Weekoverzicht36

weekoverzicht voor beleid en management
5 september
Kritiek NZa in boekvorm
Een boek over klokkenluider
Arthur Gotlieb. »
4 september
Ton goodwill per
specialist
VWS geeft overstappende
specialisten subsidie. »
4 september
Voorlichting over transitie
De massamediacampagne
van VWS gaat van start. »
4 september
‘Crowd funding loont
absoluut’
De Aeonose-campagne is
een groot succes. »
3 september
‘Marktoezicht weg bij NZa’
Het markttoezicht moet volgens Rob Scheerder naar de
ACM. »
3 september
Geen uitstel meer voor ggz
Op 1 oktober moeten alle
jaarrekeningen binnen zijn. »
2 september
Klink passeert Tweede
Kamer
Ab Klink zou ten onrechte
de Kamer niet hebben ingelicht over Erasmus MC. »
1 september
‘Zachte landing Wmo is
onmogelijk’
Gemeenten hebben geen
zicht op de hoeveelheid clienten. »
1 september
NZa moet opsplitsen
De NZa mag niet meer tegelijk regels maken en toezicht
houden. »
WWW.ZORGVISIE.NL
5 september 2014
www.zorgvisie.nl | jaargang 43
‘Gemeenten verdrinken in
cijferbrij VWS’
Gemeenten krijgen veel
meer cliënten voor de
Wmo en de Jeugdzorg op
hun bordje dan blijkt uit
de cijfers van het ministerie van VWS. Ze zien extra
kosten op zich afkomen.
'Hoe gaan we dit behappen?', vraagt wethouder
Margreet Leeuw zich af.
G
emeenten kunnen op
basis van de cijfers van
het ministerie onmogelijk bepalen hoeveel
cliënten hoeveel zorg nodig hebben. De gegevens van het onderzoeksbureau Vektis (afkomstig van
zorgverzekeraars) en het Centraal
administratiekantoor (CAK) zijn
tegenstrijdig en kloppen niet met
de opgave van zorgaanbieders. Ze
variëren van 25 tot 75 procent. Dat
signaleert Tim Robbe, die circa 100
gemeenten begeleidt bij de
inkoop van Jeugdzorg en Wmo, in
een brandbrief aan het ministerie.
Margreet de Leeuw, wethouder
Jeugdzorg in Helmond, zit met
haar handen in het haar. 'Gemeenten verdrinken in de cijferbrij van
VWS.' Een voorbeeld. De jeugdzorginstellingen in de regio Helmond en Eindhoven zeggen
tachtig plekken in hun instellingen
te hebben. Volgens de gegevens
van VWS zouden dat er veertig
moeten zijn. Er komen dus veertig
dure cliënten bij á 150.000 euro per
plek. De gemeenten kunnen die
cliënten niet weigeren, want ze
hebben zorgplicht. Volgens het
overgangsrecht behouden
bestaande cliënten de zorg die ze
nu ontvangen. Maar er komt zo wel
een groot financieel probleem op
het bordje van gemeenten, want
het budget is niet toegesneden op
zo veel extra patiënten. 'Hoe gaan
we dat behappen?'
Als gemeenten het geld voor die
extra zorg zelf moeten ophoesten
FOTO: GEMEENTE HELMOND
NIEUWSLADDER
36
dan gaat dat ten koste ander geld
voor Jeugdzorg. ‘De bedoeling is
dat we kinderen eerder in beeld en
dichterbij huis helpen, zodat er
minder dure interne plekken nodig
zijn. Voor dat beleid is dan geen
geld meer.’
Helmond, dat voor de aanbesteding van jeugdzorg optrekt met
vijf andere gemeenten, kan niet
anders dan de korting op het budget doorgeven aan de jeugdzorginstellingen. De korting
bedraagt circa vijftien procent. Ze
begrijpt dat dit als een zwaard van
Damocles boven de instellingen
hangt. 'We willen niet dat ze
omvallen, maar we kunnen niet
anders.'
