Bijlage bij agendapunt 4 Gevraagd besluit Goedkeuren jaarverslag KNGF 2013 270ste Algemene Vergadering KNGF 4 juni 2014 33 Jaarverslag Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie 2013 Stadsring 159B Amersfoort Juni 2014 270ste Algemene Vergadering KNGF 4 juni 2014 35 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding: interview met Eke Zijlstra, voorzitter Algemeen Bestuur en Rian Veldhuizen, directeur KNGF Een duidelijke boodschap: fysiotherapie houdt Nederland in beweging 37 2. Interview met Harry Gosselink, Wietse Groenink en Henri Kiers Drie bestuursleden blikken terug 40 3. Kwaliteit: Kwaliteit en vakmanschap leidend 41 4. Leden: Ondersteuning leden bij vakuitoefening en ondernemerschap 44 5. Stakeholders: Verstevigen marktpositie fysiotherapeut 46 6. Public Affairs: Een heldere politieke agenda voor gerichte lobby 48 7. Beroepsorganisatie: Werken aan een slagvaardige vereniging 50 8. Kantoororganisatie Proactief inspelen op ontwikkelingen 51 270ste Algemene Vergadering KNGF 4 juni 2014 36 Inleiding: interview Eke Zijlstra en Rian Veldhuizen Een duidelijke boodschap: fysiotherapie houdt Nederland in beweging Het KNGF heeft een roerig jaar achter de rug. Maar de nieuwe koers is helder: Nederland moet duidelijk voor ogen krijgen dat fysiotherapie nu en in de toekomst waardevolle zorg biedt die Nederland in beweging houdt én bijdraagt aan de beheersing van de zorgkosten. Voorzitter Eke Zijlstra en directeur Rian Veldhuizen blikken terug, maar kijken ook vooruit. Grote veranderingen in zorgsector Rian: “Het was een hectisch jaar waarin veel goede dingen zijn gebeurd. Je ziet dat de buitenwereld razendsnel gaat. Ontwikkelingen en veranderingen volgen elkaar in hoog tempo op. De uitdaging was en is daar slagvaardig op te acteren”. Eke: “De veranderingen in de zorg hebben grote gevolgen voor de manier waarop onze leden hun vak kunnen en moeten uitoefenen. De grote vraag die de politiek en verzekeraars stellen: wat levert u als zorgverlener voor het geld dat u krijgt? Ze willen transparantie: dat is op zich geen vreemde vraag, maar fysiotherapeuten hebben wel moeite met de grote hoeveelheid administratief werk die daarbij komt. Die verantwoording levert veel meer werk op, terwijl de tarieven al zes jaar niet omhoog zijn gegaan. Een ander punt is de wijze waarop fysiotherapie verzekerd is. De basisverzekering is de afgelopen jaren steeds meer uitgekleed en de vergoeding van fysiotherapie in de aanvullende verzekering neemt af. Wat zich in 2013 begon af te tekenen, is dat mensen met een chronische aandoening en een lager inkomen, belemmerd worden in de toegang tot fysiotherapie. Er ontstaat een groep chronische en oudere patiënten die onze hulp nodig hebben, maar dat niet kunnen betalen. Daar werken we aan, bijvoorbeeld samen met het Reumafonds.” Werking van de markt Eke: “De politiek heeft de zorgverzekeraars bij wet een belangrijke rol toebedeeld. Zij moeten ervoor zorgen dat zorg zinnig en zuinig wordt ingekocht, want de kosten moeten omlaag. Echter, fysiotherapie is helemaal niet zo duur. Van de 92 miljard die jaarlijks naar de zorg gaat, komt slechts 1,5 miljard voor rekening van de fysiotherapie in de eerste lijn. Dat is 1,6 procent. Dat maakt dat fysiotherapie – ondanks het feit dat het in wezen een goede investering is - niet direct een 'hot item' is en ook geen machtsinstrument in het zorglandschap. Bovendien is onze achterban onderhevig aan de tucht van de markt. Als er veel aanbieders zijn – en er geen schaarste is - voor het werk dat wordt gevraagd, gaan de prijzen omlaag.” Eke: “Zorg is een oneindig product en iedere burger maakt er vaak onbewust makkelijk gebruik van. Maar verzekeraars moeten de kosten toch beperken, dus ze moeten keuzes maken. En tegelijkertijd moeten ze er voor zorgen dat de kwaliteit blijft deugen. Dat bijt elkaar in de dagelijkse praktijk.” Beïnvloeden van het speelveld Rian: “We hebben een gezamenlijke strategie. Eke zet als voorzitter met het bestuur de grote koers uit. En mijn taak als directeur is om te zorgen dat het ook gebeurt.” Eke: “De rol van het bestuur van een vereniging is op strategisch niveau het belang van de beroepsgroep en het beroep vertegenwoordigen. We praten daarom veel met leden in het land en we doen veel werkbezoeken aan praktijken en ziekenhuizen om te kijken wat er leeft. Tegelijkertijd praten we met de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en met de voorzitters van grote zorgverzekeraars over wat het belang van fysiotherapie is en welke ‘bewijzen’ we daar voor hebben. Dus initiëren we met adviesbureau BMC onderzoek naar de effectiviteit van fysiotherapeutisch handelen. De uitkomsten daarvan brengen we breed onder de aandacht van de relevante stakeholders. En stellen we in samenwerking met universiteiten hoogleraren aan.” Rian: “Dat zijn zaken die we in de praktijk samen doen. Naast een heldere boodschap over het belang van fysiotherapie voor de samenleving hebben we ook altijd een ‘agenda’: wat willen we weer mee naar huis nemen voor de leden en hoe kunnen we dat bereiken?” 270ste Algemene Vergadering KNGF 4 juni 2014 37 De strategische koers in 2013 Rian: “We hebben flink ingezet op het vormen van strategische allianties met andere spelers in het zorgveld. Als beroepsorganisatie alleen heb je een beperkte impact. Als je samenwerkt met anderen, kun je sneller en beter een vuist maken en word je sneller en beter gehoord. Dat doen we in samenwerkingsverbanden zoals VELO (Verenigd Eerstelijns Organisaties) met onder andere huisartsen, wijkverpleegkundigen en apothekers. Gezamenlijk pakken we bijvoorbeeld het probleem van de administratieve lasten op, want ook andere zorgaanbieders hebben hier last van. Die trend raakt de hele eerste lijn.” Eke: “We hebben een boodschap: fysiotherapie levert een substantiële, goed betaalbare bijdrage aan de gezondheid en het welzijn van de Nederlandse burger. Die boodschap moet je blijven herhalen en onderbouwen, hoe voor de hand liggend het ook is. We vormen een beroepsgroep die zijn vak kwalitatief goed en serieus uitoefent. Maar daar willen we ook iets voor terug hebben: een positie die ons de kans biedt ons vak goed uit te oefenen. Daar hoort een redelijke financiële vergoedingen tegenover te staan. Dat is een lastige boodschap in een zorgveld waar de boodschap juist kostenreductie is.” Rian: “We leveren een relevante bijdrage aan de economie van het land, want mensen blijven langer actief dankzij