Met elkaar zijn de gemeenteleden verantwoordelijk voor het reilen en zeilen van de gemeente. De taken van de predikant zijn veelomvattend, maar ook de taken van de anderen doen ertoe. S In de wijngaard van de Heer Samen aan het werk Nelleke Boonstra Aan de hand van de artikelen bezinnen de ambtsdragers en vrijwilligers in de kerk zich over hun eigen inbreng in het kerkelijk leven. Voor de gemeente sta je immers samen. Het uitgangspunt is de predikant. In de kerkenraad komen veel zaken aan de orde die gedaan moeten worden. Ook zijn er bezinningsmomenten om te komen tot verdieping van het eigen geloof. Tot slot zal de kerkenraad zich zo nu en dan buigen over een actuele actie of gebeurtenis uit de samenleving die de aandacht vraagt. Zo komen alle werkvelden die van belang zijn in de kerk en die beschreven zijn in de kerkorde aan de orde. Dit themanummer over de predikant daagt ons uit eens te spreken over de plek van iedereen in de gemeente, over de werkvelden en de taken die ieder daarin heeft. De predikant en de kerkelijk werker (als ouderling met bijzondere opdracht), de ouderling en de diaken, de vrijwilligers. 28 In gesprek Aan de hand van een paar centrale vragen kan de kerkenraad in gesprek komen over de artikelen en de eigen positie in de gemeente. De vragen zijn geclusterd in A, B en C. U kunt zelf uitzoeken waar u het accent legt. U kunt ervoor kiezen om alle vragen te beantwoorden, of u focust op één of twee van de clusters en werkt deze vragen zorgvuldig uit. Dit kan op een reguliere vergadering, maar het is ook heel geschikt als onderdeel voor een kerkenraadsdag of -avond. Het gesprek over het specifieke werk van de eigen predikant en kerkelijk werker komt op andere plekken aan de orde. In het jaargesprek spreken de predikant en de kerkelijk werker meer persoonlijk over hun taken en werkvelden. Dit jaargesprek kan gedaan worden aan de hand van de brochure: Jaargesprekken tussen de kerkenraad en predikanten en kerkelijk werkers in de plaatselijke gemeente. Een uitgave OuderlingenBlad, oktober 2014, nummer 1052 van de werkbegeleiding zie: www.pkn. nl/werkbegeleiding A. Het ambt en de werkvelden is de predikant verantwoordelijk voor het geheel van de gemeente. Het ambt van alle gelovigen is de basis voor onze kerkstructuur. Er wordt gesproken over drie werkvelden: leren-vieren-dienen of ook met een ander accent: leven met God, zoeken van gemeenschap en dienst van navolging. In de artikelen kunnen we lezen dat de predikant in alle werkvelden actief is, maar hij of zij doet niet alles. Samen met de andere ambtsdragers en de gemeenteleden Met elkaar verantwoordelijk voor het reilen en zeilen van de gemeente 1. Taken van de vrijwilliger/ambtsdrager in de kerk Bespreek de volgende vragen: • Welke taken heb jij voor het kerkenwerk en in welk(e) werkveld(en) horen deze taken thuis? • Welke taken denk jij dat jullie predikant en/of kerkelijk werker hebben en in welke werkvelden horen deze thuis? • Welk werkveld is in de gemeente het sterkst vertegenwoordigd en welk werkveld het minst? Heeft dit een reden en is het misschien nodig om extra aandacht aan andere werkvelden te geven? Een mogelijkheid van bespreking: eerst in tweetallen, daarna een plenair gesprek. 2. Ontwikkelingen in de kerk en de samenleving De positie van de kerk en de plaatselijke gemeente in de samenleving is veranderd ten opzichte van 50 jaar geleden. Bespreek de volgende vragen: • Welke veranderingen bespeur je? Welke relatie heeft de plaatselijke kerk met de andere kerken ten opzichte van de samenleving waarin de gemeente zich bevindt? Wat zijn de raaklijnen met de eigen gemeente? • Hoe zou je de plek van jullie eigen kerkelijke gemeente wensen in de samenleving? • Welke taken horen daarbij en wie zou deze moeten uitvoeren? Basisartikelen voor bovenstaande vragen zijn het artikel van de Lange, Vissinga en de Wit. OuderlingenBlad, oktober 2014, nummer 1052 29 Maak een planning B. De agenda De agenda van de predikant is een complex geheel. Zowel individueel pastoraat, doordenking van geloofsvragen, bezinning op de bijbeltekst alsook aanwezig zijn bij openbare gebeurtenissen, toerusting van gemeenteleden en voorgaan in diensten vragen al- lemaal aandacht en hoe kun je dat op een goede manier verdelen in de week. Maar ook de ambtsdragers en vrijwilligers in de kerk hebben een agenda. Ook zij maken een planning en moeten vergaderingen voorbereiden, aanwezig zijn bij kerkdiensten en bij mensen op bezoek. 