Gert Dekker herkent zich ook in het
beeld dat Tim Robbe schetst. Hij is
Wmo-inkoopleider voor de stad
Groningen en nog 21 andere
gemeenten. De gegevens van
Vektis en het CAK maken niet duidelijk welke burgers hoeveel zorg
nodig hebben. Ze waren laat
beschikbaar en veranderden ook
voortdurend. 'Het zou gemakkelijker zijn als VWS had gezegd: "Dit is
het budget, dit is de korting, dit
zijn de aanbieders en dit zijn de
burgers die begeleiding nodig
hebben." We hebben nu zelf een
complete vertaalslag moeten
maken.'
Groningen heeft bij alle zorg-innatura-aanbieders de productievolumes opgevraagd en op basis
daarvan vastgesteld hoe de markt
is verdeeld. Om te voldoen aan het
overgangsrecht, wordt die verdeling in 2015 voortgezet, als het aan
de gemeenten ligt. Nieuwe zorgaanbieders komen in Groningen
dus niet aan bod. De huidige zorginstellingen hebben net een aanbod gekregen. Het budget dat ze
krijgen is afgeleid van het ijkjaar
2013, minus een korting van 17,8
procent. Daar moeten de zorgaanbieders zowel oude als nieuwe
klanten voor helpen in 2015. De
aanwas van nieuwe hulpvragers
proberen de gemeenten te beperken met streng indiceren. Keukentafelgesprekken moeten leiden tot
andere oplossingen, waarbij burgers meer zelf doen. 'De hamvraag
is nu of de zorgaanbieders deze
klap kunnen opvangen. Dat horen
we volgende week.' (BK)
WEEKOVERZICHT nummer 36, 5 september 2014
2
REDACTIONEEL
SLIM GEVONDEN
XX VRAGEN AAN
INGEZONDEN
PERSONALIA
OPMERKELIJK
DE KWESTIE
ANALYSE
VERSLAG
NIEUWS
AGENDA
Het einde van de supermaatschap?
N
og voor de geboorte van de eerste supermaatschap lijkt deze alweer een stille dood te sterven.
Van alle modellen die de Orde van Medisch
Specialisten met de belastingdienst in de steigers had gezet om de status van vrije ondernemer te
behouden, was de 'supermaatschap' veruit het populairst
onder specialisten. Logisch, want in deze variant – het
transparante samenwerkingsmodel – verandert er niet zo
veel vergeleken met de bestaande situatie en zijn de fiscale
aftrekposten gemaximaliseerd.
Onder banken, verzekeraars en ziekenhuisbestuurders is
de supermaatschap nooit populair geweest. De corebusiness van het ziekenhuis bestuurlijk buiten de deur
zetten riep meteen associaties op met de weinig succesvolle werkverhouding tussen de NS en ProRail. Ook de fiscus lijkt deze
optie niet aantrekkelijk te vinden. Nog geen enkel voorstel heeft het
groene licht gekregen. Sterker nog, in de wandelgangen valt te
beluisteren dat één ziekenhuis een afwijzing heeft gekregen. Of dit
gerucht waar is of niet, het mist zijn uitwerking niet. De
tijd begint te dringen. Voor 1 januari 2015 moet alles
geregeld zijn. Loondienst of vrijgevestigd.
De Orde signaleerde onlangs in een peiling al dat steeds
meer medisch specialisten eieren voor hun geld kiezen.
De route van de supermaatschap duurt lang en is onzeker. Die trend lijkt versterkt door te zetten. De winnende
variant lijkt de niet-transparante vorm van het samenwerkingsmodel. Daarbij verenigen de specialisten zich
net als advocaten en notarissen in een coöperatie of BV.
Dit model kreeg in het voorjaar al de zegen van de fiscus.
Voor medisch specialisten is deze route fiscaal minder
lucratief. Ze verliezen hun winstvrijstelling en zelfstandigenaftrek. Voor de fiscus is deze optie dus juist wel
interessant. Voor de belastingdienst is het cashen. Is het vreemd dat
de fiscus draalt met zekerheid geven over de supermaatschap?
Bart Kiers
[email protected]
‘Wlz onvoldoende gericht op eigen regie’
De Wet langdurige zorg (Wlz) geeft cliënten te weinig zeggenschap over hun zorgplan en de tarieven zijn te laag om echt eigen
regie te voeren. Daarvoor waarschuwen zes cliëntenorganisaties
in een brief aan de Tweede Kamer.
