19 agp meicirculaire pdf PDF

Gemeenschappelijke Regeling
Overleg:
AB Jeugdhulp Rijnmond / Portefeuillehoudersoverleg jeugdzorg
Datum vergadering: 26 juni 2014
Agendapunt nr.:
19
Onderwerp:
Meicirculaire
Gevraagde beslissing:
Kennisnemen
Financiële/personele consequenties:
n.v.t.
Toelichting:
Zoals bekend is de meicirculaire voor het gemeentefonds verschenen m.b.t. de verdeling van de middelen voor
jeugdhulp. In dit memo wordt kort op een rij gezet wat de belangrijkste bijstellingen zijn en ingegaan op de
uitvoeringskosten. Daarna wordt ingegaan op de verschuivingen voor Rotterdam en de regio.
De belangrijkste bijstellingen macro
Als bijlage is bijgevoegd het document van SCP en Cebeon waarin de bijstelling wordt toegelicht. Op bladzijde
2 worden de belangrijkste verhogingen voor het macrobudget genoemd:
•
De JGGZ: 138,4 miljoen
•
De AWBZ: 169,3 miljoen
•
Begrotingsgefinancierd: 26,7 miljoen
Dit leidt tot een verhoging van het macrobudget van in totaal 334,4 miljoen of wel 9,5% tot een budget van
3868,4 miljoen.
Bij dit macrobudget zijn de volgende mutaties van belang.
•
In dit bedrag is een uitname van 45,7 miljoen verwerkt bij de Jeugdzorgplus. Een mutatie van 25 miljoen
(frictiekosten) en 12 miljoen (verevening kapitaallasten), dus in totaal 37 miljoen was verwacht. VNG
zoekt dit nog nader uit
•
In dit budget is 20 van de 60 miljoen (eenmalig) uit het begrotingsakkoord verwerkt en is er kennelijk nog
40 miljoen beschikbaar. VWS denkt daarbij overigens vooral aan het verstrekken van budgetgaranties
aan landelijk werkende instellingen.
Meicirculaire / Jan Smid / 5 juni 2014
blad 1
Gemeenschappelijke Regeling
De uitvoeringskosten
Het document is niet transparant welk niveau van uitvoeringskosten nu verwerkt is in de meicirculaire, maar uit
de stukken van het bestuurlijk overleg van 15 mei jl. is te lezen dat de volgende bedragen zijn opgenomen in
het macrobudget:
Uitvoeringskosten
CIZ
Zorgkantoren
Zorgverzekeraars
Provincies/stadsregio’s
(buiten doeluitkering)
Bestuursafspraken
Totaal
2015
2,4
8,0
20,4
0
2016
2,4
8,0
26,4
2,7
2017 en verder
2,4
8,0
33,4
2,7
16,0
46,8
26,0
65,5
26,0
72,5
De enige post waarover nog discussie loopt is die van de zorgkantoren. De VNG meent dat deze zou moeten
oplopen tot 20 miljoen terwijl VWS van mening is dat het 8 miljoen structureel is. Bij de invoeringskosten was
sprake van een aparte verdeelsleutel, de uitvoeringskosten worden volgens de algemene verdeelsleutel mee
verdeeld met het macrobudget.
Het beeld is als volgt:
Gemeenten
Budget 2015
Rotterdam
153.032.042
9,6
4.181.309
3,5
Albrandswaard
Barendrecht
Mei -circl % verschil Dec
10.244.878
0,0
Bernisse
1.575.377
17,2
Brielle
-.285.307
-3,2
Capelle aan den IJssel
17.633.503
-4,0
Goeree-Overflakkee
9.434.038
29,7
Hellevoetsluis
9.787.747
8,8
Krimpen aan den IJssel
7.444.111
4,9
Lansingerland
8.645.690
14,2
Maassluis
6.838.312
13,5
Ridderkerk
6.608.044
-1,4
Schiedam
16.868.905
13,2
Spijkenisse
20.721.530
16,4
Vlaardingen
16.401.503
17,3
Westvoorne
3.078.958
-5,0
294.781.254
9,3
Totaal Regio
Meicirculaire / Jan Smid / 5 juni 2014
blad 2
Gemeenschappelijke Regeling
Vervolgafspraken vanuit BO van 15 mei
In het bestuurlijk overleg van 15 mei is afgesproken dat over een aantal mutaties nog een toets zal plaatsvinden
door de Algemene Rekenkamer omdat deze mutaties last minute zijn gebeurd en nog niet zijn gecontroleerd.
