Voorafgaand aan het invullen van dit formulier het kinddossier goed doornemen, evt. samen met de ib-er, dit helpt om: - om de juiste informatie bij de hand te hebben - duidelijke vragen te formuleren, zodat we daar passende antwoorden op kunnen vinden ( SMART : Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdsgebonden) Groeidocument handelingsgericht werken Betreffende: Naam kind: Geboortedatum: Ingevuld door: Datum: Groepsverloop: Leerkracht: School: 1. Reden van aanmelding? Waaruit bestaan de problemen en zorgen? Wat zijn positieve aspecten en kansen? Denk aan concrete voorbeelden en situaties. Problematiek volgens de leerkracht: Denk aan: Waaruit bestaan de problemen en zorgen? Waar loop je tegenaan? Wat lukt niet meer met jou en het kind? Wie ervaart het probleem, sinds wanneer, wanneer zijn de problemen er wel/niet? Zijn ouders en leraar het met elkaar eens? Hoe reageren andere kinderen op gedrag? Waardoor is het moeilijk om het gedrag om te buigen? Beschrijf het zo concreet mogelijk; iemand die het kind niet kent, moet begrijpen wat je bedoelt. Problematiek volgens de ouders: Waaruit bestaan de problemen en zorgen volgens ouders? (vooraf open oudergesprek) Waar lopen ouders tegenaan? Wat ervaren zij thuis en in huiselijke omstandigheden? Hoe omschrijven zij het gedrag en de persoonlijkheid van hun kind? Wat lukt niet meer met het kind ? Ervaren ouders een probleem? Sinds wanneer? Wanneer zijn de problemen er wel/niet? Zijn ouders en leraar het met elkaar eens? Hoe reageren andere kinderen op gedrag Waardoor is het moeilijk om het gedrag om te buigen? Problematiek volgens het kind: Waaruit bestaan de problemen en zorgen volgens het kind? (vooraf open kindgesprek) Waar loopt het kind tegenaan? Wat ervaart kind thuis en in huiselijke omstandigheden en op school? Hoe omschrijft het kind eigen gedrag en de eigen persoonlijkheid? Wat lukt niet meer in de klas en/of thuis ? Gebaseerd op de uitgangspunten van Handelingsgericht werken van Noëlle Pameijer & Tanja van Beukering (2006). 1 Ervaart kind een probleem? Sinds wanneer? Wanneer zijn de problemen er wel/niet? Zijn ouders en leraar het met het kind eens? Hoe reageren andere kinderen op gedrag? Waardoor is het moeilijk om het gedrag om te buigen? Wat gaat juist goed? Aandacht voor positieve aspecten zijn nodig op de situatie te begrijpen. Zij bieden weer perspectief en voorkomen tunnelvisie! Denk aan kansen en krachten van betrokkenen, talenten, kwaliteiten, interessen en succesvolle aanpakken. Zowel in schoolse als in andere situaties (sport, club, overblijf, familie) Positieve aspecten en kansen volgens de leerkracht: Positieve aspecten en kansen volgens de ouders: Positieve aspecten en kansen volgens het kind: 2. Waarom zijn de problemen er volgens de betrokkenen? Welke mogelijke verklaringen zien zij op dit moment? Iedere betrokkene verklaart vanuit eigen referentiekader en persoonlijke waarden en normen.De invuller schrijft op wat de ouder en het kind zelf een verklaring vinden. Deze informatie komt voort uit een gesprek voorafgaand aan het invullen. Verklaringen volgens de leerkracht: Waarom zijn de problemen er volgens de leerkracht? Welke mogelijke verklaringen ziet de leerkracht? Waaraan wordt de verklaring toegeschreven: - persoonlijkheid kind, - attributiestijl, (ligt de verklaring voor de problemen bij jezelf of bij een ander?) - onderwijsleersituatie, - stijl lkr, - match kind en lkr - opvoedingssituatie Wanneer en in welke situatie komen de problemen het meest/minst voor? Verklaringen volgens de ouders: Waarom zijn de problemen er volgens de ouders/het kind? Welke mogelijke verklaringen ziet ieder? Waaraan wordt de verklaring toegeschreven: -kind, - -attributiestijl, (bij wie ligt de verklaring voor de problemen?) - persoonlijkheid - -onderwijsleersituatie, - -stijl lkr, - -match kind en lkr - -opvoedingssituatie Gebaseerd op de uitgangspunten van Handelingsgericht werken van Noëlle Pameijer & Tanja van Beukering (2006). 