In de brief pleiten cliëntenorganisaties Ieder(in), CSO, NPCF, Per Saldo,
LPGGz en LSR voor verandering. Allereerst is de positie van cliënten
niet stevig genoeg. Illya Soffer, directeur van
cliëntenorganisatie Ieder(in), legt uit dat de
Wlz dubbelzinnig is op het gebied van de
eigen regie. 'Voor ons is eigen regie voor
cliënten het allerbelangrijkste, maar dat
komt niet goed genoeg naar voren in de wet.
Zoals het nu in de Wlz staat, is het zorgplan
bijvoorbeeld eigendom van de zorginstelling. Het gevolg is dat cliënten te maken
krijgen met de gestandaardiseerde manier
van werken bij instellingen en niet echt zelf
kunnen kiezen.' Om eigen regie echt mogelijk te maken is het volgens Soffer belangrijk
om ruimte te maken voor persoonsvolgende
bekostiging. 'Daarmee kunnen cliënten zelf
kiezen voor zorg in een instelling of zorg
thuis. Om deze keuzevrijheid ook mogelijk
te maken voor mensen met zware zorgvraag, is aanpassing van de tarieven noodzakelijk. Juist voor deze groep is maatwerk FOTO: IEDERIN
een absolute voorwaarde voor eigen regie.'
Indicatieprofielen
Daarnaast worden de ruim vijftig indicatieprofielen in de nieuwe wet
teruggebracht naar een aantal algemene profielen. Daar moeten alle
cliënten in passen. Wanneer je een gecompliceerdere zorgvraag hebt,
kun je 'meerzorg' aanvragen. Maar dat is een hele ingewikkelde pro-
cedure. Wij vinden dat er naast de standaardprofielen in de Wlz een
'zorgprofiel op maat' moet komen.
Tarieven
Voor mensen met een ernstige beperking die toch graag thuis willen
wonen, introduceerde de staatssecretaris recentelijk het modulair pakket thuis (MPT). Via dit pakket kunnen mensen zelf een mix samenstellen van de zorg en ondersteuning die zij nodig
hebben. 'Dat is een goede ontwikkeling',
erkent Soffer. 'Maar de gemaximeerde tarieven zijn veel te laag. Mensen met een zware
zorgvraag hebben maatwerk nodig en de
tarieven moeten wel hoog genoeg zijn om de
gewenste zorg in te kopen. Anders wordt
deze groep cliënten alsnog de instelling ingejaagd.' De lage tarieven hebben ook effect op
kleinschalige wooninitiatieven. In dit soort
initiatieven leggen bewoners hun zorgbudgetten bij elkaar, om daarmee zorg op maat
te regelen. Soffer legt uit dat deze bewoners
via het MPT bij elkaar kunnen blijven wonen
zolang de tarieven toereikend zijn. Als straks
bewoners met de optelsom van de nieuwe
tarieven niet meer uitkomen, zijn dit soort
kleinschalige maatwerkvoorzieningen niet
meer mogelijk. Dat moet opgelost worden.
Continuïteit van zorg
Bij Ieder(in) en de andere organisaties komen regelmatig meldingen
binnen van mensen die bang zijn de continuïteit van zorg te verliezen.
'Zij hebben vaak met pijn en moeite hun eigen puzzel kunnen leggen
en vrezen met de komst van de Wlz voor verlies van zorg. Wij snappen
wel dat de politiek een goede wet wil maken, maar nu is de Wlz onnodig complex. (MVD)
klik hier voor de vacaturealert | klik hier voor de vacaturealert | klik hier voor de vacaturealert | klik hier voor de vacaturealert
WEEKOVERZICHT nummer 36, 5 september 2014
REDACTIONEEL
SLIM GEVONDEN
8 VRAGEN AAN
INGEZONDEN
PERSONALIA
OPMERKELIJK
DE KWESTIE
ANALYSE
VERSLAG
NIEUWS
AGENDA
‘Klagers willen excuus van dokter’
Waarom duurde het zo lang?
