Collegevoorstel Openbaar Onderwerp Jaarrekening 2013 en begroting 2015 Veiligheidsregio GelderlandZuid Programma / Programmanummer BW-nummer Veiligheid / 1012 Portefeuillehouder H.M.F. Bruls Samenvatting Directie/afdeling, ambtenaar, telefoonnr. De Veiligheidsregio vraagt ons om onze zienswijze ten aanzien van de -Begroting 2015 en de Jaarrekening 2013. VH00, Ellen Jansen, 9317 Datum ambtelijk voorstel 19 mei 2014 Registratienummer 14.0006184 Ter besluitvorming door het college 1. De brief vast te stellen, waarin wij onze zienswijze geven ten aanzien van de programmabegroting 2015 en de jaarrekening 2013. Paraaf akkoord Datum Paraaf akkoord Datum Steller E. Jansen Alleen ter besluitvorming door het College Besluit B&W d.d. 3 juni 2014 X Conform advies Aanhouden Anders, nl. nummer: 3.7 Bestuursagenda Portefeuillehouder Collegevoorstel Collegevoorstel 1 Probleemstelling Sinds 1 januari 2004 bestaat de Gemeenschappelijke Regeling Hulpverlening en Veiligheid, verder aangeduid als de Veiligheidsregio. De Veiligheidsregio bestaat uit de regionale brandweer Gelderland-Zuid (sinds 1 januari 2013), de Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR) en de Regionale Ambulancevoorziening Gelderland-Zuid. Verder wordt nauw samengewerkt met de regiopolitie Gelderland-Zuid en de 18 gemeenten in de regio Gelderland-Zuid. De Veiligheidsregio vraagt ons om onze zienswijze ten aanzien van de begroting 2015 en de jaarrekening 2013. 2 Juridische aspecten Op basis van artikel 35 lid 3 van de Wet gemeenschappelijke regelingen kunnen de raden bij het dagelijks bestuur van de gemeenschappelijke regeling hun zienswijze over de ontwerpbegroting en jaarrekening naar voren brengen. Conform de bepalingen van het Delegatiebesluit inzake gemeenschappelijke regelingen (raadsbesluit van 1 april 2009) is in Nijmegen het College bevoegd om namens de gemeente zijn zienswijze naar voren te brengen. 3 Doelstelling Wij willen door middel van bijgevoegde brief onze zienswijze ten aanzien van de begroting 2015 en de jaarrekening 2013 van de Veiligheidsregio kenbaar maken. 4 Argumenten De begroting en de jaarrekening van de Veiligheidsregio wordt altijd van een advies voorzien door de regionale financiële adviesfunctie ten behoeve van gemeenten. Het college volgt hierbij het advies van de Adviesfunctie. De jaarrekening van 2013 wijkt af van die van eerdere jaren. Dit heeft te maken met de overgang van de brandweer naar de VRGZ per 1 januari 2013. De geregionaliseerde brandweer is in de jaarrekening 2013 verwerkt. Het advies van de Adviesfunctie Gemeenschappelijke Regelingen komt er op neer dat ingestemd kan worden met de begroting 2015. Ook wordt geadviseerd om in te stemmen met de jaarrekening, behalve met het vormen van nieuwe bestemde reserves voor piketkosten en extra inzet financieel advies. Naar de mening van de adviesfunctie hoort te worden gedekt uit de algemene reserve. Jaarrekening 2013 Het advies van de regionale adviesfunctie ten aanzien van de jaarrekening 2013 houdt het volgende in: A. In te stemmen met de jaarrekening 2013 van de Veiligheidsregio Gelderland Zuid; B. In te stemmen met de vrijval van de bestemde reserve Kwaliteit personeel Veiligheidsregio’s van € 181.000 en uitkering van dit bedrag aan de deelnemende gemeenten. C. In te stemmen met de volgende bestemmingsvoorstellen van het positieve resultaat van per saldo € 1.962.000,- Het negatieve resultaat van het programma Regionale AmbulanceVoorziening (hierna: RAV) van € 431.000 als volgt te onttrekken aan de reserves voor aanvaardbare kosten; Collegevoorstel Vervolgvel 2 € 47.000,- uit de reserve aanvaardbare kosten van de Meldkamer Ambulance Dienst. € 384.000 uit de reserve aanvaardbare kosten van de Regionale Ambulance Voorziening - Het positieve resultaat na mutaties in reserves van het programma Crisis en Rampenbestrijding van € 2.393.000 als volgt in te zetten: € 150.000 toe te voegen aan de algemene reserve Rampenbestrijding € 2.103.000 incidenteel uit te keren aan de gemeenten Voor het resterend te bestemmen resultaat van € 140.000 wordt verwezen naar het volgende punt. D. Niet in te stemmen met de volgende toevoegingen voor het vormen van nieuwe bestemde reserves: € 75.000,- voor piketkosten (crisis-)communicatie € 65.000,- voor extra inzet financieel personeel Het AB heeft besloten om deze kosten die in 2013 en daaropvolgende jaren (gaan) optreden voor de jaren 2013 en 2014 te dekken uit de algemene reserve. VRGZ heeft dit AB-besluit uitgelegd door het vormen van een bestemmingsreserve als onderdeel van het bestemmingsvoorstel. Echter, de adviesfunctie leest het AB-besluit als een toegestaan tekort voor de jaren 2013 en 2014 te dekken via het resultaat uit de algemene reserve. Het vormen van de voorgestelde bestemmingsreserve wordt dan overbodig geacht. E. Indien besloten wordt om bij punt D het advies van de adviesfunctie te volgen, te besluiten de vrijvallende middelen ( € 75.000,-, € 65.000,-) uit te keren aan de gemeenten als bedrag uitkomend boven de reservenorm. Begroting 2015 Het advies van de regionale adviesfunctie ten aanzien van de begroting 2015 houdt het volgende in: In te stemmen met de begroting 2015 en kennis te nemen van de meerjarenraming 20162018. In te stemmen met de korting op de gemeentelijke bijdrage van € 215.000 in 2014 en 2015 ter compensatie van de BTW op de ‘oude’ regionale brandweer die niet langer via de deelnemende gemeenten teruggevraagd kan worden bij het BTW-Compensatiefonds. 5 Financiën Dit voorstel heeft geen financiële consequenties. 6 Participatie en Communicatie Wij willen door middel van bijgevoegde brief het dagelijks bestuur van de Veiligheidsregio over onze zienswijze informeren. 7 Uitvoering en evaluatie Via het bestuur van de Veiligheidsregio zijn wij betrokken bij de uitvoering en evaluatie van dit voorstel. 8 Risico Als de Veiligheidsregio besluit het positieve resultaat van € 2.103.000,- incidenteel uit te keren aan de gemeenten zal hiervan een deel aan de gemeente Nijmegen worden uitgekeerd. Dit vormt een positief risico voor de gemeente Nijmegen van ongeveer een derde van dit bedrag. Collegevoorstel Vervolgvel 3 Bijlage(n): Ter inzage: Brief College over begroting 2015 Begroting 2015 en jaarrekening 2013; Advies Adviesfunctie Gemeenschappelijke Regelingen Begroting 2015 en Jaarrekening 2013 Veiligheid Korte Nieuwstraat 6 6511 PP Nijmegen Telefoon 14024 Telefax (024) 323 59 92 E-mail [email protected] Aan het dagelijks bestuur van de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Postbus 1120 6501 BC Nijmegen Datum Postbus 9105 6500 HG Nijmegen Ons kenmerk Contactpersoon VH00/14.0006293 Ellen Jansen Datum uw brief Doorkiesnummer 25 maart 2014/VH/1036/GH (024) 3299317 Onderwerp Zienswijze begroting 2015 en jaarrekening 2013 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Geacht bestuur, In uw brief van 25 maart 2014 vraagt u de gemeenteraad van Nijmegen om haar zienswijze te geven over de begroting 2015 van de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid. Per mail van 31 maart 2014 vraagt u tevens aan de gemeenteraad om vóór 1 juni a.s. haar zienswijze te geven over de jaarrekening 2013. Conform de bepalingen van het Delegatiebesluit inzake gemeenschappelijke regelingen (raadsbesluit 13/2009 van 1 april 2009) is in Nijmegen het College - ten aanzien van de door u ingediende begroting en jaarrekening- bevoegd om namens de gemeente haar zienswijze naar voren te brengen. Wij hebben van de Adviesfunctie Gemeenschappelijke Regelingen (AGR) een advies ontvangen over de begroting 2015 en de jaarrekening van 2013. Begroting 2015 VRGZ Gelet op het advies van de Adviesfunctie GR kunnen wij instemmen met de begroting voor 2015. Jaarrekening 2013 VRGZ Gelet op het advies van de Adviesfunctie GR , kan het College grotendeels instemmen met de jaarrekening 2013. Het college maakt echter wel een voorbehoud met betrekking tot het vormen van de nieuw bestemde reserves, te weten € 75.000,- voor piketkosten (crisis-)communicatie en € 65.000,- voor extra inzet financieel personeel. Het Algemeen Bestuur van de VRGZ heeft namelijk besloten om deze kosten die in 2013 en de daaropvolgende jaren (gaan) optreden voor de jaren 2013 en 2014 te dekken uit de algemene reserve en hiervoor geen nieuwe bestemde reserves te vormen. Met de toevoegingen aan de nieuw te vormen bestemde reserves kunnen wij derhalve niet instemmen. Indien wordt besloten om op dit punt het advies van de adviesfunctie te volgen, stellen we voor om de vrijvallende middelen ( €75,000 en € 65.000,0) uit te keren aan de gemeenten als bedrag uitkomend boven de reservenorm. Hoogachtend, de Burgemeester van Nijmegen, drs. H.M.F. Bruls www.nijmegen.nl Brief zienswijze College aan VRGZ Gemeente Nijmegen Veiligheid Vervolgvel 1 www.nijmegen.nl Brief zienswijze College aan VRGZ Advies Jaarrekening 2013 Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Gemeente Nijmegen Adviesfunctie Gemeenschappelijke Regelingen Clemens Rutten RA Peggy van Gemert RA/AA April 2014 Inhoud 1. 2. 3. 3.1. 3.2. 3.3. 3.4. 3.5. 3.6. 3.7. 4. 4.1. 4.2. 4.3. Inleiding............................................................................................................................... 3 Advies .................................................................................................................................. 4 Bevindingen ........................................................................................................................ 5 Algemeen ........................................................................................................................ 5 Controleverklaring door de accountant .......................................................................... 5 Ontwikkelingen ............................................................................................................... 5 Resultaatanalyse ............................................................................................................. 5 Voorgestelde resultaatsbestemming .............................................................................. 7 Balansanalyse .................................................................................................................. 7 BTW ................................................................................................................................. 7 Weerstandsvermogen en risico’s........................................................................................ 8 Normering algemene reserves ........................................................................................ 8 Beschouwing hoogte reserves ........................................................................................ 9 Risico’s ........................................................................................................................... 10 2 1. Inleiding De gemeenten in de Regio Nijmegen hebben besloten dat vanaf 1 juli 2005 de begroting- en verantwoordingsproducten van een aantal gemeenschappelijke regelingen worden beoordeeld door de Adviesfunctie Gemeenschappelijke Regelingen (GR). Op verzoek van de regiogemeenten is de Adviesfunctie gepositioneerd bij de afdeling Financiën van de Gemeente Nijmegen. De adviesfunctie adviseert primair de deelnemende gemeenten. De begrotingen en jaarrekeningen van de GR-en worden getoetst aan de Begrotingsrichtlijnen Regio Nijmegen (BRN). Daarnaast worden de financiële meerjarenposities en de risico´s van de GR beoordeeld. Deze notitie bevat een beoordeling van de Jaarrekening 2013 van de GR Veiligheidsregio Gelderland-Zuid (VRGZ). Op 7 april 2014 hebben wij onze bevindingen besproken met de Algemeen Directeur mevrouw Van Veen en het Hoofd Financiën mevrouw Hubers van de GR VRGZ. Bevindingen uit dit gesprek hebben mede geleid tot het voorliggend rapport. Datgene wat uiteindelijk geadviseerd wordt, is de verantwoordelijkheid van de adviesfunctie. Tijdschema De VRGZ verzoekt u in de aanbiedingsbrief bij de jaarrekening om vóór 1 juni 2014 uw zienswijze over de Jaarrekening 2013 van aan het Dagelijks Bestuur (DB) van VRGZ mede te delen. Hierbij baseert de VRGZ zich op wettelijke termijnen. Hoewel de adviesfunctie een tijdige reactie onderschrijft, merkt zij op dat deze termijn in de Begrotingsrichtlijnen Regio Nijmegen 2015 is vastgesteld op bij voorkeur vóór 21 juni doch uiterlijk vóór 24 juni 2014. De Jaarrekening dient vóór 15 juli 2014 door het Algemeen Bestuur (AB) te zijn vastgesteld, aangezien met ingang van 2007 de jaarrekening van VRGZ onder het Single Information, Single Audit regime valt. De jaarrekening moet in verband hiermee vóór 15 juli worden ingediend bij het Centraal Bureau voor de Statistiek in verband met vaststelling van subsidies. Door vaststelling van de Begrotingsrichtlijnen Regio Nijmegen 2015 hebben de gemeenten uit de regio Nijmegen met deze planning unaniem ingestemd. Het AB van de VRGZ zal op 26 juni 2014 een besluit nemen over de jaarrekening 2013. 3 2. Advies Indien u naast de financiële verantwoordingen kunt instemmen met de inhoudelijke taak- en prestatieverantwoordingen, adviseren wij de deelnemende gemeenten van VRGZ om: A. In te stemmen met de jaarrekening 2013 van Veiligheidsregio Gelderland Zuid en; B. In te stemmen met de vrijval van de bestemde reserve Kwaliteit personeel Veiligheidsregio’s van € 181.000 en uitkering van dit bedrag aan de deelnemende gemeenten. C. In te stemmen met de volgende bestemmingsvoorstellen van het positieve resultaat van per saldo € 1.962.000 o Het negatieve resultaat van het programma Regionale AmbulanceVoorziening (hierna: RAV) van € 431.000 als volgt te onttrekken aan de reserves voor aanvaardbare kosten: € 47.000 uit de reserve aanvaardbare kosten van de Meldkamer AmbulanceDienst € 384.000 uit de reserve aanvaardbare kosten van de Regionale AmbulanceVoorziening o Het positieve resultaat na mutaties in reserves van het programma Crisis en Rampenbestrijding van € 2.393.000 als volgt in te zetten: € 150.000 toe te voegen aan de algemene reserve Rampenbestrijding € 2.103.000 incidenteel uit te keren aan de gemeenten. Voor het resterend te bestemmen resultaat van € 140.000 wordt verwezen naar het volgende punt. D. Niet in te stemmen met de volgende toevoegingen voor het vormen van nieuwe bestemde reserves:* o € 75.000 voor piketkosten (crisis)communicatie o € 65.000 voor extra inzet financieel personeel E. Indien besloten wordt om bij punt D het advies van de adviesfunctie te volgen, te besluiten de vrijvallende middelen ( € 75.000, € 65.000) uit te keren aan gemeenten als bedrag uitkomend boven de reservenorm. * Het AB heeft besloten om deze kosten die in 2013 en daaropvolgende jaren (gaan) optreden voor de jaren 2013 en 2014 te dekken uit de algemene reserve. VRGZ heeft dit AB-besluit uitgelegd door het vormen van een bestemmingsreserve als onderdeel van het bestemmingsvoorstel. Echter, de adviesfunctie leest het AB-besluit als een toegestaan tekort voor de jaren 2013 en 2014 te dekken via het resultaat uit de algemene reserve. Het vormen van een bestemmingsreserve wordt dan overbodig geacht. 4 3. Bevindingen 3.1. Algemeen De Jaarrekening 2013 van de VRGZ en de aanbiedingsbrief zijn toegezonden door de VRGZ. Uw zienswijze hierop kunt u toezenden aan de VRGZ. In de Algemeen Bestuursvergadering van 26 juni 2014 zal de Jaarrekening 2013 van de VRGZ worden behandeld en vastgesteld. 3.2. Controleverklaring door de accountant De concept jaarstukken van de VRGZ zijn door de accountant gecontroleerd en de accountant heeft een goedkeurende controleverklaring afgegeven voor getrouwheid en rechtmatigheid. Indien zich omstandigheden voordoen voor de vergadering van het Algemeen bestuur die aanpassing van de jaarrekening noodzakelijk maken, dan moeten deze nog voor de vergadering worden aangebracht en dan ontstaat voor de accountant een nieuwe situatie. 3.3. Ontwikkelingen Het jaar 2013 stond in het teken van de regionalisering van de brandweer. Hierbij is het beheer van de brandweer overgedragen aan de VRGZ en toegevoegd aan de taken die al regionaal waren georganiseerd. Daarbij is de formatie van de ondersteunende diensten sterk toegenomen. In het jaarverslag wordt een uitgebreide toelichting gegeven op de beleidsinhoudelijke ontwikkelingen. 3.4. Resultaatanalyse De jaarrekening 2013 van de VRGZ sluit na mutaties in reserves met een voordelig resultaat van bijna € 2 miljoen. Het resultaat is als volgt te verdelen over de beide programma’s: Resultaat 2013 C&R RAV Totaal Bedragen x € 1.000 Begroting Begroot voor bestemming Toevoegingen/onttrekkingen reserves Saldo begroot na winstbestemming Jaarrekening Realisatie voor bestemming Toevoegingen/onttrekkingen reserves Saldo realisatie na (eerste) winstbestemming 51 -200 -149 0 51 -200 -149 2.193 -431 1.762 -431 1.962 200 2.393 200 5 Programma Crisis & Rampenbestrijding Het positieve resultaat van programma C&R is ongeveer € 2,4 miljoen terwijl de begroting nagenoeg op nihil sloot. In het jaarverslag wordt dit resultaat in paragraaf 2.6 verklaard vanuit de volgende ontwikkelingen. Hieronder wordt tegelijkertijd een relatie gelegd met de staat van baten en lasten (§ 5.6) Vacatures zijn niet of vertraagd ingevuld. Dit in afwachting van de doorontwikkeling die kan leiden tot een aangepaste behoefte aan functies en de invulling daarvan. Hierdoor vallen de personeelskosten € 1,5 miljoen lager uit dan in de gewijzigde begroting. Binnen de personeelskosten blijkt wel dat de € 2 miljoen lagere kosten voor lonen en salarissen van eigen personeel grotendeels teniet wordt gedaan door € 1,5 miljoen hogere kosten aan externe inhuur. Daarnaast vallen de kosten voor opleidingen (zie volgend punt) en de overige personeelslasten lager uit. Lopende herijking van personele vergoedingen en een herziening van zowel het opleidingsplan als de regionale oefenorganisatie. Dit heeft tot gevolg dat € 350.000 minder is uitgegeven aan oefenen en opleiden. Opgemerkt wordt dat in de gewijzigde begroting alle budgetten voor opleiden, trainen en oefenen zijn verschoven naar personeelskosten. In de primitieve begroting stond onder overige bedrijfskosten hiervoor nog een kostenpost van bijna € 1,2 miljoen. In de vergelijking tussen de realisatie en de primitieve begroting heeft dit tot gevolg dat de overige bedrijfskosten ogenschijnlijk € 1,3 miljoen lager zijn uitgevallen. Investeringen zijn uitgesteld in afwachting van een nieuwe investeringsplanning. Hierdoor zijn de kapitaallasten (rente en afschrijving) 5 ton lager dan primitief begroot. De VRGZ geeft aan dat deze kostenvoordelen voornamelijk incidenteel zijn en het karakter hebben van het uitstellen van uitgaven. Aanvullend valt uit het overzicht van baten en lasten van programma C&R af te leiden dat de overige opbrengsten bijna 4 ton hoger zijn dan primitief begroot. Dit komt door een structurele toename van de aan de GGD doorberekende kosten voor verleende ondersteunende diensten. De fusie van de GGD Regio Nijmegen met de GGD Rivierenland is hier de reden voor. Programma Regionale AmbulanceVoorziening Het negatieve resultaat van programma RAV is met ongeveer € 430.000 negatiever is dan het begrote tekort van 2 ton. In de jaarrekening is dit in paragraaf 5.8 uitgebreid toegelicht. Hoewel het budget aanvaardbare kosten vanuit de zorgverzekeraars 4 ton (2,5%) hoger is door indexering, zijn de kosten bijna 6 ton hoger. Dit komt hoofdzakelijk door bijna 4 ton meer kosten voor communicatieapparatuur, wagenpark en werkmaterieel. Opgemerkt wordt dat binnen de personeelskosten besparingen op loonkosten, in verhouding tot het programma C&R, nog meer teniet worden gedaan door hogere kosten van externe inhuur. 6 3.5. Voorgestelde resultaatsbestemming Bedragen x € 1.000 Bestemmingsvoorstel jaarresultaat -€ 47 Te onttrekken aan de reserve aanvaardbare kosten Meldkamer AmbulanceDienst (MKA) -€ 384 Te onttrekken aan de reserve aanvaardbare kosten Regionale AmbulanceVoorziening (RAV) -€ 431 Totaal programma Regionale AmbulanceVoorziening € 75 Toe te voegen aan een nieuwe bestemde reserve ‘piketkosten communicatie’ € 65 Toe te voegen aan een nieuwe bestemde reserve ‘extra inzet financieel personeel’ € 150 Toe te voegen aan de Algemene Reserve Rampenbestrijding A € 2.103 Incidenteel uit te keren aan gemeenten € 2.393 Totaal programma Crisis en Rampenbestrijding € 1.962 Totaal voorstel resultaat 2013 B A+B € 181 Vrijval bestemde reserve Kwaliteit Personeel Veiligheidsregio's en uitkering aan gemeenten € 2.284 Totale uitkering aan gemeenten De rekening van de VRGZ sluit met een voordelig saldo als gevolg van kostenvoordelen in 2013. Toevoegen van het voordelig saldo aan de algemene reserve zorgt ervoor dat de algemene reserve € 2,1 miljoen boven de norm komt. Om die reden wordt voorgesteld om dit bedrag uit te keren aan de deelnemende gemeenten. Samen met de vrijval van de bestemde reserve ‘Kwaliteit Personeel Veiligheidsregio’s’ leidt dit tot een totale uitkering van bijna € 2,3 miljoen. 3.6. Balansanalyse In de balans worden de bezittingen en schulden van VRGZ gepresenteerd. Doordat 2013 het eerste jaar is na de regionalisering zijn de vergelijkende cijfers uit 2012 maar beperkt bruikbaar als vergelijkingsmateriaal. Opvallende punten zijn: De boekwaarde van de materiele vaste activa is sterk toegenomen naar € 40,6 miljoen (eind ’12: € 5 miljoen’. Deze stijging wordt veroorzaakt door de overname van materieel van de gemeentelijke brandweer voor € 13,2 miljoen en een 15-tal kazernes voor € 21,7 miljoen. In beide gevallen tegen boekwaarde. De debiteurenstand eind 2013 is met € 5,8 miljoen (eind ’12: € 2,1 miljoen) incidenteel hoog omdat de RAV vanwege een nieuw rittenregistratiesysteem later dan normaal factureerde. De voorziening voor oninbare debiteuren is eveneens verhoogd. 3.7. BTW De wettelijke brandweertaken zijn van de gemeenten overgeheveld naar de veiligheidsregio’s. 2013 is hiermee het laatste jaar waarin de VRGZ de BTW op ingekochte goederen en/of diensten kon doorschuiven naar de deelnemende gemeenten. Gemeenten kunnen BTW namelijk alleen terugvragen bij het BTW-Compensatiefonds als zij de wettelijke taak hebben. 7 De inkoop-BTW over 2013 bestaat uit de volgende drie onderdelen: De ‘oude’ regionale brandweer De ´nieuwe´ gemeentelijke brandweertaken o BTW op exploitatielasten. In het voorschot van de gemeente is hiervoor een begroot bedrag opgenomen. o BTW op investeringen. Dit zat niet in het voorschot. Conform een opgave vanuit de VRGZ is de compensabele BTW op alle 3 de onderdelen doorgeschoven naar de gemeenten (totaal € 1,4 miljoen). Daarnaast is voor de ´nieuwe´ gemeentelijke brandweertaken het verschil tussen de werkelijke BTW en het gemeentelijk voorschot meegenomen in de verrekening met de deelnemende gemeenten (zie jaarrekening bijlage 6.7). Per saldo heeft hiermee de compensabele BTW van de VRGZ geleid tot een teruggaaf van het BTWCompensatiefonds bij gemeenten. Vanaf 2014 is de BTW een kostenpost voor de VRGZ waarvoor zij wordt gecompenseerd door een hogere Brededoeluitkering (BDUR). Voor de deelnemende gemeenten ontstaat echter een nadeel. De inkoop-BTW van de ‘oude’ regionale brandweer werd namelijk doorgeschoven naar de deelnemende gemeenten die dit konden terugvragen via het BTW-Compensatiefonds. Deze baten vervallen vanaf 2014. Bij de advisering over de begroting 2014 is geadviseerd om de BTW nadelen die bij gemeenten ontstonden, terug te laten vloeien via een structurele verlaging van de gemeentelijke bijdrage aan de VRGZ. Dat zou betekenen dat er een taakstelling bij de VRGZ zou komen te liggen. Het AB heeft besloten tot de gulden middenweg. Hierin worden gemeenten voor de jaren 2014 en 2015 gecompenseerd voor de BTW consequenties voor een bedrag van € 215.000. Dit wordt betaald uit een bestemde reserve van € 430.000 die hiervoor ten laste van het resultaat 2013 wordt gevormd. In volgende jaren wordt nog bezien hoe hier mee wordt omgegaan. Feitelijk betekent dit, dat de korting op de gemeentelijke bijdragen voor 2014 en 2015 nog niet gepaard hoeft te gaan met een bezuinigingstaakstelling. Gezien het feit dat er veel onzekerheden zijn over de consequenties van de gehele BTW operatie gecombineerd met de onzekerheden die de overdracht van de kazernes met zich meebrengen en ook de fase van ontwikkeling waarin de VRGZ zich bevindt, is het wel voorstelbaar dat de VRGZ wil voorkomen dat er direct een taakstelling wordt neergelegd. Hoewel er geen oorzakelijk verband bestaat tussen het voordelig saldo 2013 en de BTW korting in 2014 en 2015, kan naar de mening van de adviesfunctie de gevolgde handelswijze ten aanzien van bestemde reserve en uitkering aan gemeenten als acceptabel worden beschouwd. Mochten voornoemde onzekerheden in de toekomst niet leiden tot tekorten, dan leidt een positief resultaat via de algemene reserve toch tot een uitkering aan de gemeenten. Immers, de algemene reserve Rampenbestrijding is volledig op peil. 4. Weerstandsvermogen en risico’s 4.1. Normering algemene reserves Vanwege sterk verschillende financieringsbronnen, zijn door VRGZ feitelijk twee algemene reserves gevormd. Eén voor programma C&R en één voor programma RAV. Het Algemeen Bestuur van VRGZ heeft in 2012 besloten om voor de korte termijn de normen op pragmatische wijze bij te stellen en in 2014 een nieuwe nota reserves, risico’s en weerstandscapaciteit op te stellen. Deze komt in de loop van 2014 beschikbaar. 8 Voor het programma C&R bedraagt de norm maximaal 5% van de omzet met een ondergrens van € 1.250.000. Voor het programma RAV wordt de algemene reserve gevormd door de bijdragen van zorgverzekeraars en is deze bedoeld om schommelingen op te vangen. Voor de normering worden de ontwikkelingen binnen de zorgsector gevolgd. De minimale norm bedraagt ongewijzigd 10% van de omzet en de streefwaarde is 15% van de omzet. In paragraaf 4.2 van het jaarverslag is de stand van beide algemene reserves afgezet tegen deze percentages. Hieruit blijkt dat de algemene reserve C&R na de toevoeging in het bestemmingsvoorstel van € 150.000 uitkomt op de norm. De algemene reserve RAV blijft ondanks de tussentijdse onttrekkingen boven de streefwaarde. 4.2. Beschouwing hoogte reserves In de jaarrekening is in de toelichting op de balans (§ 5.5) het verloop van de reserves in 2013 weergegeven. De bestemmingsvoorstellen zijn hierin, conform verslaggevingsregels, nog niet meegenomen. In het jaarverslag wordt in de paragraaf weerstandsvermogen (§ 4.2) ingegaan op de stand van de algemene reserves na verwerking van de bestemmingsvoorstellen. Het verloop van de reserves na verwerking van de bestemmingsvoorstellen is als volgt: Bedragen x € 1.000 Algemene reserves Aanvaardbare kosten Meldkamer AmbulanceDienst (MKA) Aanvaardbare kosten Regionale AmbulanceVoorziening (RAV) Rampenbestrijding Bestemmingsreserves BTW-Compensatie Kwaliteit personeel VR Piketkosten crisiscommunicatie extra inzet financieel personeel Totaal reserve(mutaties) Stand eind '13 Bestemmings voorstel Stand begin 2014 0 7 -47 -40 3.872 1.883 -384 150 3.488 2.033 0 0 430 0 75 65 6.051 430 181 6.373 -181 75 65 -322 Tussentijdse mutaties in reserves in 2013 komen hoofdzakelijk voort uit bestemmingsvoorstellen bij de jaarrekening 2012. Algemene reserves Uit de paragraaf Weerstandsvermogen blijkt dat de algemene reserve C&R na de toevoeging in het bestemmingsvoorstel van € 150.000 uitkomt op de norm. Daarom ontstaat de incidentele uitkering aan gemeenten. De algemene reserve RAV overstijgt met 19% van de omzet de streefwaarde van 15%. Meerjarig daalt dit percentage door een structureel negatief resultaat van het programma RAV, hoewel de omvang van de algemene reserve RAV ruimschoots boven de minimale norm blijft. Doordat het programma RAV wordt gefinancierd door bijdragen vanuit zorgverzekeraars bestaat de algemene reserve uit bestemde middelen die niet aan de gemeenten kunnen worden uitgekeerd. 9 Opgemerkt wordt dat de algemene reserve MKA negatief is en blijft. Dit is ongebruikelijk voor een reserve maar maakt op totaalniveau niet veel uit. Bestemmingsreserves Zoals in dit advies toegelicht in paragraaf 3.7 is de bestemmingsreserve BTW-Compensatie gevormd om gemeenten in 2014 en 2015 te compenseren voor de vervallen teruggaaf van doorgeschoven BTW van de ‘oude’ regionale brandweer. Onderdeel van het bestemmingsvoorstel is de vorming van een tweetal nieuwe bestemmingsreserves voor ‘piketkosten (crisis)communicatie’ en ‘extra inzet financieel personeel’. Het AB heeft besloten om deze kosten die in 2013 en daaropvolgende jaren (gaan) optreden voor de jaren 2013 en 2014 te dekken uit de algemene reserve. VRGZ heeft dit AB-besluit uitgelegd door het vormen van een bestemmingsreserve als onderdeel van het bestemmingsvoorstel. Echter, de adviesfunctie leest het AB-besluit als een toegestaan tekort voor de jaren 2013 en 2014 te dekken via het resultaat uit de algemene reserve. Het vormen van een bestemmingsreserve wordt dan overbodig geacht. 4.3. Risico’s In de jaarrekening is in de paragraaf weerstandsvermogen (§ 4.2) uiteengezet welke risico’s de VRGZ loopt en in bijlage 6.9 is een inventarisatie van risico’s opgenomen. Hierbij is een inschatting gemaakt van de financiële gevolgen en de kans dat het risico op zal treden. Ingeschat wordt dat het risico maximaal € 9,7 miljoen bedraagt (eind ’12: € 10,8 miljoen); verdeeld over RAV € 5,7 miljoen en C&R € 4 miljoen. Het gaat hier enerzijds om taken die door gemeenten en het Rijk (crisis en rampen) worden bekostigd en anderzijds om taken die door zorgverzekeringspremies (RAV) worden betaald. Daarom worden de risico’s in principe gescheiden van elkaar beoordeeld. Rekening houdend met de kans en maatregelen is het verwachte risicoprofiel in totaliteit € 5,4 miljoen (conform vorig jaar). Vooruitlopend op de in 2014 uit te brengen nieuwe nota over reserves, risico’s en weerstandscapaciteit geeft VRGZ aan een verdiepingstraject voor de risico-inventarisatie te zijn gestart. In de jaarrekening wordt echter nog voortgeborduurd op de oude methode. De uitkomst hiervan is nauwelijks veranderd ten opzichte van voorgaand jaar. Ook de omvang van de algemene reserves is met € 5,5 miljoen, na verwerking van bestemmingsvoorstellen, nagenoeg ongewijzigd gebleven. Geconstateerd kan worden dat het weerstandsvermogen ruim voldoende is om de risico’s op te vangen. Het weerstandsvermogen dekt 57% van het maximale risico af, terwijl met het verwachte risico (rekening houdend met kans en maatregelen) zelfs ongeveer een 1-op-1 verhouding bestaat. Wel is deze verhouding voor het programma RAV gunstiger dan voor het programma C&R. 10 Advies Begroting 2015 Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Gelderland Zuid Gemeente Nijmegen Adviesfunctie Gemeenschappelijke Regelingen Clemens Rutten RA Peggy van Gemert RA/AA April 2014 1 Inhoud 1. Inleiding ............................................................................................................................... 3 2. Advies................................................................................................................................... 4 3. Beoordeling begroting ......................................................................................................... 5 3.1 Algemeen ......................................................................................................................... 5 3.2 Begrotingsrichtlijnen ....................................................................................................... 5 3.3 Begroting 2015 VRGZ ...................................................................................................... 6 3.4 Gemeentelijke bijdrage ................................................................................................... 8 4. Verwachte ontwikkeling weerstandsvermogen ................................................................... 8 2 1. Inleiding De gemeenten in de Regio Nijmegen hebben besloten dat vanaf 1 juli 2005 de begroting- en verantwoordingsproducten van een aantal gemeenschappelijke regelingen worden beoordeeld door de Adviesfunctie Gemeenschappelijke Regelingen (GR). Op verzoek van de regiogemeenten is de Adviesfunctie gepositioneerd bij de afdeling Financiën van de Gemeente Nijmegen. De adviesfunctie adviseert primair de deelnemende gemeenten. De begrotingen en jaarrekeningen van de vier GR’en worden getoetst aan de Begrotingsrichtlijnen Regio Nijmegen (BRN). Daarnaast worden de financiële meerjarenposities en de risico´s van de GR beoordeeld. Deze notitie bevat een beoordeling van de bij de deelnemende gemeenten voorgelegde Begroting 2015 van de GR VRGZ. Bijzonderheid bij de VRGZ is dat er meer gemeenten in de GR deelnemen dan alleen de regiogemeenten waaraan de adviesfunctie advies uitbrengt. Op 7 april 2014 hebben wij onze bevindingen besproken met de Algemeen Directeur mevrouw Van Veen en het Hoofd Financiën mevrouw Hubers van de GR VRGZ. Bevindingen uit dit gesprek hebben mede geleid tot het voorliggend rapport. Datgene wat uiteindelijk geadviseerd wordt, is de verantwoordelijkheid van de adviesfunctie. 3 2. Advies Gezien de voorliggende begroting, adviseren wij de deelnemende gemeenten van de VRGZ om: In te stemmen met de begroting 2015 en kennis te nemen van de meerjarenraming 2016-2018 In te stemmen met de korting op de gemeentelijke bijdrage van € 215.000 in 2014 en 2015 ter compensatie van de BTW op de ‘oude’ regionale brandweer die niet langer via de deelnemende gemeenten teruggevraagd kan worden bij het BTW-Compensatiefonds. 4 3. Beoordeling begroting 3.1 Algemeen In de begroting is op een adequate manier uiteengezet welke ontwikkelingen er zijn en met welke kaders is gewerkt. Voor een toelichting op de ontwikkelingen binnen de VRGZ wordt dan ook verwezen naar paragraaf 1.2 van de programmabegroting. De begroting 2015 is de eerste begroting die na de regionalisering van de brandweer in 2013 op basis van ervaringscijfers over 2013 kon worden opgesteld. Echter, doordat de begroting veel eerder is uitgebracht dan voorheen, liep het begrotingsproces deels parallel met het opstellen van de jaarrekening over 2013. Daardoor waren de ervaringscijfers 2013 nog nauwelijks geanalyseerd. Ook de ervaringscijfers over de eerste periode van 2014 ontbreken als gevolg van de vroege opstelling van de begroting 2015. De VRGZ voldoet hiermee aan de wettelijke eisen van het tijdig opstellen van de begroting, maar de ramingen verliezen hiermee wel aan betrouwbaarheid. Anders gezegd, hoe vroeger in het jaar de begroting opgesteld wordt, hoe zwakker de begrotingskracht is. Een inhoudelijke beoordeling van begrotingsposten op basis van onderliggende documenten (zoals personeels- en opleidingsplannen) maakt geen onderdeel uit van de beoordeling door de adviesfunctie. De gewijzigde begroting 2014 heeft hoofdzakelijk betrekking op verschuivingen in kostensoorten (bijvoorbeeld: rubricering kosten voor oefenen en opleiden onder personele kosten) en correcties vanuit de regionalisering (bijvoorbeeld: overname kazernes). Dit is in de begroting toegelicht in paragraaf 5.1.1. Door gebruik te maken van indicatoren moet beter zicht worden verkregen op de prestaties van de VRGZ. Voor een aantal prestatievelden zijn deze nog in ontwikkeling. De Veiligheidsregio geeft aan dat rondom de overgedragen brandweerkazernes een deel van de lasten inclusief de daarbij horende budgetten nog vanuit de gemeente moeten worden overgedragen. Hierdoor zal de omvang van de begroting toenemen, hoewel dit in principe budgettair neutraal zal zijn. Het investeringsplan voor 2015 en latere jaren is nog niet gereed omdat het gehele investeringsprogramma wordt herzien. 3.2 Begrotingsrichtlijnen Zoals gebruikelijk worden vooraf aan de VRGZ begrotingsrichtlijnen (BRN) meegegeven voor de opstelling van de Begroting 2015 en het meerjarenplan. De Portefeuillehouders Financiën uit de regio, bijeen in het PFO van 6 januari 2014, hebben besloten om: o De GR' en te adviseren rekening te houden met 1,0 % loon- en prijscompensatie voor de begroting 2015. o De reeds eerder middels de BRN 2012 besloten taakstelling van 2,5% oplopend tot 10% te handhaven. In de voorliggende begroting heeft de VRGZ rekening gehouden met een tweetal bezuinigingen. Op de “oude” bijdrage aan de VRGZ loopt de korting op naar 10% in 2015. Op de regionalisering van de 5 brandweer loopt de korting op tot 5% in 2015. Dit is meegenomen in de meerjarige berekening van de gemeentelijke bijdrage in paragraaf 5.6. Voor de indexering is geen rekening gehouden met het verzoek van het PFO regio Nijmegen om ook voor de VRGZ een index van 1% te hanteren, maar is het besluit van het Algemeen Bestuur van de VRGZ over de indexering van de begroting gehandhaafd zoals vastgesteld in het ontvlechtingskader voor de regionalisering van de brandweer. Aangezien dit een besluit is van de 18 gemeenten gezamenlijk overruled dit het PFO besluit en heeft de VRGZ terecht rekening gehouden met die indexering. Overigens blijkt voor 2015 dat de index VRGZ en de index PFO nagenoeg aan elkaar gelijk zijn. Voor de berekening van de gemeentelijke bijdrage is qua loon- en prijscompensatie voor 2015 uitgegaan van 2,25% respectievelijk 1,50 % volgens het Centraal Economisch Planbureau. Over 2013 en 2014 is een nacalculatie verwerkt voor de indexeringen, conform de bijgestelde verwachtingen voor deze jaren door het Centraal Planbureau. Rekening houdend met de correctie over 2013 en 2014 leidt dit tot een neerwaartse bijstelling van de het gewogen indexcijfer voor 2015 naar 0,97%. Voor de berekening van de loonkosten is rekening gehouden met een stijging van de personeelskosten in verband met periodieken, sociale premies en pensioenpremies van 1,0% ten opzichte van 2014. 3.3 Begroting 2015 VRGZ De begroting 2015 van de VRGZ sluit met een nadelig saldo van € 260.000 voor winstbestemming. Dit tekort wordt onttrokken uit de algemene reserves. Onderstaand worden de uitkomsten van de beoordeling per programma weergegeven. Omdat de begroting al in maart is opgeleverd konden geen cijfers worden verwerkt over het lopende begrotingsjaar. Programma Crisis & Rampenbestrijding Voor de jaren 2014 tot en met 2018 is de begroting voor het programma C&R sluitend, na mutaties in reserves. De jaarschijf 2014 sluit met een voordelig saldo van € 108.000 wat wordt gebruikt om een nieuwe bestemde reserve ‘kapitaallasten’ te vormen. De bezuinigingstaakstelling die in de voorgaande begroting nog als stelpost was opgenomen is nu meerjarig ingevuld. In de programmabegroting is in paragraaf 5.2 een toelichting gegeven op de verschillen tussen de gewijzigde begroting 2014 en de begroting 2015. Bijzonderheden zijn: De subsidies vanuit het Rijk zijn met ingang van de begroting 2014 ongeveer € 1,2 miljoen toegenomen ten opzichte van de ontvangen subsidie in 2013. Voor dit bedrag is de VRGZ gecompenseerd voor de BTW die niet langer via de deelnemende gemeenten teruggevraagd kon worden bij het BTW-Compensatiefonds. Dit komt doordat de wettelijk brandweertaken zijn overgeheveld naar de veiligheidsregio’s. De post overige opbrengsten is met € 3,2 miljoen hoger dan de realisatie in 2013 van € 1,7 miljoen. Dit verschil wordt veroorzaakt door een stelpost van € 1,5 miljoen, voor nog vanuit gemeenten over te hevelen budgetten voor de (kapitaal)lasten van de overgenomen kazernes. Omdat er nog geen afspraken met gemeenten zijn gemaakt over budgetoverheveling in verband 6 met de overdracht van kazernes, zijn de lasten van de reeds overgenomen kazernes op deze manier verwerkt. De raming voor personeelskosten is meerjarig structureel gehandhaafd op ongeveer € 31,5 miljoen, vanuit de verwachting dat de onderschrijding in 2013 een tijdelijke situatie is. Naast niet ingevulde vacatures had deze onderschrijding in 2013 te maken met lagere opleidingskosten en overige personeelslasten. De wettelijke brandweertaken zijn overgeheveld naar de veiligheidsregio’s, waardoor gemeenten in 2014 niet langer door de VRGZ doorgeschoven BTW kunnen terugvragen bij het BTWCompensatiefonds. In plaats van het doorschuiven naar of verrekenen van BTW met gemeenten wordt de VGRZ nu gecompenseerd door een hogere Brededoeluitkering. De VRGZ heeft daarom de gemeentelijke bijdrage verlaagd. Voor de BTW die gemeenten voorheen konden terugvragen vanuit de ‘oude’ regionale brandweer, heeft de VRGZ een bestemmingsreserve gevormd van € 430.000. Hiermee kan VRGZ in 2014 en 2015 een korting geven op de gemeentelijke bijdrage van jaarlijks € 215.000. Hoewel dit voor 2015 in de begroting is verwerkt, moet dit voor de daaropvolgende jaren nog worden bekeken. De kapitaallasten over 2013 vielen met bijna € 3,3 miljoen ongeveer 5 ton lager uit dan begroot (2013: € 3,8 miljoen) doordat investeringen zijn uitgesteld in afwachting van een nieuwe investeringsplanning. Vanaf 2015 is hiervoor een bedrag begroot van structureel ongeveer € 5,7 miljoen. Het nieuwe investeringsprogramma voor 2015 en latere jaren is vanwege een volledige herziening nog niet gereed. In 2014 wordt een nieuwe bestemde reserve gevormd ter dekking van in de toekomst stijgende kapitaallasten (afschrijving op activa en de rente op de financiering hiervan). Deze stijging wordt veroorzaakt door de wijziging dat de BTW, na de overheveling van de wettelijke brandweertaak naar de VRGZ, een kostenpost wordt die onderdeel uitmaakt van het te activeren bedrag. Dit terwijl bestaande investeringen (grotendeels) exclusief BTW zijn geactiveerd, omdat de BTW kon worden teruggevraagd. Bij toekomstige vervangingsinvesteringen moet daarom over een hoger bedrag worden afgeschreven, waardoor de kapitaallasten stijgen. Programma RAV Voor de jaren 2014 tot en met 2018 is het verwachte resultaat vóór bestemming structureel negatief. De hoogte hiervan bedraagt vanaf 2005 jaarlijks 1 á 2 ton. De financiële middelen van het programma RAV betreffen Zorg-gelden, die alleen in overleg met de zorgverzekeraars bestemd kunnen worden. De meerjarige tekorten worden om deze reden ten laste gebracht van de daarvoor feitelijk geoormerkte reserves aanvaardbare kosten. VRGZ geeft aan, dat het sturen op een exploitatie van nihil het uitgangspunt blijft. Vanwege de hoogte van de reserves, die momenteel ruim boven de norm is, is er momenteel meer prioriteit gelegd bij kwaliteitsbehoud en verbetering in plaats van nu al te sturen op een sluitende exploitatie middels bezuinigingen. Vanuit de adviesfunctie blijven wij van mening dat een reserve geen onuitputtelijke bron is en een sluitende exploitatie een randvoorwaarde is voor elke begroting. Gezien de hoogte van de nog beschikbare reserve die tot en met 2018 boven de norm blijft, wordt een groei naar een sluitende exploitatie echter acceptabel gevonden. 7 3.4 Gemeentelijke bijdrage In paragraaf 5.6 van de begroting is een overzicht van de bijdrage per gemeente opgenomen. De bijdrage over 2014 is bijgesteld op basis van de begrotingswijzigingen in 2014, zoals weergegeven in paragraaf 5.1.1. Onderdeel hiervan is een eenmalige korting in 2014 vanuit de overheadbijdrage voor het inrichten van een eigen beheerorganisatie rondom de kazernegebouwen. De reden hiervoor is dat de VRGZ in 2014 nog niet hiernaar kan overgaan. Daarnaast wordt in de bijdrage een korting opgenomen voor de compensatie van BTW op de ‘oude’ regionale brandweer die gemeenten vanaf 2014 niet meer terug kunnen vragen (zie ook advies bij jaarrekening 2013). Op basis van de bijgestelde bijdrage over 2014 zijn conform voorgaand jaar, vanuit gemeentelijke afspraken bij de regionalisering, correcties doorgevoerd om te komen tot de bijdrage over 2015. De bezuinigingen zijn naar boven bijgesteld conform de oplopende taakstelling. Daarnaast is eerdergenoemde indexering verwerkt. Voornoemde eenmalige korting vanuit de overheadbijdrage is voor 2015 weer teruggedraaid. De raming vanaf 2016 is afgeleid van de bijdrage over 2015 met een correctie conform voorgaand jaar en voornoemde BTW-Compensatie. De mutaties in de gemeentelijke bijdragen zijn adequaat toegelicht. 4. Verwachte ontwikkeling weerstandsvermogen Het Algemeen Bestuur van VRGZ heeft in 2012 besloten om voor de korte termijn de normen op pragmatische wijze bij te stellen en in 2014 een nieuwe nota reserves, risico’s en weerstandscapaciteit op te stellen. Deze komt in de loop van 2014 beschikbaar.. Voor het programma C&R bedraagt de norm maximaal 5% van de omzet met een ondergrens van € 1.250.000. Voor het programma RAV wordt de algemene reserve gevormd door de bijdragen van zorgverzekeraars en is deze bedoeld om schommelingen op te vangen. Voor de normering worden de ontwikkelingen binnen de zorgsector gevolgd. De minimale norm voor de algemene reserve RAV bedraagt ongewijzigd 10% van de omzet en de streefwaarde is 15% van de omzet. In de paragraaf Weerstandsvermogen (§ 4.2) is het verloop van de algemene reserves meerjarig weergegeven. De algemene reserve C&R kwam eind 2013 met € 2,0 miljoen uit op de norm. Echter, deze norm is afgeleid van een omzet die de komende jaren licht stijgt terwijl de reserve hetzelfde blijft. Hierdoor daalt de algemene reserve C&R licht onder de norm, maar ruim boven de ondergrens. Als toekomstige meevallers deels worden benut om deze algemene reserve weer op peil te brengen, hoeft dit geen probleem te zijn. De algemene reserve RAV ( en MKA) overstijgt eind 2013 met 19% van de omzet de streefwaarde van 15%. Het programma RAV heeft meerjarig een negatief resultaat heeft wat ten koste gaat van de algemene reserve(s). Desondanks blijft de omvang van de algemene reserves tot en met 2018 boven de minimale norm. Doordat het programma RAV wordt gefinancierd door bijdragen vanuit zorgverzekeraars bestaat de algemene reserve uit bestemde middelen die niet aan de gemeenten kunnen worden uitgekeerd. 8 De reserves dienen ter dekking van risico’s die gelopen worden. In paragraaf 5.10 van de begroting is een opsomming opgenomen van geïnventariseerde risico’s. Indien mogelijk is becijferd wat de financiële last zal zijn als het risico optreedt. Hieruit blijkt dat voor het programma Crisis en Rampenbestrijding het maximale risico wordt ingeschat op € 5,5 miljoen (begroting 2014: € 3,7 miljoen) en voor het programma RAV op € 5,7 miljoen (begroting 2015: € 0,9 miljoen). Het gaat hier enerzijds om taken die door gemeenten en het Rijk (crisis en rampen) worden bekostigd en anderzijds om taken die door zorgverzekeringspremies (RAV) worden betaald. Daarom worden de risico’s in principe gescheiden van elkaar beoordeeld. De risico’s gewogen naar kans van optreden leveren een verwacht risico van € 6,4 op (begroting 2014: € 2,7 miljoen). Afgezet tegen een reservepositie van ongeveer € 5 miljoen kan het weerstandsvermogen van de VRGZ als meer dan gezond worden gekwalificeerd. 9 JAARSTUKKEN 2013 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Inhoudsopgave Voorwoord .............................................................................................................................................. 3 Leeswijzer............................................................................................................................................... 4 1 2 Inleiding .......................................................................................................................................... 5 1.1 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid ............................................................................................ 5 1.2 Organisatie VRGZ ................................................................................................................... 6 1.3 Ontwikkelingen in 2013 ........................................................................................................... 8 Programma Crisis- en Rampenbestrijding ............................................................................... 11 2.1 Risicobeheersing ................................................................................................................... 11 2.2 Incidentbestrijding .................................................................................................................. 12 2.3 Herstel uit ontwrichte situatie ................................................................................................. 14 2.4 Informatiemanagement .......................................................................................................... 14 2.5 Kwaliteitszorg en kennismanagement ................................................................................... 15 2.6 Brandweer ............................................................................................................................. 16 2.7 Overzichten............................................................................................................................ 23 3 Programma Regionale Ambulance Voorziening (RAV) ........................................................... 28 4 Paragrafen .................................................................................................................................... 31 5 4.1 Weerstandsvermogen en risicobeheersing ........................................................................... 31 4.2 Weerstandsvermogen ........................................................................................................... 31 4.3 Risicobeheersing ................................................................................................................... 32 4.4 Btw-compensatiefonds en btw-verrekening gemeenten ....................................................... 34 4.5 Verbonden partijen ................................................................................................................ 34 4.6 Investeringsbegroting en kapitaalgoederen .......................................................................... 34 4.7 Wet Houdbare overheidsfinanciën ........................................................................................ 35 4.8 Treasury................................................................................................................................. 35 4.9 Bedrijfsvoering ....................................................................................................................... 36 Jaarrekening ................................................................................................................................ 39 5.1 Overzicht van baten en lasten Veiligheidsregio .................................................................... 41 5.2 Balans per 31 december ....................................................................................................... 42 5.3 Kasstroomoverzicht ............................................................................................................... 44 5.4 Grondslagen van resultaatbepaling en waardering ............................................................... 