de behandeling van een fysiotherapeut. Dat is hard nodig. Aangezien de pensioenleeftijd steeds verder omhoog gaat, moeten we langer doorwerken. Fysiotherapie scheelt op de lange termijn heel veel zorgkosten, dat heeft het BMC-onderzoek wel aangetoond. Daarnaast helpen we ook maatschappelijk problemen zoals eenzaamheid aan te pakken: als een fysiotherapeut ervoor zorgt dat een oudere mevrouw met haar rollator er op uit kan blijven gaan, blijft ze ook sociaal mobiel. Daardoor blijft ze langer zelfstandig wonen en bespaart ze op de thuiszorgkosten. Wij zorgen ervoor dat mensen de regie over hun eigen leven kunnen houden en dus minder op de overheid hoeven te leunen. Dat is een duidelijke boodschap.” Eke: “In 2013 hebben we richting relevante stakeholders op een positieve manier uitgedragen wat wij waard zijn en wat wij de maatschappij allemaal kunnen bieden.” Hoge waardering patiënt Eke: “Patiënten waarderen hun fysiotherapeut gemiddeld met een ruime 8. En dat is logisch: er zijn weinig zorgverleners in Nederland meer die een half uur uittrekken voor een patiënt.. Het is niet alleen een medische behandeling, het heeft ook een psychologisch positief effect. Bij de politiek en bij de zorgverzekeraars kijkt men op een andere manier naar fysiotherapie. Enerzijds met een economische bril en anderzijds proef je soms dat men fysiotherapie onterecht ziet als een aanvullende behandeling op de specialistische zorg. We zijn dagelijks in de weer om dit beeld recht te zetten. Door te laten zien dat fysiotherapie kwalitatief goede zorg is die mensen in beweging houdt en bijdraagt aan participatie. Met fysiotherapie kunnen mensen blijven meedoen in de maatschappij. Eenduidig geluid over de positie van fysiotherapie Eke: “Ik denk dat, op de keper beschouwd, de meningen van onze leden niet zo verschillend zijn. Ik denk wel dat een deel van de achterban te hoge verwachtingen heeft wat het KNGF voor ze kan en mág betekenen. En er is in de achterban een verschil van opvatting over de vrije markt. Niet iedereen is daar voorstander van, omdat het de toegankelijkheid tot zorg voor de burger in de weg zou staan. Dit is echter een politiek thema waar we geen invloed op hebben: we gebruiken in Nederland op sommige plekken in de gezondheidszorg marktprikkels om te voorkomen dat de kosten de pan uitrijzen.” Eke: “Het is ook een kwestie van beleving. De tarieven gaan al zes jaar niet omhoog en dat vinden leden onrechtvaardig. We spannen ons in om gehoor te vinden bij zorgverzekeraars hierover. We onderbouwen wat we waard zijn en we laten zien dat inkomsten en kosten van de leden niet meer parallel lopen. Ook al mogen we als beroepsorganisatie niet voor onze leden onderhandelen – dat bepaalt de mededingingswet nou eenmaal - een stevig pleidooi voor een redelijke vergoeding voor kwalitatief goede en effectieve zorg blijven we steeds weer herhalen.” 270ste Algemene Vergadering KNGF 4 juni 2014 38 Rian: “Er rijzen ook echt wel problemen met het huidige systeem: sommige vormen van zorg zijn voor mensen met een kleine beurs of een complexe aandoening nu al niet meer bereikbaar. Je ziet bijvoorbeeld dat reuma uit het basispakket is gehaald. Daardoor zijn fysiotherapeutische behandelingen voor sommige mensen niet meer te betalen. Ze worden dus gedwongen af te zien van noodzakelijke behandelingen die ervoor zorgen dat ze kunnen blijven meedoen. En dat weer als gevolg heeft dat ze op langere termijn weer meer medicijnen moeten slikken of zelfs eerder in het ziekenhuis belanden. We moeten blijven hameren op die boodschap: politiek, doe niet zo kortzichtig! Dit is penny wise, pound foolish.” Eke: “De gestage druppel holt de steen echt wel uit. Maar die druppel moet wel blijven vallen, anders heeft het geen effect.” De grootste uitdaging van de fysiotherapeut Eke: “De administratieve taken die leden van verzekeraars moeten uitvoeren, zijn wel erg omvangrijk en beklemmend. Dat geldt overigens voor de hele zorgsector, niet alleen voor de fysiotherapeuten. En als die administratie nou zou bijdragen aan betere zorg…” Rian: “Integendeel. Het leidt af van wat fysiotherapeuten en artsen werkelijk willen doen, namelijk patiënten behandelen.” Eke: “We moeten verantwoording afleggen, daar zijn we ons bewust van. Dat is wettelijk een feit en de patiënt mag dat ook van ons verlangen. Maar de manier waarop moet veranderen. Daarom werken we op dit moment met onze leden aan een nieuw kwaliteitssysteem, Kwaliteit in beweging. Alhoewel dit systeem nog in ontwikkeling is, beogen we de kwaliteit van de geleverde zorg inzichtelijk te maken. Daarnaast streven we naar het laten afnemen van de administratieve druk en de tijd van de fysiotherapeut zoveel mogelijk ten dienste van de behandeling te laten komen. Het systeem moet niet alleen de basis vormen van de relatie tussen verzekeraar en therapeuten, maar ook tussen therapeuten en patiënten. Het idee is dat we allemaal gebruik gaan maken van hetzelfde kwaliteitssysteem en we proberen voortaan één maatstaf te hanteren voor het meten van de kwaliteit van de zorg.” Kijkend naar 2014 Eke: “Wat voor de gehele zorg geldt, geldt zeker voor ons als fysiotherapeuten. Onze beroepsgroep staat onder grote druk. Vooral ook als het gaat om een eerlijk inkomen en de mogelijkheden om ons vak goed uit te oefenen. Als fysiotherapeuten zullen we samen duidelijk moeten maken waar we voor staan. Hoe onmisbaar we zijn voor onze patiënten en voor de Nederlandse samenleving in zijn geheel. We zullen schouder aan schouder moeten vechten voor eerlijke vergoedingen, goede arbeidsomstandigheden en behandelmogelijkheden.” “Wat we in 2014 nog duidelijker gaan zien, is dat zorg meer wordt gedecentraliseerd. Voor fysiotherapie betekent dit dat we ons in de wijk moeten positioneren, naast de huisarts en de wijkverpleegkundige. Daarnaast zetten we concrete stappen om andere bronnen van financiering aan te boren. Niet alleen zorgverzekeraars, maar ook werkgevers en gemeenten zijn voor fysiotherapeuten belangrijke marktpartijen”, aldus Eke. Rian: “Ik ben ervan overtuigd dat we dat kunnen. In september 2014 bestaat onze vereniging 125 jaar. Een beroepsgroep die al zo lang geworteld is, waar de trots op het vak al zo lang verbindt, kan ook in deze fase zijn kracht laten zien. Om dat te kunnen realiseren en de juiste veranderingen voor de toekomst in gang te kunnen zetten, moeten we vooral de onder de leden heersende opvattingen in kaart brengen. Dit doen we door onderzoek en