BW14-0536 Inkoop AWBZ (Wmo) Begeleiding

Bestuursdienst / advies aan Burgemeester en Wethouders
Reg.nr: BW14-0536
Casenr.: Cbb140512
Sector/afd.:Stadsbeheer / WOC
Steller/tel/e-mail: R.M.P. van Lochem
/ 5543 /
[email protected]
Portefeuillehouder: M. Stam-de Nijs
Agenda: Openbaar
B&W d.d. 28-10-2014
Embargo tot: Nee
Advies van commissie:
Ter inzage voor cie: MO
Raadsbehandeling d.d.
Begrotingswijziging: Ja
Onderwerp:
Inkoop AWBZ (Wmo) Begeleiding
Probleemstelling:
De gemeenten in de regio Alkmaar, inclusief de gemeente Uitgeest, zijn voor 2015 een samenwerking aangegaan
voor de inkoop van het product Begeleiding dat vanaf 1-1-2015 wordt overgeheveld van de AWBZ naar de Wmo.
Om met zorgaanbieders contracten te sluiten, is in juli 2014 het onderhandelingstraject gestart. Deze
onderhandeling wordt gevoerd op basis van de uitgangspunten/kaders zoals die in de raadsnota/implementatieplan
‘Overheveling begeleiding’ zijn opgenomen: resultaatfinanciering, budgetafspraken op cliëntniveau en
vereenvoudiging/innovatie van het productenaanbod en daarmee ook vermindering van de administratieve lasten.
De uitgangspunten zijn geoperationaliseerd naar de te sluiten contracten op 30 oktober, waarbij budgetfinanciering
wordt ingezet om continuïteit van ondersteuning te waarborgen. De vernieuwing van het bestaande systeem van
het zorgkantoor naar een innovatieve aanpak met minder kosten, zal op 1 januari 2016 gereed zijn. In deze
collegenota wordt het proces geschetst om te komen tot deze vernieuwing.
Concept besluit (max. 10 regels) Het college besluit:
1.
Kennis te nemen van de macrobudgetten gemeenten voor de uitvoering van de begeleiding.
2.
Kennis te nemen van de zorguitvraag 2013 onder de zorgaanbieders.
3.
In te stemmen met tijdelijke budgetfinanciering in 2015.
4.
In te stemmen met de voorwaarden voor de toepassing van de tijdelijke budgetfinanciering.
5.
In te stemmen met de bijgevoegde contractstukken 2015.
6.
In te stemmen met de ondertekening van een beperkt aantal contracten op 30 oktober a.s., waarna alle te
sluiten contracten voor 18 november administratief worden afgehandeld.
7.
De wethouder Wmo te machtigen de Deelovereenkomst Begeleiding namens de gemeente te
ondertekenen
Definitief besluit B&W
Het college besluit:
1. Kennis te nemen van de macrobudgetten gemeenten voor de uitvoering van de begeleiding.
2. Kennis te nemen van de zorguitvraag 2013 onder de zorgaanbieders.
3. In te stemmen met tijdelijke budgetfinanciering in 2015.
4. In te stemmen met de voorwaarden voor de toepassing van de tijdelijke budgetfinanciering.
5. In te stemmen met de bijgevoegde contractstukken 2015.
6. In te stemmen met de ondertekening van een beperkt aantal contracten op 30 oktober a.s., waarna alle te
sluiten contracten voor 18 november administratief worden afgehandeld.
7. De wethouder Wmo te machtigen de Deelovereenkomst Begeleiding namens de gemeente te ondertekenen
8. In het eerstvolgende PORA zal portefeuillehouder herbevestiging vragen over de afspraak dat overschrijdingen
worden bekostigd uit het budget extrammuralisering (het College gaat hier van uit).
Bijlagenr.
(Corsanr.)
Titel/Onderwerp
Bij14-676
Bij14-677
Bij14-679
Bijlage 1 Beschikbare macrobudgetten per gemeente
Bijlage 2 Voorstel zorgaanbieders
Bijlage 3 Begeleidend schrijven/Uitnodiging tot inschrijven
Begeleiding inclusief 7 bijlagen
Bijlage 3a Deelovereenkomst
Bijlage 3b Tekenblad
Bijlage 3c Programma van eisen
Bijlage 3d Productomschrijving en tarieven
Bijlage 3e Schema controle en betaling
Bijlage 3f Begeleidende tekst social return
Bijlage 3g Aanvullende verklaring
Bijlage 4 Machtiging wethouder Wmo
Bij14-668
Bij14-680
Bij14-667
Bij14-681
Bij14-682
Bij14-683
Bij14-684
Bij14-678
BW14-0536 Inkoop AWBZ (Wmo) Begeleiding
Naar B&W,
Commissie, Raad?