45 5.5 Toelichting balans .................................................................................................................. 49 5.6 Overzicht baten en lasten programma Crisis- en Rampenbestrijding ................................... 58 5.7 Toelichting programma Crisis- en Rampenbestrijding .......................................................... 60 5.8 Overzicht baten en lasten programma Regionale Ambulance Voorziening .......................... 67 5.9 Toelichting programma Regionale Ambulance Voorziening ................................................. 68 5.10 Overzicht specifieke uitkeringen (SISA) ................................................................................ 74 5.11 Overzicht exploitatie blusboten .............................................................................................. 75 5.12 Wet Normering Topinkomens ................................................................................................ 76 5.13 Bestuur en vaststelling jaarrekening ..................................................................................... 77 5.14 Controle verklaring................................................................................................................. 80 Jaarverslag 2013 1 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 6 7 Bijlagen ......................................................................................................................................... 82 6.1 Budgetopbouw aanvaardbare kosten ambulancedienst ....................................................... 83 6.2 Budgetopbouw aanvaardbare kosten meldkamer ambulancedienst .................................... 86 6.3 Verloop nog in tarieven te verrekenen financieringstekort/-overschot .................................. 89 6.4 Specificatie van het financieringstekort/-overschot ............................................................... 90 6.5 Investeringen ......................................................................................................................... 91 6.6 Leningen ................................................................................................................................ 96 6.7 Verrekening deelnemende gemeenten per 31 december 2013 ............................................ 97 6.8 Regionalisering brandweer .................................................................................................... 98 6.9 Inventarisatie risico’s ............................................................................................................. 99 Verklaring van afkortingen ....................................................................................................... 104 Jaarverslag 2013 2 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Voorwoord Het resultaat van 2013 van de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid (exclusief de RAV) is ruim 2 miljoen euro positief. Met andere woorden: er is minder geld uitgegeven dat begroot. De analyse van de totstandkoming van deze onderbesteding wordt gegeven in hoofdstuk 5. Een algemene verklaring is dat 2013 een overgangsjaar is door de groei van de organisatie na de regionalisering van de brandweer. Per 1 januari 2013 maakt de brandweer deel uit van de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid (VRGZ). Dat is het resultaat van een jarenlang proces van voorbereiding. De brandweer moest zich vestigen in een nieuwe organisatie en de VRGZ moet zich aanpassen aan een heel forse uitbreiding in budget en in aantal medewerkers. De regionalisering van de brandweer ging ook meteen gepaard met een bezuiniging op het brandweerbudget van 1,5%, naast de overige bezuinigingen op het budget van de VRGZ (zie paragraaf 1.3.5). 1,5% lijkt gering maar is voor een organisatie in transitie een extra opgave om te kunnen realiseren. De brandweer heeft in 2013 een visie ontwikkeld op de brandweerzorg. Die visie is vastgesteld door ons bestuur en vormt de basis voor de doorontwikkeling van de brandweer in de komende jaren. Die doorontwikkeling heeft een grote impact op de organisatie van het brandweerwerk en op de brandweermensen. In 2013 werd ook duidelijk dat ten gevolge van regionalisering van de brandweer de veiligheidsregio’s niet meer via de gemeenten een beroep kunnen doen op het btw-compensatiefonds voor de door de veiligheidsregio betaalde btw voor de brandweertaken. Daarnaast moet de reeds gecompenseerde btw voor de (ver)bouw van brandweerkazernes, die na 2004 hebben plaatsgevonden, terugbetaald worden aan het rijk (herziening), in geval die kazernes na 1 januari 2014 eigendom blijven van de gemeenten. Het algemeen bestuur heeft daarom besloten dat omwille van eenduidigheid in sturing en beheer, in overleg met de deelnemende gemeenten, in principe alle kazernes (ook die van vóór 2004) worden overgedragen aan de VRGZ. De kazernes van de gemeenten, die vallen onder deze herzieningsplicht, deden dit met voorrang (per 1 januari 2014). Over het onderhoud worden nog aparte afspraken gemaakt. Dit is een heel nieuwe ontwikkelopgave voor de VRGZ. Ten gevolge van de regionalisering van de brandweer en de fusie van de GGD regio Nijmegen met de GGD regio Rivierenland (per 1 juli 2013) zijn omvang en activiteiten van de ondersteunende diensten gegroeid. Daarnaast vormden ontwikkelingen als de komst van de Directeur Publieke Gezondheid (DPG) en daarmee de gewijzigde aansturing van de GHOR, de start van de inrichting van een landelijke meldkamerorganisatie, het uitbesteden van het serverbeheer ICT en daarmee tevens een groot deel van de ICT-ondersteuning en de uitrol van de ICT-infrastructuur van de VRGZ naar de brandweerclusters en het overnemen van het brandweervastgoed (kazernes c.a.) aanleiding om een traject van herinrichting van de ondersteunende diensten te starten. Doel daarvan is om zowel VRGZ als GGD Gelderland-Zuid in de toekomst goed te kunnen blijven bedienen. Mede door bovengenoemde veranderingen zijn sommige begrote activiteiten later of nog niet gestart, zijn vacatures later of nog niet ingevuld en zijn investeringen later of nog niet gedaan. Deze veranderingen in taken en organisatie mochten niet ten koste gaan van de dienstverlening aan de deelnemende gemeenten. Wij zijn ervan overtuigd dat dit ook niet is gebeurd. Om een beeldspraak te gebruiken: niet alleen bleef de winkel open tijdens de verbouwing, ook bleven de schappen gevuld en waren er voldoende kassa’s open. Het algemeen bestuur van de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Jaarverslag 2013 3 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Leeswijzer Het programma Crisis- en Rampenbestrijding in de begroting 2013 is opgebouwd aan de hand van de hoofdstukindeling van het regionaal beleidsplan. Dit wettelijk voorgeschreven plan is een multidisciplinair beleidsdocument waarin het bestuur van de VRGZ richting geeft aan haar ambities. In het regionaal beleidsplan is zichtbaar wat de monodisciplinaire bijdragen zijn aan de uitvoering van de bestuurlijke taken. Daardoor vormt het regionaal beleidsplan een prima kapstok voor de opbouw van het programma Crisis- en Rampenbestrijding. De programmarekening en het jaarverslag 2013 van de VRGZ volgen de opbouw van de programmabegroting 2013. In de verslaglegging wordt per programma duidelijker aangegeven wat de VRGZ wilde bereiken (door opnemen van samenvatting begroting 2013), wat de VRGZ bereikt heeft, wat daarvoor is gedaan, wat aanvullend is gedaan en wat dat allemaal heeft gekost. Daarmee wordt een link gelegd naar de opbouw van de programmabegrotingen 2014 en 2015 waarbij deze driedeling ook per programma is gehanteerd. De begroting 2013 was de eerste begroting waarin de geregionaliseerde brandweer is opgenomen. Er is toen voor gekozen om een apart hoofdstuk Brandweer toe te voegen aan het programma Crisis- en Rampenbestrijding. Ook in de jaarstukken 2013 wordt om deze reden apart verslag gelegd van de prestaties van de (geregionaliseerde) brandweer. De programmabegroting 2013 bestaat uit: Hoofdstuk 1 Inhoud Algemene inleiding met een beschrijving van de VRGZ en de ontwikkelingen die in 2013 hebben plaatsgevonden. 2 Een beschrijving van de beleidsmatige resultaten van het programma Crisis- en Rampenbestrijding. 3 Een beschrijving van de beleidsmatige resultaten van het programma Regionale Ambulancevoorziening. 4 Een financieel-technisch verantwoording. 5 6 De begrote kosten en baten over het jaar 2013: de financiële resultaten van beide programma’s met een analyse van de totstandkoming hiervan. Tevens een beschrijving van de samenstelling van het bestuur van de VRGZ en de portefeuilleverdeling hierbinnen. Bijlagen. 7 Verklaring van de gebruikte afkortingen. hoofdstuk: Jaarverslag 2013 de voorgeschreven paragrafen van 4 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 1 Inleiding 1.1 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Figuur 1: geografische omvang VRGZ De Veiligheidsregio Gelderland-Zuid (VRGZ) is een organisatie voor brandweerzorg, geneeskundige hulpverlening, voorbereiding en coördinatie op het gebied van rampenbestrijding en 1 crisisbeheersing. Dit regionale samenwerkingsverband van achttien gemeenten is gebaseerd op de Wet gemeenschappelijke regelingen en de Wet veiligheidsregio's. De VRGZ zorgt voor een veilige regio waarin rampen en crises zo goed mogelijk voorkomen en bestreden worden en de inwoners kunnen rekenen op snelle en goede geneeskundige hulpverlening en brandweerzorg. Dit doet zij samen met de achttien gemeenten, de politie en andere lokale, regionale en landelijke partners. 2 Het gebied waaraan de VRGZ haar diensten verleent, heeft een oppervlakte van circa 1.040 km en telt ruim 530.000 inwoners. Het gebied kenmerkt zich door de aanwezigheid van drie vaarwegen (Neder-Rijn, Waal en Maas), diverse snelwegen (A2, A15, A50 en A73) en een goederenspoorverbinding (Betuweroute). De regio heeft voornamelijk een landelijk karakter, met landbouw, veeteelt en fruitteelt. Het oosten van de regio, rondom Nijmegen, heeft een overwegend stedelijk karakter. De VRGZ beschikt over een uitgeschreven risicoprofiel voor de regio. Een belangrijk element uit het risicoprofiel is de Waal, de belangrijkste transportader over water in Nederland. Het merendeel van het vervoer van goederen en grondstoffen, waaronder ook gevaarlijke stoffen, tussen Europoort en Duitsland gebeurt over deze rivier. Dat vervoer gebeurt ook over de in de regio gelegen snelwegen en 2 het spoor. Daarnaast kent de regio een aantal BRZO-bedrijven . Andere elementen uit het risicoprofiel zijn onder meer overstromingsgevaar, ongelukken met gevaarlijke stoffen (rivier- en wegtransport) en bosbranden (rondom Groesbeek). 1 Beuningen, Buren, Culemborg, Druten, Geldermalsen, Groesbeek, Heumen, Lingewaal, Maasdriel, Millingen aan de Rijn, Neder-Betuwe, Neerijnen, Nijmegen, Tiel, Ubbergen, West Maas en Waal, Wijchen, Zaltbommel. 2 In Nederland vallen bedrijven met grote hoeveelheden gevaarlijke stoffen onder het Besluit risico's zware ongevallen (BRZO). Jaarverslag 2013 5 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 1.2 Organisatie VRGZ Het bestuur van de veiligheidsregio bestaat uit de burgemeesters van de achttien gemeenten in Gelderland-Zuid: het algemeen bestuur. De voorzitter van de VRGZ is de burgemeester van de gemeente Nijmegen. Vanuit de leden van het algemeen bestuur is een dagelijks bestuur samengesteld. Het algemeen bestuur van de VRGZ heeft in 2013 besloten tot een nieuwe bestuurlijke structuur en werkwijze. Doel daarvan is het vergroten van de betrokkenheid van bestuur en bestuurders bij de voorbereiding, besluitvorming en uitvoering van het beleid van de VRGZ. In paragraaf 5.12 wordt uiteengezet hoe dit vorm heeft gekregen en wat de consequenties zijn. Organisatie In opdracht van het bestuur werkt de VRGZ aan een veilige regio, waarin rampen en crises zo goed mogelijk voorkomen en bestreden worden en de inwoners kunnen rekenen op snelle en goede afhandeling van rampen en crises. Dit gebeurt door de vijf sectoren van de VRGZ: Sector Veiligheidsbureau, waar medewerkers van brandweer, GHOR, gemeenten, politie, defensie, provincie, het openbaar ministerie en het waterschap Rivierenland in een netwerkorganisatie samenwerken aan het ontwikkelen, organiseren, borgen en coördineren van multidisciplinaire plannen en processen die nodig zijn voor een professionele rampenbestrijdingsen crisisbeheersingsorganisatie. Sector Brandweer is verantwoordelijk voor de uitvoering van de wettelijke taken op het gebied van specialistisch brandweerwerk en externe veiligheidsregelgeving. Voorbeelden hiervan zijn het waarschuwen van de bevolking, het verkennen van gevaarlijke stoffen, het verrichten van ontsmettingen en het grootschalig optreden, het Vuurwerkbesluit en het BRZO. Tevens zijn de aanschaf en het beheer van regionaal brandweermaterieel en het beheer van het door het Rijk in bruikleen verstrekte materieel een verantwoordelijkheid van de sector Brandweer. Daarnaast worden de lokale brandweerkorpsen ondersteund bij de preparatie, preventie en de nazorg. De sector Brandweer is het regionaal kenniscentrum op het gebied van brandpreventie, externe veiligheid en industriële veiligheid. Sector Gemeenschappelijke Meldkamer (GMK) omvat de meldkamers van ambulance, brandweer en politie, die fysiek bij elkaar gehuisvest zijn. De sector GMK verwerkt de meldingen die binnenkomen (onder meer via 1-1-2). De sector GMK beoordeelt welke inzet nodig is. Voor de burger in nood fungeert de sector GMK als eerste aanspreekpunt. Voor de operationele diensten van politie, brandweer en ambulancezorg functioneert zij primair als verbindings- en alarmeringskamer. De sector GMK functioneert tevens als informatie- en coördinatieknooppunt in de rampenbestrijding en crisisbeheersing. Sector GHOR (Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio) draagt zorg voor de advisering, coördinatie en aansturing van de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen. De GHOR is evenals het Veiligheidsbureau een netwerkorganisatie die er samen met haar ketenpartners (waaronder ziekenhuizen, huisartsen, ambulancedienst, GGD, GGz) voor zorgt dat de geneeskundige hulpverlening voor, tijdens en na een ongeval, dreigende crisis of ramp adequaat geregeld is. Sector RAV (regionale ambulancevoorziening) exploiteert het ambulancevervoer in de regio. De RAV beschikt over ambulances en motoren die zijn gestationeerd op meerdere ambulancestandplaatsen in de regio. Deze worden zo snel en efficiënt mogelijk ingezet voor ambulancehulpverlening. De kosten van de ambulancevoorziening worden volledig gedragen door de zorgverzekeraars. Jaarverslag 2013 6 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid De sectoren worden beleidsmatig en in de bedrijfsvoering ondersteund door een stafafdeling en een secretariaat. De zogeheten ondersteunende bedrijfsvoeringstaken (personeel, kantoorautomatisering, juridische zaken, financiën, facilitaire zaken, archivering en huisvesting) werden verzorgd door de afdeling Financiële Planning & Control en Personeel & Organisatie en de afdeling ICT & Facilitaire Zaken. Deze twee afdelingen verzorgden deze diensten tevens voor de GGD Regio Nijmegen en na 1 juli voor de GGD Gelderland-Zuid, de gefuseerde GGD’en Regio Nijmegen en Rivierenland. De regionalisering van de brandweer, de overname van de ondersteunende diensten en de medewerkers van de GGD Regio Nijmegen door de VRGZ (per 1 januari 2012) en de fusie van de GGD Regio Nijmegen met de GGD Rivierenland tot GGD Gelderland-Zuid, hebben ertoe geleid dat de omvang van de taken en de formatie van de ondersteunende diensten sterk zijn toegenomen. Om zowel VRGZ als GGD Gelderland-Zuid in de toekomst goed te kunnen bedienen is een traject van herinrichting van de ondersteunende diensten gestart. Voor ICT geldt dat het serverbeheer is uitgeplaatst en daarmee tevens een groot deel van de ICT-ondersteuning. De huidige twee ondersteunende afdelingen gaan om redenen van beheersbaarheid van span of control en span of attention op in drie afdelingen, die wellicht nog worden aangevuld met taken, die nu nog tot die van de staf worden gerekend. Figuur 2: organogram VRGZ (per 1 juli 2013) Jaarverslag 2013 7 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 1.3 Ontwikkelingen in 2013 1.3.1 Regionalisering brandweer Per 1 januari 2013 zijn brandweerpersoneel, -materieel, -budget, -taken en -bevoegdheden van de gemeenten overgedragen aan de VRGZ. 2013 is ook het laatste jaar dat de btw op brandweertaken door gemeenten gedeclareerd kon worden bij het btw-compensatiefonds. Vanaf 2014 kan dit niet meer omdat brandweertaken vanaf dat jaar wettelijk verplicht zijn overgedragen aan veiligheidsregio’s. In 2013 werd duidelijk dat als gevolg van regionalisering de reeds gecompenseerde btw voor de (ver)bouw van brandweerkazernes, die na 2004 hebben plaatsgevonden, terugbetaald moet worden aan het rijk (herziening). Dat geldt voor kazernes die na 1 januari 2014 eigendom blijven van de gemeenten. Het algemeen bestuur heeft besloten om in overleg met gemeenten er naar te streven dat omwille van eenduidigheid in sturing en beheer in principe alle kazernes (ook die van vóór 2004) overgedragen worden aan de VRGZ. De kazernes van de gemeenten, die vallen onder de herzieningsplicht, doen dit met voorrang (1 januari 2014) om herziening van btw te voorkomen. Over het onderhoud en beheer worden nog aparte afspraken gemaakt en datzelfde geldt voor andere lasten die samenhangen met de kazernes, zoals eigenaarslasten, schoonmaak, energie etc.. Het is de bedoeling dat hierover in 2014 afspraken worden gemaakt, waarna budgetten vanaf 2015 worden overgedragen aan de VRGZ. 1.3.2 Doorontwikkeling brandweer In 2013 heeft de brandweer een visie op de brandweerzorg ontwikkeld, die de basis vormt voor de doorontwikkeling van de brandweer. De visie richt zich op risicobeheersing en incidentbestrijding. Aandacht voor het voorkomen van brand wordt steeds belangrijker. Risicobeheersing betekent dat op het gebied van brandveiligheid maximale invloed wordt uitgeoefend om onveilige situaties te voorkomen, alsmede het beperken van risico’s en gevolgen van incidenten. Het vergroten van het risicobewustzijn en bevorderen van zelfredzaamheid zijn belangrijke onderdelen daarvan. De brandweer doet dat niet alleen door wettelijke taken uit te voeren, maar ook door een belangrijke speler te zijn in de niet-wettelijke taken (zie paragraaf 2.6 voor een uiteenzetting hiervan). Ook voorlichting en communicatie aan inwoners, bedrijven en instellingen zijn hierin belangrijke aspecten, geschaard onder de noemer ‘Brandveilig Leven’. Centraal beleid en uniformiteit van werkwijzen in de regio zijn randvoorwaarden om de doorontwikkeling van risicobeheersing mogelijk te maken. In 2013 is dit proces gestart, dat in 2014 afgerond wordt. In de komende jaren wordt het ‘onderdeel’ incidentbestrijding omgevormd tot een flexibel werkende organisatie die op een andere manier dezelfde brandweerzorg kan leveren. Deze zorg wordt afgestemd op brand- en hulpverleningsrisico’s, de aard van incidenten en de benodigde slagkracht daarbij. Dit leidt tot maatwerk, waarbij stapsgewijs toegewerkt wordt naar een bezetting op maat, gevolgd door een voertuig op maat. Uiteindelijk leidt dit tot een differentiatie van kazernes binnen de regio. Ook de organisatie moet daarbij mee veranderen. Deze verandering verloopt volgens de weg van de inhoud: eerst bepalen welke taken de brandweer uitvoert en hoe de brandweer dat gaat doen, daarna een organisatie inrichten die daar het best bij past en verder vorm kan geven aan deze ontwikkeling. Deze doorontwikkeling is in 2013 gestart met het opstellen van een brand- en hulpverleningsrisicoprofiel, dat weer de basis vormt voor een nieuw, meer dynamisch dekkingsplan. Ook het project ‘bezetting op maat’ is al in gang gezet. Speerpunten in de doorontwikkeling zijn ook vakbekwaamheid van de brandweermedewerkers en het anders organiseren van onderhoud en beheer van materiaal en materieel. Ook deze projecten zijn al gestart in 2013. Zie voor een verdere toelichting paragraaf 2.6. 1.3.3 Wet publieke gezondheid (Wpg) De Wet publieke gezondheid, tweede tranche, is sinds 1 januari 2012 van kracht. De wetswijziging heeft tot gevolg dat het aantal GGD’en teruggebracht wordt van 28 tot 25, waarbij de werkgebieden overeenstemmen met die van de veiligheidsregio’s. Voor Gelderland-Zuid betekent dit een samenvoeging van de huidige GGD’en Regio Nijmegen en Regio Rivierenland. Deze samenvoeging is gerealiseerd per 1 juli 2013. De gelijke gebiedsindeling vergemakkelijkt de samenwerking tussen de domeinen Veiligheid en Gezondheid, zowel op wat betreft planvorming als wat betreft uitvoering. Jaarverslag 2013 8 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Daarnaast is de functie Directeur Publieke Gezondheid (DPG) ingevoerd. De DPG is verantwoordelijk voor twee organisaties: GGD en GHOR. Organisatorisch maakte de sector GHOR in 2013 deel uit van de Veiligheidsregio. Daarom is de DPG lid van de directie van de veiligheidsregio voor wat betreft de GHOR. De DPG is het aanspreekpunt en de gesprekspartner voor zowel het bestuur als voor de brandweer, politie, gemeente en justitie. Daarbij geeft de DPG binnen het veiligheidsdomein integraal advies namens de geneeskundige keten (de zogenaamde ‘witte keten’). Met de komst van de DPG is er één gezicht van het openbaar bestuur richting de particuliere zorgpartijen, zijn reguliere en opgeschaalde (crisis)zorg dichter bij elkaar en vindt er gezamenlijke planvorming van volksgezondheid en veiligheid plaats. Per 1 oktober is de DPG aangetreden. 1.3.4 Meldkamers In 2011 heeft het kabinet besloten tot schaalvergroting van de meldkamers in Nederland. In 2012 is besloten dat terug wordt gegaan naar 10 gemeenschappelijke meldkamers. Voor de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid betekent dit dat de huidige Gemeenschappelijke Meldkamer (GMK) gaat fuseren met de GMK's van de veiligheidsregio's Twente, IJsselland, Noord- en Oost-Gelderland en GelderlandMidden (de politieregio Oost-Nederland). Eind 2013 heeft het bestuur van de Veiligheidsregio ingestemd met een transitieakkoord. In dit akkoord werden de belangrijkste uitgangspunten voor de fusie van de meldkamers beschreven, alsmede de financiële consequenties ervan. In 2014 wordt een ‘kwartiermakersorganisatie’ in het leven geroepen die uitvoering zal geven aan het transitieakkoord. 1.3.5 Bezuinigingen: De veiligheidsregio nam in 2013 besluiten over structurele bezuinigingen vanaf 2015. De meeste bezuinigingsopdrachten werden met een jaarlijks opbouwend percentage doorgevoerd. Het totaal geldt vanaf 2015. Een totaal overzicht van de bezuinigingen is als volgt: kortingen op de BDUR, die 1,5% bedragen vanaf 2012 en oplopen tot 6% in 2015; kortingen op de gemeentelijke bijdrage aan VRGZ van vóór de regionalisering van de brandweer; van 2,5% vanaf 2012 oplopend naar 10% in 2015; een bezuinigingsopdracht voor de sector RAV oplopend tot 9%; een bezuiniging op de brandweerbegroting die vanaf 2013 onderdeel uitmaakt van VRGZ van 1,5% in 2013 oplopend tot 5% in 2015, aangevuld met € 185.000,- vanwege de opdracht om de financiering van nieuwe blusboten binnen de brandweerexploitatie op te lossen. 1.3.6 Tijdelijke Wet Ambulancezorg Begin 2011 heeft de minister van VWS de Tweede kamer ingelicht over haar voorgenomen besluit de in 2008 aangenomen (maar nog niet in werking getreden) Wet ambulancezorg, te vervangen door een Tijdelijke Wet ambulancezorg (Twaz). In 2012 heeft de Eerste Kamer met de Twaz ingestemd. Daarmee is het wetgevingsproces afgerond. De Twaz is op 1 januari 2013 in werking getreden. De Twaz geldt voor een periode van vijf jaar. In 2013 zijn oriënterende gesprekken gevoerd tussen het ministerie van VWS en de branche-organisatie Ambulancezorg Nederland (AZN) om te bezien of de uiteindelijk beoogde non-concurrentiële vergunningprocedure Europeesrechtelijk mogelijk en politiek haalbaar is. Een consequentie van de inwerkingtreding van de Twaz is dat het bestaande financieringsstelsel voor de ambulancezorg wordt vervangen door een nieuw financieringsstelsel. Aan dit nieuwe financieringsstelsel is in 2013 vorm gegeven, waardoor het nieuwe stelsel met ingang van 1 januari 2014 van kracht is geworden. Het oude financieringsstelsel had onder andere als grondslag het aantal gereden ambulanceritten. Daarmee was het jaarbudget van een RAV gevoelig voor schommelingen. Het nieuwe financieringsstelsel gaat vooral uit van genormeerde kosten voor het aantal ambulances en personeelsleden dat nodig is om de paraatheid in een regio te garanderen. Daarbij is er naar gestreefd fluctuaties in de budgetten zoveel mogelijk te voorkomen. Voor de RAV Gelderland is dit in belangrijke mate gelukt. De wijziging van het financieringsstelsel betekent een budgetafname van in totaal € 80.000, te realiseren in een termijn van twee jaren Jaarverslag 2013 9 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 1.3.7 Uitbreiding dienstrooster In 2013 kon het dienstrooster van de RAV worden uitgebreid met een zg. “zorgambulance”. Dit is een ambulance die specifiek wordt ingezet voor het vervoer van patiënten die onderweg geen of slechts geringe zorg nodig hebben. In 2013 zijn door de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGz) criteria ontwikkeld waaraan een zorgambulance qua opleidingsniveau van verpleegkundigen en qua uitrusting moet voldoen. De zorgambulances van de RAV voldoen aan deze normen. 1.3.8 Regionale uitvoeringsdiensten Per 1 april 2013 zijn twee omgevingsdiensten actief geworden in de regio Gelderland-Zuid: de Omgevingsdienst Rivierenland (ODR) en de Omgevingsdienst Regio Nijmegen (ODRN). Deze omgevingsdiensten geven voor de aangesloten gemeenten in ieder geval uitvoering aan de milieutaken die door de Rijksoverheid in het basistakenpakket zijn opgenomen. Verder heeft een aantal gemeenten ook de uitvoering van WABO-taken (in het kader van de omgevingsvergunning) overgedragen aan de ODR en de ODRN. Dit is voor de VRGZ van belang, aangezien de VRGZ op het gebied van externe veiligheid, BRZO en brandveiligheid adviseur is op (onderdelen van) de taakgebieden die bij de omgevingsdiensten zijn belegd. Jaarverslag 2013 10 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 2 Programma Crisis- en Rampenbestrijding 2.1 Risicobeheersing Wat is het Risicobeheersing richt zich op de structurele aandacht voor fysieke (on)veiligheid, het voorkomen en terugdringen van onveilige situaties en de zorg voor het beperken en beheersen van gevolgen voor en inbreuken op fysieke veiligheid. Wat willen we bereiken Verhogen van het veiligheidsbewustzijn. Het effect van de inspanningen van de VRGZ moet zijn dat burgers en ondernemers in Gelderland-Zuid op de hoogte zijn van de risico's die er zijn in de omgeving en zelf het maximale doen om risico's in huis of op het werk te beperken. Wat hebben we gedaan Uitwerking van netwerkmanagement Aangaan, aanhalen of aanpassen van de banden met partners die een rol spelen bij de prioritaire risico's. Met deze partijen concrete afspraken maken over bijdrage aan oefeningen, planvorming, informatiemanagement, e.d. Uitbreiden van concrete afspraken met andere veiligheidsregio's op het gebied van onderlinge bijstand, gezamenlijke inkoop van trajecten voor opleiden, trainen en oefenen, scenario-uitwisseling en planvorming. Bron: begroting 2013 Wat hebben we gedaan: Binnen het Veiligheidsbureau werd intensief samengewerkt met vertegenwoordigers van een aantal partners in het veiligheidsdomein: politie, openbaar ministerie, defensie, waterschap en provincie. Daarnaast werd met nog een aantal partijen regelmatig overleg gevoerd: Rijkswaterstaat, Inspectie Veiligheid en Justitie, Nationaal CrisisCentrum, Vitens, Liander, ProRail. Met de veiligheidsregio’s in Oost-Nederland en omliggende veiligheidsregio’s werd op veel terreinen samengewerkt. Voorbeelden waren: gezamenlijke inkoop van basisopleiding crisisbeheersing met Brabant-Noord, planvormingsafstemming met o.a. Zuid-Holland-Zuid en Utrecht, meldkameruitwijkoefeningen met GelderlandMidden. Versterken proactief handelen Structurele oorzaken van fysieke onveiligheid in de regio in kaart brengen en deze waar mogelijk- beperken of wegnemen. Ontwikkelen van praktische toetskaders (checklists) en handreikingen op het gebied van evenementenadvisering, ruimtelijke inrichting en het gebruik van veilige materialen (Brandweer en GHOR). Ontwikkelen van een instrument voor advisering over veiligheid en gezondheid bij ruimtelijke ordening, samen met partners als gemeenten, provincie en RUD's. Bron: begroting 2013 Wat hebben we gedaan: De brandweer werkt doorlopend aan het in kaart brengen van fysieke onveiligheid en het wegnemen daarvan. Een onderdeel van de doorontwikkeling van de brandweer is ook het opstellen van een brand- en hulpverleningsrisicoprofiel, waarmee in 2013 is gestart. In 2013 werd het instrument voor advisering over veiligheid bij ruimtelijke ordening verder ontwikkeld. Dit project is bijna afgerond. Zelfredzaamheid & burgerparticipatie, Richten op twee facetten: veilig leven en het zich zelf kunnen redden van de burger ten tijde van een ramp of crisis (handelingsperspectief). De adviezen, vooral gericht op de regionale risico's 'Brand nabij kwetsbaar object' en 'Verstoring Telecom en ICT' zullen in 2013 worden uitgewerkt en uitgevoerd. Brandveilig leven: bestaande initiatieven op het gebied van brandveiligheidsvoorlichting en lokale rookmeldercampagnes worden opgenomen als structurele activiteiten in beleids- en uitvoeringsprogramma's. In de voorlichting wordt de nadruk gelegd op het belang van de eigen verantwoordelijkheid van burgers en bedrijven. Bron: Begroting 2013 Jaarverslag 2013 11 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Wat hebben we gedaan: Zie hiervoor paragraaf 2.6. : “Brandweer over morgen”, onder “Brandveilig leven”. Evenementenbeleid Implementatie geactualiseerde evenementenbeleid vindt in 2013 plaats Leveren van adviezen, coördinatie en ondersteuning bij grote, risicovolle evenementen. Bron begroting 2013 Wat hebben we gedaan: In 2013 werd een aangepaste versie van het zogeheten ‘risicoclassificatiemodel’ evenementen gedeeld met de gemeenten en werd begonnen met een model voor een gezamenlijk evenementenveiligheidsadvies. De evenementenkalender werd in januari opgesteld en verspreid. Doel is door het bieden van overzicht van evenementen in de regio ongewenste samenloop van evenementen te voorkomen. Zo blijft er voldoende capaciteit van de hulpdiensten tijdens evenementen. Door het jaar heen werden veel gemeenten ondersteund bij hun (voorbereiding op) evenementen. De grote evenementen in de regio waren de Paardenmarkt Hedel, Appelpop Tiel, Bloemencorso Tiel, Emporium Wijchen, Vierdaagsefeesten Nijmegen, Vierdaagsemarsen Nijmegen e.o., Zevenheuvelenloop Nijmegen en de jaarwisseling (hele regio). In 2013 werd een geactualiseerd evenementenbeleid door het algemeen bestuur vastgesteld. Risicocommunicatie. Focust zich in 2013 op haar regierol en het aandragen van instrumenten, kaders en formats ten behoeve van gemeenten, zodat gemeenten hun uitvoerende rol in de risicocommunicatie vorm kunnen geven. De regio sluit daarbij aan bij de landelijke campagne 'Denk Vooruit'. Rondom de vaststelling van rampbestrijdingsplannen samen met gemeenten en betrokken bedrijven voorlichtings- dan wel informatiemomenten organiseren voor omwonenden, belanghebbenden en belangstellenden. Bron: begroting 2013 Wat hebben we gedaan: In de einde 2012 huis-aan-huis verspreide veiligheidswijzer werden inwoners van Gelderland-Zuid gewezen op enkele crisisvormen die hen kunnen treffen. Elke maand werd tijdens de sirenetest een tweet verstuurd en een bericht op de website geplaatst waarmee inwoners op die crisisvormen gewezen werden. Het ging bijvoorbeeld om hoogwater, ongevallen met gevaarlijke stoffen, bosbrand, uitval van gas en elektra en paniek in menigten bij evenementen. 2.2 Incidentbestrijding Wat is het Incidentbestrijding staat voor het managen van incidenten en de voorbereiding daarop. Hierbij wordt de term ‘incident’ breed opgevat. Het gaat niet alleen om het incident zelf, maar ook om de dreiging ervan of de aankondiging van een gebeurtenis. Ook gaat het om incidenten die volgens de letterlijke definitie niet een echte ramp of crisis zijn, maar die een grote impact hebben in de maatschappij waardoor adequaat en tijdig opschalen wenselijk is. Wat willen we bereiken Het goed voorbereiden op en managen van incidenten. Het effect van de inspanningen op het gebied van incidentbestrijding moet zijn dat de inwoners en ondernemers van Gelderland-Zuid zien en ervaren dat incidenten adequaat en vakkundig worden aangepakt. Jaarverslag 2013 12 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Wat hebben we gedaan Planvorming Uitgangspunt bij planvorming is dat er minder plannen komen en dat de plannen die worden gemaakt beter aansluiten op de behoeften van de gebruikers; Voorrang geven aan de belangrijkste objecten/risico's uit het regionaal risicoprofiel; Update van het risicoprofiel; Opleveren rampbestrijdingsplannen. Bron: begroting 2013 Wat hebben we gedaan: In 2013 werd gestart met de update van het regionaal risicoprofiel. Dit zal in het voorjaar van 2014 gereed zijn. Er werden twee rampbestrijdingsplannen vastgesteld in 2013: Agro Buren te Tiel en NXP te Nijmegen. Het rampbestrijdingsplan Sachem te Zaltbommel werd in december in concept vastgesteld door het algemeen bestuur en ligt inmiddels ter inzage. Het verschil tussen de bestaande en vorige plannen is dat de nieuwe plannen veel compacter zijn en veel meer praktisch toepasbaar. In 2013 zouden smartcards worden geïntroduceerd: handzame uittreksels van plannen. De term smartcard wordt niet gehanteerd. De uittreksels zelf zijn er wel. Zo maken ‘repressieve aandachtspuntenlijsten’ onderdeel uit van vastgestelde rampbestrijdingsplannen en worden op de meldkamer ‘multidisciplinaire themakaarten’ gebruikt door de CalamiteitenCoördinator. Crisisplan Verdere implementatie van het crisisplan; Implementatie van bevolkingszorg; Ondersteunen van het aanbrengen van aanpassingen in de crisispartners. Bron: begroting 2013 crisisorganisatie van Wat hebben we gedaan: Per 1 april 2013 is de organisatie van de gemeentelijke crisisorganisatie veranderd. Er bestaan geen gemeentelijke rampenmanagementteams meer, maar een regionaal team bevolkingszorg dat opkomt in de getroffen gemeente. Verder waren alle kolommen bezig met de implementatie van het regionaal crisisplan. Gemeenschappelijke meldkamer Waar nodig intensiever samenwerken met één of meer van de toekomstige meldkamerpartners. Bron: begroting 2013 Wat hebben we gedaan: Alle medewerkers van de gemeenschappelijke meldkamer hebben deelgenomen aan een uitwijkoefening naar Gelderland-Midden. Opleiden en oefenen Sleutelfunctionarissen binnen de organisaties van de brandweer, politie, GHOR en gemeenten op het gewenste niveau brengen en houden. Dit doen we door het bieden van een uitgebreid programma van opleidingen, trainingen en oefeningen. Deze worden georganiseerd voor alle teams in de crisisorganisatie en enkele gemeentelijke actiecentra. Samenwerking tussen de betrokken disciplines en de verschillende operationele niveaus verbeteren. Bron: begroting 2013 Wat hebben we gedaan: In 2013 werden 50 CoPI-oefeningen, 3 ROT-oefeningen, 6 BT-oefeningen, 3 oefeningen voor de Sectie Bevolkingszorg en meerdere oefeningen voor de teams opvang georganiseerd. Daarnaast werden er informatiemiddagen en trainingen georganiseerd voor de verschillende disciplines en operationele niveaus. Jaarverslag 2013 13 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Vernieuwing repressie brandweer: Bestaande ontwikkelingen zoals ondersteuning van de repressie door adequate geautomatiseerde informatiesystemen worden uitgebouwd. Toepassen innovaties op het gebied van techniek en tactiek van brandbestrijding, met als doel een veiligere en effectieve brandweerinzet te bewerkstelligen. De repressieve organisatie wordt flexibeler ingericht om tegemoet te komen aan de wettelijke uitruktijden. Er wordt gestreefd naar (nog) doelmatiger werken. Bron: begroting 2013 Wat hebben we gedaan: Zie hiervoor paragraaf 2.6, onder ‘Brandweer over Morgen’, ‘Vernieuwing repressie’. Behoud en ontwikkeling vrijwilligheid brandweer: Het bieden van persoonlijke ontwikkelingsmogelijkheden en een goed werkklimaat wordt verankerd in het HRM-beleid. Gezocht wordt naar nieuwe vormen van vrijwilligheid. Bron: begroting 2013 Wat hebben we gedaan: Zie hiervoor paragraaf 2.6, onder ‘Brandweer over Morgen’, ‘Behoud en ontwikkeling vrijwilligheid brandweer’ 2.3 Herstel uit ontwrichte situatie Wat is het Herstel gaat over meer dan alleen nazorg. Daar waar het doel van incidentbestrijding het creëren van een stabiele situatie is, is het doel van herstel het creëren van een genormaliseerde situatie. Het gaat om een zelfstandige fase, volgend op een incident: een fase met nieuwe processen en met een eigen dynamiek en vaak een daarop aangepaste organisatievorm. Wat willen we bereiken Het creëren van een genormaliseerde situatie na een incidentfase. Wat hebben we gedaan Samenwerking met de buurregio's Onderzoeken van de mogelijkheid tot het oprichten van een interregionaal expertteam nafase. Bron: begroting 2013 Wat hebben we gedaan: Er is een ‘Format plan van aanpak nafase’ ontwikkeld voor gemeenten in Gelderland-Zuid. Dit is een nadere uitwerking van een product waar een aantal regio’s (waaronder Gelderland-Zuid) eerder aan hebben gewerkt en dat later door het Instituut voor Veiligheids- en Crisismanagement COT is uitgewerkt en voltooid. Dit plan moet de crisisorganisatie helpen bij het inrichten van een projectorganisatie voor de nazorg. 2.4 Informatiemanagement Wat is het Informatiemanagement in de brede zin richt zich op het op een juiste wijze voorzien van de bedrijfsprocessen van een organisatie van informatie om die processen optimaal te kunnen sturen en ondersteunen. Wat willen we bereiken De processen optimaal kunnen sturen en ondersteunen. Jaarverslag 2013 14 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Wat hebben we gedaan Informatiemanagement bij risicobeheersing Bouwen aan een gezamenlijke informatievoorziening voor alle sectoren. Sector Brandweer: uitrol van de digitale bereikbaarheidskaart, de digitale ontsluiting van de planvorming en gedigitaliseerd materieelbeheer. Sector GHOR: applicatie 'GHOR4ALL' verder vullen met bereikbaarheids- en capaciteitsgegevens van de partners in de witte kolom Netwerk uitbouwen met de organisaties voor thuiszorg en in de nabije toekomst met de Dienst Justitiële Inrichtingen. Bron: begroting 2013 Informatiemanagement bij incidentbestrijding Landelijk is besloten voorlopig verder te gaan met de huidige versie van het Landelijk CrisisManagementSysteem (LCMS). Bron: begroting 2013 Wat hebben we gedaan: In 2013 werden kleine aanpassingen gedaan aan het Landelijk CrisisManagementSysteem (LCMS) waardoor het systeem nog beter aansluit bij de inrichting van onze crisisorganisatie. Zo werd een tabblad opgenomen voor crisiscommunicatie (binnen onze crisisorganisatie een aparte kolom). 2.5 Kwaliteitszorg en kennismanagement Wat is het Kwaliteitszorg omvat alle activiteiten die gericht zijn op beheersing en verbetering van de organisatie om daarmee betere dienstverlening voor de klant te realiseren Kennismanagement is het continue proces van ontwikkelen, delen, toepassen, leren en evalueren van kennis. Wat willen we bereiken Wat hebben we gedaan Verbeteren van eigen functioneren. Kwaliteitszorg Afstemming en multidisciplinaire verbetering van de kwaliteitssystemen van de verschillende sectoren. Twee sporen beleid: kwantitatieve meting en kwalitatieve meting. Kwantitatief: ontwikkeling dashboard met managementinformatie over operationele prestaties en bedrijfsvoering. Kwalitatief: voortzetten eindresultaat 0-meting en opzetten auditcyclus met bijbehorende instrumenten gebaseerd op landelijke project Cicero (brandweer) en HKZ- normen. Beschrijven en beheersen van processen. Bron: begroting 2013 Kennismanagement Evalueren van oefeningen en inzetten; Verwerken van aanbevelingen uit landelijke en regionale onderzoeksrapporten; Het analyseren en leren van klachten; Uitvoeren van audits; Scenario-ontwikkeling; Beschrijven en beheersen van processen. Bron: begroting 2013 Wat hebben we gedaan: Alle inzetten vanaf GRIP-1 werden multidisciplinair geëvalueerd. Verbeterpunten uit deze evaluaties werden door het multidisciplinair leeragentschap toegewezen aan actiehouders. Het DirectieTeam Veiligheid (DTV) bepaalde de prioriteiten. Ook oefeningen en trainingen zijn geëvalueerd. Met de verworven feedback wordt gepoogd de oefeningen en trainingen nog beter aan te laten sluiten bij de behoefte. Jaarverslag 2013 15 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Sector GHOR en sector RAV (inclusief Meldkamer Ambulancezorg MKA) beschikken al enkele jaren over extern gecertificeerde kwaliteitssystemen. In 2013 heeft de periodieke, driejarige hertoetsing van de kwaliteitssystemen bij de GHOR en RAV plaatsgevonden. In 2013 zou onderzocht worden hoe er een kwaliteitsslag gemaakt kon worden in de manier van het evalueren van incidenten en oefeningen. Door zeer langdurige ziekte is dit in 2013 niet opgepakt. Evaluaties van incidenten en oefeningen hebben wel plaatsgevonden. 2.6 Brandweer Inleiding In het eerste jaar van de regionalisering was er de behoefte om binnen het programma Crisis- en Rampenbestrijding het door de nieuwe brandweer Gelderland-Zuid te leveren product herkenbaar in begroting en jaarverslag tot uitdrukking te brengen. Dit hoofdstuk in de verslaglegging voorziet hierin. Kenmerk van het eerste jaar van de geregionaliseerde brandweer was de focus op implementatie van de nieuwe brandweerorganisatie op zich en de integratie hiervan in de VRGZ, met behoud en verdere uitbouw van het bereikte kwaliteitsniveau op alle vijf schakels van de veiligheidsketen (proactie, preventie, preparatie, repressie en nazorg). Brandweer GelderlandZuid Met de regionalisering van de gemeentelijke brandweren per 1 januari 2013 is brandweer Gelderland-Zuid ingericht zoals in de begroting is aangegeven: acht clusters, met in elk cluster de teams Incidentbestrijding en Risicobeheersing, ondersteund door de twee centrale afdelingen Incidentbestrijding en Risicobeheersing. De nieuwe functie van regionaal brandweercommandant werd in april 2013 ingevuld. Het stellen van kaders en opstellen van beleid gebeurt nu centraal, waarbij de input vanuit de teams komt. Repressief optreden gebeurt vanuit dezelfde posten als voorheen, waarmee de lokale borging behouden is. De regionaal commandant heeft de verdere professionalisering van de brandweer ter hand genomen (zie de paragraaf ‘doorontwikkeling van de brandweer’), daarin bijgestaan door het Brandweer Managementteam (BMT). Het BMT bestaat uit de regionaal commandant, acht clustercommandanten en de twee afdelingshoofden Risicobeheersing en Incidentbestrijding. De meerwaarde van regionalisering voor de brandweerzorg werd in 2013 al zichtbaar. Door de directe verbondenheid van de clusters en door de korte lijnen tussen de clusters en tussen centraal en decentraal niveau, is de onderlinge ondersteuning versterkt, is meer uitwisseling van kennis ontstaan en de denkkracht vergroot. Dit komt tot uitdrukking in de breed gedragen visie op de ontwikkeling van de brandweer en de consensus over de structurele invulling van de bezuinigingstaakstelling die de brandweer heeft. Samenwerking met gemeenten De Veiligheidsregio Gelderland-Zuid heeft met de gemeenten dienstverleningsovereenkomsten afgesloten, die in 2013 werden uitgevoerd. De afspraken daarin gelden tot en met 2014. Op het gebied van Incidentbestrijding blijft de brandweerzorg geleverd zoals voorheen. Alleen de manier waarop zal in de komende jaren aan verandering onderhevig zijn. De regionalisering heeft een grote impact op de afdeling en de teams Risicobeheersing. Deze maken geen deel meer uit van de gemeentelijke organisatie maar zijn nog wel onderdeel van de gemeentelijke werkprocessen en die van de omgevingsdiensten. De centrale afdeling Risicobeheersing is deelnemer aan dat proces geworden als het gaat over kaderstelling en beleidsvorming. Jaarverslag 2013 16 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid De brandweer is onderdeel van de processen rondom vergunningverlening die de ODR en ODRN verzorgen. Vanaf april 2013 voeren ODR (omgevingsdienst Rivierenland) en ODRN (omgevingsdienst Regio Nijmegen) de taken op het gebied van milieu uit namens de provincie en de achttien gemeenten. Daarnaast verzorgt de ODR in zijn gebied de Wabotaken voor de helft van de gemeenten en de ODRN in zijn gebied alleen voor de gemeente Nijmegen. Waar voorheen de brandweer als gemeentelijke dienst functioneerde, treedt zij voor tal van taken nu op als adviseur voor gemeenten en andere partijen. Door deze nieuwe relatie werden in 2013 de eerste stappen gezet om te komen tot een hernieuwde samenwerking die leidt tot een kwalitatieve goede uitvoering van taken. ‘De Brandweer Over Morgen’ De begroting 2013 stelde dat ook Gelderland-Zuid invulling gaat geven aan de toekomstvisie van de landelijke brandweer, ‘Brandweer over Morgen’. Die visie gaat ervan uit dat de behoefte aan zorg voor fysieke veiligheid wel blijft bestaan, maar dat de manier waarop dat gebeurt moet veranderen. Alleen een strategische vernieuwing en een aanpassing van het bedrijfsmodel kan die noodzakelijke en wezenlijke verandering mogelijk maken. In de ‘Visie op de brandweerzorg Gelderland-Zuid’ heeft de veiligheidsregio beschreven welke omslag de brandweer wil maken en welke stappen daarvoor nodig zijn. In paragraaf 1.3.2 is daar al op ingegaan. Om aan die vernieuwing uitvoering te geven, zijn eerder drie speerpunten benoemd. Deze werden in 2013 uitgewerkt en worden nu opgenomen in het traject van de doorontwikkeling van de brandweer: 1. Brandveilig leven. Er is een impuls gegeven aan de activiteiten om burgers, bedrijven en instellingen bewust te maken van brandveiligheid en risico’s op dat gebied. Er is speciaal een taak ‘Brandveilig leven’ bij een specialistisch medewerker belegd. Bovenop de bestaande activiteiten is voorlichting aan scholen in meerdere clusters opgezet. Er zijn in diverse clusters publieksgerichte activiteiten uitgevoerd, ook gerelateerd aan de Brandpreventieweek. Met de zorginstelling ’s Heeren Loo werd een convenant opgesteld om uitvoering te geven aan het project ‘Geen nood bij brand’. Deze systematiek is gericht op het creëren van inzicht in de brandveiligheidssituatie van een gebouw, waarbij management, medewerkers en bewoners van de instellingen in een integrale aanpak benaderd worden. 