Inbreng wetgevingsoverleg Water 2014

Wetgevingsoverleg Water
Op 17 november bespreekt u het Deltafonds, het Deltaprogramma, de begroting van I&M (onderdeel water) en het MIRT (onderdeel water). De waterschappen zijn sterk in het uitvoeren van
hun kerntaken: het beschermen van Nederland tegen overstromingen, het zorgen voor voldoende en schoon zoetwater en het zuiveren van het afvalwater. Ter voorbereiding op dit Wetgevingsoverleg vragen wij graag uw aandacht voor onderstaande punten.
Deltaprogramma
De waterschappen zijn positief over het Deltaprogramma 2015. Ook zijn zij tevreden over de
aanpak: in een intensief proces onder regie van de Deltacommissaris is er samengewerkt tussen Rijk, waterschappen, provincies en gemeenten. De waterschappen staan voor het overgrote deel aan de lat voor de uitvoering van de Deltabeslissingen. De waterschappen gaan hier
voortvarend mee aan de slag.
Verlenging Deltafonds
Om de maatregelen in het Deltaprogramma te kunnen uitvoeren is geld in het Deltafonds gereserveerd voor waterveiligheid, zoetwatervoorziening en ruimtelijke adaptatie. De waterschappen
hebben met het Rijk de afspraak gemaakt dat tot 2028 362 miljoen euro per jaar wordt geïnvesteerd voor de versterking van de primaire keringen die bij de waterschappen in beheer zijn: 50%
wordt door waterschappen ingebracht en 50% door het Rijk. Het Deltafonds loopt nu tot 2028.
Om het Deltaprogramma als geheel te kunnen uitvoeren, zal het Deltafonds tot 2050 verlengd
moeten worden. Waterschappen pleiten voor deze verlenging.
Waterveiligheid
Het Rijk zal, op voorstel van de Deltacommissaris, de nieuwe veiligheidsnormen beleidsmatig
bekrachtigen in het Nationaal Waterplan (NWP) en later wettelijk verankeren. De waterschappen steunen dit. De overstap naar de nieuwe normering is een goede zaak, maar ook een hele
majeure verandering met veel consequenties voor de waterschappen.
Bij de implementatie van de nieuwe normen hebben de waterschappen een helder instrumentarium van het Rijk nodig dat tijdig (1 januari 2017) beschikbaar is voor zowel het ontwerpen als
het toetsen van waterkeringen (onder andere dijken en duinen). Daarbij moet helder zijn of de
nu geformuleerde normspecificaties middenkansen of afkeurgrenzen zijn en hoe de minister wil
toegroeien in fases naar 2050, het jaar waarin alle waterkeringen aan de nieuwe normen moeten voldoen. Ten slotte willen de waterschappen dat de primaire waterkeringen van de categorieën B en C ook van de goede norm worden voorzien en dat de keringen van de categorie C
niet zonder meer hun primaire status verliezen.
Ruimtelijke adaptatie
Met de deltabeslissing Ruimtelijke adaptatie komt het waterrobuust en klimaatbestendig inrichten van Nederland weer een stap dichterbij. Deze deltabeslissing geeft opnieuw momentum om
hier samen met de andere decentrale overheden en gesteund door het Rijk echt werk van te
maken. Het is noodzakelijk partijen te helpen om water goed in het vizier te hebben en mee te
nemen in plannen en projecten. Zeker met de te verwachten klimaatveranderingen is de kwaliteit van de leefomgeving steeds kwetsbaarder en moet waterbeheer dus een stevige plaats krijgen in de afwegingen. Daarvoor is bij alle betrokkenen een cultuurverandering nodig, maar een
belangrijk instrument om water in de ruimtelijke ordening een goede plek te geven en van de
deltabeslissing Ruimtelijke adaptatie een succes te maken is ook de watertoets.
Watertoets in Omgevingswet
Een belangrijk punt van zorg is de inbedding van de watertoets in de nieuwe Omgevingswet.
Voor de waterschappen is het belangrijk dat de watertoets niet vrijblijvend is, maar sturend is in
de ruimtelijke ordening. Het gaat met name om de combinatie van motivering en het overleg dat
tussen planmaker en waterbeheerder moet plaatsvinden. Minister Schultz wil de watertoets wel
handhaven maar dan zonder de overlegverplichting. De waterschappen vinden dat de combinatie van motivering en overleg gekoppeld moet blijven en verplicht moet worden gesteld.
Pagina 2 van 2
Zoetwater
Om ook in droge perioden verzekerd te zijn van water voor de landbouw, productie- en koelwater voor de industrie, als grondstof voor ons drinkwater maar ook voor natuur is een Deltaplan
Zoetwater opgesteld. Voordat zoetwatermaatregelen uit dit plan uitgevoerd kunnen worden, is
een uitvoeringsregeling nodig om de nodige financiën beschikbaar te kunnen stellen. De Unie
van Waterschappen vraag het Rijk om op korte termijn gezamenlijk tot een voorstel voor een
dergelijke regeling te komen.
