De talrijke streekmusea die ons herinneren aan het landelijke leven uit het verleden zijn dikwijls het resultaat van een ware “museumgolf” in de jaren 1970 en ‘80. Ze werden opgericht door generaties die nog een levendige herinnering koesteren aan het landelijke leven dat ze als kind zelf nog hebben beleefd. Musea van het landelijk leven, musea van “oude ambachten”, ... al deze zaken werden het voorwerp van een tendens naar “vererfgoeding”, net op het moment toen dit landelijke leven dreigde vergeten te worden. Die plotse opkomst van allerlei – vaak kleinschalige – instellingen bracht een zekere dynamiek op gang in veel streken, met allerlei animaties en tentoonstellingen, of zelfs jaarlijkse evenementen. Ze ontstonden doorgaans in landelijke gebieden, in kleine gemeenten met beperkte middelen. De vrijwilligers die deze musea destijds hebben opgericht, vinden vandaag moeilijk opvolging om deze musea in stand te houden binnen een steeds veeleisender economische context. Ook qua professionalisering is een zekere grens bereikt – in het beste geval wordt het museum draaiende gehouden door één of twee personen, vaak in onzekere werkomstandigheden. De vraag stelt zich hoelang deze structuren nog kunnen voldoen aan steeds hogere eisen inzake preventieve conservering, ontsluiting van collecties, onthaal en dienstverlening aan het publiek. Vaak worden deze musea door de departementen en provincies al op verschillende manieren geadviseerd en financieel ondersteund. Niettemin wordt telkens weer de vorming van museumnetwerken – het verenigen van de aanwezige middelen en competenties - naar voor geschoven als mogelijk antwoord op de huidige beperkingen en vereisten. Tijdens de studiedagen in Poperinge worden verschillende benaderingen van museumnetwerken met elkaar geconfronteerd aan de hand van een aantal casestudies. Welke nieuwe vormen van samenwerking zijn zoal mogelijk? De ontwikkelingsmodellen van de verschillende sites dienen als uitgangspunt voor de reflectie: moeten we naar nieuwe benaderingen zoeken en de professionalisering vergroten binnen de bestaande structuren en sites? Welke museale interpretatie voor welk publiek? Of dienen we juist eerst volledig te breken met het traditionele museummodel, om vervolgens een nieuw soort culturele instelling te ontwikkelen? Als de musea de volkscultuur en het traditioneel vakmanschap blijvend willen uitdragen in de samenleving, dan moeten ze hun eigen aanpak tegen het licht durven houden van een samenleving die op economisch, politiek, sociaal, cultureel en ecologisch v lak in volle transformatie verkeert. Het doel van deze studiedagen is enerzijds om de bestaande praktijken aan weerszijden van de grens in het “historische Vlaanderen” te vergelijken. Anderzijds willen we ook nadenken over een meer integrale aanpak voor de streekmusea – een noodzakelijke voorwaarde voor hun toekomstige ontwikkeling. De studiedagen gaan door in het kader van het Interregproject IV Vlamuse, waarvan de Provincie West-Vlaanderen projectleider is. Het project wil de samenwerking tussen de streekmusea in de Westhoek en Frans-Vlaanderen stimuleren. Tijdens de twee studiedagen worden enkele partnermusea bezocht en besproken als concrete voorbeelden. De deelnemende musea zijn: Musée de la Vie frontalière (museum van het grensleven) – Godewaersvelde (F) Fransmansmuseum (musée du travail saisonnier) – Koekelare (B) Ferme Galamé, Musée des jeux traditionnels (volksspelenmuseum hoeve Galamé) – Loon-Plage (F) Bakkerijmuseum (Musée de la boulangerie) – Veurne (Furnes) (B) Kasteel Beauvoorde (château de Beauvoorde) – Veurne (Furnes) (B) Maison de la Bataille (huis van de slag bij de Peene) – Noordpeene (F) De Oude Kaasmakerij (l’ancienne fromagerie) – Passendale – Zonnebeke (B) Hopmuseum (musée du houblon) – Poperinge (B) Maison Guillaume de Rubrouck (huis Willem van Rubrouck) – Rubrouck (F) Musée de la Vie rurale (plattelandsmuseum) – Steenwerck (F) Musée rural flamand du Steenmeulen (Vlaams landbouwmuseum) – Terdeghem (F) Centre d’Histoire Locale (centrum voor lokale geschiedenis) – Tourcoing (F) Musée du Terroir (streekmuseum) – Villeneuve d’Ascq (F) Musée de Plein Air (openluchtmuseum) – Villeneuve d’Ascq (F) Musée des Arts et Traditions Populaires (museum voor volkskunde en tradities) –Wattrelos(F) Nationaal Tabaksmuseum (musée national du tabac) – Wervik (B) Musée Jeanne Devos (museum Jeanne Devos) – Wormhout (F) Vrijdag 21 maart. Soorten museumnetwerken Is het model van een museale instelling met verschillende gespecialiseerde medewerkers nog geschikt voor de streekmusea, die vaak vzw ’s zijn? Moeten we niet eerder denken aan vormen van samenwerking, synergiën en netwerken? Zijn er geen andere vormen van museale ontwikkeling denkbaar, waarin nieuwe functies en werkingsomstandigheden een plaats kunnen krijgen? 