Inspectierapport Kindercentrum 't Speelpleintje (BSO) Kadegriend 1 1356CA ALMERE Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport: GGD Flevoland ALMERE 28-04-2014 Onderzoek voor registratie Definitief 06-05-2014 Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................... 3 Observaties en bevindingen .................................................................................................. 4 Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang ................................................................ 4 Pedagogisch klimaat ........................................................................................................ 5 Personeel en groepen ....................................................................................................... 7 Veiligheid en gezondheid .................................................................................................. 8 Accommodatie en inrichting .............................................................................................. 9 Ouderrecht .................................................................................................................... 10 Inspectie-items .................................................................................................................. 11 Gegevens voorziening ......................................................................................................... 15 Gegevens toezicht .............................................................................................................. 15 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ............................................................................. 16 2 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang onderzoek voor registratie 28-04-2014 Kindercentrum 't Speelpleintje te ALMERE Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 1 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een aangekondigd onderzoek voor registratie. Naar aanleiding van de melding voor opname in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen is een voorinspectie uitgevoerd. Tijdens deze inspectie zijn alle items, die voor aanvang van de exploitatie getoetst kunnen worden, onderzocht. Beschouwing Geschiedenis 't Speelpleintje heeft sinds begin 2012 een KDV op de locatie Jaagmeent 35-36 geopend. In september 2012 is de BSO locatie op de Jaagmeent 19-20 gestart. In maart 2013 heeft de houder de BSO van 't Speelstraatje op de Rietmeent 185 overgenomen. Verhuizing - nieuwe melding Op 3 april 2014 heeft de houder van 't Speelpleintje een nieuwe aanvraag registratie in het LRKP voor KDV 16 kindplaatsen en BSO 40 kindplaatsen ingediend bij de gemeente Almere. Op 28 april 2014 heeft de toezichthouder van de GGD Flevoland de locatie bezocht. Op het moment van inspectie vindt er een verbouwing plaats op de locatie. De houder heeft een 'plan van aanpak verhuizing' opgesteld waarin is opgenomen welke acties er op welk moment worden uitgevoerd. De houder geeft aan dat de beoogde opening voor de BSO op deze locatie 10 mei 2014 zal zijn. Hiervan kan sprake zijn mits na de verhuizing de risico-inventarisaties veiligheid en gezondheid worden uitgevoerd conform de actuele situatie. Maatregelen op risico's worden genomen en beschreven. Registratie in het LRKP door de gemeente Almere heeft plaatsgevonden. De houder is verantwoordelijk voor het doorgeven van de uitschrijving, van BSO 't Speelpleintje op de Jaagmeent en Rietmeent uit het LRKP, aan de gemeente Almere. Advies aan College van B&W Opnemen in het landelijk register kinderopvang en peuterspeelzalen. Mits voor aanvang van de opvang de risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid worden uitgevoerd conform de actuele situatie. 3 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang onderzoek voor registratie 28-04-2014 Kindercentrum 't Speelpleintje te ALMERE Observaties en bevindingen Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang Kinderopvang en naleving wet- en regelgeving Er loopt geen handhaving tegen de onderneming van de houder. Een nader onderzoek op de KDV locatie Jaagmeent van 't Speelpleintje heeft op 5 februari 2014 plaatsgevonden. De houder heeft toen maatregelen getroffen om tekortkomingen te herstellen. Gebruikte bronnen: • Handhaving KDV 't Speelpleintje • Rapport nader onderzoek KDV 't Speelpleintje februari 2014 4 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang onderzoek voor registratie 28-04-2014 Kindercentrum 't Speelpleintje te ALMERE Pedagogisch klimaat Onder de Wet kinderopvang gelden normen voor de aanwezigheid van een pedagogisch beleidsplan, de