2. Vernieuwing repressie In 2013 is dit project gestart met het opzetten van een voorstel voor de ‘bezetting op maat’. In 2014 wordt dit afgerond en in de praktijk gebracht. Ook werd de methodiek bepaald om een branden hulpverleningsrisicoprofiel op te stellen. Dit wordt in de eerste helft van 2014 afgerond. In 2013 werd het systeem AG5 (een personeels- en managementsysteem) ingevoerd in de gehele regio om de gegevens van medewerkers op te slaan (van oefenen tot vergoedingen). Bijna de gehele regio gebruikt ook de paraatheidsmodule hierin, zodat elk moment zichtbaar is wat de beschikbaarheid van de vrijwilligers voor de uitruk is. 3. Behoud en ontwikkeling vrijwilligheid De vrijwilligers blijven de basis voor het leveren van de brandweerzorg. De doorontwikkeling van de brandweer heeft effect op wat de brandweer doet en vooral hoe de brandweer dat doet. Als dat helder is wordt de rol van de vrijwilliger daarin opnieuw bekeken, zowel voor risicobeheersing als incidentbestrijding. Verder ontwikkelt Brandweer Nederland momenteel een landelijke visie op vrijwilligheid. De brandweer volgt deze ontwikkeling en wil deze visie gebruiken in de eigen ontwikkeling. Jaarverslag 2013 17 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Doorkijk na de vorming van één brandweer Gelderland-Zuid In de ‘Visie op de brandweerzorg Gelderland-Zuid’ is aangegeven hoe de brandweer zich moet ontwikkelen om in een veranderende omgeving optimaal te kunnen blijven voldoen aan de taken die de Wet veiligheidsregio’s met zich meebrengt. Daarin wordt ook aangegeven dat de inrichting van de organisatie moet volgen op de inhoud: eerst bepalen wat wij inhoudelijk willen en daar de benodigde organisatie op afstemmen. In 2014 wordt die organisatie verder vorm gegeven. De brandweer (afdeling risicobeheersing) wil daarin snelle stappen zetten, om een uniforme manier van werken te bewerkstelligen, regiobreed werkzaamheden te prioriteren en de kwaliteit te verhogen door het delen van specialistische kennis en expertise. Daarvoor is een meer centrale sturing nodig. In 2013 werden daarvoor de eerste stappen gezet, in 2014 wordt daar verder uitvoering aan gegeven. Risicobeheersing Als onderdeel van de doorontwikkeling wil de brandweer uniformiteit creëren in de dienstverlening van de clusters aan de gemeenten en ODR en ODRN. Zo werden Service Level Agreements gesloten tussen VRGZ en ODR en ODRN. Verder werden stappen gezet om een regiobrede ICTinfrastructuur voor risicobeheersing in te richten, die een zelfde werkwijze mogelijk maakt binnen alle clusters en een uniforme inrichting van de werkprocessen. De brandweer heeft de reguliere taken vervuld, op basis van de afspraken die in de DVO’s tussen gemeenten en VRGZ zijn vastgelegd. Veel van deze taken vallen onder de zogeheten niet-wettelijke adviestaak. Dit is de adviestaak van de veiligheidsregio op grond van de wet, waarbij de veiligheidsregio echter geen verplichte wettelijk adviseur is. Daarbij gaat het vooral om het adviseren en ondersteunen van lokaal en provinciaal bestuur bij de omgevingsvergunning, maar ook om de taak in het toezicht op de naleving en handhaving van bouwregelgeving, vooral door controles. De brandweer heeft zijn adviesrol vervuld naar de gemeenten in het voortraject van planologische ontwikkelingen, ruimtelijke ordening, infrastructuur, externe veiligheid inrichtingen, routering gevaarlijke stoffen en evenementen. De brandweer adviseerde de gemeente of ODR/ODRN ook bij de afgifte van bouw-, milieu-, gebruiks- en evenementvergunningen. Daarnaast voert de brandweer onder verantwoordelijkheid van de gemeente controles uit op de uitvoering van brandveiligheidsvoorschriften bij bouwprojecten, op de naleving van gebruiksvergunningen en -meldingen en brandveilig gebruik. In de paragraaf ‘Brandweer over morgen’ is al geschetst dat de brandweer de rol van voorlichting sterker uitgebouwd heeft en het ‘Brandveilig leven’ verder vorm geeft. De centrale afdeling Risicobeheersing heeft zijn wettelijke taken vervuld met advisering op het gebied van industriële veiligheid (o.a. het Besluit risico's zware ongevallen en andere industriële veiligheid wetgeving), externe veiligheid, vuurwerk en door aanwijzing van en toezicht op bedrijfsbrandweren. De brandweer heeft ook in 2013 in alle clusters te maken gehad met onnodige uitrukken, als gevolg van loze meldingen. Het beleid om deze terug te dringen (TOOM) heeft geleid tot een daling van de loze meldingen. In totaal zijn er 1.414 OMS-meldingen geweest, waarvan nog altijd 86% loos is. In 2013 werd een concept-handleiding TOOM opgesteld, waarin ook beleid voor handhaving is beschreven voor vrijwillige en verplichte doormeldingen. In het laatste geval werd dat als advies aan gemeenten geformuleerd, omdat gemeenten bevoegd zijn tot handhaving bij verplichte doormeldingen. Jaarverslag 2013 18 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Ook werd gewerkt aan een regionaal beleid voor bluswatervoorziening. In het Bouwbesluit 2012 is wettelijk vastgelegd dat een bluswatervoorziening beschikbaar moet zijn binnen veertig meter van een object. De regio wil bezien hoe structureel voldaan kan worden aan die wettelijke normen of welke alternatieven mogelijk zijn in de toekomst. Incidentbestrijding De clusters leveren de brandweerzorg vanuit de 36 posten die de regio telt. In de gehele regio samen waren er 4.177 incidenten in 2013, waarvan 2.167 met inzet van een Tankautospuit (TS) met prioriteit 1 (prio-1). De gemiddelde opkomsttijd bij die prio-1-incidenten (verwerkingstijd plus uitruktijd plus rijtijd) bij de eerste TS ter plaatse, varieert per cluster: van 6.58 minuten in Nijmegen tot boven de 9 minuten in de overige clusters. Het verschil is te verklaren door de 24-uursbezetting in Nijmegen, waarbij de uitruktijd logischerwijs lager ligt dan bij opkomst van vrijwilligers. Gemiddeld voor de regio bedroeg de opkomsttijd 9.35 minuten; geselecteerd naar brand 9.26 minuten. In 2013 werd het verandertraject ‘Vakbekwaam blijven’ gestart. Dit traject bestaat uit drie sporen voor de gehele regio: eenduidige registratie van vakbekwaamheid; efficiëntere organisatie van vakbekwaamheid en het op orde brengen van de vakbekwaamheidorganisatie. De eerste stappen om deze doelen in praktijk te brengen, werden gezet door een eenduidige registratie in AG5, een eenduidig oefenprogramma voor de gehele regio en een kwalitatieve slag voor de organisatie die de vakbekwaamheid verder vormgeeft. In 2013 werd een meerjarenbeleidsplan opgesteld voor vakbekwaamheid. Dit plan schetst welke ontwikkelingen en keuzen er nodig zijn om de vakbekwaamheid in de jaren 2014-2017 een stap verder te brengen. Hoofdpunten in dit plan zijn het verhogen van de kwaliteit van vakbekwaam worden en blijven en het versterken van het lerend vermogen van de organisatie (kennisregie). Om het lerend vermogen in de regio te versterken, is een structuur met lokale kennisregisseurs opgezet en zijn incidentgestuurde bijscholingen, leerarena’s en leertafels georganiseerd. De After Action Review, een laagdrempelige evaluatiemethodiek, werd geïntroduceerd en met succes toegepast. In 2013 werd ook het brandonderzoekteam gestart, als onderdeel van een bovenregionale samenwerking. Uit de kennis over oorzaak van brand en de brandontwikkeling kan lering getrokken worden voor maatregelen aan de voorkant of de inzet van incidentbestrijding. Het algemeen bestuur heeft in 2013 het besluit genomen om twee nieuwe blusboten aan te schaffen, die de brandweerzorg op de Waal leveren. De meerkosten die dit in de exploitatie oplevert, zijn als extra bezuinigingstaakstelling meegenomen in de begroting. De blusboten blijven gestationeerd in Tiel en Nijmegen. De Europese aanbesteding voor de levering van deze twee nieuwe blusboten loopt momenteel. Streven is om de blusboten in 2015 operationeel te hebben. In het kader van de bezuinigingstaakstelling werd besloten om het aantal hulpverleningsvoertuigen in de regio te verminderen. In 2013 werd de uitwerking daarvan opgepakt en die is bijna afgerond. Ook in 2013 is het project ‘gaspakken’ gestart. Daarbij wordt bekeken of er mogelijkheden zijn om het aantal gaspakkenteams in de regio terug te brengen van twee naar één. Op het gebied van materiaal en materieel werd in 2013 de lijn van centrale inkoop voortgezet die al in 2012 ontwikkeld was. Ook liep er een project om het onderhoud en beheer van materiaal en materieel efficiënter en effectiever te organiseren. Daarbij wordt gedacht aan een meer centrale inrichting. Jaarverslag 2013 19 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Op het gebied van personeel waren enkele belangrijke zaken: het Bedrijfsopvangteam (nazorg voor de medewerkers) werd anders ingericht, met een uniforme regeling en bijscholing binnen de gehele regio. Het wettelijke verplichte Periodiek Preventieve Medisch Onderzoek (PPMO) voor de manschappen werd in 2013 in de regio ingevoerd. Informatiemanagement, kwaliteitszorg en kennismanagement Speerpunten bij de ontwikkeling naar een lerende organisatie zijn de inrichting van een 'leerarena', het gebruik van brandonderzoek voor het leren van incidenten en branden en het afstemmen en beschrijven van centrale en decentrale brandweerprocessen. Het leeragentschap, waarmee in 2012 is gestart, is in 2013 verder doorontwikkeld. De nadruk voor kwaliteitszorg voor de brandweer in 2013 lag bij de Checkfase van de PDCA-cyclus ( een methode voor continue verbetering volgens de stappen plan-do-check-act). Inzicht in de operationele prestaties is van belang om te kunnen verbeteren. Daartoe werd eind 2013 het zogeheten ‘brandweerdashboard’ opgeleverd. In dit dashboard worden vooralsnog alleen de operationele prestaties weergegeven. Op termijn zal dit worden uitgebreid met bedrijfsvoeringsindicatoren. In 2013 werd gestart met de uitrol van de digitale bereikbaarheidskaarten en de digitale ontsluiting van de planvorming. Geplande activiteiten rondom het materieelbeheer werden in 2013 gedigitaliseerd. Omdat 2013 voornamelijk in het teken stond van het opstarten van diverse projecten in het kader van de doorontwikkeling brandweer, werden er geen audits uitgevoerd. Deze projecten kunnen worden beschouwd als kwaliteitsverbeterslagen. Zodra deze projecten zijn afgerond kan worden gestart met het uitvoeren van audits. Verklaring financieel resultaat Uit de jaarrekening 2013 blijkt dat de brandweer een overschot heeft ten opzichte van de begrote kosten voor 2013. Dit overschot bestaat voornamelijk uit incidentele kostenvoordelen. De verklaring hiervoor ligt in ontwikkelingen die in het eerste jaar van de geregionaliseerde brandweer hebben plaatsgevonden. De brandweer kreeg van het bestuur twee opdrachten mee: een bezuinigingstaakstelling realiseren en de brandweer ontwikkelen tot een robuuste, toekomstbestendige organisatie. Daarvoor is in 2013 een visie op de brandweerzorg ontwikkeld, die nu en in de komende jaren uitgevoerd wordt. Voor de brandweer was 2013 een overgangsjaar, waardoor zeer behoedzaam is omgegaan met uitgaven. De brandweer wil zich nu niet vastleggen op structurele uitgaven voor lange termijn, die in een doorontwikkelde organisatie anders ingezet zouden moeten worden. Daarom zette de brandweer een rem op de uitgaven en zijn uitgaven opgeschort in afweging van wat raadzaam is op korte en lange termijn. Dat heeft ertoe geleid dat op een aantal posten een overschot is ontstaan. Deze zijn incidenteel: wanneer de organisatie zich gaat zetten, zijn die gelden noodzakelijk om structureel invulling te geven aan de doorontwikkelde organisatie. Op hoofdlijn worden de overschotten verklaard door andere invulling van formatie, uitstel van investeringen en herijking van vergoedingen. Hieronder volgt een toelichting. Formatie Een aantal vacatures is bewust niet of na een langere periode (beperkt) ingevuld, omdat de doorontwikkeling van de brandweer kan leiden tot een aangepaste behoefte aan functies en invulling daarvan. Door tijdelijke constructies is de continuïteit van werkzaamheden en dienstverlening geborgd. Door te kijken naar korte en lange termijn en daarmee voorzichtig te manoeuvreren, is een incidenteel overschot ontstaan. Jaarverslag 2013 20 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Daaruit mag niet geconcludeerd worden dat de functies niet meer ingevuld worden, al dan niet in een (iets) gewijzigde vorm. De budgetten blijven nodig om de personele organisatie weer structureel op sterkte te brengen als de doorontwikkeling zijn uitwerking krijgt. Investeringen De kapitaallasten van de brandweer vallen lager uit dan in de begroting voorzien. Twee factoren verklaren dat: 1. Door ook op dit punt zeer kritisch te kijken naar uitgaven en deze ook uit te stellen in het licht van de doorontwikkeling van de brandweer (brandweer zorgplan, bezetting op maat, uniformering, centrale inkoop) is een incidenteel overschot ontstaan. 2. Begrote investeringen (zowel die nog vóór regionalisering gedaan zouden moeten worden, als investeringen daarna) zijn uitgesteld omdat een nieuwe investeringsplanning wordt opgesteld die aansluit bij de doorontwikkeling. De kapitaallasten komen nu dus incidenteel lager uit, maar de komende jaren moet mede door het eerdere uitstel fors geïnvesteerd worden. Of het investeringsbudget daarvoor toereikend is, moet nog bezien worden. Een nieuw meerjarig investeringsplan is in het najaar van 2014 gereed. Vergoedingen Op het gebied van vergoedingen voor het personeel spelen twee zaken: 1. Wijzigingen in een aantal vergoedingen, in het kader van harmonisering van de vergoedingsregelingen binnen de regio, hebben in 2013 geleid tot een voordeel. Dit proces is nog niet afgerond: er is nog een aantal functies waarvoor de regelingen aangepast worden en die meer budget vragen. Het overschot van nu is daarom niet structureel: er moet ruimte blijven om de vergoedingsregelingen als geheel en in samenhang afgerond te hebben, voordat de definitieve balans opgemaakt kan worden. 2. Alle gemeentelijke brandweren hadden risico’ per cluster opgenomen in de begroting om mogelijke tegenvallers te dekken, vooral voor vergoedingen van vrijwilligers. Deze zijn immers per jaar anders door het wisselende aantal uitrukken en de duur daarvan. De cumulatie van deze reserves in een regiobegroting, levert een gezamenlijk voordeel op. Daarom is deze post al voor een deel in de bezuinigingstaakstelling voor 2015 opgenomen (herijking van de begroting). Het overschot van dit eerste jaar is echter nog niet maatgevend, omdat het nog ontbreekt aan voldoende inzicht in de achterliggende redenen van deze onderuitputting en er nog geen sprake is van een trend. Opleiden en oefenen 1. Landelijk is het functie en rangenstelsel aangepast. Op basis van kwalificatiedossiers zijn daarmee opleidingen komen te vervallen, aangepast of compleet nieuwe opleidingen geïntroduceerd. Om aan deze nieuwe eisen te voldoen is personeel aangemeld voor opleidingen. In de afgelopen jaren bleken nog niet alle opleidingen volledig ontwikkeld te zijn en sommige opleidingen zijn nog steeds niet beschikbaar. Vanuit het landelijke project ‘Versterking Brandweeronderwijs’ wordt aangegeven dat er de komende jaren nog ingrijpende veranderingen zullen plaatsvinden. Dit zal de kwaliteit ten goede gaan komen, maar dit zal voor het goed begroten en koppelen aan beleid wederom om tussentijdse bijstellingen gaan vragen. 2. Binnen Gelderland-Zuid wordt de oefenorganisatie onder het motto “de basis op orde” efficiënter, doelmatiger en werkbaar ingericht. Dit gebeurt op drie sporen: - Terug naar een werkbaar oefenpakket: goed voorbereiden op de basisbrandweerzorgtaken en alle ballast eruit proberen te Jaarverslag 2013 21 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid - - halen; Investeren in de oefen(ondersteunings)organisatie, waarbij wordt gestuurd op kwaliteit en kerninstructeurs die actueel blijven op hun vakgebied. (Niet iedere instructeur hoeft alles te kennen en kunnen). Een goede regio brede oefenregistratie om op kwaliteit en verantwoording te kunnen sturen. Sturen op de geoefendheid van personen en ondersteuning bieden op onderwerpen waar aandacht nodig is. Door bovenstaande ontwikkelingen zijn oude investeringen ‘on hold’ gezet om zodoende niet tot desinvesteringen te komen. Er is veel tijd en capaciteit gemoeid geweest met het inrichten van de nieuwe oefenorganisatie en het opstellen van een nieuw meerjarenbeleidsplan ‘Vakbekwaamheid en kennis’. Hierbij is aangesloten op het landelijke project ‘Versterking Brandweeronderwijs’. In het beleidsplan staan diverse voornemens verwoord die het opleidings- en oefenprogramma de komende jaren stapsgewijs brengen naar heldere kaders waarop gestuurd kan worden volgens eenduidige metingen en registraties. De ontwikkeling van metingen en registraties wordt vanaf 2014 verder opgepakt. Omdat het nieuwe beleid pas laat in 2013 van start kon gaan bleef er incidenteel geld over. Omdat opleidingen vaak medio september starten zal het ook in de toekomst lastig blijven om (financieel) bij te sturen als opleidingen en trainingen worden verschoven of afgezegd omdat er te weinig inschrijvingen zijn. Veelal verschuiven deze opleidingen dan naar een volgend jaar. Een andere belangrijke factor is de cursist zelf. Vrijwilligers kunnen de opleidingen soms niet op een specifiek moment gaan volgen vanwege hun hoofdbetrekking en het beroepspersoneel is gebonden aan roosters. Voor beide geldt dat zij gebonden zijn aan het arbeidstijdenbesluit. Uiteraard speelt ook de paraatheid binnen de clusters door afwezigheid van cursisten een rol. Het doel van het ontwikkelde meerjarenbeleid is onder andere dat geschoven kan worden met prioriteiten als opleidingen en trainingen geen doorgang kunnen vinden. Jaarverslag 2013 22 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 2.7 Overzichten 2.7.1 Inzetten GHOR Inzetten GHOR Realisatie 2013 Voorzienbare inzetten GHOR bij grootschalige evenementen (coördinatie) Onvoorzienbare inzetten GHOR bij incidenten 2.7.2 25 120 OvDG inzetten (58 in Oost en 62 in West), waarvan 20 GRIP 1 en 2 GRIP 2. Alle door de VRGZ uitgebrachte adviezen en verrichte toetsingen (risicobeheersing) Advisering en toetsing Realisatie 2013 Adviezen bestemmingsplannen door Regionale brandweer GHOR (op geneeskundige aspecten) Zie hierna bij advisering externe veiligheid Adviezen ten behoeve van (grootschalige) evenementen door GHOR (geneeskundig) Veiligheidsbureau - ondersteuning bij lokaal evenementenbeleid 90 Paardenmarkt Hedel, Appelpop Tiel, Bloemencorso Tiel, Emporium Wijchen, Vierdaagsefeesten Nijmegen, Vierdaagsemarsen Nijmegen e.o., Zevenheuvelenloop Nijmegen, Jaarwisseling Advisering in het kader van externe veiligheid gemeentelijke diensten (ondersteuning, incl. advisering bestemmingsplannen) Totaal ruimtelijke ordening (inclusief milieuvergunningen, transport gevaarlijke stoffen, groepsrisico verantwoording vuurwerk 8 57 BRZO '99 en ARIE besluit inspecties opstellen inspectierapporten 11 11 Toetsing milieu- en bouwplannen 33 Jaarverslag 2013 23 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 2.7.3 Alle planvorming door de VRGZ (incidentbestrijding) Planvorming Realisatie 2013 Rampbestrijdingsplannen vastgesteld voorbereid 2 (NXP Nijmegen en Agro Buren Tiel) 3 Nefco Tiel, Sachem Zaltbommel en Kuehne & Nagel Tiel) Multidisciplinaire coördinatieplannen actualiseren procedures en implementeren Monodisciplinaire coördinatieplannen GHOR opstellen c.q. actualiseren Monodisciplinaire inzetprocedures actualiseren (GHOR) actualiseren procedures en implementeren (brandweer) Monodisciplinaire opleidings- en oefenplannen (GHOR en brandweer) Modelrampenplan / regionaal crisisplan actualiseren procedures en implementeren Oefenbeleidsplannen / oefenjaarplannen opstellen Procedures crisisbeheersing geactualiseerd en geïmplementeerd 2.7.4 Jaarwisseling, Treinincidentmanagement, Vaarwegincidentmanagement, Snelwegincidentmanagement 15 3 1 1 Het Team Bevolkingszorg is per 1 april 2013 operationeel geworden. Het vervangt daarmee de gemeentelijke rampenmanagementteams. Het multidisciplinair beleidsplan opleiden, trainen, oefenen, borgen is met een jaar verlengd. Er is een multidisciplinair oefenjaarplan en een jaarplan bevolkingszorg. Landelijk CrisisManagementSysteem (LCMS), SlachtofferInformatieSystematiek Alle OTO activiteiten van de VRGZ (incidentbestrijding) Opleiden, trainen en oefenen Realisatie 2013 Repressieve opschalingsfuncties (GHOR) aantal opgeleide functionarissen aantal geoefende functionarissen Specialistische eenheden (GHOR) aantal opgeleide functionarissen aantal geoefende functionarissen Basisopleidingen rampenbestrijding 17 32 2 34 3 Jaarverslag 2013 24 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Alarmeringsoefeningen 3 keer Communicator, 1 keer NATVIR (Nationale test verbindingen inzake rampenbestrijding) Gemeentelijke rampenmanagementteam trainingen Operationele geoefendheid Regionaal beleidsteam (RBT) Regionaal operationeel team (ROT) Commando plaats incident (CoPI) - oefendagen 3 oefeningen sectie bevolkingszorg 6 3 - CoPI-middagen Oefeningen meetploegen pelotons Ongeval Gevaarlijke Stoffen (OGS) Bedrijfsbezoeken door regionaal officier gevaarlijke stoffen (ROGS) Bijscholingen ROGS/meetplanleider (MPL) Individuele trainingen ROGS MPL Interregionale trainingen Adviseur gevaarlijke stoffen (AGS) Testen waarschuwingsalarmsysteem Jaarverslag 2013 10 (50 oefeningen) 2 11 3 3 3 4 per persoon 2 persoon 2 11 25 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 2.7.5 Aantal GRIP incidenten 2013 In 2013 zijn er in Gelderland-Zuid 25 GRIP-incidenten geweest: - 22 keer GRIP 1 - 3 keer GRIP 2 Figuur 3: Overzicht GRIP-incidenten Figuur 4 GRIP incidenten per maand in de jaren 2011 tot en met 2013 Jaarverslag 2013 26 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Figuur 5: Percentuele verdeling GRIP-incidenten 2013 over de regio Jaarverslag 2013 27 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 3 Programma Regionale Ambulance Voorziening (RAV) Wat is het De RAV is een professionele aanbieder van ambulancezorg en werkt nauw samen met andere partners in de ketens van de spoedeisende zorg en de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen. De RAV bestaat uit een ambulancedienst en een meldkamer ambulancezorg. De RAV richt zich op het zo snel en efficiënt mogelijk behandelen van verzoeken om inzet van ambulances alsmede het uitvoeren van patiëntenvervoer. Daarbij wordt zoveel mogelijk gestreefd naar het realiseren van de landelijk geldende normen, zoals een maximale responstijd van vijftien minuten, en een gemiddelde meldtijd van twee minuten. Wat willen we bereiken Het zo snel en efficiënt mogelijk behandelen van verzoeken om inzet van ambulances alsmede het uitvoeren van patiëntenvervoer. Wat hebben we gedaan Aanrijtijden In de afgelopen jaren is een stijgende tendens waar te nemen voor wat betreft de prestaties van de ambulancedienst. In 2013 verbeterden de meldtijden, de uitruktijden en de aanrijtijden ten opzichte van 2012. Ondanks een lichte stijging van het aantal spoedritten werd in 2013, net als in 2012, de norm van 95% van de spoedritten binnen 15 minuten ter plekke gerealiseerd. De meldkamer wist in 2013 een verdere reductie van de aannametijd te bewerkstelligen en droeg onder andere door de toepassing van dynamisch ambulancemanagement bij aan een verkorting van de rijtijden. Bij de ambulancedienst was sprake van een verkorting van de uitruktijd, naast een verkorting van de rijtijd. Per saldo daalde de gemiddelde responstijd van 09:25 naar 09:11 minuten. Het streven meer spoedritten binnen 15 minuten te realiseren kan ertoe leiden dat er een verslechtering van de aanrijtijd optreedt in die gebieden waar de aanrijtijden al kort zijn. Dit is in 2012, net als in voorgaande jaren, niet het geval geweest. De verbeteringen zijn gerealiseerd door een verkorting van de langere aanrijtijden, onder behoud van de bestaande korte aanrijtijden. De verbeteringen in het A1-vervoer gingen evenmin ten koste van het A2-vervoer. In 2013 werd 97,50% van de A2-ritten binnen de norm van 30 minuten afgelegd. Het B-vervoer is in 2013 kwantitatief en kwalitatief verder opgewaardeerd door respectievelijk het aantal inzetbare uren te vergroten en het werven en opleiden van personeel specifiek voor B-vervoer. Het aantal B-vervoeren is in 2013 enigszins gedaald ten opzichte van 2012. Invoering nieuwe triage methodiek meldkamer ambulancezorg In 2013 is een nieuwe triage methodiek op de meldkamer ambulances geïntroduceerd. Triage is het bepalen van de juiste urgentie en zorginzet op het moment dat er een melding binnenkomt. Deze methodiek (NTS, Nederlandse Triage Standaard) is specifiek ontwikkeld ten behoeve van alle instellingen in de gezondheidszorg. Het ministerie van VWS is initiatiefnemer. Met deze methodiek wordt beoogd dat het uitvragen van meldingen door ambulancediensten, ziekenhuizen en huisartsen op zodanige wijze gebeurt dat alle beroepsgroepen elkaars triageresultaat kunnen begrijpen en interpreteren. Het NTS wordt ondersteund door een geautomatiseerd systeem. Eind 2013 was het NTS ingevoerd op de meldkamers van zowel de ambulancedienst als van de huisartsenpost Nijmegen. Verbeteren planning zorgambulances In de afgelopen jaren is het aantal meldingen op de MKA dusdanig gestegen dat op piekmomenten het aantal aanvragen te omvangrijk is om door twee centralisten te kunnen worden afgehandeld. In de loop van 2013 is gestart met een meldkamercentralist die zich enerzijds richt op ondersteuning van de collega’s tijdens piekmomenten en zich anderzijds richt op het verbeteren van de planning Jaarverslag 2013 28 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid van de zorgambulances. De meldkamerformatie is met 1,5 FTE uitgebreid, zodat nu vijf dagen per week een planner beschikbaar is voor de zorgambulances. Met een juiste, protocollaire indicatiestelling voor toe- en afwijzen van deze vorm van zorg en door gebruik te maken van een planmodule worden de beschikbare voertuigen optimaal ingezet. Daardoor wordt slechts bij uitzondering gebruik gemaakt van een ambulance voor het niet-planbare spoedvervoer. In de loop van 2013 is de applicatie geoperationaliseerd op de meldkamer van de RAV en zijn de gebruikers en ketenpartners respectievelijk geschoold en geïnstrueerd. Sinds het derde kwartaal is de module daadwerkelijk in gebruik. Uitvoeren huisvestingsplan De infrastructuur binnen de regio is voortdurend aan veranderingen onderhevig. Dit maakt het noodzakelijk om te blijven monitoren of standplaatsen nog wel optimaal zijn gelegen. Op basis van een in 2005 ontwikkeld logistiek model voor de regio Gelderland-Zuid wordt jaarlijks de huisvestingssituatie bekeken met zorgverzekeraars. In 2013 zijn de benodigde voorbereidingen getroffen voor de laatste fase van uitvoering van het huisvestingsplan, door de voorbereiding van nieuwbouw op locaties in Beuningen en Rumpt. In 2013 zijn de planologische procedures doorlopen, is grond verworven en zijn aanbestedingen gehouden. In de loop van 2014 zal de nieuwe huisvesting worden opgeleverd. Naar verwachting heeft de nieuwe huisvesting een positieve invloed op de aanrijtijden in de regio Rivierenland. Besteding stimuleringsmiddelen voor Opleiden, Trainen en Oefenen (OTO) In het kader van het convenant ter verbetering van de zorgsector op hulpverlening tijdens rampen en crises heeft het ministerie van VWS eind 2008 besloten om jaarlijks € 10 miljoen beschikbaar te stellen voor de partners in de Acute zorg. Doel is de onderlinge samenwerking verder te optimaliseren. Dit bedrag wordt jaarlijks verdeeld over de ziekenhuizen die zijn erkend als traumacentrum. In dit kader ontving de RAV in 2013 een subsidie ten behoeve van het uitvoeren van OTO. Samenwerking met RAV Gelderland-Midden In 2013 is de samenwerking met de RAV Gelderland-Midden verder uitgebreid. Doel hiervan is tot een betere, efficiëntere en goedkopere ambulancehulpverlening te komen. Belangrijke aandachtsgebieden hierbij zijn onderlinge uitwisseling van materieel en personeel, verbeterde dekking in de grensgebieden, efficiëntere scholing en opleiding en beter geborgd medisch management. In 2013 is een belangrijk accent gelegd op gemeenschappelijke scholing. Eind 2013 hebben de Opleidingscoördinatoren van Gelderland-Zuid en Gelderland-Midden gezamenlijk de aanvraag bij het College voor Zorgopleidingen (CZO) ingediend om te worden aangemerkt als erkende zorgopleiding. Begin 2014 wordt hierover besloten. Medisch wetenschappelijk onderzoek Sinds enkele jaren zijn tussen de RAV Gelderland-Zuid, de RAV GelderlandMidden en het UMC St. Radboud afspraken gemaakt over het gezamenlijk verrichten van medisch-wetenschappelijk onderzoek. In dit kader heeft de RAV Gelderland-Zuid ook in 2013 medewerking gegeven aan het uitvoeren van onderzoek. Deze medewerking betreft zowel onderzoek naar behandelmethoden in de ambulance, als onderzoek met behulp van door de RAV gegenereerde patiëntengegevens. In 2013 was de medisch manager ambulancezorg medeauteur van een artikel dat verscheen in het prestigieuze New England Journal of Medicine. Hiernaast verschenen diverse artikelen in andere vakliteratuur. Klanttevredenheidsonderzoek In 2013 is een CQI (consumer quality index) onderzoek uitgevoerd binnen de ambulancezorg in Nederland. CQI-onderzoek is een door een externe organisatie uitgevoerd en gevalideerd onderzoek naar patiënt tevredenheid. Dergelijk Jaarverslag 2013 29 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid onderzoek is gangbaar binnen de gezondheidszorg. Uit de in begin januari 2014 gepubliceerde resultaten blijkt ambulancezorg landelijk gezien een rapportcijfer van 9,0 te krijgen. De RAV Gelderland-Zuid scoorde in dit onderzoek een overall rapportcijfer van 9,2. De meldkamer scoorde gelijk aan het landelijk gemiddelde, te weten een 8,4. Meer gedetailleerde verantwoording In het kader van de Kwaliteitswet Zorginstellingen publiceert de RAV GelderlandZuid jaarlijks een kwaliteitsjaarverslag, waarin een uitgebreide cijfermatige verantwoording van de cijfers is opgenomen. Het meest recente exemplaar is te raadplegen op www.vrgz.nl Jaarverslag 2013 30 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 4 Paragrafen 4.1 Weerstandsvermogen en risicobeheersing In juni 2012 nam het algemeen bestuur een aantal besluiten over dit onderwerp. Zij besloot met de betrekking tot de reserves om: de norm voor een algemene reserve voor ‘Crisis- en Rampen’, inclusief brandweer, te bepalen op maximaal 5% van de omzet (dit was 8%); als ondergrens voor de algemene reserve voor ‘Crisis- en Rampen’, inclusief brandweer, een bedrag te bepalen van € 1.250.000,-. Onder deze grens moeten gemeenten, na een daartoe strekkend besluit van het algemeen bestuur, bijbetalen. Dit om te borgen dat de VRGZ over voldoende liquide middelen kan beschikken om aan haar normale betalingsverplichtingen te kunnen voldoen; de normale regels voor het treffen van bestemde reserves en voorzieningen te hanteren en in begrotingen en jaarrekeningen zichtbaar te maken welke kosten hiermee gemoeid zullen zijn of gemaakt zijn; voor het programma RAV de ontwikkelingen binnen de zorgsector te volgen. De minimale norm voor reserves is 10% van de omzet en de streefwaarde is 15% van de omzet (dit was 8% zonder onderscheid van een minimale norm en een streefnorm); door te gaan met periodieke inventarisatie van risico's en daar zo nodig ook tussentijds melding van te maken richting gemeenten. Het bestuur besloot voorts om opdracht te geven om een nieuwe afgewogen nota over reserves, risico's en weerstandscapaciteit op te stellen in 2014, inclusief de uitwerking van criteria voor bepaling van een voldoende kwaliteitsniveau van de verschillende diensten. Eind 2013 is gestart met een verdiepingstraject voor risico-inventarisatie binnen de hele organisatie. Deze inventarisatie zal ten grondslag komen te liggen aan de nota die in 2014 wordt uitgebracht. In deze jaarstukken wordt nog voortgeborduurd op de oude methode en wordt nog geen gebruik gemaakt van organisatie-brede risico-inventarisatie. 4.2 Weerstandsvermogen 4.2.1 Programma Crisis- en Rampenbestrijding Eind 2013 is de stand van de algemene reserve voor Crisis en Rampenbestrijding als volgt: (Bedragen * € 1.000,-) Crisis- en Rampenbestrijding Norm 5% van de omzet programma C&R Algemene Reserve Rampenbestrijding Percentage eigen vermogen van de omzet Realisatie 2013 2.033 2.033 5,0% Bestemde reserves worden niet meegenomen in deze toetsingstabel van het eigen vermogen. Bij de gepresenteerde cijfers wordt er van uitgegaan dat de voorstellen voor bestemming van het resultaat 2013 door het bestuur worden overgenomen. In de begroting 2015, meerjarenraming 20162018 zal een geactualiseerd meerjarig beeld van de algemene reserve worden geschetst. Jaarverslag 2013 31 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 4.2.2 Programma RAV De reserves van zorginstellingen zijn bedoeld om algemene risico’s op te vangen en zijn tevens bedoeld om schommelingen in het jaarresultaat op te vangen. (Bedragen * € 1.000,-) Reserves aanvaardbare kosten MKA en RAV De minimale norm is 10% van de omzet De streefwaarde is 15% van de omzet Reserve aanvaardbare kosten Percentage eigen vermogen van de omzet Raming 2017 1.804 2.706 2.354 13,0% Raming 2016 1.804 2.706 2.582 14,3% Raming Begroting Realisatie 2015 2014 2013 1.804 1.804 1.778 2.617 2.706 2.666 2.795 3.073 3.400 15,5% 17,0% 19,1% Er wordt in de komende jaren meer besteed aan ambulancezorg. De streefwaarde van 15% van de omzet als omvang van de reserve wordt in deze cijfermatige doorkijk vanaf 2016 niet meer gehaald. Daarom zal de sector RAV in haar nieuwe begroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 het uitgavenpatroon aan moeten passen om de streefwaarde van 15% te kunnen realiseren. 4.3 Risicobeheersing Vanaf begin 2014 wordt binnen de organisatie extra aandacht besteed aan risicobewustzijn en risicomanagement. Hierbij krijgen risico-“eigenaren” de verantwoordelijkheid om in beeld te brengen en te houden welke acties volgen om risico’s te beheersen of om te beschrijven waarom risico’s geaccepteerd (moeten) worden. Dit zal medio 2014 leiden tot een nieuwe nota risico-inventarisatie en weerstandsvermogen, waarna er periodiek zal worden gerapporteerd aan het bestuur en deelnemende gemeenten. In deze jaarstukken worden de risico’s nog gepresenteerd in de oude stijl. Dit betekent dat de belangrijkste risico’s in dit hoofdstuk kort worden geschetst en dat een risico-inventarisatie in de bijlagen bij deze jaarstukken beschikbaar is, waar de risico’s zo mogelijk ook financieel worden gekwantificeerd. Als alle geïdentificeerde risico's zich tegelijk zouden voordoen is daar bijna € 10 miljoen mee gemoeid. De algemene reserve van het programma Crisis- en Rampenbestrijding kan 51% van de risico's van dat programma afdekken. Voor het programma RAV is dat percentage 61%. Niet alle risico’s zullen zich tegelijkertijd voordoen. 4.3.1 Schaalvergroting meldkamers Het aantal meldkamers wordt teruggebracht van 25 naar 10. De meldkamer van de regio GelderlandZuid wordt geïntegreerd in de nieuwe meldkamer Oost-Nederland. Rondom dit onderwerp is nog veel onduidelijk. Er wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met deze ontwikkeling door investeringen uit te stellen en door samen te werken met andere meldkamers. Desalniettemin moet er voor de toekomst rekening gehouden worden met frictiekosten omdat in de regio Oost-Nederland vijf meldkamers worden samengevoegd en als nieuwe locatie Apeldoorn is aangewezen. Ter voorbereiding op de samenvoeging van 25 naar 10 meldkamers zullen de nu nog op verschillende manieren ingerichte werkprocessen op de meldkamers landelijk geüniformeerd moeten worden, terwijl de huidige meldkamers operationeel blijven. De daarvoor benodigde extra personele capaciteit is niet voorzien in de begroting. 4.3.2 Herijking BDUR Medio 2014 wordt een onderzoek gestart naar de verdeling van rijksuitkeringen voor Openbare Orde en Veiligheid. Het ministerie van Veiligheid en Justitie zal bij de verdeling van de rijksbijdrage BDUR de methode van de uitkering gemeentefonds volgen. Bekendmaking van de uitkomst van het onderzoek is voorzien in de BDUR-circulaire juni 2015. Herverdeling van middelen zal dan vanaf 2016 van kracht kunnen worden. Er zijn landelijk geen middelen beschikbaar om herverdeeleffecten op te vangen. Jaarverslag 2013 32 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 4.3.3 Afspraken met vakbonden en personeel Afgesproken is om een eventuele hogere inschaling ten gevolge van de implementatie van een nieuwe functiebeschrijvings- en waarderingsmethode voor individuele medewerkers met terugwerkende kracht tot 1 januari 2013 te laten ingaan. Dit impliceert een risico voor hogere kosten met terugwerkende kracht. 4.3.4 Onregelmatigheidstoeslag tijdens vakantie Binnen een aantal sectoren waar onregelmatig wordt gewerkt, worden procedures gevoerd door personeelsleden omdat er tijdens vakanties van het personeel geen onregelmatigheidstoeslag wordt betaald. Dit is voor personeelsleden van de ambulancesector ook aanleiding geweest om bezwaar te maken tegen het niet betalen van onregelmatigheidstoeslag tijdens hun vakantie. Momenteel is nog niet te voorspellen op welk moment eventuele procedures duidelijkheid zullen bieden over dit onderwerp. 4.3.5 Btw-druk in de begroting van de Veiligheidsregio Nu de btw-compensatie voor de taken van Veiligheidsregio’s is afgeschaft wordt de rijksbijdrage vanaf 2014 verhoogd met de btw-component. Er is onvoldoende historische informatie beschikbaar om te kunnen beoordelen of de rijks-compensatie voldoende is. 4.3.6 Aansprakelijkheid bodemverontreiniging De VRGZ is aansprakelijk gesteld voor het ontstaan van eventuele bodemverontreiniging door het verplaatsen van afval tijdens brandbestrijding. 4.3.7 Doorontwikkeling Brandweer De ervaring bij de meeste veiligheidsregio's waar de brandweer is geregionaliseerd leert dat in de eerste jaren na regionalisering allerlei financiële bijstellingen aan de orde kunnen zijn. Het jaarresultaat 2013 laat zien dat deelbudgetten opnieuw gerangschikt moeten worden en dat er in 2013 incidenteel minder is uitgegeven dan begroot. Eind 2013 is een onderzoek gestart naar een nieuw meerjarig investeringsprogramma. Dit wordt in het najaar van 2014 afgerond. 4.3.8 Overdracht van kazernes De overdracht van de brandweerkazernes naar de VRGZ zal gefaseerd plaatsvinden. In december 2013 zijn 15 brandweerkazernes waarbij btw-herziening van toepassing is, overgedragen aan de VRGZ. In de loop van 2014 worden meer kazernes overgedragen aan de VRGZ en worden de lasten die daarmee samenhangen geïnventariseerd. Het is de bedoeling dat de gemeenten hun budgetten vanaf 2015 overdragen aan de Veiligheidsregio. In 2014 wordt een plan ontwikkeld voor inrichting van een facilitaire dienst bij de Veiligheidsregio, inclusief inkoopfunctie. 4.3.9 Werkkostenregeling Vanaf 2015 wordt invoering van de werkkostenregeling verplicht. Onder die regeling mogen werkgevers een maximaal percentage van het totale fiscale loon besteden aan onbelaste vergoedingen aan hun personeel. Als het maximale percentage wordt overschreden moet 80% belasting worden betaald over de overschrijding. Er is niet bekend hoe deze nieuwe regeling voor de VRGZ zal uitpakken. Uit landelijk onderzoek blijkt dat de werkkostenregeling financieel negatief uitpakt voor organisaties met relatief veel vrijwilligers. 4.3.10 Economische crisis De economische crisis heeft al geleid tot kortingen op de budgetten van het rijk, gemeenten en zorgverzekeraars en tot niet voorziene stijging van sociale lasten en pensioenpremies. Omdat de economische crisis aanhoudt, kunnen nieuwe maatregelen van kracht worden waarmee geen rekening is gehouden. Jaarverslag 2013 33 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 4.3.11 Verzekerde risico's De algemene risico's van wettelijke aansprakelijkheid, de inboedel, het wagenpark en het materieel zijn verzekerd. Dit geldt niet voor ziekte en werkloosheid van de medewerkers. Vanaf 1 januari 2013 worden gemeentelijke verzekeringen voor materieel en personeel door de VRGZ als contractpartner gecontinueerd in plaats van de gemeenten. Een aanbestedingsprocedure voor de Veiligheidsregio loopt en wordt in 2014 afgerond. 4.3.12 Spreiding en beschikbaarheid ambulances Het Landelijk Referentiekader Spreiding en Beschikbaarheid Ambulancezorg is begin 2013 herijkt. Verwachting is dat het referentiekader iedere twee jaar herijkt zal gaan worden. Herijking van het referentiekader kan een aanpassing tot gevolg hebben op het aantal standplaatsen en ambulances dat is toegewezen en het hiermee samenhangende budget. Eventuele aanpassingen in het budget worden altijd met zorgverzekeraars afgestemd. 4.3.13 Functiewaarderingsystematiek CAO ambulancezorg In de sector-cao ambulancezorg is de afspraak gemaakt om in de eerstvolgende CAO de overgang te maken naar een nieuwe functiebeschrijvings- en waarderings-systematiek. Het risico hiervan is dat hieruit een hogere inschaling van het personeel kan volgen. 4.4 Btw-compensatiefonds en btw-verrekening gemeenten 4.4.1 Btw-compensatiefonds Voor de ‘oude’ regionale brandweer is in 2013 (voor het laatste jaar) de transparantieregeling van toepassing. Dit betekent dat de btw die door de ‘oude’ regionale brandweer is betaald, bij de gemeenten voor compensatie in aanmerking komt. Voor 2013 kwam het bedrag aan compensabele btw uit op € 339.416,-. 4.4.2 Btw-verrekening gemeenten De btw op de gemeentelijke brandweertaken kan in 2013 door gemeenten nog voor 100% worden gedeclareerd bij het btw-compensatiefonds. Deze btw last werd voor 2013 geschat op € 923.000,- en meegenomen in het voorschot voor de gemeentelijke bijdrage 2013. De btw-last was in werkelijkheid € 815.000,-. De btw op investeringen van de gemeentelijke brandweertaken was over 2013 € 253.000,-. Hiervoor werd geen voorschot in rekening gebracht. Het verschil van (€ 815.000,- plus € 253.000,-) minus het voorschot van € 923.000,- wordt verrekend met gemeenten, 4.5 Verbonden partijen De VRGZ werkt intensief samen met de politie Gelderland-Zuid (vanaf 1 januari 2013 politiedistrict Gelderland-Zuid onder politieregio Oost-Nederland) voor wat betreft de gemeenschappelijke meldkamer. Ditzelfde geldt voor de samenwerking met de GGD Gelderland-Zuid op het gebied van post en archief, ICT, personeel en organisatie en financiële planning en control. Er is geen sprake van een verbonden partij in die zin dat de veiligheidsregio risico's draagt die vanuit de andere partij worden veroorzaakt. Wel zijn er kosten gemoeid met het verbreken van het samenwerkingsverband. 4.6 Investeringsbegroting en kapitaalgoederen Een overzicht van de geplande en gerealiseerde investeringen is opgenomen in de bijlagen bij dit jaarverslag. In zijn algemeenheid worden kapitaalgoederen van de VRGZ onderhouden en vervangen na afloop van de economische levensduur. Tot het moment van aanschaf van twee nieuwe blusboten voor de risicobeheersing op het water in 2015, worden beide huidige blusboten onderhouden. Daarbij beperkt het onderhoud zich tot een minimum en wordt alleen het hoogst noodzakelijke onderhoud voorzien. Jaarverslag 2013 34 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 4.7 Wet Houdbare overheidsfinanciën De wet Houdbare overheidsfinanciën (wet Hof) bevat begrotingsregels voor de decentrale overheden provincies, gemeenten (incl. gemeenschappelijke regelingen) en waterschappen. Zij hebben andere regels dan het rijk voor hun boekhouding: de begroting moet sluitend zijn, zij sparen voor het doen van investeringen of bekostigen het direct uit de reserves en 'smeren' investeringsuitgaven' uit over meerdere jaren door deze te activeren. Door een verschil in boekhoudstelsels tussen rijk en decentrale overheden provincies, gemeenten en waterschappen worden investeringen als tekortvergroting voor het EMU-saldo aangemerkt. Met de wet Hof gaat per jaar een macroplafond gelden voor het EMU-tekort van alle gemeenten samen. 4.8 Treasury De hoeveelheid geld die nodig is voor de uitvoering van de verschillende taken van de organisatie wordt beheerd door de treasuryfunctie. Werkwijze, taken en verantwoordelijkheden zijn vastgelegd in het treasurystatuut. Dit statuut is op 19 mei 2011 door het algemeen bestuur vastgesteld. De veiligheidsregio voert een risicomijdend beleid. De veiligheidsregio voldeed in 2013 aan wet- en regelgeving. 4.8.1 Schatkistbankieren Half december 2013 is het schatkistbankieren voor decentrale overheden ingegaan. Schatkistbankieren houdt in dat tegoeden worden aangehouden in de Nederlandse schatkist. Hierdoor zal de Nederlandse staat minder geld hoeven te lenen op de financiële markten en zal de staatsschuld dalen. 4.8.2 Risicobeheer Het verstrekken van leningen en garanderen van rente en aflossing van leningen is de veiligheidsregio niet toegestaan. 4.8.3 Kasgeldlimiet Jaarlijks geeft het ministerie aan welk bedrag mag worden gefinancierd met kortlopende geldleningen; de kasgeldlimiet. In 2013 is dit 8,2% van het begrotingstotaal met een minimum van € 300.000,-. Als de kasgeldlimiet structureel wordt overschreden, moet de kortlopende schuld worden omgezet in een langlopende schuld. In 2013 blijft de veiligheidsregio binnen de norm voor de kasgeldlimiet. Kasgeldlimiet (bedragen x € 1.000,-) Omvang begroting per 01-01-2013 (= grondslag) In procenten van de grondslag Toegestane kasgeldlimiet 58.002 8,20% 4.756 1e kwrt 2e kwrt 3e kwrt 4e kwrt Totaal netto vlottende schuld 9.311 -4.499 -4.447 -7.657 Toegestane kasgeldlimiet 4.756 4.756 4.756 4.756 14.067 257 309 -2.901 Ruimte 4.8.4 Renterisiconorm Om ongewenste financiële gevolgen van rentewijzigingen te beperken, geeft het ministerie ook jaarlijks een renterisiconorm aan. Deze renterisiconorm geeft de omvang van de schuld weer die in een jaar maximaal voor renteconversie in aanmerking mag komen. In 2013 is dit een percentage van 20% van het begrotingstotaal, met een minimum van € 2.500.000,-. De uitkomst hiervan mag niet overschreden worden zodat een spreiding van de opgenomen leningen, looptijden en rente-aanpassingsdata en een eventueel hieruit voortvloeiende rentewijziging ontstaat. Jaarverslag 2013 35 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid In 2013 bleef de VRGZ binnen de norm van de wet Fido. In 2013 werd op basis van een financieringsplan, in verband met de groei van de organisatie, een lening aangetrokken. Tevens werd er een lening aangetrokken voor de aanschaf van 15 kazernes. In 2014 en 2015 wordt er verder bij-geleend. Renterisiconorm (bedragen x € 1.000,-) 1 Renteherziening op lening o/g 0 2 Betaalde aflossingen 0 3 Renterisico (1+2) 0 4 Begrotingstotaal 2013 58.002 Bij Min. Regeling vastgestelde % 5 Renterisiconorm 20,00% 11.600 Toets renterisiconorm 6 Ruimte (+) c.q. overschrijding (-) 4.9 11.600 Bedrijfsvoering In 2013 heeft een evaluatie van de dienstverlening van de ondersteunende diensten aan de GGD Regio Nijmegen plaatsgevonden. Deze dienstverlening werd per 1 juli 2013 ook geleverd aan de GGD Gelderland-Zuid, de gefuseerde GGD Regio Nijmegen en GGD Rivierenland. Door de regionalisering van de brandweer per 1 januari 2013 en als gevolg van de fusie van de GGDen Regio Nijmegen met de GGD Rivierenland per 1 juli 2013 zijn de ondersteunende afdelingen van de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid (VRGZ), die de ondersteuning voor zowel VRGZ als GGD verzorgen, gegroeid in de uitvoering van de taken en in formatieomvang .Het gaat om de ondersteunende afdelingen Financiële Planning & Control, P&O, Facilitaire Zaken en ICT. Deze veranderingen zijn aanleiding geweest om de inrichting en positionering van de ondersteunende afdelingen alsmede de huidige staffuncties en de beleidsfuncties binnen de sectoren te heroverwegen. De inrichting van de genoemde organisatieonderdelen is gebaseerd op inrichtings- en sturingsprincipes die in de concept-bedrijfsvoeringsvisie “Op weg naar verbinding” zijn vastgelegd. 4.9.1 Ondersteunende diensten Facilitaire Zaken & ICT De afdeling Facilitaire Zaken en ICT (FZ & ICT) van Veiligheidsregio Gelderland-Zuid verrichtte ondersteunende werkzaamheden voor de VRGZ en voor de GGD Regio Nijmegen (en vanaf 1 juli voor de GGD Gelderland-Zuid). Deze dienstverlening bestond voor FZ &ICT uit het beheer van de panden, interne zaken (inclusief inkoop en logistiek), postbehandeling, archiefbeheer, ICTinfrastructuurbeheer en applicatiebeheer. Huisvesting Groenewoudseweg 275 (GGD/VRGZ-gebouw) In de loop van 2013 werd verder gewerkt aan de uitwerking van een huisvestingsplan voor de middellange termijn. Begin 2013 verhuisde een aantal medewerkers van de Brandweer vanuit het pand Groenewoudseweg 275 naar de naastliggende brandweerkazerne (Post Centrum). De als gevolg van verhuizingen vrijgevallen ruimten in het pand Groenewoudseweg 275 werden door interne verschuivingen en uitbreiding van personeel inmiddels weer in gebruik genomen. In de periode juni / augustus van 2013 is een complete restyling van het gebouw gedaan. Verwacht wordt dat in de loop van 2014 de verhuizing en gebouwaanpassingen gereed zijn. BHV Ook in 2013 heeft de BHV-organisatie in het hoofdgebouw taken op het gebied van bedrijfshulpverlening uitgevoerd. De BHV-ers hebben zich in december via herhalingscursussen opnieuw geschoold en getraind. Er werden (maandelijks) in het GGD/VRGZ-gebouw controles Jaarverslag 2013 36 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid uitgevoerd om na te gaan of de (brand)veiligheidsvoorzieningen nog voldeden. Er hebben zich in 2013 géén incidenten / calamiteiten voorgedaan, waarvoor de BHV-ers in actie moesten komen. Post- en Archiefzaken In 2013 is de basisinrichting van het digitale archiefsysteem Decos (DMS) verder vorm gegeven. Het jaar 2013 is zowel voor GGD als VRGZ voornamelijk gebruikt voor de gefaseerde uitrol van de digitale poststroom. Omdat het aansluiten van de diverse locaties op het nieuwe netwerk pas in de laatste maanden van 2013 en de eerste maanden van 2014 gerealiseerd kon worden, moesten documenten digitaal geregistreerd en fysiek gedistribueerd worden. ICT In de begroting werd aangegeven dat op het gebied van ICT opbouw en uitrol van een volledig nieuwe ICT infrastructuur zou plaatsvinden. De hiervoor benodigde Europese aanbestedingen van ICT-infrastructuur en datalijnen werden begin 2013 succesvol afgerond. De eerste helft van 2013 stond volledig in het teken van het maken van implementatieplannen samen met de nieuwe dienstverleners. De uiteindelijke migratie naar een netwerk, dat met alle computers die erop aangesloten zijn een soort 'wolk van computers' vormt (‘cloud’), werd gepland medio september 2013. Nadat de VRGZ en de GGD waren overgegaan naar de nieuwe ICT-structuur, zijn daarop vervolgens de netwerken van de GGD-vestiging in Tiel (voorheen GGD Rivierenland) en brandweercluster Nijmegen aangesloten. Dat gebeurde in respectievelijk november en december 2013. Financiële Planning & Control (FP&C) Voor de afdeling Financiële Planning & Control (FP&C) was 2013 een intensief jaar. Door de groei en veranderingen bij de Veiligheidsregio en bij de GGD werd een aantal fundamentele procedures, die als ankers bij de financiële sturing zorgden, opnieuw ingericht. Voor beide organisaties werden de budgetten op een andere manier gerangschikt. Er waren in 2013 geen historische cijferreeksen beschikbaar om kosten in perspectief te kunnen plaatsen. Om toch een adequate dienstverlening te kunnen realiseren werden tijdelijke krachten aangetrokken. De factuurverwerking werd in 2013 in fases gedigitaliseerd en een groot aantal procedures en werkinstructies werden opnieuw beschreven. De interne controle werd in 2013 geïntensiveerd om te verifiëren of alle aangepaste werkprocedures voldoende functiescheiding bevatten en in de praktijk verlopen zoals ze gepland waren. In 2014 worden de hieruit voortkomende verbeterplannen opgepakt. In 2013 werd gewerkt aan het beschikbaar en toegankelijk maken van financiële informatie via een managementrapportagetool. De uitrol van deze rapportagetool volgt ná uitrol van de nieuwe ICTinfrastructuur en zal begin 2014 operationeel zijn. Hierna kan de verdere ontwikkeling van de tool worden opgepakt. In het laatste kwartaal van 2013 werden tegelijkertijd het opstellen van de jaarrekening 2013 en het opstellen van de begroting 2015 opgepakt. Dit werd gedaan om te kunnen voldoen aan de wettelijke bepaling om de conceptbegroting 2015 uiterlijk 1 april 2014 aan te bieden aan de gemeenten voor de inbreng van hun zienswijzen. Eind 2013 werden leningen aangetrokken vanwege de aankoop van een aantal brandweerkazernes en werd het schatkistbankieren van toepassing voor de Veiligheidsregio. P&O De splitsing van de afdeling en de uitbreiding van het aantal fte’s heeft geleid tot het opstellen van een notitie over de opbouw van de nieuwe afdeling P&O. In deze notitie staan de taakvelden benoemd, met daarop afgestemd de benodigde formatie. Het in 2013 genomen besluit om de salarisadministratie geheel in eigen huis te verrichten, wordt per 1 maart 2014 geïmplementeerd. Het afgelopen jaar is een aantal rechtspositieregelingen voor de brandweer geharmoniseerd: de uitvoeringsregeling vrijwilligers brandweer, de regeling vrijwillige groepschefs en de piketregeling voor (hoofd)officieren van dienst (OvD HOvD) en regionaal commandanten van dienst (RCvD). Tevens is voor alle medewerkers van de VRGZ, uitgezonderd de medewerkers van de ambulancezorg, een nieuwe rechtspositieregeling vastgesteld: de Arbeidsvoorwaardenregeling VRGZ. Jaarverslag 2013 37 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 4.9.2 Organisatorische ontwikkelingen Eind 2013 waren er 1.243 medewerkers in dienst van de VRGZ, waarvan 771 brandweervrijwilligers. Exclusief brandweervrijwilligers is de formatieomvang 498 fte. Per 1 december 2013 heeft de VRZG 544 vaste medewerkers (exclusief brandweervrijwilligers) in dienst. In 2013 nam het personeelsbestand ten opzichte van 2012 toe met 78% (exclusief de brandweervrijwilligers). Deze toename is grotendeels toe te schrijven aan overgang van (brandweer)medewerkers van de gemeenten naar de VRGZ, en voor een klein deel aan de toename van personeel bij de ondersteunende afdelingen Financiële Planning & Control en P & O. Daarnaast waren er 34 medewerkers via een uitzend- of detacheringsconstructie werkzaam (peildatum 31 december 2013). Ziekteverzuim In 2013 was het ziekteverzuim 1,71% exclusief zwangerschap. Dit is een daling van 2,79% ten opzichte van 2012. Jaarverslag 2013 38 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5 Jaarrekening Vastgesteld door het dagelijks bestuur d.d. 20 maart 2014 Jaarrekening 2013 39 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Jaarrekening 2013 40 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.1 Overzicht van baten en lasten Veiligheidsregio Bedragen x € 1.000,- Realisatie Gewijzigde Begroting Realisatie 2013 begr. 2013 2013 2012 17.168 16.745 16.745 16.740 -7 0 0 -179 6.165 6.271 6.271 6.314 178 178 178 288 31.468 31.518 31.200 3.892 3.463 3.108 3.088 3.388 Som der bedrijfsopbrengsten 58.435 57.821 57.482 30.443 Personeelskosten 42.349 43.764 41.711 21.060 4.023 4.573 4.539 1.118 Overige bedrijfskosten 10.931 10.051 11.768 8.034 Rentebaten en -lasten -645 -385 -385 -5 56.658 58.002 57.631 30.207 1.777 -181 -149 236 Incidentele baten 106 0 0 6 Incidentele lasten 121 0 0 0 Saldo incidentele baten en lasten -15 0 0 6 1.762 -181 -149 242 Bestemde reserve regionalisering -522 0 0 -834 Bestemde reserve kw. personeel VR's -108 0 0 0 430 0 0 0 -200 0 0 -834 1.962 -181 -149 1.076 2.253 19 51 1.228 Nog te best. res. Financiële menskracht 65 0 0 0 Nog te best. res. Piket crisiscommunicatie 75 0 0 0 Nog te bestemmen resultaat RAV -384 -29 -29 -246 Nog te bestemmen resultaat MKA -47 -171 -171 94 1.962 -181 -149 1.076 Budget aanvaardbare kosten Aanpassing budget voorgaande jaren Subsidies Rijk Subsidies Provincie Bijdrage deelnemende Gemeenten Overige opbrengsten Kapitaallasten Som der bedrijfskosten Totaal saldo baten en lasten Gerealiseerd resultaat voor bestemmen Bestemde reserve btw-compensatie Totaal bestemd resultaat Gerealiseerd resultaat na bestemmen Voorstel resultaatbestemming Nog te bestemmen resultaat C&R Jaarrekening 2013 41 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.2 Balans per 31 december Bedragen x € 1.000,- ACTIVA 2013 2012 Vaste Activa Materiële vaste activa 40.590 5.024 40.590 5.024 Vlottende activa Uitzettingen met een rentetypische looptijd < 1 jaar Debiteuren 5.693 2.026 Debiteuren openbare lichamen 515 1.140 Verrekening deelnemende gemeenten 145 0 Uitzettingen Rijks schatkist 1.770 0 Overige vorderingen en overlopende transitoria 1.709 265 9.831 3.431 Liquide middelen Liquide middelen 274 Totaal Jaarrekening 2013 5.721 274 5.721 50.695 14.176 42 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid PASSIVA 2013 2012 Bedragen x € 1.000,- Vaste Passiva Eigen vermogen Reserve aanvaardbare kosten MKA 7 -87 Reserve aanvaardbare kosten RAV 3.872 4.118 Algemene Reserve Rampenbestrijding 1.883 1.056 Bestemde Reserve Regionalisering Brandweer 0 522 Bestemde Reserve Convenantsgelden 0 140 Bestemde reserve BTW-compensatie 430 0 Bestemde Reserve Kwaliteit personeel Veiligheidsrgio 181 289 6.374 6.038 1.962 1.076 1.962 1.076 Nog te bestemmen resultaat Voorzieningen 8.336 7.114 379 375 26.400 0 Vaste schuld met rentetypische looptijd > 1 jaar Onderhandse leningen Vlottende passiva Netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd < 1 jaar Kasgeldleningen 5.000 0 Crediteuren 2.124 1.043 Nog in tarieven te verrekenen 2.046 700 Overige schulden en overlopende transitoria 4.284 3.792 Belastingen en sociale premies 2.128 1.152 Totaal Jaarrekening 2013 15.582 6.687 50.695 14.176 43 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.3 Kasstroomoverzicht 2013 2012 Bedragen x € 1.000,- Kasstroom uit operationele activiteiten Exploitatieresultaat voor bestemming 1.762 242 Aanpassingen voor - afschrijvingen - mutaties voorzieningen 3.310 1.100 4 20 3.314 1.120 Veranderingen werkkapitaal - vorderingen -6.400 -933 - nog in tarieven te verrekenen 1.346 -2.081 - kortlopende schulden 2.548 950 Totaal Kasstroom uit operationele activiteiten -2.506 -2.065 2.570 -703 Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen in materiële vaste activa -38.876 Totaal Kasstroom uit investeringsactiviteiten -798 -38.876 -798 Kasstroom uit financieringsactiviteiten Nieuw opgenomen leningen Aflossing langlopende leningen Overige mutaties eigen vermogen 31.400 0 0 0 -540 -800 Totaal Kasstroom uit financieringsactiviteiten 30.860 -800 Mutatie geldmiddelen -5.448 -2.301 Aansluiting met mutatie liquide middelen op balans Mutatie liquide middelen -5.448 Totaal mutatie liquide middelen, balans -2.301 -5.448 Jaarrekening 2013 -2.301 44 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.4 Grondslagen van resultaatbepaling en waardering De jaarrekening is opgemaakt met inachtneming van de voorschriften die het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) provincies en gemeenten daarvoor geeft. Het overzicht van baten en lasten van de Veiligheidsregio omvat het totaal van alle activiteiten die de Veiligheidsregio heeft uitgevoerd. De cijfers worden nader gepresenteerd en toegelicht in het overzicht baten en lasten programma Crisis- en Rampenbestrijding en het programma RAV. Onderlinge verrekeningen tussen beide programma's zijn opgenomen in het overzicht van baten en lasten per programma. In het overzicht van baten en lasten op het niveau van de totale Veiligheidsregio zijn de onderlinge verrekeningen geëlimineerd. Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. Daarbij wordt de kasstroom uit operationele activiteiten vanuit het resultaat gecorrigeerd voor resultaatposten die geen operationele kasstroom met zich meebrengen. 5.4.1 Grondslagen van resultaatbepaling Baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben, ongeacht of zij tot ontvangsten of uitgaven in het boekjaar hebben geleid. Bij het programma RAV wordt afgeweken van deze regel, omdat dit een zorggefinancierde taak is. Hiervoor is aansluiting gezocht bij de regelgeving voor zorginstellingen. De lasten worden bepaald op basis van historische kosten, met inachtneming van de vermelde grondslagen van waardering van activa en passiva, en toegerekend aan het verslagjaar waarop ze betrekking hebben. Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume, worden sommige personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt. Het gaat dan om overlopende vakantiegeldaanspraken, aanspraken op een overbruggingsperiode, levensloop en versterkt ouderdomspensioen. 5.4.2 Grondslagen van waardering Alle activa en passiva zijn gewaardeerd tegen nominale waarde tenzij anders is vermeld. De belangrijkste posten worden hieronder nader toegelicht. 5.4.3 Activa Materiële vaste activa Onder materiële vaste activa worden activa verstaan die bedoeld zijn om de bedrijfsuitoefening duurzaam te dienen. De materiële vaste activa (> € 5.000,-) worden gewaardeerd tegen aanschaffingsprijs of vervaardigingkosten, verminderd met een lineaire afschrijving gebaseerd op economische levensduur of tegen lagere bedrijfswaarde. Vanaf 1 januari 2013 wordt er rente over de materiele vaste activa gerekend. Het gehanteerde percentage is 4,5%. Per 1 januari 2013 is het materieel van de gemeentelijke brandweer overgenomen tegen de geldende boekwaarde per 31 december 2012. Er is voor € 13.199.000,- aan materieel van gemeenten overgenomen. Vanaf 2013 wordt deze activa afgeschreven op basis van de resterende afschrijvingstermijnen tegen de hieronder vermelde afschrijvingspercentages. Per 23 december 2013 zijn 15 kazernes van gemeenten overgenomen tegen boekwaarde voor in totaal € 21.700.000,-. Vanaf 2014 worden kazernes afgeschreven op basis van een afschrijvingstermijn van 40 jaar, met inachtneming van de bij de gemeenten reeds afgeschreven termijnen. Gemeenten hebben een voorkeursrecht om overgedragen kazernes tegen de boekwaarde van dat moment terug te kopen. Jaarrekening 2013 45 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Afschrijvingstermijnen Aanhangers Aanhanger (toilet) Aanhanger (oefenen) Motorspuitaanhanger Schuimblusaanhanger 10 15 20 20 jaar jaar jaar jaar Ademlucht Compressor Testapparatuur ademluchtwerkplaats Ademlucht toestel Ademluchtmasker Droogkast Maskerwasser Ademluchtfles Meubilair ademluchtwerkplaats 15 8 8 7 10 10 15 15 jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar Aggregaten Noodstroom aggregaat Mobiele aggregaat 10 jaar 15 jaar Alarmering Alarmontvanger Signalering kazerne 4 jaar 10 jaar Automatisering Hard- en software (specifiek) Hard- en software (specifiek) Hard- en software ICT-infrastructuur 3 4 5 15 jaar jaar jaar jaar Tot en met 2012 wordt er op hard- en software die betrekking heeft op kantoorwerkplekken afgeschreven tegen 25%, op investeringen vanaf 1 januari 2013 wordt tegen 20% afgeschreven. Bluspompen Draagbare motorspuit Dompelpomp TS Klokpomp 8 jaar 15 jaar 15 jaar Communicatie- en verbindingsmiddelen Mobiele Data Terminal / Navigatie Portofoon/helmset (manschap) Mobilofoon Portofoon/helmset (BV / OVD) Telefooncentrale Overig 3 5 7 7 15 5 jaar jaar jaar jaar jaar jaar Tot en met 2012 wordt er op portofoons afgeschreven tegen 10%, op investeringen vanaf 1 januari 2013 wordt tegen 14,29% (7 jaar) afgeschreven. Gebouwen Semi-permanente unit Gebouw Kazerne Installaties 20 30 40 15 Jaarrekening 2013 jaar jaar jaar jaar 46 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Inventaris Medische apparatuur Medische apparatuur - brancards Schrobmachine Kantoor- en kazerne inventaris Kantoor- en kazerne inventaris 5 7 10 10 15 jaar jaar jaar jaar jaar Tot en met 2012 wordt er op medische brancards 10% afgeschreven, op investeringen vanaf 1 januari 2013 wordt tegen 14,29% (7 jaar) afgeschreven. Verder wordt inventaris van voertuigen en werkmaterieel (voorheen onder inventaris) tot en met 2012 afgeschreven tegen 20%, op investeringen vanaf 1 januari 2013 worden deze afgeschreven tegen de hieronder genoemde termijnen bij wagenpark en redgereedschap. Redgereedschap Kettingzaag Meetapparatuur Hydraulisch redgereedschap Overdrukventilator Bepakking - TS Pneumatisch gereedschap / hefkussen Redbord / hansaboard Bepakking - HV Bepakking - HOVD Bepakking - TS Hydraulisch gereedschap Spoorslootoverbrugging Straatwaterkanon Vrachtwagenplateau Bepakking - TS Warmtebeeldcamera 5 5 8 8 10 10 10 15 15 15 15 15 15 15 20 7 Vaartuig Motorboot Hulpboot en trailer 10 jaar 20 jaar Verbouwingen 10 jaar Wagenpark Rapid responder - Motor Rapid responder - Motor Dienstvoertuig Ambulance TS beroeps mid-life update Dienstvoertuig / (H)OVD voertuig MICU (Mobile Intensive Care Unit) Dienstvoertuig TS vrijwillig mid-life update Materieelvoertuig Personeelsvoertuig TS - beroeps Hulpverleningsvoertuig Redvoertuig (laddervoertuig / hoogwerker) TS - vrijwillig Haakarmbak Commandohaakarmbak Haakarmvoertuig 3 5 5 5 6 7 7 8 8 10 10 12 15 15 15 15 20 20 Jaarrekening 2013 jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar 47 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Schuimblusvoertuig Watertransportsysteem 20 jaar 20 jaar Werkkleding Blushandschoenen Uniform - beroeps Redvest Uitrusting hoogtewerken Bluslaarzen - beroeps Bluslaarzen - vrijwillig Chemiepak Helm Reddingsvest Uitrukkleding - beroeps Uitrukkleding - vrijwillig Beschermingsmiddelen Droogpak Droogtrommel Gaspak Uitrukkleding - vrijwillig Wasmachine Uniform - vrijwillig 3 5 5 7 5 8 5 8 5 5 8 10 10 10 10 10 10 12 jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar Uitzettingen met een rentetypische looptijd < 1 jaar Deze zijn gewaardeerd op nominale waarde, voor zover nodig rekening houdend met mogelijke oninbaarheid. Overige activa Alle overige activa in de balans zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. 5.4.4 Passiva Eigen vermogen Het eigen vermogen van het programma Crisis- en Rampenbestrijding bestaat uit een algemene reserve rampenbestrijding en uit een bestemde reserve voor btw-compensatie. Het eigen vermogen van het programma RAV bestaat uit de reserves aanvaardbare kosten MKA en RAV. Het eigen vermogen bestaat daarnaast uit het nog te bestemmen resultaat over het laatste boekjaar. Voor zover niet anders vermeld zijn passiva gewaardeerd tegen nominale waarde. Voorzieningen De voorziening groot onderhoud wordt gevormd middels jaarlijkse dotaties in verband met in de toekomst uit te voeren groot onderhoud aan het pand Blomboogerd 10 in Tiel van de RAV. De kosten voor groot onderhoud worden in mindering gebracht op de voorziening. De planningshorizon is 30 jaar. Er is een voorziening gevormd voor de afdekking van kosten voor niet-actief personeel uit het programma Crisis- en Rampenbestrijding. De vorming van de voorziening is gebaseerd op de ingegane verplichtingen van niet-actief personeel. De kosten van niet-actief personeel (flo-overgangsrecht) uit het programma RAV kunnen worden gedeclareerd. Tot slot is er een voorziening gevormd voor Individueel Loopbaanbudget (ILB) voor medewerkers die vallen onder de CAO gemeenten. Op basis van deze CAO hebben ambtenaren over de periode 20132015 recht op ILB van € 500,- per jaar. Voor zover dit budget in 2013 niet werd besteed, maar medewerkers wel een bestedingsplan hebben voor de jaren daarna, is het budget opgenomen in deze voorziening. De voorzieningen zijn nominaal gewaardeerd. Er wordt geen rente toegerekend aan de voorzieningen. Voor zover niets anders vermeld zijn passiva gewaardeerd tegen nominale waarde. Jaarrekening 2013 48 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.5 Toelichting balans Bedragen x € 1.000,- VASTE ACTIVA Materiële vaste activa De boekwaarde van de materiële vaste activa per ultimo: 31-12-2013 31-12-2012 22.195 350 250 250 15.212 2.699 Inventaris Medisch 645 383 Inventaris 633 421 Verbindingsmiddelen 232 62 Gebouwen Gronden en terreinen Wagenpark Automatisering 1.423 860 40.590 5.024 Voor een specificatie zie het mutatieoverzicht materiele vaste activa verderop in deze toelichting op de balans. VLOTTENDE ACTIVA Uitzettingen met een rentetypische looptijd < 1 jaar 31-12-2013 31-12-2012 5.840 2.109 De samenstelling van de vorderingen en de overlopende activa is als volgt: Debiteuren Voorziening dubieuze debiteuren Debiteuren openbare lichamen Fietsregeling personeel -147 -82 515 1.140 48 30 1.770 0 Vooruitbetaalde bedragen 429 129 Verrekening deelnemende gemeenten 145 0 1.231 105 9.831 3.431 Uitzettingen Rijks schatkist Nog te ontvangen bedragen De debiteurenstand is eind 2013 fors hoger dan per eind 2012. Dit komt doordat de RAV vanwege een nieuw rittenregistratiesyteem later dan normaal factureerde. De daling van vorderingen op openbare lichamen laat zien dat deze vorderingen eind 2013 genormaliseerd zijn in vergelijking met eind 2012. Het te verrekenen bedrag met deelnemende gemeenten is de hogere btw-last (ten opzichte van het in de begroting 2013 geschatte bedrag) over 2013 op de brandweerexploitatie. Deelnemende gemeenten kunnen deze extra btw over 2013 declareren bij het btw-compensatiefonds. Jaarrekening 2013 49 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Eind 2013 is de Veiligheidsregio van start gegaan met schatkistbankieren. Middelen opnemen uit de schatkist kan per dag tot het bedrag van de intradaglimiet van € 2.500.000,-. Over middelen die in de schatkist worden aangehouden, wordt dezelfde rente vergoed als de rente die het Rijk anders op de gelden kapitaalmarkt had betaald. Voor saldi op de rekening-courant wordt de daggeldrente (Eonia) vergoed. De nog te ontvangen bedragen hebben betrekking op: Rijk Overig 31-12-2013 31-12-2012 16 32 1.215 73 1.231 105 De nog te ontvangen bijdragen hebben vrijwel volledig betrekking op de nog te factureren bijdrage aan de Politie voor haar deelname in de Gemeenschappelijke Meldkamer. Stand per 01-01-2013 Toename Stand per 31-12-2013 Afname Rijk Subsidie blusboten 32 0 16 16 Totaal 32 0 16 16 31-12-2013 31-12-2012 Rek. courant Rabobank 172 0 Rek. courant ING-bank 96 5.662 Rek. courant BNG-bank 5 60 274 5.721 Liquide middelen Overtollige middelen worden, met uitzondering van het drempelbedrag van € 250.000,-, vanaf medio december aangehouden in de schatkist van het Rijk (zie uitzettingen met een rentetypische looptijd <1 jaar). PASSIVA Vaste passiva 31-12-2013 31-12-2012 Reserve aanvaardbare kosten MKA 7 -87 Reserve aanvaardbare kosten RAV 3.872 4.118 Algemene Reserve Crisis en Rampenbestrijding 1.883 1.055 Bestemde Reserve convenantsgelden 0 140 Bestemde Reserve Regionalisering Brandweer 0 522 Bestemde Reserve btw-compensatie 430 0 Bestemde Reserve kwaliteit personeel Veiligheidsregio 181 289 6.373 6.038 Jaarrekening 2013 50 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Nog te bestemmen resultaat MKA -47 94 Nog te bestemmen resultaat RAV -384 -246 2.253 1.228 Nog te bestemmen resultaat financiële menskracht 65 0 Nog te bestemmen resultaat piket crisiscommunicatie 75 0 1.962 1.076 Nog te bestemmen resultaat Crisis en Rampenbestrijding Totaal nog te bestemmen resultaat Nadere uiteenzetting nog te bestemmen resultaat naar programma Vanuit het jaarresultaat 2013 programma RAV na bestemmen wordt voorgesteld om: Te onttrekken aan de reserve aanvaardbare kosten MKA -47.000 Te onttrekken aan de reserve aanvaardbare kosten RAV -384.000 Totaal programma RAV -431.000 Vanuit het jaarresultaat 2013 programma Crisis en Rampenbestrijding na bestemmen wordt voorgesteld om: Toevoegen aan een bestemde reserve in verband met piketkosten crisiscommunicatie 75.000 Toevoegen aan een bestemde reserve in verband met extra inzet financieel personeel 65.000 Toe te voegen aan de Alg. Reserve Crisis en Rampenbestrijding tot 5% van de omzet 150.000 Incidenteel uit te keren aan deelnemende gemeenten 2.103.000 Totaal programma Crisis en Rampenbestrijding 2.393.000 Totaal voorstel voor resultaat 2013 1.962.000 Reserveverloop 2013 Stand per Bestemming Mutatie in Stand per 1-1-2013 2012 2013 31-12-2013 Reserve aanvaardbare kosten MKA -87 94 0 7 Reserve aanvaardbare kosten RAV 4.118 -246 0 3.872 Algemene Res. Rampenbestrijding 1.055 1.228 -400 1.883 Bestemde Res. Convenantsgelden 140 0 -140 0 Bestemde Res. Regionalisering Brandweer 522 0 -522 0 0 430 Bestemde Res. btw-compensatie Bestemde Res. Kwaliteit personeel VR 0 430 289 0 -108 181 6.038 1.076 -740 6.373 Het algemeen bestuur heeft op 11 juli 2013 besloten dat uit de algemene reserve rampenbestrijding een bedrag van € 400.000,- en uit de bestemde reserve convenantsgelden € 140.000,- uitgekeerd wordt aan deelnemende gemeenten. Deze bedragen zijn verrekend met het derde voorschot voor de gemeentelijke bijdragen 2013. Op 12 december 2013 besloot het algemeen bestuur om een bestemde reserve van € 430.000,- te vormen om het mogelijk te maken om gemeenten in 2014 en in 2015 een korting op de gemeentelijke bijdrage te geven van € 215.000,- vanwege het vervallen van de mogelijkheid van btw-compensatie. Met betrekking tot de bestemde reserve Regionalisering Brandweer is deze in 2013 volledig besteed. Dat geldt niet voor de bestemde reserve Kwaliteit personeel Veiligheidsregio's. Voorgesteld wordt om het restant uit te betalen aan deelnemende gemeenten. Jaarrekening 2013 51 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Voorzieningen De VRGZ heeft drie voorzieningen; een voorziening onderhoud, een voorziening voor niet-actief personeel en een voorziening voor het Individueel Loopbaanbudget (ILB). Voorziening periodiek onderhoud 31-12-2013 31-12-2012 Stand per 1 januari 12 0 Dotatie boekjaar 12 12 0 0 23 12 Onttrekking boekjaar Stand per 31 december Om de onderhoudskosten voor het pand Blomboogerd 10 in Tiel te kunnen egaliseren is de RAV in 2012 begonnen met de vorming van een voorziening op basis van een Meerjarig OnderhoudsPlan (MOP). De planningshorizon is 30 jaar. Voorziening niet-actief personeel Stand per 1 januari Dotatie boekjaar Onttrekking boekjaar Stand per 31 december 31-12-2013 31-12-2012 363 355 67 196 -179 -188 251 363 De voorziening voor niet-actief personeel betreft een voorziening voor personeelsleden met een FLOovergangsrecht of WW-verplichting. De onttrekking aan de voorziening bedraagt in 2013 € 179.000,- en heeft vooral betrekking op uitgaven in verband met het FLO-overgangsrecht. De dotatie bedraagt € 67.000,- voor een in 2013 ingegane WW-verplichting. Voorziening Individueel Loopbaanbudget (ILB) Stand per 1 januari Dotatie boekjaar Onttrekking boekjaar Stand per 31 december 31-12-2013 31-12-2012 0 0 105 0 0 0 105 0 Medewerkers van de Veiligheidsregio (die niet vallen onder de ambulance CAO) kunnen jaarlijks € 500,in de jaren 2013-2015 besteden in het kader van loopbaan beleid. In 2013 is hiervoor voor € 110.000,aan plannen ingediend die in 2014 of 2015 zullen worden besteed. Jaarrekening 2013 52 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Vaste schuld met rentetypische looptijd > 1 jaar Onderhandse leningen 31-12-2013 31-12-2012 26.400 0 0 0 26.400 0 0 0 26.400 0 Het verloop van de leningen in 2013 is als volgt: Opgenomen leningen per 1 januari Opgenomen leningen in boekjaar Aflossingen in boekjaar Opgenomen leningen per 31 december In 2013 heeft de Veiligheidsregio materieel en kazernes van de brandweer overgenomen van de gemeenten. Om dit te kunnen financieren zijn een aantal langlopende en kortlopende leningen aangetrokken. De rentekosten bedragen in 2013 € 42.000,-. Een specificatie van de langlopende leningen is in de bijlagen bij deze jaarstukken opgenomen (zie paragraaf 6.6). Vlottende passiva Netto vlottende schulden met een rentetypische looptijd < 1 jaar De samenstelling van de kortlopende schulden en overlopende passiva is: 31-12-2013 31-12-2012 Kasgeldleningen 5.000 0 Crediteuren 2.124 1.043 Nog in tarieven te verrekenen 2.046 700 Nog te betalen loonbelasting 1.258 641 869 512 1.230 802 180 433 2.874 2.556 15.581 6.687 Nog te betalen sociale lasten/pensioenpremies Nog te betalen aan personeel Vooruitontvangen inkomsten Nog te betalen bedragen De kasgeldlening is afgesloten tegen een rente van 0,18% voor de duur van 6 weken en loopt medio januari af. Voor een specificatie van nog in de tarieven te verrekenen zie de bijlagen (paragraaf 6.3). De vooruitontvangen inkomsten hebben betrekking op: Gemeenten Rijk Overig Jaarrekening 2013 31-12-2013 31-12-2012 25 83 126 282 30 69 180 433 53 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Stand per 01-01-2013 Toename Stand per 31-12-2013 Afname Subsidie Risicokaarten RAV 13 0 1 12 Subsidie Planbaar vervoer RAV 52 0 52 0 Subsidie triagesysteem 17 15 31 0 Europees Sociaal Fonds (ESF) 52 0 52 0 Crisiscommunicatieopleidingen (GROOTER) 0 10 0 10 Informatiemanagement Implementatie Regionaal CrisisPlan (iRCP) Stafsectie bevolkingszorg 0 30 0 30 83 0 58 25 Subsidie veiligstellen 25 KV bovenleiding 217 105 218 103 Totaal 433 160 413 180 Jaarrekening 2013 54 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Mutatieoverzicht materiële vaste activa Gebouwen Gronden en terreinen Wagenpark Inventaris en VerbindingsAutomatisering Scholing middelen Aanschafwaarde per 1-1-2013 Cumulatieve afschrijving per 1-1-2013 674 324 250 0 5.057 2.358 2.298 1.494 534 473 1.700 840 10.513 5.489 Boekwaarde per 1-1-2013 350 250 2.699 804 62 860 5.024 Investeringen Overname activa gemeenten* Overname kazernes gemeenten* Desinvesteringen/ buitengebruikstellingen Afschrijvingen Desinvesteringen/ buitengebruikstellingen 188 0 21.700 0 43 0 0 0 0 0 0 0 2.245 12.720 0 0 2.451 0 618 180 0 24 325 24 92 192 0 0 113 0 912 107 0 180 377 101 4.055 13.199 21.700 204 3.310 125 Boekwaarde 31-12-2013 22.195 250 15.212 1.278 232 1.423 40.590 Aanschaf waarde per 31-12-2013 Cumulatieve afschrijvingen 22.562 367 250 0 20.022 4.810 3.074 1.796 818 586 2.539 1.116 49.265 8.674 Boekwaarde 31-12-2013 22.195 250 15.212 1.278 232 1.423 40.590 Totaal Bedragen x € 1.000,- * In verband met de regionalisering van de brandweer per 1 januari 2013 heeft de Veiligheidsregio de activa van de gemeenten overgenomen. Daarnaast zijn van diverse gemeenten kazernes overgenomen. Omdat de overdracht van de kazernes pas eind 2013 heeft plaatsgevonden is nog geen splitsing bekend in grond, gebouw en inventaris. Dit wordt in 2014 verder uitgevraagd. Afschrijvingskosten en kapitaallasten 2013 Afschrijvingskosten 3.310 Verschil tussen doorbelaste afschrijvingskosten van en aan Politie Afschrijvingskosten Berekende rentelasten over investeringen -8 3.302 721 Kapitaallasten resultatenrekening 4.023 Jaarrekening 2013 55 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Niet uit de balans blijkende rechten en verplichtingen Vakantiegeldverplichting De vakantiegeldverplichting aan het personeel over de periode juni tot en met december 2013 is in lijn met BBV niet in de balans verwerkt. De bruto verplichting aan het personeel is: Crisis- en rampenbestrijding 608.000 Regionale Ambulancevoorziening 313.000 Totaal 921.000 Huur hoofdgebouw De VRGZ is een huurovereenkomst aangegaan met de GGD regio Nijmegen inzake huur (deel van het) pand Groenewoudseweg 275 te Nijmegen. De looptijd van de overeenkomst is tot 1 januari 2017. De opzegtermijn bedraagt 1 jaar. Jaarlijks vindt indexering plaats o.b.v. consumentenprijsindex van het CBS. Tussentijdse opzegging is voor de VRGZ niet mogelijk. De huurverplichting bedraagt per jaar bijna € 320.000,-. Huur dependances RAV De RAV is met meerdere verhuurders huurovereenkomsten aangegaan voor dependances, in totaal 7 locaties. De huurovereenkomsten zijn gesloten voor bepaalde of onbepaalde tijd. De opzegtermijn varieert van 4 tot 6 tot 12 maanden. In enkele gevallen wordt bij opzegging voor afloop van het contract extra kosten in rekening gebracht. De totale jaarlijkse huurprijs bedraagt circa € 190.000,-. Gemeenschappelijke meldkamer De Veiligheidsregio werkt intensief samen met de politie Gelderland-Zuid voor wat betreft de meldkamer. Voor 2014 is de minimale bijdrage aan de politie Gelderland-Zuid begroot op ca. € 375.000,-. Huur ambulances De RAV huurt per 31 december 2013 8 ambulances. Deze huurcontracten zijn per dag opzegbaar en de totale huursom per maand is € 48.000,- inclusief BTW. Overdracht kazernes en financiering In het kader van de regionalisering zijn in 2013 diverse kazernes overgedragen aan de Veiligheidsregio. In 2014 wordt het restant van de kazernes overgedragen. Hiervoor zullen leningen aangetrokken moeten worden. Verder worden in de loop van 2014 de beheers- en onderhoudskosten geïnventariseerd. Met betrekking tot de staat van onderhoud van de panden wordt een technische schouw uitgevoerd. Dit gebeurt conform NEN 2767 “conditiemeting van bouw- en installatiedelen”, waarbij conditie 3 (redelijk) zal worden aangehouden als uitgangspunt. Geconstateerd achterstallig onderhoud aan de kazernes zal door en voor rekening van de betreffende gemeente vóór 1 januari 2015 worden uitgevoerd. In de rapportage van de technische schouw zal ook een meerjaren onderhoudsplan worden opgenomen. Omdat de budgetten voor onderhoud en beheer van de kazernes pas vanaf 2015 worden overgedragen van gemeenten naar de Veiligheidsregio is het ultimo 2013 niet noodzakelijk om een voorziening onderhoud op te nemen in de deze jaarrekening. Jaarrekening 2013 56 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Niet uit de balans blijkende activa Onderstaand Rijksmaterieel is ter beschikking gesteld: Materieel brandweer Haakarmvoertuigen Aantal 1 Haakarmbakken THU 3 Haakarmbakken WTS 1000 3 Haakarmbakken WTS 2500 1 Aanhangers watertransport 1 Commandobakken 2 Slangopneemapparaat 1 Jaarrekening 2013 57 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.6 Overzicht baten en lasten programma Crisis- en Rampenbestrijding Bedragen x € 1.000,- Realisatie Gewijzigde Begroting Realisatie 2013 begr. 2013 2013 2012 5.590 178 5.588 178 5.588 178 5.705 178 31.468 31.518 31.200 3.892 3.424 3.092 3.071 3.353 Som der bedrijfsopbrengsten 40.659 40.375 40.037 13.128 Personeelskosten 29.125 30.607 28.554 7.596 Kapitaallasten 3.260 3.822 3.788 538 Overige bedrijfskosten 6.692 6.312 8.029 4.601 Rentebaten en -lasten -637 -385 -385 -1 38.440 40.356 39.985 12.734 2.219 19 51 394 Incidentele baten 64 0 0 0 Incidentele lasten 91 0 0 0 -27 0 0 0 2.193 19 51 394 Bestemde reserve regionalisering -522 0 0 -834 Bestemde reserve kw. personeel VR's -108 0 0 0 430 0 0 0 -200 0 0 -834 2.393 19 51 1.228 2.253 19 51 1.228 Nog te best. res. financiële menskracht 65 0 0 0 Nog te best. res. piket crisiscommunicatie 75 0 0 0 2.393 19 51 1.228 Subsidies Rijk Subsidies Provincie Bijdrage deelnemende Gemeenten Overige opbrengsten Som der bedrijfskosten Saldo baten en lasten Saldo incidentele baten en lasten Gerealiseerd resultaat voor bestemmen Bestemde reserve btw-compensatie Totaal bestemd resultaat Gerealiseerd resultaat na bestemmen Voorstel resultaatbestemming Nog te best. res. Crisis en Rampenbestrijding Jaarrekening 2013 58 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.6.1 Wijzigingen programma Crisis- en Rampenbestrijding Begroting Verschuivingen Bedragen x € 1.000,- 2013 Subsidies Rijk Subsidies Provincie Bijdrage deelnemende Gemeenten Overige opbrengsten Ondersteunende diensten 2013 Bezuiniging Nagekomen correcties brandweer 2013 2013 2013 Gewijzigde Begroting 2013 5.588 5.588 178 178 31.200 3.071 119 318 31.518 -98 3.092 Som der bedrijfsopbrengsten 40.037 0 119 0 220 40.375 Personeelskosten 28.554 1.905 119 -168 198 30.607 35 3.822 19 6.311 Kapitaallasten 3.788 Overige bedrijfskosten 8.029 Rentebaten en -lasten Som der bedrijfskosten Resultaat uit gewone bedrijfsvoering -1.905 168 -385 -385 39.986 0 119 0 251 40.356 51 0 0 0 -32 19 0 0 0 0 0 0 51 0 0 0 -32 19 Incidentele lasten Incidentele baten Incidenteel resultaat Resultaat voor bestemming Verschuivingen betreffen (budgettair neutrale) verschuivingen als gevolg van verfijning van de brandweerbegrotingen en de afrekeningen met de gemeenten. Voor de Gemeenschappelijke Meldkamer (GMK) is € 704.000,- van algemene kosten verschoven naar personele kosten. Daarnaast zijn alle budgetten voor opleiden, trainen en oefenen verschoven naar de personeelskosten. Deze stonden deels onder de overige bedrijfskosten. De wijziging ondersteunende diensten betreft de wijzigingen als gevolg van de fusie van de GGD Regio Nijmegen met GGD Rivierenland per 1 juli 2013. Hierdoor nemen de personele kosten toe en zijn de verdeelsleutels van onderlinge verrekening (VRGZ-GGD) aangepast. De bijstelling in de bezuiniging betreft de herziening van de bezuiniging op de Meldkamer Brandweer (MKB) en de uitwerking van de bezuinigingstaakstelling 2013 voor de brandweerorganisatie. Deze bezuiniging was ten tijde van het opstellen van de begroting nog niet aan kostensoorten toegewezen. De bezuinigingen zijn voor 2013 incidenteel uitgewerkt; in de begroting 2015 worden de uitgewerkte en goedgekeurde structuele bezuinigingen opgenomen. De nagekomen correcties brandweer zijn correcties op de overgedragen gemeentelijke budgetten. Deze zijn met de betreffende gemeenten afgestemd. Jaarrekening 2013 59 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.7 Toelichting programma Crisis- en Rampenbestrijding Bedragen x € 1.000,- BEDRIJFSOPBRENGSTEN Realisatie Gew. Begr. Realisatie 2013 2013 2012 Bijdragen Rampenbestrijding Subsidies Provincie 178 178 178 Subsidies Rijk 5.590 5.588 5.705 Totaal bijdragen 5.768 5.765 5.883 31.468 31.518 3.892 37.235 37.283 9.775 Bijdrage deelnemende Gemeenten Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Subsidies Rijk 2 De BDUR-subsdie van het Rijk is € 53.000,- minder omdat geen loonindexering is toegekend. De bijdrage voor het afkoppelen van de bovenleidingen Betuwe lijn is € 55.000,- hoger dan begroot door een correctie van 2012. Medio 2014 wordt een onderzoek gestart naar de verdeling van rijksuitkeringen voor Openbare Orde en Veiligheid. Bekendmaking van de uitkomst van het onderzoek is voorzien in de BDUR-circulaire juni 2015. Herverdeling van middelen zal dan vanaf 2016 van kracht kunnen worden. Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Bijdrage deelnemende Gemeenten -50 In de begroting van de gemeentelijke bijdragen is een geschatte btw-last voor de gemeentelijke brandweer van € 924.000,- opgenomen. De werkelijk gerealiseerde btw bedraagt over 2013 € 815.000,-. Het verschil € 108.000,- wordt met gemeenten verrekend. Zie hiervoor de bijlage verrekening deelnemende gemeenten. Op basis van het regionaal crisisplan wordt een nieuwe crisisorganisatie met de naam Stafsectiebevolkingszorg ingericht. Daarmee is in 2012 een start gemaakt. Van de niet bestede middelen van 2012 ad. € 83.000,- is in 2013 € 58.000,- ingezet voor de inrichting van de crisisorganisatie en wordt het restant à € 25.000,- ingezet voor oefeningen en proeves van bekwaamheid. Realisatie Gew. Begr. Realisatie 2013 2013 2012 Overige opbrengsten Bijdrage openbaar brandmeldsysteem Overige opbrengsten Jaarrekening 2013 318 272 327 3.105 2.820 3.026 3.424 3.092 3.353 60 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Bijdrage openbaar brandmeldsysteem 46 Het aantal abonnees dat aangesloten is op het openbaar brandmeldsysteem is in 2013 hoger uitgevallen dan begroot. Deze extra opbrengst wordt ingezet om het aantal nodeloze uitrukken terug te dringen. Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Overige opbrengsten 286 De overige opbrengsten zijn hoger dan begroot omdat vanwege de fusie van GGD Regio Nijmegen met GGD Rivierenland de door te berekenen kosten ondersteunende diensten structureel toenemen. Vanaf de fusiedatum 1 juli 2013 is daarom ook de verdeelsleutel aangepast. De ESF-subsidie (2008-2010) in het kader van scholingssubsidie brandweer is definitief afgewikkeld. Dit leidt tot een incidenteel extra opbrengst van € 29.000,-. De doorbelasting aan de politie voor de gemeenschappelijke meldkamer is € 55.000,- lager dan begroot. Er zijn ook minder (gezamenlijke) personeelskosten gemaakt voor de GMK. De kosten FLO-overgangsrecht voor het beroeps brandweerkorps werden niet opgenomen in de kosten en opbrengsten van de begroting 2013. Het verschil in opbrengst ten opzichte van de begroting à € 270.000,- wordt hier zichtbaar. Voor diverse kleine projecten is € 26.000,- minder ontvangen dan begroot. BEDRIJFSKOSTEN Realisatie Gew. Begr. Realisatie 2013 2013 2012 19.300 21.334 5.127 Sociale lasten 2.011 2.112 634 Pensioenpremie 2.366 2.390 733 Verrekening personeelskosten 228 249 210 Uitkeringen -10 0 -102 Opleidingen 2.615 3.053 128 995 1.335 325 27.504 30.472 7.056 1.621 135 540 29.125 30.607 7.596 Personeelskosten Lonen en salarissen Overige personeelslasten Uitzendkrachten en detachering Jaarrekening 2013 61 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Personeelskosten -1.482 In de begroting 2013 is rekening gehouden met de nullijn voor gemeenteambtenaren. De nieuwe CAO die in zou moeten gaan in 2013, is nog niet afgesloten. Het brutoloon werd in 2013 niet verhoogd. De personeelskosten zijn € 1.482.000,- lager ten opzichte van de begroting. Dit wordt voornamelijk voorzaakt door veelal incidentele onderbestedingen zoals het minder uitgeven aan vrijwilligersvergoedingen (€ 235.000,-) en opleiden en oefenen (€ 350.000). Voor opleiden en oefenen is bij de brandweer in 2013 flink minder uitgegeven dan voorzien. Dit heeft voornamelijk te maken met de regionalisering waardoor het opleidingsplan en de regionale oefenorganisatie is herzien. Daarom zijn veel opleidingen later gestart of uitgesteld. Een nieuw opleidings- en oefenplan wordt gemaakt en zal in het tweede kwartaal 2014 gereed zijn. Verder zijn de functies van clustercommandant van de clusters MUG en Nijmegen tijdelijk waargenomen door andere medewerkers van de VRGZ. Het tijdelijk niet invullen van deze functies levert in 2013 incidenteel een voordeel op van € 140.000,-. Ook de formatie voor calamiteitencoördinator (GMK) is nog niet volledig ingevuld. Hierdoor zijn de personeelskosten in 2013 incidenteel € 122.000,- lager dan begroot. (Zie ook minder overige opbrengsten GMK). In 2013 was incidenteel circa 5 fte minder formatie in dienst bij het cluster Nijmegen dan in de begroting werd aangenomen. Dit heeft met name te maken met het later invullen van diverse vacatures bij dit cluster (€ 400.000,-). De formatie voor ondersteunende diensten was incidenteel, met name in de eerste helft van 2013 nog niet volledig ingevuld, waardoor onder personeelskosten een voordeel ontstaat van ongeveer € 200.000,-. Een deel van de niet ingevulde formatie werd ingehuurd (zie dienstverlening derden). Verder kunnen medewerkers van de Veiligheidsregio jaarlijks € 500,- besteden aan individueel loopbaanbeleid. De uitgaven hiervoor zijn € 65.000,- lager dan begroot. Tenslotte is voor het Veiligheidsbureau incidenteel € 25.000,- meer uitgegeven voor extra opleidingen Stafsectie Bevolkingszorg (staan extra opbrengsten tegenover), een systeemoefening en extra opleiding voor informatiemanagers. Bij de GHOR wordt € 93.000,- minder uitgegeven. Hiervan is € 38.000,structureel en € 55.000,- incidenteel minder als gevolg van het nog niet gereed zijn van opleidingen voor de Stafsectie Geneeskundig. Tegenover deze lagere kosten staat dat de bezuiniging op de Meldkamer Brandweer (MKB) in 2013 is teruggedraaid. Omdat de formatie al terug was gebracht, moest deze weer worden opgehoogd naar het oude niveau. De extra kosten die dit jaar vanwege het inwerken van nieuwe medewerkers worden gemaakt bedragen € 80.000,- ten opzichte van de begroting. Tevens is in de begroting voor personeelskosten geen rekening gehouden met de kosten van het FLOovergangsrecht voor het beroepskorps van gemeente Nijmegen. Deze kosten worden op basis van nacalculatie afgerekend met gemeente Nijmegen en waren niet meegenomen in de gemeentelijke bijdragen. De kosten bedroegen in 2013 € 270.000,- en ditzelfde bedrag is opgenomen onder overige opbrengsten. Jaarrekening 2013 62 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Realisatie Gew. Begr. Realisatie 2013 2013 2012 Kapitaallasten Verbouwingen 23 39 23 2.690 2.811 226 0 6 0 Inventaris 156 142 95 Verbindingsmiddelen 108 199 26 Automatisering 266 419 168 1 1 1 15 205 0 3.260 3.822 538 Wagenpark/materieel Inventaris Medisch Scholing Werkkleding Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Kapitaallasten -563 De overname van het gemeentelijke brandweermateriaal en -materieel is in 2013 afgerekend met de gemeenten. De boekwaarde van het overgenomen materieel lag lager dan bij de begroting werd aangenomen. Voor de brandweer is er voor 2014 een volledig nieuwe investeringsplanning opgesteld. Aan de meerjaren investeringsplanning (2015-2018) wordt nog gewerkt. Veel voor 2013 begrote investeringen zijn vanwege de ontwikkelingen op dit gebied sterk achter gebleven. Ook de investeringen in ICT vinden gedeeltelijk later plaats dan begroot evenals de verbouwing aan het brandweergebouw en voor de gemeenschappelijke meldkamer wordt minder geinvesteerd. De kapitaallasten liggen derhalve in 2013 (incidenteel) lager dan begroot. Realisatie Gew. Begr. Realisatie 2013 2013 2012 Overige bedrijfskosten Huisvestingskosten Kantoormiddelen Medische zaken 480 312 9 577 319 5 527 150 5 Communicatieapparatuur 1.468 1.636 696 Wagenpark en werkmaterieel 2.376 2.373 341 60 92 286 0 0 485 802 604 774 -650 -782 -609 Regionalisering brandweer 523 0 834 Kwaliteit personeel 108 0 0 1.204 1.337 1.112 0 150 0 -637 -385 -1 6.054 5.926 4.600 Evenementen / paraatheidsvergoeding Oefenen en opleiden Dienstverlening door derden Interne doorbelasting bedrijfsvoering Algemene kosten Onvoorzien Rentebaten en -lasten Jaarrekening 2013 63 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Huisvestingskosten -97 De huisvestingslasten zijn incidenteel lager dan begroot vanwege later dan geplande uitbreiding van de huisvesting voor de gegroeide bedrijfsvoeringsafdelingen. Er wordt gewerkt aan een huisvestingsplan voor de langere termijn. Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Kantoormiddelen -7 Ten behoeve van de brandweerclusters wordt er in 2013 gebruik gemaakt van een koeriersdienst. Dit leidt tot hogere kosten € 60.000,-. De kosten voor boeken en tijdschriften, druk- en bindwerken en kantoorbenodigheden blijven in de realisatie fors achter bij de begroting € 67.000,-. Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Medische zaken De kosten voor verpleegkundige artikelen zijn € 3.000,- hoger dan bij de begroting werd aangenomen. 3 Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Communicatieapparatuur -168 De uitgaven voor communicatieapparatuur zijn op totaal niveau lager dan begroot. Dit is veroorzaakt door onder- en overschrijdingen van uiteenlopende posten. De onderhoudskosten voor software, telefonie, mobilofoon en de telefoonkosten zijn hoger uitgevallen dan begroot (tesamen ruim € 37.000,-). De structurele kosten voor het softwarepakket Crash Recovery System (€ 25.000,-), waren niet begroot. Als gevolg van het later in gebruik nemen van de ICT-infrastructuur en -voorzieningen dan begroot, zijn de verwachte automatiseringskosten incidenteel met € 340.000,- naar beneden bijgesteld. Daarnaast stijgen de telefoonkosten structureel als gevolg van de uitbreiding van de organisatie en blijken eerder geraamde bedragen te laag ingeschat (€ 80.000,-). Een deel van deze kosten wordt via de opbrengsten bedrijfsvoering doorbelast aan de GGD. Vanwege de onzekerheid met betrekking tot de meldkamers van de toekomst is er voor gekozen alleen nog noodzakelijke investeringen te doen op de Gemeenschappelijke meldkamer. In plaats hiervan is er voor gekozen om apparatuur te leasen, waardoor de automatiseringskosten met € 30.000,- toenemen. Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Wagenpark en werkmaterieel 3 Deze kosten liggen op totaal niveau in lijn met de begroting. Wel is er € 271.000,- meer uitgegeven aan het onderhoud van het wagenpark. Daar tegenover staat dat de uitgaven voor de aanschaf van klein materiaal en vervoersmiddelen voor bijna eenzelfde bedrag lager zijn uitgevallen. Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Evenementen / paraatheidsvergoeding -32 De werkelijk gemaakte kosten voor regionale piketvergoedingen met betrekking tot 2013 zijn lager dan begroot. Dit leidt in 2013 tot een incidenteel voordeel. Jaarrekening 2013 64 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Dienstverlening door derden 199 De stijging van de kosten werd deels veroorzaakt door het tijdelijk invullen van formatie bij de Ondersteunende diensten. Verder werd gebruikt gemaakt van expertise voor de verbetering van de managementinformatievoorziening en de administratieve organisatie. Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Interne doorbelasting bedrijfsvoering 132 De kosten voor ondersteunende diensten ICT, Interne Zaken, Post en Archief, Financiële Planning & Control en Personeel & Organisatie worden volledig binnen het programma Crisis en Rampenbestrijding verantwoord. Vanuit dat programma wordt een deel van de kosten intern doorbelast naar het programma RAV. De interne doorbelasting is lager dan begroot omdat met name de kosten voor ICT lager zijn in verband met vertraging in de uitrol van de nieuwe ICT omgeving. Regionalisering brandweer Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 523 In 2013 is verder gegaan met de doorontwikkeling van de nieuwe organisatie. In 2013 zijn forse uitgaven gedaan met name op het gebied van ICT (zie bijlage Regionalisering brandweer). Dit zal zijn vervolg krijgen in het eerste halfjaar van 2014. De verplichtingen op het gebied van ICT, die doorlopen in 2014, zijn meegenomen in de kosten. Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Kwaliteit personeel 108 Er is in 2013 specifiek en incidenteel ingezet op een kwaliteitsimpuls ten behoeve van personeel vanuit de bestemde reserve kwaliteit personeel Veiligheidsregio. Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Algemene kosten -134 De onderschrijding op algemene kosten betreft een mix van kleine voor- en nadelen. De grotere verschillen zitten in het lager uitvallen van kosten die deels worden doorbelast naar de Politie (zie overige opbrengsten) voor de gemeenschappelijke meldkamer, minder accountantskosten (€ 16.000,-), en minder kantinekosten (€ 43.000,-) en vergaderkosten (€ 18.000,-). Onvoorzien Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 -150 De post onvoorzien is in 2013 niet ingezet. Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Rentebaten en -lasten -252 De rentekosten zijn in 2013 fors lager uitgevallen dan begroot. De Veiligheidsregio is in 2013 in staat geweest het grootste deel van het jaar kortlopend te financieren. De rente op deze kasgeldleningen is fors lager dan de langlopende financieringen waarmee in de begroting rekening werd gehouden. Jaarrekening 2013 65 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid INCIDENTELE BATEN EN LASTEN Realisatie Gew. Begr. Realisatie 2013 2013 2012 Incidentele baten 64 0 0 Incidentele lasten 91 0 0 -27 0 0 Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Incidentele baten en lasten -27 Er zijn in 2013 twee minnelijke regelingen getroffen met medewerkers, waardoor een incidentele last van € 85.000,- ontstaat. De incidentele opbrengsten van € 64.000,- betreft de verkoop van brandweermaterieel. Jaarrekening 2013 66 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.8 Overzicht baten en lasten programma RAV Bedragen x € 1.000,- Realisatie Begroting Realisatie 2013 2013 2012 17.168 16.745 16.740 -7 0 -179 575 684 593 0 0 110 39 17 35 Som der bedrijfsopbrengsten 17.776 17.446 17.299 Personeelskosten 13.223 13.157 13.133 763 751 580 Overige bedrijfskosten 4.240 3.739 3.748 Rentebaten en -lasten -7 0 -3 18.218 17.646 17.457 -443 -200 -158 Incidentele baten 42 0 6 Incidentele lasten 30 0 0 Saldo incidentele baten en lasten 12 0 6 -431 -200 -152 0 0 0 -431 -200 -152 Nog te bestemmen resultaat RAV -384 -29 -246 Nog te bestemmen resultaat MKA -47 -171 94 Budget aanvaardbare kosten Aanpassing budget voorgaande jaren Subsidies Rijk Subsidies Provincie Overige opbrengsten Kapitaallasten Som der bedrijfskosten Saldo baten en lasten Gerealiseerd resultaat voor bestemmen Bestemd resultaat Gerealiseerd resultaat na bestemmen Voorstel resultaatbestemming Jaarrekening 2013 67 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.9 Toelichting programma Regionale Ambulance Voorziening Bedragen x € 1.000,- BEDRIJFSOPBRENGSTEN Realisatie Begroting Realisatie 2013 2013 2012 17.168 16.745 16.740 -7 0 -179 17.162 16.745 16.561 Budget aanvaardbare kosten Budget aanvaardbare kosten Aanpassing budget voorgaande jaren Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Budget aanvaardbare kosten 416 De structurele stijging van het budget aanvaardbare kosten wordt voor een groot deel veroorzaakt door indexering van loonkosten, materiële kosten en brandstofkosten (€ 216.000,-). In 2013 is de loonindex 0,90% hoger dan begroot en de materiële index 1,90% hoger dan begroot. Daarnaast is er sprake van een extra compensatie vanuit zorgverzekeraars voor dubieuze debiteuren (€ 7.000,-). In 2013 kreeg de RAV een incidentele vergoeding vanuit de vrije marge ter hoogte van € 200.000,-. Dit budget werd ingezet om de paraatheid van rapid responders te verhogen, met name in Beek-Ubbergen, zodat aanrijtijden naar Millingen aan de Rijn verbeterd kunnen worden (zie ook Personeelskosten). Bij het opmaken van de jaarrekening 2012 bestond nog geen definitieve goedkeuring van de zorgverzekeraars over het budget aanvaardbare kosten. Inmiddels is het budget vastgesteld met een kleine afwijking. Realisatie Begroting Realisatie 2013 2013 2012 Subsidies Rijk Subsidies Rijk 575 684 593 575 684 593 Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Subsidies Rijk -109 De vergoeding voor het FLO-overgangsrecht die in 2012 meegenomen werd in de jaarrekening is bij de definitieve vaststelling door het ministerie van VWS hoger uitgevallen (€ 31.000,-). Voor 2013 zal de vergoeding € 140.000,- lager uitvallen dan begroot. Hier staan ook lagere personeelskosten tegenover (zie personeelskosten). Jaarrekening 2013 68 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Realisatie Begroting Realisatie 2013 2013 2012 Subsidies Provincie Subsidies Provincie Subsidies Provincie 0 0 110 0 0 110 Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 0 Realisatie Begroting Realisatie 2013 2013 2012 Overige opbrengsten Overige opbrengsten 39 17 35 39 17 35 Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Overige opbrengsten 23 De hogere overige opbrengst wordt veroorzaakt doordat een medewerker in het kader van loopbaanbeleid tijdelijk gedetacheerd werd. BEDRIJFSKOSTEN Realisatie Begroting Realisatie 2013 2013 2012 Personeelskosten Lonen en salarissen 9.597 9.793 9.334 Sociale lasten 1.137 1.221 1.157 Pensioenpremie 1.380 1.322 1.268 -228 -249 -211 Uitkeringen -66 -40 -75 Opleidingen 324 324 271 Overige personeelslasten 427 460 492 12.570 12.832 12.236 653 325 897 13.223 13.157 13.133 Verrekening personeelskosten Uitzendkrachten en detachering Jaarrekening 2013 69 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Personeelskosten 67 Voor 2013 werd 173,29 fte begroot, 176,32 fte werd daadwerkelijk ingezet (de inzet van paraat personeel via uitzendbureaus is hier niet in mee gerekend). De extra inzet voor Millingen aan de Rijn (die in 2012 werd gestart) in verband met wegwerkzaamheden op de aanrijroute is in januari nog van kracht gebleven (€ 50.000,-). Het rooster van de rapid responders is uitgebreid met 44 uur per week ten opzichte van de begroting 2013 (in de begroting was al een stijging voorzien). De structurele extra kosten zijn ruim € 100.000,-. Dit wordt vergoed door zorgverzekeraars (zie Budget aanvaardbare kosten). De formatie van het bedrijfsbureau is tijdelijk uitgebreid met een planner en administratief medewerker. Verder is de formatie uitgebreid met een extra logistiek medewerker. De extra kosten zijn in 2013 ruim € 100.000,-. De kosten voor het FLO-overgangsrecht zijn € 145.000,- lager dan begroot . De kosten worden voor 95% vergoed door het ministerie van VWS (zie subsidies Rijk). Overige kleine mutaties in de formatie hebben een kostenverlagend effect van € 38.000,-. Realisatie Begroting Realisatie 2013 2013 2012 Kapitaallasten Verbouwingen 54 51 43 Wagenpark/materieel 384 372 276 Inventaris Medisch 175 169 119 Inventaris 32 33 34 Verbindingsmiddelen 10 15 12 109 111 96 763 751 580 Automatisering Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Kapitaallasten 13 De afschrijvingen zijn in grote lijnen conform begroting. De hogere kosten voor het wagenpark worden veroorzaakt door de aanschaf van een extra rapid responder, piketvoertuig en logistiek voertuig. De automatisering is hoger vanwege het duurdere ritdata pakket en de medische kosten zijn hoger in verband met dubbele afschrijvingen op de defibrillatoren (zie ook medische kosten). Jaarrekening 2013 70 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Realisatie Begroting Realisatie 2013 2013 2012 Overige bedrijfskosten Huisvestingskosten 384 361 356 Kantoormiddelen 50 59 53 Medische zaken 597 456 480 Communicatieapparatuur 548 393 412 1.296 1.091 1.256 Dienstverlening door derden 227 143 224 Interne doorbel. onderst. dienst 650 782 609 Algemene kosten 488 454 359 Oefenen en opleiden 0 0 0 Onvoorzien 0 0 0 -7 0 -3 4.232 3.739 3.744 Wagenpark en werkmaterieel Rentebaten en -lasten Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Huisvestingskosten 23 De huisvestingskosten nemen toe vanwege de standplaats in Oosterhout die samen met RAV GelderlandMidden geëxploiteerd wordt. Deze werden in de begroting te laag ingeschat. Verder gingen de schoonmaakkosten over de begroting heen in verband met de nieuwe locatie in Nijmegen-West. Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Kantoormiddelen De kantoormiddelen vielen lager uit omdat minder kosten gemaakt werden voor druk- en bindwerken. -9 Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Medische zaken 141 De nieuw aangeschafte defibrillatoren zorgen voor problemen op de ambulance waardoor vooralsnog de oude apparaten teruggeplaatst zijn en daarnaast (omdat een deel van de oude apparaten reeds verkocht is) zijn er apparaten gehuurd. Dit zorgt voor kostenverhoging van € 80.000,-. Tevens moesten de oude apparaten hierdoor opnieuw gekeurd worden (€ 13.000,-) Vanwege indexering van prijzen en een hoger aantal ritten stijgen de kosten voor verpleegkundige artikelen met € 30.000,-. Uitbreiding van een aantal onderhoudscontracten, omdat het aantal apparaten is toegenomen, zorgt voor een structurele kostenstijging van ruim € 13.000,-. Jaarrekening 2013 71 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Communicatieapparatuur 155 Vanwege de onzekerheid met betrekking tot de meldkamers naar de toekomst is ervoor gekozen alleen nog noodzakelijke investeringen te doen op de Gemeenschappelijke meldkamer (met uitzondering van de vervangingsinvesteringen van € 150.000,-) maar apparatuur te leasen. Hierdoor nemen de automatiseringskosten structureel toe met € 30.000,-. De RAV heeft in 2013 een nieuw patiënt-veiligheidssysteem in gebruik genomen (€ 25.000,-). Daarnaast is de investering in het nieuwe ritdata-pakket fors hoger uitgevallen (zie investeringen) waardoor de jaarlijkse onderhoudskosten ook fors hoger zijn dan begroot. Structureel nemen de kosten hierdoor met circa € 50.000,- toe en incidenteel met € 10.000,-. De telefoonkosten zijn fors toegenomen als gevolg van het gebruik van meer mobiele apparatuur en het datagebruik ervan (€ 15.000,-). Als gevolg van een toename van het gebruik van diverse electronische apparatuur en het onderhoud daarvan stijgen de kosten structureel met € 25.000,-. Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Wagenpark en werkmaterieel 205 De RAV heeft in 2013 een zevental ambulances aangeschaft en afscheid genomen van een zestal huurambulances. Omdat de ambulances later in de tijd vervangen zijn en er één ambulance tijdelijk is aangehouden om de wisseling soepel te laten verlopen is er een incidenteel hogere huurlast van €100.000,- De brandstofkosten nemen toe omdat de brandstofprijzen structureel hoger blijken te zijn dan in de begroting werd aangenomen en omdat er meer kilometers gereden worden. Dit verschil wordt grotendeels gecompenseerd vanuit het budget aanvaardbare kosten (€ 25.000,-). De onderhoudskosten vallen incidenteel € 45.000,- hoger uit als gevolg van sabotage van een aantal ambulances. Diverse overige kleine overschrijdingen verklaren de overige € 35.000,-. Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Dienstverlening door derden 84 De RAV huurt externe expertise in voor de begeleiding en implementatie van het kwaliteitsmanagementsysteem en patiëntveiligheidssysteem (€45.000,-). Daarnaast wordt expertise van de gemeente Nijmegen ingehuurd om de herallocatie van standplaatsen te begeleiden (€ 30.000,-). Het overige deel wordt verklaard doordat meer beveiliging is ingehuurd voor de begeleiding van ambulancevervoer met psychiatrische patiënten. Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Algemene kosten 33 De inschrijving voor het basislidmaatschap voor de beroepsvereniging van zorgprofessionals (V&VN) was abusievelijk niet begroot (€ 15.000,-). De doorbelasting van de personeelskosten van de GMK is incidenteel lager dan begroot omdat een deel van de formatie nog niet volledig is ingevuld (€ 40.000,-). De kosten voor dubieuze debiteuren zijn hoger dan verwacht (€ 40.000,-). Hiertegenover staat deels een extra compensatie vanuit het budget aanvaardbare kosten. In de begroting werd aangenomen dat de accountskosten via de inhuur van ondersteunende diensten zou komen, dit is niet het geval. Dit betekent een verschuiving in de kosten waardoor de kosten hier met € 18.000,- toenemen en bij inhuur van ondersteunende diensten afnemen. Jaarrekening 2013 72 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Interne doorbel. onderst. dienst -132 De nieuwe ICT-infrastructuur is later in gebruik genomen dan in de begroting werd aangenomen. Hierdoor vallen de kosten voor inhuur van ondersteunende diensten incidenteel lager uit. Daarnaast vindt een verschuiving plaats van accountantskosten waardoor hier een voordeel gerealiseerd wordt van € 18.000,(zie algemene kosten). Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Rentebaten en -lasten -7 Vanwege een lagere rentestand vallen de rentelasten lager uit. De rente is voor de RAV nacalculeerbaar waardoor dit per saldo geen mutatie oplevert. INCIDENTELE BATEN EN LASTEN Incidentele baten Incidentele lasten Realisatie 2013 Begroting 2013 Realisatie 2012 42 30 12 0 0 0 6 0 6 Verschil realisatie 2013 t.o.v. gewijzigde begr. 2013 Incidentele baten en lasten 12 In 2013 worden alle defibrillatoren vervangen (zie 4.2 Investeringsplanning 2013). In de begroting werd uitgegaan van een gefaseerde vervanging. Er is voor gekozen om de oude defibrillatoren te verkopen zodra de nieuwe apparaten goed functioneren, zodat uniformiteit blijft bestaan in medische apparatuur die gebruikt wordt. De verwachte verkoopprijs is lager dan de boekwaarde. Hierdoor ontstaat een incidentele last. Een oude rechtzaak werd afgerond. Hiervoor was een reservering opgenomen die achteraf bezien te hoog was (€16.000,-). Daarnaast is diverse oude apparatuur verkocht (€ 26.000,-). Jaarrekening 2013 73 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Ontvanger A2 Juridische grondslag Nummer V&J Specifieke uitkering Departement 5.10 Overzicht specifieke uitkeringen (SISA) Brede DoelUitkering Rampenbestrijding (BDUR) SiSa bijlage verantwoordingsinformatie 2013 op grond van artikel 3 van de Regeling informatieverstrekking sisa I N D I C A T O R E N Besteding 2013 Aard controle R Besluit veiligheidsregio's artikelen 8.3 en 8.4 Indicatornummer: A2 / 01 Veiligheidsregio's € 5.236.944 Bdur 5.226.444 Crisiscommunicatie GROOTER 10.500 5.236.944 5.10.1 Provinciale subsidie bijdrage Gelders Uitvoeringsprogramma Externe Veiligheid 2011-2014, Algemene Subsidieregeling Gelderland 1998 en de subsidie verleningsbeschikking Naam Regio Nummer beschikking Maximale subsieverlening door provincie Besteed tlv provinciale middelen % eigen personeel tov maximale subsidieverlening Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 2011-018498 dd 15 februari 2011 € 97.813 € 103.569 100% % eigen personeel tov besteed 100% tlv provinciale middelen Eindverantwoording ja/nee Ja Aard controle volgens Nota verwachtingen accountantscontrole versie Circulaire sisa 2013 Jaarrekening 2013 74 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.11 Overzicht exploitatie blusboten T.b.v. de afwikkeling van de Provinciale bijdrage aan het onderhoud van de blusboten 'Batouwe' en 'Gelderland' is deze specificatie opgenomen. Kosten Realisatie 2012 Realisatie 2013 400010 Bruto salaris - 400500 Opleidingen 4.220 400820 Werkkleding 1.438 - 410020 Huur dependances 7.469 9.390 410150 Schoonmaakkosten 22 420210 Boeken/tijdschriften 3.904 420310 Kopiën/lichtdrukken 640 420720 Onderhoud software 20 430210 Verpleegkundige artikelen - 430320 Onderhoud rep.med.app. - 440000 Telefoonkosten 858 1.093 440030 Mobilofoonkosten 383 - 440720 Zendmachtigingen 29 139 440990 Overige communicatiekosten 1.214 340 450030 Verzekering vervoersmiddelen 22.727 24.508 450035 Verzekering werkmaterieel 412 425 450040 Onderhoud vervoersmiddelen 31.748 58.237 450045 Onderhoud/reparatie werkmaterieel 11.927 5.228 450060 Brandstof 33.900 32.806 450080 Schade 7.758 - 450110 1 Defibtech Lifeline AED tbv blusboot - 1.585 450290 Overige kosten vervoersmiddelen 722 3.725 480610 Kantinekosten 890 1.165 490110 Extern advies 749 17.527 490120 Uitbesteding specialistische taken 495110 Scholing derden 500640 Kosten intern tarief H&V Totaal kosten 268.898 4.339 3.468 77 - 249.000 - 1.122 - 36.941 34.818 418.091 467.768 Opbrengsten 802000 Subsidies rijk/PEA 80.255 44.642 802015 Subsidies provincie 80.000 80.000 802050 Gemeentelijke bijdrage financiering 1 188.908 35.577 349.163 160.219 68.928 307.549 Totaal opbrengsten Saldo exploitatie blusboten Jaarrekening 2013 75 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.12 Wet Normering Topinkomens Vanaf 1 januari 2013 is de Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) van kracht. De WNT regelt niet alleen de openbaarmaking van topinkomens in de publieke en semipublieke sector, maar stelt ook maxima aan de hoogte van die inkomens en tevens aan de ontslagvergoedingen. De bezoldiging van de functionarissen die over 2013 in het kader van de WNT verantwoord worden, is als volgt: a. b. c. d. e. f. g. h. i. j. k. Topfunctionaris VRGZ de naam MR van Veen de beloning € 111.891,84 de door de werkgever betaalde sociale-verzekeringspremies € 7.022,52 de belastbare vaste en variabele onkostenvergoedingen € 68,40 de voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn € 20.098,80 de functie of functies Directeur de duur en omvang van het dienstverband in het boekjaar 12 maanden, 100% de in het boekjaar verrichte uitkeringen wegens beeindiging Nvt de naam en functie of functies die tijdens het dienstverband zijn bekleed Directeur het jaar waarin het dienstverband is geëindigd Nvt motivering van de verantwoordelijke in de jaarrekening de overschrijding Nvt Topfunctionaris die op andere grond dan een arbeidsovereenkomst of aanstelling werkzaam zijn De heer C.F. van Eert De heer K.C. Tammes De heer J. de Boer De heer R. van Schelven De heer L.J.E.M. van Riswijk Mevrouw M. de Vries De heer H.C.G.W. Keereweer (wnd) De heer P. Mengde Mevrouw L.H.M. van Ruijven-van De heer G.E.W. Prick.(wnd) Mevrouw M. Schuurmans-Wijdeven De heer H.C.G.W. Keereweer (wnd) De heer C.W. Veerhoek De heer A.J. van Hedel De heer H.M.F. Bruls De heer J. Beenakker De heer P.G.J. Wilbers De heer Th. A.M. Steenkamp De heer J.Th.C.M. Verheijen De heer A. van den Bosch Vertegenwoordiger van de gemeente Beuningen Buren Buren Culemborg Druten Geldermalsen Groesbeek Heumen Lingewaal Maasdriel Millingen aan de Rijn Millingen aan de Rijn Neder-Betuwe Neerijnen Nijmegen Tiel Ubbergen West Maas en Waal Wijchen Zaltbommel Functie(s) Bezoldiging Lid. A.B. nvt Lid. A.B. nvt Lid. A.B. nvt Lid. A.B. nvt Lid. A.B. nvt Lid. A.B. nvt Lid. A.B. nvt Lid. A.B. nvt Lid. A.B. nvt Lid. A.B. nvt Lid. A.B. nvt Lid. A.B. nvt Lid. A.B. nvt Lid. A.B. nvt Voorzitter A.B. nvt nvt Plv Vrz A.B. Lid. A.B. nvt Lid. A.B. nvt Lid. A.B. nvt Lid. A.B. nvt Jaarrekening 2013 Duur en omvang functievervulling boekjaar 12 maanden tot 1 mei 2013 vanaf 6 mei 2013 12 maanden 12 maanden 12 maanden 12 maanden 12 maanden 12 maanden 12 maanden tot 20 september vanaf 26 september 12 maanden 12 maanden 12 maanden 12 maanden 12 maanden 12 maanden 12 maanden 12 maanden 76 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.13 Bestuur en vaststelling jaarrekening 5.13.1 Algemene gegevens De gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Gelderland-Zuid bestaat uit de sectoren: Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio (GHOR); Regionale Ambulancevoorziening (RAV); Brandweer Gelderland-Zuid Veiligheidsbureau Gemeenschappelijke Meldkamer. De ondersteunende afdelingen: - Financiële Planning & Control en Personeel & Organisatie - ICT en Facilitaire Zaken De Veiligheidsregio is werkzaam voor de gemeenten Beuningen, Buren, Culemborg, Druten, Geldermalsen, Groesbeek, Heumen, Lingewaal, Maasdriel, Millingen aan de Rijn, Neder-Betuwe, Neerijnen, Nijmegen, Tiel, Ubbergen, West Maas en Waal, Wijchen en Zaltbommel. De gemeenschappelijke regeling is gevestigd in Nijmegen. Voorzitter van de VRGZ is de burgemeester van Nijmegen. Plaatsvervangend voorzitter is de burgemeester van Tiel. Per 31 december 2013 was de samenstelling van het algemeen bestuur als volgt: Vertegenwoordiger gemeente Naam Beuningen Buren De heer C.F. van Eert De heer K.C. Tammes (tot 1 mei 2013) De heer J. de Boer (vanaf 6 mei 2013). De heer R. van Schelven De heer L.J.E.M. van Riswijk Mevrouw M. de Vries De heer H.C.G.W. Keereweer (wnd) De heer P. Mengde Mevrouw L.H.M. van Ruijven-van Leeuwen De heer Cloe D. de (wnd. tot 31 december 2012) De heer G.E.W. Prick.(wnd. vanaf 1 januari 2013) Mevrouw M. Schuurmans-Wijdeven (tot 20 september 2013) De heer H.C.G.W. Keereweer (wnd vanaf 26 september 2013) De heer C.W. Veerhoek De heer A.J. van Hedel De heer H.M.F. Bruls De heer J. Beenakker De heer P.G.J. Wilbers De heer Th. A.M. Steenkamp De heer J.Th.C.M. Verheijen De heer A. van den Bosch Culemborg Druten Geldermalsen Groesbeek Heumen Lingewaal Maasdriel Millingen aan de Rijn Neder-Betuwe Neerijnen Nijmegen Tiel Ubbergen West Maas en Waal Wijchen Zaltbommel 5.13.2 Bestuurlijke structuur 2013 Het algemeen bestuur van de VRGZ heeft in 2013 besloten tot een nieuwe bestuurlijke structuur en werkwijze. Doel daarvan is het vergroten van de betrokkenheid van bestuur en bestuurders bij de voorbereiding, besluitvorming en uitvoering van het beleid van de VRGZ. Een van de effecten is dat bestuurders in het algemeen bestuur verantwoordelijk zijn voor een portefeuille of thema. De inhoudelijke discussies in het algemeen bestuur worden meer benadrukt en gefaciliteerd. Het dagelijks bestuur gaat hierdoor meer opereren als een agendacommissie die beoordeelt of stukken in aanmerking komen voor besluitvorming. Jaarrekening 2013 77 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Daarnaast wordt er gestreefd naar een zekere vorm van kruisbestuiving tussen de onderwerpen van fysieke veiligheid en sociale veiligheid. Doel daarvan is de bestuurlijke betrokkenheid bij het zogeheten districtelijk veiligheidsoverleg (met politie en Openbaar Ministerie) te vergroten door de agenda's van fysieke en sociale veiligheid meer met elkaar te verbinden. Deze behoefte is ontstaan na het wegvallen van het overleg in het zogeheten regionaal college ten gevolge van het instellen van de Nationale Politie. Naast deze meer intern gerichte betrokkenheid van de bestuurders, vertegenwoordigen sommige portefeuillehouders de VRGZ in externe overleggen. Deze andere structuur en werkwijze hebben onder andere de volgende consequenties. De omvang van het dagelijks bestuur is in 2013 teruggebracht van zeven tot vier leden: de voorzitter, de plaatsvervangend voorzitter en de portefeuillehouders Financiën en Personeel & Organisatie. De algemeen directeur van de VRGZ is formeel secretaris van het dagelijks en algemeen Bestuur van de VRGZ. De agenda en de openbare vergaderstukken voor de vergaderingen van het algemeen bestuur worden enkele dagen voor aanvang van die vergaderingen op de website van de VRGZ geplaatst. Portefeuillehouders worden eerder betrokken in de voorbereiding en agendering van de bestuursstukken voor vergaderingen van dagelijks en algemeen bestuur. 5.13.3 Portefeuilleverdeling dagelijks bestuur in 2013 In het nieuwe, kleinere dagelijks bestuur is een verdeling afgesproken van portefeuilles. Deze verdeling zag in 2013 er als volgt uit: Portefeuille Algemeen bestuurlijke aangelegenheden, voorzitter veiligheidsregio Bestuurslid De heer H.M.F. Bruls (Nijmegen) Plaatsvervangend voorzitter De heer J.Beenakker (Tiel) Financiën De heer R. van Schelven (Culemborg), opgevolgd per 8 februari 2013 door mevrouw M. de Vries Personeel en informatievoorziening De heer L.H.E.M. van Riswijk (Druten) Zoals hiervoor al gemeld zijn meerdere portefeuilles of thema’s verdeeld over de leden van het algemeen bestuur. Ook nemen enkele leden van het algemeen bestuur namens de VRGZ deel aan externe overleggen. Deze portefeuille-/themaverantwoordelijkheid –naast die van de leden van het dagelijks bestuur- is per 23 mei 2013 als volgt vastgesteld: Portefeuille Fysieke veiligheid Politie/RIEC (regionaal Informatie- en expertisecentrum) Bestuurslid Witte kolom (GHOR en ambulancevoorziening) De heer P. Mengde Gemeentelijke kolom Mevrouw L.H.M. van Ruijven-van Leeuwen Algemene Rampen en crisisbeheersing De heer J.Th.C.M. Verheijen De heer H.M.F. Bruls Jaarrekening 2013 78 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Meldkamer/informatievoorziening De heer C.F. van Eert Evenementen De heer A. van den Bosch Regionaal Platform Criminaliteit De heer J. de Boer Sociale veiligheid Huiselijk geweld De heer J. de Boer RIEC De heer J. de Boer Stuurploeg district Gelderland-Zuid De heer R. van Schelven Woninginbraken De heer C.W. Veerhoek Veiligheidshuizen De heer H.M.F. Bruls De heer J..Beenakker De heer P. Mengde Georganiseerde criminaliteit De heer J. de Boer Drank- en horecawet/alcohol De heer Th. A.M. Steenkamp Ad hoc thema’s die zijn toegedeeld Verdeling brandweerkosten Mevrouw M. de Vries Onderzoek overdracht onroerend goed (brandweer) De heer R. van Schelven (ter afwikkeling) Veiligheidsstrategie fase 2/IVPplanvorming De heer J. Beenakker Met de verdeling van de portefeuilles zijn geen formele besluitvormende bevoegdheden overgedragen. Elke portefeuillehouder dient onderwerpen in het dagelijks bestuur te agenderen, ter voorbereiding op besluitvorming in het algemeen bestuur. 5.13.4 Vergaderingen Het dagelijks bestuur en algemeen bestuur zijn in 2013 ieder negen keer bijeen geweest. Voor het algemeen bestuur zijn daarnaast nog twee extra bijeenkomsten geweest over de thema's ‘regionalisering brandweer’, ‘bestuurlijke organisatiestructuur veiligheidsregio’ en ‘ontwikkelingen omtrent de meldkamer’. 5.13.5 Directie De directie van de Veiligheidsregio bestaat uit mevrouw M.R. van Veen, algemeen directeur Veiligheidsregio. De heer M. Honigh is directeur RAV. De heer D. van Zanten is regionaal commandant. Mevrouw M.N. Pieters, Directeur Publieke Gezondheid, is lid van de directie van de VRGZ voor wat betreft de GHOR. De directie verklaart hierbij dat de jaarrekening 2013 naar waarheid en in overeenstemming met de richtlijnen, zoals deze in 2013 van toepassing waren, is opgesteld. 5.13.6 Goedkeuring jaarrekening De jaarrekening 2013 zal worden goedgekeurd door het algemeen bestuur van de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid nadat de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten in de gelegenheid zijn gesteld om hun zienswijze naar voren te brengen. De jaarrekening is door het dagelijks bestuur vastgesteld d.d. 20 maart 2014. Jaarrekening 2013 79 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.14 Controle verklaring Aan het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Gelderland-Zuid te Nijmegen Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de (in de jaarstukken onder hoofdstuk 5 opgenomen) jaarrekening 2013 van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Gelderland-Zuid te Nijmegen gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2013 en het overzicht van baten en lasten over 2013 met de toelichtingen, waarin opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen, alsmede de SiSa-bijlage. Verantwoordelijkheid van het dagelijks bestuur Het dagelijks bestuur van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Gelderland-Zuid is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening in overeenstemming met het in Nederland geldende Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten en de Beleidsregels toepassing Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT), alsmede voor het opstellen van het jaarverslag (bestaande uit hoofdstukken 1 tot en met 4 van de jaarstukken) in overeenstemming met het in Nederland geldende Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Deze verantwoordelijkheid houdt onder meer in dat de jaarrekening zowel de baten en lasten als de activa en passiva getrouw dient weer te geven en dat de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen. Rechtmatige totstandkoming betekent in overeenstemming met de begroting en met de relevante wet- en regelgeving, waaronder verordeningen van de gemeenschappelijke regeling en het Controleprotocol WNT van de Beleidsregels toepassing WNT. Het dagelijks bestuur is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de rechtmatige totstandkoming van de baten, lasten en balansmutaties mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden en het Besluit accountantscontrole decentrale overheden (Bado) en het door het algemeen bestuur op 7 juli 2011 vastgestelde ‘programma van eisen benoeming accountant 2011-2014’ en de Beleidsregels toepassing WNT, inclusief het Controleprotocol WNT. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, alsmede voor de rechtmatige totstandkoming van de baten, lasten en balansmutaties, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de gemeenschappelijke regeling. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en de gebruikte financiële rechtmatigheidscriteria en van de redelijkheid van de door het dagelijks bestuur van de gemeenschappelijke regeling gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Jaarrekening 2013 80 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid De financiële rechtmatigheidscriteria zijn met het normenkader ter kennisgeving aangeboden aan het algemeen bestuur op 12 december 2013 en geoperationaliseerd in de beheersorganisatie van de gemeenschappelijke regeling. De bij onze controle toegepaste goedkeuringstolerantie bedraagt voor fouten 1% en voor onzekerheden 3% van de totale lasten inclusief toevoegingen aan reserves. Op basis van artikel 2, lid 7 Bado is deze goedkeuringstolerantie door het algemeen bestuur bij besluit van 7 juli 2011 vastgesteld. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel betreffende de jaarrekening Naar ons oordeel geeft de jaarrekening van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Gelderland-Zuid een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van zowel de baten en lasten over 2013 als van de activa en passiva per 31 december 2013 in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten en de Beleidsregels toepassing WNT. Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties over 2013 in alle van materieel belang zijnde aspecten rechtmatig tot stand zijn gekomen in overeenstemming met de begroting en met de relevante wet- en regelgeving, waaronder verordeningen van de gemeenschappelijke regeling en het Controleprotocol WNT van de Beleidsregels toepassing WNT. Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 213, lid 3 onder d Gemeentewet vermelden wij dat het jaarverslag (bestaande uit hoofdstukken 1 tot en met 4 van de jaarstukken), voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening. Arnhem, 2 april 2014 Deloitte Accountants B.V. Was getekend: drs. M. Knip RA Jaarrekening 2013 81 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 6 Bijlagen Jaarverslag 2013 82 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 6.1 Budgetopbouw aanvaardbare kosten ambulancedienst Budget aanvaardbare kosten 2012 Parameter Parameter waarde Loonkosten normbudget - aantal standplaatsen - aantal ongewogen ritten - aantal gewogen ritten - wachtgeld - ATW / aantal fte Loonkosten directie en administratie Loonkosten opleiding - loonkosten / Aantal fte ROC - opleidingskosten SOSA Overige loonkosten - loonkosten niet SOSA opleidingen - overige loonkosten - verbetering spreiding & beschikbaarheid - chauffeur / vergunning WBMW MICU Totaal loonkosten Materiële kosten normbudget - Mat. kosten / Aantal fte ROC - Mat. kosten / Totaal aantal kilometers - Brandstofkosten / Totaal aantal kilometers - Mat kosten / Totaal aantal ongewogen ritten Onderhoud gebouwen Heffingen, belastingen en verzekeringen Energiekosten Kosten ambulances - materiële kosten verzekeringen - materiële kosten AVLS-GIS - materiële kosten C2000 Onderhoud medische inventaris Kosten piketauto's Overige materiële kosten - Mat kosten schoonmaak - Mat kosten verbindingsapparatuur - overige mat. kosten, controleprotocol Totaal materiële kosten Afschrijvingskosten huisvesting Afschrijvingskosten inventaris Afschrijvingskosten ambulances - afschrijving ambulances 2007 - afschrijving ambulances 2008 - afschrijving ambulances 2009 - afschrijving ambulances 2010 - afschrijving ambulances 2011 - afschrijving ambulances 2012 - afschrijvingskosten ambulance Micu Afschrijvingskosten medische inventaris - afschrijving medische inventaris 2007 - afschrijving medische inventaris 2008 - afschrijving medische inventaris 2009 - afschrijving medische inventaris 2010 - afschrijving medische inventaris 2011 - afschrijving medische inventaris 2012 - afschrijving medische inventaris Micu - afschrijvingskosten AVLS-GIS 2007 Index 8 158.843,34 1,0245 30.015 90,24 1,0245 25.349 160,55 1,0245 30.015 0,65 1,0245 47 46.867,73 1,0245 30.015 19,73 1,0245 Budget kasbasis Nacalculatie Herrekend Mutatie budget 2012 1.301.880 2.774.887 4.169.404 20.110 2.257.712 606.603 1.301.880 2.774.887 4.169.404 20.110 2.257.712 606.603 31.136 66.033 99.622 600 53.979 14.407 63.851,00 1,0245 8,99 1,0245 65.415 276.438 65.415 276.438 1.565 6.603 1 2.104,00 1,0245 1 170.693,00 1,0245 1 651.648,61 1,0245 1 255.173,16 1,0245 2.156 174.875 667.614 261.425 12.578.519 1 30.015 2.156 52 174.875 4.181 1.338 668.952 15.997 261.425 6.252 1.338 12.579.857 300.425 1 1.102.169 1.102.169 30.015 1 1 1 13.838,62 0,16 0,23 15,36 14.558,18 2.725,34 15.587,13 1,0191 1,0191 1,0716 1,0191 1,0191 1,0191 1,0191 14.103 184.062 276.644 469.735 14.836 2.777 15.885 14.103 184.062 276.644 469.735 14.836 2.777 15.885 264 3.306 18.736 8.705 278 52 298 20 20 20 1 3 4.226,28 1.899,72 1.379,65 17.185,64 6.289,02 1,0191 1,0191 1,0191 1,0191 1,0191 86.140 38.720 28.120 17.514 19.227 86.140 38.720 28.120 17.514 19.227 1.620 720 520 328 360 1 1 1 24.138,88 1,0191 48.132,85 1,0191 1.259,24 1,0191 24.600 49.052 1.283 1.242.699 24.600 49.052 1.283 0 1.242.699 461 919 24 36.592 1 43.901,00 1,0000 43.901 -3.700 40.201 -3.700 17 18 18 20 20 20 1 0,00 4.483,53 4.522,53 4.508,51 4.575,24 4.662,63 0,00 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 0 80.704 81.405 90.170 91.505 93.253 0 0 -74.231 80.704 0 81.405 0 90.170 0 91.505 0 93.253 93.253 0 -4.485 17 18 18 20 20 20 1 17 0,00 1.809,44 1.825,18 1.819,52 1.846,45 1.881,72 0,00 0,00 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 0 32.570 32.853 36.390 36.929 37.634 0 0 0 -29.958 32.570 0 32.853 0 36.390 0 36.929 0 37.634 37.634 0 -1.810 0 -3.951 Jaarverslag 2013 83 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid - afschrijvingskosten AVLS-GIS 2008 - afschrijvingskosten AVLS-GIS 2009 - afschrijvingskosten AVLS-GIS 2010 - afschrijvingskosten AVLS-GIS 2011 - afschrijvingskosten AVLS-GIS 2012 - afschrijvingskosten AVLS-GIS Micu - afschrijving C2000 2006 - afschrijving C2000 2007 - afschrijving C2000 2008 - afschrijving C2000 2009 - afschrijving C2000 2010 - afschrijving C2000 2011 - afschrijving C2000 2012 - afschrijving C2000 Micu Overige afschrijvingskosten (huur) Rentekosten - rente vreemd vermogen Afschrijving dubieuze debiteuren Totaal kapitaallasten en financiering Overige kosten - Kosten SOVAM - Vrije marge - Kosten Afhijsen Brandweer Totaal aanvaardbare kosten 2012 Parameter Parameter waarde Index Budget kasbasis 18 238,66 18 240,74 20 239,99 20 243,54 20 248,19 1 0,00 17 0,00 17 0,00 18 374,64 18 377,90 20 376,73 20 382,31 20 389,61 1 0,00 1 233.633,00 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 4.296 4.333 4.800 4.871 4.964 0 0 0 6.744 6.802 7.535 7.646 7.792 0 233.633 1 -30.503,00 1,0000 1 65.000,00 1,0000 -30.503 65.000 985.227 20 1.023,67 1,0245 1 304.946,34 1,0000 0 250,00 1,0000 20.975 274.051 0 15.101.471 Nacalculatie 7.880 Herrekend Mutatie budget 2012 4.296 4.333 4.800 4.871 4.964 0 0 0 6.744 6.802 7.535 7.646 7.792 0 241.513 27.466 -3.037 65.000 31.646 1.016.873 0 0 0 0 4.964 -240 0 -6.203 0 0 0 0 7.792 -375 7.880 0 27.466 0 54.037 20.975 502 304.946 51.078 0 0 63.879 15.165.350 442.634 30.895 Rekenstaatnummer: 7 d.d. 19-09-2013 Budget aanvaardbare kosten 2013 Parameter Parameter waarde Loonkosten normbudget - aantal standplaatsen - aantal ongewogen ritten - aantal gewogen ritten - wachtgeld - ATW / aantal fte Loonkosten directie en administratie Loonkosten opleiding - loonkosten / Aantal fte ROC - opleidingskosten SOSA Overige loonkosten - loonkosten niet SOSA opleidingen - overige loonkosten - verbetering spreiding & beschikbaarheid - chauffeur / vergunning WBMW MICU Totaal loonkosten Materiële kosten normbudget - Mat. kosten / Aantal fte ROC - Mat. kosten / Totaal aantal kilometers - Brandstofkosten / Totaal aantal kilometers - Mat kosten / Totaal aantal ongewogen ritten Onderhoud gebouwen Heffingen, belastingen en verzekeringen Energiekosten Kosten ambulances - materiële kosten verzekeringen - materiële kosten AVLS-GIS - materiële kosten C2000 Index 8 162.735,46 1,0214 30.015 92,45 1,0214 25.349 164,49 1,0214 30.015 0,67 1,0214 47 48.016,45 1,0214 30.015 20,22 1,0214 Budget kasbasis Nacalculatie Herrekend Mutatie budget 2012 1.329.744 2.834.319 4.258.885 20.410 2.306.049 619.810 1.329.744 2.834.319 4.258.885 20.410 2.306.049 619.810 27.864 59.432 89.481 300 48.337 13.207 65.415,35 1,0214 9,21 1,0214 66.815 282.441 66.815 282.441 1.400 6.003 1 2.154,89 1,0214 1 174.874,98 1,0214 1 668.952,00 1,0000 1 261.424,90 1,0214 2.201 178.617 668.952 267.019 12.835.263 1 30.015 1 1.102.169 1.102.169 30.015 1 1 1 20 20 20 14.102,94 0,17 0,25 15,66 14.836,25 2.777,39 15.884,84 2.201 45 178.617 3.742 14.316 683.268 14.316 267.019 5.594 14.316 12.849.579 269.722 1,0238 1,0238 1,0000 1,0238 1,0238 1,0238 1,0238 14.439 188.471 276.644 481.140 15.189 2.843 16.263 14.439 188.471 276.644 481.140 15.189 2.843 16.263 336 4.409 0 11.405 353 66 378 4.307,48 1,0238 1.935,92 1,0238 1.405,55 1,0238 88.200 39.640 28.780 88.200 39.640 28.780 2.060 920 660 Jaarverslag 2013 84 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Parameter Parameter waarde Onderhoud medische inventaris Kosten piketauto's Overige materiële kosten - Mat kosten schoonmaak - Mat kosten verbindingsapparatuur - overige mat. kosten, controleprotocol Totaal materiële kosten Afschrijvingskosten huisvesting Afschrijvingskosten inventaris Afschrijvingskosten ambulances - afschrijving ambulances 2008 - afschrijving ambulances 2009 - afschrijving ambulances 2010 - afschrijving ambulances 2011 - afschrijving ambulances 2012 - afschrijving ambulances 2013 Afschrijvingskosten medische inventaris - afschrijving medische inventaris 2008 - afschrijving medische inventaris 2009 - afschrijving medische inventaris 2010 - afschrijving medische inventaris 2011 - afschrijving medische inventaris 2012 - afschrijving medische inventaris 2013 - afschrijvingskosten AVLS-GIS 2008 - afschrijvingskosten AVLS-GIS 2009 - afschrijvingskosten AVLS-GIS 2010 - afschrijvingskosten AVLS-GIS 2011 - afschrijvingskosten AVLS-GIS 2012 - afschrijvingskosten AVLS-GIS 2013 - afschrijving C2000 2008 - afschrijving C2000 2009 - afschrijving C2000 2010 - afschrijving C2000 2011 - afschrijving C2000 2012 - afschrijving C2000 2013 Overige afschrijvingskosten (huur) Rentekosten - rente vreemd vermogen Afschrijving dubieuze debiteuren Totaal kapitaallasten en financiering Overige kosten - Kosten SOVAM - Vrije marge - Kosten Afhijsen Brandweer Totaal aanvaardbare kosten 2012 Index Budget kasbasis Nacalculatie Herrekend Mutatie budget 2012 1 3 17.513,88 1,0238 6.409,14 1,0238 17.931 19.685 17.931 19.685 417 458 1 1 1 24.599,93 1,0238 49.052,18 1,0238 1.283,29 1,0238 25.185 50.220 1.314 1.265.944 25.185 50.220 1.314 0 1.265.944 585 1.167 31 23.245 1 43.901,00 1,0000 43.901,00 -7.002 36.899,00 -7.002 18 18 20 20 20 20 0,00 4.522,53 4.508,51 4.575,24 4.662,63 4.773,60 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 0 81.405 90.170 91.505 93.253 95.472 0 -80.704 81.405 0 90.170 0 91.505 0 93.253 0 95.472 95.472 18 18 20 20 20 20 18 18 20 20 20 20 18 18 20 20 20 20 1 0,00 1.825,18 1.819,52 1.846,45 1.881,72 1.926,50 0,00 240,74 239,99 243,54 248,19 254,10 0,00 377,90 376,73 382,31 389,61 398,88 233.633 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 0 32.853 36.390 36.929 37.634 38.530 0 4.333 4.800 4.871 4.964 5.082 0 6.802 7.535 7.646 7.792 7.978 233.633 -30.503 1,0000 77.000,00 1,0000 -30.503 77.000 1.019.975 0 -32.570 32.853 0 36.390 0 36.929 0 37.634 0 38.530 38.530 0 -4.296 4.333 0 4.800 0 4.871 0 4.964 0 5.082 5.082 0 -6.744 6.802 0 7.535 0 7.646 0 7.792 0 7.978 7.978 23.081 256.714 23.081 0 23.686 -6.817 23.686 77.000 12.000 39.765 1.059.740 74.513 20 1.048,75 1,0214 1 315.000,00 1,0000 0 250,00 1,0000 21.424 315.000 0 15.457.606 21.424 449 317.153 12.207 0 0 56.234 15.513.840 380.136 1 1 2.153 Rekenstaatnummer: 4 d.d. 19-09-2013 Jaarverslag 2013 85 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 6.2 Budgetopbouw aanvaardbare kosten meldkamer ambulancedienst Budget aanvaardbare kosten 2012 Parameter Parameter waarde Loonkosten Loonkosten normbudget - meldingen t/m 25.000 - meldingen boven 25.000 - medisch adviseur MKA - medisch adviseur melding - stafmedewerker Totaal loonkosten Materiële kosten Onderhoud gebouwen Heffingen, belastingen en verzekeringen Energiekosten Kosten verbindingssysteem - telefonie huur - telefonie onderhoud - mobilofonie huur - mobilofonie onderhoud - berichten centrum onderhoud - overige kosten - onderhoud GMS / MKA - onderhoud GMS / Centr. Werkplek - onderhoud GMS / Beh. Werkplek - materiële kosten AVLS-GIS Centr. Werkpl. Overige materiële kosten - kosten schoonmaak - kosten administratie - overige materiële kosten - overige materiële kosten, controleprotocol Totaal materiële kosten Afschrijvingskosten Afschrijvingskosten inventaris Afschrijvingskosten meldkamersysteem - telefonie afschrijving - afschrijving GMS / MKA 2009 - afschrijving GMS / MKA 2010 - afschrijving GMS / MKA 2011 - afschrijving GMS / MKA 2012 - afschrijving GMS / Centr. Werkplek 2009 - afschrijving GMS / Centr. Werkplek 2010 - afschrijving GMS / Centr. Werkplek 2011 - afschrijving GMS / Centr. Werkplek 2012 - afschrijving GMS / Beh. Werkplek 2009 - afschrijving GMS / Beh. Werkplek 2010 - afschrijving GMS / Beh. Werkplek 2011 - afschrijving GMS / Beh. Werkplek 2012 - afschrijving AVLS-GIS centr. Werkplek 2007 - afschrijving AVLS-GIS centr. Werkplek 2008 - afschrijving AVLS-GIS centr. Werkplek 2009 - afschrijving AVLS-GIS centr. Werkplek 2010 - afschrijving AVLS-GIS centr. Werkplek 2011 - afschrijving AVLS-GIS centr. Werkplek 2012 25.000,00 31,22 6.700,00 19,31 1,00 67.971,04 31.700,00 3,56 1,00 145.919,21 Index Budget kasbasis 1,0295 1,0295 1,0295 1,0295 1,0295 803.500 133.196 69.976 116.339 150.224 1.273.235 803.500 133.196 69.976 116.339 150.224 0 1.273.235 23.000 3.819 2.005 3.487 4.305 36.615 912 486 2.500 0 14.063 7.741 0 0 0 0 25.355 3.085 400 54.503 912 486 2.500 0 14.063 7.741 0 0 0 0 25.355 3.085 400 54.503 21 11 58 0 331 181 0 0 0 0 597 71 10 1.281 2.672 21.743 4.804 1.295 139.559 0 2.672 21.743 4.804 1.295 139.559 63 511 113 30 3.280 -1.491 9.203 -1.491 1,00 1,00 1,00 891,00 475,00 2.441,00 1,0241 1,0241 1,0241 1,00 1,00 1,00 1,00 1,00 1,00 1,00 3,00 1,00 3,00 13.732,00 7.559,00 0,00 0,00 0,00 0,00 24.758,00 1.004,00 391,00 17.740,00 1,0241 1,0241 1,0241 1,0241 1,0241 1,0241 1,0241 1,0241 1,0241 1,0241 1,00 1,00 1,00 1,00 2.609,00 21.231,00 4.691,00 1.265,00 1,0241 1,0241 1,0241 1,0241 1,00 10.694,00 1,0000 10.694 1,00 1,00 1,00 1,00 1,00 2,00 2,00 3,00 3,00 1,00 1,00 1,00 1,00 2,00 2,00 2,00 2,00 3,00 3,00 9.213,00 0,00 16.008,95 16.325,93 16.719,38 0,00 936,98 955,53 978,56 0,00 303,28 309,28 316,74 0,00 3.351,66 3.380,82 3.370,34 3.437,07 3.519,19 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 9.213 0 16.009 16.326 16.719 0 1.874 2.867 2.936 0 303 309 317 0 6.703 6.762 6.741 10.311 10.558 Jaarverslag 2013 Nacalculatie Herreken Mutatie d budget in 2012 9.213 0 0 -16.059 16.009 0 16.326 0 16.719 16.719 0 -1.880 1.874 0 2.867 0 2.936 2.936 0 -304 303 0 309 0 317 317 0 -6.528 6.703 0 6.762 0 6.741 0 10.311 0 10.558 10.558 86 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Overige afschrijvingskosten (huur) Rentekosten Totaal kapitaallasten 1,00 1,00 25.383,00 -2.805,00 1,0000 1,0000 25.383 -2.805 141.219 Generieke korting Vrije marge regeling Totaal aanvaardbare kosten MKA 2012 1,00 1,00 -647,00 0,00 1,0000 1,0000 -647 0 1.553.366 -2.263 2.918 -836 23.120 113 140.383 -2.263 2.918 4.922 -647 0 -836 1.552.530 0 0 44.818 Rekenstaatnummer: 6 d.d. 19-09-2013 Budget aanvaardbare kosten 2013 Parameter Parameter waarde Loonkosten Loonkosten normbudget - meldingen t/m 25.000 - meldingen boven 25.000 - medisch adviseur MKA - medisch adviseur melding - stafmedewerker Totaal loonkosten Materiële kosten Onderhoud gebouwen Heffingen, belastingen en verzekeringen Energiekosten Kosten verbindingssysteem - telefonie huur - telefonie onderhoud - mobilofonie huur - mobilofonie onderhoud - berichten centrum onderhoud - overige kosten - onderhoud GMS / MKA - onderhoud GMS / Centr. Werkplek - onderhoud GMS / Beh. Werkplek - materiële kosten AVLS-GIS Centr. Werkpl. Overige materiële kosten - kosten schoonmaak - kosten administratie - overige materiële kosten - overige materiële kosten, controleprotocol Totaal materiële kosten Afschrijvingskosten Afschrijvingskosten inventaris Afschrijvingskosten meldkamersysteem - telefonie afschrijving - afschrijving GMS / MKA 2010 - afschrijving GMS / MKA 2011 - afschrijving GMS / MKA 2012 - afschrijving GMS / MKA 2013 - afschrijving GMS / Centr. Werkplek 2010 - afschrijving GMS / Centr. Werkplek 2011 - afschrijving GMS / Centr. Werkplek 2012 - afschrijving GMS / Centr. Werkplek 2013 - afschrijving GMS / Beh. Werkplek 2010 - afschrijving GMS / Beh. Werkplek 2010 - afschrijving GMS / Beh. Werkplek 2011 25.000,00 32,15 7.850,00 19,88 1,00 69.976,19 32.850,00 3,66 1,00 150.223,83 Index Budget kasbasis 1,0264 1,0264 1,0264 1,0264 1,0264 825.000 160.140 71.824 123.516 154.190 1.334.670 825.000 160.140 71.824 123.516 154.190 0 1.334.670 21.500 26.944 1.847 7.177 3.966 61.434 938 501 2.571 0 14.468 7.965 0 0 0 0 26.085 3.173 411 56.073 938 501 2.571 0 14.468 7.965 0 0 0 0 26.085 3.173 411 56.073 26 15 72 0 405 224 0 0 0 0 730 88 11 1.570 2.747 22.369 4.942 1.333 143.576 0 2.747 22.369 4.942 1.333 143.576 75 626 138 38 4.018 -1.491 9.203 0 1,00 1,00 1,00 911,89 487,20 2.499,50 1,0288 1,0288 1,0288 1,00 1,00 1,00 1,00 1,00 1,00 1,00 3,00 1,00 3,00 14.062,99 7.742,03 0,00 0,00 0,00 0,00 25.354,78 1.027,98 399,88 18.167,77 1,0288 1,0288 1,0288 1,0288 1,0288 1,0288 1,0288 1,0288 1,0288 1,0288 1,00 1,00 1,00 1,00 2.670,17 21.742,81 4.803,53 1.295,89 1,0288 1,0288 1,0288 1,0288 1,00 10.694,00 1,0000 10.694 1,00 1,00 1,00 1,00 1,00 2,00 3,00 3,00 3,00 1,00 1,00 1,00 9.213,00 0,00 16.325,93 16.719,38 17.200,90 0,00 955,53 978,56 1.006,74 0,00 309,28 316,74 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 9.213 0 16.326 16.719 17.201 0 2.867 2.936 3.020 0 309 317 Jaarverslag 2013 Nacalculatie Herreken Mutatie d budget in 2012 9.213 0 0 -16.009 16.326 0 16.719 0 17.201 17.201 0 -1.874 2.867 0 2.936 0 3.020 3.020 0 -303 309 0 317 0 87 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid - afschrijving GMS / Beh. Werkplek 2013 - afschrijving AVLS-GIS centr. Werkplek 2008 - afschrijving AVLS-GIS centr. Werkplek 2008 - afschrijving AVLS-GIS centr. Werkplek 2009 - afschrijving AVLS-GIS centr. Werkplek 2010 - afschrijving AVLS-GIS centr. Werkplek 2011 - afschrijving AVLS-GIS centr. Werkplek 2013 Overige afschrijvingskosten (huur) Rentekosten Totaal kapitaallasten 1,00 2,00 2,00 2,00 3,00 3,00 3,00 1,00 1,00 325,86 0,00 3.380,82 3.370,34 3.437,07 3.519,19 3.621,28 25.383,00 -2.805,00 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 1,0000 326 0 6.762 6.741 10.311 10.558 10.864 25.383 -2.805 147.742 Generieke korting Vrije marge regeling Totaal aanvaardbare kosten MKA 2012 1,00 1,00 -647,00 35.000,00 1,0000 1,0000 -647 35.000 1.660.341 -2.899 2.477 -1.913 326 0 6.762 6.741 10.311 10.558 10.864 22.484 -328 145.829 326 -6.703 0 0 0 0 10.864 -636 -441 5.445 -647 0 1.703 36.703 36.703 -210 1.660.131 107.600 Rekenstaatnummer: 3 d.d. 19-09-2013 Jaarverslag 2013 88 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 6.3 Verloop nog in tarieven te verrekenen financieringstekort /- overschot Bedragen x € 1.000,- Realisatie Realisatie Realisatie Realisatie 2010 2011 2012 2013 Regionale Ambulance Voorziening (RAV) Saldo per 1 januari -1.939 -3.217 -2.973 -758 Bij/af : financieringsverschil boekjaar -1.818 152 2.223 -963 540 91 -8 -13 0 0 0 0 -3.217 -2.973 -758 -1.735 -613 -398 192 220 6 590 28 -369 210 0 0 0 0 0 0 0 -398 192 220 -149 Bij/af: correcties voorgaande jaren Bij/af: betalingen/ontvangsten Saldo per 31 december Meldkamer Ambulancezorg (MKA) Saldo per 1 januari Bij/af : financieringsverschil boekjaar Bij/af: correcties voorgaande jaren Bij/af: betalingen/ontvangsten Saldo per 31 december Het financieringstekort -overschot bestaat uit het verschil tussen de daadwerkelijk gefactureerde ritopbrengsten in een jaar en het budget waar de ambulancedienst volgens de rekenstaat recht op heeft. Het saldo van dit tekort of overschot wordt in volgende jaren verrekend middels aanpassing van het rittarief. Jaarverslag 2013 89 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 6.4 Specificatie van het financieringstekort /- overschot Bedragen x € 1.000,- Regionale Ambulance Voorziening (RAV) Wettelijk budget aanvaardbare kosten Realisatie Realisatie Realisatie Realisatie 2010 2011 2012 2013 15.603 14.766 15.101 15.458 -693 -35 77 56 14.910 14.731 15.178 15.514 12.779 10.691 8.904 12.318 0 0 0 0 2.331 2.295 2.285 2.315 486 477 539 567 1.136 1.118 1.236 1.271 -4 -2 -9 6 Totaal vergoedingen 16.727 14.579 12.955 16.477 Financieringstekort / -overschot RAV -1.818 152 2.223 -963 Berekende nacalculatie Herrekend budget aanvaardbare kosten Vergoedingen Basis tarief A-vervoer Tijdelijke toeslag A-vervoer Basis tarief B-vervoer Basistarief Micu Kilometers beladen Tarief voorgaande jaren Meldkamer Ambulancezorg (MKA) Wettelijk budget aanvaardbare kosten Realisatie Realisatie Realisatie Realisatie 2010 2011 2012 2013 1.431 1.509 1.553 1.660 2 -1 -1 0 1.432 1.508 1.553 1.660 1.222 918 1.525 2.029 Tijdelijke CPA-toeslag 0 0 0 0 Tarief voorgaande jaren 0 0 0 0 1.222 918 1.525 2.029 210 590 28 -369 Berekende nacalculatie Herrekend budget aanvaardbare kosten Vergoedingen Basistarief CPA-toeslag Totaal vergoedingen Financieringstekort / -overschot MKA Jaarverslag 2013 90 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 6.5 Investeringen Ondersteunende diensten Automatisering ICT Infrastructuur Licenties MS Office Werkplekken Telefooncentrale en WAN Kwaliteitsbeheersysteem Digitalisering P&F Inkoopsysteem Hard- en software Inventaris Meubilair Verbouwingen Brandweergebouw Vloerbedekking Schilderwerk Totaal ondersteunende diensten Sector GHOR Automatisering Stelpost hard- en software Budget uit Begroting Budget Realisatie 2012 2013 2013 2013 Verschil naar 2014 3 0 0 0 0 0 25.000 10.000 53.500 396.000 144.000 58.000 120.000 50.000 0 0 0 396.000 144.000 58.000 120.000 50.000 25.000 10.000 53.500 378.337 0 164.808 140.096 0 0 0 0 17.663 144.000 -106.808 -20.096 50.000 25.000 10.000 53.500 0 0 0 0 0 0 10.000 53.500 4 0 95.000 95.000 11.675 83.325 80.000 4 0 0 0 88.500 460.000 65.000 27.000 1.415.000 460.000 65.000 27.000 1.503.500 0 0 0 694.916 460.000 65.000 27.000 808.584 460.000 0 0 603.500 0 5.000 5.000 0 5.000 0 1 2 3 5 5 Jaarverslag 2013 Doorschuiven 91 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Verbindingsmiddelen Stelpost verbindingsmiddelen Totaal sector GHOR Sector Veiligheidsbureau Automatisering CRIB-software Totaal sector Veiligheidsbureau Sector RBGZ Automatisering Stelpost hard- en software 6 Begroting Budget Realisatie Doorschuiven 2012 2013 2013 2013 Verschil naar 2014 0 0 5.000 10.000 5.000 10.000 0 0 5.000 10.000 0 0 0 0 50.000 50.000 50.000 50.000 0 0 50.000 50.000 0 0 0 15.000 15.000 22.537 -7.537 0 0 5.000 5.000 59.570 -54.570 0 96.000 0 96.000 0 96.000 0 0 0 26.000 122.000 71.000 30.000 0 121.000 71.000 30.000 26.000 243.000 64.179 46.587 33.691 226.565 6.821 -16.587 -7.691 16.435 0 0 0 0 0 53.000 53.000 13.724 39.276 0 7 Inventaris Stelpost inventaris Verbindingsmiddelen Portofoons C2000 Wagenpark en materieel HOVD-voertuig west Logistiek voertuig Dienstvoertuig Totaal sector RBGZ Brandweerclusters Automatisering Hardware Budget uit 7 Jaarverslag 2013 92 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Budget uit Begroting Budget Realisatie Doorschuiven 2012 2013 2013 2013 Verschil naar 2014 Inventaris Kantoor- en kazerne inventaris 0 0 0 28.008 -28.008 0 Verbindingsmiddelen Communicatiemiddelen 0 250.000 250.000 40.227 209.773 0 Wagenpark en materieel Voertuigen Aanhangers Ademlucht Alarmering Medische apparatuur Mobiele Navigatie Redgereedschap Warmtebeeldcamera Werkkleding Totaal Clusters 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1.833.000 46.000 293.000 17.000 13.000 211.000 85.000 12.000 91.000 2.904.000 1.833.000 46.000 293.000 17.000 13.000 211.000 85.000 12.000 91.000 2.904.000 629.620 3.851 116.750 0 0 0 105.306 44.414 199.430 1.181.329 1.203.380 42.149 176.250 17.000 13.000 211.000 -20.306 -32.414 -108.430 1.722.671 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1.700.000 Sector GMK Automatisering Stelpost hard- en software Borging primaire processen Bronsystemen 0 150.000 30.000 42.000 0 0 42.000 150.000 30.000 0 84.171 0 42.000 65.829 30.000 0 0 0 Inventaris Stelpost vervanging stoelen Totaal sector GMK 0 180.000 5.000 47.000 5.000 227.000 7.260 91.431 -2.260 135.569 0 0 Jaarverslag 2013 93 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Budget uit Begroting Budget Realisatie 2012 2013 2013 2013 Verschil naar 2014 9 0 0 30.000 85.000 30.000 85.000 120.333 37.220 -90.333 47.780 0 47.780 10 65.000 34.000 99.000 0 99.000 99.000 0 0 10.000 185.000 40.000 50.000 50.000 0 0 0 50.000 50.000 10.000 185.000 40.000 6.045 13.940 24.049 471.574 40.314 43.955 36.060 -14.049 -286.574 -314 0 0 0 0 0 Verbindingsmiddelen Stelpost verbindigsmiddelen 0 20.000 20.000 0 20.000 0 Verbouwingen Stelpost verbouwingen Semi permanente unit Nijmegen-West Semi permanente unit Beuningen / Rumpt 0 0 0 20.000 0 0 20.000 0 0 6.395 132.041 49.757 13.605 -132.041 -49.757 0 0 0 0 0 0 0 300.000 0 35.000 25.000 823.000 1.172.000 0 35.000 25.000 823.000 1.472.000 7.302 100.151 35.702 816.188 1.861.012 -7.302 -65.151 -10.702 6.812 -389.012 0 0 0 0 146.780 Sector RAV Automatisering Stelpost hard- en software Electronische ritformulieren Inventaris Stelpost inventaris Inventaris ( medisch ) Stelpost medische inventaris Stelpost brancards Beademingsapparatuur Defibrillatoren Modulaire kasten Wagenpark en materieel Logistiek voertuig Rapid Responder - Auto Piketauto's Ambulances Totaal sector RAV 8 11 12 12 Jaarverslag 2013 Doorschuiven 94 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Totaal Veiligheidsregio Budget uit Begroting Budget Realisatie Doorschuiven 2012 2013 2013 2013 Verschil naar 2014 690.500 5.719.000 6.409.500 4.055.252 2.354.248 2.450.280 1 De investering in MS Office licenties komt te vervallen omdat deze in de nieuwe ICT omgeving onderdeel zijn van maandelijkse gebruikskosten. 2 De investering in vervanging van werkplekken is fors hoger dan begroot omdat er voor gekozen is meer gebruikers al in 2013 te laten switchen naar de nieuwe apparatuur. Dit is een verschuiving in de tijd. 3 De investering in een inkoopsysteem zal naar verwachting in 2014 plaatsvinden net als de doorontwikkeling van het digitale archiefpakket. 4 De in 2013 geplande verbouwing van het Brandweergebouw en nieuw benodigd meubilair dat met de interne verhuizing samenhangt zal pas in 2014 plaatsvinden. Er worden diverse scenario's tegen elkaar afgewogen. 5 De investering in vloerbedekking en schilderwerken wordt niet in 2013 uitgegeven. De GGD is en blijft huurder van het pand aan de Groenewoudseweg en de investering wordt om die reden door de GGD betaald. De Veiligheidsregio betaalt hier middels de huurnota vanuit GGD naar rato aan mee. 6 Het slachtofferinformatiesysteem (CRIB-software) wordt landelijk ontwikkeld en hierdoor wordt dit niet geïnvesteerd door de Veiligheidsregio. Wel wordt er jaarlijks een bijdrage betaald. 7 De projectorganisatie Regionalisering brandweer is in de loop van 2013 grotendeels opgeheven. Bestuurlijk is besloten de overdracht van brandweerkazernes naar de Veiligheidsregio gefaseerd plaats te laten vinden. De overname van het gemeentelijke brandweermateriaal en materieel is inmiddels afgerond en de afrekening met de gemeenten heeft plaatgevonden. In lijn met deze ontwikkelingen is voor 2014 een volledig nieuw investeringbudget opgesteld. Veel begrote investeringen bij de clusters zijn vanwege de nieuwe organisatie en nieuwe visie en strategie van de Brandweer tijdelijk (doorgeschoven) of permanent bevroren. Een directe koppeling met de begroting 2013 en daarmee samenhangend het doorschuiven van begrote investeringen is door de volledig nieuwe opzet van de investeringsbegroting niet meer te maken. Vandaar dat deze kolom in de jaarrekening niet is gevuld ondanks dat de gerealiseerde investeringen een stuk lager zijn dan begroot. Inmiddels is een onderzoek gestart naar de toekomstige meerjarige investeringsbegroting en de daaruit voortkomende jaarlijkse kapitaallasten. Definitieve resultaten worden in het najaar van 2014 verwacht. 8 De investering in het nieuwe ritdata-pakket valt fors hoger uit dan werd aangenomen. 9 De nieuwe tablets voor het electronisch ritformulier worden gefaseerd aangeschaft. Het restant zal worden doorgeschoven naar 2014. 10 De investering in inventaris hangt grotendeels samen met het plaatsen van de semi-permanente units. De units in Beuningen en Rumpt worden naar verwachting in 2014 geplaatst waardoor ook de uitgaven voor inventaris worden doorgeschoven naar 2014. 11 In 2013 worden alle defibrillatoren vervangen zodra de nieuwe apparaten goed functioneren. In de begroting werd uitgegaan van een gefaseerde vervanging. Er is voor gekozen om de oude defibrillatoren te verkopen zodat uniformiteit blijft bestaan in medische apparatuur die gebruikt wordt. Dit levert een incidentele last op (zie toelichting Programma RAV). 