Nieuwsbrief nr. 9 - Politieacademie

Nummer
Nieuwsbrief
Lectoraat Politiegeschiedenis
9
April 2014
Woord vooraf
Sinds het verschijnen van de laatste nieuwsbrief is er veel gebeurd. Allereerst
is Dianne Menkhorst tot haar en onze spijt in het kader van de reorganisatie
naar een ander deel van de academie overgeplaatst. Zij en wij kijken terug op
een mooie tijd samen. Haar functie bij het lectoraat is inmiddels gelukkig
overgenomen door Halise Aydin. Zij stelt zich in deze nieuwsbrief aan u voor.
Voorts vond op 10 december een druk bezochte bijeenkomst van de
kenniskring plaats, met als thema Politieloopbanen in oorlogstijd, en in het
nieuwe jaar, op 14 januari om precies te zijn, een seminar over de publieke rol
van politiechefs in de afwikkeling van de IRT-affaire. Het lectoraat was ook
aanwezig bij de herdenking van marechaussee-officier Marius van Houten
door de Stichting Van Houten en de Koninklijke Marechaussee. Het politieonderwijs gaat op de schop. Het lectoraat is volop in gesprek over de nieuwe
plaats van politiegeschiedenis in de curricula. In deze nieuwsbrief wordt
tenslotte het boek van Bas von Benda Beckmann over de Velser-affaire
gerecenseerd. Binnen afzienbare tijd hopen wij met een geheel vernieuwde
website naar buiten te treden maar ondertussen kunt u nog steeds meer
informatie over het lectoraat vinden op:
https://www.politieacademie.nl/kennisenonderzoek/Lectoraten/LectoraatPolitie
geschiedenis/Pages/LectoraatPolitiegeschiedenis.aspx
This newsletter contains an English summary at the end.
Kenniskringbijeenkomst 16 mei 2014: Politiewerk in den vreemde
Op vrijdagmiddag 16 mei a.s. vindt in de voormalige sacristie van de
concernlocatie van de Politieacademie opnieuw een bijeenkomst van de
kenniskring Politiegeschiedenis plaats, ditmaal gewijd aan politiewerk in den
vreemde. Wij bieden lezingen over de koloniale politie in Suriname en over het
politieopbouwwerk van de Koninklijke Marechaussee in Afghanistan.
Graag aanmelden bij [email protected].
13.00 uur
Guus Meershoek,
13.15 uur
Ellen Klinkers (KLTIV)
14.15 uur
15.15 uur
15.45 uur
16.45 uur
Korte blik op de stand van zaken lectoraat
De koloniale politie in Suriname
Vragen en discussie
Spreker wordt nader aangekondigd
Vragen en discussie
pauze
Elwin van der Molen (NLDA) Politie opbouw in Uruzgan, Afghanistan
Vragen en discussie
afsluiting
Halise Aydin: onze nieuwe managementassistente
Halise trad in 2005 als districtssecretaresse in dienst bij de Politieregio Noorden Oost Gelderland. In 2006 stapte zij over naar de Politieacademie om als
managementassistente bij de afdeling Onderzoek Kennis en Ontwikkeling te
gaan werken. Hier heeft zij diverse lectoraten, het directiesecretariaat en
programmadirecteuren ondersteund.
Voordat Halise bij de Politieacademie kwam,
werkte zij achttien jaar als directiesecretaresse
bij de Stichting Burger-Oorlogsgetroffenen.
Deze stichting bood hulp en begeleiding aan
slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog.
Bij de Kliniek voor Parodontologie heeft zij
gewerkt als tandartsassistente.
Kenniskring december 2013: Politie tijdens de Duitse bezetting
De aan het restaurant grenzende vergaderzaal van de concernlocatie van de
Politieacademie, de voormalige sacristie, was aardig vol op 10 december van
het vorig jaar. Thema van de bijeenkomst: De Nederlandse politie tijdens de
Duitse bezetting. Als eerste sprak dr. Corien Glaudemans. Zij werkt als
onderzoekster bij het Haagse Gemeentearchief en bracht onlangs de beruchte
Documentatiedienst van de Haagse politie in beeld. Oorspronkelijk de politieke
inlichtingendienst van het korps werd deze eenheid eind 1940 omgevormd tot
een verlengstuk van de Duitse Sicherheitspolizei. Lange tijd is geloofd dat de
archieven van deze dienst tijdens of vlak na de oorlog waren vernietigd.