door veel met onze leden in gesprek te gaan over het te voeren beleid in de komende jaren. Om uiteindelijk tot een breed gedragen beleid te komen. Eke: “2014 is ook het jaar van een aantal bestuurswisselingen. Drie bestuurders zwaaien af en maken plaats voor nieuwe leden. Nieuwe bestuursleden brengen nieuw elan. Samen met de input die we dit jaar vooraf bij leden ophalen voor ons meerjarenbeleid, maakt dat ik vertrouwen heb in een goede toekomst van onze beroepsgroep en de vereniging. ” 270ste Algemene Vergadering KNGF 4 juni 2014 39 Interview Harry Gosselink, Wietse Groenink en Henri Kiers: Drie bestuursleden blikken terug Bestuurslid Henri Kiers is binnen het KNGF verantwoordelijk voor de portefeuille kwaliteit. “We hebben in 2013 enorme stappen gemaakt”, vindt hij. “Maar we zijn er nog lang niet.” Het belangrijkste project was het opzetten van Kwaliteit in Beweging, een nieuw systeem waardoor alle grote spelers in het zorgveld een eenduidige maatstaf gaan hanteren voor de kwaliteitsbewaking. “Dat moet ervoor zorgen dat werken aan vakinhoudelijke kwaliteit ook volstaat voor de externe verantwoording. Bovendien maakt het inzichtelijk hoe effectief en kostenefficiënt fysiotherapie is.” Kwaliteit in Beweging wordt ontwikkeld in samenspraak met de leden. In 2012 en 2013 werden verschillende informatieavonden in het land georganiseerd om de plannen te bespreken en vervolgens aan te kunnen passen. Een ander wapenfeit in het afgelopen jaar was het instellen van nieuwe leerstoelen fysiotherapie. “Dat is een heel bijzondere ontwikkeling in deze tijd waarin de financiering van wetenschappelijk onderzoek onder druk staat”, legt Kiers uit. Daarnaast studeren steeds meer fysiotherapeuten af op masterniveau, wat ook in zorgketens en multidisciplinaire samenwerkingsverbanden de fysiotherapie op een gelijkwaardiger niveau positioneert. Bestuurslid Harry Gosselink houdt namens het KNGF de markt scherp in de gaten en probeert waar mogelijk verbeteringen in het systeem aan te brengen. Hij werkte in 2013 onder meer aan het invoeren van een grote landelijke database fysiotherapie. “We liepen geregeld tegen het probleem aan dat niemand een compleet overzicht bijhield van het aantal behandelingen, therapeuten of declaraties per jaar”, legt Gosselink uit. Deze centrale gegevens worden deels toegankelijk voor zorgverzekeraars – ook in het kader van het nieuwe meetsysteem Kwaliteit in Beweging. “Maar een deel wordt ook heel nadrukkelijk alleen toegankelijk voor leden van het KNGF. En we gebruiken deze gegevens ook voor een betere onderhandelingspositie tegenover zorgverzekeraars, het ministerie en andere stakeholders.” Een groot deel van de onvrede bij de fysiotherapeuten heeft ook te maken met de lage tarieven. “Een groot probleem is dat met verzekeraars over alles mag worden gepraat, behalve over geld”, legt het bestuurslid uit. “We zijn van het begin tot het eind van het inkoopproces betrokken, maar onderhandelen over de tarieven, of andere aspecten die de mededinging kunnen verstoren, mogen we als beroepsorganisatie wettelijk niet. Maar netto is de samenwerking wel beter geworden. En het nieuwe kwaliteitssysteem gaat ook bijdragen aan onze lobby op dit gebied: met een duidelijk meetbare waardering kunnen we beter een eerlijk prijskaartje hangen aan behandelingen door fysiotherapeuten.” Een ander speerpunt van Gosselink is het oprichten van een nieuwe werkgeversorganisatie binnen het KNGF, waarmee in 2014 een nieuwe cao kan worden afgesloten. Daarnaast is in 2013 een campagne gehouden die patiënten er bewust van moest maken dat ze na moeten denken of ze zich willen verzekeren voor fysiotherapeutische behandelingen. Bestuurslid Wietse Groenink houdt zich binnen het KNGF bezig met de verenigingsstructuur en de financiën. In 2013 stelde hij een statuut op voor de nieuwe verenigingsstructuur, die door de algemene ledenvergadering werd afgewezen. “Dat was een domper”, beaamt hij. “We zijn twee jaar heel hard bezig geweest met voorbereidingen. De oude structuur is niet goed ingespeeld op de snelheid waarmee de wereld om ons heen verandert.” Groenink vindt het jammer dat de leden die in november tegen stemden, zich voor zijn gevoel tot die tijd vrij stil hielden. “Maar we hebben er lering uit getrokken”, knikt hij. “Het komende jaar gaan we nog beter luisteren naar wat de leden willen. We moeten proberen ook de leden te bereiken die niet direct van zich laten horen.” In de eerste maanden van 2014 staan alweer een flink aantal regionale bijeenkomsten en een grote ledenenquête over dit onderwerp op de agenda. Goed nieuws is dat het KNGF er financieel goed voor staat. “We hebben geen schulden, dat kan niet elke organisatie ons nazeggen”, aldus de bestuurder. 270ste Algemene Vergadering KNGF 4 juni 2014 40 Kwaliteit: Kwaliteit en vakmanschap leidend Het belang van transparantie over de kwaliteit van zorg wordt in het zorgveld breed onderschreven. De behandeling van de begroting van het ministerie van VWS – eind oktober 2013 – bevestigde dat. De overheid en de cliënt vragen expliciet kwaliteit inzichtelijk en transparant te maken, in het belang van de cliënt. De oprichting van het Kwaliteitsinstituut is het levende voorbeeld van het belang dat aan kwaliteit en transparantie gehecht wordt. Kwaliteit komt in de ogen van de overheid het best tot stand als zorgaanbieders, patiëntenorganisaties en zorgverzekeraars samenwerken. Onze visie sluit hierbij aan: kwaliteit is het leidende principe van het KNGF-beleid en de pijler onder de beroepsgroep. Kwaliteit gaat over ons vakmanschap. Verbetering en transparant maken van de kwaliteit van de zorg die wij leveren, is een voorwaarde om onze sociaaleconomische doelstellingen te realiseren. Het KNGF brengt het nut en de noodzaak van de fysiotherapeuten overal onder de aandacht. Fysiotherapie is kwalitatief goede zorg gestoeld op evidentie. En ze is kosteneffectief. Dat maken we bijvoorbeeld helder door substitutie van tweede naar eerste lijn te omarmen. Maar ook met ‘stepped care’, waarbij relatief goedkope zorginterventies voorrang krijgen boven dure en complexe ingrepen. Daarnaast helpen we fysiotherapie te verankeren in de wijk, naast de huisarts en de wijkverpleegkundige. Dit soort concrete stappen moet onze meerwaarde voor de samenleving blijven aantonen en daarmee ons bestaansrecht verduurzamen. Kwaliteit in Beweging Kwaliteit van fysiotherapeutisch handelen is van de beroepsgroep. Wij zijn degenen die