EMDR laat kinderen weer stralen EMDR, voluit Eye Movement Desensitization and Reprocessing, is een behandelmethode om ingrijpende ervaringen te verwerken. De hulpverlener maakt gebruik van een bestaand protocol, dat is ontdekt en uitgewerkt door de Franse psychologe Francine Shapiro (zie kader). Hierin staat zogenaamde bilaterale stimulatie centraal. Door de cliënt te laten concentreren op een afleidende stimulus, (zoals bijvoorbeeld tikjes,) vergroot de toegankelijkheid tot herinneringen. Dit leidt automatisch tot lichamelijke ontspanning. Aangenomen wordt dat herinne- Veel jonge kinderen kampen met angststoornissen, chronische pijn of een negatief zelfbeeld. Reguliere behandeling verloopt vaak moeizaam en vraagt veel behandelsessies. Niet iedereen weet dat EMDR ook bij deze jonge doelgroep effectief kan zijn. Mits je het protocol aanpast op het begripsniveau van het kind en de opvoeders nadrukkelijk betrekt bij de toepassing van de methode, kan de spanning op een beladen herinnering verbazingwekkend snel verdwijnen. Door: Jolijn Hendriks en Nathalie van Tijen ringen hierdoor in een minder emotioneel beladen vorm in het geheugen worden opgeslagen. Doorgaans wordt EMDR toegepast bij ervaringen met een diepe traumatische achtergrond. Inmiddels is er steeds meer wetenschappelijke ondersteuning dat EMDR ook bij andere problemen en klachten goed kan worden ingezet. Aangepaste methode Omdat het protocol gericht is op een volwassen begripsniveau, wordt EMDR vooral toegepast bij jongeren en vol- wassenen. Wanneer het begripsniveau wordt aangepast, blijkt dat bij jongere kinderen en zelfs baby’s met EMDR ook veel kan worden bereikt. Voorwaarde is dat de aanpassing zodanig aansluit, dat het kind er wat mee kan. In onze praktijk doen we dit door samen met de ouders een verhaal te maken. Hierin komen alle elementen van het protocol voor, maar dan verpakt in de vorm van een (sprookjes) verhaal. Het verhaal bouwt op naar het beeld met de hoogste spanning, om vervolgens de spanning weer af te bouwen naar een ‘happy end’. Deze Foto: Karin de Roos 4 vroeg maart 2014 Dit artikel is verschenen in Vakblad Vroeg (maart) nr. 1-2014, www.vakbladvroeg.nl werkvorm vraagt een goede voorbereiding, samen met de ouder(s), en een goede intuïtieve aansluiting van de therapeut bij zowel ouder als kind. Het kind kan zelf ook meedoen aan het maken van het verhaal. Graag zelfs, want vaak kan het kind cruciale details benoemen. Ouder en kind werken zo samen aan de verwerking van datgene wat moeilijk en belastend is. Er was eens … Het verhaal begint met: ‘Er was eens een meisje/jongetje en dat heette ... (naam van het kind)’. De ouder leest het verhaal voor en ondertussen tikt de therapeut afwisselend links en rechts op de handen of benen van het kind. Dit gebeurt niet met de vingers, maar met een handpop die het kind zelf heeft uitgekozen of de eigen knuffel. Het kind kan de spanning aangeven op een lat met kleuren, met knikkers of met armbewegingen. Weinig kleur of weinig knikkers betekent weinig spanning en omgekeerd. Bij heel jonge kinderen volstaat een armbeweging (open of dicht) voor wel of niet spannend. De therapeut begeleidt het pro- ces. Desgewenst wordt het verhaal een aantal keren herhaald. Zorgvuldigheid eerst Positief effect Het aangepaste protocol is in de basis concreet en eenvoudig. Toch vraagt effectieve toepassing om een goede opleiding. Therapeutische en invoelende vaardigheden zijn essentieel om het meest spanningsveroorzakende probleem benoemd te krijgen. Omdat het beeld waarbij het kind de meeste spanning ervaart heel anders kan zijn dan in eerste instantie wordt aangegeven, moet de therapeut goed kunnen doorvragen. De ervaring leert dat de methode zelfs werkt als het kind in slaap valt en bij baby’s. Een verrassend voorbeeld uit onze eigen praktijk was een moeder die zich zorgen maakte om haar baby. Het bleef huilen, wat ze ook deed. Ze vermoedde dat dit werd veroorzaakt door de nare bevalling voor moeder en kind. Hierover schreef moeder (in kindertaal) vanuit de beleving van haar baby een verhaal en las dit voor bij de wieg. Ondertussen tikte de therapeut op de rand van de wieg en op EMDR is geen ‘trucje’ dat vrijblijvend kan worden toegepast. Het moet zorgvuldig worden ingebed in een totaal behandelplan. Om die reden bewaakt de Vereniging EMDR Nederland de kwaliteit van de toepassing van EMDR. Zij doet dit door kwaliteitseisen aan EMDRopleidingen en –therapeuten te stellen. Erkende behandelaar hebben een basis- en vervolgopleiding gevolgd en door middel van supervisie aangetoond dat zij het geleerde op de juiste wijze in praktijk brengen. Werking Bij een reguliere EMDR-behandeling vraagt de therapeut de cliënt terug te denken aan de nare gebeurtenis, inclusief de bijbehorende beelden, gedachten en gevoelens. Eerst gebeurt dit om meer informatie over de traumatische beleving te verzamelen. Daarna wordt het verwerkingsproces opgestart. De therapeut vraagt de gebeurtenis opnieuw voor de geest te halen, maar nu in combinatie met een afleidende stimulus (handbewegingen, geluiden die door middel van een koptelefoon afwisselend links en rechts worden aangeboden of taps op de knieën). Er wordt gewerkt met ‘sets’ (= series) stimuli van circa een halve minuut. Na elke set wordt even rust genomen. De cliënt wordt na elke set gevraagd zich te concentreren op de meest opvallende verandering, waarna een nieuwe set volgt. Na ongeveer vijf sets wordt opnieuw de spanning van de oorspronkelijke herinnering nagevraagd. Een nieuwe set wordt vervolgens ingezet op dat aspect van de herinnering die deze spanning nog veroorzaakt. Dit gaat door tot de spanning is verdwenen. Hierna wordt een positieve overtuiging op vrijwel dezelfde wijze geïnstalleerd, tot deze voor de cliënt volledig geloofwaardig is. Informatie: www.emdr.nl de beentjes van de baby. Na twee keer herhalen van dit verhaal huilde het niet meer dan andere zuigelingen. Moeder en kind knapten op. EMDR blijft voor ons een verrassende methode. Zelfs na zoveel jaren toepassen, ontdekken we nog steeds nieuwe kanten - zeker in de toepassing bij jonge kinderen. Dat het een positief effect heeft, wordt voor ons steeds opnieuw bevestigd wanneer we het licht in de oogjes van de kinderen weer zien aangaan! auteursinformatie Jolijn Hendriks ([email protected]) is zelfstandig therapeut en docent Sonneveltopleidingen, geeft EMDR-trainingen voor hulpverleners via Open Fieldsopleidingen (www.openfieldsopleidingen.nl). Nathalie van Tijen ([email protected]) is gezondheidszorgpsycholoog en werkzaam in haar eigen praktijk met kinderen en volwassenen. vroeg maart 2014 5 Dit artikel is verschenen in Vakblad Vroeg (maart) nr. 1-2014, www.vakbladvroeg.nl
© Copyright 2024 ExpyDoc