U kunt het artikel hier downloaden

Regiokrant Groningen 27 januari 2014 | jaargang 12 | nummer 1 Aardbevingschade
We zijn er nog lang niet van af
ten post - De vraag “Wat gebeurt
er als een huizenbezitter aardbevingschade constateert?” sneeuwt
een beetje onder bij alle politieke
commotie en de acties van allerlei
actiegroepen rond de schade door
aardbevingen in de provincie
Groningen. We praten met Henk
Veldman, van aannemersbedrijf
Roorda en Veldman uit Ten Post.
Vanaf 16 augustus, toen de eerste
forse aardbeving plaats vond rond
Huizinge, is hij intensief betrokken
bij reparatie van de schade.
Hoe raakte u hierbij betrokken?
“Na die aardbeving kwamen
schadegevallen binnen bij de
NAM. De NAM benaderde een
expertisebureau om die schades
in kaart te brengen. Die man
kwam bij een klant van mij en de
klant wilde dat wij die reparatie
zouden doen. Dat was mijn eerste
contact met aardbevingschade.
Ik wist van niets: hoe moet dat
gerepareerd worden en wat wil de
NAM? Toen heb ik met een
uitgebreid gesprek met die expert
gehad. Langzamerhand kwamen
de schades binnen. We zijn met
een ploegje aan de gang gegaan,
om die schades te herstellen.
We hebben kennis opgedaan bij
experts en bedrijven. Zo is het
aan het rollen gegaan. En er
kwamen steeds meer schades
binnen. Ik was een half jaar lang
van zeven tot half tien alleen
maar met NAM schades in de
weer.
Nu weet ik hoe het allemaal
werkt. We krijgen soms 60
telefoontjes per dag alleen over de
aardbevingschades. Onvoorstelbaar hoe het is gegroeid: we
werken met 12 man aan aardbevingschades.”
Wat doe je bij schade aan je huis?
“Als je een scheur ziet die er eerst
niet zat , is dat waarschijnlijk een
aardbevingscheur. Dan doe je
Kerk van Tjamsweer (Fotopersbureau: Mike Tomale)
het volgende: Op de site van de
NAM is een schadeformulier die
je online invult en naar de NAM
stuurt. De NAM bevestigt dat
jouw schademelding is binnen
gekomen, en geeft aan dat er
contact wordt opgenomen door
een taxateur. De taxateur maakt
een afspraak met u als schademelder. Die gaat in en om het
huis, maakt foto´s van de schade
en bepaalt wat aardbevingschade
is en wat niet. Hij maakt een
schaderapport en vraagt welke
aannemer je wilt hebben. Jij
Aardschokken 1.5-3.5 op de schaal van Richter (bron: namplatform.nl
3
bepaalt namelijk wie repareert,
dat bepaalt de NAM niet. Het
rapport gaat naar de aannemer
die een offerte maakt. Voor de
klant, niet voor de NAM. De
offerte gaat naar de taxateur die
het hele dossier naar de NAM
stuurt. Die bevestigt dat de klant
de aannemer de opdracht mag
geven het werk uit te voeren. De
klant bevestigt naar de NAM en
de rekening gaat naar de NAM.”
Hoe repareert u de schade?
“Als de buitengevel een verticale
scheur heeft dan frezen we de
horizontale voegen 5 cm diep uit,
en een meter lang. Daar komt
spiraalankermortel in, dan doen
we daar een roestvrijstalen
spiraalanker in om die muur te
fixeren, dan weer mortel, dat
laten we uitharden en tenslotte
wordt het afgevoegd. Dan gaat
die scheur niet verder.
Over de aanpak bij monumentale
woningen waar met metselmortel
met kalk is gemetseld, lang niet
zo hard, verschillen de meningen.
Ik heb het idee dat oude huizen
wat beter bestand zijn tegen
bevingen omdat ze wat flexibeler
zijn. Of dat een algemene
waarheid is weet ik niet.
We hebben hier in de regio een
nieuwe boerderij. Uiterst degelijk
gebouwd. Zo degelijk dat er geen
millimeter speling in zit. Daar
komt veel aardbevingsschade.
Oudere huisjes met hout etc. zijn
flexibeler. Daar komen ook wel
scheurtjes in maar dat is daar niet
zo erg.
Bij de aanpak van scheuren
binnenshuis moet je anders te
werk gaan: je hebt vaak andere
materialen zoals gipsplaat. Dan
gebruik je geen ankers, maar
epoxy.
Bij de reparaties zijn niet alleen
bouwvakkers betrokken: ook
schilders, stukadoors, loodgieters, tegelzetters etc. Hun werk
wordt allemaal meegenomen in
de offerte.”
Gaat het alleen om aardbevingsschade?
“Bij oude boerderijen is vaak
sprake van verzakking. Als
aannemer beoordeel ik dat niet,
dat moet de schade-expert
vaststellen. Ik vind dat de NAM
daar ruimhartig mee omgaat.
Kleine verzakkinkjes, met kleine
scheurtjes zijn heel normaal in
het Groningerland. Met een
aardbeving worden die scheurtjes groter. Wat de NAM in zijn
algemeenheid zegt is: OK die
scheur was er al, maar hij is groter
geworden. Repareer hem maar
zodat het scheuren niet verder
gaat. Dus wij repareren ook
dingen die er al waren, want je
kunt niet bewijzen dat het door
die aardbeving gekomen. Ze zijn
immers al vanaf 1960 met gas aan
het boren. De trillingen van
vroeger zijn nooit in verband
gebracht met de gaswinning.
We hebben ongeveer 100 bevingen per jaar. Als de bodem
beweegt gaat die inklinken. Zand
of klei maakt niet uit als het gaat
trillen. Heipalen evenmin, want
die krijgen ook een dreun. We
hebben nu meerdere panden
waarvan de muren gestut moeten
worden. Dat komt niet meer goed.
Daar speelt vaak achterstallig
onderhoud een rol. De NAM moet
uitmaken wat daar verder moet
gebeuren.
Die scheuren dichtmaken is niet
zo´n punt. Maar we zijn er nog
lang niet van af.
We hebben inmiddels honderden
panden aangepakt, niet alleen
rond de dorpen Kantens,
Huizinge en Middelstum, maar in
een gebied tot de stad Groningen.”
“De tragiek is: de mensen zitten
opgesloten in hun eigen huis. Ze
kunnen geen kant uit. De
aardbevingproblematiek heeft
ook een emotionele kant. De
mensen worden bang in hun
eigen huis. Stel je voor: als je
onder een schuine kap slaapt en
er komt een aardbeving, dan
kraakt en knarst het overal.
Niemand koopt hun huis. En als
het al verkocht wordt, is het ver
onder de prijs.
En niemand komt hier wonen en
wie er woont kan haast niet weg.
Voor de leefbaarheid een heel
slechte zaak.”
Door Wout van Duuren
In de kerk van Tjamsweer (Fotopersbureau: Mike Tomale)