BEREKENING VAKANTIEGELD 2015 Versie van 08-04-2015 FOD FINANCIEN – THESAURIE DIENST BETALINGEN WEDDEN KUNSTLAAN 30 1040 BRUSSEL www.wedden.fgov.be INHOUDSTAFEL Inhoudstafel........................................................................................................................ 2 Berekening vakantiegeld 2015 ........................................................................................... 3 Vakantiegeld 2015 federal overheid (92%) ........................................................................ 4 Klassieke berekening vakantiegeld 2015 ......................................................................... 11 Vakantiegeld 2015 Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad............................................................................................................ 17 Cumulatie vakantiegeld .................................................................................................... 19 Federal – verloven en afwezigheden en hun invloed op de berekening van het Vakantiegeld .................................................................................................................... 20 Hoe wordt de bedrijfsvoorheffing op het vakantiegeld 2015 berekend? .......................... 23 2 BEREKENING VAKANTIEGELD 2015 – INLEIDING De dienst Betalingen – Wedden gebruikt momenteel 3 verschillende berekeningswijzen voor het vakantiegeld, afhankelijk van het statuut van het personeelslid: 1. Vakantiegeld federale overheid 92% 2. Klassieke berekening vakantiegeld (= uitzonderingen op punt 1) 3. Vakantiegeld Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel - Hoofdstad Het vakantiegeld 2015 wordt betaald op 12 mei 2015. 3 VAKANTIEGELD 2015 FEDERALE OVERHEID (92%) WETTELIJKE BASIS f Koninklijk besluit van 30 januari 1979 betreffende de toekenning van een vakantiegeld aan het personeel van ’s lands algemeen bestuur. f Koninklijk besluit van 10 juli 2002 tot toekenning van een Copernicuspremie aan sommige personeelsleden van de rijksbesturen. REFERENTIEPERIODE De prestaties van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014 BEREKENINGSWIJZE Berekeningswijze vakantiegeld vast gedeelte + wijzigbaar gedeelte + Copernicuspremie = brutovakantiegeld bij volledige prestaties x prestaties = brutovakantiegeld rekening houdend met prestaties + vakantiegeld op premie voor competentieontwikkeling = te betalen brutovakantiegeld - inhouding 13,07% - bedrijfsvoorheffing = nettovakantiegeld 4 • Vast gedeelte Het vast gedeelte van het vakantiegeld wordt jaarlijks vastgelegd (verhoging door indexatie). Het vast gedeelte is voor iedereen gelijk, dus niet afhankelijk van de jaarwedde (opgelet: wel vermindering naargelang de prestaties – zie verder). Voor 2015 bedraagt het vast gedeelte € 1158,8075. • Wijzigbaar gedeelte Het wijzigbaar gedeelte van het vakantiegeld is afhankelijk van de brutojaarwedde en het brutojaarbedrag van de haard- of standplaatstoelage van het personeelslid en wordt als volgt berekend: 1,1% x (brutojaarwedde van maart 2015 + brutojaarbedrag haard- of standplaatstoelage van maart 2015) o Brutojaarwedde maart 2015 = jaarwedde maart 2015 x 1,6084* o Brutojaarbedrag haard- of standplaatstoelage maart 2015 = jaarbedrag haard- of standplaatstoelage maart 2015 x 1,6084* • Copernicuspremie De Copernicuspremie zorgt ervoor dat de personeelsleden uiteindelijk een vakantiegeld ontvangen dat 92% van hun brutomaandwedde van maart 2015 + 92% van hun brutomaandbedrag haard- of standplaatstoelage van maart 2015 bedraagt. Berekening Copernicuspremie: (92% brutomaandwedde maart 2015 bij volledige prestaties + 92% brutomaandbedrag haard- of standplaatstoelage van maart 2015 bij volledige