Regelingen ten behoeve van decentrale units.  Wat is er anders t.o.v. een regeling voor een centrale installatie? n Eigenlijk helemaal niets! n Het product is leidend en daarmee bepalend voor de grenzen waarbinnen de installatie moet werken. n De uitdaging is de installatie(s) zo efficiënt en energiezuinig mogelijk te krijgen zonder het product(-proces/-kwaliteit) in gevaar te brengen. n Daarnaast helpt een optimale regeling een eventuele hogere aanschafprijs voor (een) decentrale installatie(s) sneller terug te verdienen. n Vergroting efficiëntie koude productie. n Verbetering efficiëntie warmte uitwisseling. n Vermijding warmteverlies. n Vermijden van overbodig energieverbruik. Themadag KNVvK 13-02-14 |2 Regelingen ten behoeve van decentrale units. Vergroting COP: Hogere LD MTZ40-4 R404A +22.8% Voorbeeld: Bij –12°C/ 35°C Bij – 5°C / 35°C Qo = 5.50 kW Pc = 2.68 kW COP = 2.06 Qo = 7.68 kW Pc = 3.04 kW COP = 2.53 COP verbetert +/- 3% / K bij verhoging in verdampingstemperatuur Themadag KNVvK 13-02-14 |3 Regelingen ten behoeve van decentrale units.  Methodes voor verhoging LD  Dag / Nacht setpunt op koelcentrale  n Setpunten niet eenvoudig te kiezen, ervaring vereist. n Controle werking achteraf noodzakelijk. Relatie met omgevingscondities: ta en %RV (= enthalpie) n Goede oplossing voor open koelmeubelen. n Vergt zeer veel ervaring en relatie is niet altijd dezelfde (bijv. bij inbreng goederen) Themadag KNVvK 13-02-14 |4 Regelingen ten behoeve van decentrale units.    Methodes verhoging LD (vervolg) Relatie met referentiecel: celtemperatuur (ta) en/of %RV n Nuttige oplossing bij bijvoorbeeld koeling productiehal of inkoelen van voedselproducten (bijv. vleeswaren). n Ervaring is hier zeer belangrijk. Automatische aanpassing aan koeleenheid met de grootste koellast. n Ervaring is hier niet vooraf nodig: het systeem zoekt zelf de oplossing. n Historiek zeer interessant voor analyse van: n Het verbruiksprofiel van alle koeleenheden. n Latere verbetering van installatie. n Detectie van foutieve situaties. Themadag KNVvK 13-02-14 |5 Regelingen ten behoeve van decentrale units.  Methodes verhoging LD: Verbetering regel efficiëntie van de verdampers  Elektronisch expansieventiel : optimalisatie verdamperinspuiting EEV met pulsmodulering of stappenmotor geeft optimale vulling verdamper. n Kleinere oververhitting staat verhoging toe van de verdampingstemperatuur. n EEV met pulsmodulering of stappenmotor verbetert de warmtewisseling coëfficiënt. n Natuurlijke koudemiddelen vragen aanpassing van EEV aansturingsalgoritmes! Elektronisch expansieventiel : regeling van de juiste temperatuur  n Niet lager dan strikt nodig door modulatie van koudemiddelinjectie. n Geeft ook een stabielere vochtigheidsgraad. n modulatie koelcapaciteit op verdampers + modulatie capaciteit compressoren = ideaal. Meten van de juiste temperatuurwaarde  n n  n Gewogen gemiddelde temperatuur waarde (% lucht aanzuig - % lucht uitblaas). Regeling van de producttemperatuur verzekert bij wisselende condities. Dag / Nacht instelling van de thermostaatregeling n n Te gebruiken voor nachtaccumulatie (lager energietarief). Te gebruiken voor energiepiek overbrugging. Themadag KNVvK 13-02-14 |6 Regelingen ten behoeve van decentrale units.  Methodes verhoging LD: snelheidsregeling compressor  Optimaal op setpunt geregeld en beste COP n schakelfrequentie van compressorstappen gereduceerd tot een minimum. n modulatie capaciteit compressoren + modulatie koelcapaciteit op verdampers = ideaal. n vereist correcte selectie: op nominale stroom en niet geabsorbeerde stroom. n vereist een juiste instelling: aanloopkarakteristieken. n vereist een correcte wijze van bekabeling conform aan de EMC-richtlijn. n vereist voldoende voorzieningen voor filteren van stoorfrequenties. 