Inspectierapport Peuterspeelzaal De Peuterhof (PSZ) St. Odulphusstraat 69 8574 SZ BAKHUIZEN Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: GGD Fryslân DE FRIESE MEREN 10-04-2014 Regulier onderzoek Definitief Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................... 3 Observaties en bevindingen .................................................................................................. 4 Pedagogisch klimaat ........................................................................................................ 4 Personeel en groepen....................................................................................................... 6 Inspectie-items ................................................................................................................... 7 Gegevens voorziening .......................................................................................................... 9 Gegevens toezicht ............................................................................................................... 9 Bijlage: Zienswijze houder peuterspeelzaal............................................................................10 2 van 10 Concept inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 10-04-2014 De Peuterhof te BAKHUIZEN Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 2.20 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd regulier onderzoek. Beschouwing Op verzoek van de Gemeente Friese Meren heeft GGD Fryslân op 10 april 2014 een onaangekondigde inspectie op basis van risicogestuurd toezicht uitgevoerd bij Peuterspeelzaal de Peuterhof te Bakhuizen. Peuterspeelzaal De Peuterhof valt onder de koepelorganisatie Stichting Peuterspeelzalen Gaasterlân-Sleat. Er is één groep, de peuterspeelzaal is op maandag- , dinsdag- , donderdag- en vrijdagochtend geopend en biedt dan plaats aan maximaal 15 kinderen in de leeftijd van 2-4 jaar. Er wordt steeds door één beroepskracht gewerkt tezamen met een vaste vrijwilligster. De locatie bevindt zich in een eigen ruimte van het dorpshuis en beschikt tevens over een aangrenzende eigen buitenruimte. De peuterspeelzaal is een erkend Twatalig Pjutteboartersplak. Aandachtspunt: op het moment van het inspectiebezoek zijn veel kinderen verkouden, er dient meer aandacht te worden besteed aan handhygiëne voor het eten. De algehele indruk van de Stichting Peuterspeelzalen Gaasterlân-Sleat is positief; het welbevinden en de ontwikkeling van kinderen staan zowel in de praktijk als bij het ontwikkelen van beleid centraal. Protocollen en werkafspraken worden op een weloverwogen manier geïmplementeerd in de praktijk. Advies aan College van B&W Geen handhaving. 3 van 10 Concept inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 10-04-2014 De Peuterhof te BAKHUIZEN Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Stichting Peuterspeelzalen Gaasterlân - Sleat beschikt over een algemeen pedagogisch beleid waarin bij de hoofdstukken 'ontwikkeling van het kind' en 'de pedagogische handelingsrichtlijnen' onder andere de volgende onderwerpen aan bod komen: • • • • • visie op ontwikkeling van jonge kinderen behoeften van peuters het scheppen van ontwikkelingsmogelijkheden het overbrengen van normen en waarden volgen, onderkennen en signaleren. Per locatie is er een pedagogisch werkplan opgesteld waarin de handelingsrichtlijnen praktisch zijn uitgewerkt en locatiespecifieke zaken aan bod komen zoals bijvoorbeeld groepsopbouw, aanmelding en plaatsing. Pedagogische praktijk Gedurende het inspectiebezoek zijn er 15 kinderen, één beroepskracht en een vrijwilligster aanwezig. De beroepskracht is voldoende op de hoogte van het pedagogisch beleidsen werkplan. De pedagogische observatie onderschrijft dit. Observatie van de pedagogische praktijk heeft plaatsgevonden gedurende en kringmoment, vrij spel binnen, fruit eten en een knutselactiviteit. De toezichthouder heeft gebruik gemaakt van het veldinstrument observatie kindercentrum. Onderstaande beschrijvingen zijn aan dat instrument ontleend en aangevuld met voorbeelden uit de observatie. Emotionele veiligheid Er is veel interactie tussen beroepskracht en kind; de interacties zijn vriendelijk en hartelijk. De beroepskracht en de vrijwilligster hebben oog voor ieder kind, zij participeren bij (rollen)spel, helpen kinderen die daar behoefte aan hebben, voeren gesprekjes en luisteren aandachtig naar wat de kinderen hun vertellen. De beroepskracht begrijpt niet meteen wat een kind bedoeld als hij vertelt dat hij iets zoekt, ze neemt er even de tijd voor en verplaatst zich in zijn belevingswereld waardoor ze opeens begrijpt dat hij het over een bepaalde hijskraan heeft. De kinderen zoeken actief contact met de beroepskrachten. Als kinderen behoefte hebben aan troost of een knuffel of ergens hulp bij nodig hebben, voelen zij geen schroom om de beroepskracht of de vrijwilligster te benaderen. Persoonlijke competenties Er is een evenwichtig/gebalanceerd programma met zowel vrij spel als gestructureerde activiteiten. Beide onderdelen maken een substantieel deel van het dagprogramma uit. Tijdens het kringmoment leren de kinderen door middel van platen om dieren te benoemen, hoe jongen dieren heten (kalf, big, veulen, lam etc), tellen en op je beurt wachten. De knutselactiviteit gebeuren in kleine groepjes, de kinderen leren werken met een prikpen. Van de oudere kinderen wordt een iets langere aandachtsboog en netter werken verwacht dan van de jongste kinderen. Gedurende vrij spel mogen kinderen zelf materiaal pakken en kiezen voor bijvoorbeeld grof motorisch spel (klimmen, glijden) puzzelen, bouwen of in de huishoek. Sociale competenties De beroepskrachten begeleiden doorgaans ook de positieve interacties tussen kinderen. Twee kinderen bekijken samen aandachtig kikkervisjes in een