prestaties) – (vast + wijzigbaar gedeelte vakantiegeld) Diplomaten hebben voor de periode dat zij in het buitenland verblijven enkel recht op de Copernicuspremie en niet op de rest van het vakantiegeld. • Prestaties De referentieperiode voor het vakantiegeld 2015 loopt van 1 januari 2014 t.e.m. 31 december 2014. Indien u tijdens deze periode een wedde ontving, heeft u recht op vakantiegeld. Het vakantiegeld wordt pro rata de prestaties berekend: elke maand met volledige prestaties wordt gelijkgesteld met 30/30sten. De teller wordt pro rata verminderd bij onvolledige prestaties. Voor het ganse jaar heeft men dus uiteindelijk een te betalen breuk gelijk aan x/360sten. Een lijst van verloven en afwezigheden en hun invloed op het vakantiegeld vindt u vanaf pagina 20. * indexcoëfficiënt maart 2015 5 • Vakantiegeld op de premie voor competentieontwikkeling Indien u een premie voor competentieontwikkeling krijgt, heeft u ook recht op vakantiegeld op die premie voor competentieontwikkeling. Dit bijkomend bedrag vakantiegeld wordt als volgt berekend: effectief betaald brutobedrag premie voor competentieontwikkeling 2014 x 92 % 12 • Inhouding 13,07% Op het vakantiegeld wordt er een inhouding van 13,07% gedaan. (bruto vakantiegeld + het supplement premie voor competentieontwikkeling) x 13,07% Deze inhouding wordt, zowel voor de statutaire als voor contractuele personeelsleden, aan de Rijsdienst voor de Sociale Zekerheid(RSZ)gestort. • Bedrijfsvoorheffing De bedrijfsvoorheffing op het vakantiegeld wordt forfaitair berekend, d.w.z. dat er een bepaald percentage bedrijfsvoorheffing wordt ingehouden (dus geen berekening van de bedrijfsvoorheffing volgens het barema bedrijfsvoorheffing op de wedde). Meer uitleg over de berekeningswijze en de tabel bedrijfsvoorheffing op het vakantiegeld vindt u op pagina’s 23 en 24. • Nettovakantiegeld Dit is het bedrag dat op 12 mei 2015 betaald wordt. 6 VOORBEELD * Een statutair personeelslid heeft in maart 2015 jaarwedde € 15 911,41 standplaatstoelage € 359,95 In 2014 ontving hij Bruto premie voor competentieontwikkeling € 800,00 Hij heeft kinderen ten laste voor de bedrijfsvoorheffing 3 Zijn prestaties in 2014 Loopbaanonderbreking 50% 1.1.2014 t/m 31.5.2014 Loopbaanonderbreking 100% 1.6.2014 t/m 31.8.2014 Volledige prestaties 1.9.2014 t/m 31.12.2014 Verlof dwingende redenen familiaal belang (3 werkdagen) 3.12.2014 t/m 5.12.2014 Berekening vakantiegeld: • Vast gedeelte = € 1158,8075 • Wijzigbaar gedeelte Stap 1: berekening brutojaarwedde maart 2015 = 15 911,41 x 1,6084 = 25 591,91 Stap 2: berekening brutojaarbedrag standplaatstoelage maart 2015 = 359,95 x 1,6084 = 578,94 Stap 3: berekening wijzigbaar gedeelte = 1,1% x (brutojaarwedde maart 2015 + brutojaarbedrag standplaatstoelage maart 2015) = 1,1% x (25 591,91 + 578,94) = € 287,87 • Copernicuspremie Stap 1: (berekening brutomaandwedde maart 2015 bij volledige prestaties) x 92% = 15 911,41 x 1,6084 x 92% = € 1 962,04 12 Stap 2: (berekening bruto standplaatstoelage maart 2014 bij volledige prestaties) x 92% = 359,95 x 1,6084 x 92% = € 44,38 12 * Het is mogelijk dat er een zéér klein verschil in resultaat is (maximum 1 cent) tussen het voorbeeld zoals hier manueel berekend, en een berekening door het berekeningsprogramma “vakantiegeld” dat door onze diensten gebruikt wordt. 