(invullen welke)
Publiceren op
website:
ja/nee/besloten
BESTUURSDIENST / ADVIES AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS
Onderwerp: Inkoop AWBZ (Wmo) Begeleiding
Bevat het advies alle elementen? (Raadpleeg hiervoor de checklist voor B&W-adviezen op Hugo, bestuurlijke besluitvorming
Toelichting:
Contractering zorgaanbieders 2015
Inleiding
1
In deze nota worden de inhoudelijke en financiële kaders voor de inkoop van de AWBZ-begeleiding 18+ , zoals
deze zijn geformuleerd in het implementatieplan ‘Overheveling begeleiding’(raadsvoorstel opgesteld in juli 2015)
geoperationaliseerd naar de contracten 2015.
Deze contracten hebben zowel betrekking op de begeleiding van bestaande cliënten met overgangsrecht, als op
de nieuwe cliënten.
In deze nota worden de vastgestelde kaders voor de inkoop kort samengevat. Daarnaast wordt het onderhandelingsproces met de zorgaanbieders geschetst. Vanuit dit onderhandelingsproces wordt voorgesteld om in
2015 voor de groep cliënten met overgangsrecht tijdelijk gebruik te maken van budgetfinanciering.
Tot slot wordt een procesaanpak opgesteld die er op gericht is om op 1-1-2016 de structurele aanpak met de nog
te realiseren innovaties en maatregelen/bezuinigingen gereed te hebben.
De definitieve contractstukken zijn in zeven bijlagen bijgevoegd.
1.
Vastgestelde kaders voor de inkoop: inhoudelijk en financieel
Inhoudelijk
In het implementatieplan ‘Overheveling begeleiding’ (raadsnota) zijn de volgende drie uitgangspunten opgesteld
voor de inkoop, c.q. de te sluiten contracten:
1.
Het eerste uitgangspunt is dat het budget de cliënt volgt, oftewel: de cliënt heeft de vrijheid om een andere
aanbieder te kiezen. Dit betekent dat er met zorgaanbieders gekomen wordt tot cliëntgebonden
budgetafspraken. Dit uitgangspunt maakt het mogelijk dat cliënten die willen kiezen voor een andere
aanbieder, hierin vrij zijn: het budget gaat over naar de nieuwe aanbieder.
2.
Het tweede uitgangspunt is: resultaatfinanciering. Bij resultaatfinanciering wordt niet meer uitgegaan van
een vaststaand aantal uren ondersteuning, maar het te behalen resultaat, financiën op orde bijvoorbeeld.
Dit betekent maatwerk in de uitvoering. De zorgaanbieder zal de gewenste resultaten met de cliënt
bespreken en de afspraken vastleggen in een ondersteuningsplan.
3.
Uitgangspunt drie: innovatie van het productenaanbod, waarbij vereenvoudiging van het bestaande aanbod
een eerste belangrijke stap vormt. De productenmatrix is als bijlage opgenomen bij de Deelovereenkomst.
Voor welke maatwerkvoorziening/product gekozen wordt, hangt af van het resultaat dat bereikt dient te
worden. Een arrangement kan bestaan uit één of meer modules uit de matrix, maar ook uit een combinatie
van professionele ondersteuning, inzet van welzijnsorganisaties (informele zorg) en ondersteuning uit het
eigen netwerk. In het transitiejaar 2015 wordt de productmatrix beoordeeld op werkbaarheid en
doelmatigheid en daar waar bijstelling noodzakelijk is, zal de productenmatrix doorontwikkeld dan wel
bijgesteld worden.
Financieel
Het vierde uitgangspunt heeft betrekking op de financiën: de uitvoering van de ondersteuning dient
budgettair-neutraal uitgevoerd te worden, dat wil zeggen: de kosten voor de uitvoering van de begeleiding
zullen in balans moeten zijn met de beschikbare middelen.
1
De begeleiding voor de groep 18- wordt gefinancierd vanuit de budgetten Jeugdzorg. De aanbieders 18+ bieden over het
algemeen ook de begeleiding voor de groep 18-. Bij de inkoop van de begeleiding voor de groep 18- zal, daar waar mogelijk,
onderlinge afstemming plaats vinden in de contractuele eisen en voorwaarden en de tarieven producten/diensten.
