Download - Rotterdamse Schouwburg

Foutje! ****
JEUGD
De kinderen blijven lachen, maar theatraal loopt de spanning weg.
Gelukkig doorbreekt Flappie de impasse.
Door: MIRJAM van der Linden 27 januari 2015, 02:00
De kleuters bij Foutje hebben alleen maar gelachen
Als het meisje met haar poezelige oortjesmuts zich met kussen en al nestelt op de
schoot van een mevrouw in het publiek, wordt het even eng. 'Gaat ze nog meer gekke
dingen doen? Toch niet bij ons?' Kennelijk hoort dit bij het acclimatiseren, want om
het vervolg hebben de kleuters bij de dansvoorstelling Foutje zo'n beetje alleen maar
gelachen. Keihard gelachen. En aanwijzingen geschreeuwd zonder dat daarom werd
gevraagd. ('Hij staat náást je!')
Choreograaf Arthur Rosenfeld is de 60 gepasseerd, maar kinderen voelt hij feilloos
aan (na jaren bij Pina Bausch te hebben gedanst stortte hij zich op de jeugddans) en
slapstick zit hem in de genen. Ook weet hij zonder verhaaltjes te vertellen veelsoortige
scènes volkomen organisch te monteren. Kwestie van goede timing en, ook nu weer,
een simpel kader waarbinnen alles mogelijk is.
SKIPPYBALLEN
Het meisje (Anastasiia Liubchenko) wordt samen met twee jongens (Blazej Jasinski
en Andy Smart) wakker op het toneel. En dan vermaken ze zich, heel simpel, met
dingen die kleuters bezighouden: tellen, de namen van de dagen van de week en met
stip op 1: spelen! Er zijn grote skippyballen waarop je lekker kunt rollen (hoewel, die
ene is lek), en verstoppertje spelen achter gefiguurzaagde voorwerpen is ook geweldig
(ook al blijf je half zichtbaar). Intussen klinken de meest uiteenlopende muziekjes,
van klassiek tot jazzy, en swingt je lijf in een mix van hiphop en acrobatiek (een beetje
ongecontroleerd en onhandig zijn je ledematen nog wel).
Favoriet in Foutje is het goochelen. Dan is de verbeelding aan zet. Verschijnen en
verdwijnen, van de ene in de andere wereld stappen: het kan allemaal dankzij drie
verrijdbare deuren beschilderd met rode, blauwe dan wel groene glitterverf. Het is
grappig en inventief, jammer alleen dat Rosenfeld zijn vondsten te lang uitmelkt en
ook nog met 'gewone' trucs komt als balletjes die uit monden ploppen en lege doosjes
die niet leeg blijken. De kinderen blijven lachen, maar theatraal loopt de spanning
weg.
Gelukkig doorbreekt Flappie de impasse. Het meisje tekent dit universele
knuffelkonijn na op haar schoolbord en vervolgens komt hij, met dank aan de
jongens, tot leven. Er wordt zogenaamd gezwommen en echt gedanst. Op een heuse
technobeat die je alleen hoort als de deur midden op het toneel even opengaat. Niet
vreemd dat je na zo'n dag weer diep in slaap valt.