verantwoording nemen voor de kwaliteit van fysiotherapeutisch handelen, wij nemen regie over de kwaliteit van ons vakmanschap en stellen daarin klinisch redeneren en een cultuur van continu van elkaar willen leren centraal. Dat kan niet zonder dat we transparant zijn over de kwaliteit en de toegevoegde waarde van de zorg die wij leveren. Daarom hebben we in 2013 in samenspraak met de leden, patiëntenorganisaties en zorgverzekeraars de ontwikkeling van het programma Kwaliteit in Beweging voortgezet. Kwaliteit in Beweging leidt tot een nieuw, landelijk kwaliteitssysteem en moet beter inzichtelijk maken hoe kwaliteit in onze tak van zorg kan worden genormeerd, getoetst, geborgd en verbeterd. Daarmee zorgen we ook voor een duurzaam geborgde positie van de fysiotherapie en de fysiotherapeut. Onderdeel van Kwaliteit in Beweging is de Landelijke Database Fysiotherapie (LDF). Die is noodzakelijk om kwaliteit en meerwaarde van onze zorg inzichtelijk te maken. In de LDF wordt informatie verzameld over fysiotherapiepraktijken en – met behulp van ‘patient reported outcome measurements’ (PROM’s) – de kwaliteit van de geleverde zorg. Doel is dat fysiotherapeuten en praktijken periodiek rapportages terugontvangen. De LDF is ontwikkeld in samenwerking met MediQuest en leveranciers van EPD’s voor de fysiotherapie. Technische koppelingen om data te kunnen aanleveren zijn aangelegd, getest en in de meeste gevallen inmiddels operationeel. Inmiddels doen al meer dan vijfduizend leden mee aan de eerste pilots met de LDF. Onderdeel van Kwaliteit in Beweging zijn twee pilots die in het teken staan van PROM’s. In Zuidoost-Gelderland en in Zeeuws-Vlaanderen bekijken fysiotherapeuten wat er nodig is om te komen tot een betekenisvolle toepassing ervan. In het kader van Kwaliteit in Beweging hebben we vijf ledenbijeenkomsten georganiseerd, met als thema ‘Hoe blijf ik in het Centraal Kwaliteitsregister Fysiotherapie (CKR)?’ Daarnaast zijn er verschillende bijeenkomsten georganiseerd met zorggroepen. In vervolg hierop organiseren we in 2014 twaalf regiobijeenkomsten waarin we met de leden over beleid en doelen gaan discussiëren. Wetenschappelijke ontwikkelingen Wetenschappelijke onderbouwing van het effect en de kosteneffectiviteit zijn belangrijk om de positie van fysiotherapeuten veilig te stellen en te verbeteren. Daarom hebben we verschillende initiatieven ontplooid. Zo is in 2013 een onderzoek bij adviesbureau BMC geïnitieerd om kosten, baten, evidentie en meerwaarde van fysiotherapeutisch handelen voor diverse aandoeningen – lage rug, coronair, CVA, diabetes mellitus II – in beeld te brengen. De uitkomsten van dit 270ste Algemene Vergadering KNGF 4 juni 2014 41 onderzoek, dat in 2014 wordt opgeleverd, worden onder meer ingezet om de effectiviteit van fysiotherapie te bewijzen bij lobbyactiviteiten en pr. Daarnaast is de fysiotherapie twee bijzonder hoogleraren rijker. Bijzonder hoogleraar Thea Vliet Vlieland gaat onderzoek doen naar de doelmatigheid van revalidatieprocessen. Raoul Engelbert is benoemd tot bijzonder hoogleraar voor de leerstoel fysiotherapie, in het bijzonder de zorgketen van complexe ziekenhuispatiënten. In 2013 waren er nog twee leerstoelen in voorbereiding, die in 2014 formeel worden bekrachtigd. De leerstoelen leveren een belangrijke bijdrage aan verdere versteviging van ons wetenschappelijke fundament. Andere initiatieven die in 2013 werden genomen zijn: - - Wetenschappelijk College Fysiotherapie (WCF): o Vijf bottom-up onderzoeken zijn gehonoreerd met een subsidie. Het in 2013 gestarte top-down onderzoek is stopgezet; het onderzoeksbudget is gereserveerd voor 2014. o In totaal vijfmaal is een financiële bijdrage geleverd aan de productiekosten van proefschriften van promovendi. Aan drie leden is een persoonsgebonden subsidie toegekend. o DO-IT (Designing Optimal Interventions for physical Therapy, een door het WCF gefinancierd onderzoeksprogramma): vier onderzoeken zijn tijdens het FysioCongres 2013 als sneak preview gepresenteerd. Voor het jaarcongres van 2014 staat een uitgebreidere presentatie gepland o De website van het WCF is opgeleverd. Doel is het bevorderen van een wetenschappelijk gefundeerde uitoefening van het vakgebied fysiotherapie. Wetenschapsdag: honderd deelnemers (onder wie hoogleraren, lectoren, onderzoekers en promovendi) waren aanwezig. Adri Apeldoorn kreeg tijdens deze dag de proefschriftprijs voor zijn dissertatie over lage rugklachten. Er zijn diverse commissies ondersteund, zoals BOCK, MOB, Accreditatiecommissie, Klachtencommissie, Raad voor de Rechtspraak en Commissie Kwaliteit. Beroepsmatig handelen Een belangrijk wapenfeit is het in 2013 ontwikkelde Beroepsprofiel Fysiotherapeut. Het profiel speelt een belangrijke rol in het verhelderen en verstevigen van het domein dat de fysiotherapie als haar werkgebied ziet. Het is in de AV van februari 2014 goedgekeurd. In 2013 zijn tevens voorbereidingen getroffen voor de BIG-registratie. Fysiotherapeuten zijn op de hoogte gesteld, zodat zij zich per 1 januari 2014 – mits zij voldeden aan de normen – opnieuw konden registreren in het BIG. In 2013 werden verschillende richtlijnen en standaarden aangepast: - De richtlijn lage rugpijn is opgeleverd en gepubliceerd. - De Evidence Statement anale incontinentie is opgeleverd en gepubliceerd. - De Evidence Statement voorstekruisbandreconstructie is opgeleverd en gepubliceerd. - De Standaard Beweeginterventie overgewicht en obesitas bij kinderen is opgeleverd en gepubliceerd. - De checklist voor de KNGF-standaarden Beweeginterventies is opgeleverd. - De Inleiding KNGF-standaarden Beweeginterventies is bijgewerkt. - KNGF heeft meegewerkt aan de app Versterk je enkel. Deze app toont hoe blessures kunnen worden voorkomen en zwakke enkels kunnen worden versterkt. - Het raamwerk om te komen tot een ordening en reductie van meetinstrumenten is in 2013 afgerond. - Voor het eerst is in Europees verband een fysiotherapeutische richtlijn ontwikkeld. Het gaat hierbij om de richtlijn parkinson. Het project, waarbij in totaal negentien landen zijn betrokken, is geleid vanuit Nederland (ParkinsonNet en KNGF). De richtlijn zal in het tweede kwartaal van 2014 in Europees verband worden gepresenteerd. - De richtlijn CVA is in 2013 inhoudelijk afgerond en wordt in 2014 gepubliceerd. - De richtlijn symptomatisch perifeer arterieel vaatlijden is in 2013 inhoudelijk afgerond en zal in 2014 worden gepubliceerd. 