100% 75% C1 50% 25% C1 Themadag KNVvK C1 C2 C2 C3 13-02-14 |7 Qo - U 10 Vcc Regelingen ten behoeve van decentrale units. Vergroting COP: Lagere HD MTZ40-4 R404A +33.8% Voorbeeld: Bij –12°C/ 45°C Bij –12°C/ 35°C Qo = 4.41 kW Pc = 2.87 kW COP = 1.54 Qo = 5.50 kW Pc = 2.68 kW COP = 2.06 COP verbetert +/- 3% / K bij verlaging in condensatietemperatuur Themadag KNVvK 13-02-14 |8 Regelingen ten behoeve van decentrale units.  Vlottend HD setpunt : VOORWAARDEN  Gebruik van elektronische expansieventielen. n  Alleen met deze ventielen kan de HD zeer laag geregeld worden omdat; n Dt over ventiel mag zeer klein worden (bij juiste dimensionering). n Oververhitting blijft in die omstandigheden steeds gewaarborgd. Voldoende onderkoeling n De onderkoeling bepaalt de limiet voor de verlaging van de hoge druk. n Aangeraden wordt een onderkoeler te gebruiken daar verlaging van de condensatietemperatuur flash gas kan veroorzaken in de vloeistofleiding. n Bij flash gas zijn ook EEV’s nooit in staat voldoende vloeistof in de verdamper te brengen. Themadag KNVvK 13-02-14 |9 Regelingen ten behoeve van decentrale units.  Methodes verlaging HD: frequentieregeling op condensorventilatoren n Correct HD setpunt met hoogste COP waarde bereikt. n Kleine onderkoeling toegestaan en dus minder flash gas risico en dus ook: Lagere HD regeling mogelijk = beter COP op compressor. n Stabielere werking van expansieventielen met kleinere oververhitting dus: Hogere LD regeling mogelijk = beter COP op compressor. Marche/A rrêt S tart/Stop Variateur/Omvorm er 8 7 6 5 4 3 2 1 0 0% Themadag KNVvK 20% 40% 60% 80% 100% 13-02-14 | 10 Regelingen ten behoeve van decentrale units.  Methodes voor besparing en optimalisatie op verbruik van ontdooiproces n n Vermijden van rijpvorming n Temperaturen niet lager dan nodig. n Modulerend of periodisch koelen. n Na-ventileren van verdamper. Enkel ontdooien wanneer nodig: (Defrost On Demand logic) n n n Themadag KNVvK Analyse van koelperiodes en ontdooiprocessen maakt het mogelijk te beoordelen of een geplande periode kan worden weggelaten. Aanpassing is continu en vergt geen extra metingen van bijvoorbeeld ijsdikte. Er wordt nog altijd gepland ontdooid, dus niet wanneer het niet gewenst is. 13-02-14 | 11 Regelingen ten behoeve van decentrale units.  Extra besparingen op hulpverbruik.  Besparing op verdamperventilatoren bij inkoel- en diepvrieskamers. n Snelheidsregeling enkel mogelijk wanneer luchtworp verzekerd blijft. n Na-ventilatie en periodisch ventileren na het bereiken van de temperatuur. n Naast besparing op het elektrisch verbruik van de ventilatormotoren is er ook een besparing op het verbruik van de koeling. Dit is merkbaar aan de langere tijd dat de koeleenheid op temperatuur blijft (schakelfrequentie verminderd). Themadag KNVvK 13-02-14 | 12 Regelingen ten behoeve van decentrale units.  Bewaking, alarmering en analyse. n Ook bij decentrale installaties is centrale monitoring mogelijk. n Huidige systemen kunnen worden samen gebracht op één (VPN) netwerk. n Plan bij voorbaat of decentrale installaties in één netwerk geïntegreerd worden; n n één, lange netwerk kabel (kans op storingen), en één IP adres (favoriet bij IT managers). of ieder aparte netwerken vormen; n Themadag KNVvK Meerdere kortere netwerkkabels (minder kans op storingen) met meerdere IP adressen (niet favoriet bij IT managers). 13-02-14 | 13 Regelingen ten behoeve van decentrale units.  Samenvattend:  Voor regeling van centrale als decentrale installaties geldt; n Het product is leidend en daarmee bepalend voor de grenzen waarbinnen de installatie moet werken. n De uitdaging is de installatie(s) zo efficiënt en energiezuinig mogelijk te krijgen zonder het product(-proces/-kwaliteit) in gevaar te brengen. n Daarnaast helpt een optimale regeling een eventuele hogere aanschafprijs voor (een) decentrale installatie(s) sneller terug te verdienen. n Vergroting efficiëntie koude productie. n Verbetering efficiëntie warmte uitwisseling. n Vermijding warmteverlies. n Vermijden van overbodig energieverbruik. Themadag KNVvK 13-02-14 | 14 Regelingen ten behoeve van decentrale units. Dank voor uw aandacht! Themadag KNVvK 13-02-14 | 15