'Die wet is een idee geweest van Iris van Bennekom, toen directeur
bij de NPCF, die een zorgconsumentenwet wilde om patiënten een
sterkere positie te geven. Het veld en deskundigen hebben het
gevoel gehad dat zij onvoldoende zijn betrokken bij de totstandkoming van de wet. Dat is niet de meest slimme strategie in de zorg, zo
organiseer je je eigen oppositie. Ook recent zijn er, door mensen uit
het veld, nog brieven naar de Eerste Kamer gestuurd in de trant van
'waar is het allemaal voor nodig?'
En, is het echt nodig?
'Ik begrijp de kritiek, want de klachtopvang en behandeling zijn al
heel behoorlijk georganiseerd. Elf van de twaalf klachten worden
afgehandeld door bemiddeling. De wet zal dit verder kunnen versterken. De kans is reëel dat de wet er komt, dus dan kan je er maar
beter iets moois mee doen.'
Wat willen klagers eigenlijk?
'Laagdrempelige klachtafhandeling. Ze willen een excuus van de
dokter. Bemiddeling is verreweg te verkiezen. Formelere manieren
van klachtbehandeling dragen minder bij aan het oplossen van een
klacht. Klachtencommissies gebruiken juridische termen en vragen
hoor en wederhoor waarbij elke partij zijn standpunt zo goed mogelijk naar voren brengt. Daardoor komen partijen tegenover elkaar te
staan. Dat is voor beiden schadelijk, terwijl er al een trauma is.'
Gaat dat straks beter?
'Daar zijn veel visies op mogelijk. Een zorgaanbieder moet binnen
zes weken tot een uitspraak komen, daarna heeft een klager het recht
het hoger op te zoeken. Klachtencommissies zijn niet meer verplicht
maar er komen wel geschillencommissies. Die mogen schadevergoedingen toekennen tot 25 000 euro. Daar mag je dus na zes weken al
heen. Veel klachten zijn zo complex dat ze niet makkelijk binnen die
tijd zijn af te handelen. Maar, als zorgaanbieder en patiënt met wederzijdse instemming werken aan een goede oplossing voor een klacht,
waarom zou die patiënt dan opeens naar de geschillencommissie
stappen. Dat hoeft niet! Het is primair aan de zorgaanbieder om de
relatie met de klager goed te houden. Dat kan escalatie
voorkomen.'
Wat vindt u van de verplichte geschilleninstanties?
'Ik vind de argumenten daarvoor niet zo sterk. Het motief om deze
ver weg van de zorgaanbieder te organiseren is dat de onafhankelijkheid anders niet groot genoeg is. Maar onafhankelijkheid is voor een
klager niet zo'n groot probleem. Wel loop je hiermee het gevaar dat
de procedure erg formeel wordt, waardoor de klager het gevoel heeft
dat het over zijn hoofd heen gaat. Ik zou het heel slecht vinden als
dat ver weg in Den Haag wordt georganiseerd. Wat ik positief vind,
is dat sommige ziekenhuizen al hebben gezegd dat ze zelf geschillencommissies willen optuigen. Zij redeneren: 'het zijn onze patiënten
dus wij regelen dat voor hen'.
zorgvisiebanen.nl: Kies je baan met zorg |
FOTO: ROLAND FRIELE
De cliëntenwet Wkkgz (Wet kwaliteit, klachten en geschillen
zorg) zal na jarenlange discussie waarschijnlijk toch door de
Eerste Kamer komen. Op 9 september staat hij op de agenda.
Gaat er eigenlijk iets veranderen? Roland Friele, bijzonder hoogleraar sociaalwetenschappelijke aspecten van wet- en regelgeving in de zorg en adjunct directeur van het NIVEL, geeft zijn
visie.
Hoe werkt dat dan?
'Ze kunnen de eerste periode van zes weken gebruiken om er in de
bemiddeling goed uit te komen. Daarna kunnen klagers en aangeklaagden samen naar de geschillencommissie. Niet vanwege een
mislukte procedure, maar voor arbitrage. Dus om een weloverwogen
oordeel te vragen. Lastiger is het in geval van grote schadeclaims.
Bijvoorbeeld schade bij de geboorte, die loopt hoger op dan 25.000
euro. Als een klager eerst naar een geschillencommissie gaat, verbindt hij zich aan die uitspraak en is de weg daarna afgesloten. Er
moet dus iets worden bedacht om mensen tegen zichzelf te
beschermen.'
