Rkbs Titus Brandsma Pienterpad 2 1775AX Middenmeer Tel: 0227 501135 www.rkbstitusbrandsma.nl Inhoudsopgave 1. Voorwoord 2. De school 2.1. Rkbs Titus Brandsma 2.2. Identiteit 2.3. Patroonheilige 2.4. De Brede School 2.5. Ons gedeelte van het gebouw 2.6. Stichting Sarkon 5 5 6 6 6 6 3. Waar de school voor staat 3.1. Uitgangspunten 3.2. Pedagogisch klimaat 3.3. Missie en visie 4. Ons onderwijs 4.1. Voor het eerst naar school 4.2. Aandacht voor ieder kind 4.3. Het GIP-onderwijs en het IGDI-model 5. Vak en vormingsgebieden 5.1. Basisvaardigheden 5.2. Groepen 1 en 2 5.3. Taal en lezen 5.4. Rekenen 5.5. Shrijven 5.6. ICT 5.7. Wereldoriëntatie 5.8. Expressie 5.9. Bewegingsonderwijs 5.10 Burgerschap 7 7 8 9 10 10 13 13 13 14 14 15 15 16 16 17 6. Zorg voor de leerlingen 6.1. Nieuwe leerlingen 17 6.2. Het volgen van de ontwikkeling 6.3. Cito leerlingvolgsysteem 6.4. Rapport 6.5. Passend onderwijs 6.6. AMK 6.7. Naar het voortgezet onderwijs 6.8. Schorsing of verwijdering 6.9. Huiswerk 6.10. Resultaten van het onderwijs 18 19 19 20 20 20 20 21 21 7. Activiteiten in en rond de school 7.1. Jaarlijkse activiteiten 7.2. Gebruik van foto- en filmmateriaal 22 23 8. Het team 8.1. Management 8.2. Vervanging 8.3. Stagiaires 8.4. Nascholing 25 25 26 26 9. De ouders 9.1. Communicatie 9.2. Informatie 9.3. Informatie naar gescheiden ouders 9.4. Contact met de leerkracht 9.5. De oudercommissie 9.6. Ouderbijdrage 9.7. Participatieregeling schoolgaande kinderen 9.8. De Medezeggenschapsraad 27 27 27 27 27 28 28 28 10. Voorzieningen 10.1. Continurooster 10.2. Jeugdtijdschriften / Leesboeken 10.3. Schoolverzekering 10.4. Andere bronnen van inkomsten 29 30 30 30 10.5. Gemeentelijke Vergoeding Leerlingenvervoer 10.6. Klachten 10.7. Buitenschoolse Opvang (BSO) 30 30 30 11. Externe instanties 11.1. Onderwijs begeleidingsdienst 11.2. Orthoteam 11.3. GGD 11.4. Bibliotheek 11.5. Logopedie 11.6. JAT 31 31 31 31 31 31 12. Regelingen en Schooltijden 12.1. Schooltijden 12.2. Vakantierooster en extra vrije dagen 12.3. Vakantieverlofregeling 12.4. Schoolverzuim 12.5. Schokkende gebeurtenis 12.6. Regels op school 12.6.1. De Fiets 12.6.2. De auto 12.6.3. Kleuters 12.6.4. Briefje mee 12.6.5. Naar de dokter of tandarts 12.6.6. Naam erop 12.6.7. Roken op school 12.7. Veiligheid op school 32 32 32 33 33 33 33 33 34 34 34 34 34 34 13. Namen en adressen 13.1. Team 13.2. Sarkon 13.3. Medezeggenschapsraad 13.4. Oudercommissie 13.5. Specifieke taken 35 35 35 35 35 13.6. Externe instanties 13.7. Accommodaties 35 36 1. Voorwoord Als ouder van één van onze leerlingen willen wij u graag laten weten waar onze school voor staat. Wat onze ideeën over het onderwijs zijn en wat wij in de toekomst willen bereiken. In deze gids staat deze informatie. De gids is tevens bedoeld als informatiegids voor de ouders die op zoek zijn naar de school voor hun zoon/dochter. Wanneer u als ouder een school zoekt voor uw kind, dan wilt u een goede keuze maken. U vertrouwt uw kind voor een lange tijd toe aan de zorgen van de mensen die werken op een basisschool. Acht jaren, waarin uw kind speelt, leert, eigen mogelijkheden ontdekt en met anderen samenwerkt, feest viert en verdriet verwerkt, problemen leert oplossen, zich normen en waarden eigen maakt, zowel ruzie als lol maakt, kortom: een periode waarin uw kind zich volop ontwikkelt. Deze schoolgids geeft praktische informatie en probeert een beeld te geven van dat wat wij belangrijk vinden op onze school. Zaken als basisvaardigheden, eigenaarschap van kinderen, opbrengstgericht werken, zorg voor een goed pedagogisch klimaat, onze katholieke identiteit; allemaal onderwerpen waar wij ons voor inzetten. Verder staat in deze gids alle noodzakelijke informatie over onze school. In de jaarkalender kunt u de gegevens vinden die aan jaarlijkse veranderingen onderhevig zijn. De schoolgids is voorgelegd aan de MR en zij hebben ingestemd met de inhoud. Mocht u suggesties hebben voor verbetering van deze gids, dan houden wij ons van harte aanbevolen. Wij zien deze gids toch ook als een visitekaartje van onze school en een visitekaartje kan niet mooi genoeg zijn. Wij hopen dat u deze gids met interesse leest en zich herkent in de doelstellingen en uitgangspunten. Het team van de Titus Brandsmaschool. 4 2. DE SCHOOL begeleiden van stagiaires en (startende) leerkrachten. Zij is ook schoolopleider van een andere school binnen Sarkon op deze dagen. De twee IB-ers zij ook geheel ambulant en werken samen op donderdag. Daarnaast werkt één van de IB-ers ook op dinsdag. De andere IB-er is dan werkzaam voor het orthopedagogisch team van het Sarkon. De vakleerkracht bewegingsonderwijs geeft op de dinsdag gymlessen aan de groepen 3 t/m 8. De conciërge werkt op de dinsdag en woensdag. Naast zijn taak op onze school werkt hij nog op twee andere scholen van de stichting Sarkon. Op woensdagmorgen is de administratieve medewerkster aanwezig. 2.2. Identiteit 2.1. Rkbs Titus Brandsma De Titus Brandsmaschool is een Rooms Katholieke Basisschool die is opgericht in 1955. Sinds 2009 is de Titus Brandsmaschool gehuisvest in de Brede School Middenmeer. In augustus van dit schooljaar starten we met 8 groepen. De onderverdeling is als volgt: Twee groepen 1-2 ; een groep 3; een groep 4; een groep 5; een groep 6; een groep 7 en een groep 8. Vanaf januari zal er een derde kleutergroep (1-2) bij komen. Het totaal aantal leerlingen op 1 oktober 2013 was 218 leerlingen. Door het jaar heen komen er nog leerlingen bij in de kleutergroepen. Dit zijn de instromende leerlingen die in de loop van het jaar 4 worden. Het personeel bestaat uit een directeur, twee IB-ers, de groepsleerkrachten, een vakleerkracht bewegingsonderwijs, een conciërge en een administratieve medewerkster. In de jaarkalender vindt u de namen en functies/taken. De directeur is 5 dagen per week ambulant. Op dinsdag eens in de 14 dagen is er een leerkracht vrij geroosterd die de taak heeft van schoolopleider en het Onze katholieke identiteit zien we als bron van ons handelen. Ieder mens mag er zijn in al zijn eigenheid. Wij, als team, willen in samenwerking met de ouders de kinderen onderwijzen met dit als uitgangspunt. Dat zien wij terug in ons dagelijks handelen in de groep. Dat kunt u niet alleen zien aan de catecheselessen, maar ook in onze daden en woorden. Wij nemen de verhalen van Jezus Christus als inspiratiebron. Wij houden onze leerlingen o.a. het volgende voor: Heb respect voor elkaar en ieders overtuiging. Het streven naar een rechtvaardige wereld, maar ook in de groep, in de school. Het dragen van verantwoordelijkheid voor jezelf en voor de ander. Dienstbaar zijn aan de mens en zijn samenleving. Het samen zoeken naar de zin van het leven. Het opkomen en zorg hebben voor de zwakkeren in de samenleving. Deze uitgangspunten moeten dagelijks herkenbaar zijn in de school. Wij voeden deze uitgangspunten tijdens de dagelijkse catecheselessen uit de godsdienstmethode Trefwoord. Tijdens die lessen delen wij samen het geloof. Wij vertellen dan de verhalen uit de bijbel, maar ook schaduwverhalen uit de hedendaagse wereld. Wij spreken daar met elkaar over, wisselen ervaringen en belevingen daarbij uit. 5 Wij houden vieringen, zoals Kerst en Pasen. Vieringen waarin tot uiting komt dat de verhalen van Jezus ons aanwijzingen geven om te zien hoe wij zelf tot ons recht komen in deze maatschappij. Dat kan alleen als wij er voor zorgen dat ook anderen diezelfde ruimte krijgen. Op zo’n manier maken wij het leven de moeite waard voor de ander, maar ook voor onszelf. Het team bezint zich met regelmaat op de identiteit van de school en wat dit betekent voor de dagelijkse praktijk. Dat wij weer bewust worden van ons handelen naar elkaar, de kinderen en de ouders. Dat wij, net als onze patroonheilige, ons dienstbaar maken aan een goede ontwikkeling van onze leerlingen. De Brede School is een combinatie van participanten in Middenmeer, waar samenwerking zeer wel mogelijk is zonder de eigen identiteit te verliezen. Samenwerking moet een vanzelfsprekendheid zijn en geen verplichting omdat we samen groeien naar een totaal aanbod voor kinderen van 0 t/m 12 jaar in Middenmeer. De Brede School zal dus beslist geen samenwerkingsschool worden. Alle scholen, dus ook de Titus Brandsmaschool, zijn duidelijk herkenbaar in het gebouw. Wel wordt waar mogelijk samen gewerkt zoals de opening van de Kinderboekenweek, culturele activiteiten en het Sinterklaasfeest. 2.5. Ons gedeelte van het gebouw 2.3. Patroonheilige Titus Brandsma is de patroonheilige van onze school. Hij is als boerenzoon, in 1882 geboren in Friesland. Als priester was hij professor aan de R.K. universiteit in Nijmegen. Hij was een grote voorvechter van de persvrijheid en met name voor het de R.K. perswezen. Tijdens de 2 Wereldoorlog is hij gearresteerd door een 19-jarige Duitse agent, omdat hij de katholieke pers aanmoedigde om Duitse advertenties en reclameberichten van de NSB te weigeren. Na enkele dagen gevangenschap in Arnhem werd hij overgebracht naar de strafgevangenis in Scheveningen. Heel alleen bracht hij vele dagen door met bidden en schrijven. Op 26 juli 1942 stierf Titus Brandsma uit liefde voor zijn geloof, volk en vaderland. In de gevangenissen heeft hij veel betekent voor zijn medemensen. Hij gaf wat hij te geven had, ook al kwam hijzelf te kort. Titus Brandsma kan door zijn manier van leven een aansprekend voorbeeld zijn. 2.4. Brede School Sinds februari 2009 zijn wij gehuisvest in de Brede School Middenmeer. Het gebouw is tot stand gekomen door een zeer goede samenwerking tussen de participanten. De visie : In ons gedeelte van het gebouw hebben wij de beschikking over 9 groepslokalen. We hebben 4 lokalen beneden en 5 lokalen boven. Er zijn verschillende ingangen. De groepen 1-2 en 3 nemen de ingangen naast hun lokaal. De kinderen van groep 4, 5 en 6 nemen de ingang bij de centrale keuken. De groepen 7 en 8 komen binnen via de hoofdingang van de school. Voor de kleutergroepen hebben wij samen met de andere scholen drie gezamenlijke speellokalen. Het middelste lokaal wordt ook voor expressieactiviteiten gebruikt door de groepen. Gangen zijn geen gangen meer, maar echte werkplekken. Daar vindt onderwijs plaats en het hoort bij de lokalen. Leerlingen kunnen daar in rust werken aan eigen werk, maar ze kunnen er ook groepsopdrachten maken. Op de overlopen vinden wij de schoolbibliotheken. Binnen ons gedeelte van het gebouw is in een groepslokaal op de maandagochtend de Plusklas gevestigd. De IB-ers hebben een eigen kantoorruimte, waar ook de orthotheek is gevestigd. De directeur heeft haar kantoor tegenover het kantoor van de IB-er, vlakbij de hoofdingang. 2.6. Stichting Sarkon Onze school maakt deel uit van de Stichting Sarkon. 19 basisscholen voor Katholiek en Interconfessioneel onderwijs maken deel uit van ons schoolbestuur. De 19 scholen bevinden zich in de Noordkop tussen Texel en Nieuwe Niedorp. De directeuren van deze scholen werken nauw samen in het directeurenberaad onder leiding van de voorzitter College van Bestuur, de heer Gert Jan Veeter. Het bestuurskantoor staat in Den Helder, het adres vindt u achter in deze gids. 6 3. WAAR DE SCHOOL VOOR STAAT 3.1. Uitgangspunten. Vanuit onze identiteit weten wij dat elk mens uniek is. Dat geldt dus ook voor onze leerlingen. Die uniciteit geldt ook voor de aanleg in leren en omgang met en vertrouwen hebben in elkaar. Dat houdt dus in, dat wij de leerlingen zien zoals ze zijn en dat iedereen daar rekening mee moet houden. Dus leerlingen, teamleden, maar ook de ouders. Als basisschool willen we de kinderen niet alleen een bijzondere basis meegeven als het gaat om levensbeschouwing, maar ook een stevige basis op onderwijskundig gebied. Dat betekent voor ons als leerkracht van uw kind, dat wij uw kind zo moeten begeleiden, ondersteunen en uitdagen om het maximale te bereiken. Wij beseffen dat we de kinderen moeten voorbereiden op een leven waarin ze stevig in de wereld staan. Een wereld die continu verandert. Er komt in onze huidige maatschappij veel op ze af. We willen hen leren omgaan met invloeden via de media, verschillende culturen en godsdiensten, hun rol als wereldburger en maatschappelijke waarden en normen. In onze dagelijkse praktijk proberen we zoveel mogelijk recht te doen aan de verschillen die er zijn tussen kinderen. Er zijn verschillen op cognitief en sociaalemotioneel gebied, er is verschil in leerstijl, leertempo, cultuur en thuissituatie. Voorop staat voor ons dat elk kind het recht heeft om in ontwikkeling te blijven, hoe verschillend die ontwikkeling ook verloopt. 3.2. Pedagogisch klimaat Een goede sfeer zien wij als de basis. Als die basis goed is, dan kan elk mens zich ontwikkelen en uw zoon/dochter dus ook. Als school willen wij die sfeer creëren. De sfeer van “het zich thuis voelen”. Het heeft te maken met veiligheid en geborgenheid. De school moet het verlengde zijn van “thuis”. Wij willen dan ook werken met het opbouwen en waarborgen van het vertrouwen in elkaar. Wij, als teamleden, moeten ons vertrouwen in elkaar uitstralen naar de leerlingen. Zo moeten zij ervaren dat vertrouwen de basis is om samen te werken in respect naar elkaar. Wij verwachten dat ook van u. Daarom vinden wij een goed contact tussen ouders en leerkrachten erg belangrijk. Wij willen uw vertrouwen verdienen door open te zijn over de ontwikkelingen van uw zoon/dochter. Door hem/haar een veilige omgeving te geven. Wij werken op school vanuit de basisprincipes van Positive Behaviour Support (PBS). Schoolwide PBS is een schoolbrede aanpak gericht op het creëren van een omgeving die het leren bevordert en gedragsproblemen voorkomt. Vanuit gezamenlijke waarden zijn gedragsregels geformuleerd gericht op het gebied van: Respect, Veiligheid en Verantwoordelijkheid. Het gewenste gedrag wordt actief en systematisch aangeleerd. Adequaat gedrag wordt hierna systematisch positief bekrachtigd. Hiermee wordt een veilig en positief schoolklimaat gecreëerd, waarin elke leerling optimaal kan profiteren van het geboden onderwijs. In groep 7 wordt ook dit schooljaar weer het “Marietje Kessels” project uitgevoerd. Dit is een weerbaarheidsproject gericht op preventie van machtsmisbruik en grensoverschrijdend gedrag ten opzichte van kinderen, zowel door leeftijdsgenootjes als door volwassenen. Het doel is enerzijds het vergroten van de weerbaarheid om te voorkomen dat kinderen slachtoffer worden van machtsmisbruik, anderzijds het voorkomen dat kinderen zichzelf schuldig maken aan grensoverschrijdend gedrag. De lessen worden gegeven door twee preventiemedewerkers van de stichting Parlan. Wij hebben goede ervaringen met dit project. Ook ouders hebben aangegeven dit project als positief te ervaren. Het project wordt deels gefinancierd door de Rotary club Wieringerwerf. 