Glaudemans ontdekte dat dit niet het geval was, maar dat de stukken
verborgen zaten in de dossiers van de Bijzondere Rechtspleging in het
Nationaal Archief. Zij heeft op basis van deze bronnen de geschiedenis van de
Documentatiedienst beschreven in een artikel in het Jaarboek 2012 van de
Geschiedkundige Vereniging Die Haghe (p. 53-103). Tijdens het seminar
gaf zij een interessante uiteenzetting van haar bevindingen.
De volgende spreker was drs. Lennert Savenije. Hij is als historicus verbonden
aan de Radbouduniversiteit Nijmegen en doet daar promotieonderzoek naar
vormen van verzet en collaboratie in Nijmegen tijdens de Tweede
Wereldoorlog en gaf ons een levendig overzicht van zijn bevindingen over het
Nijmeegse politiekorps in die jaren.
Tot slot sprak dr. Bas von Benda-Beckmann. Hij verhaalde over zijn onderzoek
naar de Velser-affaire en dan meer speciaal de rol van politiemannen in deze
geruchtmakende zaak (zie ook boekbespreking verderop). Er waren de nodige
vragen nadat de sprekers hun verhaal gedaan hadden. Een levendige
discussie ontspon zich aan het einde van de bijeenkomst, wat maar weer eens
aangaf dat over de Tweede Wereldoorlog en meer speciaal de politie nog niet
het laatste woord gezegd is en dat het onderwerp nog volop op belangstelling
kan rekenen.
Lezing Heinekenontvoering bij Jong Blauw in Zaanstad
In de vorige nieuwsbrief maakten wij melding van een presentatie over de
ontvoering van Freddy Heineken op de School voor Politiekunde in
Amsterdam. Deze presentatie sloeg erg aan, met als gevolg dat ook elders in
de politie belangstelling ontstond voor deze historische casus. Op 12
december 2013 verzorgde het lectoraat, wederom met Gert van Beek, auteur
van het boek “Mijnheer Heineken, het is voorbij. Hoe de politie Freddy
Heineken bevrijdde” in de hoofdrol, een presentatie, ditmaal op verzoek van
“Jong Blauw Noord-Holland”, een netwerk van jonge collega’s die een nieuw
geluid willen laten horen binnen de politie. De aanvankelijk geplande ruimte in
het politiebureau van Beverwijk bleek al snel te klein voor tweehonderdtwintig
personen die zich aanmeldden.
Om iedereen een plaats te geven, werd de sportzaal van het politiebureau
Zaanstad met stoelen ingeruimd om een twee uur durend programma mogelijk
te maken. Door het levendige betoog van de enthousiaste Van Beek werd de
geplande spreektijd van twee uur ruim overschreden. Zelfs na drie uur hing het
publiek nog aan zijn lippen. Forse indruk maakte tot slot zijn uiteenzetting over
het belang van integriteit en zorgvuldigheid bij het delen van informatie. Een
zeer geslaagde bijeenkomst waarover na afloop nog lang werd nagekaart.
Seminar IRT-affaire of hoe politieleiders omgaan met de media
Op 14 januari organiseerde het lectoraat een seminar over het thema
Politieleiders in de wereld van bestuur, politiek en media: balanceren op een
slap koord, waarop naar aanleiding van de afwikkeling van de IRT-affaire op
het thema werd gereflecteerd.
Op de foto van links naar rechts: NRC-journalist Marcel Haenen, oudkorpschef Jan Wilzing, oud-korpschef Piet Tieleman en oud-hoofdofficier (en
later procureur-generaal) Joost Hulsenbek.