De klachtenfunctionaris moet alles coördineren, worden de
eisen daaraan strenger?
'Ja, dat denk ik wel. Klachtenfunctionarissen krijgen meer verantwoordelijkheid. Er bestaat een enorme diversiteit, dat is een probleem. We
weten eigenlijk onvoldoende over hun functioneren en wat wel en
niet werkt. Maar de vereniging van klachtenfunctionarissen is met
een beroepsprofiel bezig, dat is een mooie eerste stap. Het mag geen
hobbyisme zijn, of 'goed bedoelen'.
Wat wordt de rol van de Inspectie?
'Dat wordt spannend. De rol van de Inspectie is nog niet uitgekristalliseerd. Zij kan toetsen op wettelijke vereisten, bijvoorbeeld of de
zorgaanbieder beschikt over een klachtenfunctionaris. Inhoudelijk
heeft de IGZ niets te maken met bemiddelingsprocedures, dat is een
zaak tussen klager en aangeklaagde. Maar de IGZ zou wel kunnen
kijken naar de uitspraken van geschillencommissies en daar bij een
inspectiebezoek op ingaan, dat lijkt me een interessante optie.' (CVA)
zorgvisiebanen.nl: Kies je baan met zorg |
zorgvisiebanen.nl: Kies je baan met zorg
3
WEEKOVERZICHT nummer 36, 5 september 2014
4
REDACTIONEEL
SLIM GEVONDEN
XX VRAGEN AAN
INGEZONDEN
Paulette Timmerman is
sinds 1 september de
nieuwe directeur van
Zelfstandige Klinieken
Nederland. Tot dan
werkte zij als Director
Public Affairs & Market Access bij Nutricia
Advanced Medical Nutrition. Voor haar carrière bij Nutricia had zij diverse sales- &
marketingfuncties bij bedrijven in de zorg.
Timmerman volgt Theo Roos op, die de
afgelopen tien jaar directeur was van Zelfstandige Klinieken Nederland.
Philip Poortmans is op 1
augustus 2014 hoogleraar radiotherapie geworden bij het Radboudumc
in Nijmegen. Poortmans
was daarvoor werkzaam
als radiotherapeut-oncoloog in het Dr.
Bernard Verbeeten Instituut in Tilburg.
Poortmans voltooide in 1986 magna cum
laude zijn opleiding geneeskunde aan de
PERSONALIA
OPMERKELIJK
DE KWESTIE
ANALYSE
Universiteit Antwerpen. Sinds 1991 is hij radiotherapeut-oncoloog in Nederland. In 2005
promoveerde hij aan de Universiteit Maastricht
met de dissertatie "Quality assurance in clinical
trials in breast cancer", over het belang van
kwaliteitscontrole verricht in het kader van
wetenschappelijk onderzoek bij borstkanker.
Algemeen directeur Geert
Huisman van het Slingeland
Ziekenhuis in Doetinchem
neemt op 1 juli 2015 afscheid.
Het besluit zijn actieve loopbaan te beëindigen, komt
voor uit persoonlijke redenen: 'Sinds 1 januari
2006 heb ik met veel plezier de functie van
algemeen directeur vervuld. Het is een uitdagende functie die veel voldoening geeft, maar
ook veel vraagt van mijn persoonlijke inzet. Na
ruim negen jaar in deze functie is het goed
deze periode af te sluiten en mijn aandacht en
tijd op andere zaken te richten.' Het ziekenhuis
hoopt voor eind dit jaar een opvolger te hebben gevonden.
UITGELICHT
NIEUWS
AGENDA
Op 1 september is hoogleraar Marian Mourits
geïnstalleerd als lid van
de Raad van Commissarissen van Sophia Revalidatie. Zij volgt Els van
der Wilden-van Lier op die tussentijds is
afgetreden. Van der Wilden vervult de
functie van programmadirecteur voor de
curatief somatische specialistische zorg op
interim basis. Deze functie valt niet te verenigen met het commissariaat bij Sophia
Revalidatie. Mourits studeerde geneeskunde in Nijmegen en werkt sinds 1991 in
het UMC Groningen. Eerst als gynaecoloog
en sinds 1996 als gynaecologisch oncoloog. In het UMCG is ze sinds 2006 hoofdopleider en sinds 2013 hoofd van de onderafdeling gynaecologische oncologie. Ze is
ook voorzitter van het college Vervolgopleidingen van het NVOG.