7 Stap 3: berekening copernicuspremie = (92% brutomaandwedde maart 2015 + 92% brutostandplaatstoelage maart 2015) - (vast gedeelte + wijzigbaar gedeelte) = (1 962,04 + 44,38) – (1158,80 + 287,87) = € 599,75 • Brutovakantiegeld bij volledige prestaties = vast gedeelte + wijzigbaar gedeelte + Copernicuspremie = 1 158,80 + 287,87 + 599,75 = € 2006,42 • Prestaties MAAND PRESTATIES AANTAL 30STEN 2014/1 2014/2 2014/3 2014/4 2014/5 2014/6 2014/7 2014/8 2014/9 2014/10 2014/11 2014/12 15/30 15/30 15/30 15/30 15/30 0/30 0/30 0/30 30/30 30/30 30/30 26,086/30 loopbaanonderbreking 50% loopbaanonderbreking 50% loopbaanonderbreking 50% loopbaanonderbreking 50% loopbaanonderbreking 50% loopbaanonderbreking 100% loopbaanonderbreking 100% loopbaanonderbreking 100% volledige prestaties volledige prestaties volledige prestaties Volledige prestaties + 3 werkdagen verlof dwingende redenen familiaal belang = 30 x 20/23 = TOTAAL AANTAL 360STEN 191,086/360 Prestaties van 1.1.2014 t.e.m. 31.12.2014 = 191,086/360. • Brutovakantiegeld rekening houdend met prestaties = 2006,42 x 191,086/360 = € 1064,99 • Vakantiegeld op de premie voor competentieontwikkeling Effectief betaalde brutobedrag premie voor competentieontwikkeling 2014 x 92% 12 = 800,00 x 92 % = € 61,33 12 8 • Te betalen brutovakantiegeld = brutovakantiegeld rekening houdend met prestaties + vakantiegeld op premie voor competentieontwikkeling = 1064,99 + 61,33 = € 1 126,32 • Inhouding 13,07% 1 126,32 - (1 126,32 x 13,07%) = 1 126,32 - 147,21 = € 979,11 Dit is het belastbaar bedrag van het vakantiegeld 2015. • Bedrijfsvoorheffing 1. Berekening van de belastbare maandwedde van maart 2015 bij volledige prestaties: o Brutomaandwedde = 15 911,41 x 1,6084 =2 12 132,65 o Inhouding FOP = 2 132,65 x 7,5% = 159,94 o Inhouding ziekteverzekering Z.V. = 2 132,65 x 3,55% = 75,71 o Standplaatstoelage = 359,95 x 1,6084 = 12 48,24 o Belastbaar = brutomaandwedde – FOP - ZV + standplaatstoelage = 2 132,65 - 159,94 – 75,71 + 48,24 = € 1 945,24 2. Berekening van de reële belastbare maandwedde: = 1 945,24 x 191,086/360 = € 1 032,52 3. Berekening bedrijfsvoorheffing (zie pagina’s 23 en 24): o Percentage = 26,25% (belastbaar ligt tussen 1 022,01 en 1 117,08) o Verminderingen voor 3 kinderen ten laste: a) de bedrijfsvoorheffing wordt met € 114,60 verminderd b) het bedrag bedrijfsvoorheffing wordt nog eens extra met 35% verminderd 9 o Berekening bedrijfsvoorheffing: = (belastbaar vakantiegeld x percentage) – bedrag voor kinderen ten laste = (978,26 x 26,25%) – 114,60 = 256,79 – 114,60 = 142,19 Op dit bedrag wordt nog eens 35% extra vermindering voor 3 kinderen ten laste toegekend. = 142,19– (142,19 x 35%) = 142,19– 49,76 = € 92,43 • Nettovakantiegeld 2015 = belastbaar vakantiegeld – bedrijfsvoorheffing = 979,11 – 92,43 = € 886,68 10 KLASSIEKE BEREKENING VAKANTIEGELD 2015 WETTELIJKE BASIS f Koninklijk besluit van 30 januari 1979 betreffende de toekenning van een vakantiegeld aan het personeel van ’s lands algemeen bestuur. REFERENTIEPERIODE De prestaties van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014. BEREKENINGSWIJZE Berekeningswijze vakantiegeld vast gedeelte + wijzigbaar gedeelte = brutovakantiegeld bij volledige prestaties x prestaties = brutovakantiegeld rekening houdend met prestaties - inhouding 13,07% - bedrijfsvoorheffing = nettovakantiegeld 11 • Vast gedeelte Het vast gedeelte van het vakantiegeld wordt jaarlijks vastgelegd (verhoging door indexatie). Het vast gedeelte is voor iedereen gelijk, dus niet afhankelijk van de jaarwedde (opgelet: wel vermindering naargelang de prestaties – zie verder). Voor 2015 bedraagt het vast gedeelte € 1158,8075. • Wijzigbaar gedeelte Het wijzigbaar gedeelte van het vakantiegeld is afhankelijk van de brutojaarwedde en het brutojaarbedrag van de haard- of standplaatstoelage van het personeelslid en wordt als volgt berekend: 1,1% x (brutojaarwedde van maart 2015 + brutojaarbedrag haard- of standplaatstoelage van maart 2015) o Brutojaarwedde maart 2015 = jaarwedde maart 2015 x 1,6084* o Brutojaarbedrag haard- of standplaatstoelage maart 2015 = jaarbedrag haard- of standplaatstoelage maart 2015 