7 De leerkrachten van de groepen 3 t/m 8 en de leerlingen in de groepen 6, 7 en 8 vullen twee maal per jaar een sociale competentie observatielijst (SCOL) in. Middels de SCOL worden de sociale competenties van kinderen systematisch in kaart gebracht. De gegevens worden door de leerkrachten gebruikt om: De ontwikkeling van sociale competenties in kaart te brengen en hierop planmatig te handelen. Leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben snel op het spoor te zijn. Mocht, ondanks al onze goede zorgen, iets niet goed gaan, dan willen wij dat graag met u bespreken. De eerst aangewezen persoon is de groepsleerkracht. Pas als dat contact niet naar wens verloopt, kan de directeur benadert worden. Deze zal dan een gesprek regelen tussen ouder, groepsleerkracht en directeur. 3.3. Missie en visie Missie De rkbs “Titus Brandsma”…………. een op de toekomst gerichte omgeving van samen leven, werken en leren. Wij blijven streven naar een veilige omgeving van samen leven, werken en leren waarin het kind centraal staat in een gestructureerde, uitdagende leeromgeving. Het team zal dan ook voortdurend haar eigen gedrag, vaardigheden en overtuigingen reflecteren en deze tegen het licht van de huidige ontwikkelingen houden. Onze school staat bekend om de goede sfeer. Dat kan, omdat het individuele kind in onze school de ruimte krijgt om zichzelf te zijn. Naast de individuele ontwikkeling staat het samen spelen, werken en leren hoog in het vaandel. Je mag succes hebben en dat vieren, maar voor falen is ook ruimte. Onze katholieke identiteit ligt hieraan ten grondslag: Eerbied hebben voor jezelf, maar ook voor de ander. Visie Het evangelie van Jezus Christus is de basis van ons handelen naar elkaar toe. Het is een inspiratiebron en geeft ons de identiteit van onze school. Elk kind heeft recht om zich maximaal te kunnen ontwikkelen. Het eindniveau en het didactisch handelen kan per kind / groep verschillen, want niet één kind is gelijk. Wij werken daarom in de klas met groepsplannen waarbij de leerlingen per vakgebied les krijgen op hun eigen niveau. De kwaliteit van de instructie is bepalend voor de leerprestaties van kinderen. De leerlingen hebben behoefte aan een stapsgewijze gestructureerde instructie. Het directe instructiemodel (IGDI) komt voor een groot deel tegemoet aan deze behoefte. Leraren binnen onze school zullen, in principe, dit instructiemodel hanteren. Tevens zal interactief en gedifferentieerd instructie worden gegeven. Het is erg belangrijk dat een leerling zich zonder belemmeringen kan ontwikkelen. Daarin moeten problemen herkend en waar mogelijk weggenomen worden. Zelfstandig werken en gedeelde verantwoordelijkheid zijn basisvoorwaarden om elk individu voldoende aandacht te kunnen geven. Wij hanteren het GIP-systeem. Sleutelwoorden binnen het GIP zijn: voorspelbaarheid en zelfstandigheid. De leerlingen weten wat ze moeten doen, waar hun materiaal ligt, wat de leerkracht doet en wanneer er instructie en/of hulp kan worden geboden. Dit geeft naast houvast ook een veilig gevoel. Op school hanteren wij school- en klassenregels. Hierdoor creëren wij een klimaat, waarin leerlingen zich veilig voelen en goed kunnen ontwikkelen. Deze regels worden regelmatig aan de leerlingen uitgelegd en er wordt geëvalueerd hoe er wordt omgegaan met deze regels. Leerkrachten geven het goede voorbeeld, vanuit hun functie als opvoeder. Goede communicatie en samenwerken is erg belangrijk. Dat geldt niet alleen voor onze leerlingen, maar ook voor ouders en collega’s onderling. In een open sfeer kan veel besproken en gehandeld worden. In zo’n sfeer van vertrouwen, kan het kind zijn/haar zelfvertrouwen ontwikkelen. Vertrouwen zien wij als een essentiële voorwaarde voor samenwerken. Samen leren stelt eisen aan onze onderwijsmethodieken, maar ook aan de inrichting van het gebouw. Wij werken met leereilanden op de gang. Deze leereilanden dienen als een verlengde of uitbreiding van de lokalen en worden multi-functioneel ingezet. 8 Vieringen en samen leren en beleven, geeft die specifieke sfeer van de Titus Brandsma. Wij willen graag dat leerlingen van de diverse groepen elkaar op verschillende wijzen ontmoeten en samenwerken. 4. HET ONDERWIJS 4.1. Voor het eerst naar school Kleuters. Als uw kind vier jaar is, mag het voor het eerst naar school. Dat kan een spannend moment zijn, zowel voor het kind als voor de ouder. Belangrijk is, dat de kinderen zich snel vertrouwd voelen op school. Daarom mogen ze voordat ze vier jaar worden vier keer komen wennen. De eerste keer is dit één à anderhalf uur. Het is fijn als één van de ouders/ verzorgers hier bij kan blijven. Het kind kan dan met een veilig gevoel alles eens bekijken en meedoen met de andere kinderen. De andere drie keer mag het kind een dagdeel zonder ouder/ verzorger in de klas meedraaien. De leerkracht houdt er in de planning van deze momenten rekening mee dat er geen bijzondere activiteiten zijn zodat ze wat extra aandacht aan uw kind kan geven. Vanaf de vierde verjaardag mogen de kinderen alle dagen naar school. Dat kan, zeker in het begin, nog erg vermoeiend zijn voor een kleuter. Het kan daarom zijn dat een kind in het begin eerst alleen de ochtenden gaat. Dit gebeurt altijd in overleg tussen de leerkracht en de ouders. Soms is het verstandig om de eerste schooldag uit te stellen. Bijvoorbeeld omdat de zomervakantie al bijna begint. Uw kind is dan net klein beetje gewend en heeft direct alweer vrij. Dat kan verwarrend werken. Daarom laten we geen leerlingen meer toe in de laatste vier tot zes weken voor de zomervakantie. Deze nieuwe leerlingen komen dan pas na de zomervakantie bij ons op school. De maand december is voor sommige kinderen een onrustige maand. Eerst de verjaardag van Sinterklaas, daarna kerst. Vaak is dan verstandig om de eerste schooldag uit te stellen tot na de kerstvakantie. In dit geval hebben we overleg met de ouders wat voor hun kind het verstandigst is. 9 Oudere kinderen. Ook als oudere kinderen voor het eerst naar onze school komen, bijvoorbeeld vanwege een verhuizing, is het leuk als ze van te voren een keer komen kijken in de klas. Dat maakt het daarna allemaal wat minder spannend. U kunt hiervoor een afspraak maken via de directie of de leerkracht. 4.2. Aandacht voor ieder kind Binnen een groep bestaan vaak grote verschillen op het gebied van intelligentie, doorzettingsvermogen, concentratie, interesse of creativiteit. Wij proberen zo veel mogelijk rekening te houden met deze individuele verschillen en aandacht voor elk kind te hebben. Soms hebben kinderen voor bepaalde vakken een aangepast lesprogramma waarin andere eisen gesteld worden dan gemiddeld. We volgen zoveel mogelijk de ontwikkeling van elk kind en proberen daarop aan te sluiten. Ook zijn er kinderen die sneller leren dan gemiddeld. Ook zij hebben specifieke aandacht nodig. De reguliere lesstof wordt dan compacter aangeboden. Afhankelijk van het schoolvak, krijgen zij verdiepings- en verrijkingsstof voor de tijd die daardoor vrijkomt. Zo krijgen ook deze kinderen voldoende uitdaging. Op deze manier ontwikkelen zij een goede leer- en werkhouding. Om ieder kind de aandacht en instructie te kunnen geven die het nodig heeft maken wij gebruik van groepsgericht en individueel gericht pedagogisch en didactisch handelen en het directe instructiemodel. 4.3. Het GIP-onderwijs en het IGDI-model. Ons onderwijs is sterk gericht op het: ”Samen doen; Samen leren; Samen delen”. Op school hanteren wij het GIP-systeem. GIP betekent: Groepsgericht en Individueelgericht Pedagogisch en didactisch handelen van de leerkracht. Dit GIP-systeem is een uitvloeisel van het adaptief onderwijs. Vanuit het GIP-systeem zetten wij het kind (dus uw kind) centraal vanuit drie uitgangspunten: a. Relatie. Uw kind functioneert in de maatschappij. Deze maatschappij wordt groter naarmate uw kind ouder wordt. Als peuter voelt het zich veilig in het gezin, in de straat, op de peuterspeelzaal. Later als kleuter wordt dit uitgebreid naar de school. Op school heeft het te maken met een klas met kinderen, met een leerkracht, maar ook een school met kinderen en leerkrachten. Uw kind moet zich daarin veilig voelen. Het moet een verlengde zijn van thuis. Als ons dat als school lukt, dan hebben we een goede basis bereikt om een kind te laten leren. Dit vertalen wij binnen het GIP-systeem als pedagogisch klimaat. Dat houdt in dat wij rekening houden met verschillen van welke aard dan ook. Wij ervaren die verschillen als normaal en daaruit vloeit voort dat ook de kinderen dit als normaal gaan ervaren. Dit creëert een gevoel van veiligheid. b. Competentie. Dit houdt in dat uw kind het gevoel moet hebben dat het werkt op een goed leerstofniveau. Dat het zich uitgedaagd voelt, maar dat het ook niet overvraagd wordt. Op de Titus Brandsmaschool werken wij daarom met groepsplannen. Dit houdt in dat in iedere groep de lesstof op 3 instructieniveaus wordt aangeboden. Het zogeheten IGDI of directe instructiemodel wordt hierbij toegepast. De leerkracht onderzoekt bij de vakgebieden taal, lezen en rekenen, naar aanleiding van de resultaten van het CITO leerlingvolgsysteem, de methode gebonden toetsen en de leerbehoefte van de leerlingen welke instructie het beste bij uw kind past. Hierin onderscheiden wij de kinderen die gewoon met de instructie mee doen zoals deze wordt aangeboden, de leerlingen die weinig instructie nodig hebben en direct aan de slag kunnen zodat zij tijd over houden voor extra uitdagingen en de leerlingen die naast de klassikale instructie nog extra instructie en begeleiding van de leerkracht nodig hebben. Het kan natuurlijk zo zijn dat uw kind bijvoorbeeld in het begin van het jaar nog wat extra hulp nodig heeft, maar dat wanneer uw kind eenmaal begrijpt wat er 10 c. van hem/haar verwacht wordt het vanzelf gaat en dus beter in een andere subgroep past. De subgroepen staan dan ook niet het hele jaar vast. Tussentijds evalueert de leerkracht het plan, onderzoekt opnieuw de resultaten en past de groepsplannen aan. Wanneer uw kind extra hulp en instructie nodig heeft in de klas wordt u uitgenodigd middels een brief om dit op school met de leerkracht te bespreken. Door beter aan te sluiten bij de manier van werken van onze leerlingen en de klassenorganisatie hierop aan te passen hebben de leerkrachten meer tijd voor individuele aandacht en om aan te sluiten bij de leerbehoefte van uw kind. Dit motiveert en stimuleert. Verderop wordt uitgebreider uitgelegd hoe het IGDI-model in de praktijk vorm krijgt in de klas. Autonomie. Dit betekent dat uw kind over veel zaken zelf kan beslissen. Wij geven uw kind die beslissingsvrijheid die het aan kan. In het GIP-systeem hanteren wij een dag- of weektaak. Daarin staat omschreven wat gemaakt moet worden aan oefenstof. De autonomie bestaat er uit, dat uw kind in de hogere groepen zelf beslist in welke volgorde dit werk wordt gemaakt. De autonomie bestaat er ook uit, dat uw kind een deel van het werk zelf nakijkt. Uiteraard gebeurt dit allemaal onder toezicht van de groepsleerkracht. Na de basisinstructie geeft de leerkracht extra instructie aan de instructietafel. De andere leerlingen mogen op zo’n moment de leerkracht niet storen. Hebben ze een probleem dan vragen ze of hulp aan een medeleerling of zetten een blokje op hun tafel met de rode kant naar boven en gaan verder met een opdracht die ze wel kunnen maken. Door het blokje op tafel te zetten kan de leerkracht in een oogopslag zien wie er een vraag of probleem heeft. De leerkracht loopt tussendoor rondes en komt zeer regelmatig langs de tafeltjes om te zien waar uw kind mee bezig is en hoe dat gaat. Tegelijkertijd kan er kort hulp geboden worden, het werk wordt dan ook getoetst aan de kwaliteitsnorm. Naarmate de kinderen ouder worden ervaren ze deze vrijheid van handelen als erg positief. Het zorgt er namelijk voor dat het voor de kinderen duidelijk is wat er van hen verwacht wordt en wat zij van de leerkracht kunnen verwachten. In iedere groep hangt een GIP-lat. Daarop wordt aangegeven waar de leerkracht mee bezig is. De kinderen kunnen dan zien wanneer de leerkracht bijvoorbeeld bij de instructietafel komt. Sleutelwoorden binnen het GIP zijn: voorspelbaarheid en zelfstandigheid. De leerlingen weten wat ze moeten doen, waar hun materiaal ligt, wat de leerkracht doet en wanneer er instructie en/of hulp kan worden geboden. Dit geeft naast houvast ook een veilig gevoel. Het werken met groepsplannen vraagt om een andere organisatie, namelijk het werken met verschillende vormen van instructie. Wij gebruiken het IGDI-model door de hele school heen. 11 IGDI staat voor: Interactieve, Gedifferentieerde, Directe Instructie. De kwaliteit van de instructie is bepalend voor de leerprestaties van kinderen. De leerlingen hebben behoefte aan een stapsgewijze gestructureerde instructie. Het beschreven model “Directe instructie” komt voor een groot deel tegemoet aan deze behoefte. Leraren binnen onze school zullen, daar waar het kan, dit instructiemodel hanteren. Op schoolniveau kijken we in hoeverre de onderwijsmethoden het model “directe instructie” in de handleiding hebben opgenomen. We richten ons daarbij voornamelijk op de methoden voor lezen, taal en rekenen. Tijdens het gehele instructieproces, geeft de leraar vaak en regelmatig terugkoppeling en worden fouten onmiddellijk gecorrigeerd. De houding van de leraar wordt gekenmerkt door het gevoel van vertrouwen en veiligheid dat aan de leerlingen wordt gegeven. De leraar geeft veel aanmoedigingen. We weten dat er leerlingen zijn voor wie het niet nodig is dat zij de volledige instructie volgen. Als de leraar heeft vastgesteld dat de betreffende leerlingen de kern van de instructie begrepen hebben kunnen deze leerlingen alvast doorgaan naar de fase van zelfstandige verwerking. Als een tweede groep de instructie begrepen heeft, geldt voor hen hetzelfde. De leraar blijft het langst doorgaan met de instructie aan de kinderen die begeleide inoefening nodig hebben. Instructie en begeleide inoefening zijn fasen die door elkaar lopen. Tijdens die fase loopt de leraar rondes (hulprondes). Het laatste deel van de instructie aan een groepje leerlingen kan plaatsvinden aan de instructietafel. Het is uiteraard van belang dat de leraar een goed inzicht heeft in welke leerlingen welk deel van de instructie volgen. Dit wordt beschreven in de groepsplannen. Daarnaast houdt de leerkracht zijn observaties en bevindingen dagelijks bij in het logboek. Het GIP-systeem en het IGDI-model zijn nauw met elkaar verbonden en worden ook niet als twee aparte dingen gezien. Wij hebben dit ingevoerd om zo efficiënt mogelijk onderwijs te geven. Dat vraagt een goed klassenmanagement. Binnen dit systeem lukt ons dat. De winst zit bij uw kind. Het leert zelfstandig te werken en er wordt beter aangesloten bij de leerbehoefte van de leerlingen. Hier wordt het gevoel van “eigen kunnen” vergroot. Dat motiveert weer tot een hogere opbrengst. 