Herdenkingsbijeenkomst Marius van Houten
Dit jaar bestaat de Koninklijke Marechaussee 200 jaar, voor de korpsleiding
aanleiding om de 61 jaar geleden overleden kolonel Marius van Houten te
eren. Van Houten was een bijzonder marechausseeofficier. Een stichting die
zijn naam draagt, biedt hulp aan buiten hun schuld in de problemen geraakte
marechaussees en zet zich in om de geschiedenis van de Koninklijke
Marechaussee levend te houden, onder meer door relevant historisch
onderzoek te steunen.
Bij leven spande Van Houten zich in voor internationale politiesamenwerking
en hij was oprichter van het Marechausseemuseum (1936) en directeur van
het Legermuseum. Guus Meershoek en Jos Smeets waren namens het
lectoraat bij de plechtigheid aanwezig.
De commandant van de Koninklijke Marechaussee dr. Hans Leijtens hield een
toespraak waarin Van Houten en het nuttige werk van de stichting werden
gememoreerd. Vervolgens werd bij het graf van Van Houten een krans gelegd
waarna de bijeenkomst eindigde in een gezellig samenzijn.
Politieloopbanen in oorlogstijd
Het manuscript over de politieloopbanen in oorlogstijd is nu vrijwel voltooid.
Uitgeverij Boom heeft aangegeven de tekst graag als boek uit te willen geven.
De beoogde publicatiedatum is november 2014. Gestreefd wordt om in
aansluiting op de herdenking van Samuel Esmeijer, de aspirant politieofficier
die tijdens de Duitse bezetting als verzetsman sneuvelde in de nabijheid van
de Willem III-kazerne in Apeldoorn, een bijeenkomst te organiseren waarop
het boek aan een breed publiek wordt gepresenteerd. Daarnaast is het
lectoraat samen met twee docenten van de School voor Hogere Politiekunde
begonnen met de vervaardiging van lesbrieven voor het politieonderwijs opdat
ook daar van het nieuwe boek gebruik gemaakt gaat worden.
Voorlopig einde aan het TLL-onderwijs
Op 12 februari hebben Tommy van Es en Jos Smeets de laatste les verzorgd
van de cursus voor Tactisch Leidinggevenden Leergang. In de afgelopen
twee jaren verzorgde het lectoraat voor elke lichting telkens vier dagdelen
Nederlandse politiegeschiedenis. De leergang wordt nu op nieuwe leest
geschoeid en ook daaraan zal het lectoraat een bijdrage gaan leveren.
De coördinatoren van de leergang, Huub Strous en Willem Niepce, lieten
weten de bijdrage van het lectoraat Politiegeschiedenis zeer te waarderen.
Ook bij het lectoraat kijkt met veel genoegen op de samenwerking terug.
De vroegste geschiedenis van de Koninklijke Marechaussee
Zoals vermeld bezocht Jos Smeets in juni vorig jaar een conferentie in Parijs
over de gendarmerie en verzorgde daar een bijdrage over het ontstaan van de
Koninklijke Marechaussee in het hertogdom Limburg. Het plan is een groot
deel van die lezingen te bundelen in een boek. Jos Smeets heeft aanvullend
archiefonderzoek verricht en legt nu de laatste hand aan een Engelse tekst
voor de bundel.
European Social Science History Conference Wenen
Eind april bezoeken Jos, Tommy en Guus de tweejaarlijkse European Social
Science History Conference. Deze tweejaarlijkse bijeenkomst van meer dan
duizend historici vindt ditmaal in Wenen plaats. Ruim honderd onderzoekers,
waaronder Jos en Tommy, zullen presentaties verzorgen over thema’s uit de
politie- en justitiegeschiedenis.
Jos spreekt over Het beeld van de internationale misdadigers in Nederland in
het Interbellum in een panel over Formal and informal police cooperation in
Western Europe waaraan ook Beatrice de Graaf (Utrecht), Jonas Campion
(Leuven) en Paul Knepper (Sheffield) deelnemen. Tommy spreekt over De
naoorlogse publieke meningsvorming in Nederland over de Duitse politiechef
Walther Horak in een panel over The uses of Justice in Europe: short term
dynamics. Guus, die een van de coördinatoren van het Criminal Justice
network is, zal enkele panels voorzitten. Het volledige programma is te vinden
op het internet: https://esshc.socialhistory.org.