FOTO: NPCF
Uitgelicht: Gerdi Verbeet, voorzitter raad van toezicht NPCF
'We hebben nu geregeld hoe het in werkelijkheid al gaat', zegt de nieuwe voorzitter van de raad van toezicht van de
NPCF. Het installeren van een raad van
toezicht is een nieuwe stap in de professionalisering van de NPCF.
Gerdi Verbeet was eerst bestuursvoorzitter,
maar fungeerde meer als toezichthouder.
In de nieuwe constructie zijn de verantwoordelijkheden helderder belegd, wat ook de slagvaardigheid van de NPCF vergroot. Voormalig
directeur Wilna Wind is nu directeur-bestuurder. Verbeet: 'De leden bepalen het beleid, ik
kom voor hen op. Ik ben de bewaker van het
federatieve karakter. En ik zie erop toe hoe
Wilna Wind met haar team opereert.' Wat Verbeet betreft, is er nog een wereld te winnen in
versterking van de positie van patiëntenverenigingen. 'Als je ziet met hoeveel kunst en vliegwerk die mensen hun werk moeten doen. Men
wil dat wij overal bij zijn, maar we moeten het
doen met de mensen die we nu hebben. Ik
denk dat we nog niet aan het eind van onze
groei zijn, maar om een betrouwbare partner
te kunnen zijn, moet die groei zich wel zorgvuldig, op een stabiele manier ontwikkelen. Vergelijk het maar met een bonsaiboompje.' In
2001 kwam Verbeet in de Tweede Kamer voor
de fractie van de PvdA. Zij was onder meer lid
van de Vaste Kamercommissie VWS en vicevoorzitter van de Themacommissie Ouderenbeleid. Eind 2006 werd zij gekozen tot voorzitter van de Tweede Kamer. Na haar vertrek in
2012 wilde Verbeet zich inzetten voor het
algemeen belang en koos bewust voor de
NPCF. Ze denkt mee, ze voelt zich ambassadeur.
'Waar ik reuze mee zit, is de kwaliteit van de
ouderenzorg. Bijvoorbeeld de zorg voor
dementerenden die voor een behandeling
in het ziekenhuis zijn opgenomen. Daar is
zoveel winst te boeken. Ik geloof dat iedereen van goede wil is, maar professionals en
patiënten praten toch nog teveel langs
elkaar heen. Daar gaat de NPCF zich sterk
voor maken. Dat in alle veranderingen
waaraan de zorg nu onderhevig is, de mensen voor wie we het doen niet tussen de
wielen raken.' (CVA)
Enkele Nevenfuncties
- Bestuurssecretaris Nederlandse
Bachvereniging
- Lid van de Raad van Toezicht van Artis
- Voorzitter van de jury van de J.C.
Bloempoëzieprijs
- Lid van de Academie van De Gouden
Ganzenveer
- Lid Comité van Aanbeveling van de
Nederlandse Vereniging van Cardiologen (NVVC)
- Lid Comité van Aanbeveling van het
Project Requiem voor Auschwitz
- Lid Comité van Aanbeveling Vereniging
Koepel Wo-raden
- Lid Comité van Aanbeveling Stichting
Ronald McDonalds Kindervallei
klik hier voor de vacaturealert | klik hier voor de vacaturealert | klik hier voor de vacaturealert | klik hier voor de vacaturealert
WEEKOVERZICHT nummer 36, 5 september 2014
REDACTIONEEL
SLIM GEVONDEN
XX VRAGEN AAN
INGEZONDEN
PERSONALIA
CONGRES
DE KWESTIE
ANALYSE
VERSLAG
NIEUWS
AGENDA
Hartpatiënt bij huisarts
Aan de lappendeken van kleinere
samenwerkingsverbanden tussen
huisartsen en medisch specialisten is met het Knooppunt Ketenzorg in de regio Zuid-Holland
Noord (Leiden en omstreken) een
einde gekomen, zegt huisarts
Huug van Duijn. Aan het samenwerkingsverband doen bijna
tweehonderd huisartsen (tachtig
procent van het totale aantal) en
het Lumc, Rijnland Ziekenhuis en
Diaconessenhuis mee. Zij hebben
afspraken en richtlijnen gemaakt – of zijn
daarmee bezig – op het gebied van diabetes
type II, COPD en CVRM (cardiovasculair
risicomanagement), osteoporose en hartfalen. Ook over kwetsbare ouderen zijn
afspraken gemaakt. Daarnaast nemen de
huisartsen in samenwerking met apothekers, diëtisten en fysiotherapeuten sinds
januari de controle, begeleiding en leefstijladvisering/preventie van hartpatiënten
over van cardiologen. En zij controleren
mensen die vanwege hoge bloeddruk en
hoog cholesterol een hoger risico op harten vaatziekten hebben.
