Standpuntennotitie Consumentenbond ten aanzien van aanpassing artikel 13 Zorgverzekeringswet. In de Eerste Kamer ligt het wetsvoorstel 33362 (Wijziging van de Wet marktordening gezondheidszorg en enkele andere wetten, teneinde te voorkomen dat zorgverzekeraars zelf zorg verlenen of zorg laten aanbieden door zorgaanbieders waarin zij zelf zeggenschap hebben) voor ter behandeling. Dit wetsvoorstel behelst een drietal onderwerpen: een verbod voor verticale integratie zorgverzekeraar-zorgaanbieder, aanpassing van artikel 13 zorgverzekeringswet waarmee zorgverzekeraars meer mogelijkheden tot beperking van de vergoeding van niet gecontracteerde zorg krijgen en een regeling van het persoonsgebonden budget in de zorgverzekering. Deze standpuntennotitie richt zich op de voorgestelde wijziging van artikel 13 Zorgverzekeringswet. De Consumentenbond is tegen aanpassing van artikel 13 zorgverzekeringswet, omdat deze wijziging verzekeraars ruimte biedt de vergoeding van niet-gecontracteerde zorg te verlagen tot € 0. De huidige regeling waarmee verzekeraars de vergoeding kunnen beperken (algemeen wordt uitgegaan een beperking tot 80% van de kosten) biedt volgens de Consumentenbond al voldoende mogelijkheden om onderscheid te maken. De wijziging van artikel 13 beperkt verzekerden onnodig in hun vrije keuze van zorgverlener. Een ook bij het opstellen van de zorgverzekeringswet diep gekoesterd recht van consumenten. De maatregel is in de ogen van de Consumentenbond: Slecht; want het voorstel beperkt het elementaire recht op keuzevrijheid van consumenten. Bij de behandeling van het voorstel voor de zorgverzekeringswet in 2005 is de keuzevrijheid nadrukkelijk aan de orde geweest en beschermd. Er hebben zich in de tussentijd geen omstandigheden voorgedaan die de voorgestelde inperking rechtvaardigen. Onnodig; want als verzekeraars hun werk goed doen en verzekerden goed informeren over de gecontracteerde kwaliteit van zorgaanbieders zullen verzekerden automatisch volgen. Ongewenst; want consumenten blijken en masse tegen de maatregel te zijn. Uit onderzoeken van de Consumentenbond en Nivel blijkt dat meer dan 80% van de ondervraagden absoluut geen inperking van de vrije keuze van een zorgaanbieder accepteert. Ruim 2700 reacties op actiesite van de Consumentenbond geven eenzelfde beeld. Vier dagen aandacht via social media medio november leverde 3500 ondersteuners van de actie op. En ook de petitie van de VVAA e.a. levert 150.000 ondertekenaars op tegen deze inperking. Juridisch discutabel; ondanks uw verzoek tot informatie over de Europeesrechtelijke aspecten van dit voorstel aan de Raad van State, is er geen eenduidigheid over de beantwoording van dit aspect ontstaan. De reactie van de Raad van State roept onder deskundigen tegenstrijdige reacties op. Verwarrend; consumenten worden op het verkeerde been gezet. Voor een beperkt aantal onderdelen van de zorgpolis zal straks sprake zijn van selectieve contractering. Consumenten hebben geen overzicht en zullen de contractering als “keurmerk” van hun verzekeraar gaan beschouwen., ook voor onderdelen van zorg waar geen sprake is van selectieve contractering. In de praktijk wordt bovendien aan belangrijke uitgangspunten die worden gehanteerd bij de wijzigingen, nog absoluut niet voldaan. • Zorgverzekeraars contracteren nog maar zeer deels op kwaliteit. Zie daarvoor ook het recente bericht van NZa en Zorginstituut: “De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) en Zorginstituut Nederland vinden dat de informatie over de kwaliteit van ziekenhuiszorg beter kan en moet. De sterftecijfers alleen zeggen onvoldoende. Er zijn veel cijfers die iets zeggen over een bepaald aspect van kwaliteit van zorg bij één aandoening, maar nog nauwelijks indicatoren die bruikbaar zijn voor patiënten en zorginkopers om een algemeen beeld te krijgen van de kwaliteit van zorg.” Voorlopig hanteert iedere verzekeraar zijn eigen kwaliteitsnormen. Voor de consument is een beoordeling van het contracteerbeleid daardoor ondoenlijk. • Een heldere verdeling van polissen (budget met selectieve contractering – natura met vrije keuze en restitutiepolissen) waar de minister van uit gaat, komt er ook volgens zorgverzekeraars niet. Voor consumenten ontstaat verregaande onduidelijkheid. Het gevaar dat er een veelheid van naturapolissen ontstaat is niet denkbeeldig, gezien ook de beantwoording van vragen van uw Kamer hierover, waarin de Minister de eerder gestelde duidelijke verdeling al niet meer noemt. En verder Verzekerden kunnen nu al kiezen voor zeer beperkte zorgverzekeringen (budgetpolissen). Ook hierbij geldt overigens dat er voornamelijk op kosten wordt gecontracteerd. Hier is echter slechts geringe animo voor; vooral jonge, gezonde verzekerden die kiezen op basis van de prijs. De NZa constateert in de Monitor Zorginkoop 2013 nog: “Niet financiële aspecten van de zorginkoop, zoals kwaliteit, innovatie en service, spelen in de huidige onderhandelingen een minder belangrijke rol”. Niet-geïnformeerde consumenten zullen in november en december verkeerde keuzes maken. Sowieso is moeilijk in te schatten voor consumenten welke zorg in de toekomst van belang is. De gevolgen van de keuze van een polis op de toekomstige keuze voor een bepaalde zorgverlener is voor hen niet te overzien. De consequenties ondervinden zij pas als er zich een gezondheidsprobleem voordoet, maar dan is het te laat. Er is dus eerst nog veel voorlichting nodig. Tenslotte Verzekeraars stellen de maatregel nodig te hebben om doelmatigheid in de markt te kunnen beïnvloeden. Voorlopig zijn er echter veel andere mogelijkheden om de kosten van de zorg aan te pakken. Zorgpremies blijken de laatste jaren ook structureel te hoog gezien de hoge winsten en overbodige reserves. Daarnaast kan de organisatie van de zorg en die van zorgverzekeraars zelf doelmatiger. Veel winst is bijvoorbeeld nog te boeken via het verbeteren van efficiëncy en het tegengaan van fraude en verspilling.
© Copyright 2024 ExpyDoc