AANTEKENEN Omroepvereniging VPRO T.a.v. het bestuur Postbus 11 1200 JC HILVERSUM Datum 17 juli 2014 Onderwerp Nevenactiviteit - toestemming cluster 4 Uw kenmerk Ons kenmerk 622993/626544 Contactpersoon Doorkiesnummer Geacht bestuur, Bij e-mail van 25 februari 2014 heeft de VPRO om goedkeuring verzocht voor de nevenactiviteit “Het in licentie geven van fragmenten van diverse oude concertopnames van de VPRO aan Reelin’ in the Years Productions LLC voor verkoop aan het buitenland”. Op 22 mei 2014 heeft het Commissariaat voor de Media (hierna: het Commissariaat) verzocht om aanvullende informatie. De aanvullende informatie is op 22 en 26 mei 2014 verstrekt. Op 16, 19 en 25 juni 2014 is door het Commissariaat nog een keer om aanvullende informatie verzocht. Op 17, 19 en 25 juni 2014 is de gevraagde informatie verstrekt. Op grond van de hiernavolgende toetsing wordt u toestemming verleend voor de nevenactiviteit “Het verkopen of in licentie geven van programma’s, programmaformats of programmafragmenten aan (media)bedrijven” (cluster 4). Zoals volgt uit onze brief van 15 september 2009 (kenmerk 18571/2009013905) vormt cluster 4 een uitzondering op de systematiek van de cluster vervolgmelding. Dit betekent dat er een volledige toetsing plaatsvindt. A. De activiteit 1. De nevenactiviteit betreft het in licentie geven van fragmenten van diverse oude concertopnames van de VPRO aan Reelin’ in the Years Productions LLC (hierna: RITY) voor verkoop aan het buitenland. Het contract betreft in eerste instantie het in licentie geven van fragmenten van een concert van Nirvana in Paradiso in 1991, maar heeft de mogelijkheid om te worden uitgebreid met fragmenten van andere oude concertopnames. In de melding van de nevenactiviteit wordt verzocht om generieke toestemming voor het in licentie geven van fragmenten van diverse oude concertopnames van de VPRO aan RITY. 2. Naar aanleiding van de aanvullende informatie die van de VPRO is ontvangen blijkt dat het gaat om in het in licentie geven van fragmenten van oude concertopnames en niet om het in licentie geven van complete concertopnames als losstaand programma. De VPRO zal dit benadrukken naar RITY. RITY is gerechtigd de door de VPRO in licentie gegeven concertregistraties te sublicenseren aan derden ten behoeve van fragmentengebruik. 3. Volgens het contract wordt de licentie verleend voor een jaar, met automatische verlenging (tenzij tijdig wordt opgezegd). 4. Conform de clusterindeling zoals vermeld in onze brief van 23 december 2008 valt deze nevenactiviteit in cluster 4. B. Relevante bepalingen 5. Artikel 2.132 Mediawet 2008 1. De NPO en de publieke media-instellingen mogen alleen na voorafgaande toestemming van het Commissariaat nevenactiviteiten verrichten. 2. Nevenactiviteiten zijn activiteiten, directe of indirecte deelnemingen in rechtspersonen daaronder begrepen, die niet rechtstreeks verband houden met of ten dienste staan van de uitvoering van de publieke media-opdracht, met uitzondering van verenigingsactiviteiten als bedoeld in artikel 2.136. 3. Toestemming kan alleen worden gegeven als een nevenactiviteit verband houdt met of ten dienste staat van de verwezenlijking van de publieke media-opdracht en direct gerelateerd is aan het media-aanbod van de publieke media-instelling, op marktconforme wijze wordt verricht en ten minste kostendekkend is. 6. Voorts wordt gewezen op de Regeling van het Commissariaat voor de Media van 10 april 2009 houdende beleidsregels omtrent nevenactiviteiten publieke mediainstellingen (hierna: Beleidsregels nevenactiviteiten 2009). C. Status 7. Volgens artikel 2, onderdeel c, van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2009 is een nevenactiviteit een activiteit als bedoeld in artikel 2.132, tweede lid, van de Mediawet 2008. 8. Op grond van artikel 2.132, tweede lid, van de Mediawet 2008, worden alle activiteiten, directe of indirecte deelnemingen in rechtspersonen daaronder begrepen, die niet rechtstreeks verband houden met of ten dienste staan van de uitvoering van de publieke media-opdracht, met uitzondering van verenigingsactiviteiten, aangemerkt als nevenactiviteiten. 