In het Deltaprogramma is voorlopig een bedrag van 150 miljoen euro gereserveerd voor de eerste tranche maatregelen uit het Deltaplan Zoetwater (2015 – 2021). In de tekst van het NWP
staat echter dat tot en met 2028 in het Deltafonds 150 miljoen euro programmaruimte is gereserveerd. Dit wekt de verwachting dat het Rijk de 150 miljoen voor zoetwater over een langere
periode wil uitsmeren. Tegenover dit bedrag staan echter ook aanzienlijke investeringen van
onder andere de waterschappen. Wanneer het Rijk de toezegging voor de 150 miljoen niet nakomt is het de vraag of de andere partijen dat wel doen. Waterschappen pleiten ervoor dat voor
de periode 2021-2028 ook geld beschikbaar wordt gesteld voor zoetwater.
Vraag: Is de minister daartoe bereid?
Grondwater
Ondanks dat het grondwaterbeheer decentraal georganiseerd is, is de minister systeemverantwoordelijke. Het is de waterschappen echter onvoldoende duidelijk wat de visie van de minister
op het grondwaterbeheer is. Terwijl er momenteel veel gebeurt op dit vlak, zoals het opstellen
van de structuurvisies ondergrond en schaliegas, mogelijke wijzigingen van de mijnbouwwet en
de nota drinkwater.
Vraag: Kan de minister aangeven hoe zij haar systeemverantwoordelijkheid vorm wil geven?
Waterkwaliteit
De kwaliteit van het oppervlaktewater is de afgelopen jaren verbeterd maar er wordt nog niet
voldaan aan de eisen van de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) voor ecologische kwaliteit.
Uit waterschapsmetingen blijkt dat 50 procent van de landbouwspecifieke meetlocaties niet voldoen aan de KRW-normen voor stikstof en fosfor. Ook worden op de helft van de meetlocaties
gewasbeschermingsmiddelen in hoge concentraties in het oppervlaktewater aangetroffen.
Slechte waterkwaliteit kan gevolgen hebben voor volksgezondheid, voedselveiligheid en diergezondheid. Verder kan de Europese Commissie Nederland in gebreke stellen als de doelen
van de KRW niet op tijd worden gehaald. Om de waterkwaliteit te verbeteren zijn brongerichte
maatregelen nodig. Het is van belang dat alle partijen daarin hun verantwoordelijkheid nemen.
Het Rijk heeft aangegeven om meer de regie te nemen bij het onderwerp nieuwe stoffen. De
waterschappen willen graag een gesprekspartner zijn en hebben samen met de drinkwaterbedrijven een voorstel gedaan met een plan van aanpak voor geneesmiddelen in het milieu.
Vraag: Is de staatssecretaris bereid om op korte termijn met waterschappen en drinkwaterbedrijven om tafel te zitten om dit plan te bespreken?
Gewasbeschermingsmiddelen
De beleidsnota Duurzame Gewasbescherming 2013-2023 ‘Gezonder groei, duurzame oogst”
bevat het gewasbeschermingbeleid voor de periode tot 2023. Deze nota is met aanname van
een aantal moties in de zomer van 2013 vastgesteld. In deze nota staan verschillende maatregelen die in het Activiteitenbesluit moeten worden opgenomen. De waterschappen roepen het
ministerie van IenM op daarmee haast te maken zodat de maatregelen op korte termijn in werking kunnen treden.
Meststoffen
Het ministerie van EZ is verantwoordelijk voor het realiseren van de doelstellingen uit de Nitraatrichtlijn, het ministerie van I&M voor de doelstellingen uit de KRW. Kern van de Nitraatrichtlijn is dat het grondwater maximaal 50 mg nitraat per liter bevat en dat voedselrijkdom van het
oppervlaktewater wordt tegen gegaan. Wat betreft deze laatste doelstelling worden de normen
voor de meststoffen in het water ingevuld door de KRW. De waterschappen constateren dat het
mestbeleid nog onvoldoende is afgestemd op het realiseren van de KRW-normen voor meststoffen. De waterschappen vragen om meer integrale beleidsontwikkeling voor de Nitraatrichtlijn
(ministerie EZ) en KRW-maatregelen (ministerie I&M).
Vraag: Is de minister voornemens om met het ministerie van EZ de KRW-normen meer te betrekken bij het mestbeleid?
Contactpersoon: Ilona Elfferich-Rodenburg (tel: 06-12463923 of mail: [email protected])