2 Wanneer en in welke situatie komen de problemen het meest/minst voor? Verklaringen volgens het kind: Zie hierboven 3.Wat is de hulpvraag? Welke veranderingen zijn wenselijk? Wat zijn de lange termijn doelen? Kern van het intakeformulier : Wat is de diagnostische vraag? Is de vraag: Onderkennend en wil je weten wat er aan de hand is met leerling? Is de vraag: Verklarend en wil je de situatie beter begrijpen? (waarom is het probleem er? Is het probleem er door kindfactoren, factoren van onderwijsleersituatie, factoren van opvoedingssituatie?) Is de vraag: Adviserend en wil je weten wat goede aanpak van het probleem is? Leerkracht: Lkr formuleert vraag vanuit eigen referentiekader en persoonlijke waarden en normen. Wat wil je precies weten, waarom, waarom juist nu? Wat wil je bereiken met deze aanmelding? Wat zou goed/slecht nieuws zijn? ouders: ouders formuleren vraag vanuit eigen referentiekader en persoonlijke waarden en normen. Welke wensen en verwachtingen hebben betrokkenen? Wat zou goed/slecht nieuws zijn? Wat is hun perspectief? kind: kind formuleert vraag vanuit eigen referentiekader en persoonlijke waarden en normen. Kernvraag:Wat zou jou helpen om het beter te laten gaan? Wat heb jij nodig van de lkr, van de leerstof, van de groep, van je buurjongen? 4. Wat is er al ondernomen en met welk resultaat? Wat is er al gedaan om de zorgen te verminderen of om het probleem aan te pakken? Omschrijven; - welke acties je hebt ondernomen, - welke adviezen je hebt gegeven, - welke ondersteuning je hebt geboden, - welke handelingen je hebt aangepast, - welke materialen /hulpmiddelen je hebt ingezet. In de school binnen de klas: Pedagogische en/of didactische plannen opgesteld en uitgevoerd? Observaties, metingen en/of speciale programma’s aangeboden? Gebaseerd op de uitgangspunten van Handelingsgericht werken van Noëlle Pameijer & Tanja van Beukering (2006). 3 In de school buiten de klas: Onderzoeken en/of reparatieprogramma’s en/of pre-teaching momenten geweest? Buiten de school: Instellingen die bij het kind betrokken zijn/waren? Wat hebben zij onderzocht en/of behandeld? Denk hier aan logopedie, fornhese, kanjertraining, oké op school, ziekenhuis e.d. Wat was het effect van je acties en wat is de verklaring ervan? Wat werkte goed en hoe kwam dat? Wat werkte niet goed en hoe kwam dat? 5. Welke factoren stimuleren of belemmeren de ontwikkeling van het kind zover relevant voor het begrijpen of oplossen van de situatie? Het gaat hier om het ontwikkelingsverloop : -Wat weten we al? -Huidige moeilijkheden en positieve aspecten: -Gedrag in het hier en nu (zo concreet mogelijk) Relevante, recente informatie over de leerling wordt tijdens het langslopen van de onderstaande clusters van kindkenmerken geordend. Het kind Het gaat hier om het ontwikkelingsverloop van het kind: belemmerend beschermend aangrijpingspunten Bijvoorbeeld: Bijvoorbeeld: Bijvoorbeeld: Ruimtelijk inzicht zeer zwak Buurmeisje geduldig en legt vaak extra opdracht uit Leren om tijdig hulp te vragen bij het meisje dat al uit zichzelf helpt