9. Het in licentie geven van concertopnames ten behoeve van verkoop aan het buitenland en het in sublicentie geven van fragmenten, houdt niet rechtstreeks verband met en staat niet rechtstreeks ten dienste van de uitvoering van de publieke media-opdracht van de publieke media-instelling en is evenmin een verenigingsactiviteit. 10. De activiteit is derhalve een nevenactiviteit als bedoeld in artikel 2.132, tweede lid, van de Mediawet 2008. D. Toetsing 11. Op grond van artikel 2.132, derde lid, van de Mediawet 2008 kan toestemming alleen worden gegeven als een nevenactiviteit verband houdt met of ten dienste staat van de verwezenlijking van de publieke media-opdracht en direct gerelateerd is aan het media-2- aanbod van de publieke media-instelling, op marktconforme wijze wordt verricht en ten minste kostendekkend is. Relatietoets 12. Op grond van artikel 3, eerste lid, sub a, van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2009, houdt een nevenactiviteit verband met of staat deze ten dienste van de verwezenlijking van de publieke media-opdracht indien er sprake is van het verkopen van een vastlegging. 13. De onderhavige nevenactiviteit betreft het in licentie geven van fragmenten van diverse oude VPRO concertopnames aan RITY ten behoeve van verkoop aan het buitenland en de mogelijkheid deze fragmenten in sublicentie te geven. 14. In de toelichting op artikel 3, eerste lid, sub a, van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2009 staat dat een activiteit wordt geacht verband te houden met, dan wel ten dienste te staan van de verwezenlijking van de publieke media-opdracht, indien er sprake is van het verkopen van vastleggingen. Het gaat hierbij om het verkopen van fysieke dragers (zoals schrift, band, dvd’s, cd etc.) met nagenoeg onverkort media-aanbod, dan wel het op andere wijze aanbieden van (nagenoeg) onverkort media-aanbod. 15. Bij het in licentie geven van fragmenten voor verkoop aan het buitenland is sprake van het op andere wijze aanbieden van (nagenoeg) onverkort media-aanbod. Het gaat om het in licentie geven van fragmenten van eerder door de VPRO uitgezonden oude concertopnames die zullen worden aangeboden aan het buitenland. Hierdoor sluit de nevenactiviteit aantoonbaar inhoudelijk aan bij het media-aanbod of de publieke mediainstelling, nu de betreffende concertopnames in het verleden door de VPRO zijn uitgezonden. 16. Het Commissariaat is dan ook van oordeel dat de nevenactiviteit verband houdt met of ten dienste staat van de verwezenlijking van de publieke media-opdracht zoals bedoeld in artikel 2.132, derde lid, van de Mediawet 2008. Marktconformiteit 17. Overeenkomstig artikel 7 van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2009 wordt bij de beoordeling of het verrichten van de nevenactiviteit marktconform wordt verricht, de hoogte van de licentievergoeding als uitgangspunt genomen. Een publieke mediainstelling dient voor haar nevenactiviteiten een marktconforme licentievergoeding te hanteren. De publieke media-instelling heeft derhalve een zorgplicht om deze eis van marktconformiteit mee te nemen in de onderhandelingen voorafgaand aan de totstandkoming van de nevenactiviteit. Op grond van artikel 7, tweede lid, van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2009 kan het Commissariaat bij de beoordeling of de nevenactiviteit marktconform wordt verricht, ook het imago van de publieke mediainstelling betrekken. Onder imago wordt in ieder geval verstaan beeldmerk of logo. 18. Het Commissariaat is vooralsnog van oordeel dat de nevenactiviteit, op basis van de nu bekende feiten en omstandigheden, aan deze voorwaarde voldoet. Hierbij heeft het Commissariaat het volgende overwogen. -3- 19. In het onderhavige geval gaat het om het in licentie geven van fragmenten van oude concertopnames van de VPRO ten behoeve van verkoop aan het buitenland en het in sublicentie geven van deze fragmenten. De