x 1,6084* • Prestaties De referentieperiode voor het vakantiegeld 2015 loopt van 1 januari 2014 t.e.m. 31 december 2014. Indien u tijdens deze periode een wedde ontving, heeft u recht op vakantiegeld. Het vakantiegeld wordt pro rata de prestaties berekend: elke maand met volledige prestaties wordt gelijkgesteld met 30/30sten. De teller wordt pro rata verminderd bij onvolledige prestaties. Voor het ganse jaar heeft men dus uiteindelijk een te betalen breuk gelijk aan x/360sten. De lijst van verloven en afwezigheden en hun invloed op het vakantiegeld vindt u op pagina 20. • Inhouding 13,07% Op het vakantiegeld wordt er een inhouding van 13,07% gedaan. Deze inhouding wordt, zowel voor de statutaire als voor contractuele personeelsleden, aan de Rijsdienst voor de Sociale Zekerheid(RSZ)gestort. * indexcoëfficiënt maart 2015 12 • Bedrijfsvoorheffing De bedrijfsvoorheffing op het vakantiegeld wordt forfaitair berekend, d.w.z. dat er een bepaald percentage bedrijfsvoorheffing wordt ingehouden (dus geen berekening van de bedrijfsvoorheffing volgens het barema bedrijfsvoorheffing op de wedde). • Meer uitleg over de berekeningswijze en de tabel bedrijfsvoorheffing op het vakantiegeld vindt u op pagina’ s 23 en 24. • Nettovakantiegeld Dit is het bedrag dat op 12 mei 2015 betaald wordt. 13 VOORBEELD * Een statutair personeelslid heeft in maart 2015 jaarwedde € 15 911,41 standplaatstoelage € 359,95 Hij heeft kinderen ten laste voor de bedrijfsvoorheffing 3 Zijn prestaties in 2014 loopbaanonderbreking 50% 1.1.2014 t/m 31.5.2014 loopbaanonderbreking 100% 1.6.2014 t/m 31.8.2014 volledige prestaties 1.9.2014 t/m 31.12.2014 verlof dwingende redenen familiaal belang (3 werkdagen) 03.12.2014 t/m 05.12.2014 Berekening vakantiegeld: • Vast gedeelte = € 1158,8075 • Wijzigbaar gedeelte Stap 1: berekening brutojaarwedde maart 2015 = 15 911,41 x 1,6084 = 25 591,91 Stap 2: berekening brutojaarbedrag standplaatstoelage maart 2015 = 359,95 x 1,6084 = 578,94 Stap 3: berekening wijzigbaar gedeelte = 1,1% x (brutojaarwedde maart 2015 + brutojaarbedrag standplaatstoelage maart 2015) = 1,1% x (25 591,91 + 578,94) = € 287,87 • Brutovakantiegeld bij volledige prestaties = vast gedeelte + wijzigbaar gedeelte = 1 158,80 + 287,87 = € 1 446,67 * Het is mogelijk dat er een zéér klein verschil in resultaat is (maximum 1 cent) tussen het voorbeeld zoals hier manueel berekend, en een berekening door het berekeningsprogramma “vakantiegeld” dat door onze diensten gebruikt wordt. 14 Prestaties MAAND PRESTATIES 2014/1 2014/2 2014/3 2014/4 2014/5 2014/6 2014/7 2014/8 2014/9 2014/10 2014/11 2014/12 loopbaanonderbreking 50% loopbaanonderbreking 50% loopbaanonderbreking 50% loopbaanonderbreking 50% loopbaanonderbreking 50% loopbaanonderbreking 100% loopbaanonderbreking 100% loopbaanonderbreking 100% volledige prestaties volledige prestaties volledige prestaties Volledige prestaties + 3 werkdagen verlof dwingende redenen familiaal belang = 30 x 20/23 = TOTAAL AANTAL 360STEN AANTAL 30STEN 15/30 15/30 15/30 15/30 15/30 0/30 0/30 0/30 30/30 30/30 30/30 26,086/30 191,086/360 Prestaties van 1.1.2014 t.e.m. 31.12.2014 = 191,086/360 • Brutovakantiegeld rekening houdend met prestaties = 1 446,67 x 191,086/360 = € 767,88 • Inhouding 13,07% 767,88 – (767,88 x 13,07%) = 767,88 – 100,36 = € 667,36 Dit is het belastbaar bedrag van het vakantiegeld 2015. 