1. Maak een eigen agendaplanning Een maand heeft globaal 4x 21 dagdelen (één dag heeft drie dagdelen morgen-middag-avond) • Iedere deelnemer heeft 4 x een A4 met de 21 hokjes en vult het in. Vul in wat vast staat (vergaderingen, verplichtingen etc.), vervolgens wat je moet plannen (huisbezoek, voorbereiding vergaderingen etc) en bedenk tenslotte wat onverwacht in de maand op je pad kan komen en plan dat alvast in. Hoeveel tijd wil je aan gemeentewerk besteden? Maak een planning voor 4 weken, want een vrijwilliger heeft natuurlijk niet zoveel in één week staan als een predikant. Vaak zijn bijvoorbeeld kerkenraadsvergaderingen 1x in de maand. 1e WEEK MAANDAG DINSDAG WOENSDAG DONDERDAG VRIJDAG ZATERDAG ZONDAG* morgen middag avond *de zondag staat achteraan want we werken naar de zondag toe (voor de voorganger relevant) • Een mogelijkheid van gesprek is in drietallen. Ieder vertelt om de beurt over de eigen invulling, de vragen van de anderen zijn verkennende vragen om meer zicht te krijgen op wat de ander doet. • Een andere mogelijkheid is om de mensen ook de agenda van een ander in te laten vullen. Heeft een diaken enig idee wat een kerkrentmeester doet? Daarbij is het denk ik wel van belang om niet de agenda van Thea of Henk in te vullen, maar die van een fictieve ambtscollega. Later kan plenair gekeken worden of het ongeveer klopt. Zo betrek je de ambtsdragers bij elkaars werk. Plenair gesprek: wat valt ons op bij het invullen van zo’n planning? Wat is nodig, wat is onvoorzien en wat schiet er nog weleens bij in? 2. Overzicht van taken indelen in werkvelden Zet de activiteiten die uit deze agenda’s zichtbaar worden op een rij. Deel ze in naar de werkvelden, genoemd in het artikel van de Lange: leren-vieren-dienen of / en leven met God -zoeken van gemeenschap - dienst van navolging Bespreek met elkaar of zo alle werkvelden voldoende aan bod komen. Zijn alle werkvelden voldoende vertegenwoordigd in de kerkenraad? Zijn bepaalde werkvelden buiten beeld? Welke dan? Denk ook aan de rol van de gemeente in de samenleving. Basisartikelen voor bovenstaande vragen zijn de artikelen van Hoebe, de Lange, de Graaff 30 OuderlingenBlad, oktober 2014, nummer 1052 C. De predikant en de kerkelijk werker Het beroep van predikant heeft veel kanten. Ook een aantal kerkelijk werkers hebben zo’n veelomvattende taak. Zowel het voorgaan in diensten, het individuele contact met gemeenteleden, het overdragen van kennis in toerustingsavonden alsook het present zijn op plekken waar de nood het hoogst is vraagt allerlei vaardigheden. Elke predikant en kerkelijk werker vult dat in naar eigen mogelijkheden, talenten en gaven. Gelukkig hoeven we geen schapen met vijf poten te hebben, want bepaalde taken kunnen overgenomen worden door vrijwilligers. Maar niet alle taken. Wat doet 1. Lees alle stukjes van de predikanten die aan het woord zijn. Deze staan verspreid over alle artikelen. Schrijf voor jezelf op wat je erin opvalt. Is er een rode draad? Worden er dingen in genoemd waar je nog niet eerder aan gedacht hebt? Welke dingen vallen je het meeste op? iedereen: over de werk- 2. Lees de gedichten over de predikanten. Welke spreekt je aan, welke minder? Licht dit toe. velden en de taken 3. Denk aan je eigen predikant en kerkelijk werker. Jij als ambtsdrager kan of jullie als vrijwilligers in de kerk kunnen ondersteuning bieden bij bepaalde taken van de predikant/kerkelijk werker in jouw gemeente. Waar denk je aan? In kleine groepen hierover in gesprek. Kies per groep één activiteit uit waarvan jullie vinden dat je de predikant/kerkelijk werker tot steun kunt zijn en licht dat toe. OuderlingenBlad, oktober 2014, nummer 1052 31
© Copyright 2024 ExpyDoc