Polizeihistorische Kolloqium in Münster
Van donderdagmiddag 3 juli tot en met zaterdag 5 juli vindt in Villa ten Hompel
in het Duitse Münster het vijfentwintigste Polizeigeschichtliches Kolloquium
plaats. Op donderdagavond zal Guus Meershoek deelnemen aan een panel
over de toekomst van politiegeschiedschrijving in Europa. Meer informatie en
aanmelding bij: [email protected].
Maand van de Geschiedenis
De politie een herkenbare plek bezorgen in de Nederlandse geschiedschrijving
alsook het binden van geïnteresseerden in politiegeschiedenis binnen en
buiten de politie behoren tot de doelstellingen van het lectoraat. Om deze
ambities vorm te geven, heeft het lectoraat onlangs aansluiting gezocht bij de
organisatie van de Maand van de Geschiedenis. Het thema van de in oktober
2014 te houden Maand van de Geschiedenis is Vriend & Vijand. Een maand
lang wordt Nederland overspoeld met lezingen, rondleidingen, workshops,
festivals, symposia, radio- en tv-programma’s over Vriend & Vijand. Ook het
lectoraat zal in die maand samen met het lectoraat Openbare Orde en
Gevaarsbeheersing een seminar organiseren over grootschalige openbare
ordehandhaving in de jaren tachtig van de vorige eeuw.
Evaluatie van het lectoraat Politiegeschiedenis
Op 21 november a.s. zal het lectoraat door een onafhankelijke
visitatiecommissie worden beoordeeld. Tevoren zal een zogeheten
zelfevaluatie van de activiteiten van de afgelopen drie jaar worden opgesteld
en zal de commissie documenten opvragen. Op de dag zelf zullen niet alleen
de leden van het lectoraat worden gehoord maar onder meer ook docenten uit
het politieonderwijs, medewerkers uit de politiepraktijk en historici binnen en
buiten de academische wereld. Het advies van de commissie aan de leiding
van de Politieacademie zal vanzelfsprekend richtinggevend zijn voor de
toekomst van het lectoraat.
Nieuw onderzoek
Ook afgelopen jaar was er een call van Politie &Wetenschap om voorstellen in
te dienen voor wetenschappelijk onderzoek naar de politie. Drie voorstellen
mocht het lectoraat indienen en dat heeft het dan ook gedaan. Een voorstel
werd gehonoreerd. Samen met het lectoraat Intelligence zond het lectoraat
een voorstel in om in een historisch onderzoek na te gaan hoe in de afgelopen
vijftig jaar bij het politiewerk in het Arnhemse Spijkerkwartier de betrokken
politiemensen stapsgewijs overgegaan zijn tot het delen van informatie. Er was
al een begeleidingscommissie gevormd onder leiding van Jan Wilzing en er is
ook al enig vooronderzoek verricht. Het leeuwendeel van het onderzoekswerk
zal door Tommy van Es en (namens het lectoraat Intelligence) Mieke Struik
worden verricht. De beide lectoren zijn direct betrokken en zullen de
eindredactie van het project voeren.
Daarnaast heeft het lectoraat een opdracht van de stichting Van Houten
gekregen om in de komende jaren een bijzondere geschiedenis van de
Koninklijke Marechaussee te schrijven, namelijk aan de hand van acht
minibiografieën.
In de komende weken en maanden zal dit project in de steigers worden gezet.
Jos Smeets zal een belangrijk deel van de uitvoering op zich nemen.
Nieuwe publicaties van het lectoraat
Tommy van Es, Het nut van politiegeschiedschrijving voor de politieman, in:
Tijdschrift voor de Politie, jrg. 75 (2013), nr. 9/10, p. 24-35, Den Haag 2013.
Jos Smeets, The portable van Reenen, in: European Science and Research
Bulletin. Issue 9 winter 2013/2014, p. 25-28.
Boekbespreking
Bas von Benda-Beckmann, De Velser Affaire. Een omstreden
oorlogsgeschiedenis, Amsterdam 2013.