15 • Bedrijfsvoorheffing 1. Berekening van de belastbare maandwedde van maart 2015 bij volledige prestaties: o Brutomaand wedde = 15 911,41 x 1,6084 = 12 2 132,65 o Inhouding F.O.P. = 2 132,65 x 7,5% = 159,94 o Inhouding ziekteverzekering Z.V. = 2 132,65 x 3,55% = 75,71 o Standplaat stoelage = 359,95 x 1,6084 = 12 48,24 o Belastbaar = brutomaandwedde – F.O.P. - ZV + standplaatstoelage = 2 132,65 – 159,94 – 75,71 + 48,24 = € 1 945,24 2. Berekening van de reële belastbare maandwedde: = 1 945,24 x 191,086/360 = € 1 032,52 3. Berekening bedrijfsvoorheffing (zie pagina’ s 23 en 24): o Percentage = 26,25% (belastbaar ligt tussen 1 022,01 en 1117,08) o Verminderingen voor 3 kinderen ten laste: a) de bedrijfsvoorheffing wordt met € 114,60 verminderd b) het bedrag bedrijfsvoorheffing wordt nog eens extra met 35% verminderd o Berekening bedrijfsvoorheffing: = (belastbaar vakantiegeld x percentage) – bedrag voor kinderen ten laste = (667,52 x 26,25%) – 114,60 = 175,22 – 114,60 = 60,62 Op dit bedrag wordt nog eens 35% extra vermindering voor 3 kinderen ten laste toegekend. = 60,62 – (60,62x 35%) = 60,62 – 22,31 = € 39,41 • Nettovakantiegeld = belastbaar vakantiegeld – bedrijfsvoorheffing = 667,52 – 39,41 = € 628,11 16 VAKANTIEGELD 2015 GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE VAN BRUSSEL-HOOFDSTAD WETTELIJKE BASIS Besluit van 5 juni 2008 van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren en stagairs van de Diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad. REFERENTIEPERIODE De prestaties van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014. BEREKENINGSWIJZE Berekeningswijze vakantiegeld brutovakantiegeld bij volledige prestaties x prestaties = = • brutovakantiegeld rekening houdend met prestaties - 13,07% vermindering - bedrijfsvoorheffing nettovakantiegeld Brutovakantiegeld bij volledige prestaties = 92% x (brutomaandwedde maart 2015 bij volledige prestaties + brutohaardof standplaatstoelage maart 2015 bij volledige prestaties) 17 • Prestaties De referentieperiode voor het vakantiegeld 2015 loopt van 1 januari 2014 t.e.m. 31 december 2014. Indien u tijdens deze periode een wedde ontving, heeft u recht op vakantiegeld. Het vakantiegeld wordt pro rata de prestaties berekend: elke maand met volledige prestaties wordt gelijkgesteld met 30/30sten. De teller wordt pro rata verminderd bij onvolledige prestaties. Voor het ganse jaar heeft men dus uiteindelijk een te betalen breuk gelijk aan x/360sten. De lijst van verloven en afwezigheden en hun invloed op het vakantiegeld vindt u op pagina 20. • Vermindering vakantiegeld met 13,07% Sinds 1984 wordt het vakantiegeld met 13,07% verminderd. • Bedrijfsvoorheffing De bedrijfsvoorheffing op het vakantiegeld wordt forfaitair berekend, d.w.z. dat er een bepaald percentage bedrijfsvoorheffing wordt ingehouden (dus geen berekening van de bedrijfsvoorheffing volgens het barema bedrijfsvoorheffing op de wedde). Meer uitleg over de berekeningswijze en de tabel bedrijfsvoorheffing op het vakantiegeld vindt u op pagina’ s 23 en 24. • Nettovakantiegeld Dit is het bedrag dat op 12 mei 2015 betaald wordt. 18 CUMULATIE VAKANTIEGELD WETTELIJKE BASIS f Koninklijk besluit van 30 januari 1979 betreffende de toekenning van een vakantiegeld aan het personeel van ’s lands algemeen bestuur. f Omzendbrief nr 245 van 27 maart 1984 i.v.m. de toekenning van een vakantiegeld aan het personeel van ’s lands algemeen bestuur. ALGEMEEN PRINCIPE Een personeelslid van de overheidssector mag geen vakantiegelden cumuleren boven het bedrag dat overeenstemt met het hoogste vakantiegeld dat hij voor één van zijn ambten of beroepen ontvangt (berekend op basis van volledige prestaties). Er wordt geen rekening gehouden met de Copernicuspremie voor het bepalen van dit hoogste vakantiegeld. Cumulatie is mogelijk binnen de overheidssector, maar ook met de privé-sector. De ambten of beroepen moeten gelijktijdig uitgeoefend worden. WERKWIJZE Voor elk van de ambten of beroepen wordt er een fictief vakantiegeld bij volledige prestaties berekend. Deze bedragen worden met elkaar