Titel: Dutch Good Growth Fund Organisatie: SPARK Sprekers: Marc de Klerk (SPARK, moderator), Roelof van Laar (PvdA), Christiaan Rebergen (MinBuZa), Ingrid de Caluwé (VVD), Bernedine Bos (MVO Nederland), Bob van der Bijl (NABC) en Yannick du Pont (SPARK) Het DGGF is een nieuw instrument voorgesteld door het kabinet in het kader van de nieuwe agenda voor hulp, handel en investeringen. De ambities van het fonds zijn 1. Het uitbannen van extreme armoede in één generatie; 2. Het stimuleren van duurzame en inclusieve groei overal ter wereld; 3. Succes voor Nederlandse bedrijven in het buitenland. Om deze drie ambities te verwezenlijken, zijn er drie financieringslijnen opgezet: I. Financiering van activiteiten van Nederlandse midden- en kleinbedrijven (MKB) dat ontwikkelingsrelevante investeringen wil doen in lage- en middeninkomenslanden; II. Financiering van het Nederlandse midden- en kleinbedrijf dat wil exporteren naar lage- en middeninkomenslanden. Een groot verschil met eerdere strategieën is dat dit fonds revolverend moet zijn en dus zal werken als commercieel investeringsfonds. Inclusieve en duurzame groei, waarbij hulp en handel elkaar raken, staan hoog in het vaandel van dit nieuwe voorstel. Er is echter veel te doen voor dit nieuwe fonds van het ministerie van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. SPARK wil middels dit debat de gelegenheid nemen om het fonds te benaderen vanuit verschillende perspectieven. Inleiding: er is een tekort aan financiering voor zowel Nederlandse als ‘lokale’ ondernemers. MKB’ers moeten in deze tijd veel moeite doen om aan financiering te komen. Om dit probleem tegemoet te komen is het DGGF opgericht, waarvoor 750 miljoen beschikbaar is gesteld. Er zijn drie sporen: exportbedrijven, investeren (laag- en middeninkomenslanden) en lokale ondernemers. De voorwaarden van het fonds zijn o.a. dat het project ontwikkelingsrelevant moet zijn, de transacties zijn maatschappelijk verantwoord en dat er ‘technische assistentie’ wordt geboden bij de opbouw van projecten (er is geen sprake van een subsidie). De focus daarbij zijn jonge en vrouwelijke ondernemers. Er wordt over veel onderwerpen gedebatteerd. Hieronder een selectie. Hoe zouden panelleden dit fonds gebruiken? PvdA: ervoor zorgen dat projecten met dit fonds daadwerkelijk tot ontwikkeling leiden. Niet alleen voor werk maar groei. MVO Nederland: wil zich inzetten voor lokale projecten, maatschappelijk verantwoord ondernemend klimaat creëren en op het proces te richten i.p.v. (hoge) eisen vooraf. VVD: heeft als doel om de werkgelegenheid te maximaliseren en zich in te zetten voor lokale bedrijven. Jongeren die zonder banen zitten zorgen voor problemen. Ondernemerschap aanmoedigen om deze jongeren aan een baan te helpen. SPARK: wil met overheden werken om regelgevingen aan te passen. Het debat is niet erg fel van aard, iedereen is vrijwel positief over het DGGF omdat het mogelijkheden biedt die anderen fondsen niet doen: ‘’PSI fondsen zijn te ingewikkeld, te veel bureaucratie. De drempel van fondsen moet lager.’’ ‘’Fonds moet aanvullend zijn aan wat de markt biedt.’’ “Barrières zijn hoog.’’ Het gaat niet alleen om hulp maar ook om eigenbelang. De moderator stelt de vraag: heeft dit fonds echt wel een toegevoegde waarde voor de Nederlandse ondernemer? Hierop antwoord Bernadine (MVO Nederland) dat er zoveel hindernissen bestaan in financiering voor de MKB’er. Ondernemers zouden verleid moeten worden. Er moet duidelijk worden wat ze kunnen bijdragen in ontwikkelingslanden die ze zelf misschien niet zijn. Denk bijvoorbeeld aan voedselzekerheid of aan de afvalverwerkingindustrie. Het is belangrijk dat men de toegevoegde waarde inziet! Ingrid (VVD) heeft het over ontwikkelingsrelevantie en vind dat de volgende vragen gesteld zouden moeten worden: Hoe operationaliseren? Hoe meten? Inzet onderneming? Toegevoegde waarde? Er wordt een voorbeeld gegeven over een rozenkweker die de lokale rivier gebruikte wat ten koste ging van het water voor lokale boeren. Dat is niet de bedoeling. Bernadine (MVO Nederland) benadrukt dat we gebruik moeten maken van onze netwerken. Volgens haar hebben MKB’ers niet altijd de drive om veel geld te verdienen. Fragiele staten zijn risicovol maar spreek Nederland aan en maak gebruik van kennis en expertise. Ingrid (VVD) haakt hier op in: ‘’kijk naar het mobiliseren van de lokale bevolking’’. De aard van de migranten ondernemers is het beste. Deze mensen durven over het algemeen meer risico te nemen en een groot voordeel is dat ze de lokale omgeving kennen. Ze zijn het beste gepositioneerd, ook letten ze erg op de maatschappelijke impact in hun land. Vraag uit publiek: komen die ook in aanmerking voor het fonds? Er wordt iets van “ja’’ gezegd maar zonder veel overtuiging, het gaat er weer over dat er veel initiatieven bestaan maar geen financiering. Bob (Netherlands-African Business Council) schuift aan. Hij zegt dat ondernemers ook niet zomaar met een leuk initiatief naar Afrika zouden moeten gaan. Eerste moet er gekeken worden of er transacties gedaan kunnen worden. Aan de andere kant moet het ook niet te moeilijk zijn om aan financiering te komen. Verder zouden ondernemers zich niet door rente moeten laten afschrikken, in ieder geval niet kijken naar de rente die ze gewend zijn. Niet alle investeringen zijn succesvol, maar het gaat om de investeringen die wel succesvol zijn. Enkele zijn zelfs zeer succesvol.
© Copyright 2024 ExpyDoc