inhoud van een pedagogisch beleidsplan en de relatie van het beleidsplan met de praktijk. In de praktijk dienen voorwaarden te worden vervuld voor het waarborgen van de emotionele veiligheid van kinderen, de ontwikkeling van de persoonlijke en de sociale competentie van kinderen en de overdracht van normen en waarden. De pedagogische praktijk wordt bij dit onderzoek voor registratie niet getoetst. Pedagogisch beleid Met deze verhuizing heeft de houder het pedagogisch beleidsplan herzien, versie mei 2014. De visie is in het beleid opgenomen. Het werkplan is van september 2013 en niet aan de nieuwe situatie aangepast. Hoe de 4 competenties worden toegepast in de praktijk wordt in het pedagogisch beleidsplan en werkplan beschreven. Indien er 1 beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is, zal deze worden ondersteund door een stagiaire. Of de houder is achterwacht. De houder kan binnen 15 min. aanwezig zijn op de locatie. Het beleid beschrijft de ondersteuning van vrijwilligers en stagiaires. Vrijwilligers kunnen op de BSO worden ingezet bij het halen en brengen van en naar school van BSO kinderen en bij activiteiten. 't Speelpleintje is aangesloten bij Calibris (verhuizing moet nog doorgegeven worden). Stagiaires worden altijd boventallig ingezet op de groepen. In het beleid is het wenbeleid opgenomen. Dit is minimaal 1 dag en gaat in overleg met ouders. 't Speelpleintje beschrijft in het beleid dat extra dagdelen afgenomen kunnen worden mits de beroepskracht-kindratio dit toelaat. De BSO heeft 2 basisgroepen van maximaal 20 kinderen per groep. Het beleid beschrijft de leeftijdsgroepen van 4-12 jaar. De houder geeft aan voornemens te zijn te gaan werken met een basisgroep van 20 kinderen van 4-6 jarigen en een basisgroep van 20 kinderen van 7-12 jarigen. Beleid en praktijk komen niet overeen. De werkwijze op de nieuwe locatie is niet in het beleid opgenomen of in het werkplan aangepast. Het beleid beschrijft niet het verlaten van de basisgroep. Op de BSO worden max. 40 kinderen opgevangen. Het beleid beschrijft niet aantoonbaar de extra aandacht aan de omgang met de basisgroep. 5 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang onderzoek voor registratie 28-04-2014 Kindercentrum 't Speelpleintje te ALMERE Op basis hiervan is geconstateerd dat de exploitatie redelijkerwijs niet zal plaatsvinden in overeenstemming met de volgende voorwaarde(n): Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de basisgroep. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub b Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen bij welke (spel)activiteiten kinderen hun basisgroep verlaten. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub c Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Bij activiteiten in groepen groter dan dertig kinderen besteedt de houder in het pedagogisch beleidsplan aantoonbaar extra aandacht aan de omgang met de basisgroep. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 en art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 7 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Gebruikte bronnen: • Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (houder) • Pedagogisch beleidsplan (mei 2014) • Pedagogisch werkplan (september 2013) 6 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang onderzoek voor registratie 28-04-2014 Kindercentrum 't Speelpleintje te ALMERE Personeel en groepen Onder de Wet kinderopvang gelden normen voor verklaringen omtrent het gedrag en passende beroepskwalificatie van de beroepskrachten. Het betreft een verhuizing. Voor de inspectie voor registratie is de VOG van de houder getoetst. Overige VOG's en beroepskwalificaties worden getoetst bij de inspectie binnen 3 maanden na melding. Verklaring omtrent het gedrag 't Speelpleintje staat bij de KvK geregistreerd als rechtsvorm: eenmanszaak. De VOG van de houder, natuurlijk persoon, is overlegd. Dit betreft een verhuizing. De beroepskrachten en medewerkers werkzaam op de huidige BSO locaties van 't Speelpleintje komen ook te werken op de nieuwe locatie. De VOG's van beroepskrachten en medewerkers worden getoetst tijdens de inspectie na aanvang exploitatie. Passende beroepskwalificatie Dit betreft een verhuizing. De beroepskrachten werkzaam op de huidige BSO locaties van 't Speelpleintje komen ook te werken op de nieuwe locatie. De beroepskwalificaties en praktijkovereenkomsten worden getoetst tijdens de inspectie na aanvang exploitatie. Opvang in groepen Op locatie komen 2 BSO basisgroepen. De houder is voornemens de groepen te verdelen: • BSO groep 1: 20 kinderen 4-6 jaar • BSO groep 2: 20 kinderen 7-12 jaar Gebruik van de voorgeschreven