vergeleken. Het hoogste bedrag is het maximumbedrag vakantiegeld, dat betrokkene voor beide functies samen mag ontvangen. VOORBEELD Een personeelslid oefent deeltijds een ambt uit bij de overheid en heeft daarnaast deeltijds een beroep in de privé-sector. f Ontvangen vakantiegeld overheid: € 400,00 Ontvangen vakantiegeld privé-sector: € 300,00 f Fictief bedrag vakantiegeld bij volledige prestaties overheid: € 600,00 Fictief bedrag vakantiegeld bij volledige prestaties privé-sector: € 650,00 D Het maximumbedrag vakantiegeld dat hij voor beide functies samen mag ontvangen is € 650,00. Hij ontvangt echter € 400,00 + € 300,00 = € 700,00 Dit betekent dat er € 50,00 moet ingehouden worden op het vakantiegeld van de overheidssector. De inhouding mag in geen geval gebeuren op het vakantiegeld ontvangen in de privésector. 19 FEDERAAL – VERLOVEN EN AFWEZIGHEDEN EN HUN INVLOED OP HET VAKANTIEGELD, DE EINDEJAARSTOELAGE EN DE PREMIE VOOR COMPETENTIEONTWIKKELING RECHT OP EJT EHRM FG_M13 FG_M14 FG_ALA FG_DAO VERLOVEN EN AFWEZIGHEDEN Adoptieverlof volgens verlofbesluit (openbare sector) Adoptieverlof volgens wet van de arbeidsovereenkomsten (10 dagen – 3d + 7mut) – CONTR Afwezigheid van lange duur voor persoonlijke aangelegenheden Deeltijdse werkhervatting medische redenen (CONTR) VAK ja ja neen 100% ja 82% neen FG_DMA FG_DMS FG_HVU FG_HWV FG_DLT FG_OJ1 FG_IMC FG_VOL FG_IAM FG_ICP FG_ICP FG_ISP FG_ISP FG_DLT FG_OJ1 FG_IAM FG_ICP FG_ICP FG_ISP FG_ISP FG_IMC FG_DLT FG_OJ1 FG_IMC FG_DLT FG_OJ1 FG_IAM FG_ICP FG_ICP Disponibiliteit ziekte 100% Disponibiliteit ziekte 60% of pensioen Halftijdse uitdiensttreding Halftijds werken vanaf 55 of 50 Loopbaanonderbreking 1/3 (CONTR) 100% 100% 50% 50% 2/3 100% 60% of % 50% 50% 2/3 100% 100% 50% 50% 2/3 Loopbaanonderbreking 1/3 + 50 jaar Loopbaanonderbreking 100% Loopbaanonderbreking 100% - Medische bijstand Loopbaanonderbreking 100% - Ouderschapsverlof (CONT) Loopbaanonderbreking 100% - Ouderschapsverlof (STAT) Loopbaanonderbreking 100% - Palliatieve zorgen (CONTR) Loopbaanonderbreking 100% - Palliatieve zorgen (STAT) Loopbaanonderbreking 50% 2/3 neen neen neen neen neen neen 50% 2/3 neen neen neen 100% neen neen 50% 2/3 neen neen 100% 100% neen 100% 50% Loopbaanonderbreking 50% - Medische bijstand Loopbaanonderbreking 50% - Ouderschapsverlof (CONT) Loopbaanonderbreking 50% - Ouderschapsverlof (STAT) Loopbaanonderbreking 50% - Palliatieve zorgen (CONTR) Loopbaanonderbreking 50% - Palliatieve zorgen (STAT) Loopbaanonderbreking 50% + 50 jaar Loopbaanonderbreking 75% 50% 50% 50% 50% 50% 50% 75% 50% 50% 100% 50% 50% 50% 75% 50% 100% 100% 50% 100% 50% 75% Loopbaanonderbreking 75% + 50 jaar Loopbaanonderbreking 80% 75% 80% 75% 80% 75% 80% Loopbaanonderbreking 80% - Medische bijstand Loopbaanonderbreking 80% - Ouderschapsverlof (CONT) Loopbaanonderbreking 80% - Ouderschapsverlof (STAT) 80% 80% 80% 80% 80% 100% 80% 100% 100% geprest: 100% niet-geprest: 60% COMP ja ja neen % wedde 20 8.4.2015 FG_ISP FG_ISP FG_IMC FG_M07 FG_M08 FG_M01 FG_M01 FG_M02 FG_M02 FG_M12 FG_M12 FG_ONG FG_M15 FG_M11 - Loopbaanonderbreking 80% - Palliatieve zorgen (CONTR) Loopbaanonderbreking 80% - Palliatieve zorgen (STAT) Loopbaanonderbreking 80% + 50 jaar Moederschap – Bescherming op het werk – Verwijdering van de werkplaats (CONTR) Moederschapsverlof (STAT) Moederschapsverlof 15 weken 1ste maand (CONTR) Moederschapsverlof 15 weken vanaf 2de maand (CONTR) Moederschapsverlof 17 weken 1ste maand - meerling (CONTR) Moederschapsverlof 17 weken vanaf 2de maand - meerling (CONTR) Omzetting postnatale rustperiode in verlofdagen postnatale rust (STAT) Omzetting postnatale rustperiode in verlofdagen postnatale rust (CONTR) Ongewettigde afwezigheid Opvangverlof adoptie