2
In de bijlage Beschikbare macrobudgetten per gemeente voor de uitvoering zijn de macrobegrotingen 2015
en 2016 opgenomen. Voor 2016 zijn twee begrotingen gemaakt. Eén waarbij de ontwikkelingen in het macrobudget
worden doorvertaald naar de gemeentebudgetten. Hierin is zichtbaar dat het budget verder zal dalen; de
overgangsmiddelen zullen afnemen en het budget overgang AWBZ klanten naar de WMO in 2016 wordt omgezet
in een budget voor vernieuwingen. Dit hebben wij apart op de begroting weergegeven en niet toegevoegd aan het
budget inkoop ZIN/PGB.
De 2e begroting 2016 is gebaseerd op het objectieve verdeelmodel zoals deze bij de septembercirculaire is
gepubliceerd. Gezien de grote onderlinge verschillen tussen gemeenten (-19%-+35%) vinden wij deze riskant om
al te gebruiken.
Hieronder hebben we het beschikbare Wmo-budget 2015 op regionaal niveau weergegeven:
Kosten Wmo 2015 nieuwe taken muv taken centrumgemeenten
Regio
ZIN (obv verschil tussen opbrengsten en kosten)
16.880.436
PGB 21% (basis macro budget)
4.487.205
Kosten MEE
2.650.147
Kosten extramuralisering (tbv oa toename woningaanpassingen en
hulpmiddelen)
Kosten inzetten budget na afschaffing WTCG/CER (compensatie
van benadeelden met laaginkomen)*
Kosten sociale wijkteams
Ondersteuning/waardering mantelzorgers
Overheadkosten (waaronder uitvoeringskosten)
Totaal
3.372.700
3.281.545
151.923
1.063.464
1.860.698
33.748.118
Toelichting:
1.
2.
2.
Beschikbaar budget voor de uitvoering is een bedrag van € 21.367.641,Verdeling Zorg in natura en PGB is op grond van historische gegevens gezet op 21% PGB en 79% Zorg in
natura.
De middelen in het macrobudget met als omschrijving extramuralisering zijn bedoeld voor stijgende kosten
voor woningaanpassingen en hulpmiddelen als gevolg van de extramuralisering. De benutting van deze
middelen wordt in 2015 gemonitord en zal naar verwachting in 2016 worden overgedragen naar de Wet
Langdurige Zorg. Door de middelen nu apart te benoemen bij de inkomsten en uitgaven blijft deze goed in
beeld, wanneer een wijziging zich voordoet.
Onderhandelingsproces met zorgaanbieders
In de onderhandeling met zorgaanbieders is ingezet op innovatie van het zorgaanbod in combinatie met
kostenbeheersing/bezuiniging. Daarbij zijn er in het inkoopproces drie plannen voor de bekostiging van de zorg
geformuleerd:
Plan A: nieuwe producten/productclusters en nieuwe tarieven (‘zero-based begroten’) .
Plan B: nieuwe producten/productclusters, waarbij tarieven worden vastgesteld in relatie tot de bestaande
NZA-productencodes en tarieven.
Plan C: terugvaloptie als blijkt dat de planning (voor 1 oktober in ieder geval plan B gereed) niet haalbaar blijkt.
In het inkoopoverleg is gebleken dat het vaststellen van nieuwe producten en nieuwe tarieven conform plan A.in
tijd gezien onhaalbaar en daarmee te risicovol zou zijn. Anders gezegd: Plan A. is toekomstgericht (1-1-2016),
maar past niet goed bij een overgangssituatie (2015).
Eind juli is daarom gestart met Plan B. Uitgangspunt daarbij was om op basis van de zorguitvraag 2014 bij de
zorgaanbieders de te ramen omzet per cliënt, per productiecode (bestaande Nza-codes) per gemeente
(woonplaatsbeginsel) in een overzichtelijk bestand op te nemen, als basis voor de vaststelling van de tarieven. Met
deze exercitie is een goede start gemaakt, maar levert de nodige vragen en daarmee tijdsdruk op, Ook werd
geconstateerd dat er afwijkingen bestaan tussen de cijfers van het CAK (verantwoordelijk voor het innen van de
eigen bijdrage) en Vektis (landelijk registratie- facturatiesysteem).
