Ouderlingenblad 1052 artikel N Boonstra

Met elkaar zijn de gemeenteleden verantwoordelijk voor
het reilen en zeilen van de gemeente. De taken van de
predikant zijn veelomvattend, maar ook de taken van de
anderen doen ertoe.
S
In de wijngaard
van de Heer
Samen aan het werk
Nelleke Boonstra
Aan de hand van de artikelen bezinnen
de ambtsdragers en vrijwilligers in de
kerk zich over hun eigen inbreng in het
kerkelijk leven. Voor de gemeente sta je
immers samen. Het uitgangspunt is de
predikant.
In de kerkenraad komen veel zaken aan
de orde die gedaan moeten worden.
Ook zijn er bezinningsmomenten om
te komen tot verdieping van het eigen
geloof. Tot slot zal de kerkenraad zich zo
nu en dan buigen over een actuele actie
of gebeurtenis uit de samenleving die
de aandacht vraagt. Zo komen alle werkvelden die van belang zijn in de kerk
en die beschreven zijn in de kerkorde
aan de orde. Dit themanummer over de
predikant daagt ons uit eens te spreken
over de plek van iedereen in de gemeente, over de werkvelden en de taken
die ieder daarin heeft. De predikant en
de kerkelijk werker (als ouderling met
bijzondere opdracht), de ouderling en
de diaken, de vrijwilligers.
28
In gesprek Aan de hand van een
paar centrale vragen kan de kerkenraad in gesprek komen over de
artikelen en de eigen positie in de gemeente. De vragen zijn geclusterd in
A, B en C. U kunt zelf uitzoeken waar
u het accent legt. U kunt ervoor kiezen
om alle vragen te beantwoorden, of u
focust op één of twee van de clusters
en werkt deze vragen zorgvuldig uit.
Dit kan op een reguliere vergadering,
maar het is ook heel geschikt als
onderdeel voor een kerkenraadsdag of
-avond.
Het gesprek over het specifieke werk
van de eigen predikant en kerkelijk
werker komt op andere plekken aan
de orde. In het jaargesprek spreken de
predikant en de kerkelijk werker meer
persoonlijk over hun taken en werkvelden. Dit jaargesprek kan gedaan
worden aan de hand van de brochure:
Jaargesprekken tussen de kerkenraad
en predikanten en kerkelijk werkers in
de plaatselijke gemeente. Een uitgave
OuderlingenBlad, oktober 2014, nummer 1052
van de werkbegeleiding zie: www.pkn.
nl/werkbegeleiding
A. Het ambt en de werkvelden
is de predikant verantwoordelijk voor
het geheel van de gemeente. Het ambt
van alle gelovigen is de basis voor onze
kerkstructuur.
Er wordt gesproken over drie werkvelden: leren-vieren-dienen of ook
met een ander accent: leven met God,
zoeken van gemeenschap en dienst
van navolging. In de artikelen kunnen
we lezen dat de predikant in alle
werkvelden actief is, maar hij of zij
doet niet alles. Samen met de andere
ambtsdragers en de gemeenteleden
Met elkaar
verantwoordelijk voor
het reilen en
zeilen van de
gemeente
1. Taken van de vrijwilliger/ambtsdrager in de kerk
Bespreek de volgende vragen:
• Welke taken heb jij voor het kerkenwerk en in welk(e) werkveld(en) horen deze taken
thuis?
• Welke taken denk jij dat jullie predikant en/of kerkelijk werker hebben en in welke
werkvelden horen deze thuis?
• Welk werkveld is in de gemeente het sterkst vertegenwoordigd en welk werkveld het
minst? Heeft dit een reden en is het misschien nodig om extra aandacht aan andere
werkvelden te geven?
Een mogelijkheid van bespreking: eerst in tweetallen, daarna een plenair gesprek.
2. Ontwikkelingen in de kerk en de samenleving
De positie van de kerk en de plaatselijke gemeente in de samenleving is veranderd ten
opzichte van 50 jaar geleden.
Bespreek de volgende vragen:
• Welke veranderingen bespeur je? Welke relatie heeft de plaatselijke kerk met de
andere kerken ten opzichte van de samenleving waarin de gemeente zich bevindt?
Wat zijn de raaklijnen met de eigen gemeente?
• Hoe zou je de plek van jullie eigen kerkelijke gemeente wensen in de samenleving?
• Welke taken horen daarbij en wie zou deze moeten uitvoeren?
Basisartikelen voor bovenstaande vragen zijn het artikel van de Lange, Vissinga en
de Wit.
OuderlingenBlad, oktober 2014, nummer 1052
29
Maak een
planning
B. De agenda
De agenda van de predikant is een
complex geheel. Zowel individueel pastoraat, doordenking van geloofsvragen,
bezinning op de bijbeltekst alsook
aanwezig zijn bij openbare gebeurtenissen, toerusting van gemeenteleden
en voorgaan in diensten vragen al-
lemaal aandacht en hoe kun je dat op
een goede manier verdelen in de week.