bak, de vrijwilligster kijkt even mee en laat dan beide kinderen samen verder ontdekken en praten over wat ze zien. 4 van 10 Concept inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 10-04-2014 De Peuterhof te BAKHUIZEN Normen en waarden De beroepskrachten helpen de kinderen actief mee om sociale vaardigheden met leeftijds- en/of groepsgenootjes te ontwikkelen. Een kind is geduwd en heeft zich bezeerd. De beroepskracht troost en vraagt als het kind is gekalmeerd, wat er is gebeurd. De ander betrokkene wordt er bij geroepen en er vindt een kort gesprekje plaats waarbij het tweede kind niet wordt beoordeeld maar er wordt rustig en vriendelijk uitgelegd waarom er niet mag worden geduwd. Het tweede kind zegt 'sorry' en beide kinderen spelen verder. Gebruikte bronnen: Interview anderen (Gesprekjes met beroepskracht en vrijwilligster) • • Observaties (Gedurende vrij spel, kringmoment, knutselactiviteit en fruit eten) • Pedagogisch beleidsplan (ontvangen 05-02-2014) • Pedagogisch werkplan (ontvangen 05-02-2014) 5 van 10 Concept inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 10-04-2014 De Peuterhof te BAKHUIZEN Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag Per 1 juli 2013 is de nulmeting continue screening opgenomen in de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Alle medewerkers die een verklaring omtrent het gedrag (VOG) hebben van vóór 1 maart 2013 worden verzocht om een nieuwe VOG aan te vragen. Daarmee wordt gecontroleerd of medewerkers relevante strafbare feiten hebben gepleegd in het verleden. Stagiaires, uitzendkrachten en vrijwilligers vallen vooralsnog niet onder de continue screening en zullen tweejaarlijks een nieuwe VOG moeten aanleveren. Zowel de beroepskrachten als de vrijwilligsters beschikken over een nieuwe verklaring omtrent het gedrag. Deze zijn getoetst en voldoen aan de voorwaarden. Passende beroepskwalificatie De beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie overeenkomstig de CAO Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening. Beroepskracht/vrijwilliger-kindratio Op alle dagdelen is één beroepskracht samen met een vrijwilligster werkzaam, zij werken volgens een vast rooster. Bij ziekte of vakantie van een beroepskracht wordt zij vervangen door een andere beroepskracht die binnen de Stichting Peuterspeelzalen Gaasterlân-Sleat werkzaam is, dit staat vermeld in het pedagogisch beleidsplan. Opvang in groepen Er is één groep van maximaal 15 kinderen in de leeftijd van 2 - 4 jaar die gelijktijdig gebruik maken van peuterspeelzaal de Peuterhof. Gebruikte bronnen: • Interview anderen (Gesprekjes met beroepskracht en vrijwilligster) • Verklaringen omtrent het gedrag (op locatie ingezien) • Diploma's beroepskrachten • Personeelsrooster 6 van 10 Concept inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 10-04-2014 De Peuterhof te BAKHUIZEN Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 2.5 en 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 2.5 en 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 2.5 en 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 2.5 en 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder de peuterspeelzaal exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar. (art 2.6 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij een onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij de peuterspeelzaal overgelegd. (art 2.6 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij een onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. (art 2.6 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie overeenkomstig de cao Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 18 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Beroepskracht/vrijwilliger-kindratio Het aantal beroepskrachten en vrijwilligers per groep bedraagt: - in een groep met maximaal 8 kinderen ten minste 1 beroepskracht; - in een groep met 9 t/m 16 kinderen ten minste 1 beroepskracht, en een vrijwilliger of tweede beroepskracht. (art 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 19 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 18 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Opvang in groepen De opvang vindt plaats in peuterspeelzaalgroepen. (art 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 18 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 7 van 10 Concept inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 10-04-2014 De Peuterhof te BAKHUIZEN De peuterspeelzaalgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen. (art 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 19 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 18 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 8 van 10 Concept inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 10-04-2014 De Peuterhof te BAKHUIZEN Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse educatie : De Peuterhof : 15 : Nee Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats KvK nummer : : : : Stichting Peuterspeelzalen Gaasterlân-Sleat Bloemstraat 4 8561 AK BALK 01122100 Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door : : : : : GGD Fryslân Postbus 612 8901 BK LEEUWARDEN 088-2299222 Mevrouw M. Verkerk Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats : DE FRIESE MEREN : Postbus 101 : 8500 AC JOURE Gegevens toezicht Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport : : : : : 10-04-2014 24-04-2014 06-05-2014 08-05-2014 08-05-2014 : 29-05-2014 9 van 10 Concept inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 10-04-2014 De Peuterhof te BAKHUIZEN Bijlage: Zienswijze houder peuterspeelzaal De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen. 10 van 10 Concept inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 10-04-2014 De Peuterhof te BAKHUIZEN
© Copyright 2024 ExpyDoc