor voorkoming van vroegtijdig schooluitval, begeleiden n aar
geschikt werk en ook tijdens het werk zor gdragen voor de juiste begeleiding van deze jongeren dragen bij aan een maatschappelijk
betekenisvol bestaan van jongeren met een (licht)verstandelijke beperking.
Overigens is niet altijd gezegd dat het hebben van LVB levenslange professionele ondersteuni ng noodzakelijk maakt. Uit onderzoek
blijkt ook dat op de jongvolwassen leeftijd afname van de sociale problemen ontstaat, omdat de cliënt heeft geleerd om te gaa n met
zijn beperking (coping) met aanvaardbare maatschappelijke participatie tot gevolg. Voor cliënten met een VB ligt dit wat
genuanceerder. Gezien de aard van de beperking en de gevolgen , die dat met zich meebrengt op de mate van zelfredzaamheid, blijft
langdurige (lichte ) ondersteuning noodzakelijk.
3
Transformatieplan LVB-domein
Gevolgen voor het transformatieplan LVB-domein
Vanuit bovenstaande is vanzelfsprekend onderzoek gedaan naar het huidige aanbod vanuit de zorgaanbieders in het domein
LVB/VB. Een eerste conclusie is dat er op onderdelen overlap is en dat biedt mogelijkheden om meer duidelijkheid in het veld te
verkrijgen. Ook ligt er een duidelijk uitdaging naar efficiënter samenwerken. Hierbij hebben we het inter ventiemodel als uitgangspunt
genomen en zo zijn we tot een aantal acties gekomen. Deze vindt u in de bijlage. Op basis van de afspraken in het RTA zijn partijen
overeengekomen de onnodige overlap ter discussie te stellen en met nieuwe vormen van samenwerking te komen. Hierbij wordt
gedacht aan gezamenlijke huisvesting, afstemmen van programma’s en modules waarbij keuzevrijheid op basis van historische
gronden geen geweld wordt aangedaan en de samenwerking met de andere domeinen verder wordt bevorderd.
Een belangrijk onderdeel naar meer effectieve jeugdzorg is gezamenlijk meer onderzoek doen (in het RTA is dit ook een belangr ijke
beslissing geweest). Op dit terrein willen we een inspanning leveren die vanuit de reservering van middelen (zoals afgesproken in
het RTA) het gezamenlijke startkapitaal kan leveren naar meer gezamenlijk onderzoek en daarmee de keuze te maken voor
effectieve interventies. Tevens zijn we vanuit het domein LVB/VB overtuigd van de practice based hulp. Ook hiervoor zien we in de
gezamenlijkheid meer mogelijkheden.
Het gaat hier met name om de transitie jeugd. W ij willen hier echter ook de andere transities alvast benoemen. Er zijn natuurlijk
raakvlakken als het gaat om de zogenaamde transities 3D. In de transformatieplannen zullen deze raakvlakken uitvoeriger worden
beschreven. Samenwerking met onderwijs, zowel op uitvoerend als op educatief niveau. wordt al uitgewerkt of is al operatief.
W ij zien het dan ook als onze taak om ons te richten op de combinatie van factoren in een hulpvraag. Ontwikkelproblemen , ernstige
leer en opvoed-opgroei problemen, met mogelijke psychiatrische problematiek. Complexiteit is het uitgangspunt en de daaraan
gekoppelde vraag bepaald de meest gewenste en effectieve zorg. Het niveau bepaald dus niet alleen waar de hulpvraag wordt
beantwoord, het niveau (IQ)is vanuit de ervaring zeer wel beïnvloedbaar voor veel jeugdigen in het domein LVB, dit omda t de
specifieke aanpak die gericht is op leren op alle niveaus en daaraan gekoppeld tempo en cognitieve positieve beïnvloeding ee n zeer
gewaardeerde aanpak is voor jeugdigen.
NB:
Ook maken we nu in deze inleiding geen specifiek onderscheid in behandeling en begeleiding. Echter, het is evident dat het verschil
er is en dat het meegenomen is in de interventie-indeling.
4
Transformatieplan LVB-domein
30 april 2014
Promens Care:
De Trans
:
1
Flinq
:
Ambiq
:
1
Hanneke Vochteloo
Henderika Donker/Hans van Scheijen
Bart de Bruin
Ina Kuipers
samenwerking van Boeijen/ De Zijlen voor jongeren/jong volwassenen met een LVB en gedragsproblemen
5
Transformatieplan LVB-domein
Bijlage actieplan
Interventieniveau Opvattingen en acties LVB domein
1. IVH wordt per subregio ingebed in het
1 t/m 3
voorliggend veld; CJG’s.
Acties:
 Aanbieden IVH aan voorliggend veld
 Prijs bepalen IVH
 Betrokkenheid van de CJG’s organiseren
m.b.t. IVH
 Ambiq sluit aan bij IVH.