270ste Algemene Vergadering KNGF 4 juni 2014 42 De beroepsgroep participeert met afgevaardigden uit het veld (algemeen fysiotherapeuten en gespecialiseerd fysiotherapeuten) in zestien multidisciplinaire richtlijnen. Tot slot is de CQ-index in 2013 ingekort. In 2014 optimaliseren we de index. 270ste Algemene Vergadering KNGF 4 juni 2014 43 Leden: Ondersteuning leden bij uitoefening vak en ondernemerschap Fysiotherapeuten hebben zich de afgelopen decennia ontwikkeld tot professionele zorgverleners die een kwalitatief hoogstaande dienst bieden. De markt waarin we als zorgverleners opereren, verandert in hoog tempo. In 2013 hebben we daarom als beroepsorganisatie vaart gezet achter de ondersteuning van leden op het gebied van professioneel ondernemerschap. Door fysiotherapeuten te steunen in een bewuste, doelgerichte, planmatige en procesmatige aanpak kunnen we helpen bij het versterken van hun positie. Bij de ondersteuning van leden streven we naar een breed aanbod voor diverse doelgroepen. Het afgelopen jaar hebben we weer een aantal nieuwe producten ontwikkeld. Een deel daarvan ondersteunt ondernemende fysiotherapeuten bij hun praktijkvoering. Een greep uit ons aanbod in 2013: - Starterschecklist voor starten in loondienst, als waarnemer of praktijkhouder; - BTW-boekje voor praktijkhoudende fysiotherapeuten; - Kaartenboek Toekomstige Inkomstenbronnen; - Ondernemersevent Quo Vadis!; - Werknemersevent Wat wil je zijn?, over onder meer cao’s, concurrentiebedingen en onderhandelen; - Beroepsaansprakelijkheidsverzekering, in samenwerking met VvAA; - Ondersteuning omgaan met huiselijk geweld; - Onderzoek praktijkoverdracht; - Vernieuwing KNGF-colleges hogescholen. Graag lichten we er enkele uit, zoals de Starterschecklist. Dit online overzicht geeft fysiotherapeuten die starten in loondienst of fysiotherapeuten die een eigen praktijk oprichten alle relevante informatie. De ledenuitgave Boekje open over BTW helpt fysiotherapeuten met een eigen praktijk te bepalen wanneer ze wel of geen btw moeten betalen. Het Kaartenboek Toekomstige Inkomstenbronnen biedt een overzicht van de meest veelbelovende nieuwe inkomstenbronnen. Belangrijke alternatieven in een tijd waarin zorg steeds minder vaak door de zorgverzekeraar wordt vergoed. Eveneens in 2013 riepen we de Meldcode Omgaan met huiselijk geweld& Kindermishandeling in het leven. Deze code ondersteunt fysiotherapeuten niet alleen in het herkennen van mogelijke signalen van huiselijk geweld, maar biedt daarnaast vooral een praktische leidraad voor zulke situaties, onder meer met een online cursus en een stappenplan. De productontwikkelingcyclus heeft in 2013 meer vorm gekregen. Steeds vaker vindt vooronderzoek plaats naar productbehoefte onder leden. Het initiële product wordt vervolgens via een pilot doorontwikkeld. Bovendien vindt evaluatie plaats van de aangeboden producten om het productaanbod waar nodig nog beter af te stemmen op de behoeften van de betreffende doelgroep. Scholing In 2013 zijn we gestart met de centrale ontwikkeling, coördinatie en inkoop van scholing. Deze scholing bieden we in 2014 regionaal aan, op achttien locaties in het land. Een belangrijke vooruitgang is dat leden vrijer zijn in het kiezen van een locatie. Het aanbod loopt uiteen van lezingen over stretching of hardloopblessures tot bijeenkomsten over de implementatie van richtlijnen of over praktijkoverdracht en financiën. Een nieuwe opleidingsportal binnen Mijn FysioNet biedt maximaal inzicht in het aanbod en maakt inschrijven eenvoudiger. De behaalde opleidingspunten worden vanaf medio 2014 automatisch in de registers bijgeschreven. Een bijkomend voordeel is dat ook via internet kan worden betaald. In 2013 is – in samenwerking met diverse hogescholen – de scholingsmodule klinimetrie aangeboden aan praktiserende fysiotherapeuten. In het hele land is deze module ruimschoots gevolgd. 270ste Algemene Vergadering KNGF 4 juni 2014 44 NPi-service In 2013 sloten het KNGF en het Nederlands Paramedisch Instituut (NPi) een overeenkomst waardoor leden vanaf maart 2014 gratis gebruik kunnen maken van de NPi-service. Dat betekent dat leden eenvoudig op de hoogte blijven van de laatste relevante ontwikkelingen en wetenschappelijke inzichten binnen de fysiotherapie. Met samenvattingen van relevante nationale en internationale publicaties en vertalingen naar de dagelijkse praktijk op tien vakinhoudelijke thema’s. Maar ook met webcasts en geaccrediteerde digitale toetsen. Vijf beroepsinhoudelijke verenigingen (BI’s) gaven hun leden twee jaar geleden al deze mogelijkheid. Het ging om de verenigingen voor de geriatriefysiotherapie (NVFG), de hart-, vaat- en longfysiotherapie (VHVL), de lymfoedeemfysiotherapie (NVFL), de bedrijfs- en arbeidsfysiotherapie (NVBF) en de psychosomatische fysiotherapie (NFP). De overeenkomst is mogelijk gemaakt door inspanningen van de voorzitters van deze BI’s en van een van de leden van het Algemeen Bestuur. Studenten Er zijn in Nederland tien opleidingen fysiotherapie. We hebben alle opleidingen bezocht om presentaties te geven. Bij de eerstejaars studenten staat kennismaking met het KNGF centraal. Bij derdejaars gaan we in op de wet- en regelgeving waarmee fysiotherapeuten te maken hebben. In de presentatie voor vierdejaars studenten staat het werken als fysiotherapeut centraal. Alle presentaties zijn vernieuwd en interactiever gemaakt. Ledenvoorlichting De afdeling Ledenvoorlichting van het KNGF werd het afgelopen jaar bijna negentienduizend keer geraadpleegd. De meeste vragen (bijna twaalfduizend) werden telefonisch gesteld, de rest per mail en via het digitale contactformulier op FysioNet. Een kwart van de problemen betrof klachten over FysioNet. Bijna een op de vijf vragen ging over personele vraagstukken waar fysiotherapeuten met een eigen praktijk tegenaan liepen. Een veelgehoord probleem is het ontbreken van een cao. Tien procent van de leden die bellen en mailen vroeg advies bij het starten van een eigen praktijk en de directe betaalrelatie met de patiënt als er geen zorgovereenkomst is aangegaan. Ledencommunicatie Om de communicatie met en tussen de leden onderling te verbeteren zijn vorig jaar voorbereidingen getroffen voor een nieuw, online ledenplatform. Met een twintigtal leden is een online strategie ontwikkeld die de basis vormt voor het platform dat in 2014 wordt gelanceerd. Hier vinden leden straks snel de juiste informatie. Ook wordt het een plek om kennis op te doen en met collega’s van gedachten te wisselen. Bij de ontwikkeling van het nieuwe platform wordt tevens naar de effectiviteit van FysioNetwerken gekeken. In aanloop naar deze lancering werd in 2013 de vacaturebank op FysioNet vernieuwd. Het ledenblad FysioPraxis is verrijkt met een wetenschappelijk katern. In 2013 zijn voorbereidingen getroffen voor het in eigen beheer uitgeven van het blad vanaf 2014. Op die manier kunnen we het gewaardeerde blad aan de leden blijven aanbieden. In 2013 hebben leden – naast het eigen vakblad – een digitaal abonnement op het American Physical Journal gekregen. In 2013 zijn op verschillenden momenten online peilingen geweest. Via de Synthetron-methode konden leden onder meer meepraten over de voorgestelde wijzigingen in de verenigingsstructuur. 