3
Tot slot maakte de zorguitvraag ook inzichtelijk dat de administratieve organisatie van de zorgaanbieders (over het
algemeen) niet op gemeentelijk niveau tot een eenduidig beeld van de cliëntengroep en de te verwachten omzet
2014 leidt.
3.
Voorstel: tijdelijke budgetfinanciering gebaseerd op omzet 2013
Vanwege de hierboven beschreven complexiteit en de tijdsdruk, is halverwege september in het inkoopproces
geconstateerd dat de gekozen aanpak bijstelling behoeft. Zorgaanbieders willen meer zekerheid en stellen tijdelijke
budgetfinanciering voor, zie hiervoor de bijlage Voorstel tijdelijke budgetfinanciering zorgaanbieders
Door uit te gaan van budgetfinanciering ontstaat er tijd en ruimte om de nieuwe tarieven en producten goed in te
regelen. Organisaties krijgen vroegtijdig zicht op beschikbare budgetten en kunnen de bedrijfsvoering 2015 hierop
inrichten.
Kernpunten uit het voorstel zijn:
4.
1.
Om tot een meer betrouwbare basis voor de inkoop te komen, zijn zorgaanbieders bereid om cijfers
beschikbaar te stellen over de gerealiseerde productie per gemeente en per productsoort in 2013, en
deze indien noodzakelijk te voorzien van een accountantsverklaring.
2.
Het tweede onderdeel betreft de hoogte van de korting op de uitvoering. Het Rijk geeft in de mei- en
septembercirculaires aan dat het macrobudget 2015 is gebaseerd op de gerealiseerde productie van
2013 minus een korting van ongeveer 12%. Zorgaanbieders zijn bereid om deze korting voor 2015 toe
te passen.
3.
Het derde onderdeeI in het voorstel heeft betrekking op innovatie. Innovatie van het huidige aanbod is
noodzakelijk is om te komen tot de structurele bezuiniging en vernieuwing vanaf 1-1-2016.
Zorgaanbieders committeren zich aan deze innovatie-opgave.
4.
Zorgaanbieders zijn bereid om voor nieuwe en geherindiceerde cliënten de nieuwe producten- en
tarievenmatrix te hanteren (plan B.)
Tijdelijke budgetfinanciering onder voorwaarden
Het voorstel van de zorgaanbieders is in een overleg tussen wethouders (namens het Pora Zorg en Wmo) en een
delegatie van zorgaanbieders besproken op 11 september. Daarnaast is het voorstel ook geagendeerd voor een
extra ingelast Pora van 17 september en het Pora van 1 oktober.
De meerwaarde van het voorstel worden gezien:
1.
Zorgaanbieders zijn bereid om een door de accountant geaccordeerde nulmeting aan te leveren: de
daadwerkelijk geleverde omzet op die producten die overgaan naar de Wmo.
2.
Er is ruimte voor aanbieders om continuïteit van zorg/ondersteuning te bieden voor de cliënten met
overgangsrecht.
3.
In de relatie naar het CAK (Centraal Administratie Kantoor, voor het innen van de eigen bijdrage) hoeven
er geen wijzigingen plaats te vinden.
4.
Gemeenten kunnen met deze aanpak financiële risico’s verminderen.
Conclusie:
Budgetfinanciering is een goede, tijdelijke tussenstap in 2015. Perspectief voor 1-1-2016 blijft wel conform de
gestelde uitgangspunten voor de inkoop: nieuwe producten, innovatie, cliëntgebonden budgetten en
resultaatfinanciering.
Met de gekozen bestuurlijke aanbestedingsvorm is er de nodige flexibiliteit gecreëerd om in het overleg met
zorgaanbieders de nodige aanpassingen - inhoudelijk, financieel en juridisch – in 2015 te kunnen realiseren. Dit
4
geldt ook voor de wijze waarop de bekostiging plaats
vindt in 2015: de tijdelijke budgetfinanciering en de
financiering op basis van de nieuw geformuleerde producten en tarieven (‘p x q’).
In het verlengde van het voorstel van de zorgaanbieders is het Pora ‘van mening’ dat indien noodzakelijk
eventuele bijsturing gezamenlijk met gemeente, ministeries en zorgaanbieders binnen het macrobudget van 2015
plaats vindt.