12 “Wat je lachend leert, motiveert” 5. VAK EN VORMINGSGEBIEDEN Voor elk vak zijn door de overheid kerndoelen vastgesteld. Bij rekenen en taal zijn er ook referentieniveaus ingevoerd. Bij de aanschaf van een nieuwe methode kijken wij goed of alle kerndoelen aan bod komen. De leerstof die in een bepaald schooljaar aan de orde komt, wordt tijdens de informatieavond in een van de eerste weken van het nieuwe schooljaar toegelicht. Aan het einde van de basisschool hebben alle kinderen de verplichte leerstof normaal gesproken verwerkt en minimaal de kerndoelen behaald. Uiteraard is dat niet voor alle kinderen haalbaar, terwijl anderen meer kennis hebben dan de kerndoelen. Kinderen zijn nou eenmaal niet hetzelfde. Wel vinden wij het belangrijk dat ieder kind zich naar zijn eigen kunnen optimaal ontwikkeld. 5.1. Basisvaardigheden. Wij vinden het als school belangrijk dat een kind zichzelf kan zijn. Als een kind goed in zijn vel zit, is dat een goede voorwaarde om zich te kunnen ontwikkelen. Een positieve sfeer op school draagt hieraan bij. Wij realiseren die positieve sfeer door veel belonen en duidelijk afspraken te maken. Daarnaast realiseren wij die positieve sfeer doordat leerlingen de mogelijkheid hebben om open te communiceren. Leerkrachten staan open voor de leerlingen. Leerkrachten maken tijd om met leerlingen in gesprek te gaan als daar behoefte aan is. Zowel individueel als in groepsverband. Ook spreken wij omgangsregels met elkaar af. Dit doen wij om er voor te zorgen dat ieder kind zich veilig voelt op school en in de groep. Op onze school wordt gewerkt met het jaarklassensysteem. Dit betekent dat in principe iedere leerling van dezelfde groep hetzelfde onderwijs krijgt op hetzelfde moment. Toch geven wij de leerlingen de ruimte (d.m.v. het GIP) om zich individueel te ontwikkelen. Dus er gaan leerlingen van onze school af op het niveau van groep 6, maar ook leerlingen die binnen de acht jaar de leerstof makkelijk af hebben gekregen. Die verschillen kunnen wij aan en ook onze leerlingen accepteren deze verschillen. 5.2. Groepen 1 en 2 In de onderbouwgroepen hebben we het over het aanvankelijk onderwijs. De kleuters ontwikkelen zich stapsgewijs. Het ene moment kunnen ze iets niet, een moment later is de vaardigheid opeens aanwezig. In de kleutergroepen wordt thematisch gewerkt. Dit houdt in dat de activiteiten die aangeboden worden steeds passen bij een thema dat aansluit bij de belevingswereld van de kinderen. Zoals bijvoorbeeld de thema's herfst, Sinterklaas en vriendjes. Kleuters leren vooral door te doen. Spel staat daarom centraal in de onderbouw. Kinderen leren in hun spel en de leerkracht speelt daarop in door te zorgen dat er uitdagend materiaal is waarmee de kleuters kunnen leren. Ook worden er situaties gecreëerd waarin de kinderen op velerlei manieren nieuwe ervaringen opdoen en de werkelijkheid wordt nagebootst. We hebben als doelstelling dat de kinderen goed voorbereid naar groep 3 gaan. Naast spel bieden we daarom in de kleutergroepen ook reken- en taalvaardigheden aan. Daar verstaan we onder dat de kinderen al in hun kleuterperiode met letters, cijfers en geschreven taal in aanraking komen. Ook wordt er veel aandacht besteed aan woordenschat- ontwikkeling. Dit alles gaat natuurlijk op een plezierige en vooral speelse manier. Wij gebruiken hierbij geen vaste methode maar zorgen dat alle tussendoelen aan bod komen binnen de thema's en weekplanningen. 5.3. Taal en lezen Bij het aanvankelijk lezen in groep 3 gebruiken wij de methode Veilig Leren Lezen, die ook een uitgebreide voorraad oefen- en spelmateriaal in zich heeft. Voor het voortgezet lezen gebruiken wij de methode Estafette. Deze methode besteedt structureel aandacht aan leesplezier en leestechniek. Deze methode wordt gebruikt in de groepen 4, 5 en 6. Vanwege de verschillen in ontwikkelingssnelheid wordt gelezen in kleine groepjes. Leerlingen luisteren naar elkaar en corrigeren elkaar. Zo leren ze van elkaar en wordt 13 er intensief geoefend. Wij maken gebruik van het zogenaamde “TUTOR-leren”. Dat wordt o.a. toegepast bij het lezen. Bij het TUTOR-leren begeleiden leerlingen van groep 7 of 8 leerlingen uit bijvoorbeeld groep 3. Dat werkt erg positief naar twee kanten toe, namelijk naar het sociaal-emotionele en naar de leerresultaten. En dat niet alleen bij de jongere kinderen, maar ook bij de oudere leerlingen. Voor begrijpend lezen gebruiken wij de methode “Leeslink”. Leeslink is een complete digibordmethode voor begrijpend, studerend lezen. Doordat de methode geheel digitaal is blijft de methode vernieuwend en aansluiten bij de belevingswereld van de kinderen. Iedere week biedt de methode nieuwe teksten, opdrachten en filmpjes. e In de groepen 4 t/m 8 werken wij met de 4 versie van Taal actief. Taal actief bestaat uit de onderdelen taal, spelling en woordenschat. Deze leerlijnen zijn volledig op elkaar afgestemd. Elk thema begint met een ankerverhaal, geschreven door een bekende kinderboekenauteur. De ankerverhalen zijn het vertrekpunt voor alle lessen. Daarin komen al enkele taaldoelen en spellingdoelen aan bod. De woordenschatwoorden uit de ankerverhalen komen in de lessen van alle domeinen terug. Met Taal actief werken alle kinderen vanaf dag één op hun eigen niveau. Alle lesdoelen zijn op 3 niveaus uitgewerkt. Voor taalbegaafde kinderen heeft Taal actief een plusboek met uitdagende opdrachten. Voor taalzwakke leerlingen kan het programma woordenschat extra van Taal actief worden ingezet. 5.4. Rekenen e Wij werken met de rekenmethode “De wereld in getallen (4 versie)”. Deze methode is opgebouwd volgens de beproefde dakpanconstructie: oriëntatie, begripsvorming, oefenen en automatiseren. Deze nieuwste versie van De wereld in getallen bevat nog meer oefening en herhaling. Er is een weektaak voor zelfstandig werken en praktische differentiatie op 3 niveaus. Bij goed rekenonderwijs is er aandacht voor het verwerven van inzicht en voor het oefenen van vaardigheden. De wereld in getallen biedt dat beide: evenwichtig rekenen! Er is veel aandacht voor oefenen, herhalen en automatiseren. Cijferen krijgt veel aandacht, en wordt geleidelijk opgebouwd tot uiteindelijk de klassieke staartdeling verschijnt. Tegelijkertijd zijn de goede dingen van het realistische rekenen behouden, zoals het werken met modellen als de getallenlijn en de verhoudingstabel. Bij contexten is het taalgebruik eenduidig, zodat de taal zo min mogelijk een obstakel is voor taalzwakke kinderen. De oefensoftware bij de methode De wereld in getallen is een vast onderdeel van de weektaak. Ieder kind werkt twee wekelijks op de computer en oefent gericht reeds behandelde rekenonderwerpen. Tijdens het werken schakelt het programma automatisch door naar een hoger of lager niveau, afhankelijk van de resultaten. 5.5. Schrijven Kleuters willen al snel gaan schrijven en zijn zeer trots op hun eerste woordjes. Wij natuurlijk ook en u als ouder nog meer. Wij willen op onze school graag goed beginnen met het schrijven. Daarom wordt er in de groepen 1 en 2 gelet op o.a. de ontwikkeling van de schrijfhand, motoriek en de potloodhouding. Ook wordt al aangegeven hoe een letter geschreven moet worden. Dat laatste is erg belangrijk, want later bij de schrijflessen in groep 3 zijn foute maniertjes slecht of geheel niet meer te corrigeren. Vaak heeft dat een gevolg voor het netjes en leesbaar schrijven in het vervolgtraject. Wij vragen u dan ook er alert op te zijn hoe uw kind de letters leert schrijven. Vanaf groep 3 werken wij met de methode “Pennenstreken”. Met deze methode hebben wij een methode in huis, die een gedegen ontwikkeling van de schrijfhand van uw zoon/dochter garandeert 14 5.6. I.C.T. De computer heeft een grote rol in onze school bij de ondersteuning van ons onderwijs en administratie. Het werken met computers is geïntegreerd in ons hele onderwijs vanaf groep 1. Speciale computerprogramma’s ondersteunen de diverse vakken. Er wordt oefenleerstof en verrijkingsleerstof verwerkt met behulp van de computer. In ieder klaslokaal wordt gewerkt met een touchscreen-digibord. Een interactief leermiddel waarmee de leerkracht zijn instructie en lessen aanschouwelijk, dynamisch en interactief maakt. Lesmethoden worden geprojecteerd op het bord en educatieve filmpjes ter ondersteuning kunnen worden getoond. Ook kunnen aantekeningen direct opgeslagen e/o afgedrukt worden. Kinderen gebruiken het bord om oefeningen op te doen en presentaties te geven. De In ons ICT en mediawijsheid beleidsplan staat beschreven hoe wij leerlingen leren werken met de computer en mediabewust handelen. Mediawijsheid is gericht op de volgende competenties: Kennis: om mediaboodschappen (bewust) te kunnen analyseren, contextualiseren, hierop te kunnen reflecteren en vervolgens conclusies te trekken. Vaardigheden: om bewust te kunnen kijken, te kunnen kiezen en apparaten te kunnen bedienen. Attitude: om besef te krijgen van de houding waarmee van de media gebruik wordt gemaakt. leerlingen kunnen in groep 5 hun diploma veilig internet behalen en krijgen een uitbreiding hierop in groep 7. 5.7. Wereldoriëntatie Kijken naar de wereld om ons heen, dat begint al in de groepen 1/2. Wij bieden daar thema’s aan, waar een aantal weken aan wordt gewerkt. Daarbij denken wij aan thema’s als: de post, ziekenhuis, winkel, vakantie, etc. Omdat de leerlingen 2 tot bijna 3 jaar bij dezelfde leerkracht zitten, zullen de thema’s zich in die tijd nauwelijks herhalen. Zo worden de kinderen steeds opnieuw en in een breed perspectief uitgedaagd. Per groep zijn minimaal 3 netwerk- computers te vinden. Vanaf komend schooljaar beschikken wij ook over 15 laptops en 18 tablets die in de klas gebruikt kunnen worden. Hierdoor kunnen meer leerlingen tegelijkertijd aan het werk met educatieve software. Die software behorende bij de lesmethodes is er op gericht om leerlingen de lesstof te laten inoefenen, maar ook om ze uit te dagen tot hogere niveaus. Wij willen de tablets ook gaan gebruiken om leerlingen extra ondersteuning of juist meer uitdaging te bieden. In de groepen 3 en 4 komen in de verschillende methodes thema’s aan bod die aansluiten bij de belevingswereld van de kinderen. Aan deze thema’s worden interactieve lessen verbonden waarbij ingespeeld wordt op het betreffende thema. Zo kunnen zij hun belevenissen en ervaringen delen met de andere kinderen in de groep. Vanaf groep 3 krijgen de kinderen ook verkeerslessen. In de andere groepen worden de vakken aardrijkskunde, geschiedenis, natuuronderwijs en techniek gegeven. Hierbij worden de methodes: Wijzer door de tijd, Wijzer door de wereld, Wijzer door natuur en techniek en Wijzer door het verkeer gebruikt. Binnen die vakken komen nieuwe onderdelen als staatsinrichting, geestelijke stromingen, sociale redzaamheid, milieueducatie aan de orde. 15 Naast de methodes wordt gebruik gemaakt van de mogelijkheid om kinderen zelf te laten ontdekken. In het afgelopen schooljaar hebben we de spreekbeurten vervangen door presentaties. Deze presentaties worden door een leerling of groepje leerlingen voorbereid. Informatie kunnen ze zoeken op internet, maar ook in de schoolbibliotheek. Ook wordt er gebruik gemaakt van de schooltelevisielessen. Leerlingen zien dan beelden en geluiden, wat vaak een hogere indruk geeft dan de boeklessen van een methode. Een enkele keer gaan de groepen ook op excursie. Meer en meer presenteren de leerlingen hun resultaat m.b.v. PowerPoint. teamlid is opgeleid als cultuurcoördinator. De cultuurcoördinator draagt zorg voor het beleidsplan waarin ook het lesprogramma van dat jaar is opgenomen. Ons cultuurprogramma is opgebouwd uit de volgende drie pijlers: Kunst/cultuur, erfgoed en media-educatie. Jaarlijks pakken we tenminste één van deze domeinen schoolbreed