12 De RAV investeert in 2013 en 2014 in een drietal semi-permanente units in Nijmegen-West, Beuningen en Rumpt. Laatstgenoemde volgt naar verwachting in 2014. Met de realisatie van de eerste twee locaties komen de huurkosten van Druten en Wijchen te vervallen, het voordeel in de kosten zal vanaf 2014 zichtbaar worden. Jaarverslag 2013 95 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 6.6 Leningen In 2013 werden 7 langlopende leningen afgesloten bij de BNG Bank. Het grootste deel hiervan (21,4 miljoen) betreft de financiering van de overname van de brandweerkazernes. Het overige deel van de financiering is aangetrokken voor de overname van het brandweermaterieel van gemeenten. Verder is in 2013 kortlopende financiering voor € 5.000.000,- aangetrokken. Bedragen * € 1.000,- Lening nr. Start datum 40.108.765 29-11-2013 Rente % Soort lening * 2,73% 10 jaar vast Looptijd ** Restant looptijd 10 jaar 10 jaar Hoofdsom 5.000 Rente 2013 Aflossing 2013 13 0 40.108.827 12-12-2013 2,33% 8 jaar op basis van 31 8 jaar 8 jaar 1.575 2 0 40.108.828 12-12-2013 2,33% 8 jaar op basis van 33 8 jaar 8 jaar 5.825 8 0 40.108.829 12-12-2013 2,53% 9 jaar op basis van 34 9 jaar 9 jaar 4.850 7 0 40.108.830 12-12-2013 2,53% 9 jaar op basis van 35 9 jaar 9 jaar 3.950 6 0 40.108.831 12-12-2013 2,73% 10 jaar op basis van 36 10 jaar 10 jaar 1.900 3 0 40.108.832 12-12-2013 2,73% 10 jaar op basis van 38 10 jaar 10 jaar 3.300 26.400 5 42 0 0 * In deze kolom wordt weergegeven hoe de rentevasteperiode zicht verhoudt tot de totale looptijd. Aan de hand van de totale looptijd wordt de jaarlijkse aflossing bepaald. ** De rentevaste periode is gelijk aan de looptijd van de lening Jaarverslag 2013 96 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 6.7 Verrekening deelnemende gemeenten per 31 december 2013 Aantal inwoners (*) 01-01-2013 Begroting 2013 Nagekomen correcties Nacalculatieafrekening Btw kosten Realisatie 2013 Gefactureerd 2013 Nacalculatieafrekening Btw investeringen ** Nog te verrekenen 2013 Cluster Gemeenten Maas en Waal Beuningen 25.507 1.092.773 -3.628 1.089.146 1.092.773 8.632 5.004 Druten 18.150 751.502 -2.480 749.023 751.502 5.923 3.443 West Maas en Waal 18.301 1.025.837 -3.552 1.022.285 1.025.837 8.221 4.669 Buren 26.013 1.727.074 -6.104 1.720.970 1.727.074 13.942 7.837 Culemborg 27.641 1.770.325 -6.232 1.764.093 1.770.325 14.270 8.038 Geldermalsen 26.224 1.373.196 87.729 -4.711 1.456.215 1.460.925 11.705 6.994 Neerijnen 11.925 847.281 2.137 -3.015 846.404 849.418 6.875 3.860 Lingewaal 10.902 793.548 -2.113 -2.831 788.604 791.435 6.410 3.579 MUG Groesbeek 34.149 1.847.963 21.962 -6.366 1.863.559 1.869.925 14.969 8.603 Nijmegen Nijmegen 165.000 10.676.206 147.569 -37.624 10.786.151 10.823.775 87.332 49.708 Ned-Bet-Tiel Neder-Betuwe 22.606 1.410.096 -4.948 1.405.148 1.410.096 11.354 6.406 Tiel 41.700 2.076.962 29.100 -7.072 2.098.990 2.106.062 16.792 9.719 Wijchen 40.707 1.824.918 19.867 -6.108 1.838.677 1.844.785 14.621 8.512 Heumen 16.500 970.747 11.667 -3.383 979.031 982.414 7.895 4.512 Maasdriel 24.020 1.391.478 -4.839 1.386.639 1.391.478 11.168 6.329 Zaltbommel 26.725 1.620.133 -5.667 1.614.466 1.620.133 13.030 7.363 536.070 31.200.041 -108.560 31.409.398 31.517.959 253.138 144.578 Buren-Culemborg GNL Wijchen-Heumen Bommelerwaard 317.918 Stafsectie bevolkingszorg 58.199 Gemeentelijke bijdrage overzicht baten en lasten 31.467.597 * Bron inwoneraantallen uit de Begrotingsrichtlijnen 2013 voor gemeenschappelijke regelingen in de regio Nijmegen (BRN). ** De btw op investeringen in materiaal en materieel van de gemeentelijke brandweren kon in 2013 nog volledig gedeclareerd worden. De Veiligheidsregio heeft om die reden de de oude werkwijze, namelijk het activeren en afschrijven exclusief btw, continueerd. Hiermee is de btw buiten de exploitatie gehouden en wordt afgerekend met gemeenten. Jaarverslag 2013 97 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 6.8 Regionalisering brandweer Ontwikkelkosten nieuwe organisatie 1 Inrichten medezeggenschapstructuur 2 Totaal budget Realisatie 2011 Realisatie 2012 Realisatie 2013* Saldo 45 2 24 3 16 Ondersteuning op gebied van P&O 300 193 114 39 -46 3 Ondersteuning op gebied van Financiën 340 23 344 1 -28 4 Ondersteuning op gebied van ICT 600 25 245 457 -127 5 Facilitaire zaken en post en archief 75 0 84 22 -31 6 Communicatie 30 6 23 0 1 7 Opleidings- en begeleidingskosten personeel 215 0 0 0 215 1.605 249 834 522 0 Totaal * In de realisatie van 2013 zijn tevens verplichtingen opgenomen die in 2013 aangegaan zijn maar doorlopen in 2014. Toelichting Vooral op het gebied van ICT zijn in 2013 forse uitgaven gedaan in verband met de uitrol van de nieuwe ICT omgeving en infrastructuur. Naast de bovengenoemde projectkosten zijn door medewerkers van de VRGZ veel extra uren gemaakt voor de ontwikkeling van de nieuwe organisatie. Jaarverslag 2013 98 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 6.9 Inventarisatie risico's Omschrijving van het risico en de maatregelen die genomen zijn danwel genomen worden om het risico te reduceren. Programma Soort Classificatie Risico ( x € 1.000,-) FS OS RS minimaal verwacht maximaal Landelijk Referentiekader Spreiding en Beschikbaarheid Ambulancezorg Het Landelijk Referentiekader Spreiding en Beschikbaarheid Ambulancezorg is begin 2013 herijkt. Vanaf 2014 wordt het budget in drie gelijke stappen structureel verlaagd tot € 100.000,- in 2016. Verwachting is dat het referentiekader iedere twee jaar herijkt zal gaan worden. Het risico wordt geschat op € 250.000,- RAV SR 4 5 20 ORT doorbetaling tijdens vakantie Binnen een aantal sectoren waar onregelmatig wordt gewerkt, worden procedures gevoerd door personeelsleden omdat er tijdens vakanties van het personeel geen onregelmatigheidstoeslag wordt betaald. Dit is voor personeelsleden van de ambulancesector ook aanleiding geweest om bezwaar te maken tegen het niet betalen van onregelmatigheidstoeslag tijdens hun vakantie. Momenteel is nog niet te voorspellen op welk moment eventuele procedures duidelijkheid zullen bieden over dit onderwerp. Uiteindelijk zal een uitspraak van een rechtbank uitspraak doen over dit onderwerp. In deze risico-inventarisatie wordt gerekend met de kans op nabetaling van twee jaren en wordt de kans dat dit zich voordoet geschat op 50%. RAV SR 4 2 8 Herziening functiewaarderingssystematiek In de sector-cao ambulancezorg is de afspraak gemaakt om in de eerstvolgende CAO de overgang te maken naar een nieuwe functiebeschrijvings- en waarderingssystematiek. Het financiële risico hiervan is dat hieruit een hogere inschaling van het personeel kan volgen die fors kan oplopen. Genoemde bedragen zijn een inschatting voor de komende 4 jaar. RAV SR 4 5 20 Jaarverslag 2013 - 250 500 - 120 240 - 2.332 4.240 99 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Omschrijving van het risico en de maatregelen die genomen zijn danwel genomen worden om het risico te reduceren. Programma Soort Classificatie Risico ( x € 1.000,-) FS OS RS minimaal verwacht maximaal Schaalvergroting Meldkamers RAV en C&R IR C&R IR C&R IR 1 5 5 - 340 340 PM PM PM 50 200 500 In 2011 is door het kabinet besloten tot schaalvergroting van de meldkamers in Nederland. Het aantal meldkamers zal terug worden gebracht naar 10 (nu 25). Het is nog niet duidelijk wat financieel gezien precies de gevolgen zullen zijn, maar het lijkt aannemelijk dat er frictiekosten zullen ontstaan. Daarnaast heeft de VRGZ geen capaciteit voor de uniformering van bedrijfsprocessen en de voorbereiding op nieuwe werkwijzen. Dit risico wordt geschat op € 340.000,Aansprakelijkheid bodemverontreiniging De VRGZ is aansprakelijk gesteld voor het ontstaan van eventuele bodemverontreiniging door het verplaatsen van afval tijdens brandbestrijding. Grootschalige inzet en nazorg Voor de kosten van grootschalige en langdurige inzetten van brandweer, GHOR en gemeentelijke teams en de mogelijke nazorg zijn in de begroting geen middelen opgenomen. Calamiteiten kunnen een dusdanig grote impact hebben, dat naast de beschikbare capaciteit ook een beroep op interregionale bijstand moet worden gedaan. Jaarverslag 2013 2 4 8 100 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Omschrijving van het risico en de maatregelen die genomen zijn danwel genomen worden om het risico te reduceren. Programma Soort Classificatie Risico ( x € 1.000,-) FS OS RS minimaal verwacht maximaal Stijging loonkosten De CAO voor gemeente-ambtenaren is eind 2012 afgelopen. Tot op heden is er geen nieuwe CAO afgesloten. In deze risicoinventarisatie wordt rekening gehouden met een stijging van 1,00% van de loonkosten C&R SS 3 5 15 - 211 422 Herijking verdeling rijkssubsidie In 2014 start een herijkingsonderzoek naar de uitgaven voor openbare orde en veiligheid. De resultaten worden volgens planning in 2015 bekend gemaakt, waarna er vanaf 2016 herverdeeleffecten kunnen optreden. Landelijk is er geen geld beschikbaar om herverdeeleffecten op te vangen. Een en ander kan positief en negatief uitpakken. Als maximaal risico is rekening gehouden met een neerwaartse bijstelling van 10% met een kans van 50%. C&R IR 1 5 5 - 338 675 Harmonisatie arbeidsvoorwaarden Bij de start van de nieuwe organisatie per 1 januari 2013 is afgesproken om binnen afzienbare termijn te starten met een nieuwe functiebeschrijvings en waarderingsmethode. Afgesproken is dat als medewerkers binnen de nieuwe methodiek hoger worden ingeschaald, dit met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2013 zal ingaan. Vanaf 1 januari 2013 zijn nog een aantal secundaire arbeidsvoorwaardenregelingen van verschillende gemeenten toegepast. Deze blijven van kracht tot het moment waarop de VR een nieuwe geharmoniseerde regeling heeft afgesproken met OR en/of vakbonden. Beide onderwerpen kunnen per saldo een kostenstijging tot gevolg hebben. Dit is grofweg geraamd op maximaal € 200.000,- en de kans daarop wordt gesteld op 50%. C&R SS 1 4 4 - 100 200 BTW Vanaf 2014 kan de btw op de taken van de Veiligheidsregio niet meer worden gecompenseerd. Bij de Veiligheidsregio is momenteel onvoldoende informatie aanwezig om te kunnen beoordelen of de compensatie door het rijk voldoende is. Geschat wordt dat het risico maximaal € 500.000,- is. C&R SS 1 5 5 - 375 500 Jaarverslag 2013 101 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Omschrijving van het risico en de maatregelen die genomen zijn danwel genomen worden om het risico te reduceren. Programma Soort Classificatie Risico ( x € 1.000,-) FS OS RS minimaal verwacht maximaal Werkostenregeling Vanaf 2015 wordt de invoering van de werkkostenregeling verplicht. Onder die regeling mogen werkgevers een maximaal percentage van het totale fiscale loon besteden aan onbelaste vergoedingen voor hun personeel. Als het maximale percentage wordt overschreden moet 80% belasting betaald worden over de overschrijding. In 2014 zal een inventarisatie volgen om de impact te becijferen. Uit landelijk onderzoek blijkt dat de werkkostenregeling negatief uitpakt voor organisaties met relatief veel vrijwilligers. Landelijk is becijferd dat het effect € 7,4 miljoen euro bedraagt. In deze risicoinventarisatie is rekening gehouden met 1/25 deel en een kans van 100% dat deze kostenstijging op korte termijn zal optreden. C&R SR Doorontwikkeling Brandweer Per 1 januari 2013 zijn de gemeentelijke brandweertaken van 18 gemeenten formeel overgeheveld naar de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid (VRGZ) evenals de hiervoor benodigde financiële middelen van deze gemeenten. Specifiek zijn de personele en materiële component per 1 januari 2013 overgeheveld naar de VRGZ en de fysieke huisvesting (kazernes) nog niet. De ervaring bij de meeste veiligheidsregio's waar de brandweer reeds is geregionaliseerd leert dat in het eerste jaar hierna allerlei financiële bijstellingen aan de orde zijn. De informatie na afsluiting van 2013 is van dien aard dat hieraan nog geen risicobedragen gekoppeld kunnen worden. C&R Verzekeringen Vanaf 1 januari 2013 worden gemeentelijke verzekeringen door de VRGZ als contractpartner gecontinueerd in plaats van de gemeenten. Na inventarisatie van de lopende verzekeringen volgt een aanbestedingsprocedure. Er wordt beoogd de verzekeringen te harmoniseren. De financiële consequenties hiervan zijn nog niet bekend. C&R Jaarverslag 2013 5 5 25 - 300 300 IR PM PM PM IR PM PM PM 102 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Omschrijving van het risico en de maatregelen die genomen zijn danwel genomen worden om het risico te reduceren. Programma Soort Classificatie Risico ( x € 1.000,-) FS OS RS minimaal verwacht maximaal Vastgoed en BTW Eind 2013 zijn een aantal kazernes overgedragen aan de VRGZ, de rest (of een deel daarvan) zal volgen in 2014. In het ontvlechtskader van de regionalisering is vastgelegd dat genormeerde gebruikerslasten en eventuele eigenaarslasten van de panden bij overdracht naar de VRGZ worden meegegeven door de gemeenten. Hoe dit in de praktijk gaat uitpakken is niet bekend. Daarnaast is het mogelijk dat de kazernes die de VRGZ heeft overgenomen in de toekomst niet meer als kazerne gebruikt zullen worden. Op de verkoop van de panden loopt de VRGZ een potentieel boekwaardeverlies. C&R SR PM PM PM Inrichten Facilitaire dienst Met de overdracht van de kazernes van de deelnemende gemeenten aan de VRGZ zal ook een facilitaire dienst ingericht moeten worden. Omdat nog niet precies bekend is om hoeveel kazernes het gaat en wanneer deze precies over zullen gaan naar de VRGZ is een risico nog niet in te schatten. C&R SR PM PM PM Economische crisis De economische crisis heeft ertoe geleid dat gemeenten en rijk kortingen doorvoeren op het budget. Omdat de economische crisis voortduurt wordt in deze risico-inventarisatie rekening gehouden met nogmaals een aanvullende korting op alle budgetten van 3% en een maximale vertraging van één jaar voor het effectueren van bezuinigingen. C&R RAV SS SS - 610 267 1.220 533 5.443 9.670 2 2 Totaal 5 5 10 10 50 C&R 3.987 2.033 51% Maximaal risico Stand weerstandsvermogen eind 2013 Dekkingspercentage A B A/B Legenda Frequentiescore ( FS ) 1 Minder dan één keer per vijf jaar 2 Één keer per vijf jaar 3 Één keer per twee jaar 4 Één keer per jaar 5 Meerdere malen per jaar Omvangscore ( OS ) 1 € 2 € 25.000 3 € 75.000 4 € 150.000 5 € 250.000 tot tot tot tot en hoger Jaarverslag 2013 € 25.000 € 75.000 € 150.000 € 250.000 RAV Totaal VR 5.684 9.670 3.449 5.482 61% 57% Soorten risico IR Incidenteel risico SS Semi structureel risico SR Structureel risico Risicoscore ( RS ) = FS x OS 103 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 7 Verklaring van afkortingen AED BBV BDUR BMT BOT BRZO CAO CACO CoPI CRIB DJI DPG DTV DVO FIDO FLO GGD GHOR GMK GR H&V GRIP HOvD Hv LCS MICU MKA NP ODR ODRN OGS OMS OvD PAM PPMO RAV RCvD ROvD RRC RUD TOOM TS Twaz VeRA VR VRGZ VWS WABO Waz Wpg Wvr Automatische Externe Defibrillator Besluit Begroting & Verantwoording Provincies en Gemeenten Brede Doeluitkering Rampenbestrijding Brandweer Management Team Bedrijfsopvangteam Besluit Risico's Zware Ongevallen Collectieve Arbeidsovereenkomst Calamiteitencoördinator Commando Plaats Incident Centraal Registratie en Inlichtingen Bureau Dienst Justitiële Inrichtingen Directeur Publieke Gezondheid Directieteam Veiligheid Dienstverleningsovereenkomst Wet Financiering decentrale overheden Functioneel Leeftijdsontslag Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio Gemeenschappelijke Meldkamer Gemeenschappelijke Regeling Hulpverlening & Veiligheid Gelderland-Zuid Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdingsprocedure Hoofdofficier van Dienst Hulpverlening Landelijk Crisismanagementsysteem Mobiele Intensive Care Unit Meldkamer Ambulancezorg Nurse Practioner Omgevingsdienst Rivierenland Omgevingsdienst Regio Nijmegen Ongevalbestrijding Gevaarlijke Stoffen Openbaar Meldsysteem Officier van Dienst Periodieke Arbeidsgezondheidskundige Monitor Periodiek Preventieve Medisch Onderzoek Regionale Ambulance Voorziening Gelderland-Zuid Regionaal commandant van dienst Regionaal Officier van Dienst Raad van Regionaal Commandanten Regionale uitvoeringsdiensten Terugdringen onechte en ongewenste meldingen Tankautospuit Tijdelijke wet ambulancezorg Veiligheidsregio Referentie Architectuur Veiligheidsregio Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Volksgezondheid, Welzijn en Sport Wet algemene bepalingen omgevingsrecht Wet ambulancezorg Wet publieke gezondheid Wet veiligheidsregio's Jaarverslag 2013 104 PROGRAMMABEGROTING 2015 MEERJARENRAMING 2016 - 2018 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Inhoudsopgave 1 Inleiding .......................................................................................................................................... 2 1.1 Leeswijzer ..................................................................................................................................... 3 1.2 Kaders: algemene ontwikkelingen ................................................................................................ 4 1.3 Ontwikkelingen met invloed op de begroting 2015 die nog niet zijn verwerkt .............................. 6 2 Programma Crisis- en Rampenbestrijding ................................................................................. 7 2.1 Risicobeheersing ........................................................................................................................... 7 2.2 Incidentbestrijding ....................................................................................................................... 10 3 Programma Regionale Ambulance Voorziening (RAV) ........................................................... 14 3.1 Sector RAV .................................................................................................................................. 14 4 Paragrafen .................................................................................................................................... 16 4.1 Weerstandsvermogen en risicobeheersing ................................................................................. 16 4.2 Weerstandsvermogen ................................................................................................................. 16 4.3 Risicobeheersing ......................................................................................................................... 17 4.4 Verbonden partijen ...................................................................................................................... 19 4.5 Investeringsbegroting en kapitaalgoederen ................................................................................ 19 4.6 Wet Houdbare overheidsfinanciën .............................................................................................. 19 4.7 Treasury ...................................................................................................................................... 20 4.8 Organisatie en bedrijfsvoering .................................................................................................... 22 5 Financiële begroting ................................................................................................................... 24 5.1 Overzicht van baten en lasten in de begroting Crisis- en Rampenbestrijding ............................ 25 5.2 Toelichting op het overzicht van baten en lasten in de begroting Crisis- en Rampenbestrijding 28 5.3 Overzicht van baten en lasten in de begroting RAV ................................................................... 33 5.4 Toelichting op het overzicht van baten en lasten in de begroting RAV ...................................... 34 5.5 Geplande investeringen .............................................................................................................. 37 5.6 Bijdrage deelnemende gemeenten ............................................................................................. 39 5.7 Overzicht van baten en lasten in de begroting Veiligheidsregio Gelderland-Zuid ...................... 41 5.8 Uiteenzetting financiële positie Veiligheidsregio Gelderland-Zuid .............................................. 42 5.9 Grondslagen van resultaatbepaling en waardering .................................................................... 44 5.10 Inventarisatie risico’s ................................................................................................................... 48 6 Verklaring van afkortingen ......................................................................................................... 53 Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 1 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 1 Inleiding Veiligheidsregio Gelderland-Zuid De Veiligheidsregio Gelderland-Zuid (VRGZ) is een organisatie voor brandweerzorg, geneeskundige hulpverlening en voorbereiding en coördinatie op het gebied van rampenbestrijding en crisisbeheersing. Dit regionale samenwerkingsverband van achttien gemeenten is gebaseerd op de Wet gemeenschappelijke regelingen en de Wet veiligheidsregio's. De VRGZ zorgt voor een veilige regio waarin rampen en crises zo goed mogelijk voorkomen en bestreden worden en de inwoners kunnen rekenen op snelle en goede geneeskundige hulpverlening en brandweerzorg. Dit doet zij samen met de achttien gemeenten, de politie en andere lokale, regionale en landelijke partijen. Het gebied waaraan de VRGZ haar diensten verleent, heeft een oppervlakte van circa 1.040 km² en telt ruim 530.000 inwoners. Het gebied kenmerkt zich door de aanwezigheid van drie vaarwegen (Nederrijn, Waal en Maas), diverse snelwegen (A2, A15, A50 en A73) en een goederenspoorverbinding (Betuweroute). De regio heeft voornamelijk een landelijk karakter, met landbouw, veeteelt en fruitteelt. Het oosten van de regio, rondom Nijmegen, heeft een overwegend stedelijk karakter. De veiligheidsregio bevat met de Waal de belangrijkste transportader over water in Nederland. Het vervoer van goederen en grondstoffen, waaronder ook gevaarlijke stoffen, tussen Europoort en Duitsland vindt plaats over deze rivier. Dat vervoer gebeurt daarnaast over de snelwegen en het spoor. Daarnaast kent de regio een aantal BRZO-bedrijven. Risico's zijn onder meer overstromingsgevaar, ongelukken met gevaarlijke stoffen (rivier- en wegtransport) en bosbranden (rondom Groesbeek). Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 2 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 1.1 Leeswijzer De programmabegroting 2015 werd opgesteld in de periode december 2013 – februari 2014. Toen was nog niet nauwkeurig aan te geven welke ontwikkelingen binnen en buiten de VRGZ zich gaan voordoen en opgenomen moeten worden in de begroting voor 2015. Reden van deze vroege start van het opstellen van deze begroting is dat bestuurlijk is besloten dat de VRGZ moet voldoen aan de wettelijke eisen van toezending van de ontwerpbegrotingen aan de raden van de deelnemende gemeenten ten behoeve van het tijdig kunnen indienen van zienswijzen op die begroting. Daarmee wordt beter bewerkstelligt dat de begrotingen van gemeente en gemeenschappelijke regeling op elkaar worden afgestemd. De datum van toezending is vastgesteld op 1 april 2014. Consequentie daarvan is dat de ontwerpbegroting van 2015 een zekere mate van onzekerheid heeft waardoor tussentijdse begrotingswijzigingen noodzakelijk zullen zijn. De programmabegroting 2015 van de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid bestaat uit vijf hoofdstukken. In deze programmabegroting zijn per programmaonderdeel de multi- en monodisciplinaire beleidsvoornemens gerangschikt. Het eerste hoofdstuk van de programmabegroting is een inleiding, waarin de opbouw van de begroting wordt uitgelegd en waarin een aantal ontwikkelingen op beleidsmatig en financieel gebied wordt geschetst. Hoofdstukken 2 en 3 bestaan uit de beschrijving van de beleidsprogramma’s van de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid, te weten: - Programma Crisis- en Rampenbestrijding (hoofdstuk 2); - Programma Ambulancevoorziening (hoofdstuk 3). In hoofdstuk 4 worden de verplichte paragrafen behandeld zoals: weerstandsvermogen reserves risico's verbonden partijen investeringsbegroting treasury organisatie en bedrijfsvoering In het vijfde hoofdstuk worden de financiële gegevens gepresenteerd. 1.1.1 Programma Crisis- en Rampenbestrijding De programmabegroting 2015 is opgebouwd aan de hand van de hoofdstukindeling van het regionaal beleidsplan. Dit wettelijk voorgeschreven plan is een multidisciplinair beleidsdocument waarin het bestuur van de VRGZ richting geeft aan haar ambities. Daarnaast is aangegeven wat de veiligheidsregio wil bereiken en wat daarvoor, vanuit de verschillende sectoren, wordt gedaan. Tevens is aangegeven hoe beter zicht kan worden gegeven op de prestaties van de VRGZ. Deze indicatoren zijn voor een aantal prestatievelden nog in de fase van ontwikkeling en worden de komende jaren verbeterd en verfijnd. De prestatie-indicatoren voor de brandweer zijn de indicatoren die op dit moment bekend zijn en gehanteerd worden. De doorontwikkeling van de brandweerorganisatie kan ertoe leiden dat in de loop van 2014 andere prestatie-indicatoren worden ontwikkeld die voor zowel het bestuur van de VRGZ als de brandweerorganisatie een beter sturingsmiddel kunnen zijn. Deze prestatie-indicatoren laten in de toekomst op onderdelen mogelijk een verschuiving zien van enkel output-gerichte gegevens (productie) naar meer outcome-gerichte gegevens (maatschappelijke effecten). Het inzichtelijk maken van de brandweeractiviteiten en het maken van afspraken over daarbij behorende concrete doelstellingen, de wijze van meting van resultaten en de wijze van rapportage daarover is een eerste belangrijke stap in die richting. Het nog op te stellen (mono)beleidsplan brandweer zal als paraplu dienen waaronder deze brandweeractiviteiten gaan plaatsvinden. Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 3 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 1.1.2 Programma Ambulancevoorziening De Tijdelijke Wet ambulancezorg (Twaz) legt sturing en financiering in één hand. In het kader van de Twaz heeft de minister van VWS een aanwijzing gegeven aan de RAV Gelderland-Zuid tot het onder voorwaarden verrichten van ambulancevervoer. In tegenstelling tot de veiligheidsregio's, die voor een groot deel worden gefinancierd door de gemeenten, wordt de ambulancezorg volledig gefinancierd door zorgverzekeraars. Derhalve dient naast aan het algemeen bestuur van de VRGZ ook aan de zorgverzekeraars financiële verantwoording te worden afgelegd. Daarom is er een apart programma ambulancezorg dat zoveel mogelijk de ‘standaard’ opbouw volgt van de programmabegroting ('wat willen we bereiken, wat gaan we daarvoor doen en wat mag het kosten'). 1.2 Kaders: algemene ontwikkelingen In navolging van de programmabegroting 2014 worden er voor het jaar 2015 geen beleidsbesluiten verwacht die leiden tot een extra financiële uitzetting. Ook worden er géén wijzigingen voorzien die nadelige financiële consequenties hebben voor de deelnemende gemeenten. Het voorgaande laat onverlet dat sommige gemeentelijke bijdragen ten opzichte van die voor 2014 aan verandering onderhevig kunnen zijn. Het betreffen correcties die aangebracht moeten worden als gevolg van de financiële consequenties voortvloeiende uit de besluitvorming rondom de huisvesting van de brandweer. Het is nu nog niet aan te geven wat de omvang van deze correcties is voor de afzonderlijke gemeenten. In de begroting 2015 is zo veel mogelijk rekening gehouden met nu al voorzienbare ontwikkelingen die op de veiligheidsregio afkomen. Voor een aantal ontwikkelingen geldt dat deze weliswaar bekend zijn, maar dat de beleidsmatige en financiële consequenties voor de veiligheidsregio op dit moment nog onduidelijk zijn. Hieronder worden deze ontwikkelingen genoemd. 1.2.1 Wet publieke gezondheid De Wet publieke gezondheid (Wpg) tweede tranche (1 januari 2012) schrijft voor dat de werkgebieden van de GGD’en overeenstemmen met die van de Veiligheidsregio’s. De gelijke gebiedsindeling vergemakkelijkt de samenwerking tussen de domeinen Veiligheid en Gezondheid, zowel voor wat betreft planvorming als voor uitvoering. De Directeur Publieke Gezondheid (DPG) is verantwoordelijk voor GGD en GHOR. Omdat de GHOR organisatorisch deel uitmaakt van de VRGZ, is de DPG lid van de directie van de VRGZ voor wat betreft de GHOR. De DPG is het aanspreekpunt en de gesprekspartner voor zowel het bestuur als voor de brandweer, politie, gemeente en justitie. Daarbij geeft de DPG binnen het veiligheidsdomein integraal advies namens de geneeskundige keten (de zogenaamde ‘witte keten’). Met de komst van de DPG is er één gezicht van het openbaar bestuur richting de particuliere zorgpartijen, zijn reguliere en opgeschaalde (crisis)zorg dichter bij elkaar en vindt er gezamenlijke planvorming van volksgezondheid en veiligheid plaats. De uitvoeringsverantwoording van een aantal taken, zoals medische milieukunde in de opgeschaalde vorm (Geneeskundig Adviseur Gevaarlijke Stoffen (GAGS)) en Psycho Sociale Hulpverlening (PSH), is van de Veiligheidsregio naar de GGD verlegd. De coördinatie, regie en aansturing hiervan blijven bij de GHOR. De verantwoordelijkheid voor bestrijding van infectieziekten A is van de GGD naar de Veiligheidsregio verlegd. 1.2.2 Meldkamers In 2011 heeft het kabinet besloten tot een schaalvergroting van de meldkamers in Nederland. Er komt een Landelijke Meldkamerorganisatie (LMO) die bestaat uit tien meldkamers, naar analogie van het aantal politieregio's. De LMO is onderdeel van de nationale politie. De meldkamer Oost-Nederland, waarin de meldkamers van de Veiligheidsregio’s IJsselland, Twente, Noord- en Oost-Gelderland, Gelderland-Midden en Gelderland-Zuid opgaan, wordt gehuisvest in Apeldoorn. De landelijk kwartiermaker is eind 2013 gestart met haar werkzaamheden. In samenspraak met de landelijke kwartiermaker wordt bekeken hoe de transitie wordt vormgegeven. Op dit moment is het nog onduidelijk op welk moment de Gemeenschappelijke Meldkamer van Gelderland-Zuid opgaat in de nieuwe meldkamer Oost-Nederland en hoe de voorbereidende activiteiten die de Veiligheidsregio moet doen voor die transitie er uit zien. Dit betekent ook dat de financiële consequenties als gevolg van extra capaciteitsinzet op het dossier meldkamer nog onduidelijk zijn. Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 4 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 1.2.3 Bovenregionale Samenwerking Naar aanleiding van de brand bij Chemie-Pack in Moerdijk (januari 2011) heeft een bestuurlijke 'Werkgroep Bovenregionale Samenwerking' onderzocht hoe de samenwerking tussen veiligheidsregio's onderling en tussen veiligheidsregio's en de rijksoverheid kan worden verbeterd. Dit onderzoek heeft een aantal adviezen opgeleverd: Afsprakenkader opschaling Voorgesteld wordt om in geval van bovenregionale crises een GRIP 5 in te stellen. Hierdoor worden aangrenzende veiligheidsregio's gestimuleerd om bijeen te komen om duidelijke afspraken te maken over de interregionale coördinatie. Faciliterende, richtinggevende en sturende rol rijksoverheid Bij bovenregionale rampen en crises kiest de rijksoverheid voor de invulling van de faciliterende, richtinggevende en/of sturende rol. Om de sturende rol goed in te kunnen vullen, kan de rijksoverheid een GRIP-Rijk afkondigen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan incidenten als een kernongeval of terroristische dreiging. Afstemming rijksoverheid en veiligheidsregio's Voor de veiligheidsregio's komt er één rijksloket: het Nationaal CrisisCentrum (NCC). De veiligheidsregio's zorgen samen met het NCC voor een eenduidige kennis- en adviesstructuur. Eenduidigheid crisiscommunicatie Binnen de VRGZ wordt de crisiscommunicatie continu verbeterd. Daarnaast is er noodzaak tot afstemming van de crisiscommunicatie tussen de veiligheidsregio's onderling en tussen de veiligheidsregio's en de landelijke diensten. Tevens wordt voorgesteld om een bovenregionale crisiscommunicatiepool in te stellen en om de organisatie van de crisiscommunicatie in de veiligheidsregio's te professionaliseren en te harmoniseren. De bovenstaande punten worden naar verwachting in 2014 geïmplementeerd. In 2015 wordt overeenkomstig deze adviezen samengewerkt. 1.2.4 Tijdelijke Wet Ambulancezorg Op 1 januari 2013 is de Tijdelijke Wet Ambulancezorg (Twaz) van kracht geworden. In de Twaz is vastgelegd dat de minister van VWS in iedere regio een Regionale Ambulancevoorziening aanwijst. In december 2012 heeft de RAV Gelderland-Zuid deze aanwijzing ontvangen. De Twaz geldt voor een periode van vijf jaar. Gedurende deze periode zal opnieuw worden bezien of de uiteindelijk beoogde non-concurrentiële vergunningprocedure Europeesrechtelijk mogelijk en politiek wenselijk is. In 2015 wordt door het ministerie van VWS, in nauwe samenspraak met Ambulancezorg Nederland (AZN) een aantal alternatieve scenario’s uitgewerkt en op (politieke) haalbaarheid getoetst. 1.2.5 Nieuw financieringsstelsel ambulancezorg Met ingang van 1 januari 2014 is een nieuw financieringsstelsel voor de ambulancezorg in werking getreden. De effecten van deze omslag in het financieringsstelsel zijn voor de RAV Gelderland-Zuid beperkt. In totaal gaat het om een budgetvermindering van € 80.000, te realiseren in een afbouwtermijn van twee jaren. Wel is een groter deel van het budget ‘onderhandelbaar’ verklaard. De verwachting is dat het effect hiervan voor het eerst bij de begrotingsvoorbereiding van 2015 zal blijken. 1.2.6 Aanbevelingen evaluatie Wet veiligheidsregio’s Bij het inwerking treden van de Wet veiligheidsregio’s is toegezegd dat er na een aantal jaren een evaluatie zou plaatsvinden. De Minister van Veiligheid en Justitie heeft op 24 mei 2012 een onafhankelijke commissie (commissie Hoekstra) in het leven geroepen om advies uit te brengen over de werking van de Wet veiligheidsregio’s en over het brede Nederlandse stelsel van rampenbestrijding en crisisbeheersing. De aanbevelingen van de commissie zijn overgenomen door het Veiligheidsberaad (alle voorzitters van de veiligheidsregio’s). Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 5 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid In het kader van de doorontwikkeling van de veiligheidsregio’s wordt op landelijk niveau door het Veiligheidsberaad gewerkt aan een agenda van de veiligheidsregio’s. Deze agenda bevat een aantal onderwerpen uit de aanbevelingen van de commissie Hoekstra, dat de komende tijd met voorrang wordt uitgewerkt en geïmplementeerd. Deze onderwerpen betreffen: 1. Output gerichte sturing: a. Meer focus op risicogerichtheid en b. Toetsing op basis van outcome. 2. Vergroten lerend vermogen van de veiligheidsregio’s. 3. Versterken multi- en interdisciplinaire samenwerking: partners, politie en defensie. 4. Modernisering Brandweerzorg. 5. Verder doorontwikkelen van bevolkingszorg. 6. GHOR zichtbaar, beschikbaar en bereikbaar houden. 7. Motiveren en benutten van zelf- en samenredzaamheid. Om de hiervoor genoemde doorontwikkeling van de Veiligheidsregio’s te realiseren is het onder meer nodig om de rol en betrokkenheid van de gemeenteraden te vergroten. Op landelijk niveau wordt door het Veiligheidsberaad samen met VNG en raadslid.nu hieraan vorm en inhoud gegeven. Complementair hieraan zal VRGZ in 2014 en 2015 nader bezien hoe de betrokkenheid van de gemeenteraden en vertegenwoordigers van gemeenten kunnen worden versterkt. 1.3 Ontwikkelingen met invloed op de begroting 2015 die nog niet zijn verwerkt Eind 2013 zijn brandweerkazernes overgedragen aan de Veiligheidsregio waarvoor btw-herziening moest plaatsvinden als deze niet zouden zijn overgedragen. De afschrijving en rentelasten van deze kazernes zijn in de begroting 2015 verwerkt. Dat geldt niet voor de kazernes die in 2014 zullen worden overgedragen. Datzelfde geldt voor alle andere lasten, horend bij het in eigendom hebben van kazernes, zoals onderhoud, schoonmaak, het beheer van de panden etc. Deze lasten worden in het voorjaar van 2014 geïnventariseerd waarna dit met ingang van 2015, inclusief de daarbij horende budgetten, wordt overgedragen aan de Veiligheidsregio. Een en ander betekent dat de financiële omvang voor 2015 toeneemt maar dat dit in principe budgettair neutraal zal zijn. De afschrijvingen, toegerekende rente en de rente op de aangetrokken leningen zijn in de exploitatie verwerkt. Onder overige opbrengsten is (fictief) de afschrijvingslast en de toegerekende rente verwerkt. In 2013 werd een aanvang gemaakt met het opstellen van een regionaal investeringsprogramma voor de brandweer. Een nieuw investeringsprogramma voor 2014 is gereed en daarin wordt zichtbaar dat er in 2012 en in 2013 investeringen zijn uitgesteld vanwege deze hertoetsing van het volledige programma. Het investeringsplan voor het begrotingsjaar 2015 en voor 2016-2018 is nog niet gereed. Het investeringsplan 2015 wordt voor de aanvang van 2015 aan het bestuur voorgelegd ter goedkeuring. Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 6 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 2 Programma Crisis- en Rampenbestrijding Het programma crisisbeheersing en rampenbestrijding bestaat uit twee productgroepen: risicobeheersing en incidentbestrijding. 2.1 Risicobeheersing Wat is het Risicobeheersing behelst de structurele aandacht voor fysieke (on)veiligheid, het voorkomen en terugdringen van onveilige situaties en de zorg voor het beperken en beheersen van gevolgen voor en inbreuken op fysieke veiligheid. Wat willen we bereiken Het effect van de inspanningen van de VRGZ moet zijn dat burgers van en ondernemers in Gelderland-Zuid op de hoogte zijn van de risico's die er zijn in de omgeving en dat zij zelf het maximale doen om risico's in huis of op het werk te beperken. Wat gaan we daarvoor doen Door te investeren in de voorkant van de veiligheidsketen kan veel leed en schade worden voorkomen. Hierbij hebben burgers en bedrijven een eigen verantwoordelijkheid. Daarbij is van belang te erkennen dat een risicoloze samenleving niet bestaat. Burgers, bedrijven en overheid hebben samen invloed op de veiligheid. Het is daarom van belang dat burgers, bedrijven en overheid zich, ieder vanuit hun eigen verantwoordelijkheid, bewust worden van de aanwezige risico’s, deze waar noodzakelijk te accepteren en waar mogelijk slim hierop te interveniëren. De verantwoordelijkheid van de overheid ligt bij de ontwikkeling van veilige ruimtelijke planning, bij het bevorderen van de borging van (brand)veiligheid in vergunningen en bij het (brand)veilig bouwen en gebruiken van gebouwen. Om het gewenste effect te bereiken investeert de VRGZ in een aantal thema's, zoals informatiemanagement, netwerkmanagement, versterken proactief handelen, zelfredzaamheid & burgerparticipatie, evenementen en risicocommunicatie. De brandweer, de GHOR en de nieuwe Omgevingsdiensten zijn adviseurs voor gemeenten en geven voor zover mogelijk een gezamenlijk multidisciplinair advies af. Om hen en de klant eenzelfde niveau van dienstverlening te kunnen bieden, is een eenduidige aanpak vanuit een gezamenlijk vastgesteld beleidskader nodig. Dit uniform beleid is vanaf 2013 ontwikkeld. Het principe is: centrale kaderstelling en sturing, lokale uitvoering van taken op het gebied van risicobeheersing. Om daaraan invulling te geven richt de brandweer in 2014 de daarvoor benodigde werkorganisatie in. In de loop van 2014 wordt het beleid verder vorm gegeven en vastgelegd in het monobeleidsplan van de brandweer. Op grond daarvan kan risicobeheersing zich in 2015 verder ontwikkelen en uitvoering geven aan dat beleid. 2 Informatiemanagement Met betrekking tot informatiemanagement legt de VRGZ permanente preparatieve gegevens vast, zodat deze ten tijde van incidenten te raadplegen zijn. Het betreft contactgegevens, beeldmateriaal, plannen en procedures (bijvoorbeeld over uitwisseling van gegevens van slachtoffers). Tevens worden met belangrijke netwerkpartners duidelijke afspraken gemaakt over de beschikbaarheid van 'real time' informatie en de wijze waarop deze informatie wordt uitgewisseld. De VRGZ zal in 2015 aandacht blijven geven aan de implementatie van de bevolkingszorg als element in de rampenorganisatie. Tevens wordt gewerkt aan de verdere professionalisering van de (crisis)communicatie. 2 Proactie, preventie, preparatie, repressie en nazorg. Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 7 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 1. Netwerkpartners De VRGZ beschikt over een groot aantal netwerkpartners. Denk hierbij bijvoorbeeld aan Waterschap Rivierenland, Defensie, omgevingsdiensten, openbaar ministerie, GGD, ziekenhuizen, huisartsen, Rijkswaterstaat, elektriciteitsbedrijven, provincie, Rode Kruis en Omroep Gelderland. Deze contacten zorgen er voor dat er korte lijnen zijn tussen de netwerkpartners en de VRGZ. Daarnaast heeft de VRGZ profijt van deze netwerkpartners ten tijde van een crisis. In de met deze partners gesloten convenanten blijkt welke taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden de netwerkpartners hebben en wie de VRGZ ten tijde van een crisis kan bereiken. De veiligheidsregio zal blijven investeren in het zoeken van verbinding met de netwerkpartners. Daarbij wordt ieders belang en taak en verantwoordelijkheid benadrukt om veiligheid gezamenlijk vorm en inhoud te geven. Hierbij wordt ook samenwerking gezocht met de omliggende regio’s. In de komende jaren is een tendens te verwachten tot concentratie en specialisatie van de ziekenhuizen, inclusief de Spoedeisende Eerste Hulp (SEH). In het verlengde van deze ontwikkeling kan het zijn dat een aantal ziekenhuizen worden gesloten. Dit heeft consequenties voor de opgeschaalde zorg bij crises en rampen, in het bijzonder voor de GHOR. Net zoals in 2014 zullen ook in 2015 oefeningen en concrete incidenten worden gebruikt om het lerend vermogen van de medewerkers van de VRGZ en de netwerkpartners te vergroten. Dit gebeurt onder andere door de evaluatiemethoden verder te professionaliseren. Daarbij zal mede gebruik worden gemaakt van best practices elders in het land, 2. Versterken proactief handelen Om het proactief handelen te versterken, functioneert de VRGZ als kenniscentrum voor veiligheidsvragen van haar partners. Zij voorziet gemeenten, omgevingsdiensten en provincie tijdig van deskundige adviezen. Als uitgangspunt hanteert de VRGZ dat de veiligheid het beste wordt geborgd aan de voorkant (proactie en preventie). Daarom streeft de VRGZ er bijvoorbeeld naar om ook in 2015 aan het begin van het proces betrokken te worden bij ruimtelijke ordeningsprojecten, waardoor er afgewogen keuzes kunnen worden gemaakt in locatie en ontwerp (project Ruimtelijke Veiligheid). Vragen als: “hoe zit het met de vluchtwegen, de aan- en afvoerwegen voor de hulpdiensten” of “hoe richten we de ruimte goed in met het oog op sociale veiligheid” komen daarbij aan de orde. Tenslotte blijft de VRGZ ook in 2015 verantwoordelijk voor het controleren van bedrijven en instellingen op het veilig bouwen en gebruiken. 3. Zelfredzaamheid en burgerparticipatie Om de zelfredzaamheid van burgers en bedrijven te bevorderen en de burgerparticipatie te versterken, worden inwoners van Gelderland-Zuid geïnformeerd over risico's. Dit gebeurt door middel van de Veiligheidswijzer die huis aan huis verspreid wordt, websites van gemeenten en veiligheidsregio en door bekendmakingen van rampbestrijdingsplannen. Daarnaast wordt in 2014 samen met andere veiligheidsregio's onderzoek gedaan naar nieuwe mogelijkheden om in 2015 de zelfredzaamheid van de burgers te stimuleren. Een voorbeeld hiervan is de inzet binnen de regio Gelderland-Zuid van gediplomeerde inwoners bij AED-alarmeringen, waarbij iedere seconde telt. Ook geeft de VRGZ verdere invulling aan de uitvoering aan het taakveld "Brandveilig Leven". Hiermee worden instellingen, bedrijven en burgers bewust gemaakt van de eigen mogelijkheden en verantwoordelijkheden waar het gaat om brandveiligheid. Daarbij richt de brandweer zich vooral op aandachtswijken, ouderen, studenten, jeugd en bedrijven. Het gaat daarbij ook om het creëren van de juiste verwachtingen en het bedenken van preventieve mogelijkheden die laagdrempelig zijn, gemakkelijk realiseerbaar en aansluiten bij de verschillende doelgroepen. Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 8 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Speerpunten zijn de promotie van rookmelders en sprinklers; het versterken van bedrijfshulpverlening, ook in woongebouwen; deelname aan het Keurmerk Veilig Ondernemen en vooral veelvuldig voorlichting geven over brandveilig gedrag, toegespitst op de doelgroepen: aan thuiszorg, industriële partners en scholen bijvoorbeeld of door huisbezoeken en thema-avonden. In de komende jaren zal meer aandacht geschonken moeten worden aan de maatschappelijke ontwikkeling van de extramuralisering van de zorg. De tendens is dat in de toekomst het aantal zorginstellingen zal afnemen en daarmee het aantal niet- en minder zelfredzame mensen in de wijk zal toenemen. Een en ander hangt ook samen met de algemeen toenemende vergrijzing. 4. Evenementen Binnen de veiligheidsregio Gelderland-Zuid worden ook in 2015 vele grote en middelgrote evenementen georganiseerd. Evenementen maken de regio enerzijds aantrekkelijk voor haar inwoners en bezoekers, maar kunnen anderzijds ook tot overlast en onveiligheid leiden. Het is dan ook de uitdaging voor organisatoren, gemeenten en hulpverleningsdiensten om bij ieder evenement een optimale balans te vinden tussen attractiviteit en veiligheid. Om deze optimale balans te borgen heeft de VRGZ regionale afspraken gemaakt, waar gemeenten zich aan houden bij de ontwikkeling van het lokale evenementenbeleid. Met behulp van veiligheidsoverleggen wordt uitvoering gegeven aan dit evenementenbeleid. De gemeente organiseert een veiligheidsoverleg bij een groot en risicovol evenement om zich voor te bereiden op het evenement. In dit overleg geven de hulpverleningsdiensten de gemeente gericht een integraal advies en ondersteunen zij de gemeente waar nodig. Tijdens evenementen coördineert de VRGZ (GHOR) de geneeskundige hulpverlening. 5. Risicocommunicatie Door middel van risicocommunicatie, onder andere via sociale media, informeert de VRGZ de inwoners van Gelderland-Zuid zo goed mogelijk over de bestaande risico's in de regio. Zo organiseert de VRGZ bij vaststelling van rampbestrijdingsplannen bijvoorbeeld voorlichtings- en informatieavonden in samenwerking met gemeenten en betrokken bedrijven. Een ander voorbeeld zijn de zogeheten infotweets bij de alarmeringsoefeningen op de eerste maandag van de maand. Omdat de Veiligheidsregio's voor een groot deel te maken hebben met dezelfde type risico's, werken zij landelijk samen om te komen tot verdere verbetering van de risicocommunicatie. Sociale veiligheid De Veiligheidsregio is een netwerkorganisatie die zich vooral richt op fysieke veiligheid. De scheidslijn tussen fysieke en sociale veiligheid wordt steeds vager. Dat uit zich vooral bij het verrichten van activiteiten op de terreinen van crisisbeheersing, rampenbestrijding en evenementenbeleid. De activiteiten op deze terreinen zijn er mede op gericht maatschappelijke onrust te voorkomen en te beheersen. Een continuering en intensivering van de samenwerking met andere partners zoals politie, gemeenten, defensie en GGD is daartoe nodig. Waar nodig zullen nieuwe structurele samenwerkingsvormen worden gezocht tussen partijen. Het creëren van een platformfunctie van de veiligheidsregio waar de verschillende partijen elkaar kunnen ontmoeten is een onderdeel daarvan. Prestatie- c.q. verantwoordings indicatoren 1. Informatiemanagement Geen prestatie c.q. verantwoordingsindicatoren. Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 9 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 2. Netwerkpartners Onderhoud van contacten met externe partners: o minimaal eenmaal per jaar. Aantal af te sluiten of te onderhouden convenanten met partners: o 2 (Veiligheidsbureau) o 9 (GHOR) 3. Versterken proactief handelen Aantal uit te brengen adviezen: o externe veiligheid o industriële veiligheid o vuurwerk o veilig bouwen en gebruik Geplande inspecties en controle: o BRZO o veilig bouwen en gebruik: 2207 4. Zelfredzaamheid en burgerparticipatie (In ontwikkeling) 5. Evenementen Aantal evenementen waaraan advies wordt geleverd: o 100 Aantal evenementen waarbij ondersteuning/coördinatie wordt geleverd: o 25 6. Risicocommunicatie Aantal infotweets: o 12 2.2 Incidentbestrijding Wat is het Incidentbestrijding heeft betrekking op het managen van incidenten en de voorbereiding daarop. Hierbij wordt het begrip ‘incident’ breed opgevat. Het gaat niet alleen om het incident zelf, maar ook om de dreiging ervan of de aankondiging van een gebeurtenis. Ook gaat het om incidenten die volgens de letterlijke definitie niet een echte ramp of crisis zijn, maar die een grote impact hebben in de maatschappij waardoor adequaat en tijdig opschalen wenselijk is. Wat willen we bereiken Het effect van de inspanningen op het gebied van incidentbestrijding moet zijn dat de inwoners en ondernemers van Gelderland-Zuid zien en ervaren dat incidenten adequaat en vakkundig worden aangepakt. Wat gaan we daarvoor doen Om het gewenste effect te bereiken investeert de VRGZ in de volgende thema's: informatiemanagement, planvorming, alarmering, opleiden en oefenen en in behoud vrijwilligheid en doorontwikkeling incidentbestrijding brandweer. 1. Informatiemanagement Om een crisis goed te kunnen bestrijden is een goed informatienetwerk en juist gebruik daarvan van levensbelang. Het zorgdagen voor goede informatie-en communicatievoorzieningen is en blijft een prioriteit in het werk van de veiligheidsregio’s. Om die reden continueert de VRGZ de inzet van het landelijk crisismanagementsysteem LCMS, waardoor het mogelijk is dat alle hulpverleningsdiensten en andere functionarissen in een crisisorganisatie tegelijkertijd beschikken over dezelfde informatie; het zogenaamde netcentrisch werken. Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 10 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Een belangrijke sleutelpositie heeft de calamiteitencoördinator (CaCo) op de meldkamer. De belangrijkste taak van de CaCo is het houden van overzicht op het incident en het verloop van de meldkamerprocessen en het bewaken dat alle partners in de meldkamer op dezelfde lijn zitten. De CaCo zit als een spin in het web van informatie die via de centralisten van de drie meldkamerdisciplines (ambulance, brandweer, politie) binnenkomt. Ook in 2015 is deze functie volledig op sterkte en 24 uur per dag beschikbaar. In 2014 is het Slachtoffer Informatie Systeem ingevoerd. Dit is een landelijke systematiek waarmee slachtoffers bij een ramp of crisis worden geregistreerd. Het doel van het systeem is om verwanten sneller te kunnen informeren ten tijde van eencrisis. Daarnaast is in 2014 een groter deel van de tankautospuiten van de brandweer in Gelderland-Zuid uitgerust met digitale bereikbaarheidskaarten. In 2015 en volgende jaren is de brandweer verzekerd van de meest recente informatie over een object bij een uitruk. Onderzocht wordt in hoeverre het mogelijk is om de digitale bereikbaarheidskaart beschikbaar te krijgen in de meldkamer, waardoor de meldkamer de hulpverleningsdiensten beter kan ondersteunen bij een uitruk. 