VPRO heeft de licentieovereenkomst overgelegd, waarin de vergoeding is opgenomen die zij ontvangt wanneer RITY fragmenten van oude concertopnames aan het buitenland verkoopt. Voorts heeft de VPRO ter vergelijking van de licentievergoeding een standaard overeenkomst betreffende footage materiaal c.q. fragmenten overgelegd. De VPRO heeft verklaard dat de vergoeding tot stand is gekomen door onderhandelingen en dat de vergoeding marktconform is voor footage materiaal c.q. fragmenten. De VPRO heeft aangegeven dat er bij verkoop een vast percentage is afgesproken van de bruto gerealiseerde opbrengst. Over dit afgesproken vaste percentage worden door RITY geen kosten meer doorberekend. 20. Het Commissariaat ziet voorshands geen reden om aan te nemen dat de vergoeding niet marktconform zou zijn. 21. Het Commissariaat is vooralsnog dan ook van oordeel dat de nevenactiviteit marktconform wordt verricht zoals bedoeld in artikel 2.132, derde lid, van de Mediawet 2008. Kostendekkendheid 22. Overeenkomstig artikel 11 van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2009 is er geen sprake van kostendekkendheid indien de nevenactiviteit direct of indirect wordt bekostigd uit of anderszins ten laste komt van de publieke omroepmiddelen. 23. Het Commissariaat is van oordeel dat de nevenactiviteit voldoet aan de voorwaarde van kostendekkendheid. Hierbij heeft het Commissariaat het volgende overwogen. 24. Door de VPRO is aangegeven dat er geringe materiaalkosten worden gemaakt. Het gaat dan om kosten verband houdend met het aan RITY beschikbaar stellen en toezenden van een band of bestand van het betreffende programma. De kosten worden gefinancierd uit de opbrengsten van de te realiseren verkopen. De kosten voor het benodigde (promotie)materiaal komen volledig voor rekening van RITY. Gelet hierop is het Commissariaat van oordeel dat de nevenactiviteit kostendekkend wordt verricht. 25. Het Commissariaat zal de kostendekkendheid jaarlijks controleren aan de hand van de jaarrekening. E. Besluit 26. Op grond van bovenstaande toetsen is de nevenactiviteit “Het in licentie geven van fragmenten van diverse oude concertopnames van de VPRO aan Reelin’ in the Years Productions LLC voor verkoop aan het buitenland” toegestaan op grond van artikel 2.132, derde lid, van de Mediawet 2008. -4- 27. Deze nevenactiviteit wordt goedgekeurd voor de duur van drie jaar. Gelet op de exclusiviteit van de samenwerking met Reelin’ in the Years Productions LLC, is het naar het oordeel van het Commissariaat redelijk om aan de nevenactiviteit een termijn van drie jaar te verbinden. Gezien de huidige inrichting van de markt voor internationale exploitatie, acht het Commissariaat het wenselijk dat de VPRO na afloop van deze drie jaar de kans heeft opnieuw met Reelin’ in the Years Productions LLC en andere marktpartijen te onderhandelen en de VPRO een vergoeding kan bedingen die op dat moment marktconform is. F. Register 28. De nevenactiviteit is als “Het in licentie geven van fragmenten van diverse oude concertopnames van de VPRO aan Reelin’ in the Years Productions LLC voor verkoop aan het buitenland” opgenomen in het openbare Register nevenactiviteiten, te vinden op de website van het Commissariaat (www.cvdm.nl). G. Publicatie 29. Op grond van artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur (hierna: Wob) besluit het Commissariaat de volledige tekst van dit besluit twee weken na bekendmaking daarvan op zijn website te publiceren. Het Commissariaat ziet daartoe geen belemmering op grond van artikel 10 van de Wob. Een afschrift van dit besluit zenden wij aan de NPO. Hilversum, 15 juli 2014 COMMISSARIAAT VOOR DE MEDIA, prof. mr. dr. Madeleine de Cock Buning voorzitter drs. Eric Eljon commissaris Belanghebbenden die zich met dit besluit niet kunnen verenigen, kunnen op grond van de Algemene wet bestuursrecht binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt bezwaar maken bij het Commissariaat voor de Media, Postbus 1426, 1200 BK te Hilversum. -5-
© Copyright 2024 ExpyDoc