270ste Algemene Vergadering KNGF 4 juni 2014 45 Stakeholders Verstevigen marktpositie fysiotherapeut Het KNGF is continu in gesprek met allerlei relevante stakeholders, zoals zorgverzekeraars, het ministerie van VWS, allerlei overheidsinstanties, andere koepels van zorgaanbieders (zoals huisartsen en apothekers) en patiënten- en consumentenorganisaties. Daarnaast benadert het KNGF nieuwe stakeholders, zoals bedrijven en gemeenten. Onze agenda is gericht op het verstevigen van de positie van de fysiotherapeut. Om dat te bereiken zetten we in op een gelijkwaardiger verhouding tussen zorgverzekeraar en fysiotherapeut en op het realiseren van betere contracten met zorgverzekeraars. Maar ook op zaken als stepped care, substitutie van tweedelijnszorg naar eerstelijnszorg, beweegmodules waar fysiotherapie een prominente plaats in heeft en nieuwe verdienmodellen. Het aanspreken van nieuwe financieringsstromen is een randvoorwaarde voor de verbetering van de sociaaleconomische positie van de beroepsgroep en voor het herstel van het evenwicht op de arbeidsmarkt. Nieuwe verdienmodellen maken de markt groter, maar ook de afhankelijkheid van slechts enkele financiers (de zorgverzekeraars) kleiner. Omdat de werkgeversbranches kansrijk lijken is eind 2013 een project gestart om een mogelijke ‘win-winsituatie’ voor fysiotherapeuten en werkgevers(branches) te concretiseren. Ook gemeenten, die met de wet Wmo te maken krijgen (decentralisatie van de zorg), vormen in de toekomst een belangrijke ‘markt’. In 2013 zijn diverse activiteiten ontplooid die onze leden helpen bij hun profilering richting gemeenten. Via de weg van IOF-coaching, met een Wmo-stappenplan dat in diverse regio’s is uitgezet en een masterclass over de Wmo en samenwerking met gemeenten. De ingeslagen weg zetten we in 2014 voort in samenwerking met een ledenklankbordgroep. Intramuraal Speciale aandacht verdient het verstrekken van fysiotherapeutische zorg voor ouderen, een snel groeiende doelgroep. Met de Nederlandse Vereniging voor Fysiotherapie in de Geriatrie (NVFG) ondersteunen we fysiotherapeuten in het verwezenlijken van hun ambities en ideeën. Dit doen zij met het programma Versterken fysiotherapeutische zorg voor ouderen, waar tien fysiotherapeutenteams aan meewerkten. Fysiotherapiepraktijken en -afdelingen moeten zich aantrekkelijker en meer onderscheidend blijven positioneren binnen de ouderenzorg. Als onderdeel van het Model Zorgleefplan Verantwoorde Zorg is in 2013 de module Bewegingsgerichte zorg ontwikkeld. Deze module geeft zorgverleners hulp bij bewegingsgerichte zorg. Om fysiotherapeuten in de tweede en derde lijn te stimuleren en te ondersteunen hun eigen positie te verbeteren, ontwikkelden we de notitie marktpositionering. Deze notitie richt zich op de fysiotherapeuten die zorg bieden aan klinische patiënten (exclusief poliklinische zorg) in de tweede lijn en aan cliënten die wonen in instellingen en blijvend afhankelijk zijn van langdurige zorg in de derde lijn. Allereerst komen in de notitie daarom de kenmerkendste perspectieven aan de orde van patiënten en cliënten die klinische en langdurige zorg ontvangen. Vervolgens wordt de identiteit van de fysiotherapeut beschreven die deze zorg levert. Tot slot komen alle relevante markt- en concurrentieontwikkelingen aan de orde die relevant zijn voor een goede (toekomstbestendige) positionering. Verbeteren marktpositie Het verbeteren van de positie van de fysiotherapeut ten opzichte van de verzekeraars heeft bij ons een zeer hoge prioriteit. We zijn van het begin tot het eind van het inkoopproces betrokken, maar onderhandelen over de tarieven, of andere aspecten die de mededinging kunnen verstoren, mogen we als beroepsorganisatie wettelijk niet. Er worden binnen ons vakgebied alternatieven gezocht, maar ook die houden geen stand bij de mededingingsautoriteiten als het op tariefonderhandelingen aankomt. Daarom gaan we zo veel mogelijk met zorgverzekeraars in gesprek. Het verbeteren van de positie van fysiotherapeuten heeft op verschillende manieren resultaat gehad. - De tekentermijnen van contractering zijn in de meerderheid van de gevallen verlengd. Het door de NVFK ontwikkelde gedragsprotocol voor kinderfysiotherapie is door het merendeel van de zorgverzekeraars opgenomen in de contracten. 270ste Algemene Vergadering KNGF 4 juni 2014 46 - - Dankzij de succesvolle consumentencampagne over aanvullend verzekeren hebben we verzekerden gewezen op het belang van de aanvullende verzekering. De campagne werd door 85 procent van de leden relevant geacht. Er zijn meerdere middelen ingezet, waaronder posters, radiospots, social media, een Google AdWords-campagne en is de website www.defysiotherapeut.com beter te vinden door zoekmachines (SEO). Deze website trok in de campagneperiode honderdduizend bezoekers. In samenwerking met de Consumentenbond is een minigids over zorgverzekeringen uitgebracht, die naar 65 duizend Nederlanders is gestuurd. Deze samenwerking wordt in 2014 voortgezet. ICT, EPD en eHealth ICT speelt in de gezondheidszorg een belangrijke rol. De moderne techniek helpt patiënten, bijvoorbeeld met eHealth, maar ook fysiotherapeuten. Na een traject met Zorgverzekeraars Nederland is het aantal afgekeurde declaraties in Vecozo (declaratiecontrole) flink gedaald. Fysiotherapie heeft zelfs het laagste aantal afgekeurde declaraties van alle sectoren. Een opkomende trend is eHealth: het gebruik van ICT om gezondheid en gezondheidszorg te ondersteunen of te verbeteren. Het is een aanvulling op het reeds bestaande behandelingstraject waarbij fysiotherapeut en cliënt elkaar kennen en ‘face to face’ contact hebben gehad. Voor de fysiotherapie zijn diverse toepassingen van belang. Het gaat dan bijvoorbeeld om apps voor smartphones en om websites waarmee cliënten meer regie over hun eigen aandoening kunnen voeren. Ook kunnen dergelijke applicaties en websites een behandeling ondersteunen op het gebied van houding en gedrag, zoals door te stimuleren dat cliënten thuis oefeningen doen. Het KNGF juicht deze ontwikkeling toe. Het Programma van Eisen Fysio-EPD is geactualiseerd. Het programma is opgeknipt in drie delen: - Deel A is gericht op het eisenpakket met de ICT-leverancier van de fysiotherapeut. Belangrijkste doelstellingen zijn de borging van continuïteit van de praktijk en leden in staat te stellen te voldoen aan wet- en regelgeving. Deel B gaat over structuur en standaardisatie van de overdracht van gegevens. Deel C betreft voornamelijk een update van tekstuele gegevens van versie 1.0. 