aan. In de groepen 6, 7 en 8 gaan de leerlingen met de museumpleinbus naar Amsterdam en brengen daar een bezoek aan het van Gogh museum, Rijksmuseum of Stedelijk museum. In groep 8 krijgen de leerlingen EHBO les. Tijdens deze lessen worden ze opgeleid voor het diploma kinder-EHBO. Deze lessen worden gegeven o.l.v. een EHBOinstructeur. Ook leggen deze leerlingen een verkeersexamen af. In maart het theoretische deel, later gevolgd door het praktische deel. Op de Titus Brandsmaschool verzorgt elke groep één keer per jaar een voorstelling. Daar doen in principe alle leerlingen van de groep aan mee. Zo wennen ze aan het optreden in het openbaar en spreken voor een grotere groep. Het is niet alleen spannend, maar ook uitdagend omdat ook de ouders van die groep bij het optreden aanwezig mogen zijn. 5.8. Expressie 5.9. Bewegingsonderwijs Je leren uiten via expressie vinden wij erg belangrijk. Door expressie leer je jezelf kennen, maar ook genieten van wat de wereld te bieden heeft. Misschien is dit wel belangrijker dan al het andere, alhoewel je de voorgaande onderdelen wel nodig hebt om dit onderdeel optimaal te kunnen ontwikkelen. Expressie is een goed middel om je sociaal-emotioneel te ontwikkelen. Je kunt je gevoel ontwikkelen in samenhang met de omgeving. Onder expressie verstaan wij de vakken handvaardigheid, muziek, drama en tekenen. Daar waar het kan, integreren wij de onderdelen. In de groepen 1 en 2 worden activiteitenochtenden of -middagen gepland. Dit is wel afhankelijk van ouderhulp, want die is in die gevallen onmisbaar. De groepen 3 t/m 8 geven hun lessen in het eigen lokaal. Bewegen is belangrijk voor het kind. Een gezond lichaam heeft immers een gezonde geest! De kleuters krijgen elke dag veel tijd en ruimte om te bewegen. Naast het spelen in de frisse buitenlucht, worden er ook bewegingslessen geven in de speelzaal. Ze gymmen dan in ondergoed en dragen gymschoenen. Door het wegbezuinigen van cultuureducatie door de gemeente is het cultuurprogramma geheel voor de rekening van de school komen te staan. Eén De bewegingslessen van de groepen 3 t/m 8 zijn op elkaar afgestemd. De leerlingen krijgen wekelijks 2 lessen bewegingsonderwijs. Eén keer per week wordt de les gegeven door een vakleerkracht van Sportservice Schagen. De vakleerkracht verzorgt de “toestellessen”. Daarnaast organiseert de vakleerkracht ook de sportdag en bijzondere lessen zoals een tennisles op de tennisbaan in Middenmeer. Wij bieden naast de toestellessen ook lessen met spel aan. Deze worden gegeven door de leerkrachten binnen onze school die bevoegd zijn om gym te geven. De gymlessen vinden plaats in de sportzaal “Eme Kadijk” aan de Sportweg. Uit hygiënische overwegingen is in deze groepen gymkleding noodzakelijk en zijn sportschoenen verplicht. Zonder gymschoenen mag er niet aan deze lessen deelgenomen worden. Gymschoenen maken deel uit van de veiligheid in de zaal. Als uw kind geen goede gymkleding mee heeft, dan blijft uw kind achter op school. Het komt dan tijdens de gym tijd bij een andere collega in de groep. Daar kan het dan verder werken aan de dag- of weektaak. 16 Het kan voorkomen dat, in het belang van zijn/haar gezondheid, uw kind niet aan de lessen bewegingsonderwijs kan deelnemen. Dat is niet altijd aan de buitenkant te zien en te merken. Geef in zo’n omstandigheid a.u.b. een briefje mee, zodat de leerkracht dit weet. Hij/zij kan daar dan op in spelen. 5.10. Burgerschap Vanaf 2009 is het verplicht voor het basisonderwijs om actief aandacht te schenken aan het burgerschap. De wetgever heeft het als volgt omschreven : De school krijgt de expliciete taak leerlingen te laten kennismaken met hun toekomstige rol als burger (kerndoel 36) en hen te leren zich te gedragen ‘vanuit respect voor algemeen aanvaarde waarden en normen’ (kerndoel 37). Binnen onze school praten wij regelmatig over deze onderdelen. Wij doen dat binnen ons godsdienstonderwijs, maar ook tijdens o.a. de geschiedenislessen. Uiteraard komen zaken ook aan de orde binnen een thematisch kringgesprek. Aangezien het “samen” in onze visie staat, worden onze activiteiten vaak daarop afgestemd. Het gevolg is dat alle leerlingen gerespecteerd worden. Niemand wordt negatief benaderd vanwege geloof, huidskleur, handicap of geslacht. Ook het gedrag en leerniveau leidt niet tot discriminatie. Om toch gereedschappen te ontwikkelen naar de toekomst toe, hanteren wij een methode om dat te ondersteunen. De methode “Beter omgaan met je zelf en de ander” (BOM) leert het kind om te gaan met de eigen emoties, maar ook met die van de ander. Ruzies worden besproken op een wijze waarop aandacht wordt gevraagd voor elkaar. Voor de emoties van elkaar. Wij willen onze leerlingen bijbrengen dat een positieve benadering altijd beter is dan een negatieve benadering. Wij hopen dat onze leerlingen dat meenemen in hun leven. 6. ZORG VOOR DE LEERLINGEN. 6.1. Nieuwe leerlingen. Onze school heeft een toelatingsbeleid. Hierin staat wanneer een leerling wel of niet toegelaten wordt. De toelating geschiedt op basis van de volgende criteria: De ouders onderschrijven of respecteren de grondslag van de school. De leerling is in staat gebruik te maken van de onderwijskundige en pedagogische mogelijkheden van de school. De rust en veiligheid wordt door de leerling en de ouders gerespecteerd en gegarandeerd. De leerling en ouder houdt zich aan geldende afspraken. Het gebouw leent zich voor de opvang van de leerling. Ouders die een leerling willen inschrijven kunnen contact opnemen met de directeur. Vervolgens vindt een kennismakingsgesprek plaats met een rondleiding door de school. Na afloop ontvangt u een informatiemap en een inschrijfformulier (tenzij anders overeengekomen). Het invullen van een inschrijfformulier is niet een expliciete bevestiging dat uw kind wordt toegelaten. Dat gebeurt schriftelijk. Binnen zeven werkdagen ontvangt u dan ook een schriftelijke bevestiging van de inschrijving van uw zoon/dochter op onze school. Indien een leerling niet wordt toegelaten, zal dit ook schriftelijk bevestigd worden. In die schriftelijke afwijzing staat de reden duidelijk omschreven. Wij stellen het op prijs om de leerlingen vroeg in het schooljaar in te schrijven. Dit omdat wij dan in de plannen voor het volgende cursusjaar weten hoe groot de groepen worden. Wij kunnen dan preventief op de ontwikkelingen inspelen. Inschrijven kan overigens op alle schooldagen en is niet gebonden aan een deadline. Ook kennen wij geen wachtlijst. Voor ouders die hun kind aanmelden met een toegekend zorgarrangement (voorheen leerling-gebonden financiering, rugzakje) of kinderen die hiermee gelijkgesteld kunnen worden, geldt een speciale regeling. De school sluit zich aan bij het bestuursstandpunt om leerlingen uit het speciaal (basis-) onderwijs uitsluitend toe te laten als op onze school de benodigde expertise aanwezig is om het betreffende kind doelmatig te kunnen begeleiden, zonder de andere leerlingen te 17 kort te doen. Beoordeling daarvan is aan de directeur, daar het toelaten van een nieuwe leerling de verantwoordelijkheid is van de directeur. In de wet voor het Primair Onderwijs staat beschreven, dat een leerling pas toegelaten mag worden op de eerste dag na de vierde verjaardag. Eerder is wettelijk niet toegestaan. In geen enkel geval zullen wij afwijken van deze regel. Dus ook niet op grond van adviezen van externe instanties. 6.2. Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen. Wij werken met het digitaal leerlingvolsysteem Esis. Na aanmelding wordt hierin een leerlingdossier aangemaakt. Hierin worden de persoonsgegevens, toetsafnames, rapporten en gespreksverslagen opgeslagen. Esis voldoet aan de FENIT voorwaarden en maakt gebruik van een goed beveiligde database (beveiligingsklasse 4). maakt de leerkracht zijn groepsplan. Naast het groepsplan kan het ook zijn dat een kind een specifieke problematiek heeft zoals dyslexie. Mocht dat het geval zijn, dan schakelt de groepsleerkracht de IB-er in. Beiden gaan bekijken welke specifieke aanpak deze leerling nodig heeft of waar de problematiek ligt. Dat wordt verwoord in een handelingsplan. Het handelingsplan wordt met u doorgesproken. Daarna tekent u het handelingsplan voor gezien. 18 U wordt ten allen tijde van de ontwikkelingen op de hoogte gebracht. Dus er gebeurt niets zonder uw medeweten. Sterker, wij beogen een grote mate van openheid over de ontwikkelingen van uw kind. De zorg voor uw kind is een zorg voor het hele team. Wij houden elkaar op de hoogte van de ontwikkelingen in de leerling besprekingen. Zo kunnen wij elkaar ondersteunen, maar ook bij bijvoorbeeld ziekte van een leerkracht is de kennis over uw kind aanwezig. Van iedere leerling worden daarnaast na aanmelding twee mappen aangelegd. De eerste map is een administratieve map waarin de persoonsgegevens bewaard worden. De tweede map is voor de IB-er en de leerkracht. Daarin worden speciale onderzoeken, logopedieverslagen en andere stukken die van belang zijn bewaard. Al deze gegevens komen achter slot en grendel. Dit in het kader van de wet op de privacy. Wij geven dan ook nooit zonder toestemming van de ouders gegevens door aan derden. Behoudens aan die instanties waarvoor reeds toestemming is gegeven d.m.v. het inschrijfformulier. De gegevens worden 5 jaar na het verlaten van de school vernietigd. Naast de toetsen wordt ook het dagelijkse werk van uw kind gevolgd. Deze vorderingen en observaties houdt de leerkracht bij in de klassenmap. Naarmate de kinderen dat zelf aankunnen, wordt van hen gevraagd om het werk ook zelf na te kijken. De leerkracht echter houdt o.a. door de GIP-rondes en individuele benadering de vinger aan de pols. Omdat leerlingen zich met steeds meer diversiteit ontwikkelen is een goede registratie erg belangrijk. Toetsen worden genoteerd en uitgewerkt in grafieken. Aan de hand van de leerbehoefte van de kinderen en de overzichten van de toetsen Het onderwijs in de kleutergroepen dient een breed fundament te leggen voor de verdere persoonsontwikkeling en schoolloopbaan van alle kinderen. Goed volgen van de ontwikkeling van de kinderen is daarbij een voorwaarde. Problemen kunnen daardoor bijtijds worden gesignaleerd en aangepakt. In de kleutergroepen wordt hiervoor het KIJK!-observatiemodel voor groep 1 en 2 gebruikt. Wij gebruiken Kijk! 1-2 voor verschillende doeleinden: Om te volgen: Het kind wordt steeds met zichzelf vergeleken. Is er sprake van vooruitgang in vergelijking met het vorige registratiemoment? Hoe kan ik hem/haar stimuleren in de ontwikkeling? Om te signaleren: nagaan of er in bepaalde opzichten, sprake is van een ontwikkelingsachterstand of ontwikkelingsvoorsprong? (We hanteren daarbij een marge van plus of min 6 maanden). Om handelingsgericht te kunnen werken: In de groepsbespreking met de IB’er, worden de individuele en de groepsrapporten besproken. school- en groepsniveau worden geanalyseerd en onderzocht en vervolgens binnen het team besproken. De normering van de Cito wordt uitgedrukt in de Romeinse cijfers I, II, III, IV en V. I = goed (0-20% scoort hoger) II= ruim voldoende (20-40% scoort hoger) III= voldoende (40-60% scoort hoger) IV= onvoldoende (60-80 % scoort hoger) V = zwak (80-100 % scoort hoger) 6.4. Rapport Twee keer per jaar krijgen de leerlingen van de groepen 3 t/m 8 een rapport. Ook zijn er twee keer per jaar 10-minutengesprekken om de ouders te informeren over de vorderingen van hun kind. De ene keer worden alle ouders uitgenodigd voor een gesprek; de tweede keer is het op uitnodiging van ouders en/of leerkracht. Ook de ouders van de groepen 1 en 2 worden uitgenodigd voor een gesprek. De ontwikkeling ingevuld in het KIJK!-observatiemodel wordt dan besproken. Voor de gesprekken wordt u uitgenodigd. De data staan vermeld op onze activiteitenkalender. 6.3. Cito leerlingvolgsysteem Op onze school maken we al jaren gebruik van het leerlingvolgsysteem (LVS) van CITO. Dit zijn toetsen voor rekenen, spelling, begrijpend lezen, woordenschat en technisch lezen. En voor de oudste kleuters de toetsen Rekenen voor kleuters en Taal voor kleuters. De CITO toetsen zijn landelijk genormeerd. Dat betekent dat er een vaste score is die is gebaseerd op hoe alle kinderen in Nederland scoren op deze toetsen. Door deze toetsen jaarlijks af te nemen krijg je een redelijk beeld van de ontwikkeling van een kind. Je kan zien hoe het kind scoort ten opzichte van het landelijk gemiddelde, maar ook of het kind zijn eigen ontwikkelingslijn blijft volgen of dat het daar ineens boven of onder scoort. Als dat laatste gebeurt is dat een signaal om te kijken wat de oorzaak van die verandering kan zijn. Daarnaast worden de toetsen gebruikt als één van de instrumenten om de kwaliteit van ons onderwijs te meten. De resultaten op In het rapport wordt aangegeven wat de resultaten zijn van de voorgaande periode. Ook wordt aangegeven wat de uitslagen zijn van de onafhankelijke toetsen. Daarnaast wordt aangegeven hoe het gesteld is met de sociaal-emotionele ontwikkeling, taakbesef en zelfstandigheid. Mocht uw kind later instromen, dan kan het zijn dat het eerste rapport niet gemaakt kan worden omdat er niet voldoende gegevens bekend zijn. Het komt ook op onze school voor, dat het beter is voor een leerling om een groep nog eens te doen. Ouders worden altijd zo vroeg mogelijk betrokken bij deze beslissing. De leerkracht bespreekt in eerste instantie zijn zorg met de IB-er en tijdens de leerlingbespreking met collega's. In dat overleg wordt eerst besproken welke mogelijkheden tot ondersteuning bij de ontwikkeling nog mogelijk zijn. Mochten de ingezette acties niet de gewenste effecten opleveren, dan neemt de leerkracht opnieuw contact met u op om de overweging tot doublure met u te 19 bespreken. Uiteraard spelen bij die besluitvorming allerlei emoties mee. Daarom willen wij het altijd zeer zorgvuldig doen. U, als ouder, bent onze gesprekspartner. Het gaat om uw kind! Ook andersom gebeurt het, dat een leerling een leerjaar kan overslaan of versneld kan doorstromen. Uiteraard wordt dan dezelfde zorgvuldige procedure gevolgd. Het uiteindelijke besluit ligt bij de school. Voor de gespreksavonden en andere gesprekken worden altijd beide ouders uitgenodigd. Vaak komen ook beide ouders, wat wij dan ook erg op prijs stellen. Wij hebben een informatieplicht naar beide ouders toe. Dus ook naar ouders toe die zijn gescheiden. Vaak gaat het goed omdat ouders nog contact met elkaar hebben. In geval dat het contact minder is gaan wij uit van het standpunt dat de uitnodiging naar de verzorgende ouder voldoende is. De niet-verzorgende ouder krijgt niet automatisch een uitnodiging. Wij gaan er van uit dat de verzorgende ouder de nietverzorgende ouder op de hoogte stelt. Mocht dit niet gebeuren, dan nemen we aan dat deze ouder zelf het initiatief neemt om te horen op welk tijdstip het gesprek zal gaan plaatsvinden. 