Het gaat om de volgende lijst mutaties:
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
MTFC, KB-wetgeving en huisverboden (+3 mln)
CORV-bijdrage, GCOS/LIJ, toezicht IVenJ (-1.2 mln)
Asielzoekerskinderen (waar nog geen bedrag voor is vastgesteld)
Invoering NHC kapitaallasten voor gesloten jeugdzorg (-12 mln)
Waardering overloop DBC’s (-5 mln)
Overgangsregeling kapitaallasten J-GGZ (-0.3 mln)
Overgangsregeling kapitaallasten J-AWBZ (-48 mln)
MCG-kinderen (-13 mln)
Intensieve kindzorg (-34 mln)
Onjuiste toedeling prestatiecode aan Wlz (+27 mln)
Respijtzorg (+8 mln)
Procesvoorstel
Met betrekking tot de vervolgstappen kunnen twee aanvullende sporen worden onderscheiden. Het ene spoor is
er op gericht om meer duidelijkheid te krijgen op een aantal punten. Bij het tweede spoor wordt verder
uitgewerkt wat de huidige stand van zaken betekent voor inkoop in 2015.
Het eerste spoor houdt in dat navraag is gedaan bij in eerste instantie de VNG die deze vragen vervolgens
heeft doorgespeeld aan VWS:
a.
Is de uitname JZ+ niet te hoog?
b.
Kan VWS transparant maken hoe de uitvoeringskosten zijn verwerkt in het macrobudget?
Het tweede spoor houdt in dat een definitieve begroting zal worden opgesteld voor de besteding van de
153 miljoen. Op basis van het begrotingsbeeld wordt gekeken of de afspraken uit het RTA kunnen worden
nagekomen en of ook alle bijkomende kosten zijn gedekt. Ten opzichte van de decembercirculaire ontvangen
gemeenten landelijk 9,5% meer budget. Dat is een forse aanpassing van het percentage maar hierin zitten wel
extra taken in verdisconteerd die vanuit AWBZ overgeheveld worden en die in december 2013 nog niet
meegenomen waren. Het Rijk heeft een budgetgarantie afgegeven voor alle gemeenten in NL van 95%. Door
de nieuwste berekeningen zakten zo'n 70 gemeenten door het ijs; zij zijn gecompenseerd tot 95% door bij alle
gemeenten een 0,5% budget af te romen.
Regio:
Als regio ontvangen we 9,3% meer budget. Er is een aantal gemeenten die fors bij kunnen plussen
(bijvoorbeeld Goeree-Overflakkee, Spijkenisse) en een aantal gemeenten die "nadeel"gemeente zijn ten
opzichte van de decembercirculaire. Dit zijn de gemeenten Brielle, Capelle aan den IJssel, Ridderkerk en
Westvoorne.
Historisch verdeelmodel:
j-GGZ
Per gemeente zijn eerst de werkelijke historische kosten per zorgvorm bepaald. Toen zijn de historische kosten
per zorgvorm afgestemd op het macrobudget dat hiervoor in 2015 per zorgvorm is vastgesteld. Voor de j-GGZ
is het niet mogelijk gebleken om gebruik te maken van de cijfers van 2012. Daarom zijn de cijfers van 2011
gebruikt bij de totstandkoming van de budgetten voor dit domein. In 2011 was er sprake van een
overfinanciering van 11%. Dat is een overfinanciering op macroniveau; hoe dit uitwerkt op instellingsniveau
zullen we moeten onderzoeken. De budgetten voor gemeenten zijn op basis van gedeclareerde zorg van
instellingen en vrijgevestigde zorgaanbieders vastgesteld. Daarbij is de opbrengstverrekening op cliëntniveau
niet meegenomen.
Meicirculaire / Jan Smid / 5 juni 2014
blad 3
Gemeenschappelijke Regeling
AWBZ
In de AWBZ is gebruik gemaakt van indicaties in combinatie van zorgkosten. Door de indicaties als basis te
nemen en deze te combineren met de zorgkosten is het mogelijk om beter in de buurt van het
woonplaatsbeginsel te komen. Er is gebruik gemaakt van de gegevens van 2012.
J&O
Wat betreft J&O heeft CBS op basis van het algoritme van het geoperationaliseerde woonplaatsbeginsel
onderzocht wat de effecten zijn van het woonplaatsbeginsel. Gebleken is dat 25% van de kinderen een ander
adres (= woonplaatsbeginsel) heeft en 75% op het "gewone" adres van de ouders staat. Dat betekent dat het
belangrijk is dat we onze J&O aanbieders hierover informeren en afspraken maken over de toepassing van het
woonplaatsbeginsel.
Meicirculaire / Jan Smid / 5 juni 2014
blad 4