2. Planvorming Planvorming is van oudsher één van de pijlers van de voorbereiding op een ramp of crisis. In 2015 moet een deel van de wettelijk verplicht gestelde plannen worden geactualiseerd. Het betreft het crisisplan, risicoprofiel en het regionaal beleidsplan. In verband met het toegenomen aantal repressieve rollen in het regionaal crisisplan, worden in 2015 afspraken over bijstand gemaakt met omliggende regio’s. Daarnaast worden incidentbestrijdingsplannen, aanvalsplannen en bereikbaarheidskaarten voortdurend geactualiseerd. Dit zijn interne plannen waar gebruik van wordt gemaakt bij een inzet door de brandweer. Bij de actualisatie van de plannen wordt voorrang gegeven aan de belangrijkste objecten en risico's in de regio. Welke dit zijn staat in het regionaal risicoprofiel. De brandweer gaat de planvorming risico-gestuurd benaderen, dat wil zeggen dat de risico’s van een object bepalend zijn voor het niveau van planvorming. 3. Alarmering Het optimaal functioneren van de Gemeenschappelijke Meldkamer (GMK) is een absolute voorwaarde voor een succesvolle incidentbestrijding. De meldkamer streeft dan ook naar een snelle beantwoording van de 112-meldingen en een adequate afhandeling daarvan. Bij een opschalingsproces in geval van een grootschaliger incident vervult de GMK (de CaCo) een spilfunctie. Zij alarmeert dan de leden van de crisisorganisatie. De GMK is in een dergelijke situatie er op gericht om snel om te kunnen schakelen van drie afzonderlijke meldkamerprocessen (ambulance, brandweer, politie) naar één multidisciplinair meldkamerproces om zo een efficiënte afhandeling van het incident te bewerkstelligen. Daarnaast wordt in aanloop naar de schaalvergroting van de meldkamers intensiever samengewerkt met toekomstige meldkamerpartners, bijvoorbeeld door uitwijkoefeningen met de Veiligheidsregio Gelderland-Midden. Vooruitlopend op de landelijke meldkamerorganisatie werken de meldkamers in Oost-Nederland samen aan het afstemmen van de operationele processen. 4. Opleiden en oefenen Omdat rampen en crises gelukkig zelden voorkomen, is het noodzakelijk dat alle betrokken functionarissen regelmatig oefenen en hun kennis actueel houden, om in geval van nood adequaat te kunnen handelen. Hiervoor heeft de VRGZ een uitgebreid opleiding- en oefentraject opgezet voor haar eigen medewerkers. Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 11 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Naast het actueel houden van de vakkennis zijn de oefeningen ook gericht op het verder verbeteren van de samenwerking tussen de betrokken disciplines en de verschillende operationele niveaus. Op deze wijze wordt het doel, het adequaat bestrijden of voorkomen van een crisis of incident, nagestreefd. Daarnaast ondersteunt de VRGZ de ontwikkeling en de opleiding- en oefening van medewerkers van andere organisaties (waaronder gemeenten) bij de crisis- en rampenbestrijding. Voor de brandweer is vakbekwaamheid als speerpunt benoemd. De brandweer is een traject gestart om de ‘basis op orde’ te krijgen van 'vakbekwaam blijven': door eenduidige registratie, een efficiëntere organisatie van vakbekwaamheid en de vakbekwaamheidsorganisatie op orde te brengen. Begin 2014 is het ‘Beleidsplan vakbekwaamheid en kennis’ gereed. Daarin wordt de verdere ontwikkeling van de vakbekwaamheid vastgelegd voor de periode 2015 tot 2018. Vanaf 2015 ligt de nadruk op het versterken van de (individuele) kwaliteit van het vakbekwaam worden en blijven. Belangrijke speerpunten daarbij zijn normering en aantoonbaarheid van de kwaliteit van vakbekwaam blijven, efficiënter oefenen en het sterker richten op het individu, met mogelijkheden voor maatwerk. 5. Behoud en ontwikkeling vrijwilligheid brandweer Voor de VRGZ zijn de vrijwilligers nu en in de toekomst de hoeksteen van de brandweerorganisatie. Zij vormen met hun brandweerpost de lokale sleutel naar een toekomst waarin de brandweervrijwilliger niet alleen uitrukt voor brand en hulpverlening, maar ook de burgers helpt om brand te voorkomen en hen leert deze te beperken. De doorontwikkeling van de brandweer heeft effect op wat de brandweer doet en vooral hoe de brandweer dat doet. Als dat helder is, wordt de rol van de vrijwilliger daarin opnieuw bekeken, zowel voor risicobeheersing als incidentbestrijding. Verder ontwikkelt Brandweer Nederland momenteel een landelijke visie op vrijwilligheid. 6. Doorontwikkeling incidentbestrijding brandweer Binnen de doorontwikkeling incidentbestrijding brandweer is een zogeheten branden hulpverleningsrisicoprofiel vastgesteld. Dit profiel is noodzakelijk om de omslag te kunnen maken van aanbodsturing naar vraagsturing. Het brand- en hulpverleningsrisicoprofiel is de onderlegger voor een nieuw dekkingsplan dat in 2015 wordt opgesteld. Dit dekkingsplan is dus afgestemd op risico’s en kan vervolgens ook gaan anticiperen op veranderingen binnen de regio. Het vernieuwde dekkingsplan is daardoor niet meer statisch, zoals nu, maar wordt dynamisch. Eén van de onderdelen van de doorontwikkeling brandweer is het taakgericht uitrukken. Dit houdt in dat de slagkracht, mensen en middelen worden bepaald die voor een aantal taken en klussen nodig zijn, en vervolgens ook als werkwijze worden ingevoerd. Dat zal in twee stappen gebeuren: eerst de mensen en dan de middelen. In 2014 is bepaald hoeveel mensen nodig zijn om welke brandweerklussen te klaren (bezetting op maat). Vanaf 2015 wordt daadwerkelijk met bezetting op maat uitgerukt. In 2015 wordt dit uitgebreid door te bekijken of de tankautospuit (TS) nog wel nodig is, daar waar meestal een andere bezetting uitrukt: voertuig op maat. Op basis van het brandrisicoprofiel kan gedifferentieerd worden naar het soort voertuig: een TS of bijvoorbeeld een snel interventievoertuig (SIV) met twee personen.. In 2015 gaat de brandweer de organisatie van het onderhoud en beheer van materiaal en materieel anders invullen. In 2014 zijn daarvoor voorstellen gedaan, die in 2015 geïmplementeerd gaan worden. Prestatie- c.q. verantwoordings indicatoren 1. Informatiemanagement Aantal brandweervoertuigen met digitale bereikbaarheidskaarten: 40 Beschikbaarheid CaCo: 24 uur per dag Slachtoffer Informatiesysteem: 1 Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 12 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 2. Planvorming Aantal op te stellen en/of te actualiseren plannen: o Aanvalsplannen: 360 o Bereikbaarheidskaarten: 775 o Incidentbestrijdingsplannen: 45 o Rampbestrijdingsplannen: 2 o continuïteitsplannen: 1 3. Alarmering Aantal meldingen Gemiddelde meldtijd (wettelijk voorschrift: binnen 2 minuten) Percentage loze meldingen Percentage uitrukken binnen de vastgestelde norm Aantal uitwijkoefeningen: 6 Gemiddelde opkomsttijd OvDG: 30 minuten 4. Opleiden en oefenen Aantal geplande opleidingen: o brandweer:150 o GHOR - geoefendheid ketenpartners: 90% sleutelfunctionarissen geoefend 90% sleutelfunctionarissen opgeleid Aantal geplande oefeningen: o monodisciplinair: brandweer: 2450 o multidisciplinair - Systeemoefening: 1 - CoPI-oefeningen-straat: 25 - CoPI-oefeningen-virtueel: 25 - ROT-oefeningen: 3 - BT-oefeningen: 6 - NATVIR-oefening: 1 Gepland aantal opgeleide en geoefende functionarissen brandweer: 950. 5. Behoud en ontwikkeling vrijwilligheid brandweer In ontwikkeling. 6. Doorontwikkeling incidentbestrijding brandweer Vastgesteld brandrisicoprofiel Uitruk op maat volledig voorbereid Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 13 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 3 Programma Regionale Ambulance Voorziening (RAV) 3.1 Sector RAV De sector RAV omvat een ambulancedienst en een Meldkamer Ambulancezorg (MKA). De ambulancedienst is in de regio Gelderland-Zuid de enige toegelaten ambulancevervoerder in het kader van de Tijdelijke Wet Ambulancezorg (Twaz). Uit dien hoofde is de ambulancedienst verantwoordelijk voor zowel alle spoedeisende als alle niet-spoedeisende vervoer van patiënten. Ten behoeve van het ambulancevervoer exploiteert de ambulancedienst twintig ambulances, drie motoren, twee solo-ambulances (verpleegkundige in een personenauto) en een MICU-voertuig (inclusief reservevoertuigen), die zijn gestationeerd op zes ambulancestandplaatsen verspreid over de regio. De ambulancehulpverlening geschiedt op basis van landelijke protocollen. De exploitatie van de ambulancevoorziening wordt volledig bekostigd door de zorgverzekeraars uit de premies voor de ziektekostenverzekeringen. De MKA neemt aanvragen voor het spoedeisende en niet-spoedeisende vervoer in ontvangst en draagt zorg voor een zo efficiënt mogelijke inzet van ambulances op basis van telefonische diagnostiek en triage (inschatting van aard en ernst letsel). De diagnostiek en triage vinden plaats op basis van een breed binnen de zorgsector gehanteerd triagemodel, te weten het Nederlands Triage Systeem (NTS). De MKA is samen met de meldkamer van de politie en de meldkamer van de sector Brandweer ondergebracht bij de sector GMK. Wat willen we bereiken Doelstelling van de sector RAV (incl. MKA) is het zo snel en efficiënt mogelijk behandelen van verzoeken om inzet van ambulances alsmede het uitvoeren van patiëntenvervoer. Voor zover er landelijke normen zijn gesteld wordt er naar gestreefd deze normen minimaal te realiseren. Wat gaan we daarvoor doen Voor het realiseren van dit effect tracht de RAV het volgende te bereiken: 1. de urgentie-toekenning aan hulpvragen geschiedt juist Hulpmiddel om tot een juiste triage te komen is de beschikbaarheid van een goede triagemethodiek. In navolging van veel andere sectoren in de gezondheidszorg (o.a. ziekenhuizen en huisartsen) hanteert de RAV het Nederlands Triage Systeem (NTS). Toepassing van dit systeem leidt tot een juiste urgentietoekenning bij hulpvragen. Het NTS is een computerondersteund systeem dat voortdurend wordt beoordeeld en zo nodig (landelijk) wordt aangepast. Alle centralisten zijn in het gebruik van NTS geschoold en jaarlijks vinden bijscholingen plaats. Met de "Haak plus"-module, worden centralisten periodiek beoordeeld op het juiste gebruik van NTS. 2. De urgentie-toekenning geschiedt snel Een snelle urgentietoekenning is noodzakelijk om snelle hulp te kunnen bieden. Dagelijks wordt op de meldkamer geanalyseerd of en welke meldingen een langere afhandelingstijd hebben dan de norm van 2 minuten. Van die meldingen wordt getracht de oorzaken van de langere meldtijd op te sporen. Afhankelijk van de gevonden oorzaak wordt per melding feedback gegeven aan de betreffende centralist. 3. De opstart van de ambulances geschiedt zo snel mogelijk De opstart van een ambulance begint op het moment dat de meldkamer een ritopdracht aan de ambulance geeft en eindigt op het moment van vertrek van de ambulance. Deze tijdstippen worden geregistreerd in het bedrijfsprocessysteem. Dagelijks wordt geanalyseerd of er sprake is van te lange opstarttijden en in die gevallen worden oorzaken geanalyseerd en besproken met de betreffende bemanning. Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 14 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 4. De rijtijd van de ambulances is zo kort mogelijk De verkorting van rijtijden wordt op diverse wijzen nagestreefd. In de eerste plaats is er naar gestreefd de standplaatsen en voorwaardenscheppende locaties geografisch zodanig te spreiden dat daarmee de gebiedsdekking geoptimaliseerd wordt. In dit kader worden in 2014 nieuwe standplaatsen betrokken, in Beuningen en Geldermalsen. Daarmee is de herhuisvesting van de RAV voltooid. In de tweede plaats wordt op de meldkamer gebruik gemaakt van een geavanceerd, geautomatiseerd systeem dat de centralist voortdurend adviseert over mogelijkheden de ambulances optimaal beter over de regio te spreiden. In de loop van 2014 wordt dit systeem uitgebreid met een module die voorspellingen kan doen op basis van historische gegevens. 5. De hulpverlening geschiedt conform de actuele protocollen Om de hulpverlening conform de actuele protocollen te laten verlopen, vindt voortdurende training en opleiding van medewerkers plaats. Voor alle chauffeurs, verpleegkundigen en centralisten geldt dat zij jaarlijks een zogenaamde ‘bekwaamheidsverklaring’ ontvangen zodra alle trainingen, jaarlijkse theorietoetsen en ritscreeningen met succes zijn doorlopen. Dit wordt beoordeeld door de medisch manager van de RAV. Zonder bekwaamheidsverklaring mogen geen werkzaamheden op de ambulance worden verricht. 6. De overdracht van de patiënt aan ziekenhuis geschiedt zo goed mogelijk Om een goede medische overdracht van patiënten aan een ziekenhuis te borgen wordt enerzijds door middel van een geautomatiseerd systeem patiëntinformatie vanuit de aanrijdende ambulance naar het ziekenhuis gestuurd, waardoor het ziekenhuis zich zo nodig kan voorbereiden op de overname van de patiënt. Anderzijds is de medisch manager van de RAV minimaal één dag per week aanwezig op de spoedeisende hulp afdeling van het ziekenhuis, om de overdracht in de praktijk te kunnen beoordelen. 7. De wachttijden B-vervoer worden beperkt Voor het bestelde (geplande) vervoer gelden geen normen voor aanrijtijden en aanname van meldingen, omdat voor dit type meldingen geen urgentie geldt. Voor het B-vervoer is van belang dat de wachttijden voor de patiënt zo beperkt mogelijk worden gehouden en patiënten zoveel mogelijk op tijd in de ziekenhuizen zijn. Prestatie- c.q. verantwoordings indicatoren Urgentie toekenning: 10-15 geauditeerde meldingen per centralist. Snelheid urgentie toekenning: Gemiddelde meldtijd spoedritten < 1 min. 10 seconde. Snelheid opstart ambulance: Gemiddelde opstarttijd spoedritten < 45 sec. Verkorting rijtijd ambulance: o Gemiddelde rijtijd 6 min. 30 seconde; o 95% A1-ritten binnen 15 minuten; o 98% A2-ritten binnen 30 minuten. Hulpverlening conform protocol: 400 gescreende ritverslagen (5 per verpleegkundige). Percentage afgegeven bekwaamheidsverklaringen: 100%. Overdracht patiënt aan ziekenhuis.: 150 beoordeelde overdrachten patiënt aan SEH-afdeling. Wachttijd B-vervoer : Gemiddelde wachttijd B-vervoer <20 minuten. Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 15 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 4 Paragrafen 4.1 Weerstandsvermogen en risicobeheersing In juni 2012 nam het algemeen bestuur een aantal besluiten over dit onderwerp. Zij besloot met de betrekking tot de reserves om: de norm voor een algemene reserve voor Crisis- en Rampen, inclusief brandweer, te bepalen op maximaal 5% van de omzet (dit was 8%); als ondergrens voor de algemene reserve voor Crisis- en Rampen, inclusief brandweer, een bedrag te bepalen van € 1.250.000,-. Onder deze grens moeten gemeenten, na een daartoe strekkend besluit van het algemeen bestuur, bijbetalen. Dit om te borgen dat de VRGZ over voldoende liquide middelen kan beschikken om aan haar normale betalingsverplichtingen te kunnen voldoen; de normale regels voor het treffen van bestemde reserves en voorzieningen te hanteren en in begrotingen en jaarrekeningen zichtbaar te maken welke kosten hiermee gemoeid zullen zijn of gemaakt zijn; voor het programma RAV de ontwikkelingen binnen de zorgsector te volgen. De minimale norm voor reserves is 10% van de omzet en de streefwaarde is 15% van de omzet (dit was 8% zonder onderscheid van een minimale norm en een streefnorm); door te gaan met periodieke inventarisatie van risico's en daar zo nodig ook tussentijds melding van te maken richting gemeenten. Het bestuur besloot voorts om opdracht te geven om een nieuwe afgewogen nota over reserves, risico's en weerstandscapaciteit op te stellen in 2014, inclusief de uitwerking van criteria voor bepaling van een voldoende kwaliteitsniveau van de verschillende diensten. Eind 2013 is gestart met een verdiepingstraject voor risico-inventarisatie binnen de hele organisatie. Deze inventarisatie zal ten grondslag komen te liggen aan de nota die in 2014 wordt uitgebracht. In deze jaarstukken wordt nog voortgeborduurd op de oude methode en wordt nog geen gebruik gemaakt van organisatie-brede risico-inventarisatie. 4.2 Weerstandsvermogen 4.2.1 Programma Crisis- en Rampenbestrijding Algemene reserve Crisis- en Rampenbestrijding Begroting 2015 Raming 2016 Raming 2017 Raming 2018 2.104 2.033 5% 2.115 2.033 5% 2.113 2.033 5% 2.112 2.033 5% Bedragen * € 1.000,- Norm eigen vermogen is 5% van de omzet Algemene reserve rampenbestrijding Percentage eigen vermogen van de omzet Bestemde reserves worden niet meegenomen in deze toetsingstabel van het eigen vermogen. Bij de gepresenteerde cijfers wordt er van uitgegaan dat de voorstellen voor bestemming van het resultaat 2013 door het bestuur worden overgenomen. Geconcludeerd wordt dat de algemene reserve Crisis en Rampen zich in de komende jaren licht onder het niveau van de bestuurlijke norm zal bevinden. Bezuinigingen De kortingen op rijks- en gemeentelijke bijdrage voor Crisis- en Rampenbestrijding in oplopende percentages vanaf 2012 naar 2015 van respectievelijk 6% en 10% en de bezuinigingsopdracht van de geregionaliseerde brandweer oplopend tot 5% in 2015 zijn verwerkt in de begroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018. Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 16 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 4.2.2 Programma RAV De reserves van zorginstellingen zijn bedoeld om algemene risico’s op te vangen en zijn tevens bedoeld om schommelingen in het jaarresultaat op te vangen. Reserves aanvaardbare kosten MKA en RAV Begroting 2015 Raming 2016 Raming 2017 Raming 2018 1.807 2.710 3.170 18% 1.803 2.705 3.043 17% 1.802 2.702 2.862 16% 1.802 2.702 2.748 15% Bedragen * € 1.000,- De minimale norm is 10% van de omzet De streefwaarde is 15% van de omzet Reserve aanvaardbare kosten MKA en RAV Percentage eigen vermogen van de omzet Er wordt in de komende jaren meer besteed aan ambulancezorg. De streefwaarde van 15% van de omzet als omvang van de reserve wordt in deze cijfermatige doorkijk tot 2018 gehaald. De RAV zal het uitgavenpatroon aan moeten passen om de streefwaarde van 15% in de toekomst te kunnen realiseren. Vanaf 2018 zullen kosten en opbrengsten aan elkaar gelijk moeten zijn. 4.3 Risicobeheersing Vanaf begin 2014 wordt binnen de organisatie extra aandacht besteed aan risicobewustzijn en risicomanagement. Hierbij krijgen risico-“eigenaren” de verantwoordelijkheid om in beeld te brengen en te houden welke acties volgen om risico’s te beheersen of om te beschrijven waarom risico’s geaccepteerd (moeten) worden. Dit zal medio 2014 leiden tot een nieuwe nota risico-inventarisatie en weerstandsvermogen, waarna er periodiek zal worden gerapporteerd aan het bestuur en deelnemende gemeenten. In deze begroting worden de risico’s nog gepresenteerd in de oude stijl. Dit betekent dat de belangrijkste risico’s in dit hoofdstuk kort worden geschetst en dat een risico-inventarisatie in de bijlagen bij deze begroting beschikbaar is, waar de risico’s zo mogelijk ook financieel worden gekwantificeerd. Als alle geïdentificeerde risico's zich zouden voordoen is daar ongeveer € 11 miljoen mee gemoeid. De algemene reserve van het programma Crisis- en Rampenbestrijding kan 48% van de risico's van dat programma afdekken. Voor het programma RAV is dat percentage 56%. Niet alle risico’s zullen zich tegelijkertijd voordoen. 4.3.1 Schaalvergroting meldkamers Het aantal meldkamers wordt teruggebracht van 25 naar 10. De meldkamer van de regio GelderlandZuid wordt geïntegreerd in de nieuwe meldkamer Oost-Nederland. Rondom dit onderwerp is nog veel onduidelijk. Er wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met deze ontwikkeling door investeringen uit te stellen en door samen te werken met andere meldkamers. Desalniettemin moet er voor de toekomst rekening gehouden worden met frictiekosten omdat in de regio Oost-Nederland vijf meldkamers worden samengevoegd en als nieuwe locatie Apeldoorn is aangewezen. Ter voorbereiding op de samenvoeging van 25 naar 10 meldkamers zullen de nu nog op verschillende manieren ingerichte werkprocessen op de meldkamers landelijk geüniformeerd moeten worden, terwijl de huidige meldkamers operationeel blijven. De daarvoor benodigde extra personele capaciteit is niet voorzien in de begroting. 4.3.2 Herijking BDUR Medio 2014 wordt een onderzoek gestart naar de verdeling van rijksuitkeringen voor Openbare Orde en Veiligheid. Het ministerie van Veiligheid en Justitie zal bij de verdeling van de rijksbijdrage BDUR de methode van de uitkering gemeentefonds volgen. Bekendmaking van de uitkomst van het onderzoek is voorzien in de BDUR-circulaire juni 2015. Herverdeling van middelen zal dan vanaf 2016 van kracht kunnen worden. Er zijn landelijk geen middelen beschikbaar om herverdeeleffecten op te vangen. 4.3.3 Bezuinigingen en doorontwikkeling van de organisatie Alle bezuinigingsopdrachten die veelal in een oplopend percentage vanaf 2012 of 2013 werden opgelegd met cumulerende percentage van 6% door het Rijk, 10% door gemeenten op de organisatie Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 17 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid exclusief gemeentelijke brandweren en 5% op de gemeentelijke brandweren, plus een extra bezuinigingen vanwege de aanschaf van twee nieuwe blusboten zijn verwerkt in deze begroting 2015. Feitelijk is de bezuinigingsopdracht binnen de organisatie groter omdat de organisatie moet worden doorontwikkeld en aangepast binnen bestaande budgetten. 4.3.4 Afspraken met vakbonden en personeel Afgesproken is om een eventuele hogere inschaling ten gevolge van de implementatie van een nieuwe functiebeschrijvings- en waarderingsmethode voor individuele medewerkers met terugwerkende kracht tot 1 januari 2013 te laten ingaan. Dit impliceert een risico voor hogere kosten met terugwerkende kracht. 4.3.5 Onregelmatigheidstoeslag tijdens vakantie Binnen een aantal sectoren waar onregelmatig wordt gewerkt, worden procedures gevoerd door personeelsleden omdat er tijdens vakanties van het personeel geen onregelmatigheidstoeslag wordt betaald. Dit is voor personeelsleden van de ambulancesector ook aanleiding geweest om bezwaar te maken tegen het niet betalen van onregelmatigheidstoeslag tijdens hun vakantie. Momenteel is nog niet te voorspellen op welk moment eventuele procedures duidelijkheid zullen bieden over dit onderwerp. 4.3.6 Btw-druk in de begroting van de Veiligheidsregio Er is niet voldoende historische informatie beschikbaar om te kunnen beoordelen of de rijkscompensatie voor het komen te vervallen van btw-compensatie voldoende is. Globale doorrekeningen maken zichtbaar dat de compensatie niet voldoende is. 4.3.7 Aansprakelijkheid bodemverontreiniging De VRGZ is aansprakelijk gesteld voor het ontstaan van eventuele bodemverontreiniging door het verplaatsen van afval tijdens brandbestrijding. 4.3.8 Doorontwikkeling Brandweer De ervaring bij de meeste veiligheidsregio's waar de brandweer is geregionaliseerd leert dat in de eerste jaren na regionalisering allerlei financiële bijstellingen aan de orde kunnen zijn. Het jaarresultaat 2013 laat zien dat deelbudgetten opnieuw gerangschikt moeten worden en dat er in 2013 incidenteel minder is uitgegeven dan begroot. Uit in 2013 gestart onderzoek naar het investeringsprogramma, welk onderzoek in het najaar van 2014 zal worden afgerond, wordt zichtbaar dat er structurele tekorten zijn in het jaarlijks budget voor kapitaallasten. Dit lijkt op een jaarlijks tekort van ca. € 500.000,- te duiden. 4.3.9 Overdracht van kazernes De overdracht van de brandweerkazernes naar de VRGZ zal gefaseerd plaatsvinden. In december 2013 zijn 15 brandweerkazernes waarbij btw-herziening van toepassing is, overgedragen aan de VRGZ. In de loop van 2014 worden meer kazernes overgedragen aan de VRGZ en worden de lasten die daarmee samenhangen geïnventariseerd. Het is de bedoeling dat de gemeenten hun budgetten vanaf 2015 overdragen aan de Veiligheidsregio. In 2014 wordt een plan ontwikkeld voor inrichting van een facilitaire dienst bij de Veiligheidsregio, inclusief inkoopfunctie. 4.3.10 Werkkostenregeling Vanaf 2015 wordt invoering van de werkkostenregeling verplicht. Onder die regeling mogen werkgevers een maximaal percentage van het totale fiscale loon besteden aan onbelaste vergoedingen aan hun personeel. Als het maximale percentage wordt overschreden moet 80% belasting worden betaald over de overschrijding. Er is niet bekend hoe deze nieuwe regeling voor de VRGZ zal uitpakken. Uit landelijk onderzoek blijkt dat de werkkostenregeling financieel negatief uitpakt voor organisaties met relatief veel vrijwilligers. Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 18 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 4.3.11 Economische crisis De economische crisis heeft al geleid tot kortingen op de budgetten van het rijk, gemeenten en zorgverzekeraars en tot niet voorziene stijging van sociale lasten en pensioenpremies. Omdat de economische crisis aanhoudt, kunnen nieuwe maatregelen van kracht worden waarmee geen rekening is gehouden. 4.3.12 Verzekerde risico's De algemene risico's van wettelijke aansprakelijkheid, de inboedel, het wagenpark en het materieel zijn verzekerd. Dit geldt niet voor ziekte en werkloosheid van de medewerkers. Vanaf 1 januari 2013 worden gemeentelijke verzekeringen voor materieel en personeel door de VRGZ als contractpartner gecontinueerd in plaats van de gemeenten. Een aanbestedingsprocedure voor de Veiligheidsregio loopt en wordt in 2014 afgerond. 4.3.13 Spreiding en beschikbaarheid ambulances Het Landelijk Referentiekader Spreiding en Beschikbaarheid Ambulancezorg is begin 2013 herijkt. Verwachting is dat het referentiekader iedere twee jaar herijkt zal gaan worden. Herijking van het referentiekader kan een aanpassing tot gevolg hebben op het aantal standplaatsen en ambulances dat is toegewezen en het hiermee samenhangende budget. Eventuele aanpassingen in het budget worden altijd met zorgverzekeraars afgestemd. 4.3.14 Functiewaarderingsystematiek CAO ambulancezorg In de sector-cao ambulancezorg is de afspraak gemaakt om in de eerstvolgende CAO de overgang te maken naar een nieuwe functiebeschrijvings- en waarderings-systematiek. Het risico hiervan is dat hieruit een hogere inschaling van het personeel kan volgen. 4.4 Verbonden partijen De VRGZ werkt intensief samen met de politie Gelderland-Zuid (vanaf 1 januari 2013 politiedistrict Gelderland-Zuid onder politieregio Oost-Nederland) voor wat betreft de gemeenschappelijke meldkamer. Ditzelfde geldt voor de samenwerking met de GGD Gelderland-Zuid op het gebied van Facilitaire Zaken, ICT, P&O en Financiële Planning en Control. Er is geen sprake van een verbonden partij in die zin dat de veiligheidsregio risico's draagt die vanuit de andere partij worden veroorzaakt. Wel zijn er kosten gemoeid met het verbreken van het samenwerkingsverband. 4.5 Investeringsbegroting en kapitaalgoederen Een overzicht van de geplande investeringen is opgenomen in de bijlagen bij deze begroting. In zijn algemeenheid worden kapitaalgoederen van de VRGZ onderhouden en vervangen na afloop van de economische levensduur. Tot het moment van aanschaf van twee nieuwe blusboten voor de risicobeheersing op het water in 2015, worden beide huidige blusboten onderhouden. Daarbij beperkt het onderhoud zich tot een minimum en wordt alleen het hoogst noodzakelijke onderhoud voorzien. Uit in 2013 gestart onderzoek naar het investeringsprogramma brandweer, komt een herijkte investeringsplanning voor 2014. Een meerjareninvesteringsplanning voor 2015-2018 is nog niet voorhanden, deze wordt in de loop van 2014 afgerond. In deze begroting is derhalve rekening gehouden met aannames voor de brandweer investeringsbegroting. In de risicoparagraaf staat aangegeven dat hieruit vermoedelijk een risico uit voortkomt. 4.6 Wet Houdbare overheidsfinanciën De wet Houdbare overheidsfinanciën (wet Hof) bevat begrotingsregels voor de decentrale overheden provincies, gemeenten (incl. gemeenschappelijke regelingen) en waterschappen. Zij hebben andere regels dan het rijk voor hun boekhouding: de begroting moet sluitend zijn, zij sparen voor het doen van investeringen of bekostigen het direct uit de reserves en 'smeren' investeringsuitgaven' uit over meerdere jaren door deze te activeren. Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 19 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Door een verschil in boekhoudstelsels tussen rijk en decentrale overheden provincies, gemeenten en waterschappen worden investeringen als tekortvergroting voor het EMU-saldo aangemerkt. Met de wet Hof gaat per jaar een macroplafond gelden voor het EMU-tekort van alle gemeenten samen. 4.7 Treasury De hoeveelheid geld die nodig is voor de uitvoering van de verschillende taken van de organisatie wordt beheerd door de treasuryfunctie. Werkwijze, taken en verantwoordelijkheden zijn vastgelegd in het treasurystatuut. Dit statuut is op 19 mei 2011 door het algemeen bestuur vastgesteld. De veiligheidsregio voert een risicomijdend beleid. 4.7.1 Schatkistbankieren Half december 2013 is het schatkistbankieren voor decentrale overheden ingegaan. Schatkistbankieren houdt in dat tegoeden worden aangehouden in de Nederlandse schatkist. Hierdoor zal de Nederlandse staat minder geld hoeven te lenen op de financiële markten en zal de staatsschuld dalen. 4.7.2 Risicobeheer Het verstrekken van leningen en garanderen van rente en aflossing van leningen is de veiligheidsregio niet toegestaan. 4.7.3 Kasgeldlimiet Jaarlijks geeft het ministerie aan welk bedrag mag worden gefinancierd met kortlopende geldleningen; de kasgeldlimiet. In 2015 is dit 8,2% van het begrotingstotaal met een minimum van € 300.000,-. Als de kasgeldlimiet structureel wordt overschreden, moet de kortlopende schuld worden omgezet in een langlopende schuld. Bedragen * € 1.000,- 1e kwt 2e kwt 3e kwt 4e kwt 60.454 60.454 60.454 60.454 - in procenten van de grondslag 8,2% 8,2% 8,2% 8,2% - in bedrag 4.957 4.957 4.957 4.957 - opgenomen gelden < 1 jaar 0 0 0 0 - schuld in rekening courant 0 0 0 0 - gestorte gelden door derden < 1 jaar 0 0 0 0 - ov. geldleningen niet zijnde vaste schuld 0 0 0 0 0 0 0 0 Omvang begroting per 1 januari (is grondslag) 1 Toegestane kasgeldlimiet 2 Omvang vlottende korte schuld (+/+) 3 Vlottende middelen (-/-) - contante gelden in kas - tegoeden in rekening-courant - overige uitstaande gelden < 1 jaar 0 0 0 0 4.251 2.453 2.358 2.358 Toets kasgeldlimiet 4 Totaal netto vlottende schuld (2 - 3) -4.251 -2.453 -2.358 -2.358 Toegestane kasgeldlimiet (1) 4.957 4.957 4.957 4.957 Ruimte (+)/ Overschrijding (-) (1 - 4) 9.208 7.410 7.316 7.316 Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 20 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 4.7.4 Renterisiconorm Om ongewenste financiële gevolgen van rentewijzigingen te beperken, geeft het ministerie ook jaarlijks een renterisiconorm aan. Deze renterisiconorm geeft de omvang van de schuld weer die in een jaar maximaal voor renteconversie in aanmerking mag komen. In 2015 is dit een percentage van 20% van het begrotingstotaal, met een minimum van € 2.500.000,-. De uitkomst hiervan mag niet overschreden worden zodat een spreiding van de opgenomen leningen, looptijden en rente-aanpassingsdata en een eventueel hieruit voortvloeiende rentewijziging ontstaat. In 2013 werd op basis van een financieringsplan, in verband met de groei van de organisatie, een lening aangetrokken. Tevens werd er een lening aangetrokken voor de aanschaf van 15 kazernes. In 2014 en 2015 wordt er verder bij geleend. Bedragen * € 1.000,- 1 2 3 Renteherziening Aflossingen Renterisico (1+2) 4 Renterisiconorm 5a Ruimte onder renterisiconorm 5b Ruimte boven renterisiconorm 2018 0 0 0 2017 0 3.556 3.556 2016 0 3.199 3.199 2015 0 2.935 2.935 12.091 12.091 12.091 12.091 12.091 0 8.535 0 8.892 0 9.156 0 Berekening renterisiconorm 4a Begrotingstotaal begroting 2014 4b Percentage regeling Renterisiconorm (4a x 4b) 60.454 20% 12.091 De wettelijk vastgestelde nieuwe rente risiconorm houdt in dat de jaarlijks verplichte aflossingen en de renteherzieningen niet meer mogen bedragen dan 20% van het begrotingstotaal. De VR blijft daar ruim onder. Het minimumbedrag voor de renterisiconorm is € 2.500.000,-. 4.7.5 Financieringslimiet Bedragen * € 1.000,- Verwachte omvang mat. vaste activa eind 2015 Af: Saldo reserves en voorzieningen Totaal Fin. met lang vermogen Fin. met liquide middelen Bij: noodzakelijk werkkapitaal ( meest negatieve stand ) 48.206 -5.797 42.409 Verwachte kredietlimiet voor 2015 bij normale omstandigheden 8.049 50.458 Bij: eventuele bijzondere omstandigheden ( 2 maal de maandlast ) Verwachte ( tijdelijke ) financieringslimiet bij bijzondere omstandigheden 9.287 59.745 Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 21 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 4.8 Organisatie en bedrijfsvoering 4.8.1 Bestuurlijke organisatie De gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Gelderland-Zuid (1 januari 2011) is een voortzetting van de gemeenschappelijke regeling Hulpverlening en Veiligheid (1 januari 2004) en bestaat uit de Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio (GHOR), de Regionale Ambulancevoorziening (RAV), Brandweer Gelderland-Zuid, de Gemeenschappelijke Meldkamer (GMK), het Veiligheidsbureau, P&O en Financiële Planning & Control, Facilitaire Zaken en ICT en een aantal staffuncties. De Veiligheidsregio Gelderland-Zuid is werkzaam voor de gemeenten Groesbeek, Ubbergen en Millingen aan de Rijn (toekomstig de gemeente Berg en Dal), Beuningen, Buren, Culemborg, Druten, Geldermalsen, Heumen, Lingewaal, Maasdriel, Neder-Betuwe, Neerijnen, Nijmegen, Tiel, West Maas en Waal, Wijchen en Zaltbommel. De gemeenschappelijke regeling is gevestigd in Nijmegen. Het bestuur van de VRGZ bestaat uit de burgemeesters van de deelnemende gemeenten. Zij vormen het algemeen bestuur. Binnen dit bestuur is een aantal portefeuilles c.q. thematische verantwoordelijkheden verdeeld. Hiermee zijn geen formele besluitvormende bevoegdheden overgedragen. Elke portefeuille- of themahouder agendeert onderwerpen via het Dagelijks Bestuur in het Algemeen Bestuur voor besluitvorming. In algemene zin is de functie van het dagelijks bestuur de voorbereiding van besluitvorming voor het Algemeen Bestuur. Het dagelijks bestuur beoordeelt of de aangereikte voorstellen geschikt zijn voor besluitvorming in het algemeen bestuur. 4.8.2 Ambtelijke organisatie De Veiligheidsregio wordt geleid door een algemeen directeur. Deze wordt hierin bijgestaan door de directeur RAV en de regionaal commandant brandweer. Samen vormen zij het directieteam. De hoofden van de sectoren en afdelingen binnen de VRGZ, aangevuld met een vertegenwoordiger van het Brandweer Managementteam (BMT), vormen het adviesteam, dat de algemeen directeur gevraagd (en ongevraagd) adviseert over zaken die de gehele VRGZ aangaan. De GHOR wordt aangestuurd door de Directeur Publieke Gezondheid (DPG), die tevens directeur is van de GGD Gelderland-Zuid. De DPG maakt op basis van de agenda deel uit van het Directieteam. De regionaal commandant vormt samen met de clustercommandanten het BMT. 4.8.3 Informatiemanagement Een goede informatievoorziening is essentieel voor het goed kunnen functioneren van onze organisatie en om die te verbeteren op basis van nieuwe mogelijkheden. De VRGZ ontwikkelt in de periode 2013-2016 onder andere de volgende trajecten ten behoeve van de bedrijfsvoering met een I(CT)-component: Inrichten kernregistraties (bijvoorbeeld personeel, externe relaties, GEO data). Systeemkeuze en implementatie voor de ondersteuning van de inkoopfunctie. Herziening/keuze nieuw financieel pakket. Inrichten systemen rondom vergunningadviesproces in samenwerking met gemeenten en RUD's. Systeemkeuze en implementatie voor de ondersteuning facilitair management. In 2014 zijn deze trajecten opgestart. Wat betreft de trajecten betreffende facilitair management, inkoop en het financiële pakket worden de eindproducten naar verwachting in 2015 opgeleverd. Het traject betreffende kernregistraties is een lange termijn inzet die een gefaseerde aanpak krijgt. 4.8.4 Kwaliteitszorg en kennismanagement De Wet veiligheidsregio’s schrijft een aantal kwaliteitseisen voor met betrekking tot verschillende onderdelen van onder het bestuur van de veiligheidsregio ressorterende diensten. Het kwaliteitszorgsysteem VRGZ is modulair opgebouwd. Dat wil zeggen dat elke sector voor de borging van de eigen kwaliteit zorgt. Het geheel van deze systemen zorgt ervoor dat de kwaliteit van alle processen van de VRGZ zijn geborgd. Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 22 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid De focus voor de komende jaren ligt op het beheersen en verbeteren van het bereikte kwaliteitsniveau en het leren van incidenten. Door onder andere regelmatig audits en metingen uit te voeren op de operationele en beleidsmatige processen wordt het kwaliteitsniveau bewaakt. Het structureel willen leren van daadwerkelijke incidenten vindt vorm onder andere door na afloop van alle GRIP-incidenten een eerste impressie vast te leggen. In sommige gevallen kan dat leiden tot een nadere evaluatie. Het multidisciplinair leeragentschap zorgt voor het benoemen en agenderen van alle leer- en ontwikkelpunten rondom crisisinzetten. Om het management beter te ondersteunen in haar sturende taak, wordt in 2015 het traject 'managementdashboard' verder uitgebouwd. Een managementdashboard is een leeswijzer die op hoofdlijnen laat zien welke resultaatgebieden aandacht vragen. Hierdoor wordt het mogelijk het management op overzichtelijke wijze te voorzien van samenhangende operationele- en bedrijfsvoeringsinformatie. De brongegevens van de sector RAV, sector Brandweer en Financiële Planning & Control zijn inmiddels ontsloten. Het managementdashboard voor de andere sectoren wordt in 2014 geïmplementeerd. 4.8.5 Bedrijfsvoering In 2014 wordt een nieuw functiewaarderingssysteem ingevoerd en toegepast. Na de regionalisering van de brandweer en de herinrichting van de ondersteunende diensten en de staffuncties was het noodzakelijk dat alle functies binnen de Veiligheidsregio opnieuw werden en worden beschreven en daarmee ook gewaardeerd. Het is mogelijk dat voor sommige functies een herwaardering nodig is. Het effect hiervan op de begroting 2015 is op dit moment nog niet te overzien. De afgelopen jaren heeft de VRGZ een aantal forse ontwikkelopgaven gehad, waaronder inbedding van de ondersteunende diensten bij de VRGZ, de regionalisering van de brandweer, ondersteuning leveren van de ondersteunende diensten aan de fusie van de GGD-en en het realiseren van bezuinigingen. Vanaf 2014 ligt de focus van de interne organisatie op ’het huis op orde’ krijgen. De hectiek van de hierboven genoemde ontwikkelopgaven moet omgebogen worden naar stabiliteit en duidelijkheid. Duidelijkheid in de aansturing, rollen en verantwoordelijkheden en duidelijkheid in de in te zetten koers. Werken aan uniforme processen, afspraken en dezelfde standaarden van kwaliteit. In 2014 is een aanvang gemaakt met de implementatie van de besluitvorming over de opgestelde bedrijfsvoering visie, waarin de wijze van dienstverlening van de ondersteunende diensten een belangrijke plaats inneemt. Via het zogenaamde ’click, call en face-principe’ worden zowel de interne als externe klant bediend. Ook in 2015 zal dit principe nog verder worden uitgewerkt. Daarnaast wordt binnen de organisatie aandacht besteed aan de sturingsprincipes van de organisatie. De sturingsprincipes beschrijven hoe we willen werken, wie waar voor verantwoordelijk is en wat we van de leidinggevenden mogen verwachten. Na de eigendomsoverdracht van de kazernes van gemeenten naar de Veiligheidsregio zal de verantwoordelijkheid voor het beheer daarvan als onderdeel van vastgoedbeheer ingebed worden binnen de afdeling Facilitaire Zaken. Het zogenaamde facilitaire bedrijf zal in 2015 verder gestalte krijgen. Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 23 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5 Financiële begroting Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 24 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.1 Overzicht van baten en lasten in de begroting Crisis- en Rampenbestrijding Bedragen * € 1.000 Bijgestelde Realisatie Begroting Begroting 2013 2014 2015 Raming 2016 Raming 2017 Raming 2018 Baten Budget aanvaardbare kosten Subsidies Rijk Subsidies Provincie Bijdrage deelnemende gemeenten Opbrengsten bedrijfsvoering Overige opbrengsten Totaal baten 0 5.590 178 31.468 1.697 1.727 40.659 0 6.684 178 29.967 1.860 3.184 41.873 0 6.761 98 30.123 1.904 3.193 42.078 0 6.761 75 30.359 1.904 3.193 42.292 0 6.761 52 30.359 1.904 3.193 42.269 0 6.761 30 30.359 1.904 3.193 42.247 Lasten Personeelskosten Huisvesting Kantoormiddelen Medische zaken Communicatieapparatuur Wagenpark en werkmaterieel Kapitaallasten Evenementen, paraatheidsverg. en inleen Dienstverlening door derden Interne doorbel. bedrijfsvoering Regionalisering Kwaliteit personeel Algemene kosten Onvoorzien Rentebaten en lasten Nog te bezuinigen Totaal lasten 29.125 480 312 9 1.468 2.376 3.246 60 778 -650 523 108 1.228 0 -637 0 38.426 31.358 425 317 6 1.729 1.928 5.348 0 697 -863 0 0 1.477 153 -632 -79 41.865 31.424 465 310 6 1.832 1.777 5.695 0 738 -908 0 0 1.370 153 -627 0 42.235 31.485 465 310 6 1.832 1.777 5.744 0 718 -908 0 0 1.370 153 -610 0 42.342 31.529 465 310 6 1.832 1.777 5.737 0 718 -908 0 0 1.370 153 -571 0 42.417 31.563 465 310 6 1.832 1.777 5.829 0 718 -908 0 0 1.370 153 -528 0 42.586 2.233 8 -157 -50 -148 -339 -27 100 50 50 50 50 2.206 108 -107 0 -98 -289 -522 -108 430 75 65 -215 -215 2.266 323 0 108 0 0 0 -98 0 -289 0 0 0 0 0 0 0 Saldo van baten en lasten Buitengewone baten en lasten Geraamd saldo van baten en lasten * Bestemde res. regionalisering brandweer Bestemde reserve kwaliteit personeel Bestemde reserve compensatie btw Bestemde reserve crisiscommunicatie Bestemde reserve financiële menskracht Bestemde reserve kapitaallasten Algemene Reserve C&R Geraamde resultaat * -/- is onttrekking +/+ is toevoeging. Programmabegroting 2015 25 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.1.1 Begrotingswijzigingen overzicht van baten en lasten in de begroting Crisis- en Rampenbestrijding 2014 Bedragen * € 1.000 Begroting 2014 Verschuiving Nagekomen correcties Brandkranen BtwOvergenomen compensatie kazernes 2013 FLO gemeente Nijmegen Korting beheer kazernes Publieke Gezondheid Bijgestelde begroting 2014 Baten Budget aanvaardbare kosten Subsidies Rijk Subsidies Provincie Bijdrage deelnemende gemeenten Opbrengsten bedrijfsvoering Overige opbrengsten Totaal baten 0 6.683 178 30.857 1.860 1.621 41.200 Lasten Personeelskosten Huisvesting Kantoormiddelen Medische zaken Communicatieapparatuur Wagenpark en werkmaterieel Kapitaallasten Evenementen, paraatheidsverg. en inleen Oefenen en opleiden Dienstverlening door derden Interne doorbel. bedrijfsvoering Regionalisering Algemene kosten Onvoorzien Rentebaten en lasten Nog te bezuinigen Totaal lasten 30.456 525 418 6 1.640 2.538 3.694 110 927 540 -863 0 1.241 153 -206 0 41.180 1126 -100 -100 -80 100 113 -365 0 1.115 185 38 -500 31.358 425 318 6 1.729 1.928 5.348 0 0 697 -863 0 1.477 153 -632 -80 41.865 19 -100 -86 0 -215 427 0 -38 0 9 0 100 Geraamd saldo van baten en lasten * 19 0 Bestemde reserve compensatie btw Algemene Reserve C&R 19 Saldo van baten en lasten Buitengewone baten en lasten Geraamde resultaat 0 89 -245 100 -87 -927 87 190 -365 -215 -163 27 -365 -215 -500 1.542 1.542 100 185 185 0 -500 185 -9 -500 -365 13 1.541 -23 70 236 -426 100 -86 0 -215 427 0 -38 0 -215 0 -86 0 0 6.683 178 29.967 1.860 3.185 41.873 0 427 0 * -/- is onttrekking +/+ is toevoeging. Programmabegroting 2015 0 0 -215 323 -38 0 0 108 0 0 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Toelichting Verschuivingen Verschuivingen betreffen (budgettair neutrale) verschuivingen als gevolg van verfijning van de brandweerbegrotingen en een nadere invulling van de bezuinigingsopdracht. Voor een bedrag van € 80.000,- is in 2014 nog geen specifieke invulling aangewezen. In 2015 is dit bedrag meegenomen in de structurele bezuinigingen. Nagekomen correcties, brandkranen en btw-compensatie De nagekomen correcties brandweer zijn correcties op de per 1 januari 2013 overgedragen gemeentelijke budgetten. Deze correcties zijn met de betreffende gemeenten afgestemd. Omdat het Ministerie van VenJ heeft aangegeven dat gemeenten verantwoordelijk zijn voor de bluswatervoorziening, gaat het budget onderhoud brandkranen weer terug naar gemeenten. Het Algemeen Bestuur besloot op 12 december 2013 om uit het jaarresultaat 2013 € 430.000,- te reserveren om het verlies van btw-compensatie voor gemeenten te compenseren voor de jaren 2014 en 2015. Gemeenten krijgen dan € 215.000,korting op hun gemeentelijke bijdrage. Overname kazernes De kapitaallasten van de eind december 2013 van gemeenten overgenomen kazernes (15 stuks) zijn, evenals de rentelasten van de aangetrokken leningen ter financiering, inzichtelijk gemaakt. Per saldo is er een rente voordeel door het verschil in rente op kapitaallasten en het rentepercentage dat wordt betaald over de leningen ter financiering van de kazerens. De budgetten voor eigenaars- en gebruikerslasten worden nog inzichtelijk gemaakt en afgestemd met gemeenten. Om die reden worden deze opbrengsten, totdat afstemming met gemeenten heeft plaatsgevonden, gepresenteerd onder overige opbrengsten. Naar verwachting is hierover medio 2014 meer bekend. In de loop van 2014 worden meer kazernes van gemeenten overgenomen en om die redenen volgen hiervoor op een later moment begrotingswijzigingen voor 2014 en 2015. FLO gemeente Nijmegen De structurele kosten voor het FLO-overgangsrecht voor het beroepskorps van gemeente Nijmegen wordt in de begroting toegevoegd. De totale kosten worden op basis van nacalculatie verrekend met de gemeente Nijmegen. Publieke Gezondheid Eind 2013 is er een overeenkomst Publieke Gezondheid tussen GHOR en GGD gesloten. De kosten nemen hierdoor toe en deels verschuiven er kosten. Korting beheer kazernes De VRGZ kan in 2014 nog niet overgaan tot het inrichten van een eigen beheerorganisatie rondom de kazernegebouwen. Een deel van deze overheadbijdrage wordt om die reden 2014 incidenteel in mindering gebracht. Vanaf 2015 wordt deze incidentele verlaging weer teruggedraaid. Programmabegroting 2015 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.2 Toelichting op het overzicht van baten en lasten in de begroting Crisis- en Rampenbestrijding Onder andere naar aanleiding van de realisatiecijfers in het eerste jaar na regionalisering zijn er diverse posten (budgettair neutraal) verschoven om zodoende begroting en realisatie beter vergelijkbaar te maken. Naar verwachting zal dit in de eerste jaren na regionalisering nog vaker gebeuren. In deze begroting 2015 zijn alle jaarlijks oplopende bezuinigingsopdrachten verwerkt. Als er sprake is van bezuinigingen die nog niet volledig kunnen worden onderbouwd met dalende kosten vanwege aflopende contracten of verifieerbare daling in de kosten van nieuwe contracten, wordt dit vermeld in de risicoinventarisatie. Overdracht van brandweerkazernes vindt gefaseerd plaats. Kazernes waarbij btw-herziening van toepassing is, zijn eind 2013 overgedragen aan de Veiligheidsregio. Kazernes waarbij geen sprake is van btw-herziening worden in de loop van 2014 overgedragen. In de eerste maanden van 2014 worden de kosten die samenhangen met de overdracht van kazernes geïnventariseerd (schoonmaak, eigenaarslasten, onderhoud etc.) De overdracht van budgetten van gemeenten naar de Veiligheidsregio zal gebeuren vanaf 2015. Omdat de inventarisatie na het uitbrengen van deze begroting zal worden afgerond, kan deze budgetoverdracht en verwerking van de lasten nog niet in deze begroting worden verwerkt. Onder de overige opbrengsten is een fictieve bijdrage vanuit gemeenten verwerkt voor de kapitaallasten van de in 2013 overgenomen kazernes. Wanneer de werkelijke kosten en de daarmee samenhangende opbrengsten in beeld zijn zullen deze opbrengsten onderdeel worden van de gemeentelijke bijdragen (zie ook paragraaf 5.6). Er is een nieuw investeringsplan voor brandweerinvesteringen 2014 opgesteld. Een meerjarig investeringsplan vanaf 2015 is (nog) niet voorhanden. De in de begroting 2015 en meerjarenraming 20162017 opgenomen investeringen betreft de investering in twee nieuwe blusboten. Daarnaast zijn, voor 2015 t/m 2018, aannames gedaan ten aanzien van overige investeringen. In onderstaande toelichting wordt ingegaan op verschillen tussen de begroting 2015 en de bijgestelde begroting voor 2014. De begroting 2015 en de meerjarenraming 2016-2018 zijn gebaseerd op het prijspeil van 2015. Subsidies Rijk Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 De subsidie van het Rijk verandert vanwege bijstelling van de btw-component van 19% naar 21%, vanwege doorwerking indexering voorgaande jaren en verandering van structuurkenmerken en verdeelmaatstaven. Naar verwachting wordt deze subsidie vanaf 2016 herverdeeld over veiligheidsregio's. Het Rijk heeft daarbij aangegeven dat er landelijk geen geld beschikbaar is om negatieve herverdeeleffecten tijdelijk te compenseren. Publicatie van de herverdeelde rijkssubsidie wordt verwacht in juni 2015. 78 Subsidies Provincie Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 Met ingang van 2015 komt de subsidie voor de blusboten ad € 80.000,- te vervallen. -80 Bijdrage deelnemende gemeenten Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 Hieronder wordt een specificatie weergegeven van de verschillende veranderingen die optreden in de gemeentelijke bijdragen voor het jaar 2015 in vergelijking met de begroting 2014. De verdeling over gemeenten en de ontwikkeling van de gemeentelijke bijdrage tot en met 2018 is weergegeven in bijlage 5.6. 