6.5. Passend onderwijs Elk kind ontwikkelt zich op zijn/haar eigen manier en tempo. De leerkracht volgt elke leerling intensief. Er wordt dan snel opgemerkt hoe het gaat met een leerling. Als een leerkracht het nodig vindt, dan wordt de lesstof of de benadering aangepast. Is dit zeer tijdelijk, dan wordt er geen verdere actie ondernomen. Wordt het structureler, dan wordt de IB-er geïnformeerd maar ook de ouders. Deze gesprekken kunnen op elk moment van het jaar plaatsvinden en staan los van de rapportage momenten. Dat geldt ook voor alle vervolgstappen en evaluatie. Gesprekken over extra zorg voor leerlingen, gebeuren altijd met de groepsleerkracht en indien nodig met de IB-er. In een zeer uitzonderlijk geval zal de directeur daarbij aanwezig zijn. Van die gesprekken wordt altijd een verslag gemaakt en ter ondertekening aangeboden aan de ouders. Zo weten alle betrokkenen wat er besproken en afgesproken is. Op 1 augustus 2014 treedt de wetswijziging passend onderwijs in werking. Schoolbesturen voor primair onderwijs krijgen zorgplicht en de middelen en de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van passend onderwijs. Onze school is aangesloten bij het Samenwerkingsverband Kop van Noord Holland, passend en primair onderwijs. Alle scholen uit onze regio werken hierin samen. Wij vallen binnen de Scholengroep Wieringen en Wieringermeer. Tijdens de reguliere overleggen worden afspraken gemaakt om de financiën en de speciale kennis binnen dit verband zo optimaal mogelijk in te zetten. Het doel van dit verband is om elk kind een passende onderwijsplek te geven. Of anders gezegd: zorgen voor een dekkend onderwijsaanbod. Binnen de school werken wij met een ondersteuningsteam (OT). Het OT komt 6x per jaar bijeen. Het OT (voorheen zorgteam) heeft als kern een directielid, de intern begeleider en een orthopedagoog. De leerkracht kan naar aanleiding van de leerlingbespreking een leerling inbrengen in het OT met een specifieke zorgvraag. De leerkracht stelt hiervan altijd de ouders op de hoogte. Ook u als ouder wordt uitgenodigd om hierbij aanwezig te zijn. Op de kalender staat aangegeven wanneer de OT-bijeenkomsten gepland zijn. Afspraken worden vastgelegd in een handelingsgericht groeidocument dat ingebracht is door de leerkracht van de leerling. Het OT functioneert als filter naar het ondersteuningsteam op niveau van de scholengroep: het OTG (ondersteuningsteam scholengroep, voorheen PCL, permanente commissie leerlingenzorg). Het OT kan een arrangement voor extra ondersteuning ter accordering voorleggen aan het OTG van de scholengroep. Wanneer uiteindelijk een leerling onvoldoende profiteert van het geboden arrangement extra ondersteuning kan het OTG adviseren een aanvraag in te dienen bij het CTO (commissie toelating onderwijsvoorziening) voor een mogelijke toelating tot één van de specialistische voorzieningen (speciaal (basis)onderwijs) van het samenwerkingsverband. Diepteondersteuning noemen we de vorm van ondersteuning waarbij een leerling gedurende de hele week ondersteuning ontvangt op een speciale voorziening omdat het reguliere basisonderwijs in onvoldoende mate aan de onderwijsbehoeften van de leerling tegemoet kan komen. Daarnaast houdt het samenwerkingsverband zich ook bezig met passend onderwijs in de zin van uitdagend onderwijs voor hoogbegaafde leerlingen. Bij ons op school is een Plusklas gesitueerd. De plusklassen zijn opgericht voor hoogbegaafde kinderen. 20 Binnen de plusklassen wordt er specifiek afgestemd op de leer- en persoonskenmerken van hoogbegaafde kinderen. 6.6. AMK Sinds 1 juli 2013 zijn wij verplicht om melding te doen bij het AMK (bureau kindermishandeling) als wij het vermoeden of een sterke aanwijzing hebben van kindermishandeling of huiselijk geweld. Hiervoor is een aandachtsfunctionaris aangesteld. De aandachtsfunctionaris is aanspreekpunt voor de medewerkers wanneer zij een vermoeden hebben van kindermishandeling of huiselijk geweld. Kindermishandeling kan zich uiten door gewelddadigheid, sexueel misbruik, maar ook van geestelijke mishandeling. De eerste twee is duidelijk voor te stellen. Met het laatste punt is dat moeilijker. Geestelijke mishandeling kan verbaal geweld zijn jegens een kind, maar ook het onthouden van een goede opvoeding en voeding. Wij hebben als school een protocol kindermishandeling, deze is tot stand gekomen met instemming van de MR. Indien wij een gezin aanmelden, dan krijgt u daarvan via de directeur bericht van. Dat is zij verplicht te doen. Het is de directeur die een gezin meldt en niet een individuele leerkracht. Voordat wij een gezin aanmelden zijn er meerdere gesprekken geweest om het gezin te helpen. Ook is het advies gegeven om hulp te vragen aan deskundigen of via het JAT advies te vragen. Mocht u zelf ergens mee zitten dan kunt u ook terecht bij de vertrouwenspersonen van de school. Dit zijn Trees Provoost (leerkracht groep 7 en schoolopleider) en Astrid Karman – Brugman (ouder). 6.7. Naar het voortgezet onderwijs Na groep 8 gaan de leerlingen naar het voortgezet onderwijs. Welke vorm van voortgezet onderwijs voor uw kind de beste keuze is hangt niet alleen af van de resultaten, maar ook van de interesse, motivatie en aanleg van het kind. Wij doen op Titus Brandsma ons best om de kinderen goed voor te bereiden op hun vervolgopleiding. Al eerder heeft u gelezen dat de ontwikkelingen van uw kind worden vastgelegd in een leerlingvolgsysteem. Dat gegeven is een van de vaste gegevens om te komen tot een advies voor het V.O. Daarnaast gebruiken wij de uitslag van de Cito-Entreetoets. Deze toets wordt in de maand juni in groep 7 afgenomen. Deze onafhankelijke toets geeft ons niet alleen informatie over de kennis en vaardigheden van de leerlingen, maar ook hoe wij met ons onderwijs staan t.o.v. het landelijke gemiddelde. Aan het begin van groep 8 krijgen de kinderen een NIO- en drempelonderzoek. Dit onderzoek geeft een beeld van de capaciteiten, vorderingen en motivatie van het kind. Wanneer uw kind in groep 8 zit wordt u in november samen met uw kind uitgenodigd voor een gesprek voorlopig advies voor het voortgezet onderwijs. 21 De specifieke voorbereiding op het voortgezet onderwijs gebeurt in groep 8. De leerlingen krijgen van de leerkrachten informatie over de verschillende mogelijkheden die er zijn. De scholen voor voortgezet onderwijs hebben in januari en februari open dagen en informatieavonden, waar u zich kunt oriënteren op het vervolgonderwijs voor uw kind. In februari volgt een gesprek waarin het definitieve advies besproken wordt. Het is wettelijk verplicht om aan het eind van de schoolloopbaan een afsluitende toets af te nemen. Wij nemen de Cito-eindtoets af. De Cito-eindtoets wordt in april afgenomen. Deze toets dient als bevestiging van het definitieve advies van school t.a.v. het vervolgonderwijs. De schoolkeuze voortgezet onderwijs is afhankelijk van het advies van de school. Dit advies wordt gevormd door het beeld dat wij van het kind hebben na de gevolgde schoolloopbaan, aangevuld met de uitslag van de Cito-toetsen en eventueel een intelligentietoets. Het advies van de groepsleerkrachten is belangrijk bij een schoolkeuze. Ze hebben meestal een goed inzicht in de mogelijkheden waarover een kind beschikt. Daarbij zijn niet alleen de leerprestaties belangrijk, maar ook gegevens over de belangstelling van het kind, de zin in studeren, de wil om zich ergens voor in te zetten, de concentratie en de behoefte aan hobby's en vrije tijd. Het advies van de school bespreken we met u. Uiteindelijk bepaalt de school het definitieve advies. Met alle scholen van voortgezet onderwijs hebben wij goede contacten. Zij sturen ons de resultaten van de leerlingen toe. De vorderingen van de kinderen worden door ons bijgehouden tot 16-jarige leeftijd. Leuk om dat te zien, want wij willen graag weten hoe het met onze oud-leerlingen gaat. Maar zo kunnen wij ook zien of de advieskeuze ook de juiste is geweest. 6.8. Schorsing of Verwijdering Het kan gebeuren dat een leerling zich niet meer zodanig kan gedragen dat hij/zij te handhaven is op school. De situatie kan ook zo acuut worden dat de veiligheid van kinderen en leerkrachten in het geding zijn. Ook kan er een structurele verstoring van de rust, van het overtreden van regels en afspraken zijn. Mocht dat ook bij ons het geval te zijn, dan volgen er eerst gesprekken met ouders. De directeur is gerechtigd om tot een schorsing over te gaan. In geval van een definitieve verwijdering, wordt het voorgenomen besluit voorgelegd aan het college van bestuur om het besluit te bekrachtigen. Ouders worden van alle besluiten schriftelijk op de hoogte gebracht. 6.9. Huiswerk In de groepen 4 t/m 8 wordt er regelmatig huiswerk mee gegeven omdat dit als ondersteuning dient bij het dagelijkse leerproces. In dit soort gevallen worden de ouders daarvan op de hoogte gebracht. Vanaf groep 4 worden de tafels ook thuis geoefend. Vanaf groep 5 komen er presentaties en boekbesprekingen en vanaf groep 6 werkstukken aan bod. In het begin ligt de oefening en voorbereiding meer op school, maar dat verschuift vrij snel naar de thuissituatie. In de beide hoogste groepen kan leer- en maakwerk meegegeven worden. Dit om de leerlingen al te laten wennen aan het maken van huiswerk in het V.O. In een enkel geval wordt schoolwerk meegegeven naar huis. Dat werk moet dan nog afgemaakt worden. Dat gebeurt in overleg met de ouders. 6.10. Resultaten van het onderwijs. “Scholen verschillen, omdat scholen nu eenmaal door verschillende publieken worden bezocht. Als daarmee bij de beoordeling van de schoolprestaties geen rekening worden gehouden, is de vergelijking onzinnig”. Deze nuancering van Pieter Appelhof en Guido Walraven onderschrijven wij van harte. Scholen en hun prestaties zijn moeilijk te vergelijken, hoe erg de inspectie ook haar best doet. Ook de diverse leerjaren verschillen soms erg sterk. Er zijn jaren bij met veel intelligente leerlingen, maar ook andersom. En dat is niet in cijfers te vatten. Wij publiceren de cijfers met deze nuancering. Wel staan wij voor openheid, dus er is verder geen schroom om de kast gesloten te houden. U mag best zien, wat wij bereiken. Toch weet de ouder die het eigen kind het beste kent, of wij het optimale voor hun kind hebben bereikt. De overzichten van onze uitstroom naar het voortgezet onderwijs vindt u in de jaarkalender. Het overzicht gaat vanaf een aantal jaren terug tot heden. U kunt onze resultaten ook vinden op www.scholenopdekaart.nl Via deze site geven scholen voor primair en voortgezet onderwijs inzicht in hun eigen onderwijsprestaties. De site is het resultaat van het project Vensters voor Verantwoording. Dat is een project waarbij alle cijfermatige informatie over PO- en VO-scholen, verzameld wordt in één systeem. Daarnaast wordt ieder jaar de Arbomeester ingevuld. De Arbomeester is een erkend branche-instrument waarbij middels een enquête de Risico-Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) in het primair wordt gemeten. Hiermee wordt het welzijn van de leerlingen en van de leerkrachten in de school gemeten en in kaart gebracht. De kwaliteit van de school is afhankelijk van de inbreng van verschillende doelgroepen, leerkrachten, leerlingen, ouders, directie. Om de twee jaar vragen wij ouders om de onderwijscockpit of een oudertevredenheidsonderzoek in te vullen. Door alle doelgroepen te betrekken bij het onderzoek naar de kwaliteit in onze school, krijgen wij een rapportage die een compleet beeld geeft. De opbrengsten hiervan worden in de MR besproken en vermeld in het jaarverslag. 22 7. ACTIVITEITEN IN EN ROND SCHOOL 7.1 Jaarlijkse activiteiten Aan het begin van het cursusjaar organiseren de teamleden samen met de oudercommissie de startavond. Deze avond wordt ingevuld met een leuke activiteit voor alle betrokkenen van school. Ouders, leerlingen en teamleden ontmoeten elkaar dan in een andere ambiance. RK-kerk aan de Brugstraat. Dankzij de gastvrijheid van de kerk zijn we in de gelegenheid om ouders uit te nodigen bij de kerstviering. Deze viering staat onder onze verantwoordelijkheid. In februari is de gehele school in feeststemming. We vieren dan CARNAVAL. Een ware happening met een eigen prins en zijn gevolg. Ook de echte Prins Carnaval komt op bezoek. Dansend en feestend wordt de ochtend vol gemaakt. Ook wordt er een onderscheiding uitgereikt door de prins. In de loop van het cursusjaar bestaat er de mogelijkheid dat een groep op excursie gaat. Uw hulp is hierbij onmisbaar. Zonder vervoer komen wij nergens en dat zou wel heel erg jammer zijn. Als u wilt rijden, dan is een inzittendenverzekering voor meer dan drie inzittenden verplicht. De excursies worden financieel ondersteund door de oudercommissie. Voor de kleuters zijn vaak nog kinderzitjes in de auto nodig. Daar moeten de ouders zelf voor zorgen. De school heeft hier geen voorzieningen voor. Begin oktober start de Kinderboekenweek. In deze week staat ieder jaar een thema centraal. Met behulp van het thema proberen wij er ieder jaar weer iets moois van te maken gericht op leesmotivatie en leesbevordering. Begin november herdenken wij onze patroonheilige “Titus Brandsma”. Dat doen wij tijdens een viering in de speelzaal. Daarna vinden er festiviteiten plaats in de hele school. Vlak daarop hebben wij het St. Maartenfeest. De hele school is dan in bedrijf om een lampion te maken. 