of pleegvoogdij volgens verlofbesluit (openbare sector) Ouderschapsverlof Overlijden 80% 80% 80% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% neen ja 100% 80% 80% 80% % 100% 82% 75% 82% 75% 100% 75% neen ja 100% 80% 100% 80% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% neen ja 100% t.e.m. datum overlijden volledige maand t.e.m. datum overlijden FG_P02 FG_P03 FG_SU4 FG_G01 FG_SUX FG_C15 FG_C14 FG_M09 FG_M09 FG_M08 FG_M08 FG_M08 FG_M03 FG_M03 FG_M04 FG_M05 FG_M16 FG_MI2 FG_MI1 FG_MPT FG_PPK Politiek verlof – facultatief Politiek verlof van ambswege Schorsing in belang van de dienst – weddevermindering Staking – georganiseerde werkonderbreking Te veel genomen rustverlof Tuchtschorsing (STAT) Uitzonderlijk verlof voor kandidaatstelling verkiezingen (STAT) Vaderschapsverlof (10 dagen – 3d + 7 mut) – (CONTR) Vaderschapsverlof omzetting moederschapsverlof bij hospitalisatie moeder (STAT) Vaderschapsverlof omzetting moederschapsverlof bij hospitalisatie moeder (CONTR) Vaderschapsverlof omzetting moederschapsverlof bij overlijden moeder (STAT) Vaderschapsverlof omzetting moederschapsverlof bij overlijden moeder – 1ste maand (CONTR) Vaderschapsverlof omzetting moederschapsverlof bij overlijden moeder vanaf 2de maand (CONTR) Verlenging moederschapsverlof wegens hospitalisatie kind (CONTR) Verlenging moederschapsverlof wegens hospitalisatie kind (STAT) Verlenging postnatale rust wegens laattijdige bevalling (CONTR) Verlenging postnatale rust wegens problematische zwangerschap (CONTR) Verlof als pleegouder - onthaalouders (CONTR) Verlof om dwingende redenen (CONTR) Verlof om dwingende redenen van familiaal belang (STAT) Verlof opdracht van algemeen belang PHARE/TACIS/MEDA Verlof parlementair medewerker erkende politieke groep/voorzitter bij de Kamer neen neen ja neen neen neen neen ja 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% ja neen neen neen neen neen neen % neen neen neen neen 82% 100% 60% 100% 82% 75% 75% 100% 75% 75% 82% neen neen neen neen neen neen ja neen neen neen neen ja 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% ja neen neen neen neen 21 8.4.2015 FG_CMG FG_CMB FG_C16 FG_VPC FG_RPG FG_RPS FG_VWP FG_VWV FG_VWZ FG_SCV FG_VVD FG_NAL FG_VWZ FG_VWZ Verlof voor erkende opdracht en niet bezoldigd Verlof voor het uitoefenen van een managementfunctie Verlof voor niet-erkende opdracht en niet bezoldigd Verlof voor stage / interim school (STAT) Verlof wegens onverenigbaarheid (FAVV) Verminderde prestaties medische redenen – chronische ziekte Verminderde prestaties persoonlijke aangelegenheden Verminderde prestaties persoonlijke aangelegenheden met bonus Vierdagenweek met premie Vierdagenweek vanaf 50 of 55 Vierdagenweek zonder premie Vrijwillige schorsing contract Vrijwillige vierdagenweek Weigering loopbaanonderbreking Ziekteverlof ► 1ste maand van indiensttreding Ziekteverlof ► 2de week neen neen neen neen neen % wedde % % wedde 80% 80% 80% neen 80% neen neen 100% FG_VWZ Ziekteverlof ► 3de – 4de week 100% FG_VWZ FG_MUT FG_ZNA FG_ZVG Ziekteverlof ► Carensdag Ziekteverlof ► mutualiteit Ziekteverlof omgezet in non-activiteit Ziekteverlof zonder gewaarborgd loon of zonder uitkering mutualiteit (CONTR) 100% 100% neen neen neen neen neen neen neen % wedde % % wedde 80% 80% 80% neen 80% neen neen arb:85,88% bed:86,93% arb:85,88% bed:86,93% 100% 60% neen neen neen neen neen neen neen % wedde % % wedde 80% 80% 80% neen 80% neen neen 100% 100% 100% neen neen neen 100% = voltijds of % contract 22 8.4.2015 HOE WORDT DE BEDRIJFSVOORHEFFING OP HET VAKANTIEGELD 2015 BEREKEND? Stap 1: Berekenen van een fictieve belastbare maandwedde voor maart 2015 bij volledige prestaties: Deze fictieve belastbare maandwedde wordt als basis genomen