Centrale Ondernemingsraad COR-secretariaat Spui 21 1012 WX Amsterdam Postbus 19268 1000 GG Amsterdam College van Bestuur van de Universiteit van Amsterdam Mw. dr. L.J. Gunning-Schepers Spui 21 1012 WX Amsterdam T 020 525 6955 E-mail: [email protected] Datum Telefoon Uw kenmerk 7 april 2014 020 525 6955 2014cu0348 Contactpersoon Bijlage Ons kenmerk J.M. Reij - cor14/u006 Onderwerp Advies Eigen risico dragen ziektewet Geachte mevrouw Gunning, De COR betreurt het dat ze onder grote tijdsdruk tot een advies moet komen. Gezien de complexiteit van het dossier was meer tijd wenselijk geweest. Het onderwerp eigen risico dragen (ERD) ziektewet is besproken op de overlegvergadering van 28 maart 2014. Ook na deze bespreking blijft de COR kritisch ten opzichte van de aanname dat UWV tekort schiet in haar administratieve- en reintegratietaak. Daarnaast blijft er zorg bestaan over de onafhankelijkheid van de artsen van de Arbodienst AMC en het risico dat het eigenrisicodragerschap gevolgen heeft voor het personeelsbeleid. Deze drie punten zullen hieronder worden toegelicht. De aanname dat UWV tekort schiet, zowel administratief als in haar re-integratietaak, is wel aannemelijk gemaakt, maar onvoldoende onderbouwd. Evenmin is aangetoond dat een of meer van de drie scenario’s voor uitvoering van de ZW kwalitatief beter zal worden dan het UWV scenario. Wel levert ERD een kostenbesparing op ten opzichte van het huidige publieke stelsel variërend tussen €289.800 en €343.210, afhankelijk van het voor de uitvoering ZW gekozen scenario. Een recent rapport van FNV kaart aan dat er veel onredelijkheid en pressie in de verzuimbranche is. Daarom is de onafhankelijkheid van de Arbodienst AMC een zwaarwegend punt van zorg. De COR zou graag zien dat het CvB garandeert dat de zieke (ex)werknemer niet extra onder druk wordt gezet vanuit het werkgeversbelang om de uitkeringskosten te drukken. Om een deel van deze zorg weg te nemen zou de COR geïnformeerd willen worden over eventuele bezwaar- of beroepszaken bij het UWV in het kader van de uitvoering van de ZW of andere vormen van klachtmeldingen over de uitvoering ZW. Daarnaast wil de COR kennis nemen van de controles van het UWV op de uitvoering ZW. Verder wil de COR zekerheid dat er gekozen zal worden voor het enige acceptabele scenario, namelijk dat waarin Raet de uitkeringsadministratie doet, de arbodienst AMC de verzuimbegeleiding en ProActief (vallend onder UvA Holding BV) de re-integratie. De COR wil twee aanvullende opmerkingen over dit scenario maken. Ten eerste, dat de bedrijfsartsen de facto onafhankelijk zijn van het eigen management, van de RvB als baas van de Arbodienst AMC en van de UvA als werkgever, zodat enkel professionaliteit leidend is bij het uitvoeren van hun verzuimbegeleidingstaak. Die onafhankelijkheid van de bedrijfsartsen in hun oordeelsvorming over en aanpak van werknemers, wil de COR graag door het CvB gegarandeerd zien. Ten tweede, ProActief moet zich kwalificeren als reintegratiebedrijf. Ons kenmerk cor14/u006 De COR ziet een risico voor wat betreft het personeelsbeleid, doordat het ZW-flex uitkeringsrisico vermeden kan worden door meer gebruik te gaan maken van ingeleende arbeidskrachten (PNID van de categorie uitzendkracht of detachant) in plaats van personeel in dienst (PID-tijdelijk). De COR stelt zich op het standpunt dat het percentage PNID (uitzendkracht of detachant) niet mag toenemen ten opzichte van de huidige situatie, respectievelijk 1,5 en 4,6% van het personeelsbestand in fte. Gezien de bovenstaande zorgen is de COR blij met de toezegging van het College om de personele gevolgen van de overgang naar ERD ZW-flex te monitoren. De COR gaat er van uit dat de huidige situatie zo snel mogelijk in kaart wordt gebracht door een nulmeting te verrichten onder de betrokken werknemers. De COR wil graag gehoord worden over de wijze van monitoring van ERD. Daarnaast moet er binnen twee jaar na de ingangsdatum van het ERD ZW-flex, een grondige evaluatie van de kwaliteit van verzuimbegeleiding en re-integratie plaatsvinden. Op basis van de resultaten van deze monitoring zal na twee jaar besloten worden over het al dan niet voortzetten van ERD ZW-flex. Dit voorwaardelijk positieve advies geldt onder voorbehoud dat de COR, conform artikel 16 van de WOR een deskundige op gebied van sociaal-zekerheidsrecht kan raadplegen over de volgende twee vragen: - Zijn er risico's op het gebied van de behandeling van zieke (ex)werknemers? - Kunnen er gevolgen zijn voor het personeels- en aanstellingsbeleid door de overstap? Uiteraard geldt dan ook als voorbehoud dat de bevindingen van die raadpleging niet tot beduidend andere bedenkingen en voorwaarden leiden dan in deze adviesbrief naar voren zijn gebracht. Ervan uitgaande dat de UvA voor een termijn van twee jaar ERD ZW-flex wordt en dat gedurende deze periode een monitoring van de nieuwe uitvoering plaats vindt (OV d.d. 28-03-2014), kan de COR tot een positief advies komen. Met vriendelijke groet, Dr. R.G.F. Winkels, voorzitter Pagina 2 Dr. I. Visser, vicevoorzitter
© Copyright 2024 ExpyDoc