5 December is de verjaardag van Sinterklaas. Wij vieren dat natuurlijk ook op school. De jongsten gaan bij Sinterklaas op bezoek en hij deelt dan ook cadeautjes uit. Bij de oudste groepen (vanaf groep 5) zorgen de leerlingen voor elkaar. Zij kopen een cadeautje voor een andere leerling op kosten van Sinterklaas. Zij krijgen dan ook van hem de taak om er een surprise bij te maken en deze te voorzien van een leuk gedichtje. Ook kerst wordt gevierd. Wij vieren dat met de hele school. Met kerst vieren wij de geboorte van de Jezus. Het kerstfeest wordt deels gevierd op school en deels in de Mocht Koning Winter deze tijd regeren, dan worden er, indien mogelijk, schaatswedstrijden georganiseerd. Ook kunnen de gymlessen dan op het ijs gegeven worden. Jaarlijks voeren wij actie voor een goed doel. Wij proberen altijd een doel te vinden dat dicht bij de kinderen ligt en een duidelijke meerwaarde heeft bij degenen die het ontvangen. In de vastentijd (40 dagen voor Pasen) staat het thema delen en goed doen voor een ander centraal. Dit wordt afgesloten middels een gezamenlijke Paasviering en een vastenactie. 23 Onze school doet actief mee met de avondvierdaagse. Deze vindt altijd plaats in de tweede week van juni. Hele groepen gaan dan op stap. De school noch de oudercommissie organiseren deze tocht. Derhalve zijn en blijven de ouders verantwoordelijk. Wij verwachten dat de ouders deze verantwoordelijkheid ook nemen, zodat de tocht voor deelnemers en omstanders een waar feest wordt. De school en de OC faciliteren alleen maar. De OC zorgt voor een hapje en een drankje onderweg. Ook krijgen de deelnemers een mooie herinnering op de laatste wandelavond mee naar huis. In de maand april doet onze school mee aan het gemeentelijke schoolvoetbaltoernooi. Succes hierbij is niet altijd verzekerd, maar het gezellig meedoen is belangrijker. Ook hier faciliteert de school alleen maar en is op deze dag niet verantwoordelijk voor de deelnemende leerlingen. In april worden ook de sportdagen en de koningsspelen voor de groepen 1 t/m 4 en 5 t/m 8 georganiseerd met medewerking van Sportservice Schagen. Dat gebeurt meestal op de sportvelden. Er is op deze dagen veel hulp nodig van ouders, want er worden heel veel spelletjes gedaan. Op de jaarkalender kunt u de datum vinden. In april/mei vinden de schoolreisjes plaats. De kleutergroepen gaan samen naar dezelfde bestemming, meestal redelijk in de buurt. Groep 3 t/m 7 gaan meestal ook samen naar dezelfde bestemming. Groep 8 gaat elk jaar op kamp. Traditiegetrouw gaan we jaarlijks op kamp naar Texel. Het kamp duurt drie dagen. De kosten voor deze activiteiten worden betaald door de ouders via de jaarlijkse ouderbijdrage. Indien deelname moet worden geannuleerd, hebben we de volgende regels: d. Bij de schoolreis moet 50% betaald worden; 50% wordt terugbetaald. De 50% die wel betaald moet worden is een deel van de kosten voor de bus. Deze kosten zijn namelijk berekend als een gemiddelde per kind. Door het annuleren van de schoolreisdeelname wordt anders de school voor de volle 100% aangeslagen. Wij hebben daar geen reserves voor. Schoolreis is een onderdeel van ons onderwijs en is derhalve verplicht. e. Indien er een annulering m.b.t. het kamp in groep 8 is, zullen de logeerkosten en een evenredig deel van de overheadkosten berekend worden. Ook dit i.v.m. het feit dat anders de school voor de kosten gaat opdraaien. Wij hebben ook daar geen reserves voor. Groep 8 neemt jaarlijks afscheid middels de eindmusical. Overdag voeren de leerlingen de musical uit voor alle kinderen van de school. ’s Avonds wordt er echt afscheid genomen van de achtstegroepers in het bijzijn van hun ouders en andere genodigden. Na het officiële gedeelte is er kinderdisco en een gezellig onderonsje. Elke leerling mag 4 gasten (ouder dan de basisschoolleeftijd) uitnodigen om deze feestelijke avond bij te wonen. Het jaar sluiten wij als school gezamenlijk af in de speelzaal. Daar worden leuke herinneringen opgehaald. Eventueel nemen we dan ook afscheid van leerlingen die verhuizen of van een vertrekkende collega. Verjaardagen van de kinderen worden in de groep gevierd. Elke leerkracht doet dat op een eigen wijze. Wel mogen de kinderen in de groep trakteren en veel kinderen vinden het ook leuk om de leerkrachten te trakteren. Deze traktatie is geen verplichting De leerlingen krijgen op een groot vel van iedere leerkracht dan een leuke sticker. De verjaardagen van de leerkrachten worden ook gevierd. Sommige leerkrachten vieren dat individueel in de groep, anderen in combinatie met de duopartner of met een parallelgroep. Een hele lijst van activiteiten. Deze kunnen alleen maar georganiseerd worden door de onmisbare hulp van de oudercommissie en de vele vrijwillige ouders. Tal van deze activiteiten zijn alleen mogelijk door uw ouderbijdrage. 7.2. Gebruik van foto- en filmmateriaal Op onze school wordt regelmatig gebruik gemaakt van het fototoestel of de videocamera. Er worden foto’s of filmbeelden gemaakt tijdens projecten, tijdens vieringen, tijdens lessituaties, op stages, bij lessen die buiten het schoolgebouw worden gegeven, tijdens schoolkampen of bij sportdagen. Uiteraard willen wij dat de leerlingen daar in positieve zin in beeld zijn! Deze beelden worden uitsluitend gebruikt voor schoolactiviteiten (zoals de schoolgids, de website van school, een fotocollage in de gang e.d.) of voor onderwijsdoeleinden. Wij gaan ervan uit dat het 24 gebruik van beeldmateriaal op deze voorwaarden niet op bezwaar zal stuiten van ouders of verzorgers. Op het inschrijfformulier wordt hierin ook om uw toestemming gevraagd. Mocht u toch bezwaar hebben, dan verzoeken wij u om dit bezwaar schriftelijk kenbaar te maken bij de directie. Bij bijzondere gelegenheden op school zoals het vieren van een verjaardag, sportdag enz. worden er ook wel eens foto’s door ouders zelf gemaakt. Wij verzoeken u om deze opnamen alleen te vertonen in huiselijke kring en niet te plaatsen op de sociale media. Dit in verband met de privacy van de kinderen. Het is voor school ondoenlijk om vooraf aan al deze ouders om toestemming te vragen. Overigens wordt, door school, bij alle schoolactiviteiten en excursies een ouder gevraagd om foto’s te maken. De foto’s die deze ouder maakt worden op de website geplaatst. 8. HET TEAM 8.1. Het management De school wordt geleid door de directeur. Zij wordt bijgestaan door de onderbouwen bovenbouwcoördinator. Onze school is verdeeld in de Onderbouw (1 t/m 3) en de Bovenbouw (4 t/m 8). De directeur en de bouwcoördinatoren vormen samen het managementteam (MT). Zij bespreken maandelijks de situatie op school, bereiden de vergaderingen voor en dragen zorg voor de vertaling van ontwikkelingen binnen de schoolorganisatie en de omgeving van de school naar beleidsvorming en uitvoeringsprogramma’s voor de school. Besluiten op onze school worden zoveel mogelijk genomen in goed overleg. Mochten de stemmen staken, dan beslist het MT of uiteindelijk de directeur. De directeur is altijd de eindverantwoordelijke. De school zal bij het benoemen van een directeur zich laten leiden door de kwaliteit van de kandidaat. 8.2. Vervanging Wij hopen het natuurlijk niet, maar iedereen kan wel eens een keertje ziek zijn. Wij proberen dan op tijd voor vervanging te zorgen. Vaak is het de duo-partner, maar dat kan natuurlijk niet altijd. Wij maken gebruik van de invalpool van de stichting Sarkon. Het is ons streven om maximaal twee verschillende leerkrachten per week voor de klas te laten staan. Helaas is het soms onvermijdelijk dat door een vervanging er soms drie leerkrachten in die week voor een groep staan. Mocht vervanging niet mogelijk zijn, dan kan het voorkomen dat een groep opgesplitst wordt of die dag (of deel daarvan) vrij heeft. Wij sturen nooit kinderen naar huis, zonder gecontroleerd te hebben of er thuis opvang is. Wel kan het voorkomen dat uw kind meegaat met de ouder van een vriendje of vriendinnetje. Als we de absentie van een leerkracht op tijd weten, dan wordt u schriftelijk op de hoogte gebracht. Gebeurt het ’s morgens vroeg, dan maken we gebruik van een telefooncirkel. U krijgt deze uiterlijk in de tweede week van het schooljaar. De vervanging voor compensatieverlof en/of BAPO is al geregeld in het rooster. 25 8.3. Stagiaires Wij krijgen van verschillende scholen stagiaires. Wij houden voor die mogelijkheden de deur open. Door hun activiteiten en vragen blijven we steeds naar ons zelf kijken. Sommige stagiaires geven ook les of doen ondersteunende activiteiten in een groep. Ze functioneren dan als een echte leerkracht of klassenassistent. Wij nodigen ook altijd LIO-ers (Leraren In Opleiding) uit om bij ons hun stage te komen doen. Dat betekent dat deze aankomende collega geheel zelfstandig een groep moet draaien. Met alles erop en eraan. Zo leren ze alvast de kneepjes van het vak. Bij alle activiteiten, blijft de groepsleerkracht altijd de eindverantwoordelijke. De schoolopleider begeleidt de stagiaires. 8.4. Nascholing. Het team reflecteert voortdurend op de opbrengsten en de kwaliteit van het onderwijs, het leerkrachthandelen, kennis en vaardigheden en overtuigingen. Wij willen de kwaliteit van onze school minimaal handhaven, zo niet verbeteren. We gaan er vanuit dat leerkrachtgedrag de basis is om elk kind uit te dagen om eruit te halen wat er in zit. Wij zijn een team dat zich continu ontwikkelt. Dit doen wij samen door teamscholing te volgen. Wij willen ons vooral ontwikkelen vanuit de behoefte uit de praktijk. Zoals het teamtraject PBS, goed gedrag kun je leren, het onderhouden van GIP, het verder verbeteren van het taal- en rekenonderwijs. Wij hebben echter ook te maken met te ontwikkelen onderdelen van bovenaf, zoals bijvoorbeeld passend onderwijs. In het schoolplan 2011-2015 staat uitgebreid beschreven hoe wij dit vorm gaan geven middels de PDCA-cyclus (Plan-Do-Check-Act). Daarnaast wordt jaarlijks een schooljaarplan gemaakt waarin de doelen en teamontwikkeling voor dat jaar uitgewerkt staan. Leerkrachten ontwikkelen zich ook op individueel gebied. Wij zijn ons ervan bewust dat kennis de basis is voor goed handelen in de praktijk. Er moet echter ook een vertaalslag worden gemaakt van kennis naar de praktijk. Daarom stelt elke leerkracht minimaal één keer per jaar een Persoonlijk Ontwikkelingsplan (POP) op. De leerkrachten krijgen ook de mogelijkheid om cursussen en opleidingen te volgen. Deze moeten passen binnen de visie van de school. Binnen de begroting is er ruimte om literatuur aan te schaffen. Leerkrachten staan niet alleen in hun eigen ontwikkeling. Er is d.m.v. de gesprekkencyclus met de directeur ruimte om de eigen ontwikkeling te bespreken in het kader van de groep. Daarnaast hebben we binnen de school een schoolopleider die hier een begeleidende rol in speelt. De speerpunten, verbeteractiviteiten, teamontwikkeling en individuele scholing worden jaarlijks beschreven in de kalender. 26 9. OUDERS EN DE SCHOOL 9.1. Communicatie Ouders en de school zijn samen verantwoordelijk voor de opvoeding en opleiding aan de kinderen. Daarom willen wij graag open communiceren in het belang van uw kind. Om alles goed te kunnen organiseren en om onze leerlingen iets extra’s te geven, hebben wij uw betrokkenheid en steun nodig. Wij voelen ons graag gesteund door u, zodat wij weten dat we het goed doen. In de huidige maatschappij is het moeilijk om ouders te vinden die nog een moment kunnen helpen op school. Vaak moet er een beroep gedaan worden op dezelfde ouders. Wij zijn erg blij met die hulp. Toch willen wij u vragen om nog eens kritisch te kijken naar uw agenda... Misschien vindt u toch nog een plekje om te helpen bij festiviteiten, uitstapjes, sportdag, excursies, etc. 9.2. Informatie Wij proberen u te bereiken op verschillende manieren. Eén van de manieren is de nieuwsbrief. Deze komt 1x per maand uit en wordt u via de e-mail toegestuurd. Ook wordt deze gepubliceerd op de website. In de jaarkalender kunt u de verschijningsdata vinden. U vindt hierin al het actuele nieuws van school. Twee maal per jaar wordt er een digitale schoolkrant verzonden via de e-mail. Ook wordt getracht om onze website ( www.rkbstitusbrandsma.nl) up-to-date te houden. Het ministerie van onderwijs geeft elk jaar een brochure uit met informatie voor de ouders van (toekomstige) basisschoolleerlingen. Ook de toekomstige brugklassers ontvangen een brochure. 9.3. Informatie naar gescheiden ouders Wij hopen dat gescheiden ouders elkaar volledig informeren betreffende hun kinderen en gaan er vanuit dat zij ook samen naar de ouderavonden kunnen komen. We beseffen ook dat dit niet altijd zo eenvoudig ligt. Hiervan wordt alleen in overleg afgeweken als hiervoor een gemotiveerde reden is. Vanuit de pedagogische driehoek leerkracht-ouders-kind is een goede samenwerking van essentieel belang voor de ontwikkeling en het welbevinden van uw kind. Indien ouders van een leerling gescheiden zijn, is het belangrijk dat er duidelijkheid is over de manier waarop de communicatie en consultatie over de vorderingen van de leerling verloopt. Voor de school is het belangrijk dat zij op de hoogte is van de gezag situatie en vastgestelde omgangsregeling. Ouders zijn verplicht hierover de school te informeren. 