155 Programmabegroting 2015 28 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Gemeentelijke bijdragen 2014 30.857 Bij: nagekomen correcties 190 Af: teruggave budget onderhoud brandkranen -365 Af: compensatie BTW -215 Af: eenmalige korting beheer kazernes -500 Bijgestelde gemeentelijke bijdragen 2014 29.967 Af: bijdrage vakbekwaamheid en kwaliteit -212 Af: bijdrage stafsectie bevolkingszorg -40 Af: bezuiniging oude VRGZ -93 Af: bezuiniging brandweer -400 Bij: correctie gefaseerde kapitaallasten 111 Bij: beheer kazernes 500 Subtotaal Bij: indexering lonen en overige lasten * 29.833 289 Totale gemeentelijke bijdragen 2015 30.122 * De indexering is, conform de in het Ontvlechtingskader gemaakte afspraken, berekend op basis van prijs overheidsconsumptie beloning werknemers (2,25%) en de prijs netto materiële overheidsconsumptie (IMOC 1,50%) volgens Centraal Economisch Plan d.d. 4 maart 2014. Op basis van deze publicatie is in de begroting 2015 een nacalculatie verwerkt voor de indexeringen van 2013 en 2014. Dit leidt tot een totale gewogen indexering voor 2015 van 0,97%. Beloning werknemers IMOC 2,25% 1,50% Correctie laatst gepubliceerde index, minus toegepaste index voor begroting 2013 -0,15% -0,15% Correctie laatst gepubliceerde index, minus toegepaste index voor begroting 2014 -1,25% 0,00% 0,85% 1,35% 75% 25% Verwachte index voor 2015 Totaal toe te passen index voor begroting 2015 Aandeel personeels- en overige kosten in begroting 2014 Gewogen indexcijfer voor begroting 2015 (t.o.v. begroting 2014) 0,97% Opbrengsten bedrijfsvoering Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 De Veiligheidsregio levert ondersteuning aan de GGD op het gebied van post & archief, facilitaire zaken, ICT, P&O en Financiële Planning & Control. Ten opzichte van de begroting 2014 nemen de kosten voor post & archief, FP&C en P&O (€ 72.000,-) toe en dalen de kosten voor ICT (€ 29.000,-) door enerzijds minder personele uitgaven en anderzijds hogere uitgaven voor een datalijn. 43 Overige opbrengsten Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 De Veiligheidsregio Gelderland-Midden levert een bijdrage in de exploitatiekosten van een blusboot (€ 104.000,-). De bijdrage in de blusboten van de provincie komen te vervallen, zie subsidies provincie. Een aantal bijdragen voor personeel (€ 23.000,-) en ademlucht (€ 23.000,-) nemen af, evenals de bijdrage van de politie voor de kosten van de Gemeenschappelijke Meldkamer (€ 23.000,-). Verder muteert de aanname van de bijdrage van gemeenten voor de huisvesting van de reeds overgenomen kazernes met € 26.000,- ten opzichte van 2014. Afstemming met gemeenten vindt in 2014 plaats. 9 In de overige opbrengsten is een fictieve post van ruim €1.500.000,- opgenomen voor de kapitaallasten die verband houden met de reeds overgedragen kazernes in 2013. Wanneer de werkelijke opbrengsten bekend zijn, zullen de opbrengsten onderdeel worden van de gemeentelijke bijdragen (zie ook paragraaf 5.6). Programmabegroting 2015 29 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Personeelskosten Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 De personeelskosten zijn begroot en doorgerekend aan de hand van de premies voor sociale lasten en pensioenen zoals die golden begin 2014. Ten opzichte van dit prijspeil is rekening gehouden met 1,5 loonstijging bij de doorrekening naar 2015 omdat de CAO voor gemeenteambtenaren al per 1 januari 2013 afliep. Dit percentage is lager dan het Centraal Planbureau begin 2015 voorspelt omdat de CAO gemeenten in 2012 de bruto lonen in 2012 met 2% bijstelde, terwijl voor een aantal andere groepen van overheidspersoneel de nullijn gold. Ten opzichte van de begroting 2014 is de stijging 1%, omdat daarin al 0,5% was verwerkt. Op basis van het bestedingsplan Vakbekwaamheid Brandweerpersoneel was in 2013 en 2014 tijdelijk 3,5 extra fte beschikbaar voor oefenen en opleiden. Dit vervalt in 2015 (€ 220.000,-). Als gevolg van de uitrol van de nieuwe ICT-omgeving kan de formatie van de afdeling ICT met ruim 2 fte worden teruggebracht (€ 140.000,-). Hier staan deels hogere kosten tegenover (zie ook communicatie-apparatuur). 65 Bij het opmaken van de begroting 2014 is de Onregelmatigheidstoeslag (ORT) voor beroepsmedewerkers te laag ingeschat. Dit is in de begroting 2015 hersteld (€ 150.000,-). De brandweerorganisatie verwacht door intensievere samenwerking over de clustergrenzen heen en met het efficiënter maken van bedrijfsprocessen, dat het mogelijk is om het totale regionale werkpakket beter te verdelen en met minder personeel uit te voeren. Dit geldt voor risicobeheersing, incidentbestrijding en het management van de brandweer. De beoogde besparing ten opzichte van de begroting 2014 is € 404.000,-. De VRGZ kan in 2014 nog niet overgaan tot het inrichten van een eigen beheerorganisatie rondom de kazernegebouwen. Een deel van deze overheadbijdrage werd om die reden in 2014 incidenteel in mindering gebracht. Vanaf 2015 wordt deze incidentele verlaging weer teruggedraaid (€ 500.000,-). De uitgaven voor opleiden en oefenen dalen met € 148.000,-. Voor € 95.000,- heeft dit betrekking op het vervallen van incidentele implementatiekosten van stafsectie geneeskundig en stafsectie bevolkingszorg. Een bedrag van € 70.000,- verschuift naar algemene kosten. Tot slot stijgen de kosten voor bedrijfsfitness ter uitvoering van de functie licht met € 7.000,-. De overige personele kosten dalen met € 18.000,-. Huisvesting Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 De investering voor schilderwerk en vloerbedekking die in 2013 is komen te vervallen voor de Veiligheidsregio en werd betaald door de GGD Gelderland-Zuid (hoofdhuurder pand Groenwoudseweg) is verwerkt in de huisvestingslasten. Samen met de indexering van de huurprijs leidt dit tot een stijging van € 21.000,-. 40 Tot slot nemen de schoonmaakkosten (€ 4.000,-), liggeld voor de blusboten (€ 7.000,-) en een aantal overige huisvestingslasten (€ 8.000,-) toe. Kantoormiddelen Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 De daling wordt veroorzaakt door een mix van kleine bijstellingen ten opzichte van de begroting 2014. Programmabegroting 2015 -7 30 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Communicatie-apparatuur Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 De kosten voor internetverbindingen en onderhoud van vaste telefonie werden in de begroting van 2014 te laag ingeschat (€ 68.000,-). Een deel van deze kosten wordt via de overige opbrengsten bedrijfsvoering doorbelast aan de GGD (zie opbrengsten bedrijfsvoering). Verder nemen de kosten van ADSL (€ 12.000,-) en softwarelicenties (€ 23.000,-) toe. 103 Wagenpark en materieel Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 Door aanschaf van de nieuwe blusboten vallen de onderhoudskosten de komende jaren lager uit (€ 65.000,-). Door grotere volumes in te kopen en aan te besteden en het beperken van voorraden door efficiëntere werkwijzen wordt naar verwachting een besparing van € 36.000,- op verzekering en aanschaf van klein materieel gerealiseerd. -151 Vanwege de intensivering van de samenwerking tussen de clusters is het niet meer noodzakelijk boventalling materieel aan te houden. Hierdoor dalen de onderhoudskosten met € 50.000,-. Kapitaallasten Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 De kapitaallasten stijgen als gevolg van de aanschaf van de blusboten met € 340.000,- (zie investeringsplanning paragraaf 5.5). In 2013 is voor de brandweer een volledig nieuwe investeringsplanning 2014 opgesteld. Ten opzichte van de begroting 2014 zullen de verwachte kapitaallasten voor de brandweer € 50.000,- hoger uitvallen dan in 2014. De kapitaallasten van de overige sectoren dalen per saldo met € 44.000,-. 346 Dienstverlening door derden Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 De getekende overeenkomst publieke gezondheid tussen GHOR en GGD levert een kostenstijging op van € 12.000,-. 41 De verdere stijging wordt veroorzaakt door incidentele inhuur van derden ten behoeve van de doorontwikkeling van de digitalisering van het archief (€ 19.000,-), de implementatie van de werkkostenregeling en het in eigen beheer gaan uitvoeren van de salarisadministratie door P&O (€ 10.000,-). Het in eigen beheer nemen van de salarisadministratie levert vanaf 2016 structureel een besparing op van € 45.000,-. Interne doorbelasting ondersteunende diensten Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 De volledige kosten van de ondersteunende diensten zijn verwerkt binnen het programma Crisisen Rampenbestrijding en doorbelast aan de overige bedrijfsonderdelen/sectoren. De doorbelasting van de kosten aan de GGD is verwerkt onder opbrengsten bedrijfsvoering. Het aandeel van de sector RAV is verwerkt onder deze kostensoort. De interne doorbelasting aan het programma RAV neemt toe doordat de kosten van de ondersteunende diensten toenemen. Programmabegroting 2015 -45 31 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Algemene kosten Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 In 2015 wordt € 140.000,- structureel meer bezuinigd op algemene kosten. Verder is voor kwaliteit € 70.000.- van personeelskosten verschoven naar algemene kosten. -108 De kosten voor voorlichting werden bij de begroting 2014 te hoog ingeschat en zijn om die reden structureel naar beneden bijgesteld (€ 20.000,-). Op basis van de realisatie 2013 is de bijdrage voor het Landelijk CrisisManagementSysteem (LCMS) met € 10.000,- neerwaarts bijgesteld. Tot slot zijn diverse algemene kosten met € 9.000,- neerwaarts bijgesteld. Onvoorzien Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 De geraamde post voor onvoorzien is gelijk gehouden aan het begrote bedrag uit de vorige begroting. 0 Rentebaten en -lasten Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 De stijging van het renteresultaat wordt veroorzaakt door de forse investeringen in 2014 en 2015 (zie geplande investeringen paragraaf 5.5). De berekende rente over de investeringen is hierdoor hoger (€ 129.000,-). Per saldo verloopt de rentecomponent op afschrijvingen (hier en bij kapitaallasten) kostenneutraal. Er wordt ten opzichte van 2014 minder financiering aangetrokken en het rentepercentage van de in 2013 reeds aangetrokken financiering is lager uitgevallen dan in de begroting 2014 werd aangenomen, dit levert een rentevoordeel op van € 135.000,-. 6 Buitengewone baten en lasten Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 De daling van de buitengewone baten ten opzichte van de begroting 2014 wordt veroorzaakt door een lagere inschatting van de opbrengstwaarde uit de verkoop van brandweermaterieel in 2015. -50 Nog te bezuinigen Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 In de begroting 2014 was een deel van de bezuinigingsopdracht nog niet ingevuld, in de begroting 2015 zijn alle bezuinigingen structureel ingevuld. 79 Meerjarenraming Alle cijfers tot en met 2018 zijn gebaseerd op het prijspeil van 2015. De gemeentelijke bijdragen zijn aangepast met collectieve of individuele afspraken met gemeenten. Er wordt door Brandweer Nederland onderhandeld met het Ministerie over het Gelders Uitvoeringsprogramma Externe Veiligheid. De verwachting is dat deze bijdrage wordt afgebouwd naar 30% in 2018. De personeelskosten zijn aangepast voor periodieken en reeds bekende mutaties. Kapitaallasten zijn doorgerekend aan de hand van meerjarig geplande investeringen. Programmabegroting 2015 32 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.3 Overzicht van baten en lasten in de begroting RAV Bedragen * € 1.000 Realisatie Begroting Begroting 2013 2014 2015 Raming 2016 Raming 2017 Raming 2018 Baten Budget aanvaardbare kosten Subsidies Rijk Subsidies Provincie Bijdrage deelnemende gemeenten Opbrengsten bedrijfsvoering Overige opbrengsten Totaal baten 17.162 575 0 0 0 39 17.776 17.370 655 0 0 0 18 18.043 17.415 633 0 0 0 18 18.066 17.381 633 0 0 0 18 18.032 17.364 633 0 0 0 18 18.015 17.364 633 0 0 0 18 18.015 Lasten Personeelskosten Huisvesting Kantoormiddelen Medische zaken Communicatieapparatuur Wagenpark en werkmaterieel Kapitaallasten Dienstverlening door derden Interne doorbel. bedrijfsvoering Algemene kosten Onvoorzien Rentebaten en lasten Nog te bezuinigen Totaal lasten 13.223 384 50 597 548 1.297 763 222 650 493 0 -7 0 18.219 13.678 346 59 476 422 999 894 145 863 488 0 0 0 18.370 13.349 360 53 506 558 818 1.008 130 908 530 0 0 0 18.219 13.279 360 53 506 558 749 1.087 130 908 530 0 0 0 18.159 13.305 360 53 506 558 749 1.097 130 908 530 0 0 0 18.196 13.321 360 53 506 558 749 1.014 130 908 530 0 0 0 18.129 -443 -327 -153 -127 -181 -114 12 0 0 0 0 0 Geraamd saldo van baten en lasten * -432 -327 -153 -127 -181 -114 Reserve aanvaardbare kosten MKA Reserve aanvaardbare kosten RAV -47 -385 -106 -221 59 -212 59 -186 59 -240 59 -173 0 0 0 0 0 0 Saldo van baten en lasten Buitengewone baten en lasten Geraamde resultaat * -/- is onttrekking +/+ is toevoeging. Programmabegroting 2015 33 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.4 Toelichting op het overzicht van baten en lasten in de begroting RAV In deze toelichting wordt alleen ingegaan op verschillen tussen de begroting 2015 en de begroting voor 2014. De begroting en meerjarenraming zijn opgesteld op basis van prijspeil 2015. Budget aanvaardbare kosten Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 Vanaf 2014 is de wijze waarop de RAV gefinancierd wordt, gewijzigd. De nadruk van de nieuwe financiering ligt meer op het beschikbaar hebben van capaciteit waar in het verleden een grotere nadruk lag op de productie. De nieuwe methodiek heeft een structurele verlaging van bijna € 100.000,- tot gevolg. 46 Er zijn een drietal incidentele posten in 2014 tot en met 2016: - Efficiencykorting; per jaar 2,50% groei in het aantal ritten. Minder groei betekent een korting op het budget. - Overgangsmodel; om de overgang van het oude naar het nieuwe model van financieren soepel te laten verlopen, wordt het verschil in drie stappen verwerkt in het budget. - Incidentele middelen; een deel van het macrobudget werd niet uitgekeerd aan de RAV'en. Dit gebeurt nu alsnog. Het verloop van de incidentele middelen is als volgt: Bedragen * € 1.000,- 2014 2015 2016 Efficiencykorting -111 -111 -111 Overgangsmodel Incidentele middelen Totaal 75 37 0 125 125 125 89 51 14 Bij het opmaken van de begroting 2014 waren de incidentele middelen nog niet bekend. Het verschil met de begroting 2014 is om die reden € 51.000,-. Voor 2014 en 2015 is in beide jaren gerekend met een index van 1,50% voor loonkosten en materiële kosten. Dit heeft een stijging van het budget tot gevolg van € 300.000,-. In de begroting 2015 is een lagere vrije marge opgenomen (€ 200.000,-) omdat er voor 2015 nog geen zekerheid bestaat omtrent de invulling hiervan. Mocht de vrije marge door de zorgverzekeraars worden toegekend dan zullen hier ook extra kosten tegenover staan. Subsidies Rijk Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 Naar verwachting vallen de kosten voor het FLO-overgangsrecht in 2014 lager uit (zie Personeelskosten). Omdat 95% vergoed wordt vanuit het ministerie van VWS nemen deze opbrengsten ook af. -22 Personeelskosten Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 In de stijging van de personeelskosten is rekening gehouden met de CAO voor 2013 en 2014. Dit akkoord houdt structurele loonstijgingen in van 1.00% per 1 juli 2013 en per 1 juli 2014 in. Verder is rekening gehouden met een loonstijging van 2.00% per 1 juli 2015. Tezamen betekent dit een loonstijging ten opzichte van de begroting 2014 van circa 1,50% (€ 200.000,-). -330 De sociale lasten nemen af omdat vanaf 2014 diverse percentages flexibel gemaakt zijn. Voor de RAV valt dit gunstig uit omdat er relatief weinig verloop is en relatief weinig instroom in de WAO. Programmabegroting 2015 34 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid In 2013 is de RAV gestart met een derde centralist op de drukste uren van de dag. De beoogde tijdswinst is niet behaald en om die reden zal deze dienst komen te vervallen. Vanaf 2013 is de RAV actief gestart met het loopbaanbeleid voor haar medewerkers. De piek van de kosten valt in 2013 en 2014 omdat in die jaren een achterstand wordt weggewerkt in de aanvragen. Vanaf 2015 kan het budget structureel omlaag met € 75.000,-. De kosten voor het FLO-overgangsrecht vallen naar verwachting lager uit (€ 20.000,-, zie Subsidies Rijk). Naar verwachting zal de RAV in 2015 circa € 250.000,- moeten gaan bezuinigen. Omdat dit bedrag nog fors kan fluctureren in verband met indexering van het budget aanvaardbare kosten is hier nog geen concrete invulling aan gegeven. Huisvesting Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 Indexering van de huurkosten en hogere schoonmaaklasten in verband met de nieuwe semipermanente units zorgen voor hogere huisvestingskosten. 14 Kantoormiddelen Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 De uitgaven voor kantoorbenodigdheden valt naar verwachting lager uit dan in de begroting 2014 werd aangenomen. -6 Medische zaken Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 Vanwege indexering van prijzen en een hoger aantal ritten stijgen de kosten voor verpleegkundige artikelen met € 30.000,-. 30 Communicatieapparatuur Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 De RAV heeft in 2013 een nieuw patiënt-veiligheidssysteem in gebruik genomen (€ 25.000,-). Daarnaast is de investering in het nieuwe ritdata-pakket fors hoger uitgevallen waardoor de hiermee samenhangende jaarlijkse onderhoudskosten ook fors hoger zijn dan in de begroting 2014 werd aangenomen. Structureel nemen de kosten hierdoor met circa € 50.000,- toe. 137 In 2013 heeft de meldkamer de applicatie NTS (Nederlandse Triage Standaard) in gebruik genomen. Met NTS wordt de verpleegkundig centralist ondersteund bij het bepalen van de juiste urgentie en zorginzet op het moment dat iemand 112 belt voor een ambulance (€ 30.000,-). Tot slot nemen de kosten voor mobiele telefonie, dataverkeer van mobiele apparaten en kleine aanschaffingen verder toe ( € 30.000,-). Wagenpark en werkmaterieel Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 Omdat de huurambulances worden afgestoten, dalen de huurkosten met € 170.000,- en stijgen de kapitaallasten (zie kapitaallasten). -182 Diverse kleine mutaties hebben een bijstelling tot gevolg van circa € 12.000,-. Programmabegroting 2015 35 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Kapitaallasten Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 Zoals hierboven vermeld bij de toelichting op Wagenpark en werkmaterieel, zijn vanaf 2013 huurambulances vervangen door ambulances in eigendom. Hierdoor vindt een verschuiving plaats naar kapitaallasten. 114 In 2014 wordt diverse automatiseringsapparatuur vervangen (elektronische ritformulieren en het navigatiesysteem) die in 2015 voor het eerst een heel jaar in de kapitaallasten meegenomen worden. Tesamen met een fors duurder ritdatapakket dat bij de begroting 2014 niet was voorzien levert dit een kostenstijging op van € 65.000,-. Een aantal andere mutaties hebben per saldo een kostenverhogend effect van € 20.000,-. Dienstverlening door derden Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 De kosten voor inhuur van de salarisadministratie dalen omdat een deel van de salarisadministratie vanaf 2014 niet meer wordt uitbesteed. Dit wordt gedaan binnen de huidige formatie waardoor de kosten voor inhuur van ondersteunende diensten niet toenemen (zie interne doorbelasting ondersteunende diensten). -15 Interne doorbelasting ondersteunende diensten Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 De inhuur van ondersteunende diensten neemt toe in verband met indexering van kosten. 45 Algemene kosten Mutatie begroting 2015 tov begroting 2014 De contributie voor sectororganisatie Ambulancezorg Nederland is aan de hand van een gewijzigde verdeelsleutel berekend. Hierdoor draagt de RAV bijna € 30.000,- meer bij. De kosten voor oninbare debiteuren stijgen doordat er meer ritten worden verreden (€ 10.000,-) en de overige algemene kosten stijgen als gevolg van een aantal kleine bijstellingen met € 5.000,-. 42 Meerjarenraming De meerjarenraming 2016-2018 is gebaseerd op het prijspeil 2014. Het budget aanvaardbare kosten is aangepast met de hierboven genoemde mutaties. De personeelskosten zijn aangepast voor periodieken en reeds bekende mutaties. Kapitaallasten zijn doorberekend aan de hand van meerjarig geplande investeringen. De kosten wagenpark zijn meerjarig aangepast in verband met de geplande afbouw van gehuurde ambulances. Programmabegroting 2015 36 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.5 Geplande investeringen bedragen * € 1.000 Soort 2015 2016 2017 2018 v = vervanging u = uitbreiding Sector Brandweer Voor de brandweer wordt een nieuw investeringsprogramma opgesteld. Dit is voor 2015 en latere jaren nog niet gereed. In de financiële doorrekening is rekening gehouden met de totaalbedragen uit de vorige begroting. Deze totaalbedragen staan hieronder vermeld en voor 2018 is rekening gehouden met een gemiddeld investeringsbedrag. De investeringsbegroting zal vóór de start van 2015 ter goedkeuring worden voorgelegd aan het bestuur. Totaal sector Brandweer 2.269 2.321 3.069 2.750 0 60 60 0 0 60 60 0 Sector GHOR Wagenpark/materieel Twee dienstvoertuigen v Totaal sector GHOR Sector GMK Automatisering Stelpost hardware v 22 22 22 22 Stelpost software v 20 20 20 20 42 42 42 42 Totaal sector GMK Sector RAV Programmabegroting 2015 37 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid bedragen * € 1.000 Soort 2015 2016 2017 2018 Automatisering Stelpost hard- en software v 30 30 30 30 VDC-systeem v 0 85 0 0 KAR-systeem v 0 90 0 0 Risicokaarten v 0 0 0 50 Elektronische ritformulieren v 0 0 0 90 v 30 30 30 30 Stelpost medische inventaris v 50 50 50 50 Stelpost brancards v 50 50 50 Defibrillatoren v Inventaris Stelpost inventaris Inventaris (medisch) 50 475 Verbindingsmiddelen Stelpost verbindingsmiddelen v 20 20 20 20 v 20 20 20 20 Piketauto's v 21 21 21 21 Micu-voertuig v 0 195 0 0 Rapid responder - Auto v 0 0 105 53 Ambulances v 840 0 0 600 1.061 591 326 1.489 v 25 25 25 25 Werkplekken v 50 50 50 50 Doorontwikkeling Decos u 60 0 0 0 ERP-pakket v 300 0 0 0 435 75 75 75 3.807 3.089 3.572 4.356 Gebouwen Stelpost verbouwing Wagenpark Totaal sector RAV Ondersteunende diensten Inventaris Meubilair Automatisering Totaal ondersteunende diensten Totaal Veiligheidsregio Programmabegroting 2015 38 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.6 Bijdrage deelnemende gemeenten Aantal inwoners (1) Bijdrage 2014 Totalen 25.324 18.204 18.435 25.970 27.623 26.309 12.010 11.065 34.380 167.410 22.565 41.850 41.010 16.388 24.165 27.200 539.908 1.076.220 740.066 1.010.372 1.701.156 1.753.055 1.441.873 836.717 779.501 1.852.613 10.515.430 1.388.894 2.075.209 1.763.869 956.176 1.370.495 1.595.676 30.857.323 Cluster Gemeenten Aantal inwoners (1) Bijgestelde bijdrage 2014 Maas en Waal Beuningen Druten WMW Buren Culemborg Geldermalsen Neerijnen Lingewaal Groesbeek Nijmegen Neder-Betuwe Tiel Wijchen Heumen Maasdriel Zaltbommel 25.324 18.204 18.435 25.970 27.623 26.309 12.010 11.065 34.380 167.410 22.565 41.850 41.010 16.388 24.165 27.200 539.908 997.140 701.570 966.554 1.666.752 1.716.426 1.385.218 808.017 754.666 1.807.026 10.308.843 1.341.238 1.989.220 1.738.894 934.326 1.317.054 1.534.253 29.967.197 Cluster Gemeenten Maas en Waal Beuningen Druten WMW Buren Culemborg Geldermalsen Neerijnen Lingewaal Groesbeek Nijmegen Neder-Betuwe Tiel Wijchen Heumen Maasdriel Zaltbommel Buren-Culemborg GNL MUG Nijmegen Ned-Bet-Tiel Wijchen-Heumen Bommelerwaard Buren-Culemborg GNL MUG Nijmegen Ned-Bet-Tiel Wijchen-Heumen Bommelerwaard Totalen Nagekomen correcties -26.331 147.569 56.867 11.667 189.772 BtwBrandkranen compensatie (2) Bijgestelde bijdrage 2014 -10.149 -7.276 -7.312 -10.353 -11.047 -10.490 -4.838 -4.353 -13.749 -66.479 -9.024 -16.680 -16.320 -6.510 -9.627 -10.794 -215.000 -23.452 -16.858 -17.072 -24.050 -25.581 -24.364 -11.122 -10.247 -31.839 -155.036 -20.897 -38.757 -37.979 -15.177 -22.379 -25.189 -500.000 997.140 701.570 966.554 1.666.752 1.716.426 1.385.218 808.017 754.666 1.807.026 10.308.843 1.341.238 1.989.220 1.738.894 934.326 1.317.054 1.534.253 29.967.197 Bezuiniging (3) Stafsectie bevolkingszorg -23.253 -16.672 -16.754 -23.721 -25.312 -24.036 -11.086 -9.973 -31.502 -152.321 -20.676 -38.217 -37.395 -14.916 -22.057 -24.732 -492.624 -1.888 -1.354 -1.360 -1.926 -2.055 -1.952 -900 -810 -2.558 -12.368 -1.679 -3.103 -3.036 -1.211 -1.791 -2.008 -40.000 -19.148 -14.361 -19.433 0 0 -21.800 -12.740 -10.235 0 -132.641 -17.735 -30.553 -27.543 -11.830 -21.436 -25.440 -364.898 Gefaseerde Vakbekwaamkapitaallasten heid en kwaliteit 1.750 0 4.779 10.293 0 0 34.871 15.235 44.016 0 0 0 0 0 0 0 110.944 Korting beheer kazernes (5) -11.970 -8.550 -8.670 -12.532 -12.532 -12.430 -5.602 -5.160 -16.160 -38.120 -10.520 -19.358 -18.748 -7.860 -11.116 -12.378 -211.706 Programmabegroting 2015 De budgetten voor kapitaallasten van de eind 2013 overgenomen kazernes zijn niet opgenomen in dit overzicht met gemeentelijke bijdragen. Dat geldt ook voor de budgetten van andere lasten die hier mee samenhangen. Omdat de overname van deze kazernes wel invloed heeft op de exploitatiecijfers van de VR, is een fictieve opbrengst verwerkt onder overige opbrengsten. Indexering incl. Korting beheer nacalculatie kazernes (5) 2013 en 2014 (4) 23.452 16.858 17.072 24.050 25.581 24.364 11.122 10.247 31.839 155.036 20.897 38.757 37.979 15.177 22.379 25.189 500.000 9.611 6.753 9.316 16.049 16.438 13.283 8.061 7.366 17.746 99.102 12.847 19.101 16.723 8.952 12.628 14.708 288.684 Gemeentelijke bijdrage 2015 994.841 698.606 970.936 1.678.965 1.718.545 1.384.448 844.484 771.571 1.850.407 10.360.172 1.342.107 1.986.398 1.734.417 934.468 1.317.097 1.535.032 30.122.495 39 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Cluster Gemeenten Maas en Waal Beuningen Druten WMW Buren Culemborg Geldermalsen Neerijnen Lingewaal Groesbeek Nijmegen Neder-Betuwe Tiel Wijchen Heumen Maasdriel Zaltbommel Buren-Culemborg GNL MUG Nijmegen Ned-Bet-Tiel Wijchen-Heumen Bommelerwaard Aantal inwoners (1) Gemeentelijke bijdrage 2015 Btwcompensatie (2) 25.324 18.204 18.435 25.970 27.623 26.309 12.010 11.065 34.380 167.410 22.565 41.850 41.010 16.388 24.165 27.200 539.908 994.841 698.606 970.936 1.678.965 1.718.545 1.384.448 844.484 771.571 1.850.407 10.360.172 1.342.107 1.986.398 1.734.417 934.468 1.317.097 1.535.032 30.122.495 10.149 7.276 7.312 10.353 11.047 10.490 4.838 4.353 13.749 66.479 9.024 16.680 16.320 6.510 9.627 10.794 215.000 Totalen Mutaties gefaseerde Raming bijdrage kapitaallasten 2016 en verder 9.732 0 0 2.100 0 0 1.138 1.088 0 0 0 0 7.652 0 0 0 21.710 1.014.722 705.882 978.248 1.691.418 1.729.593 1.394.939 850.460 777.012 1.864.156 10.426.650 1.351.131 2.003.078 1.758.389 940.978 1.326.723 1.545.826 30.359.205 1) Bron inwonersaantallen uit de Begrotingsrichtlijnen 2015 voor gemeenschappelijke regelingen in de regio Nijmegen (BRN). 2) De korting voor de compensatie van BTW wordt voor 2014 en 2015 bekostigd uit de in 2013 gevormde bestemde reserve compensatie-BTW. Vanaf 2016 komt deze korting te vervallen. 3) De bezuiniging op de oude VRGZ bedraagt € 93.000,-, de bezuiniging op de regionalisering van de brandweer bedraagt € 400.000,- in totaal € 493.000,-. De bezuinigingstaakstelling oude VRGZ bedraagt 2,5% in 2012, 5% in 2013, 7,5% in 2014 en 10% in 2015. De bezuinigingstaakstelling regionalisering brandweer bedraagt 1,5% in 2013, 3,5% in 2014 en 5% in 2015. 4) De indexering betreft de doorrekening van 2014 naar 2015 en ook een correctie van de voorgaande jaren 2013 en 2014. Zie hiervoor de toelichting op het overzicht van baten en lasten in de begroting Crisisen Rampenbestrijding. 5) De VRGZ kan in 2014 nog niet overgaan tot het inrichten van een eigen beheerorganisatie rondom de kazernegebouwen. Een deel van deze overheadbijdrage wordt om die reden in 2014 incidenteel in mindering gebracht. Vanaf 2015 wordt deze incidentele verlaging weer teruggedraaid. Alle cijfers zijn op basis van prijspeil 2015. Programmabegroting 2015 40 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.7 Overzicht van baten en lasten in de begroting Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Bedragen * € 1.000 Realisatie Begroting Begroting 2013 2014 2015 Raming 2016 Raming 2017 Raming 2018 Baten Budget aanvaardbare kosten Subsidies Rijk Subsidies Provincie Bijdrage deelnemende gemeenten Opbrengsten bedrijfsvoering Overige opbrengsten Totaal baten 17.162 6.165 178 31.468 1.697 1.766 58.435 17.370 7.339 178 29.967 1.860 3.202 59.916 17.415 7.394 98 30.123 1.904 3.211 60.144 17.381 7.394 75 30.359 1.904 3.211 60.324 17.364 7.394 52 30.359 1.904 3.211 60.285 17.364 7.394 30 30.359 1.904 3.211 60.262 Lasten Personeelskosten Huisvesting Kantoormiddelen Medische zaken Communicatieapparatuur Wagenpark en werkmaterieel Kapitaallasten Evenementen, paraatheidsverg. en inleen Oefenen en opleiden Dienstverlening door derden Interne doorbel. bedrijfsvoering Regionalisering Kwaliteit personeel Algemene kosten Onvoorzien Rentebaten en lasten Nog te bezuinigen Totaal lasten 42.348 864 362 606 2.016 3.673 4.009 60 0 1.000 0 523 108 1.721 0 -645 0 56.645 45.036 772 376 482 2.151 2.927 6.243 0 0 842 0 0 0 1.966 153 -632 -79 60.235 44.772 826 363 512 2.390 2.594 6.703 0 0 867 0 0 0 1.900 153 -627 0 60.454 44.764 826 363 512 2.390 2.525 6.831 0 0 847 0 0 0 1.900 153 -610 0 60.502 44.834 826 363 512 2.390 2.525 6.834 0 0 847 0 0 0 1.900 153 -571 0 60.613 44.884 826 363 512 2.390 2.525 6.843 0 0 847 0 0 0 1.900 153 -528 0 60.715 1.789 -319 -310 -178 -329 -453 -15 100 50 50 50 50 Geraamd saldo van baten en lasten * 1.774 -219 -260 -128 -279 -403 Bestemd resultaat Mutatie reserves -200 1.974 0 -219 0 -260 0 -128 0 -279 0 -403 0 0 0 0 0 0 Saldo van baten en lasten Buitengewone baten en lasten Geraamde resultaat * -/- is onttrekking +/+ is toevoeging Programmabegroting 2015 41 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.8 Uiteenzetting financiële positie Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Bedragen * € 1.000 Jrk 2013 Begr 2014 40.590 48.849 48.932 48.206 47.918 48.285 Vlottende activa Uitzettingen met een rentetypische looptijd < 1 jaar Debiteuren 5.693 2.026 Debiteuren openbare lichamen 515 1.140 Verrekening deeln. gemeenten 145 0 Uitzettingen Rijksschatkist 1.770 0 Overige vorderingen 1.709 265 Sluitpost (incl rekening-courant) 0 1.308 9.832 4.739 5.693 515 145 1.770 1.709 5.470 15.302 5.693 515 145 1.770 1.709 4.672 14.504 5.693 515 145 1.770 1.709 4.571 14.403 5.693 515 145 1.770 1.709 3.823 13.655 Activa Vaste Activa Materiële vaste activa Liquide middelen Totaal Begr Raming Raming Raming 2015 2016 2017 2018 274 0 0 0 0 0 50.695 53.587 64.234 62.710 62.321 61.940 Programmabegroting 2015 42 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Jrk 2013 Begr 2014 Begr Raming Raming Raming 2015 2016 2017 2018 3.488 -38 3.450 3.563 -138 3.425 3.488 -85 3.403 3.302 -26 3.276 3.062 33 3.095 2.889 92 2.981 Alg Reserve C&R Bestemde reserves: Kapitaallasten Piket Crisiscommunicatie Financiële menskracht BTW-Compensatie Subtotaal programma C&R 2.033 3.356 2.033 2.033 2.033 2.032 0 75 65 430 2.603 323 0 0 215 3.894 431 0 0 0 2.464 0 0 0 0 2.033 333 0 0 0 2.366 44 0 0 0 2.076 Totaal Eigen vermogen 6.053 7.318 5.867 5.308 5.461 5.057 Vaste schulden met een rentetypische looptijd van > 1 jaar Langlopende leningen 26.400 39.486 45.407 44.480 43.927 43.938 47 50 0 97 58 0 0 58 70 0 0 70 81 0 0 81 Vlottende schulden met een rentetypische looptijd < 1 jaar Kasgeldleningen 5.000 0 0 Nog in tarieven te verrekenen 2.046 700 2.046 Sluitpost (incl rekening-courant) 0 0 0 Kortlopende schulden 10.818 5.987 10.818 17.864 6.687 12.864 0 2.046 0 10.818 12.864 0 2.046 0 10.818 12.864 0 2.046 0 10.818 12.864 Totaal 62.710 62.321 61.940 Passiva Vaste Passiva Eigen vermogen * Reserve aanvaardbare kosten RAV Reserve aanvaardbare kosten MKA Subtotaal programma RAV Voorzieningen Voorziening groot onderhoud Voorziening niet-actieven Voorziening ILB 23 251 105 379 50.695 35 61 0 96 53.587 64.234 * Uitgangspunt is dat het voorstel voor (toekomstige) resultaatbestemming door het Algemeen Bestuur wordt goedgekeurd. De standen zijn vanaf de kolom begroting 2015 bijgewerkt op basis van de jaarrekening 2013. De balans van de begroting 2014 is eveneens bijgesteld met de doorgevoerde begrotingswijzingen op het gebied van aanschaf kazernes, aangetrokken leningen hiervoor en vorming van bestemde reserve btwcompensatie. Programmabegroting 2015 43 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.9 Grondslagen van resultaatbepaling en waardering Grondslagen van resultaatbepaling De begroting is opgemaakt met inachtneming van de voorschriften die het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) daarvoor geeft. Het overzicht van baten en lasten van de Veiligheidsregio omvat het totaal van alle activiteiten van de Veiligheidsregio. De sectoren Brandweer, Veiligheidsbureau, Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio, Gemeenschappelijke meldkamer (incl. MKB), Staf en Bedrijfsvoering worden in het overzicht van baten en lasten Crisis- en Rampenbestrijding gepresenteerd. Voor de sector RAV is een afzonderlijk overzicht van baten en lasten gepresenteerd. Onderlinge verrekeningen tussen de programma's worden in de resultatenrekening van de Veiligheidsregio geëlimineerd. Grondslagen van waardering Alle activa en passiva zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. De belangrijkste posten worden hieronder nader toegelicht. Activa Materiële vaste activa De materiële vaste activa (> € 5.000,-) worden gewaardeerd tegen aanschaffings- of vervaardigingskosten, standaard investeringsbedrag of historische aanschafwaarde, verminderd met een lineaire afschrijving gebaseerd op economische levensduur of tegen lagere bedrijfswaarde. Veelal worden kleinere investeringen gebundeld en start de afschrijving halverwege het jaar. De afschrijvingstermijnen staan op de volgende pagina vermeld. Er wordt rente over de materiële activa gerekend. Het gehanteerde percentage is 4,5%. Netto vlottende schulden met een rentetypische looptijd < 1 jaar Deze zijn gewaardeerd op nominale waarde, voor zover nodig rekening houdend met mogelijke oninbaarheid. Overige activa Alle overige activa in de balans zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Passiva Eigen vermogen Het eigen vermogen van het programma Crisis- en Rampenbestrijding bestaat uit een algemene reserve rampenbestrijding en uit een bestemde reserve voor btw-compensatie, inzet financiële menskracht en piket crisiscommunicatie. Het eigen vermogen van het programma RAV bestaat uit de reserves aanvaardbare kosten MKA en RAV. Het eigen vermogen bestaat daarnaast uit het nog te bestemmen resultaat over het laatste boekjaar. In de balans zoals opgenomen in deze begroting, wordt het jaarresultaat om pragmatische en presentatietechnische redenen steeds toegevoegd of onttrokken aan de reserves. Voorzieningen De voorziening groot onderhoud wordt gevormd middels jaarlijkse dotaties in verband met in de toekomst uit te voeren groot onderhoud aan het pand van de RAV, Blomboogerd 10 in Tiel. De kosten voor groot onderhoud worden in mindering gebracht op de voorziening. De planningshorizon is 30 jaar. De voorziening niet-actieven is gevormd voor de afdekking van kosten voor niet-actief personeel dat gefinancierd wordt vanuit het programma Crisis- en Rampenbestrijding. De kosten van niet-actief personeel dat gefinancierd wordt vanuit het programma RAV kunnen worden gedeclareerd. Tot slot is er een voorziening gevormd voor Individueel Loopbaanbudget (ILB) voor medewerkers die vallen onder de CAO gemeenten. Op basis van deze CAO hebben ambtenaren over de periode 2013-2015 recht op ILB van € 500,- per jaar. Voor zover dit budget in 2013 niet werd besteed, maar medewerkers wel een bestedingsplan hebben ingediend voor de jaren daarna, is het budget opgenomen in deze voorziening. De voorzieningen zijn nominaal gewaardeerd. Er wordt geen rente toegerekend aan de voorzieningen. Programmabegroting 2015 44 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Voor zover niet anders vermeld zijn passiva gewaardeerd tegen nominale waarde. Afschrijvingstermijnen Aanhangers Aanhanger (toilet) Aanhanger (oefenen) Motorspuitaanhanger Schuimblusaanhanger 10 15 20 20 jaar jaar jaar jaar Ademlucht Compressor Testapparatuur ademluchtwerkplaats Ademlucht toestel Ademluchtmasker Droogkast Maskerwasser Ademluchtfles Meubilair ademluchtwerkplaats 15 8 8 7 10 10 15 15 jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar Aggregaten Noodstroom aggregaat Mobiele aggregaat 10 jaar 15 jaar Alarmering Alarmontvanger Signalering kazerne 4 jaar 10 jaar Automatisering Hard- en software (specifiek) Hard- en software (specifiek) Hard- en software ICT-infrastructuur 3 4 5 15 Bluspompen Draagbare motorspuit Dompelpomp TS Klokpomp 8 jaar 15 jaar 15 jaar Communicatie- en verbindingsmiddelen Mobiele Data Terminal / Navigatie Portofoon/helmset (manschap) Mobilofoon Portofoon/helmset (BV / OVD) Telefooncentrale Overig 3 5 7 7 15 5 jaar jaar jaar jaar jaar jaar Gebouwen Semi-permanente unit Gebouw Kazerne Installaties 20 30 40 15 jaar jaar jaar jaar Programmabegroting 2015 jaar jaar jaar jaar 45 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Inventaris Medische apparatuur Medische apparatuur - brancards Schrobmachine Kantoor- en kazerne inventaris Kantoor- en kazerne inventaris 5 7 10 10 15 jaar jaar jaar jaar jaar Redgereedschap Kettingzaag Meetapparatuur Hydraulisch redgereedschap Overdrukventilator Bepakking - TS Pneumatisch gereedschap / hefkussen Redbord / hansaboard Bepakking - HV Bepakking - HOVD Bepakking - TS Hydraulisch gereedschap Spoorslootoverbrugging Straatwaterkanon Vrachtwagenplateau Bepakking - TS Warmtebeeldcamera 5 5 8 8 10 10 10 15 15 15 15 15 15 15 20 7 jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar Vaartuig Motorboot Hulpboot en trailer Blusboten 10 jaar 20 jaar 30 jaar Verbouwingen 10 jaar Wagenpark Rapid responder - Motor Rapid responder - Motor Dienstvoertuig Ambulance TS beroeps mid-life update Dienstvoertuig / (H)OVD voertuig MICU (Mobile Intensive Care Unit) Dienstvoertuig TS vrijwillig mid-life update Materieelvoertuig Personeelsvoertuig TS - beroeps Hulpverleningsvoertuig Redvoertuig (laddervoertuig / hoogwerker) TS - vrijwillig Haakarmbak Commandohaakarmbak Haakarmvoertuig Schuimblusvoertuig Watertransportsysteem 3 5 5 5 6 7 7 8 8 10 10 12 15 15 15 15 20 20 20 20 Programmabegroting 2015 jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar 46 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Werkkleding Blushandschoenen Uniform - beroeps Redvest Uitrusting hoogtewerken Bluslaarzen - beroeps Bluslaarzen - vrijwillig Chemiepak Helm Reddingsvest Uitrukkleding - beroeps Uitrukkleding - vrijwillig Beschermingsmiddelen Droogpak Droogtrommel Gaspak Uitrukkleding - vrijwillig Wasmachine Uniform - vrijwillig 3 5 5 7 5 8 5 8 5 5 8 10 10 10 10 10 10 12 Programmabegroting 2015 jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar 47 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 5.10 Inventarisatie risico's Omschrijving van het risico en de maatregelen die genomen zijn danwel Programma Soort Classificatie Risico ( x € 1.000,-) genomen worden om het risico te reduceren. risico FS OS RS minimaal verwacht maximaal Landelijk Referentiekader Spreiding en Beschikbaarheid Ambulancezorg Het Landelijk Referentiekader Spreiding en Beschikbaarheid Ambulancezorg is begin 2013 herijkt. Vanaf 2014 wordt het budget in drie gelijke stappen structureel verlaagd tot € 100.000,- in 2016. Verwachting is dat het referentiekader iedere twee jaar herijkt zal gaan worden. Het risico wordt geschat op € 250.000,- RAV SR 4 5 20 ORT doorbetaling tijdens vakantie Binnen een aantal sectoren waar onregelmatig wordt gewerkt, worden procedures gevoerd door personeelsleden omdat er tijdens vakanties van het personeel geen onregelmatigheidstoeslag wordt betaald. Dit is voor personeelsleden van de ambulancesector ook aanleiding geweest om bezwaar te maken tegen het niet betalen van onregelmatigheidstoeslag tijdens hun vakantie. Momenteel is nog niet te voorspellen op welk moment eventuele procedures duidelijkheid zullen bieden over dit onderwerp. Uiteindelijk zal een rechtbank uitspraak doen over dit onderwerp. In deze risico-inventarisatie wordt gerekend met de kan op nabetaling van twee jaren en wordt de kans dat dit zich voordoet geschat op 50%. RAV SR 4 2 8 Herziening functiewaarderingssystematiek In de sector-cao ambulancezorg is de afspraak gemaakt om in de eerstvolgende CAO de overgang te maken naar een nieuwe functiebeschrijvings- en waarderingssystematiek. Het financiële risico hiervan is dat hieruit een hogere inschaling van het personeel kan volgen die fors kan oplopen. Genoemde bedragen zijn een inschatting voor de komende 4 jaar. RAV SR 4 5 IR 1 5 RAV en C&R Schaalvergroting Meldkamers In 2011 is door het kabinet besloten tot schaalvergroting van de meldkamers in Nederland. Het aantal meldkamers zal terug worden gebracht naar 10 (nu 25). Het is nog niet duidelijk wat financieel gezien precies de gevolgen zullen zijn, maar het lijkt aannemelijk dat er frictiekosten zullen ontstaan. Daarnaast heeft de VRGZ geen capaciteit voor de uniformering van bedrijfsprocessen en de voorbereiding op nieuwe werkwijzen. Dit risico wordt geschat op € 340.000,- - 250 500 - 120 240 20 - 2.332 4.240 5 - 340 340 Programmabegroting 2015 48 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Omschrijving van het risico en de maatregelen die genomen zijn danwel Programma Soort Classificatie Risico ( x € 1.000,-) genomen worden om het risico te reduceren. risico FS OS RS minimaal verwacht maximaal Aansprakelijkheid bodemverontreiniging De VRGZ is aansprakelijk gesteld voor het ontstaan van eventuele bodemverontreiniging door het verplaatsen van afval tijdens brandbestrijding. C&R IR Grootschalige inzet en nazorg Voor de kosten van grootschalige en langdurige inzetten van brandweer, GHOR en gemeentelijke teams en de mogelijke nazorg zijn in de begroting geen middelen opgenomen. Calamiteiten kunnen een dusdanig grote impact hebben, dat naast de beschikbare capaciteit ook een beroep op interregionale bijstand moet worden gedaan. C&R IR 2 4 Exploitatierisico vanuit het investeringsprogramma In het eerste jaar na regionalisering is gestart met de opzet voor een herzien meerjarig investeringsprogramma. Dit investeringsprogramma zal in het najaarvan 2014 gereed zijn. Eerste schattingen hiervan maken zichtbaar dat er vanwege verschillende oorzaken een structureel tekort in het investeringsprogramma zichtbaar wordt van €500.000,- per exploitatiejaar. In deze risico-inventarisatie is rekening gehouden met maximaal drie keer en minimaal één keer het maximale bedrag van € 500.000,- C&R SR 5 Stijging loonkosten De CAO voor gemeente-ambtenaren is eind 2012 afgelopen. Tot op heden is er geen nieuwe CAO afgesloten. In deze risicoinventarisatie wordt rekening gehouden met een stijging van 1,00% van de loonkosten. C&R SS Herijking verdeling rijkssubsidie In 2014 start een herijkingsonderzoek naar de uitgaven voor openbare orde en veiligheid. De resultaten worden volgens planning in 2015 bekend gemaakt, waarna er vanaf 2016 herverdeeleffecten kunnen optreden. Landelijk is er geen geld beschikbaar om herverdeeleffecten op te vangen. Een en ander kan positief en negatief uitpakken. Als maximaal risico is rekening gehouden met een neerwaartse bijstelling van 10% met een kans van 50%. C&R IR PM PM PM 8 50 200 500 5 25 500 1.000 1.500 3 5 15 - 211 422 1 5 5 - 338 675 Programmabegroting 2015 49 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Omschrijving van het risico en de maatregelen die genomen zijn danwel Programma Soort Classificatie Risico ( x € 1.000,-) genomen worden om het risico te reduceren. risico FS OS RS minimaal verwacht maximaal Harmonisatie arbeidsvoorwaarden Bij de start van de nieuwe organisatie per 1 januari 2013 is afgesproken om binnen afzienbare termijn te starten met een nieuwe functiebeschrijvings en -waarderingsmethode. Afgesproken is dat als medewerkers binnen de nieuwe methodiek hoger worden ingeschaald, dit met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2013 zal ingaan. Vanaf 1 januari 2013 zijn nog een aantal secundaire arbeidsvoorwaardenregelingen van verschillende gemeenten toegepast. Deze blijven van kracht tot het moment waarop de VR een nieuwe geharmoniseerde regeling heeft afgesproken met de OR en/of vakbonden. Beide onderwerpen kunnen per saldo een kostenstijging tot gevolg hebben. Dit is grofweg geraamd op maximaal € 200.000,- en de kans daarop wordt gesteld op 50%. C&R SS 1 4 4 - 100 200 Werkkostenregeling Vanaf 2015 wordt de invoering van de werkkostenregeling verplicht. Onder die regeling mogen werkgevers een maximaal percentage van het totale fiscale loon besteden aan onbelaste vergoedingen voor hun personeel. Als het maximale percentage wordt overschreden moet 80% belasting betaald worden over de overschrijding. In 2014 zal een inventarisatie volgen om de impact te becijferen. Uit landelijk onderzoek blijkt dat de werkkostenregeling negatief uitpakt voor organisaties met relatief veel vrijwilligers. Landelijk is becijferd dat het effect € 7,4 miljoen euro bedraagt. In deze risicoinventarisatie is rekening gehouden met 1/25 deel en een kans van 100% dat deze kostenstijging op korte termijn zal optreden. C&R SR 5 5 25 - 300 300 Doorontwikkeling Brandweer Per 1 januari 2013 zijn de gemeentelijke brandweertaken van 18 gemeenten formeel overgeheveld naar de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid (VRGZ) evenals de hiervoor benodigde financiële middelen van deze gemeenten. Specifiek zijn de personele en materiële componenten per 1 januari 2013 overgeheveld naar de VRGZ en de fysieke huisvesting (kazernes) nog niet. De ervaring bij de meeste veiligheidsregio's waar de brandweer reeds is geregionaliseerd, leert dat in het eerste jaar hierna allerlei financiële bijstellingen aan de orde zijn. De informatie na afsluiting van 2013 is van dien aard dat hieraan nog geen risicobedragen gekoppeld kunnen worden. C&R IR PM PM PM Programmabegroting 2015 50 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Omschrijving van het risico en de maatregelen die genomen zijn danwel Programma Soort Classificatie Risico ( x € 1.000,-) genomen worden om het risico te reduceren. risico FS OS RS minimaal verwacht maximaal BTW Vanaf 2014 kan de btw op de taken van de Veiligheidsregio niet meer worden gecompenseerd. Bij de Veiligheidsregio is momenteel onvoldoende informatie aanwezig om te kunnen beoordelen of de compensatie door het rijk voldoende is. Geschat wordt dat het risico maximaal € 500.000,- is. C&R SS Verzekeringen Vanaf 1 januari 2013 worden gemeentelijke verzekeringen door de VRGZ als contractpartner gecontinueerd in plaats van de gemeenten. Na inventarisatie van de lopende verzekeringen volgt een aanbestedingsprocedure. Er wordt beoogd de verzekeringen te harmoniseren. De financiële consequenties hiervan zijn nog niet bekend. C&R Vastgoed en BTW Eind 2013 zijn een aantal kazernes overgedragen aan de VRGZ, de rest (of een deel daarvan) zal volgen in 2014. In het ontvlechtingskader van de regionalisering is vastgelegd dat genormeerde gebruikerslasten en eventuele eigenaarslasten van de panden bij overdracht naar de VRGZ worden meegegeven door de gemeenten. Hoe dit in de praktijk gaat uitpakken is niet bekend. Daarnaast is het mogelijk dat de kazernes die de VRGZ heeft overgenomen in de toekomst niet meer als kazerne gebruikt zullen worden. Op de verkoop van de panden loopt de VRGZ een potentieel boekwaardeverlies. 1 - 375 500 IR PM PM PM C&R SR PM PM PM Inrichten Facilitaire dienst Met de overdracht van de kazernes van de deelnemende gemeenten aan de VRGZ zal ook een facilitaire dienst ingericht moeten worden. Omdat nog niet precies bekend is om hoeveel kazernes het gaat en wanneer deze precies over zullen gaan naar de VRGZ, is een risico nog niet in te schatten. C&R SR PM PM PM Economische crisis De economische crisis heeft ertoe geleid dat gemeenten en Rijk kortingen doorvoeren op het budget. Omdat de economische crisis voortduurt wordt in deze risicoinventarisatie rekening gehouden met nogmaals een aanvullende korting op alle budgetten van 3% en een maximale vertraging van één jaar voor het effectueren van bezuinigingen. C&R RAV SS SS - 614 267 1.227 533 2 2 5 5 5 5 10 10 Programmabegroting 2015 51 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Omschrijving van het risico en de maatregelen die genomen zijn danwel Programma Soort Classificatie Risico ( x € 1.000,-) genomen worden om het risico te reduceren. risico FS OS RS minimaal verwacht maximaal Totaal 550 C&R 5.494 2.186 40% Maximaal risico Stand weerstandsvermogen eind 2015 Dekkingspercentage A B A/B Legenda Frequentiescore ( FS ) 1 Minder dan één keer per vijf jaar 2 Één keer per vijf jaar 3 Één keer per twee jaar 4 Één keer per jaar 5 Meerdere malen per jaar Omvangscore ( OS ) 1 € 2 € 25.000 3 € 75.000 4 € 150.000 5 € 250.000 tot tot tot tot en hoger € 25.000 € 75.000 € 150.000 € 250.000 6.447 11.178 RAV Totaal VR 5.684 11.178 3.170 5.356 56% 48% Soorten risico IR Incidenteel risico SS Semi structureel risico SR Structureel risico Risicoscore ( RS ) = FS x OS Programmabegroting 2015 52 Veiligheidsregio Gelderland-Zuid 6 Verklaring van afkortingen AED BBV BDUR BMT BOT BRZO CAO CACO CoPI CRIB DJI DPG DTV DVO FIDO FLO GGD GHOR GMK GR H&V GRIP HOvD Hv LCS MICU MKA NP ODR ODRN OGS OMS OvD PAM PPMO RAV RCvD ROvD RRC RUD TOOM TS Twaz VeRA VR VRGZ VWS WABO Waz Wpg Wvr Automatische Externe Defibrillator Besluit Begroting & Verantwoording Provincies en Gemeenten Brede Doeluitkering Rampenbestrijding Brandweer Management Team Bedrijfsopvangteam Besluit Risico's Zware Ongevallen Collectieve Arbeidsovereenkomst Calamiteitencoördinator Commando Plaats Incident Centraal Registratie en Inlichtingen Bureau Dienst Justitiële Inrichtingen Directeur Publieke Gezondheid Directieteam Veiligheid Dienstverleningsovereenkomst Wet Financiering decentrale overheden Functioneel Leeftijdsontslag Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio Gemeenschappelijke Meldkamer Gemeenschappelijke Regeling Hulpverlening & Veiligheid Gelderland-Zuid Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdingsprocedure Hoofdofficier van Dienst Hulpverlening Landelijk Crisismanagementsysteem Mobiele Intensive Care Unit Meldkamer Ambulancezorg Nurse Practioner Omgevingsdienst Rivierenland Omgevingsdienst Regio Nijmegen Ongevalbestrijding Gevaarlijke Stoffen Openbaar Meldsysteem Officier van Dienst Periodieke Arbeidsgezondheidskundige Monitor Periodiek Preventieve Medisch Onderzoek Regionale Ambulance Voorziening Gelderland-Zuid Regionaal commandant van dienst Regionaal Officier van Dienst Raad van Regionaal Commandanten Regionale uitvoeringsdiensten Terugdringen onechte en ongewenste meldingen Tankautospuit Tijdelijke wet ambulancezorg Veiligheidsregio Referentie Architectuur Veiligheidsregio Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Volksgezondheid, Welzijn en Sport Wet algemene bepalingen omgevingsrecht Wet ambulancezorg Wet publieke gezondheid Wet veiligheidsregio's Programmabegroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018 53
© Copyright 2024 ExpyDoc