9u30-10u15: Onthaal met koffie 10u15: Inleiding 10u30: Stand van zaken van de streekmusea aan weerszijden van de grens Moderator : Marc Casteignau Lieven Lamote Olivier Verhaeghe Maxime Deplancke Conservator - directeur van het Ecomusée de la Grande Lande, Marquèze, voorzitter Fédération des Ecomusées et Musées de Société Coördinator project Vlamuse - Flamuse Voorstelling museumnetwerk Flamuse – Vlamuse en de voorbije acties 2010-2014 Projectmanager Afdeling Kenniscentrum, Westtoer Voorstelling resultaten vergelijkend publieksonderzoek in de musea Flamuse - Vlamuse 2013-2014 Verantwoordelijke toerisme, Pays des Moulins de Flandre et Pays Cœ ur de Flandre De coördinatie van het festival Muziek in het Museum 2007-2014 12u30: Middagmaal 14u: Diversiteit van museale netwerken in Frankrijk Moderator : Serge Chaumier Michel Taeckens & studenten Master MEM Margot Frenea Isabelle Vergnaud-Goepp Verantwoordelijke van de masteropleiding Expographie Muséographie, Textes et Cultures, Université d’Artois, Arras Afgevaardigde van de vereniging PROSCITEC Patrimoines et mémoires métiers Uitdagingen en kwaliteitsvoorwaarden voor aangesloten sites van PROSCITEC: kwaliteitsaudits en netwerk Coördinator van het museumnetwerk CRéCET Het Centre Régional de Culture Ethnologique et Technique de BasseNormandie Verantwoordelijke conservatie , Conservation des musées du Parc naturel régional des Vosges du Nord Naar een nieuwe aanpak van conservatie in de musea van het Parc naturel régional des Vosges du Nord Roger Desbiolles Cécile Massot Directeur van het Ecomusée Paysalp, Vuiz-en-Sallaz Het Ecomusée Paysalp gaat op zoek naar nieuwe manieren van sociale interactie Specialiste museografie, Agence ABAQUE Het model van de conservations départementales in Frankrijk : voorstelling van een studie uitgevoerd in 2013 Pauze 16u30: Voorstellen voor de ontwikkeling van uiteenlopende museumnetwerken Moderator : Célia Fleury Verantwoordelijke voor de ontwikkeling van thematische musea, Département du Nord Directeur van het Nationaal Tabaksmuseum Wervik. Vincent Verbrugge Het museum als partner in grensoverschrijdende projecten Voorzitter van de vereniging Musée de la vie rurale de Steenwerck Jean-Pierre Renaux Het museum als lid van meerdere netwerken. Directeur van het centrum voor hedendaagse kunst espace 36 Benoît Warzée Tijdelijke netwerken voor hedendaagse kunst Directeur van de Union Régionale des Sociétés Coopératives et Participatives du Nord-Pas de Calais Picardie Jean-Marc Florin SCOP en SCIC. Sociale economie ondernemingen en de cultuursector: zijn ze compatibel? Zaterdag 22 maart. Een nieuwe organisatiestructuur voor streekmusea? Het ontwikkelingsmodel dat de afgelopen 30 jaar door de streekmusea werd gevolgd, lijkt vandaag stilaan afgeschreven, zeker tegen de achtergrond van steeds beperktere overheidsmiddelen. Vragen rijzen over de levensvatbaarheid van een aantal musea, en over de keuzes die zij moeten maken om het over een andere boeg te gooien. Sommige musea zijn als een begonnen met een eigen commercië le productie en verkoop, andere zoeken naar het evenwicht tussen commerciële en culturele activiteiten, terwijl er vanuit de sociale economie soms nog een derde weg wordt voorgesteld. Welke weg men ook kiest, het zal sowieso een andere weg moeten zijn dan deze die in het verleden werd gevolgd. De deelnemers aan de studiedag brengen op deze dag een bezoek aan het Hopmuseum Poperinge, waar ’s namiddags tijdens de Hopscheutenhappening verschillende lokale producten aan het publiek worden voorgesteld. 9u00 – 9u30: Onthaal met koffie 9u30- 10u30: Voorstelling van het Hopmuseum Poperinge en de Hopscheutenhappening 10u30: Naar nieuwe modellen voor streekmusea? Moderator : JeanMichel Tobelem Directeur, adviesbureau Option Culture Olga Van Oost & Marc Jacobs Stafmedewerker Musea Directeur, FARO - Vlaams steunpunt voor cultureel erfgoed Kleine musea in het Vlaams cultureel erfgoedbeleid Jody HerreroBéconnier Edouard Liagre Luc Van Inghelandt Marie SpinelliFlesch Missieverantwoordelijke, Ecomusée du marais vendéen, La Barre -de-Monts Voorstelling van een onderzoek over museum-workshops Vice- présidents, La Brasserie des savoirs La Brasserie des savoirs: de ontwikkeling van een nieuwe soort culturele structuur Conservator-directeur van het Musée des Maisons comtoises De ontwikkeling van een sociale en solidaire economie in het museum Coördinator site Roussel Bram Wenes Hugues de Varine Het Jukeboxmuseum in Menen: een sociaal-cultureel en economisch project aan de grens Consultant lokale ontwikkeling Perspectieven voor de toekomst Discussie en vragen 13u30 : Vrij middagmaal 14u30: Vrij bezoek aan het Hopmuseum Poperinge (met audiogids) Deelnemen De deelname aan deze studiedagen is gratis, maar u dient te reserveren. Verplaatsingen, logement en maaltijden zijn niet inbegrepen. Deze studiedag verloopt in het Frans en het Nederlands. Voor het volledige programma wordt simultaanvertaling voorzien (audiofonen). Inschrijven tegen uiterlijk 10 maart 2014 inschrijvingsformulier Contact Jessica DREVET Service Développement des musées thématiques Direction de la Culture Département du Nord Tel.:+33(0)3 59 73 81 68 [email protected] Lieven LAMOTE Coördinator project Flamuse – Vlamuse Dienst Cultuur Provincie West-Vlaanderen Tel. : +32(0)51 51 94 35 [email protected]
© Copyright 2024 ExpyDoc