270ste Algemene Vergadering KNGF 4 juni 2014 47 Public Affairs: Een heldere ‘politieke’ agenda voor gerichte lobby Als beroepsorganisatie vertegenwoordigen we fysiotherapie en fysiotherapeuten bij belangrijke relaties en beleidsmakers. We zetten actief in op een goede verstandhouding met politieke woordvoerders en met bepalende (overheids)instanties. Voorbeelden hiervan zijn het ministerie van VWS, het Zorginstituut Nederland (voorheen het College voor Zorgverzekeringen), de Nederlandse Zorgautoriteit en de Autoriteit Consument & Markt. Wij voeren een gerichte lobby, gebaseerd op een compacte en heldere politieke agenda. Om ons doel te bereiken gaan we zo veel mogelijk allianties aan met voor ons belangrijke partners. We geloven namelijk dat samenwerking in de zorg cruciaal is. Politiek We hebben leden van de Tweede Kamer regelmatig bijgepraat over de waarde en opbrengst van fysiotherapie om verdere pakketmaatregelen te voorkomen. Nog verder snijden in de vergoeding van fysiotherapiebehandelingen is in onze ogen slecht voor de toegankelijkheid van fysiotherapie. In februari 2013 heeft de minister een oproep gedaan aan het veld om met ideeën te komen hoe we met elkaar de zorg betaalbaar en toegankelijk kunnen houden. Pakketmaatregelen zijn uitgebleven. De toegankelijkheid hebben we op de agenda gehouden. In mei heeft het KNGF een peiling onder leden gepresenteerd aan pers en Kamerleden die aantoonde dat fysiotherapie steeds minder toegankelijk wordt. Dit speelt vooral bij chronisch zieken met een lagere opleiding en een lager inkomen. Dit onderzoek had tot gevolg dat dit zogenoemde ‘zorgmijden’ een issue werd in de media en in de Tweede Kamer. Een ander onderwerp dat we veelvuldig onder de aandacht van de politiek hebben gebracht is het ongelijke speelveld tussen fysiotherapeuten en de zorgverzekeraars. We hebben stelselmatig vragen gesteld over en input geleverd voor de ongelijke verhoudingen op de zorgmarkt en de slechte positie van kleine praktijken ten opzichte van grote zorgverzekeraars en de lage tarieven die zij fysiotherapeuten bieden. Dit heeft geleid tot publicaties in onder meer het AD en dagblad Trouw, maar ook op televisie, zoals in het programma Debat op 2. In december 2013 vonden twee belangrijke algemeen overleggen (AO’s) plaats. Bij het AO Zorgverzekeringswet hebben we een aantal relevante vraagstukken op de agenda gekregen zoals het ongelijke speelveld tussen zorgverzekeraar en zorgaanbieder. Voor het AO Eerstelijnszorg hebben we aantal relevante thema’s ingebracht zoals het belang van toegankelijkheid van fysiotherapie en het bevorderen van substitutie. Henk van Gerven, Kamerlid voor de SP, diende twee moties in: over het volledig terugbrengen van fysiotherapie in het basispakket en over het stoppen van vrije prijsvorming. Deze moties zijn niet aangenomen. Door gezamenlijke inspanning met andere zorgaanbieders is het ons gelukt om het wetsvoorstel voor afschaffing van de restitutiepolis (zorgverzekering) in zijn oorspronkelijke vorm van tafel te halen. Maar daarnaast wil de minister ook de restitutiemogelijkheden in de naturapolis afschaffen (wijziging van artikel 13 van de Zorgverzekeringswet). Daar zijn wij om twee redenen tegen: het vergroot de toch al veel te grote marktmacht van verzekeraars en het beperkt de keuzevrijheid van de patiënt. De lobby tegen de afschaffing van artikel 13 waarmee de keuzevrijheid van verzekerden wordt beperkt, zetten we door in 2014. Dat doen we overigens samen met andere organisaties van zorgaanbieders zoals de tandartsen en de psychologen. 270ste Algemene Vergadering KNGF 4 juni 2014 48 Andere kwesties Fysiotherapie speelt een belangrijke rol bij de duurzame inzetbaarheid van werknemers. Om die reden hebben we in 2013 de eerste contacten gelegd met stakeholders op het gebied van arbeid, arbeidsparticipatie en arbeidsgerelateerde zorg. We maken helder dat fysiotherapie onder meer bijdraagt aan het verlagen van ziekteverzuim en aan een hogere arbeidsparticipatie. In 2014 willen we samen met verzekeraars en bedrijven pilots gaan doen. Dankzij veelvuldig overleg met onder meer Kamerleden en de projectleider van het Nationaal Preventie Programma is de rol en de waarde van bewegen in het leven van burgers op de kaart gezet. Mede hierdoor is bewegen meegenomen in het preventieprogramma. Verder nemen we deel aan rondetafelbijeenkomsten en symposia over preventie, onder meer om de rol en de waarde van fysiotherapie en onze maatschappelijke verantwoordelijkheid aan te tonen. Samenwerkingen Samenwerkingspartners zijn onmisbaar in de zorg. Dat geldt voor de fysiotherapeuten, bijvoorbeeld als zij een plek willen verwerven binnen de gemeente in het kader van de Wmo. En dat geldt ook voor het KNGF. Daarom hebben we onze samenwerkingen in 2013 verder geïntensiveerd. Met acht brancheorganisaties in de eerste lijn vormen we al een aantal jaren het Verenigd Eerstelijns Overleg (VELO). Vorig jaar troffen we elkaar in de zomer om van gedachten te wisselen over eerstelijnszorg. Om bijvoorbeeld therapietrouw te verbeteren is goede samenwerking tussen zorgverleners van groot belang. Centraal tijdens de succesvolle bijeenkomst stond het wegnemen van belemmerende regelgeving. Daarnaast hebben we in VELO-verband geageerd tegen het plan om artikel 13 van de Zorgverzekeringswet af te schaffen. De intensievere samenwerking is ook van belang bij het realiseren van onze positie in de wijk. Zorg achter de voordeur wordt met de wetsvoorstellen die er liggen steeds belangrijker. Voor fysiotherapie liggen er kansen. Want fysiotherapeuten hebben niet alleen de handen maar ook de ogen en de oren in de wijk. Door deze combinatie kunnen wij bij uitstek de mensen tijdig en effectief helpen en daarmee mobiel houden. Zorgpoort, een spraakmakend ontmoetings- en discussieplatform voor de zorg, organiseert enkele keren per jaar een bijeenkomst in Nieuwspoort in Den Haag. Ouderenzorg in de toekomst en Europa waren twee van de thema’s in 2013. Onderdeel hiervan was hoe zorgaanbieders gebruik kunnen maken van Europese subsidies. 