voertaal Dit betreft een verhuizing. De voertaal is Nederlands. Gebruikte bronnen: • Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (houder) • Verklaringen omtrent het gedrag (houder) • Uittreksel KvK 7 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang onderzoek voor registratie 28-04-2014 Kindercentrum 't Speelpleintje te ALMERE Veiligheid en gezondheid Onder de Wet kinderopvang gelden normen voor de waarborging van de veiligheid en gezondheid van kinderen. De houder legt in een risico-inventarisatie schriftelijk vast welke risico’s de opvang van kinderen met zich meebrengt. Verder gelden normen voor de inhoud en uitvoering van de risico-inventarisatie en de meldcode kindermishandeling. Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder heeft de risico's geïnventariseerd aan de hand van de zgn. 'bolletjeslijsten' van het Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid (LCHV). De veiligheidsrisico’s worden beschreven op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. De gezondheidsrisico’s worden beschreven op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. Een aantal op locatie aanwezig risico's zijn niet of onvoldoende opgenomen in de inventarisatie, o.a. het toilet, de lift en het trappenhuis in de entree, buitenspelen van de BSO op de niet aangrenzende buitenruimte. Dit is geen hele lijst maar slechts enkele voorbeelden. De houder heeft een plan van aanpak. Hierin is opgenomen op welk moment verhuizing van de huidige locatie naar de nieuwe locatie zal plaatstvinden. Een plan van aanpak en welke maatregelen op welk moment worden genomen zijn niet vastgesteld voor de nieuwe locatie na inventarisatie. Op basis hiervan is geconstateerd dat de exploitatie redelijkerwijs niet zal plaatsvinden in overeenstemming met de volgende voorwaarde(n): De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Meldcode kindermishandeling De houder heeft de meldcode en handleiding kindermishandeling en huiselijk geweld versie juli 2013 aangepast naar de eigen organisatie en vastgesteld. Gebruikte bronnen: • Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (houder) • Risico-inventarisatie veiligheid (april 2014) • Risico-inventarisatie gezondheid (april 2014) • Meldcode kindermishandeling (versie juli 2013) • Plan van aanpak verhuizing 8 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang onderzoek voor registratie 28-04-2014 Kindercentrum 't Speelpleintje te ALMERE Accommodatie en inrichting Onder de Wet kinderopvang gelden normen voor de accommodatie en inrichting van de binnenruimte en de buitenspeelruimte. Binnenruimte De BSO zal opvang bieden aan max. 40 kinderen. De BSO heeft 2 groepsruimten met voldoende vierkante meters voor 40 kindplaatsen: BSO groep 1: 66,3 m2 BSO groep 2: 73 m2 De ruimten zijn nog niet ingericht. Omdat dit een verhuizing betreft is de houder voornemens, het weekend voordat de opvang zal plaatsvinden op de nieuwe locatie, alle spullen van de BSO locatie Jaagmeent en Rietmeent te verhuizen naar de Kadegriend. Beoordeling van de inrichting zal plaatsvinden tijdens de inspectie na aanvang exploitatie. Buitenspeelruimte De BSO zal gebruik maken van niet aangrenzende buitenruimte in de buurt. Naast het pand ligt een groenstrook waarvan de BSO gebruik zal gaan maken. Op de strook staan o.a. een tafeltennistafel en een speeltoestel. Om bij de groenstrook te komen moet een weg overgestoken worden. De houder heeft de veilige bereikbaarheid nog niet opgenomen in de risico-inventarisatie. Naast de groenstrook kan de BSO gebruik maken van diverse speelpleintjes/schoolplein in de buurt. De houder geeft aan dat de kinderen te allen tijde onder toezicht van een pedagogisch medewerker buiten spelen. Op basis hiervan is geconstateerd dat de exploitatie redelijkerwijs niet zal plaatsvinden in overeenstemming met de volgende voorwaarde(n): De niet-aangrenzende buitenspeelruimte is voor kinderen veilig bereikbaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Gebruikte bronnen: • Observaties (buitenruimte) • Interview houder • Risico-inventarisatie veiligheid 9 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang onderzoek voor registratie 28-04-2014 Kindercentrum 't Speelpleintje te ALMERE Ouderrecht Onder de Wet kinderopvang gelden normen voor het instellen van een oudercommissie, het reglement, de samenstellingen werkwijze van de oudercommissie, het adviesrecht van de oudercommissie en de informatieverstrekking aan ouders. De Wet klachtrecht cliënten zorgsector stelt eisen aan het kindercentrum. Het gaat hier om een klachtenregeling met waarborgen voor een onafhankelijke afhandeling. De Wet kinderopvang stelt eisen aan het