Bas von Benda-Beckmann schreef onlangs een boek over wat in de
Nederlandse geschiedenis bekend is geworden als de ‘Velser-affaire’.
Hij deed dat in opdracht van de Stichting Onderzoek Velser Affaire. De reden
was niet dat er niets over deze zaak bekend was, integendeel, het ging erom
nog eens zo objectief mogelijk op de affaire terug te blikken en mogelijk
nieuwe conclusies te trekken. Het onderzoek is geen sinecure geweest omdat
de Velser affaire enorm gecompliceerd is door zijn gelaagdheid, talloze
verstrengelingen en vele complottheorieën. Kort door de bocht is de Velser
affaire het uitvloeisel van allerlei persoonlijke vijandschappen die weer
uitmondden in het rotsvaste geloof dat kwalijke zaken door invloedrijke
personen in de doofpot zijn gestopt. Een bijna niet te ontwarren kluwen. Von
Benda is toch aan dat ontwarren begonnen door in zijn boek systematisch en
chronologisch de zaken op een rij te zetten en conclusies te trekken. Wat was
nu de Velser Affaire in een notendop? De wortels van deze zaak liggen al in
het Velsen van vóór de oorlog. De gemeente kende toen een relatief grote
groep inwoners die het communisme aanhing. Dit leidde weer tot onbehagen
bij burgemeester en politie die communisten en vermeende communisten in de
gaten ging houden. Er kon dus al van een vooroorlogse politieke polarisatie
worden gesproken. De tegenstellingen werden in de Tweede Wereldoorlog
alleen maar groter. Verzetsgroepen van verschillende politieke pluimage
kregen het met elkaar aan de stok en er ontstond een groot onderling
wantrouwen. Dit culmineerde uiteindelijk in het fusilleren van de
communistische verzetsvrouw Hannie Schaft. De communistische
verzetsmensen waren ervan overtuigd dat ‘hun’ Hannie door het rechtse verzet
aan de Duitsers was uitgeleverd. Een belangrijk aandeel hierin zou de
Velsense politie hebben geleverd, aangevoerd door de officier van justitie
Sikkel. Er werd zelfs gefluisterd dat Sikkel daartoe opdracht had gekregen van
zijn in Engeland verblijvende zwager premier Gerbrandy. Sikkel en deze
politiemannen waren direct na de oorlog verantwoordelijk voor het opsporen
van collaborateurs en oorlogsmisdadigers. Dit alles tot grote woede en
teleurstelling van de communisten die dit groepje het liefst in de gevangenis
hadden gezien. In deze verziekte sfeer vonden de wildste complottheorieën
een perfecte voedingsbodem.
De complotten reikten tot in de hoogste regionen van de Nederlandse
samenleving en de naam van prins Bernhard werd genoemd. In de kranten
verschenen allerlei artikelen die het vuurtje alleen maar opstookten. Zelfs vele
jaren na de oorlog hield de Velser Affaire de gemoederen bezig. Dat gebeurde
in verschillende onderzoeken en rapporten zoals het beroemd beruchte
rapport Menten. Het zou te ver voeren al deze zaken in deze nieuwsbrief op te
voeren. Wat blijft hangen bij dit boek met zijn uiterst complexe inhoud is de
bitterheid die bij veel mensen na de oorlog is gebleven. De rol van het verzet
komt in een heel ander daglicht te staan. De bedroevende verdeeldheid en het
diepe onderlinge wantrouwen staan in schril contrast met het beeld van een
eensgezind verzet tegen de Duitse bezetter.
Ook de rol van de Velser politie is er een die de wenkbrauwen doet fronsen.
Het beeld van een stel opportunisten waarvan er sommigen zonder meer
bereid waren landgenoten aan de Duitsers uit te leveren. Politiemannen die na
de oorlog de draad gewoon weer oppakten en zelfs meewerkten aan het
achter de tralies brengen van collaborateurs. Na het lezen van dit boek heeft
het vertrouwen in de mensheid een behoorlijke deuk opgelopen.