'We hebben de krachten gebundeld,' zegt
Van Duijn, kaderhuisarts hart- en vaatziekten en voorzitter van de werkgroepen CVRM
en Hartfalen. 'Voorheen maakten diverse
kleinere samenwerkingsverbanden zelf
afspraken met ziekenhuizen en voerden
eigen ketenprogramma's uit. Dat was
onhandig. In het Knooppunt Ketenzorg
bundelen we gespecialiseerde kennis tot
kwalitatief goede programma's. Dat maakt
ons een heldere samenwerkingspartner
voor zowel tweede lijn als patiënt. We bieden hiermee de juiste zorg op de juiste
Colofon
Zorgvisie is een uitgave van Reed Business
Media. Redactie Eric Bassant (hoofdredacteur),
Alie Zwart en Berber Bast (eindredactie), Carina
van Aartsen, Mark van Dorresteijn, Wouter van
den Elsen, Bart Kiers (redacteuren) Redactieadres Postbus 152, 1000 AD Amsterdam, (020)
515 97 22, e-mail: [email protected],
site: www.zorgvisie.nl Vormgeving Joshua
Fautngiljanan Advertenties Arian Azad, (020)
515 97 32 Traffic (0314) 34 97 43; traffic.ghz@
reedbusiness.nl Commercieel manager
Mark Miedema Marketing Šejla Dmitrović,
(020) 515 97 87 Abonnementen Reed Business Media, klantenservice, (0314) 35 83 58,
e-mail: [email protected]
Uitgever Suzanne Eijkemans Copyright ©
Reed Business Media 2007 Auteursrecht en
aansprakelijkheid Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd
gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige
18
Agenda
en 19 datum
september
Training:
Agenda kop
Strategische
Personeelsplanning
Agenda plat
locatie: Zeist
organisatie: International Management
Forum (IMF)
informatie: www.imf-online.com/
FOTO: ANP/LEX VAN LIESHOUT
Huisartsen nemen de controle, begeleiding en leefstijladvisering van hart- en
vaatpatiënten over van medisch specialisten in drie ziekenhuizen. Extra praktijkondersteuners vangen de toestroom van patiënten op.
plaats. Wat in de eerste lijn kan, doen we
hier. Wat in de tweede lijn moet, gebeurt
daar.'
Hartinfarct
Cardio vasculair risicomanagement komt
volgens Van Duijn beter tot zijn recht in de
eerste lijn. Huisartsen hebben met geld van
de zorgverzekeraar extra praktijkondersteuners aangenomen. 'Zij zien patiënten met
hoge bloeddruk en/of hoog cholesterol, na
een hartinfarct of met vaatproblemen die
voorheen door de cardioloog werden begeleid.' De huisartsen en medisch specialisten
bespreken medisch-inhoudelijke zaken. De
praktijkondersteuner heeft samen met de
patiënt de regie en fungeert als een spin in
het web in het overleg met diëtist, fysiotherapeut en apotheker.
Praktijkondersteuners
Dankzij de extra praktijkondersteuners
zorgt de toestroom van deze patiënten ruim vijfduizend in de regio - niet voor veel
extra werk, zegt Van Duijn. 'Wel kunnen we
betere kwaliteit bieden. Daardoor wordt ons
werk ook leuker.' (PATRICIA VAN DER ZALM)
vorm of op enige wijzen, hetzij elektronisch,
mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of
enige andere manier, zonder voorafgaande
schriftelijke toestemming van de uitgever. Uitgever en auteurs verklaren dat deze uitgave op
zorgvuldige wijze en naar beste weten is samengesteld; evenwel kunnen uitgever en auteurs
op geen enkele wijze instaan voor de juistheid
of volledigheid van de informatie. Uitgever
en auteurs aanvaarden dan ook geen enkele
aansprakelijkheid voor schade, van welke aard
ook, die het gevolg is van bedoelde informatie.
