» ADVERTENTIE ESSAY Wij vechten voor de hartpatiënt in nederland en hebben ú nodig Meer dan 3000 klachten ontving ons Meldpunt Hartpatiënten het afgelopen ‘NEEM MIJN LIED ALS UW HART’ Lucebert 15 september 1924 – 10 mei 1994 Hij tracht met een poëzie die zo levend maakt als licht en water ‘de ruimte van het volledig leven tot uitdrukking te brengen’. Lucebert. Volgens Huub Oosterhuis is hij een van de dichters die na 1945 de Nederlandse taal met enkele onvergetelijke beelden hebben verrijkt. jaar. Klachten van mensen over de behandelaars in hun ziekenhuis, verkeerde of ontoereikende communicatie naar de patiënt toe of in de onderlinge samenwerking. Maar ook klachten over het toedienen van verkeerde medicijnen, foute diagnoses en mislukte operaties. Hartpatiënten Nederland komt op voor de rechten van de patiënt en neemt persoonlijk contact op met iedereen Huub Oosterhuis die een klacht of melding aan ons doorgeeft. We inventariseren de klachten, Pieter Boersma praten en bemiddelen met de Raad van Bestuur van de ziekenhuizen en de Inspectie voor de Gezondheidszorg. Wij proberen tot een oplossing te komen en waar nodig begeleiden we de patiënt naar letselschadeadvocaten. Bij ons kunnen patiënten terecht met hun vragen, al meer dan 40 jaar! Hartpatiënten Nederland geeft juridisch advies, bemiddeling en ondersteuning aan hartpatiënten, hun familie, vrienden en nabestaanden waar mogelijk. Daarnaast verwijzen we mensen naar ziekenhuizen waar ze het snelst en het best geholpen kunnen worden. We onderhouden een informatieve website, een levendig forum voor lotgenoten en we organiseren mooie reizen naar boeiende bestemmingen. Ook geven we Hartbrug-Magazine en HartbrugReizen uit met verhalen van hartpatiënten zelf, nieuws, achtergrondverhalen, voedingsadviezen, columns en de laatste medische inzichten. Uiteraard is ons werk uitsluitend mogelijk dankzij mensen zoals ú Marly van Overveld Fiscaal voordelig schenken: jaarlijkse giften zijn aftrekbaar. Bij notarieel vastgelegde periodieke schenking is het bedrag volledig aftrekbaar. Uiteraard onder bepaalde voorwaarden. Bij nalaten wordt geen erfbelasting betaald en wordt de nalatenschap (of een gedeelte) voor 100% aangewend voor het goede doel! Lucebert, Bergen 1993 Onze stichting is volledig afhankelijk van vrijwillige bijdragen van donateurs en van opbrengsten uit schenkingen. Wij worden niet gesponsord door de overheid of de farmaceutische industrie. Op die manier bewaren wij onze onafhankelijkheid. Overweegt u om notarieel en/of fiscaal voordelig te schenken aan Hart- 1. Tot halverwege vorige eeuw waren wij overtuigd van de taal. ‘Wij,’ ander woord voor ‘onze samenleving’, onze westerse cultuur. De Europese beschaving was overtuigd van de kracht van de taal, men leefde op de waardevolle betekenissen der woorden: God betekende God, mens betekende mens. Taal kon begeesteren, overtuigen, gaf richting aan doen en laten. Taal was gemeenschap; we verstonden elkaar en konden zeggen wat we wilden. In den beginne was het woord, de logos, het met scheppingskracht geladen woord. patiënten Nederland? Bel dan met Marly van Overveld via 0475 - 31 72 72. Of kijk voor meer informatie hierover op www.hartpatienten.nl/schenkingen. Uw vrijwillige bijdrage is zeer welkom op rekening NL35INGB0000594000 t.n.v. Hartpatiënten Nederland te Roermond. Postbus 1002, 6040 KA Roermond 0475 - 31 72 72 Hartpatienten.nl I [email protected] In 1945 was dat voorbij. En voor zeer velen ook heel die Europese beschaving. De woorden van een massamoordenaar bleken vernietigende overtuigingskracht te hebben gehad en begeesterden het ene ras om het andere uit te roeien. De taal 70 » NIEUWE LIEFDE » HERFST 2014 Advertentie Nieuwe Liefde 05082014.indd 1 waarin onze voorouders hun liefde verklaarden en hun kinderen grootbrachten, de taal die gegeven is om mensen te verbinden, werd systematisch gebruikt om mensen uit elkaar te slaan en tegen elkaar op te zetten. 