voor de verdere berekening van de bedrijfsvoorheffing op het vakantiegeld. Hoe u zelf een belastbare maandwedde bij volledige prestaties berekent, kan u op onze website www.wedden.fgov.be terugvinden bij “Berekening wedde”. Hieronder vindt u alvast de schematische voorstelling van de berekening. STATUTAIR Brutomaandwedde - bijdrage FOP - bijdrage Z.V. + haard- of standplaatstoelage CONTRACTUEEL Brutomaandwedde + haard- of standplaatstoelage - bijdrage R.S.Z. = belastbare maandwedde = belastbare maandwedde Indien u de berekening niet zelf wil doen, kan u op onze website bij “Publicaties” het Barema wedden gebruiken. Stap 2: De bekomen belastbare maandwedde wordt vermenigvuldigd met de prestaties 2014, d.w.z. met de breuk die bij de berekening van het vakantiegeld wordt gebruikt (x/360). Stap 3: Op basis van dit reële belastbare bedrag moet u in de tabel (zie volgende pagina) het toe te passen percentage bedrijfsvoorheffing opzoeken. Stap 4: Indien u kinderen ten laste heeft, wordt de bedrijfsvoorheffing in voorkomend geval verminderd: 1. met het bedrag dat in de kolom met het aantal kinderen ten laste voorkomt, 2. en met het percentage dat u bovenaan de kolom met het aantal kinderen ten laste. Deze extra vermindering wordt alleen in de grijs gearceerde zone toegepast 23 BEDRIJFSVOORHEFFING OP VAKANTIEGELD 1.1.2015 Aantal kinderen ten laste 0 1 2 3 4 5 6 Belastbaar bedrag van 7 8 9 10 11 12 Vermindering wegens kinderlast de normale maandelijkse % bezoldiging Van Percentage extra vermindering wegens kinderlast tot en met 7,50% 20% 35% 55% 75% 0,01 618,33 0 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 618,34 762,50 19,17 35,46 77,38 161,08 251,08 339,52 427,95 516,39 604,85 693,28 781,72 868,40 954,19 762,51 803,33 21,20 8,66 55,01 147,57 247,10 344,91 442,71 540,51 638,33 736,13 833,94 929,80 1024,67 803,34 942,08 21,20 0,00 46,36 138,91 238,45 336,25 434,05 531,86 629,68 727,48 825,28 921,14 1016,01 942,09 1.022,00 26,25 20,98 135,58 258,83 379,93 501,03 622,13 743,25 864,35 985,45 1104,14 1221,61 1.022,01 1.117,08 26,25 0,00 114,60 237,85 358,95 480,05 601,15 722,27 843,37 964,47 1083,16 1200,63 1.117,09 1.302,08 31,30 106,89 253,84 398,24 542,64 687,04 831,46 975,86 1120,25 1261,78 1401,85 1.302,09 1.458,58 34,33 53,73 214,91 373,28 531,66 690,03 848,44 1006,81 1165,19 1320,42 1474,04 1.458,59 1.486,67 34,33 0,00 161,18 319,56 477,93 636,31 794,71 953,09 1111,46 1266,69 1420,32 1.486,68 1.790,42 36,34 160,41 328,06 495,71 663,36 831,04 998,68 1166,33 1330,65 1493,27 1.790,43 1.844,17 36,34 50,03 217,68 385,33 552,97 720,65 888,30 1055,95 1220,27 1382,89 1.844,18 1.928,08 39,37 33,04 214,67 396,29 577,92 759,58 941,21 1122,83 1300,85 1477,03 1.928,09 1.969,58 39,37 0,00 181,63 363,25 544,88 726,54 908,17 1089,79 1267,81 1443,99 1.969,59 2.022,92 39,37 165,29 346,92 528,54 710,20 891,83 1073,46 1251,47 1427,65 2.022,93 2.327,50 42,39 155,36 350,92 546,48 742,07 937,63 1133,19 1324,86 1514,56 2.327,51 2.389,42 42,39 26,25 221,81 417,36 612,96 808,52 1004,08 1195,75 1385,45 2.389,43 2.506,67 42,39 0,00 195,56 391,12 586,71 782,27 977,83 1169,50 1359,20 2.506,68 2.739,17 42,39 145,86 341,42 537,01 732,57 928,13 1119,80 1309,50 2.739,18 2.850,75 47,44 52,94 271,79 490,69 709,54 928,40 1142,91 1355,20 2.850,76 3.312,08 47,44 0,00 218,86 437,75 656,61 875,47 1089,97 1302,27 3.312,09 3.634,58 47,44 0,00 218,90 437,75 656,61 871,12 1083,41 3.634,59 3.773,50 53,50 74,32 321,13 567,95 809,86 1049,27 3.773,51 4.234,83 53,50 0,00 246,81 493,63 735,54 974,95 4.234,84 4.696,17 53,50 0,00 246,81 488,72 728,13 4.696,18 5.148,33 53,50 0,00 241,91 481,32 5.148,34 5.595,83 53,50 0,00 239,41 5.595,84 53,50 0,00 0,00 6.01.2015 24
© Copyright 2024 ExpyDoc