De vraag blijft natuurlijk in hoeverre dit boek over Velsen representatief is voor
de Nederlandse samenleving in oorlogs- en bezettingstijd en de periode erna.
Bas von Benda wijst op verschillen en overeenkomsten. Onwillekeurig dringt
zich bij mij de vraag op in hoeverre de basis voor dit alles gezocht moet
worden in het verzuilde Nederland van voor de oorlog? Waar niet over
gespeculeerd hoeft te worden is de vraag of er een complot of complotten
hebben bestaan. De schrijver rekent daar toch echt wel mee af.
Jos Smeets
Publicaties
Cyrille Fijnaut, Criminologie en strafrechtsbedeling: een historische en
trans-Atlantische inleiding, Antwerpen 2014.
Beschouwing over het nut van politiegeschiedenis. Een drietal aspecten zijn
daarin te benoemen: het nut plezier, het nut van samenhorigheid en het lerend
dan wel kritisch analytisch effect van geschiedenis. Deze zijn alle drie op een
specifieke manier van toepassing op politiegeschiedenis. Benoemt tevens nog
enkele aspecten van de politiecultuur, die er voor zorgen dat het nut/effect van
geschiedenis in het geval van politiegeschiedenis extra impact heeft.
Arie van Sluis, Contested police systems: changes in the police systems
in Belgium, Denmark, England & Wales, Germany, and the Netherlands,
Den Haag 2013. Compares the changes that have taken place in the police
systems in Belgium, Denmark, England & Wales, Germany, in particular the
federal state of North Rhine-Westphalia, and the Netherlands. These countries
are geographical neighbours, and their police systems have undergone
significant reforms in recent years. All five countries have been wrestling and
are still wrestling with finding the proper arrangements for the organization as
well as with steering and controlling their police in ways that fit both national, or
federal, and local demands, in an effort to improve police performance. The
central research question is: What changes have occurred in the organization
and the governance structure of police systems of Belgium, Denmark, England
& Wales, Germany and the Netherlands in recent decades and why have
these changes occurred?
Olga B. Semukhina & K. Michael Reynolds, Understanding the modern
Russian police, Boca Baton FL USA 2013.
Provides a timely and comprehensive analysis of the historical development,
functions, and contemporary challenges faced by the modern Russian police.
Contains chapters on subjects such as: - the tsarist police evolution that
witnessed the creation of the Ministry of Internal Affairs of the Russian
Federation (MVD) in 1802 and concluding with the 1917 October Revolution; the Soviet era from the 1917 October Revolution until Stalin’s death in 1953; the Khrushchev and Brezhnev periods, and the Soviet police’s maturation into
a professionally educated and well-equipped law enforcement system; - the
transformational period of police development beginning with Gorbachev’s
perestroika and concluding with the first term of Putin in 2008; - the structure,
authority, and workforce of the modern Russian police; - public-police
relationships existing today in Russia; reports by Amnesty International and
Human Rights Watch on corruption and abuse of power, along with a legal
analysis of practices by the European Court of Human Rights (ECHR); - the
2011 police reform by Medvedev; - some predictions on the future of the
Russian police and its potential reforms.
Leila Piran, Institutional change in Turkey: the impact of European Union
reforms on human rights and policing, New York 2013.
Explores the domestic reasons behind police reform in Turkey in the aftermath
of the 1980 military coup. Although the role of the European Union on
democratization and human rights should not be undermined, the EU driver
only began to influence police reform after1999. Field research including
interviews and survey research results reveal a consistent level of commitment
among officers and their superiors to police reform. In contrast, interviews with
civil society actors, legal experts, and political party deputies illuminate the
complexity of implementing the EU's democratic criteria because of the
ideological, historical, and structural hurdles unique to Turkey.
Pieter Spierenburg, Please, please me' s number one: maatschappelijke
veranderingen sinds de jaren zestig en hun weerslag op het beeld van
misdadigers en slachtoffers, Den Haag 2013.