2. De Joodse cultuurfilosoof George Steiner beschrijft in een van zijn essays hoe onder het bewind van de nazi’s de Duitse taal gebruikt werd ‘om de hel te besturen’, om Bergen-Belsen en Auschwitz ‘te organiseren’ en ‘om de mens tijdens twaalf jaar berekenende beestachtigheden te ontmenselijken’… ‘De mannen die ongebluste kalk in de riolen van Warschau gooiden om de levenden te doden en de stank van de lijken te smoren, schreven erover naar huis. Ze spraken over “ongedierte 71 » NIEUWE LIEFDE » HERFST 2014 5-8-2014 17:20:43 Een van die dichters die na 1945 de Nederlandse taal hebben doen groeien, is Lucebert. Zijn belangrijkste programmatische gedicht, geschreven in 1948-1949, heeft geen titel maar is bekend geworden onder de eerste regel: ‘Ik tracht op poëtische wijze’. Daarin komt hij tot de kern van zijn poëtica en tot een antwoord op Steiners vraag of de taal nog een bezield medium is en taalgemeenschap nog mogelijk. Steiner betwijfelt of de taal als ‘bezield medium’ nog toekomst heeft en of er nog taalgemeenschap tussen mensen mogelijk is. 4. Lucebert zegt in de eerste regels van dit beroemde gedicht, dat hij probeert op de wijze van poëzie, dat wil zeggen ‘eenvouds verlichte waters’, dat wil zeggen zo eenvoudig als water dat ‘verlicht’ is – water maakt schoon, maakt levend, geeft bloei, poëzie is woorden die schoonwassen, levend maken en verlichten – hij tracht dus met een poëzie die zo levend maakt als licht en water ‘de ruimte van het volledig leven tot uitdrukking te brengen’. Het volledig leven is niet alleen schoon, harmonisch, gelukkig, de omarming; maar ook vuil en gespleten, de doodsteek. Het volledig leven is niet alleen vol, zinvol, maar ook leeg. Het is alles wat een mensenleven is, alles door elkaar, alles tegelijk. 3. In het Nederlandse taalgebied hebben na 1945 vele, en enkele ongewoon sterke, dichters de taal vernieuwd en gereinigd en doen groeien in zeggingskracht, en woorden in hun oorspronkelijke betekenis laten oplichten en met nieuwe nuances verrijkt. ik tracht op poëtische wijze dat wil zeggen eenvouds verlichte waters de ruimte van het volledig leven tot uitdrukking te brengen Lucebert, Bergen 1983 ware ik geen mens geweest gelijk aan menigte mensen maar ware ik die ik was de stenen of vloeibare engel geboorte en ontbinding hadden mij niet aangeraakt de weg van verlatenheid naar gemeenschap de stenen stenen dieren dieren vogels vogels weg zou niet zo bevuild zijn als dat nu te zien is aan mijn gedichten die momentopnamen zijn van die weg in deze tijd heeft wat men altijd noemde schoonheid schoonheid haar gezicht verbrand zij troost niet meer de mensen zij troost de larven de reptielen de ratten maar de mens verschrikt zij en treft hem met het besef een broodkruimel te zijn op de rok van het universum niet meer alleen het kwade de doodsteek maakt ons opstandig of deemoedig maar ook het goede de omarming laat ons wanhopig aan de ruimte morrelen ik heb daarom de taal in haar schoonheid opgezocht hoorde daar dat zij niet meer menselijks had dan de spraakgebreken van de schaduw dan die van het oorverdovende zonlicht Pieter Boersma verdelgen”. (...) Langzamerhand verloren woorden hun oorspronkelijke betekenis en werden spookachtige begrippen. “Jude, Pole, Russe” ging “tweebenige luizen” betekenen. “Endgültige Lösung” ging de dood van zes miljoen mensen in de gaskamers betekenen. (...) Maak van woorden overbrengers van verschrikking en leugen. Er zal iets met de woorden gebeuren. Iets van de leugens en het sadisme zal zich nestelen in het merg van de taal. (...) De taal zal niet langer groeien en zich vernieuwen.’ ‘ware ik geen mens geweest / maar ware ik die ik was / de stenen of vloeibare engel’ Hij is dus ooit een engel geweest, van steen of vloeibaar, hard ongenaakbaar of zacht vluchtig: een engel, bovenaards, niet van hier. Niet van de aarde – hij is ooit ‘geen mens’ geweest maar een wezen dat boven tijd en groei en vergankelijkheid verheven is, boven het gewone, onaantastbaar, ongrijpbaar, onaangeraakt. Je maakt geen deel uit van dát-allemaal, alles door elkaar, alles tegelijk. Van engel, bovenaards en boventijdelijk, is Lucebert een mens geworden ‘in deze tijd’. Deze tijd: dat was hij toen hij dit gedicht schreef, de tijd vlak na de Tweede Wereldoorlog. in deze tijd heeft wat men altijd noemde schoonheid schoonheid haar gezicht verbrand en mededogen, tegen alle hondsdolheid in waarmee oude en nieuwe rijken de armen bespotten, wegpraten, doodzwijgen. En ook leert dit gedicht dat je de taal in haar schoonheid kunt opzoeken, tegen alle massamedia-ontaal in, woorden die schoonwassen, levend maken, verlichten en genezen. 6. In ‘ik tracht op poëtische wijze’ beseft Lucebert zijn opdracht als dichter, als lichtmens; hij zal trachten de taal te behouden, het ‘volledig leven’ met al zijn schaduw en licht tot uitdrukking te brengen, en onze woordwonden te dichten. Herhaaldelijk heeft hij zichzelf getekend als een helpman-heiland-genezer 7. Zijn laatste bundel verscheen postuum op zijn 70ste geboortedag, 15 september 1994: van de maltentige losbol (‘maltentig’ betekent ‘al te nauwgezet, overdreven zindelijk’). ‘Een voorzichtige losbol’ noemde hij zichzelf eens en ‘een alles relativerend mysticus’. ‘Mijn poëzie is geen leespoëzie, ze moet gesproken, ze moet gehoord worden’ – in vele interviews heeft hij dat benadrukt. ‘Voor mij moet in poëzie, met of ondanks alle moderne dissonanten, altijd nog iets doorklinken van de schoonheid van de taal.’ Lees dan, wie dit leest, de volgende regels over zijn volstrekte levenslot hardop voor aan jezelf. dichten Wat schoonheid heette, wat troost gaf, waarheid leek, is ontmaskerd als schijnwaarheid en schone schijn. En de mens die dacht dat hij het stralend, uitverkoren middelpunt was, de norm, het ijkpunt van het universum, beseft als nooit eerder in de geschiedenis dat hij nietig is, zo bijna niets, zo met één achteloos gebaar weg te wuiven als ‘een broodkruimel op de rok van het universum’ – de mens die gezien heeft hoe mensen bij miljoenen vernietigd worden. die op een pijnlijk zwijgen het wonderbeeld van een woord legt en als het dan van alle angst genezen is weet wat ik met dit alles heb gezegd het gedicht is een amulet 5. ‘In deze tijd’, waarin op de vleugels van de vrije markt-wel- In nog enkele onvergetelijke beelden heeft Lucebert zijn poëtica geformuleerd. In de ‘Lente-suite voor Lilith’ (die in zijn eerste bundel voorafgaat én vooruitspeelt op ‘ik tracht...’): vaart steeds meer mensen proberen te ontkomen aan de risico’s, de zwaarte en de verantwoordelijkheden van het gewone-mensen-bestaan; en zich terugtrekken in bijeengespeculeerde privileges, quasiwijsgerige dromen over lotsbeschikking, ommuurde paleizen, in deze tijd is zo’n elementair woord over mens-zijn noodzakelijk en precies op tijd. In het beeld van de mens als ‘een broodkruimel op de rok van het universum’ klinkt deernis 72 » NIEUWE LIEFDE » HERFST 2014 als ik geen dichter was zou ik uit honderden woordwonden bloeden niets zou mij helpen geen gevleugeld geen hemels woord zou het bloeden stelpen Een van de schoonheden van de taal is dat zij gezongen kan worden: ‘het lied heeft het eeuwige leven’ is een van zijn gevleugelde woorden, en ‘neem mijn lied als uw hart’. in duisternis is ieder even slecht de buidel tederheid is spoedig leeg alleen wat dichters brengen het teweeg uit poelen worden lelies opgedregd Op 14 september, aan de vooravond van wat zijn 90ste verjaardag zou zijn geweest, staat De Nieuwe Liefde in het teken van de poëzie en kunst van Lucebert. Speciaal voor deze (gratis) opening van het nieuwe programmaseizoen van De Nieuwe Liefde, is er in samenwerking met het Cobra Museum een expositie van zijn werk ingericht. Er zijn twee programma’s over zijn poëzie en zijn leven, met veel voordracht, muziek en o.a. de films die Johan van der Keuken maakte over Lucebert. Ook de dienst van de Amsterdamse Studentenekklesia op deze ochtend zal over Lucebert gaan. Meer informatie: www.denieuweliefde.com en www.studentenekklesia.nl 73 » NIEUWE LIEFDE » HERFST 2014
© Copyright 2024 ExpyDoc