9.4. Contact met de leerkracht Wij kennen geen spreekuur. Na schooltijd kunt u de leerkrachten altijd aanspreken. Soms kan het voorkomen dat niet direct ingegaan kan worden op uw vraag/probleem. Er wordt dan een afspraak gemaakt. Die afspraken vinden ten allen tijde plaats na schooltijd, zodat de lessen niet verstoord worden. De directeur is bijna dagelijks te bereiken. Aangezien zij ook een aardig gevulde agenda heeft, kan het zinvol zijn om eerst een afspraak te maken. Op de jaarkalender kunt al zien op welke dagen zij niet aanwezig is. Op de website, in de jaarkalender en voorin deze schoolgids kunt u haar mobiele nummer vinden. Deze is uitsluitend bedoeld voor noodgevallen. 9.5. De Oudercommissie (OC.) Bij ons op school hebben wij een OC. Deze assisteert ons bij het organiseren van de vele activiteiten op onze school. De OC is een op zichzelf staande vereniging en bestaat uit een voorzitter, penningmeester, een secretaris, acht klassenouders en een lid van het MT. De OC vergadert ongeveer 1x per twee maanden. De vergaderingen zijn in principe openbaar. De OC houdt zich o.a. bezig met het ondersteunen van het team bij het organiseren van sinterklaas, kerst, pasen, schoolreisjes, sportdag, etc,… De OC organiseert ook de controle op luizen. Wij verwachten van de ouders dat zij hier aan meewerken. De “kriebelcontrole” vindt plaats elke woensdag na een 27 vakantie. Ook dit staat vermeld op de jaarkalender. De OC heeft ervoor gezorgd dat alle kinderen van onze school hun jas kunnen ophangen in een luizencape. De klassenouder wordt primair ingeschakeld door de leerkracht om te assisteren bij een groepsactiviteit. In de jaarkalender en op de website kunt u lezen wie de klassenouder voor welke groep is. In principe wordt er elk jaar direct na de zomervakantie in groep 1 een nieuwe klassenouder gekozen die kan dan met die groep mee totdat het kind van school gaat. Wel schrijft het reglement voor dat er na 4 jaar een (her)verkiezing plaatsvindt. Deze klassenouder wordt gekozen en uiteraard mag u bij meerdere aanmeldingen uit de kandidaten kiezen, meeste stemmen gelden. 9.6. Ouderbijdrage De ouderbijdrage is een vrijwillige bijdrage die wij van u vragen zodat wij activiteiten kunnen ontplooien die niet tot het normale lesprogramma behoren, maar wat iedereen wel als normaal beschouwd. Door het zetten van een handtekening op het inschrijfformulier conformeert u zich wel aan de afspraak om het te betalen. Wij rekenen ook op uw bijdrage, want daar doen wij heel veel leuke dingen voor. Ook uw kind profiteert daar geheel van (wij mogen anders uw kind uitsluiten van die activiteiten en dat kan nooit de bedoeling zijn) . Wij betalen er activiteiten uit die niet tot het normale lesprogramma behoren, maar wat iedereen wel als normaal beschouwd. Wij betalen daarvan de activiteiten rond sinterklaas, Kerst, Pasen, sportdag, schoolreisje, een enkele excursie, etc….. Elk jaar geeft de OC inzage in de boeken. U kunt dan zien waaraan het geld is uitgegeven en u kunt meebeslissen over de hoogte van de jaarlijkse bijdrage. De bijdrage was het afgelopen cursusjaar € 42,50 per leerling. U krijgt in het begin van het cursusjaar bericht om het bedrag te storten op de bankrekening van de OC. Wij rekenen op een vlotte betaling. Alleen de kosten van het kamp worden apart betaald via de schoolrekening. De OC stort het schoolreisjesdeel ook op deze rekening. U betaalt het verschil tussen de werkelijke kosten en deze bijdrage. 9.7. Participatieregeling schoolgaande kinderen Het Regionaal Bureau Leerlingzaken is onderdeel van de ISD Kop van Noord-Holland. Deze heeft speciaal voor ouders met een laag inkomen (tot 110% van de bijstandsnorm) de participatieregeling schoolgaande kinderen. Deze regeling is er om ouders met een laag inkomen tegemoet te komen in de kosten van hun minderjarige schoolgaande kinderen. De bijdrage is bedoeld voor de kosten zoals het schoolfonds, schoolreisjes, kleding voor sporten etc. Ook kan de bijdrage worden gebruikt voor het lidmaatschap van een vereniging of een sportclub, sportkleding of zwemlessen. Meer info: www.isdnoordkop.nl 9.8. De Medezeggenschapsraad (MR) De raad bestaat uit twee geledingen: de oudergeleding en de personeelsgeleding. Op onze school zitten op dit moment drie ouders en drie teamleden in de MR. Daarnaast heeft de directeur hierin zitting als adviseur. Deze is slechts voor een deel bij de vergaderingen aanwezig, afhankelijk van de agenda. Op school worden vaak belangrijke besluiten genomen. We praten dan over inhoudelijke beleidszaken en niet over de invulling van bijv. een sportdag. De wetgever heeft het belangrijk gevonden om de ouders echte zeggenschap te geven over het beleid van de school. Daarom legt de directeur zaken aan de MR voor. De ene keer heeft de MR het adviesrecht, een andere keer instemmingsrecht. Afhankelijk van het belang kan het zijn dat bij een voorstel bij de ene geleding het adviesrecht ligt en bij de andere geleding het instemmingsrecht. Vergaderdata worden vermeld in de Nieuwsbrief. U bent dan in principe welkom. In sommige gevallen is de vergadering besloten. Bij het secretariaat kunt u inzage van de notulen krijgen, maar ook van de reglementen. Daarnaast worden deze ook gepubliceerd op de website. 28 Binnen de stichting Sarkon bestaat er ook een Gemeenschappelijk Medezeggenschapsraad (GMR). In de GMR zijn per regio/gemeente de scholen van de Stichting Sarkon vertegenwoordigd door twee personeelsleden en twee ouders. Te weten regio Den Helder, regio Schagen en regio Hollands Kroon. De GMR van Sarkon houdt zich bezig met de nieuwe ontwikkelingen binnen het onderwijs, de veranderingen en de beleidsonderwerpen aangaande alle scholen en al het personeel binnen de stichting. De MR heeft een eigen emailadres: [email protected] 10. VOORZIENINGEN 10.1. Continurooster Wij hebben een continurooster op school. Het beleid van de school is dat alle kinderen om 8.25 uur naar school gaan en om 14.25 uur naar huis gaan. Op de woensdag en vrijdag gaan alle leerlingen naar school van 8.25 uur tot 12.10 uur. Op de maandag, dinsdag en donderdag nemen alle kinderen een lunchpakket mee. De leerlingen kunnen dit dan tussen de middag op school nuttigen. Dat gebeurt onder schooltijd en onder toezicht van de eigen groepsleerkracht. Na het lunchen gaan de kinderen even naar buiten. Tijdens het buitenspelen is er een pleinwacht. De kinderen blijven tijdens de overblijf allemaal op het plein. De pleinwacht is samengesteld uit ouders, leerkrachten en eventuele stagiaires. Dit beleid is met instemming van de MR vastgesteld en gecommuniceerd met de ouders van de school. Onlosmakelijk aan dit systeem is dat ouders om toerbeurt verwacht worden om mee te helpen bij de TSO (tussen schoolse opvang). Alle ouders krijgen vroegtijdig een rooster. Op het rooster staat vermeld op welke dag ze mee moeten helpen bij de TSO. Uiteraard zijn er ook ouders die niet in staat zijn om te helpen. Daartoe hebben wij een lijst van vrijwillige ouders die op verzoek (en mogelijk ook betaling) de TSObeurt willen overnemen. Voor een vergoeding vraagt deze vervang(st)er ongeveer € 12,50 per keer. De school staat buiten de ruil en de afspraken. Wij roosteren u in. Aan u om zelf te komen óf om te gaan ruilen óf een vervanger te vragen. De school kan helaas geen uitzonderingen maken voor ouders. Wij weten niet hoe we een toepasbare norm kunnen formuleren. Elke uitzondering is anders en moet anders beoordeeld worden. De school zegt toe alle inspanning te verrichten om de ouders zo minimaal mogelijk te belasten. Daarnaast worden teamleden aangewezen om pleinwacht te lopen. Wel zijn we gebonden aan een verplichte pauze van 30 minuten voor elk teamlid. Dat is een wettelijke regeling. Heeft u vragen, neem dan even contact op met de groepsleerkracht of de directeur. 29 10.2 Jeugdtijdschriften en leesboeken Wij krijgen elk jaar een hele stapel folders van commerciële uitgevers. Meestal gaan die in de oud-papiercontainer. Een enkele geven we aan u door. Dat zijn dan folders van tijdschriften en/of boeken waar wij al een goede ervaring mee hebben. Wij weten dan, dat uw kind dat zeker mooi of interessant zal gaan vinden. Na het uitreiken van de folders, willen wij graag snel respons hebben. Wij kunnen de zaak dan snel in het begin van het schooljaar aan het rollen hebben. Wij als school worden er soms beter van. Dat kan variëren van het ontvangen van educatieve software, maar ook van echt goede leesboeken. Dat is een leuke bijkomstigheid, maar u als ouder kiest zelf. 10.3. Schoolverzekering Het schoolbestuur heeft een wettelijke aansprakelijkheidsverzekering afgesloten voor uitsluitend de personeelsleden én de vrijwilligers die voor de school diensten doen tijdens de schooluren. Dus NIET voor de leerlingen. Bij schade moet u dus een beroep doen op uw eigen ziektekosten – of WA – verzekering. De school is slechts aansprakelijk als er sprake van verwijtbaar of nalatig gedrag is van de school. 10.4. Andere bronnen van inkomsten Naast de reguliere schoolgelden hebben wij andere bronnen van extra inkomsten. De uiteindelijke herkomst is altijd weer het gezin, alhoewel het u zelf niets kost. Wij zijn verzamelpunt voor papier, batterijen en kleding. Papier kunt u elke woensdagmorgen neerzetten bij het containerhok aan de kant van de Sportweg . Lege batterijen kunnen worden gedeponeerd in de verzameldozen in de hal van de hoofdingang. Kleding wordt maandelijks ingezameld. Over het hoe en waar wordt u geïnformeerd in de nieuwsbrief. Een enkele keer krijgen wij gratis iets van een bedrijf, bijvoorbeeld een doos met mappen. Als het cadeau past in onze opzet van school, dan zeggen wij natuurlijk geen “nee”. 10.5. Gemeentelijke Vergoeding Leerlingenvervoer De gemeente heeft deze regeling in het leven geroepen om tegemoet te komen aan de hoge kosten van vervoer. In onze plattelandsgemeente zijn de afstanden soms best groot. Deze regeling geldt niet alleen voor de leerlingen op een basisschool. U kunt een beroep doen op deze regeling als de kortste afstand tussen huis en school minimaal 6,1 km bedraagt. Verder is het afhankelijk van het jaarinkomen. Voor meer informatie en/of aanvraagformulier verwijzen wij u naar de gemeente Hollands Kroon. 10.6. Klachten Daar waar gewerkt wordt, vallen spaanders. Ook wij maken fouten. Die fouten maken wij niet bewust. Wij vragen u dan ook om dit op school te komen bespreken. In eerste instantie doet u dit bij de eigen groepsleerkracht. U hoort dan, naast het verhaal van uw kind, ook het verhaal van de groepsleerkracht. In het algemeen komt u er beide dan wel uit. Mocht dat niet lukken, dan is de volgende stap naar de directeur. Zij hoort beide partijen aan en zal dan bekijken wat er aan gedaan moet worden. Mocht de klacht niet naar tevredenheid afgehandeld zijn, dan kunt u contact opnemen met het bestuurskantoor. Wij stellen het erg op prijs dat u hierover al eerst overleg hebt gehad met de directeur. Wilt u een formele klacht indienen, dan kan dat bij de klachtencommissie van de gemeente Den Helder. Het adres vindt u achter in deze gids. De volledige tekst van de Klachtenregeling ligt ter inzage op school. U kunt dit vragen aan de directeur. 10.7. Buitenschoolse opvang Het basisonderwijs is verplicht een regeling te treffen voor de BSO (Buitenschoolse Opvang). Wij hebben daartoe een contract afgesloten met de Stichting Elan te Grootebroek. De stichting Elan participeert ook mee in de Brede School te Middenmeer. Informatie en een inschrijfformulier voor de BSO kunt u vinden op de site van Elan, nl. www.elankinderopvang.nl De BSO heeft een eigen ruimte in de BSM. 11. EXTERNE INSTANTIES. 30 11.1. Onderwijs Begeleidingsdienst Wij huren deze dienst in voor verschillende aspecten voor ons onderwijs en zorg aan onze leerlingen. Ook worden door hen teamscholingen op maat verzorgd. 11.2. Orthoteam Stichting Sarkon heeft een eigen groep orthopedagogen in dienst. Dit zijn leerkrachten die zich geprofessionaliseerd hebben op dit gebied en hiervoor een universitaire studie hebben afgerond. Aan iedere school is een orthopedagoog verbonden. 6x per jaar wordt er een ondersteuningsteambespreking (OT) gehouden. De IB-er, de directeur, de leerkracht en de orthopedagoog zijn hierbij aanwezig. Zij bespreken dan de leerlingen, die extra zorg nodig hebben. Niet alleen de zorg voor een andere lesinhoud of -aanpak, maar ook op het gebied van gedrag. Verder wordt besproken welke kinderen een test moeten afleggen. Dat kan door dan door de school óf door de orthopedagoog worden afgenomen. 11.3. GGD De Jeugdgezondheidszorg van de GGD werkt preventief, dat wil zeggen; uit voorzorg. Zij nodigen kinderen gedurende de gehele schoolperiode minimaal 3 keer uit voor een onderzoek om mogelijke problemen in het opgroeien te signaleren. Indien zij problemen op het spoor komen, helpt de GGD u de juiste weg te bewandelen. Als u zelf vragen of zorgen heeft over de gezondheid en/of ontwikkeling van uw kind, kunt u een extra onderzoek of gesprek met de jeugdarts of jeugdverpleegkundige aanvragen. De GGD gaat graag in gesprek met ouders, kinderen en scholen over de gezondheid en de ontwikkeling van kinderen. Wilt u een extra onderzoek voor uw kind aanvragen, of heeft u andere vragen voor of over de GGD? U kunt ons bereiken op 088-01 00 555. Zie ook: www.ggdhollandsnoorden.nl 11.4. Bibliotheek In de Brede School Middenmeer is ook de openbare bibliotheek gevestigd. Alle groepen gaan regelmatig op bezoek. Zij nemen dan een leesboek mee terug naar school. Daarnaast krijgen de leerlingen vanaf groep 3 ook gratis een eigen bibliotheekpas zodat zij boeken kunnen lenen voor op school en thuis kunnen lenen. In Middenmeer is vanaf 1 januari 2013 alleen nog een jeugdbibliotheek voor kinderen tot en met 12 jaar. Het is de bedoeling dat er tijdens schooltijden geen bibliotheekmedewerkers zijn, maar dat de kinderen onder begeleiding van ouders zelf de uitlening verzorgen en (lees)advies geven aan andere kinderen. Bent u geïnteresseerd om vrijwilliger te worden, of wilt u meer informatie, neem dat contact op met Maaike Vonk, tel. 06 3168 7049 of mail naar [email protected] 11.5. Logopedie Wanneer een leerkracht problemen signaleert in de taal/spraakontwikkeling zal zij met ouders in overleg gaan. Het kan zijn dat u wordt geadviseerd om uw kind te laten screenen door een logopediste. Behandeling door een logopedist wordt vergoed door de ziektekostenverzekering. U dient wel een verwijsbriefje te vragen bij uw huisarts. De logopediste is niet alleen gespecialiseerd in spraakproblemen, maar doet ook veel aan taalontwikkeling. Hoe eerder uw kind start met een behandeling, hoe beter dat is voor de talige ontwikkeling van uw kind. Het Logopedisch Centrum te Hoorn (0229 – 212906) heeft ruimte binnen de BSM gehuurd om onder schooltijd leerlingen te behandelen. 