2. Integrale ouder/kindcentra (0-6 jaar)
wordt ingebed in voorliggend veld en sluit
daarmee aan bij IVH, Onderwijs,
Kinderopvang/Peuterspeelzaal,
Kinderdagcentrum VB.
Acties:
 VB en LVB-partijen sluiten aan bij het
OKC
 Samenhang bespreken met
initiatiefnemers OK.
 Huisvesting wordt hier in meegenomen.
3. LVB/VB domein levert een integraal
aanbod t.b.v. voorlichting en informatie
voor interventieniveau 1,2 en 3.
Acties:
 Ons aanbod met GGD en CJG
bespreken
 Afspraken maken wie, wat, waar
doet.
6
Transformatieplan LVB-domein
wie
Actie domeinoverstijgend
Betreft een domeinoverstijgend
actiepunt
MEE
Ambiq
Betreft een domeinoverstijgend
afstemmings- en actiepunt
Promens Care
Interventieniveau Opvattingen en acties LVB domein
4. Organiseren van goede samenhang
tussen CJG/IVH/OKC/Vroeg Erbij en het
2e lijns aanbod (interventieniveau 7).
Acties:
 Met coördinatoren CJG, Yorneo, MEE,
Accare dit verder uitwerken
 Afspraak maken.
5. Voorliggend veld willen ondersteunen om
het ‘erbij halen’ gemakkelijk te maken.
Acties:
 Samen met Accare/GGZ/Yorneo per
subregio een gemakkelijk 24 uurs
bereikbaar en toegankelijk 2e lijnsadviesen consultatieteam ontwikkelen.
4 t/m 6
Actie domeinoverstijgend
Betreft een domeinoverstijgend
actiepunt.
Betreft een domeinoverstijgend
actiepunt
1. Uitvoering IVH zal voor een deel liggen
op interventieniveau 4, daar waar het
gaat om diagnostiek + vervolgadvies.
Acties:
 IVH als integraal samenwerkingsverband
in standhouden en prijsbepaling.
2. Alle gespecialiseerde aanbieders
formeren gezamenlijk een integraal ACTteam werkwijze, die aansluit bij c.q. zich
verhoudt tot de lokale wijkteams en CJGteams. Zo stellen wij ons integraal
beschikbaar om erbij gehaald te worden
indien er opgeschaald moet worden.
7
wie
Transformatieplan LVB-domein
Betreft een domeinoverstijgend
afstemmings- en actiepunt
Interventieniveau Opvattingen en acties LVB domein
wie
Acties:
 Gesprekken organiseren met de andere
domeinen
 Uitwerken gezamenlijk concept
(inhoudelijk, organisatorisch, financieel)
 Betrokkenheid organiseren bij CJGteams en sociale teams
 Lokaal gaan proefdraaien.
7
Promens Care en De Trans werken in hetzelfde
werkgebied (subregio Zuid Oost) samen daar
waar het gaat om dagbehandeling/
dagactiviteiten voor VB-kinderen (KDC) betreft.
Acties:
 Actie wordt bestuurlijk voorbereid en
vervolgens uitgewerkt
 Ook huisvesting wordt hier in mee
genomen.
Dagbehandeling en dagopvang
Kinderdagcentrum VB met 2 programmalijnen:
1. Ontwikkeling stimulering jonge kind ter
voorbereiding op school. Betreft die
kinderen die niet genoeg hebben aan het
kort cyclische dagbehandelingstraject in
het OKC.
Eventueel in combinatie met gezinsondersteunende arrangementen
(interventieniveau 4-6).
Bevat ook samenhang met het OKC.
Acties:
 Uitwerken gezinsondersteunende
gezinsarrangementen.
8
Transformatieplan LVB-domein
De Trans en Promens Care
De Trans en Promens Care
Actie domeinoverstijgend
Interventieniveau Opvattingen en acties LVB domein

2. Langdurige dagbehandeling tot 18 jaar.
Betreft in principe langdurige zorg met
bijbehorende gezinsarrangementen om
kind zo lang mogelijk thuis te houden.
Acties:
 Aansluitende
gezinsondersteunende
arrangementen.
.
8
Verblijf:
Lang, tijdelijk, kort
Onderscheidend naar
VB, LVB en jGGZ
9
wie
Uitwerken in samenhang met
OKC diagnostiek en behandellijn.
Onderscheidende verblijfsprofielen gericht op de
duur van verblijf in relatie tot behandelingsgericht en begeleidingsgericht verblijf:
LVB:
 Behandeling gekoppeld aan tijdelijk
verblijf; periode van 3 tot 9 maanden.
Met uitzondering tot max. 1 ½ jaar.
VB
 Langdurig doorlopend tot na 18e jaar.
Verblijfslocatie is dan nieuwe thuis. Is
dan al WLZ-zorg.
 Tijdelijk; periode 1 tot 2 jaar. Maakt
onderdeel uit van een ambulant traject al
dan niet in combinatie met een
behandeltraject Ambiq/Accare. Sluit ook
aan bij WMO-domein daar waar jongeren
> 18 jaar worden tijdens dit traject.