treffen van een klachtenregeling voor oudercommissies. Informatie De ouder worden geïnformeerd via de website en het pedagogisch beleid/werkplan. Op de website van 't Speelpleintje zijn de laatste inspectierapporten via een link naar het LRKP van de BSO op de Jaagmeent en Rietmeent beschikbaar. Oudercommissie Vanuit KDV 't Speelpleintje en BSO 't Speelpleintje Jaagmeent en Rietmeent is er van iedere locatie 1 ouder vertegenwoordigd in de OC. Met deze verhuizing heeft de OC 3 leden op de Kadegriend met vertegenwoordiging van uit het KDV en de BSO. De organisatie heeft een reglement OC d.d. 15 juni 2012. Klachten 't Speelpleintje is aangesloten bij de externe klachtencommissie stichting Klachtencommissie Kinderopvang (sKK) voor klachten van ouders en voor de klachtenregeling oudercommissie. De klachtenregeling staat voor ouders vermeld op de website van 't Speelpleintje. De adresgegevens op de website komen niet overeen met die van de sKK. Dat zal nog aangepast moeten worden. De verhuizing is nog niet doorgegeven aan de sKK. Dit kan beoordeeld worden tijdens de inspectie na aanvang exploitatie. Gebruikte bronnen: • Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (houder) • Reglement oudercommissie (2012) Informatiemateriaal voor ouders (pedagogisch beleid) • • Website ('t Speelpleintje) • Klachtenregeling (sKK) • Klachtenregeling oudercommissie (sKK) 10 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang onderzoek voor registratie 28-04-2014 Kindercentrum 't Speelpleintje te ALMERE Inspectie-items Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang Kinderopvang in de zin van de wet De opvang vindt bedrijfsmatig of anders dan om niet plaats. (art 1.1 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Beleidsregels werkwijze toezichthouder) Gedurende de opvang wordt verzorging en opvoeding geboden en een bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van kinderen. (art 1.1 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Beleidsregels werkwijze toezichthouder) De opvang is gericht op kinderen in de leeftijd dat ze naar het basisonderwijs kunnen gaan. (art 1.1 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Beleidsregels werkwijze toezichthouder) Kinderopvang en naleving wet- en regelgeving Er loopt geen handhaving in het kader van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen tegen de vestiging(en) van de houder. (art 1.49 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 3 Beleidsregels werkwijze toezichthouder) Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleid De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat kindercentrum kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie, en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de basisgroep. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub b Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen bij welke (spel)activiteiten kinderen hun basisgroep verlaten. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub c Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Bij activiteiten in groepen groter dan dertig kinderen besteedt de houder in het pedagogisch beleidsplan aantoonbaar extra aandacht aan de omgang met de basisgroep. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 en art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 7 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub d Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 11 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang onderzoek voor registratie 28-04-2014 Kindercentrum 't Speelpleintje te ALMERE Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub g Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum wordt ingezet in afwijking van de beroepskracht-kindratio. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub g Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop kinderen kunnen wennen aan een nieuwe basisgroep waarin zij zullen worden opgevangen. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub e Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het beleid ten aanzien van het gebruik maken van kinderopvang gedurende extra dagdelen. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub f Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot exploitatie aan het college van B&W overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Opvang in groepen Ieder kind behoort bij een basisgroep. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OF De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Gebruik van de voorgeschreven voertaal De voorgeschreven voertaal wordt gebruikt. (art 1.55 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) OF Er wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode. (art 1.55 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid van maximaal een jaar oud. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) 12 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang onderzoek voor registratie 28-04-2014 Kindercentrum 't Speelpleintje te ALMERE De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a en lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid van maximaal een jaar oud. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a en lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Accommodatie en inrichting Binnenruimte Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3,5 m² passend ingerichte binnenspeelruimte beschikbaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Buitenspeelruimte De niet-aangrenzende buitenspeelruimte is in de directe nabijheid van het kindercentrum. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De niet-aangrenzende buitenspeelruimte is voor kinderen goed bereikbaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De niet-aangrenzende buitenspeelruimte is voor kinderen veilig bereikbaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Ouderrecht Informatie De houder informeert de ouders over het te voeren beleid. (art 1.54 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) 13 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang onderzoek voor registratie 28-04-2014 Kindercentrum 't Speelpleintje te ALMERE De houder informeert ouders en personeel over het inspectierapport door het zo speodig mogelijk na ontvangst op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is legt de houder een afschrift van het inspectierapport op een voor ouders en personeel toegankelijke plaats. (art 1.54 lid 2 en 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Oudercommissie De houder heeft een reglement oudercommissie vastgesteld. (art 1.59 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Het reglement omvat regels omtrent het aantal leden. (art 1.59 lid 2 sub a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Het reglement omvat regels omtrent de wijze van kiezen van de leden. (art 1.59 lid 2 sub b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Het reglement omvat regels omtrent de zittingsduur van de leden. (art 1.59 lid 2 sub c Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Het reglement omvat geen regels omtrent werkwijze van de oudercommissie. (art 1.59 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De houder wijzigt het reglement na instemming van de oudercommissie. (art 1.59 lid 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De houder heeft een oudercommissie ingesteld. (art 1.58 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Klachten De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van ouders die voldoet aan de beschreven eisen. (art 2 lid 1 Wet klachtrecht cliënten zorgsector) De houder brengt de klachtenregeling voor ouders op passende wijze bij hen onder de aandacht. (art 2 lid 1 Wet klachtrecht cliënten zorgsector) De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van de oudercommissie over een door hem genomen besluit als bedoeld in artikel 1.60, eerste lid die voldoet aan de beschreven eisen. (art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De houder brengt de klachtenregeling oudercommissie op passende wijze bij hen onder de aandacht. (art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) 14 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang onderzoek voor registratie 28-04-2014 Kindercentrum 't Speelpleintje te ALMERE Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Aantal kindplaatsen : Kindercentrum 't Speelpleintje : 40 Gegevens houder Naam houder Website KvK nummer : Denise Scholte-Mollers : www.kdv-tspeelpleintje.nl : 32130100 Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door : : : : : Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats : ALMERE : Postbus 200 : 1300AE ALMERE Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport : : : : : GGD Flevoland Postbus 1120 8200BC LELYSTAD 088-0029910 L. Karssen 28-04-2014 01-05-2014 01-05-2014 06-05-2014 06-05-2014 : 06-05-2014 : 15 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang onderzoek voor registratie 28-04-2014 Kindercentrum 't Speelpleintje te ALMERE Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. Ik ga akkoord met de rapporten. Met vriendelijke groet, Denise Scholte Kindercentrum ‘t Speelpleintje 16 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang onderzoek voor registratie 28-04-2014 Kindercentrum 't Speelpleintje te ALMERE
© Copyright 2025 ExpyDoc