11.6. Stichting de Wering/ Jeugd Advies Team (JAT) Scholen en instanties van jeugdzorg ervaren dat de drempel voor ouders om naar hulpinstanties te gaan hoog is. Het is een complexe zaak om de juiste instantie te kunnen inschakelen. Daarnaast lopen we als school tegen een aantal problemen aan. Sommige ouders hebben moeite om hulp in te schakelen. Heel begrijpelijk. Als de ouders eenmaal “ja” hebben gezegd, is de wachttijd lang. Verwachtingen worden dan niet waargemaakt. Het JAT helpt ouders om een goede keuze te maken. Het JAT helpt ook om het intakeproces bij de instanties te verkorten. Hulp kan vaak al binnen 6 weken geboden worden. Dat is een aanzienlijke versnelling. Het JAT bemiddelt niet 31 alleen, zij geven ook heel vaak advies aan ouders en aan de school. Voor ons als school is het JAT een verrijking van het aanbod van zorg aan onze leerlingen. 12. REGELINGEN EN TIJDEN 12.1. Schooltijden In de jaarkalender kunt u onze schooltijden vinden. Op maandag, dinsdag en donderdag hebben wij een continurooster. Alle kinderen lunchen dan op school. Voor meer informatie hierover zie het kopje overblijven onder voorzieningen. Op woensdag- en vrijdagmiddag zijn de kinderen vrij. Er wordt dan lesgegeven tot 12.10 uur. Een vrije vrijdagmiddag wijkt af van het normale patroon en valt onder het Hoorns Model. Alle scholen van de stichting Sarkon werken volgens het Hoorns Model. Wij zijn tot dit besluit gekomen n.a.v. de werktijden van het personeel zoals dat is vastgelegd in de CAO – Primair Onderwijs. Leerkrachten met fulltime benoeming mogen niet meer dan 930 lesgebonden uren maken. Parttimers naar evenredigheid van hun benoeming. Leerlingen moeten in 8 jaar samen 7520 uur naar school. Dat is gemiddeld 940 uur per jaar. 12.2. Vakantie en extra vrije dagen. In de jaarkalender kunt u de data vinden van alle vakanties en vrije dagen. Ze staan gearceerd in de kalender. Op één van de pagina’s vindt u een totaal overzicht van de vakanties van het lopend cursusjaar. Zodra de data van het volgende schooljaar bekend zijn, worden deze gepubliceerd in de nieuwsbrief en op de website. Het team heeft ook een aantal studiemomenten. Op de kalender kunt u deze dagen of middagen terugvinden. 12.3. Vakantieverlofregeling In Nederland is elk kind vanaf 5 jaar leerplichtig. Een leerling mag pas bij ons op school komen vanaf de eerste dag na het vierde levensjaar. Voordat een leerling vijf jaar is, mag u zelf weten of het kind een dagje of middagje vrij nodig heeft. Wij stellen het wel op prijs als u dit vooraf meldt aan de leerkracht, wij maken ons dan niet onnodig ongerust. Vanaf het vijfde jaar mag er in principe niet meer verzuimd worden. Dat houdt in, dat u toestemming moet hebben om vrij te krijgen voor uw kind. Die toestemming kan alleen gegeven worden door de directeur of haar waarnemer. 32 Voor de aanvraag van verlof moet u een formulier indienen. Het formulier kunt u downloaden op onze website. U hoeft per gezin maar één formulier in te vullen. Voor de aanvraag van extra vakantieverlof is het invullen van een werkgeversverklaring verplicht. Mocht u een eigen bedrijf hebben, dan dat graag invullen op hetzelfde formulier. In de jaarkalender kunt u lezen hoe wij omgaan met het aanvragen van extra vakantieverlof. Aan die regeling houden wij op de scholen in Middenmeer strak de hand, daar de school anders te maken krijgt van een justitiële sanctie. Mocht u het niet eens zijn met het besluit van de directeur, dan kunt u contact opnemen met de leerplichtambtenaar. Adres achter in deze gids. Bij ongeoorloofd verzuim is de directie verplicht daarvan aangifte te doen bij de leerplichtambtenaar. 12.5. Schokkende gebeurtenis 12.4. Schoolverzuim 12.6. Regels op school Wij proberen door middel van de jaarkalender voorspelbaar te zijn. Dat houdt in, dat u nu al weet welke activiteiten er op welke dag of in welke week zullen gaan plaatsvinden. Tijdens de toetsweken worden er diverse toetsen afgenomen. Verzuim komt dan erg slecht uit, daar het klassikale toetsen zijn en later is het moeilijk om deze toetsen individueel nog eens af te nemen. Ook het verzuim tijdens o.a. schoolreisjes en sportdagen komt erg ongelukkig uit. Dus als u een afspraak maakt met bijvoorbeeld een arts, houdt dan de kalender dicht bij de hand. De schoolregels zijn gebaseerd op de uitgangspunten die wij op school nastreven en zijn verder gerelateerd aan de dagelijkse praktijk. De regels zijn ingesteld om de veiligheid en geborgenheid van uw kind zo veel mogelijk te garanderen. In grote lijnen komen ze overeen met de regels zoals u ze thuis ook toepast. Daarnaast hebben wij nog enkele bijzondere regels. Mocht uw kind ziek zijn, dan stellen we het op prijs om zo snel mogelijk op de hoogte gebracht te worden. Telefonisch zijn wij elke dag bereikbaar vanaf 08.00 uur. Indien mogelijk willen wij van u vernemen hoe lang de afwezigheid zal gaan duren. Dit ook i.v.m. de te missen activiteiten. In speciale gevallen willen wij graag op de hoogte zijn van de aard van de ziekte. Vooral als het een besmettelijke ziekte betreft. Onder verzuim valt ook het structureel te laat komen. Als gesprekken met ouders geen positieve gevolgen hebben, wordt de leerplichtambtenaar ingeschakeld. Ook deze zaak is geregeld in de leerplichtwet. Ook binnen onze schoolbevolking kan het voorkomen dat wij te maken krijgen met een triest voorval. Hierbij denken wij aan bijvoorbeeld het overlijden van een leerling, ouder of leerkracht. Ook kan er een grote ramp in de nabije omgeving of in Nederland plaatsvinden. Deze voorvallen kunnen grote gevolgen hebben voor de emotionele verwerking van de gebeurtenis voor onze leerlingen. Als de impact groot is, kan er op school afgeweken worden van het normale lesprogramma. Op school hebben wij hiervoor een procedure. De directeur beslist in overleg met het team en/of MR of deze procedure in werking wordt gezet. Zij is dan ook het aanspreekpunt en coördinator. U kunt de procedure inzien. 12.6.1. De fiets Iedereen kan vrij kiezen hoe ze naar school komen. De één komt lopend, de ander met de fiets. Aan weerszijden van het gehele schoolplein hebben we fietsenrekken. Daar kunnen de leerlingen hun fiets stallen. De school heeft geen verantwoordelijkheid in deze. Dus het achterlaten van de fiets op deze plaats valt onder de verantwoordelijkheid van de ouders. Wij attenderen u en de kinderen erop dat er op het plein niet gefietst mag worden. 10.6.2. De auto Er komen behoorlijk wat ouders met de auto naar school. Rond de BSM zijn veel parkeervakken gerealiseerd. De praktijk leert dat er toch nog gevaarlijke situaties ontstaan. Kinderen steken onverwacht over of lopen achter een auto langs. Ouders zijn soms gehaast. Allemaal elementen die niet bevorderlijk zijn. 33 De BSM heeft ook een Kiss-and-Ride strook. Op deze strook is echter geen autoverkeer toegestaan. Wij vragen u daarom zo veel mogelijk te voet of met de fiets naar school te komen om uw kind te brengen of te halen. Heeft u vragen of opmerkingen over de verkeerssituatie dan kunt u terecht bij onze verkeersouder Richard Vis. 12.6.3. Kleuters Als de groepen 1 en 2 uitgaan wordt het bij de schooldeur snel onoverzichtelijk. De leerkrachten kunnen op deze wijze niet overzien waar de leerlingen naar toe gaan. Wij ervaren dat als onveilig. Daarom het verzoek om voor de zandbak of bij de stenen bankjes van de Titus te blijven staan. Op deze wijze is het geheel voor iedereen het meest overzichtelijk. Wilt u ook bij het verlaten van het schoolplein gebruik maken van de Kiss-and-Ride strook!! Zo kunnen de kinderen van de andere scholen ongestoord verder werken en buiten spelen. 12.6.6. Naam erop Regelmatig blijven er spullen op school liggen. Ook weten kinderen soms niet meer wat van wie is. Daarom is het gemakkelijk als zoveel mogelijk de naam op de spullen en kleding van uw kind staat geschreven. 12.6.7. Roken op school Wij zijn een rookvrij gebouw. Wij hebben daarom een checklist van Stivoro ingevuld om te kijken of wij ook het predicaat rookvrij gebouw mogen voeren. Dat is gelukt! Daar horen wel een paar afspraken bij. Eén van die afspraken is, dat er op school niet gerookt wordt. Het roken wordt niet gestimuleerd. Integendeel. In de lessen van de bovenbouw wordt aandacht geschonken aan de gevolgen van het roken. Zo hopen we dat onze leerlingen later de juiste beslissing nemen. Wij vinden roken ongezond en gevaarlijk. Wij vragen aan u als ouder om niet op het terrein óf in de school te roken. 12.7. Veiligheid op school 12.6.4. Briefje mee Uw kind voelt zich niet lekker en u vindt het dan beter dat het in de pauze binnen blijft of dat het niet mee doet met het bewegingsonderwijs. Geef in dat geval even een briefje mee. Dat werkt nog steeds het beste. Vergeet dan a.u.b. niet om een telefoonnummer te vermelden, welke we kunnen bellen als het echt niet gaat. 12.6.5. Naar de dokter of tandarts U vertrouwt uw kind aan ons toe. U gaat er vanzelfsprekend vanuit dat wij zorg hebben voor de veiligheid van uw kind. En nu moet uw kind naar bijvoorbeeld de huisarts. Voor u is het vaak het gemakkelijkst dat uw kind dan eerst naar huis komt. Wij laten echter geen enkel kind onder schooltijd alleen naar huis gaan, tenzij u daar telefonisch en/of schriftelijk toestemming voor geeft aan de leerkracht. Wij hebben deze regel in het belang voor uw kind!! Dus liever even ophalen, hoe oud uw kind ook is. Veiligheid op school staat uiteraard hoog in ons vaandel. Wij staan daar garant voor. Op onze school hanteren wij een “Veiligheidsprotocol”. Deze is uitgebreid besproken binnen het team. Daarna met de MR. De MR heeft dit protocol goedgekeurd. Ons beleid gaat dan ook uit van dit protocol, maar waar nodig is gaan wij verder. Het pestprotocol is een onderdeel van dit Veiligheidsprotocol. In dit protocol komt ook naar voren dat op het gehele schoolterrein alleen de leerkrachten de leerlingen mogen aanspreken op hun gedrag. Daaruit moet geconcludeerd worden dat de leerkracht de keus maakt óf en hoe het één van de leerlingen aanspreekt. Om het veiligheidsgevoel te garanderen kunnen wij niet toestaan dat anderen dat gaan doen. Ouders die ons helpen bij activiteiten mogen onder verantwoordelijkheid van de groepsleerkracht een kind aanspreken op het gedrag. Wij gaan er vanuit dat het aanspreken gebeurt binnen de regels en afspraken welke wij hier op school hebben. Enkele keren per jaar houden wij een ontruimingsoefening. Dat doen wij alleen bij goed weer. Op deze wijze oefenen wij met de leerlingen om snel en veilig de school te verlaten. Ook hebben wij elke dag meerdere leerkrachten met een BHVbevoegdheid op school. Deze BHV-ers gaan ieder jaar op cursus om hun bekwaamheid te onderhouden. 34 13. NAMEN EN ADRESSEN Arbo-ouder: Astrid Karman – Brugman (ouder) [email protected] 13.1. Team In de jaarkalender en op onze website staan aangeven hoe de samenstelling is van het team en welke werkzaamheden zij verrichten binnen onze school. Ook wordt u via de nieuwsbrief op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen binnen het team. 13.6. Externe instanties Inspectie van het Onderwijs: Inspectiekantoor Leeuwarden Tesselschadestraat 31 8913 HA Leeuwarden Schoolarts G.G.D. Hollands Noorden Postbus 324 1742 AH Schagen Tel. 0224 - 720620 Jeugd Advies Team 13.4. Oudercommissie De samenstelling van de OC kunt u vinden in de jaarkalender en op onze website. De OC heeft een eigen emailadres: [email protected] Gemeentehuis Zijpe Postbus 5 1750 AA Schagerbrug Tel. 0224 574100 Jeugdzorg Bureau Jeugdzorg Koningsplein 1 1781 KK Den Helder 13.5. Specifieke taken Verkeersouder: Onderwijsinspectie Tesselschadestraat 31 8913 HA Leeuwarden Tel. 0223 – 674050 Klachtencommissie Gemeente Den Helder t.a.v. Klachtencommissie p/a. Mevr. Reekers Postbus 36 1780 AA Den Helder Tel: 085-2734080. 13.2. Sarkon Stichting Sarkon Postbus 6040 1780 KA Den Helder tel. 0223 – 672150 Voorzitter college van bestuur: dhr. Gert Jan Veeter. 13.3. Medezeggenschapsraad De samenstelling van de MR kunt u vinden in de jaarkalender en op onze website. De MR heeft een eigen emailadres: [email protected] Richard Vis (ouder) [email protected] Coördinatie luiscontrole: Marion Scholtens (ouder en lid oudercommissie) [email protected] Vertrouwenspersonen: Trees Provoost (leerkracht) [email protected] Astrid Karman – Brugman (ouder) [email protected] 35 Leerplichtambtenaar Everien van der Waal ISDN Kop van Noord-Holland Postbus 346 1740 AH Schagen Tel. 0224-273043 / 273045 Onderwijs Begeleidingsdienst OBD Kop Noord-Holland Postbus 80 1620 AB Hoorn Tel. 0229 – 259380 (centrale) Samenwerkingsverband SWV kop van Noord-Holland Postbus 80 1620 AB Hoorn Tel. 0229 25 93 80 Email: [email protected] www.swvkopvannoordholland.nl 36 13.7. Accommodaties Gymnastiek Sportzaal “Eme Kadijk” Sportweg 2 1775 AJ Middenmeer Tel. 501258
© Copyright 2024 ExpyDoc