In de bestuurlijke overleggen met de zorgaanbieders zijn vanuit de gemeenten de volgende voorwaarden
geformuleerd voor de tijdelijke budgetfinanciering:
Voorwaarde
Toelichting
1. Zorgaanbieders
committeren zich aan het
perspectief 2016 en verder
waarbij gemeenten 25%
structureel moeten bezuinigen
op de uitvoeringskosten ten
opzichte van het peiljaar 2013
Deze bezuiniging wordt gevonden door een combinatie van
maatregelen en innovaties:
Aanbieders: meer verwijzen naar algemene voorzieningen,
meer inzet van lichtere vormen van ondersteuning,
aanpassing bedrijfsvoering, en mogelijk ook het afstoten
van taken.
Gemeenten: sterk maken van algemene voorzieningen, op
basis van herindicatie meer eigen netwerk en/of welzijn
inzetten, verlagen overhead.
2. Met zorgaanbieders worden
innovatie-afspraken opgesteld,
gereed uiterlijk 1 maart 2015
Uiterlijk 1 maart 2015 is de lijst met innovatie-afspraken gereed.
Een belangrijk thema hierbij is hoe intensievere (c.q. duurdere)
vormen van begeleiding kunnen overgaan naar lichtere (c.q.
goedkopere) vormen van begeleiding. Een ander thema is de
innovatie van de Inloopfunctie voor mensen met psychiatrische
problematiek.
3. Uitvoering tijdelijke
budgetfinanciering vindt plaats
eerste kwartaal 2015, in
combinatie met opbouw
nieuwe bekostigingsvorm:
nieuwe producten, tarieven,
cliëntgebonden
resultaatfinanciering.
Naast de uitvoering van de budgetfinanciering, is het wenselijk om
het nieuwe systeem, zoals beoogd in het implementatieplan in 2015
in werking te zetten: nieuwe productclusters, nieuwe tarieven.
Uitvoering is nodig voor de nieuwe cliënten, de geherindiceerde
cliënten en de pgb-houders.
Aan het eind van het eerste kwartaal In 2015 wordt op cliëntniveau
de budgetfinanciering afgebouwd en het nieuwe systeem
opgebouwd.
5
5.
Resultaat zorguitvraag 2013
Totaal gerealiseerde productie 2013 (beeld uitvraag 22 okt 2014))
Totaal min 12%
Indexering 2014 2% (loon en prijsindex)
Stelpost voor kleine aanbieders (zitten nog niet allemaal in uitvraag gerealiseerde
productie 2013)
Benodigd budget 2015
Budget ZIN binnen beschikbare regionale marcobudget
Tekort
De budgetten van het rijk voor de regio Alkmaar gaan uit van een historisch budget 2013 (zonder korting en
compensatie) van € 19,1 miljoen. We kunnen concluderen dat er niet veel verschil zit tussen de uitvraag 2013
en het historisch budget waarop het rijk het macro budget heeft gebaseerd.
Wat betekent bovenstaande nu voor het al dan niet toereikend zijn van het beschikbare budget ZIN (€ 16,9
miljoen) ten opzichte van de uitvraag? Als we 12% van de uitvraag 2013 (€ 18,9 miljoen) afhalen komen we op
een benodigd budget 2015 ZIN van € 16,7 miljoen.
Over de aantallen cliënten in 2013 en 2014 kunnen we het volgende zeggen: De aantallen cliënten in 2014 zijn
aanzienlijk lager dan 2013. Hier kunnen we nog niet te snel conclusies aan verbinden omdat de instroom van
augustus t/m december 2014 nog niet is meegenomen in het aantal cliënten 2014.
Op basis van deze uitvraag is het financieel verantwoord om per aanbieder volumeafspraken te maken voor 2015.
6.
Procesplanning
28 oktober
Collegebesluit over:
1. nota ‘Contractering’
2. Deelovereenkomst en bijlagen
Nota ter kennisname naar de raadscommissie
30 oktober ’14
Ondertekening contracten met 7 organisaties, waarna de andere
contracten na 30 oktober administratief worden afgehandeld.
Voor 1 maart ´15
Vaststellen tarieven voor de productenmatrix (voor nieuwe en
geherindiceerde cliënten), Plan B.
Voor 31 december 2015
Aanpak/werkwijze innovatie gereed
Voor 1 maart 2015
Innovatietrajecten gereed en start uitvoering
Voor 1 september 2015
Vaststellen nieuwe producten en tarieven 2016
(Plan A.)
Voor 1 november 2015
Aanpassing contracten 2016
6
.