Vraag: Wij hebben vorige week eens samen gezeten met de

Vraag:
Wij hebben vorige week eens samen gezeten met de leerkrachten van 't lager om het over TAAL te
hebben. Ik had graag jouw mening hierover geweten.
Hoe ik twee jaar geleden de letters benoemde:
a, i, o, u en e zijn korte klanken
aa, oo, uu en ee zijn lange klanken
eu, oe, ie, ui, ou, au, ei, ij, aai, ooi, oei zijn andere klanken.
Hoe juf X het voorstelt om dit jaar te doen:
a, i, o, u en e zijn korte klanken
aa, oo, uu, ee, oe en ie zijn lange klanken
eu, ui, ou, au, ei en ij zijn tweeklanken
ooi, aai, oei zijn drieklanken.
Waarvoor zou jij kiezen? Of heb jij nog een andere onderverdeling?
In elk geval mag je al weten dat er in beide tekstjes een ernstige fout staat, namelijk dat het woord
klank zowel gebruikt wordt voor foneem als voor spelling. Terwijl er een groot verschil is tussen klank
en spelling. Klank is auditief, spelling is visueel. En je mag beide niet door elkaar gebruiken. Bij klank
(auditief) heb je het over fonemen (dus alle soorten klanken). Bij spelling heb je het over klinkers en
medeklinkers en niet over klanken.
Klinkers en medeklinkers kunnen verklankt worden. Klanken kunnen door tekens (klinkers en
medeklinkers) visueel weergegeven worden.
Zo is AAI een tweeklank want je hoort twee verschillende klanken: namelijk een A en een J. Hoe spel
je die tweeklank? Door gebruik te maken van 3 schrifttekens: namelijk de klinker A (tweemaal) en de I
(die als J wordt uitgesproken).
Let ook op: ELKE klank kan kort of lang zijn. Het is gewoon een kwestie van hoe lang je een klank
aanhoudt. Of je die klank nu met 1 of 2 klinkers of medeklinkers weergeeft, maakt niet uit. De klank op
zich kan zowel lang als kort zijn.
Nog een onderscheid: Klanken worden van nature voortgebracht door mensen en zijn altijd zuivere
klanken, nooit onderworpen aan regels. Letters (klinkers, medeklinkers) zijn afspraken tussen mensen
om klanken visueel weer te geven. Zij zijn wél onderworpen aan regels die door afspraken tot stand
zijn gekomen.
Meer info in een volgende e-mail.
Klanken kun je schriftelijk weergeven door letters. Maar letters zijn geen klanken, zij zijn het beeld van
de klank, en dienen enkel en alleen als beeldend hulpmiddel om de klank weer te kunnen produceren.
Klanken zijn natuurfenomenen en derhalve onveranderlijk. Elke klank is een zuivere klank ook al
verschilt bijvoorbeeld een Antwerpse i (scherpe klank) van een Limburgse i (doffe klank).
Letters zijn cultuurfenomenen en derhalve veranderlijk. In de ene cultuur kan men een klank op een
bepaalde manier voorstellen, in een andere cultuur gebeurt dat op een andere manier. Egyptenaren
deden dit met iconen (beelden), in het Tweestromenland gebruikte men spijkerschrift, wij gebruiken
het Latijnse alfabet, Chinezen en Japanners gebruiken karakters. Hebreeuws, Arabisch, Georgisch,
Armeens, Russisch schrift (om er enkele te noemen) zijn dan weer totaal anders dan ons schrift.
Het voorstellen van klanken door middel van beelden of letters is gebaseerd op overeenkomst, dikwijls
ook op compromissen tussen taalkundigen. Of zoals het Russische schrift dat op basis van 1 persoon
is tot stand gekomen, namelijk de heilige Cyrillus - en daarom ook Cyrillisch schrift genoemd.
In het Nederlands kennen we drie soorten klanken:
lange klanken (beter open klanken genoemd)
korte klanken (beter gedekte klanken genoemd)
tweeklanken.
De letter a kan je zowel kort als lang verklanken (kast, kapen)
De letter u kan je zowel kort als lang verklanken (stuk, buren), maar kan ook als een oe of een joe
klinken (umlaut, computer)
De letter i kan je laten klinken als een korte i (ik), als een halflange i (pita) en als een doffe e (zalig,
luieriken). Willen we in het Nederlands de i echt lang laten klinken, dan stellen we die voor door de
lettercombinatie ie (wiegen).
De letter o kan je laten klinken als een gedekte o (kort), of als een lange o (boren).
De letter e kun je laten klinken als een heldere e (bek), als een lange e (zoals de eerste e in wegen) of
als een doffe e (zoals in we).
De lettercombinatie oe kan een korte oe-klank voorstellen zoals in koek.
Het gaat dus niet op om te beweren dat a, e, i, o en u korte klanken zijn. Als je dit zo aan de kinderen
verkondigt vertel je onwaarheden en zet je hen op het verkeerde spoor. Met als gevolg lees- en
schrijfproblemen. Je moet dus vanaf het begin wijzen op de verschillende uitspraakmogelijkheden van
letters.
Als je bijvoorbeeld de letter i aanbrengt. Dan kun je die laten lezen als een korte i-klank, als een
scherpe i-klank, als een doffe e-klank, maar ook als een j-klank (aai).
Hoe stellen we in het Nederlands lange klanken voor?
