+ PAX 23 november 2014 Feest van Christus Koning, A Ez., 34, 11-12. 15-17 ; 1 Kor., 15, 20-26. 28 ; Mt., 25, 31-46 8.00 uur OPENINGSVERS Apok 5,12; 1,6 Het Lam dat geslacht werd is waardig de macht te ontvangen, glorie en wijsheid, kracht en eerbetoon. Hem zij de heerlijkheid in de eeuwen der eeuwen. INLEIDEND WOORDJE Vandaag vieren we het feest van Christus Koning. Maar waar is Christus Koning? We kennen wel allerlei koninkrijken, maar daar regeren aardse koningen of koninginnen, voor zover ze nog iets te zeggen hebben. Waar heerst Christus? Hij heerst niet zoals de machthebbers en regeringen met macht en geweld. Hij is de machteloze op het kruis die ons uitnodigt en nooit dwingt. Hij nodigt uit overal te helpen waar mensen zwak en in nood zijn, om te doen zoals Hij gedaan heeft. Hij wil niet met politie en leger regeren, maar wil heersen in de harten van de mensen. Hij nodigt uit en zal nooit dwingen. Hij wil heersen in ons hart, maar alleen als wij ons hart daarvoor openen. Omdat we dat te weinig hebben gedaan willen we daar nu stil bij staan. Belijden wij onze zonden, bekeren wij ons tot God, opdat Christus werkelijk in ons hart moge heersen en wij deze heilige Eucharistie goed kunnen vieren. VOORBEDEN Laat ons bidden tot God onze Vader, die zijn Zoon aan ons als voorspreker gegeven heeft. Heer God, almachtige Vader, Gij hebt uw Zoon met heerlijkheid gekroond en Hij heeft op het kruis een Koninkrijk van waarheid, heiligheid en liefde, recht en gerechtigheid, een Koninkrijk van vrede gesticht. Laat Christus in onze harten heersen zodat Hij in al onze noden kan voorzien. Hij die leeft en heerst in de eeuwen der eeuwen. Amen. + Veelgeliefden, Vandaag, op het feest van Christus Koning, ligt het voor de hand na te denken over het Koninkrijk dat Christus voor ons heeft gesticht. Ook de lezingen geven daar alle aanleiding toe en laten ons gevoelen dat het om een speciaal soort koningschap gaat. In de eerste lezing horen we dat God koning wil zijn als een goede herder die voor zijn schapen zorgt. Geen uitbuiting of geweld, maar verzamelen en verzorgen. Tegen Pilatus had Hij getuigd: «Mijn koningschap is niet van deze wereld. Zou mijn koningschap van deze wereld zijn, dan zouden mijn dienaren er wel voor gestreden hebben. Mijn koningschap is evenwel niet van hier.» (Jo. 18, 36) Hij liet zich introniseren op het Kruis. Wat is dat voor een koning die zich zo laat bespotten en zelfs kruisigen? Zijn koningschap is niet van hier. Bedoelt Hij dat Zijn Rijk zich in het hiernamaals bevindt en pas op het einde der tijden op aarde aanwezig zal zijn? De nieuwe hemel en de nieuwe aarde, het hemelse Jeruzalem dat van bij God uit de hemel zal neerdalen? Is Hij alleen Koning in de toekomstige wereld, een eeuwig koningschap dat pas in de eeuwigheid gestalte krijgt? Nee. Jezus zegt heel duidelijk: «het Rijk Gods is midden onder u.» Het koninkrijk van God is niet van de wereld, maar wel ín de wereld. Hoe kan dat? In de prefatie zingen we van een Koninkrijk van waarheid en leven, een Koninkrijk van heiligheid en genade, een Koninkrijk van gerechtigheid, liefde en vrede. Waarom zien we hier zo weinig van? Het Koninkrijk van Christus is twee duizend jaar geleden gekomen, maar vrede en gerechtigheid, liefde en vriendschap zijn nog even ver te zoeken als toen. Toch vieren wij vandaag dat Christus als Koning heerst. Daaruit blijkt wel dat we onze inzichten over Zijn koningschap moeten bijstellen. Want wat stellen wij ons eigenlijk voor? Misschien stellen we ons een soort aards wereldrijk voor en bepaalt dat onze visie op het Koninkrijk Gods. Maar van Gods Rijk kunnen we geen geografische of economische beschrijving geven. Het gaat niet om een machtig rijk waarin al het kwaad door de Koning wordt afgestraft. Het gaat niet om een rijk met een allesoverheersende machthebber als Koning die afdwingt dat men gehoorzaamt of anders verloren gaat. Nee, Christus heeft een ander Koninkrijk gesticht, dat nu nog steeds als twee duizend jaar geleden moet ontspringen in de harten van de afzonderlijke mensen om zo zichtbaar te worden. Christus is zijn Koningschap begonnen in de stal van Bethlehem. En zijn troon bestond uit het Kruis. Hij liet zich bespotten met de woorden: «als Gij koning zijt, red dan Uzelf.» Dat is het werelds koningschap zoals we dat gewend zijn: een heerser die allereerst voor zichzelf zorgt. Maar onze Koning is de goede herder die zijn leven geeft voor zijn schapen. Hij toont zijn koninklijke macht door niet voor Zichzelf te zorgen, maar door, als de sterke, zwak te worden met de zwaksten en te lijden met de lijdenden. Hij heeft het kwaad overwonnen, niet door het te vuur en te zwaard te bestrijden, maar door het te ondergaan en het te dragen met alle slachtoffers. Het Koninkrijk is midden onder u. (Lk. 17,21) Hoe kan zijn Rijk midden onder ons zijn, als we daar zo weinig van merken? We horen het antwoord in het evangelie van deze dag. Zijn Rijk is een rijk van liefde. En overal waar de liefde beoefend wordt, is zijn Rijk nu reeds aanwezig. Overal waar liefde betoond wordt, is Jezus zelf aanwezig. Telkens als wij onze naaste helpen, krijgt zijn Rijk gestalte en is Hij onze koning. Zo is zijn Koningschap hier op aarde: in de wereld en niet van de wereld of volgens de wereld. Zijn Rijk is geen vrijblijvende informatie. Daar zijn wij allen bij betrokken. Als Christus zó onze Koning is, dan zullen wij Hem moeten volgen. Overal waar mensen handelen als deze Koning of moeten ondergaan wat Hij ondergaan heeft, daar wordt het Rijk Gods, het Koningschap van Christus, nu al zichtbaar onder de mensen. Overal waar mensen zwak zijn, moeten lijden, kwaad ondergaan, daar is onze Koning tegenwoordig om Zijn Rijk te vestigen. En ieder die een van deze geringsten geholpen heeft, heeft het Rijk Gods gestalte gegeven. Mogen wij als trouwe dienaren onze Koning en Heiland navolgen. Daarom blijven wij zeven maal per dag bidden: «Uw Rijk kome, Uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel.»