Transformatieplan LVB-domein
De Trans, Vanboeijen,
Promens Care
Actie domeinoverstijgend
Interventieniveau Opvattingen en acties LVB domein

wie
jGGZ:
 Tijdelijk; periode 1 tot 2 jaar. Maakt
onderdeel uit van een ambulant traject.
Al dan niet in combinatie met
behandeltraject Accare/GGZ.
 Langdurig: > 18 jaar krijgt het karakter
van langdurig begeleid wonen (WMO).
Acties:
 Ontwikkelen van een integraal
ketentraject van behandeling naar verblijf
en omgekeerd (in/uitschuifmodel)
 Gebruik maken van elkaars
voorzieningen. Dus in kaart brengen
waar ieder zijn voorzieningen heeft en
wat samen gebruikt zou kunnen worden.
 Aansluiting zoeken bij het WMO-domein
daar waar het jongeren betreft die tijdens
de begeleidingsperiode > 18 jaar worden.
10
Actie domeinoverstijgend
Kortdurend (logeerfunctie); ontlasten
ouders.
Transformatieplan LVB-domein
Ook samen met JGGZ-aanbieders
LVB/VB aanbieders samen.
Nog te adresseren onderwerpen:
-
-
-
-
Volume + budget LVB 18+: (Vanboeijen, FLINQ, Promens Care)
Nu zijn deze LVB-jongeren in zorg/verblijf als VG-geïndiceerde cliënt bij de VB-aanbieders. Betreffen jongeren allen met een ZZPindicatie van 6 en 7. Conform de regelingen zouden ze in de WLZ vallen. Echter, aangezien het om LVB’ers gaat wordt dit wel jeugdwet.
Deze budgetten aantallen jongeren zijn nu niet in de aantallen meegenomen.
Huisvestingslasten LVB- cliënten (Van Boeijen, FLINQ, Promens Care)
LVB-cliënten die langdurig bij een VB-zorgaanbieder verblijven/wonen, maar waarschijnlijk niet aanmerking komen voor de WLZ:
BSO Speciaal (De Trans en Promens Care)
In Drenthe maken wekelijks 50 tot 60 VB-kinderen gebruik van buitenschoolse opvang speciaal toegerust voor kinderen met een
beperking afkomstig van het speciaal onderwijs, alsmede kinderen die overdag het KDC bezoeken. Deze kinderen kunnen niet
deelnemen aan de reguliere kinderopvang, aangezien ze een specifieke aanpak nodig hebben zich vertalend in kleine groepen (max.10
i.p.v. 20 zoals binnen de reguliere BSO gebruikelijk is) en een intensievere begeleiding (aantal begeleiders en deskundigheidsniveau).
BSO Speciaal is in feite een voorliggende voorziening die net als reguliere kinderopvang/BSO onder verantwoordelijkheid valt van het
speciaal onderwijs. Door BSO Speciaal als voorliggende voorziening aan te duiden, zoals gesteld in het RTA, zal hiervoor onder de
verantwoordelijkheid van de gemeenten en in samenwerking met het speciaal onderwijs en de reguliere kinderopvang een alternatief
aanbod ontwikkeld moeten worden. De VB-aanbieders zijn vanzelfsprekend bereid om hun expertise en ervaring alsmede hun fysieke
ruimte hiervoor ter beschikking te stellen.
Begeleiding in het onderwijs: (De Trans en Promens Care)
Dagelijks maken tussen de 30 en 40 kinderen in het speciaal onderwijs gebruik van leerlinggebonden AWBZ-financiering in de vorm van
individuele begeleiding en/of verzorging. Deze onderwijsondersteunende begeleiding wordt uitgevoerd door de VB-aanbieders. De
begeleiding wordt uitgevoerd in de klas en is gericht op het kind. De begeleiding draagt er toe bij dat het betreffende kind het onderwijs
kan blijven volgen. Zonder deze extra begeleiding loopt het kind zeer hoog risico tot schooluitval met thuiszitten tot gevolg en eventuele
terugvalmogelijkheid op dagbesteding. Deze vorm van begeleiden krijgt binnen de Ondersteuningsplannen van de samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs geen aandacht.
Begeleid leren
Voor jongeren met psychische problemen is het werken aan hun toekomst nog niet zo eenvoudig. Vanuit het Begeleid Leren is er door
Promens Care een aanbod gecreëerd om deze (jong)volwassen te begeleiden bij het behalen van hu n diploma. Wekelijks worden GGZ/LVG-
jongeren, verblijvend bij Promens Care, naast hun reguliere begeleiding hierbij aanvullend begeleid. Hierbij gaat het om het vergroten
van studievaardigheden en het geven van onderwijs advies. Dit draagt bij aan voorkoming van voortijdige schooluitval en weer
schooldeelname indien de jongere al uitgevallen is.
11
Transformatieplan LVB-domein