Meestal door de klinker te verdubbelen. Maar dat is niet altijd waar.
aa staat doorgaans voor een lang aangehouden a-klank. Maar de lange klank a kan ook als ae
voorgesteld worden: Verhaeghe (uitsluitend in namen).
ee staat meestal voor een lang aangehouden heldere e-klank. Maar in het onbepaalde lidwoord een,
klinkt de ee als een doffe e (een sjwa).
ie staat doorgaans voor een lang aangehouden scherpe i-klank.
oo staat doorgaans voor een lang aangehouden open o-klank zoals in voor maar kan evengoed een
lang aangehouden gedekte o-klank voorstellen zoals in de uitroep Ooooo! (= een verlenging van de oklank zoals in bok) (Ooooo! kan ook als de open lange o-klank klinken zoals in (oor). De lange o-klank
kan je ook voorstellen met oi zoals in Oirschot en requisitoir.
uu staat doorgaans voor een lange u-klank.
De lettercombinatie oe kan een lange oe-klank voorstellen zoals in boeren
In het geval van de oo en de ee kun je dus niet zomaar beweren dat ze een lange klank voorstellen.
Klanken die we in het Nederlands met 2 klinkers voorstellen (MAAR géén tweeklanken zijn!)
EU: is géén tweeklank, maar één enkele klank. Hij wordt in ons schriftbeeld door twee letters
voorgesteld.
IE: is géén tweeklank, maar wordt door twee letters voorgesteld.
OE: is géén tweeklank, maar wordt wel door twee letters voorgesteld en kan zowel kort als lang
klinken.
Tweeklanken
AI, AAI, EI, IJ, AU, OU, UI, EEUW, IEUW, OOI, OI (ook als wa uitgesproken), OY, OEI en U stellen
tweeklanken voor (sommige taalkundigen beschouwen enkele van deze klanken ook als drieklanken,
maar daar zijn anderen het dan weer niet mee eens). Als je goed luistert naar deze klanken hoor je
slechts 2 klanken.
De twee klanken worden voorgesteld door een combinatie van letters waarin je soms wel en soms niet
een van de klanken herkent.
In AI hoor je duidelijk een korte a-klank en een j-klank. (de j wordt voorgesteld door de letter i)
in AAI hoor je duidelijk een lange a-klank en een j-klank
In EI hoor je de heldere e-klank gevolgd door de j-klank (voorgesteld door de letter i)
In IJ hoor je dezelfde klanken die door EI voorgesteld worden.
In OU hoor je een o-klank en een w-klank (voorgesteld door de letter u - oorspronkelijk was die u een
v die als een w werd uitgesproken).
In AU hoor je dezelfde klanken als in OU (al beweren sommigen dat ze een onderscheid horen tussen
OU en AU).
In EEUW hoor je de lange e-klank gevolgd door een w-klank (voorgesteld door uw, waarbij u = v ofte
w)
In IEUW hoor je de lange i-klank gevolgd door een w-klank.
In OOI hoor je een lange open o-klank gevolgd door een j-klank (voorgesteld door de letter i).
In OI hoor je de korte gedekte o-klank gevolgd door een j-klank (voorgesteld door de letter i) of hoor je
een w-klank gevolgd door een a-klank.
In OY hoor je de korte gedekte o-klank gevolgd door een j-klank (boy, boycot)
In OEI hoor je de korte oe-klank gevolgd door een j-klank (voorgesteld door de letter i).
In U hoor je soms een joe-klank, meestal in woorden die uit het Engels komen (computer) en is dan
een tweeklank die door 1 letter wordt voorgesteld.
Tot nu tot heb ik het enkel en alleen over klanken gehad die door klinkers of semi-klinkers (zoals de j
en de w) voorgesteld worden. Maar er bestaan ook klanken die door medeklinkers voorgesteld
worden. Daar maken we doorgaans minder problemen over maar die zorgen ook voor problemen bij
het lees- en schrijfonderricht.
De letter B bijvoorbeeld: We denken dat die altijd de stemhebbende b-klank voorstelt, maar dat is niet
zo. Als de b op het einde van een woord staat klinkt ze als een p-klank. Voorbeeld: web, heb.
Zelfde probleem met de letter D.
De letter V kan ook als een f-klank klinken. Veertig, vijftig.
De C kan op verschillende manieren verklankt worden. Als een s-klank, als een k-klank, als een
zachte g-klank (ach), als een tsj-klank (capucino), als een sj-klank zoals in marcheren enz.
De letter N klinkt totaal anders in combinatie met een G: het wordt een nasale ng-klank
De letter N klinkt weer helemaal anders in combinatie met een K: het wordt een nasale nk-klank
De letter N wordt zelfs niet verklankt na een doffe e. Reuzen klinkt als reuze
En zo zijn er nog meer voorbeelden te bedenken.
Je ziet: er zijn tal van voorbeelden in het Nederlands waarin letters andere klanken voorstellen dan we
op het eerste zicht verwachten.
Tot slot:
Wees altijd voorzichtig met het catalogeren van klanken en het eenzijdig toewijzen van klanken aan
letters.
Zorg vanaf de start van het lees- en schrijfonderwijs dat de kinderen in contact komen met
verschillende uitspraakmogelijkheden van letters en met verschillende mogelijkheden om klanken voor
te stellen door letters. Het is niet nodig om direct álle klankmogelijkheden te laten horen en te
oefenen, maar je mag het niet beperken tot één mogelijkheid.
Ik druk je tot slot nog een keer op het hart: maak steeds een duidelijk onderscheid tussen letters en
klanken. Letters stellen klanken voor maar zijn geen klanken.