Bijvoorbeeld: Bijvoorbeeld: Bijvoorbeeld: Weinig initiatief, erg afwachtend, rommelt maar wat aan Reageert goed als je iets voordoet en laat nadoen Preventief voordoen Leerontwikkeling (LVOS toevoegen) Denk bijvoorbeeld aan: +informatie uit methodegebonden toetsen en leerlingvolgsysteem, +lees- en rekenvaardigheden, +auditieve/visuele voorwaarden, +telstrategieën, +leerbaarheid, Vraagt uit zichzelf geen hulp +resultaten techn. lezen, begr. lezen, spelling, rek/wisk Werkhouding & taakgedrag Denk bijvoorbeeld aan: -concentratie, -zelfstandig werken, -motivatie, -opdracht ontvangst, -zelfsturing, -werktempo, Gebaseerd op de uitgangspunten van Handelingsgericht werken van Noëlle Pameijer & Tanja van Beukering (2006). 4 -faalangst, -doorzettingsvermogen Cognitief indien aanwezig: - intelligentieniveau en – profiel, - taaldenkniveau, - verbanden leggen, - logisch redeneren - inzicht - geheugen - leerbaarheid Sociaal en emotioneel Wat voor gedrag laat het kind zien: -Naar binnen gericht gedrag (zoals stil, somber, passief): -Naar buitengericht gedrag (openlijk dwars, uitdagend, bozig, ongehoorzaam, agressief. druk/hyperactief/impulsief -Sociaal gedrag (sociaal inzicht, sociale vaardigheden, ruzie, dominant, teruggetrokken, verlegen, behulpzaam) - wat voor zelfbeeld heeft het kind? - hoe zeker/onzeker is kind - stabiel/onstabiel - stemming algemeen Lichamelijk & uiterlijk - geef hier omschrijving van uiterlijke kenmerken, verzorging, kleding en de perceptie van het kind hierover School Het gaat hier om het ontwikkelingsverloop op school: Pedagogische werkwijze leerkracht Waar ben je wel/niet goed belemmerend Bijvoorbeeld: beschermend aangrijpingspunten Bijvoorbeeld: Gebaseerd op de uitgangspunten van Handelingsgericht werken van Noëlle Pameijer & Tanja van Beukering (2006). 5 in als leerkracht? Wat zijn je sterke/ zwakke kanten? Ongeduldig tav zwakke lln Kan niet goed tegen die harde stem van het kind druk Didactische vaardigheden Bijvoorbeeld: Lang van stof Moeite met plannen Klassenmanagement Groep Waar is de groep goed/niet zo goed in? gaat uit van verschillen houdt rekening autonomie relatie, competentie zorgt voor veilige sfeer zorgt voor ondersteuning zorgt voor uitdaging benadrukt wat ll wel kan kan motiveren zorgt voor succeservaring creëert accepterend sfeer gevoel voor humor Bijvoorbeeld: heeft vakkennis heeft kennis ontwikkeling kent leerproblemen kan ze opsporen kan ze (snel) verhelpen kan instructie, leerstof en instructie afstemmen geeft interactief les werkt met subgroepen varieert werkvormen Klassenma nagement: soepele wisselingen benut leertijd duidelijke afspraken hanteert routines, planbord, stoplicht, servicerondjes is sociaal is niet te groot is rustig accepteert veel Gebaseerd op de uitgangspunten van Handelingsgericht werken van Noëlle Pameijer & Tanja van Beukering (2006). 6 School Waar is de school goed/niet zo goed in? Thuis Gezin (cognitieve stimulering, opvoeding en verzorging) Het gaat hier om het ontwikkelingsverloop thuis en in vrije tijd Wat gaat goed en wat gaat niet goed? 3 gebouwen Gehorige lokalen Hoog ziektepercentage belemmerend Krappe behuizing Gehandicapt broertje Moeder verzorgt ouders,te druk mee acceptatie kind andere factoren vanuit de gezinssituatie. Rust in de school Vaste organisatie Sfeervol Ruimtelijk beschermend aangrijpingspunten Gezinskenmerken: - samenstelling Lichamelijke verzorging: -slaap, -beweging, voeding, hygiëne Cognitieve stimulering en verwachtingen: - realistische verwachtingen - belangstelling