Spierenburg gebruikt het vijftigjarig jubileum van de Beatles-hit ‘Please, please
me’ als startpunt voor zijn afscheidsrede. Hoe was het om jong te zĳn in de
eindeloze jaren zestig? Kwam er een reactie op die tĳd of valt dat wel mee?
Spierenburg overziet de veranderingen in de Nederlandse samenleving van
1963 tot nu en stelt vast dat de jaren tachtig op veel punten een
scharnierperiode vormden. Hĳ trekt daarbij verrassende verbanden, waaronder
dat tussen het einde van de seksuele revolutie en de groei van
inkomensverschillen. Op criminologisch terrein signaleert hij vier tendensen
sinds de zestiger jaren: De aandacht voor misdaad in de media nam sterk toe
evenals de angst voor criminaliteit bĳ het publiek. Als derde werd het
heersende beeld van daders steeds negatiever en tenslotte was er een
explosieve groei in het medeleven met slachtoffers. Als voorbeeld bespreekt
de scheidend hoogleraar de prostitutie, waarbij hij stelt dat ook prostituees in
toenemende mate als slachtoffers worden gezien. Een kortstondige beweging
tot emancipatie van hoeren ebde weg. Thans heerst een sterke neiging om
alle prostituees als slachtoffers van "loverboys" of vrouwenhandelaars te zien.
Bram Endedijk & Enzo van Steenbergen, Moordgasten: het ontspoorde
leven van Peter la S. en Jesse R. , s.l. 2013.
Reconstrueert de levens van de huurmoordenaars Peter la Serpe (1964) en
Jesse R. (1968), een berucht misdaadduo. Jaren later staan de voormalige
vrienden als vijanden tegenover elkaar. In het grootste onderwereldproces in
de Nederlandse geschiedenis is Peter la Serpe kroongetuige over zeven
huurmoorden en verschillende pogingen daartoe. La Serpe keert zich keihard
tegen zijn oude maat, hoofdverdachte Jesse R.
English summary
This newsletter informs about the activities of the Lectorate Police History of
the Dutch Police Academy. In December 2013, a seminar was organised about
the careers of ten police officers during the German occupation. Some fifty
people, mostly (former) policemen and historians, were present to listen to
three historians who have worked or are currently working on the subject. In
January 2014, the lectorate organised another seminar, this time devoted to a
contemporary subject: the so-called IRT-affair – a case of derailment in fighting
organised crime - that attracted much public attention during the 1990’s. Some
leading participants related about their experiences and presented their view
on how police chiefs should face situations in which the police is object of
massive public attention. The seminar was attended by more than hundred
visitors. In December 2013, retired criminal investigator Gert van Beek, who
recently published a book about combating the kidnapping of Freddy Heineken
and his driver, gave again a lecture to an audience of almost two hundred
young police professionals.
The Lectorate was successful in getting grants for two research projects: one
in the changing police attitudes in handling information in the Arnhem
neighbourhood Het Spijkerkwartier; another in presenting two centuries of the
Koninklijke Marechaussee by writing eight short biographies of Dutch
gendarmes. Jos Smeets will publish an article about the early years of the
Koninklijke Marechaussee and hen and Tommy van Es will present a paper at
the European Social Science Conference in Vienna. Guus Meershoek will join
a panel discussion at the Polizeigeschichtliches Kolloquium in Münster in July
this year.
Colofon
Uitgegeven door het lectoraat Politiegeschiedenis
https://www.politieacademie.nl/kennisenonderzoek/Lectoraten/LectoraatPolitie
geschiedenis/Pages/LectoraatPolitiegeschiedenis.aspx
Redactie
Jos Smeets, m.m.v. Paul Kroes en Guus Meershoek
Contactgegevens
[email protected]
Tel. 055 – 539 2982
[email protected]
Tel. 06 - 40 89 48 54
[email protected]
Tel 06-207 27 276 // PA 11 87 04 54
[email protected]
Tel. 06 - 22 89 0391
[email protected]
Tel 06 – 10 16 9908
[email protected]
Tel. 06 – 516 64 329
Politieacademie Concernlocatie
Arnhemseweg 348, 7334 AC Apeldoorn
Postbus 834 , 7301 BB Apeldoorn