Maar ook de ambtsdragers en vrijwilligers in de kerk hebben een agenda.
Ook zij maken een planning en
moeten vergaderingen voorbereiden,
aanwezig zijn bij kerkdiensten en bij
mensen op bezoek.
1. Maak een eigen agendaplanning
Een maand heeft globaal 4x 21 dagdelen (één dag heeft drie dagdelen morgen-middag-avond)
• Iedere deelnemer heeft 4 x een A4 met de 21 hokjes en vult het in. Vul in wat vast staat (vergaderingen, verplichtingen etc.), vervolgens wat je moet plannen (huisbezoek, voorbereiding vergaderingen etc) en bedenk tenslotte wat onverwacht in de maand op je
pad kan komen en plan dat alvast in. Hoeveel tijd wil je aan gemeentewerk besteden? Maak een planning voor 4 weken, want een
vrijwilliger heeft natuurlijk niet zoveel in één week staan als een predikant. Vaak zijn bijvoorbeeld kerkenraadsvergaderingen 1x in
de maand.
1e WEEK
MAANDAG
DINSDAG
WOENSDAG
DONDERDAG
VRIJDAG
ZATERDAG
ZONDAG*
morgen
middag
avond
*de zondag staat achteraan want we werken naar de zondag toe (voor de voorganger relevant)
• Een mogelijkheid van gesprek is in drietallen. Ieder vertelt om de beurt over de eigen invulling, de vragen van de anderen zijn
verkennende vragen om meer zicht te krijgen op wat de ander doet.
• Een andere mogelijkheid is om de mensen ook de agenda van een ander in te laten vullen. Heeft een diaken enig idee wat een
kerkrentmeester doet? Daarbij is het denk ik wel van belang om niet de agenda van Thea of Henk in te vullen, maar die van een
fictieve ambtscollega. Later kan plenair gekeken worden of het ongeveer klopt. Zo betrek je de ambtsdragers bij elkaars werk.
Plenair gesprek: wat valt ons op bij het invullen van zo’n planning?
Wat is nodig, wat is onvoorzien en wat schiet er nog weleens bij in?
2. Overzicht van taken indelen in werkvelden
Zet de activiteiten die uit deze agenda’s zichtbaar worden op een rij. Deel ze in naar de werkvelden, genoemd in het artikel van de
Lange: leren-vieren-dienen of / en leven met God -zoeken van gemeenschap - dienst van navolging
Bespreek met elkaar of zo alle werkvelden voldoende aan bod komen. Zijn alle werkvelden voldoende vertegenwoordigd in de
kerkenraad? Zijn bepaalde werkvelden buiten beeld? Welke dan? Denk ook aan de rol van de gemeente in de samenleving.
Basisartikelen voor bovenstaande vragen zijn de artikelen van Hoebe, de Lange, de Graaff
30
OuderlingenBlad, oktober 2014, nummer 1052
C. De predikant en de kerkelijk
werker Het beroep van predikant
heeft veel kanten. Ook een aantal
kerkelijk werkers hebben zo’n veelomvattende taak. Zowel het voorgaan
in diensten, het individuele contact
met gemeenteleden, het overdragen
van kennis in toerustingsavonden
alsook het present zijn op plekken
waar de nood het hoogst is vraagt allerlei vaardigheden. Elke predikant en
kerkelijk werker vult dat in naar eigen
mogelijkheden, talenten en gaven.
Gelukkig hoeven we geen schapen
met vijf poten te hebben, want bepaalde taken kunnen overgenomen
worden door vrijwilligers. Maar niet
alle taken.
Wat doet
1. Lees alle stukjes van de predikanten die aan het woord zijn. Deze staan verspreid
over alle artikelen. Schrijf voor jezelf op wat je erin opvalt. Is er een rode draad? Worden er dingen in genoemd waar je nog niet eerder aan gedacht hebt? Welke dingen
vallen je het meeste op?
iedereen:
over de werk-
2. Lees de gedichten over de predikanten. Welke spreekt je aan, welke minder?
Licht dit toe.
velden en de
taken
3. Denk aan je eigen predikant en kerkelijk werker. Jij als ambtsdrager kan of jullie als
vrijwilligers in de kerk kunnen ondersteuning bieden bij bepaalde taken van de predikant/kerkelijk werker in jouw gemeente. Waar denk je aan?
In kleine groepen hierover in gesprek.
Kies per groep één activiteit uit waarvan jullie vinden dat je de predikant/kerkelijk werker tot steun kunt zijn en licht dat toe.
OuderlingenBlad, oktober 2014, nummer 1052
31