leerproces -ondersteunen (klok, voorlezen, tellen, tafels, samen lezen, topo Vrije tijd Denk aan sport, buitenspelen Support/acceptatie vanuit omgeving Overige relevante informatie uit de levensgeschiedenis: Denk hierbij aan:schoolarts, school maatschappelijk werk, jeugdzorg, Fornhese, IJsselgroep, logopedie, oké op school, kliniek, revalidatiecentrum, auditief centrum, Stichting Gewoon Anders. PCL Relevante instellingen/contactpersonen instelling contactpersoon telefoonnummer Weten we al wat de korte termijn doelen zijn en wat nodig is om de doelen te behalen? Gebaseerd op de uitgangspunten van Handelingsgericht werken van Noëlle Pameijer & Tanja van Beukering (2006). 7 Zo ja, ga naar blok 8 Zo nee, ga naar blok 6 Vanaf dit punt /deze fase in het document gaat de leerkracht samen met de iber en/of evt andere personen (schoolbegeleider, arts, cc-er) het document verder invullen en het verloop verder bepalen. 6. Vragen: wat willen we nog weten en waarom? Kenmerken kind: Afstemming onderwijsleersituatie - onderwijsbehoeften leerling: Afstemming opvoedingssituatie - opvoedingsbehoeften kind: 7. Handelingsafspraken en planning Wat? Hoe? Wie? Wanneer? □ observatie afstemming kindonderwijsleersituatie □ oudergesprek □ onderzoek □ coaching leerkracht vb SVIB, oplossingsgericht werken □ opstellen HP/groepsplan □ actie op schoolniveau □ inbrengen in ZT/ZAT □ overig Datum vervolgafspraak: Eventuele handtekeningen voor akkoord: ……………… ……………………… ……………… Leerkracht IB ouders 8. Van doelen naar onderwijsbehoeften kind, ondersteuningsbehoeften leerkracht en gewenst onderwijsaanbod Korte termijn doelen: wat heeft nu extra aandacht nodig? (SMARTIE formuleren) - Gebaseerd op de uitgangspunten van Handelingsgericht werken van Noëlle Pameijer & Tanja van Beukering (2006). 8 Wat heeft deze leerling nodig om dit doel te bereiken? deze leerling heeft (alleen invullen indien van toepassing!): - instructie nodig die … - opdrachten, materialen of leeractiviteiten nodig die … - feedback nodig die … - groepsgenoten nodig die … - een leerkracht nodig die … - ouders nodig die … - overige … Wat heeft de leerkracht nodig om dit doel te bereiken? Deze leerkracht heeft nodig (alleen invullen indien van toepassing!): - kennis van - vaardigheden om … - ondersteuning tijdens… materialen waarmee… - collega’s, een IB-er of directie die… - meer handen in de klas in de vorm van… - ouders die… - overige, namelijk Hoe ziet het gewenste onderwijsaanbod er concreet uit? Is het gewenste onderwijs aanbod te realiseren voor dit kind in de huidige schoolsituatie? Zo ja, stel een handelingsplan/groepsplan op. Zo nee, ga na wat er nodig is om het gewenste onderwijsaanbod te realiseren is. Is er nog hulp buiten de school nodig voor het kind en of de ouders? Zo ja: welke? 9. Afstemming aanpak op school en thuis Hoe gaan school en ouders hun aanpak op elkaar afstemmen? - Gebaseerd op de uitgangspunten van Handelingsgericht werken van Noëlle Pameijer & Tanja van Beukering (2006). 9 10. Evaluatie van de doelen Wat is het evaluatiecriterium? Hoe stellen we het vast? Wie doet dat? Wanneer gebeurt dat? 1. 2. 3. 4. Datum evaluatieafspraak: hoe is het gegaan, is het doel bereikt, moeten doelen, onderwijsbehoeften, ondersteuningsbehoeften, onderwijsaanbod mogelijk worden bijgesteld? Eventuele handtekeningen voor akkoord: ……………… Leerkracht ……………………… IB ……………… ouders 11. Evaluatie Gebaseerd op de uitgangspunten van Handelingsgericht werken van Noëlle Pameijer & Tanja van Beukering (2006). 10
© Copyright 2024 ExpyDoc