Gebruikers van deze uitgave wordt met nadruk
aangeraden deze informatie niet geïsoleerd te
gebruiken, maar af te gaan op hun professionele
kennis en ervaring en de te gebruiken informatie
te controleren. Algemene voorwaarden Op
alle aanbiedingen, offertes en overeenkomsten
van Reed Business zijn van toepassing de
voorwaarden welke zijn gedeponeerd bij de
Kamer van Koophandel te Amsterdam. Wet
bescherming persoonsgegevens Uw opgegeven gegevens kunnen worden gebruikt voor
het toezenden van informatie e n/of speciale
aanbiedingen door Reed Business en speciaal
geselecteerde bedrijven. Indien u hiertegen
bezwaar heeft, stuurt u een brief naar Reed
Business Media, t.a.v. Adresregistratie, Postbus
808, 7000 AV Doetinchem.
19 september
Symposium: Limitless, De toegankelijkheid van innovatieve technologie in de
zorg
locatie: Philips stadion, Eindhoven
organisatie: Otto Bock Benelux bv
informatie: www.ottobock.nl
22 september
Congres: Palliatieve Zorg voor mensen
met Dementie of een Verstandelijke
Beperking
locatie: De Werelt, Lunteren
organisatie: StudieArena
informatie: www.studiearena.nl
23 september
Congres: Zorgvastgoed
locatie: Postillion, Bunnik
organisatie: Zorgvisie
informatie: www.zorgvisiecongressen.nl
23 september
Congres: Zorgmarketingfestival
‘No guts, no glory’
locatie: De Glazen ruimte, Maarssen
organisatie: Mixe healthcare marketing
informatie: www.zorgmarketingfestival.
nl
26 september
Congres: Diagnose Zorginnovatie
locatie: Jaarbeurs, Utrecht
organisatie: Zorgvisie
informatie: www.zorgvisiecongressen.nl
30 september
Congres: Kleinschalig Zorgen. Kracht of
kwetsbaarheid?
locatie: ReeHorst, Ede
organisatie: Reed Business Events
Informatie: www.reedbusinessevents.nl
7 oktober
Seminar: Van reguliere contractering
naar value based healthcare
locatie: Landgoed Duin & Kruidberg,
Santpoort
organisatie: Zorgvisie en KPMG
Informatie: www.zorgvisiecongressen.nl
5
e
3 Zorgvastgoedcongres
De oplossingen voor uw vastgoed
2 3 s e p t e m b e r 2 0 1 4 | Po s t i l l i o n , B u n n i k
In 2013 bespraken wij de problemen, nu de oplossingen
De problemen in ‘zorgvastgoedland’ zijn oud nieuws
en inmiddels bij iedereen bekend. Maar wat zijn de
oplossingen? Moet uw zorgvastgoed een nieuwe
bestemming krijgen of moet u innoveren, investeren,
renoveren of afstoten?
Het 3e Zorgvastgoedcongres biedt u:
• Handvatten om direct aan de slag te gaan met
oplossingen op het gebied van wonen
• Lezingen van koplopers die hun uitdagingen,
resultaten en laatste trends met u delen
• Innoverende oplossingen voor uw zorgvastgoed.
Wat werkt wel en wat niet?
• Een ontmoetingsplaats waar u kunt netwerken
• Interessante huiskamergesprekken en een
discussiecafé
Reactie van een deelnemer aan het congres in 2013
“Een goede dag voor netwerken,
opfrissen van kennis, update van
laatste stand van zaken.”
Tijdens het congres kunt u samenwerkingsverbanden
aangaan met zorginstellingen, beleggers, financiële
instellingen, corporaties, adviseurs en andere stakeholders. Daar moet u bij zijn!
Initiatiefnemer:
www.zorgvisiecongressen.nl/zorgvastgoed