270ste Algemene Vergadering KNGF 4 juni 2014 49 Beroepsorganisatie: Werken aan een slagvaardige vereniging In 2013 hadden we de herziening van de verenigingsstructuur prominent op de agenda staan. Na een officiële goedkeuring in april startte het bestuur met de uitwerking van de statuten en reglementen. De concepten hiervoor zijn op verschillende momenten met de regionale genootschappen en beroepsinhoudelijke verenigingen besproken en er is een ledenrondgang geweest om de conceptstatuten door te nemen. Na reacties tijdens vijf bijeenkomsten door heel Nederland en online discussies volgden enkele aanpassingen. Het conceptvoorstel is in november tijdens de ledenvergadering aan de leden voorgelegd. De leden hebben het voorstel niet aangenomen. Er zijn diverse redenen genoemd voor het afwijzen van het voorstel. Naar aanleiding van deze afwijzing heeft het bestuur besloten in 2014 een breed ledenonderzoek te doen om te achterhalen welke koers en welk beleid de leden wel voor ogen hebben. Op basis hiervan bekijkt het bestuur in de loop van dat jaar wat de vervolgstappen zijn. Regionale genootschappen en beroepsinhoudelijke verenigingen Als KNGF ondersteunen we regionale genootschappen (RGF’n) en beroepsinhoudelijke verenigingen (BI’s) op inhoudelijk, beleidsmatig en bestuurlijk vlak. De ondersteuning heeft onder meer betrekking op het maken van jaarplannen en jaarbegrotingen en de organisatie van ledenvergaderingen. Daarnaast is er voor 2014 een jaarplan gemaakt voor de regio’s van het KNGF, dat inzicht geeft in de samenhang tussen landelijke en regionale speerpunten. In juni kwamen besturen van RGF’n, BI’s en commissies samen met het KNGF-bestuur en een groep KNGF-medewerkers voor een interessante kaderdag over veranderingen binnen het KNGF. Tot slot ondersteunen we onze kaderleden in de vorm van scholing, zoals workshops op gebied van strategie, communicatie en debatteren. Doel hiervan is de professionalisering van besturen en het aantrekkelijker maken van bestuursfuncties. FysioCongres Het FysioCongres in november was een belangrijke kennis- en ontmoetingsdag voor de fysiotherapeuten. Marian Kaljouw, voorzitter van de Commissie Zorgberoepen en Opleidingen, trapte het congres af met een inspirerende lezing. Kaljouw gaf de aanwezige congresgangers een doorkijkje naar 2030. Onderzoek in een aantal provincies toont aan dat mobiliteit van burgers een groot thema wordt. Dit biedt in de toekomst kansen voor de fysiotherapeuten: met hun expertise op het gebied van bewegen zijn zij bij uitstek de zorgverleners die mensen mobiel kunnen houden. Na een veelzijdig programma met een diversiteit aan workshops en een energieke afsluitende debatronde kon met recht worden gesproken van een geslaagd congres. Cao eerstelijnspraktijken In 2014 staat ook de realisatie van een nieuwe cao voor de eerstelijnspraktijken op het programma, waarvoor de eerste stappen in 2013 zijn gezet. Het ontbreken van een cao voor de eerstelijnspraktijken leidt in toenemende mate tot problemen. Dat blijkt onder meer uit de reacties die hierover bij de Ledenvoorlichting zijn binnengekomen. Het KNGF mag niet inhoudelijk betrokken zijn bij het opstellen van de nieuwe cao. De afspraken hierover moeten worden gemaakt door werknemers- en werkgeverspartijen. In december 2013 is een nieuw bestuur voor de werknemersvereniging gekozen. De oprichting van de werkgeversvereniging loopt nog. Wij ondersteunen beide verenigingen zodat zij in staat zijn om met elkaar tot een nieuwe cao voor de eerstelijnspraktijken te komen. 270ste Algemene Vergadering KNGF 4 juni 2014 50 Kantoororganisatie: Proactief inspelen op ontwikkelingen Een efficiënt en effectief kantoor Onze leden professionaliseren en worden steeds meer ondernemer. Er worden andere eisen gesteld aan zowel de beleidsontwikkeling en de belangenbehartiging als de dienstverlening van de kantoororganisatie. Onze leden vragen om klant- en vraaggerichtheid. Dat vraagt om een kantoororganisatie die proactief inspeelt op externe ontwikkelingen, snel kennis ontsluit en die flexibel en kostenefficiënt is ingericht. In 2013 zijn hier de eerste stappen voor gezet. Er heeft herinrichting en professionalisering van afdelingen en teams plaatsgevonden. Een gevolg hiervan was onder meer herschikking van taken en wijziging van standplaats. Daarnaast is gewerkt aan de interne werkprocessen met als doel deze effectief en efficiënt in te richten en integraal op elkaar af te stemmen: heldere en korte lijnen, integraliteit en samenwerking. Kortom: een moderne, slagvaardige en servicegerichte kantoororganisatie is in ontwikkeling. Modernisering kantoorautomatisering In 2013 zijn we overgegaan op een nieuw kantoorautomatiseringssysteem. Het verouderde Windex-systeem is vervangen door het moderne Microsoft Dynamics AX. Zo’n overgang is een ingrijpend proces en vroeg om een flinke investering. Bovendien was het niet in één keer perfect; in de loop van het jaar is stapsgewijs gewerkt aan de verbetering van AX en de ontwikkeling van nieuwe functionaliteiten. Het systeem faciliteert niet alleen de leden, maar ook de kantoororganisatie. Het stelt gebruikers in staat op efficiënte en moderne wijze registers en werkprocessen bij te houden. Een belangrijk uitgangspunt is selfservice. Het systeem is veel gebruiksvriendelijker, omdat bijvoorbeeld criteria als lidmaatschappen en dergelijke kunnen worden geselecteerd. Het is de bedoeling dat we hiermee onze leden sneller en beter kunnen bedienen. Mijn FysioNet De nieuwe ledenportal Mijn FysioNet is in 2013 opgeleverd. Mijn FysioNet is de online omgeving waar leden zelf hun gegevens kunnen bijwerken. Leden kunnen hun IOF-gegevens en lidmaatschapsgegevens inzien, scholingsgegevens raadplegen en printen, en praktijkgegevens beheren. Met de nieuwe portal gaan we met de tijd mee, want hij werkt ook goed en snel op moderne apparaten zoals tablets. In 2014 zal via de portal ook scholing worden gecommuniceerd en gecoördineerd. 270ste Algemene Vergadering KNGF 4 juni 2014 51
© Copyright 2024 ExpyDoc