SCHOOLGIDS Ds. Joh. van de Wendeschool Cursusjaar 2014 - 2015 Pagina |2 Voorwoord Voor u ligt de schoolgids van de Ds. Joh. van de Wendeschool, de Christelijke basisschool op Kampereiland. In deze gids willen wij u laten zien waar wij als school voor staan en op welke manier wij invulling geven aan ons onderwijs. We hopen dat u na het lezen van deze schoolgids weet wat u van de school mag verwachten. Wat treft u in deze schoolgids aan? 0. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. Het voorwoord Onze school Wie zijn wij en wat willen wij? De organisatie van ons onderwijs De zorg op de Ds. Joh. van de Wendeschool Schoolarts en logopedie De vervangingsprocedure van leerkrachten Ouders en de Ds. Joh. van de Wendeschool De resultaten van ons onderwijs De aanmeldingsprocedure / inschrijvingen Schooltijden en de verzuim- en verlofregeling De klachtenregeling Wat wij nog verder aan u kwijt willen Vakanties / Vrije dagen Tot slot Pag. 02 Pag. 03 Pag. 06 Pag. 07 Pag. 13 Pag. 18 Pag. 20 Pag. 21 Pag. 23 Pag. 25 Pag. 26 Pag. 28 Pag. 30 Pag. 32 Pag. 32 Wanneer u na het lezen van deze schoolgids nog vragen heeft, neem dan gerust contact met ons op. We hopen dat de school een vertrouwde plaats zal zijn voor u en uw kind(-eren) en dat wij met u op een prettige manier kunnen samenwerken. Namens het team; Namens de Medezeggenschapsraad; Herjonna Toepoel Directeur Wessel Nies Voorzitter – oudergeleding Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 Pagina |3 1 Onze school 1.1 De identiteit van onze school De Ds. Joh. van de Wendeschool is een Protestants Christelijke basisschool. Vanuit onze christelijke identiteit willen we bereiken, dat elk kind in de steeds veranderende wereld leert leven vanuit verbondenheid met Christus, de Bijbelse normen leert te begrijpen en ernaar te leven. Het werken en het samenwerken van ouders, leerlingen en leerkrachten van onze school staat in het teken van respect voor elkaar en rekening houden met elkaar. De school moet daarom dan ook een leefgemeenschap vormen van kinderen, ouders en leerkrachten, waarin iedereen zich thuis voelt. Een goed pedagogisch klimaat biedt de kinderen mogelijkheden om positieve (leer) ervaringen op te doen. Begrippen als sfeer, structuur, warmte, veiligheid, geborgenheid, acceptatie, respect, waardering, genegenheid en vertrouwen zijn voor ons noodzakelijk om het gewenste pedagogische klimaat te realiseren. Dit pedagogische klimaat beperkt zich dan ook niet alleen tot de relatie leerkracht – leerling. Het heeft ook te maken met de wijze waarop de leerkrachten, inclusief de directie, met elkaar omgaan en de gezamenlijke verantwoordelijkheid voelen voor het welbevinden van de kinderen, het schoolgebouw en de schoolomgeving. 1.2 De identiteit in de praktijk Vanuit onze christelijke levensovertuiging zien wij het omzien naar ‘de ander’ als een vereiste tot werkelijk mens-zijn. Het christelijke karakter van onze school moet tastbaar zijn. In de positieve sfeer die op school heerst, die ze uitstraalt en in de omgang met en de zorg voor elkaar. Onze eigen levensovertuiging speelt daarbij een grote rol. Het hebben van zorg en respect voor elkaar heeft ook te maken met de leefwereld om ons heen. Wij willen de kinderen het besef bijbrengen dat de wereld om ons heen in bruikleen is gegeven. De kinderen willen we een houding bijbrengen die hen leert dat het in de wereld niet alleen gaat om competitiedrang en materialisme, maar ook om andere zaken in het leven. Omdat het grootste deel van de opvoeding thuis plaatsvindt, is een goede samenwerking tussen school en thuis dan ook van groot belang. In praktische zin is onze identiteit zichtbaar in een aantal vormen en gebruiken. Zo beginnen we iedere dag met een gebed, lied, gedicht en kringgesprek en besluiten we de dag ook gezamenlijk met de kinderen. Drie keer per week volgt er na de dagopening een Bijbelvertelling. In de hele school staan de verhalen in het teken van hetzelfde thema. Af en toe wijken we hiervan af wanneer we de vertelling niet geschikt vinden voor bepaalde groepen. We maken gebruik van de methode Startpunt. Daarnaast vieren we samen met de kinderen op school het kerst-, paas- en pinksterfeest. Wanneer we dit feest ’s avonds vieren, is dit een verplichte schoolactiviteit voor de kinderen. Indien noodzakelijk zullen lesuren gecompenseerd worden. Uiteraard vinden we dat in ons dagelijkse doen, denken en handelen ook onze identiteit zichtbaar moet zijn. Een exponent daarvan is onder andere de zending en ‘ons’ adoptiekind. Iedere maandagmorgen mogen de kinderen zendingsgeld mee naar school nemen. Dit geld wordt in elke groep in een spaarpot verzameld. De opbrengst komt ten goede aan diverse projecten. Als team willen we werken vanuit ons geloof in God. Hierin ligt onze inspiratie en motivatie. We willen dit geloof en de betekenis ervan in het leven doorgeven. Dit betekent echter niet dat kinderen van ouders die niet geloven of geen lid van een (kerkelijke) gemeente zijn, niet welkom zijn. Wel vragen wij respect voor onze grondslag en een actieve houding van de kinderen en de ouders. Concreet betekent dit dat ook die kinderen hun geestelijke liederen dienen te leren en meedoen aan de christelijke vieringen. Met het ondertekenen van het inschrijfformulier bij aanmelding van uw kind, onderschrijft u dan ook de grondslag van onze school. 1.3 De schoolvereniging Schoolvereniging IRIS is ontstaan op 1 augustus 1998 uit een bestuurlijke fusie van drie protestantschristelijke schoolverenigingen. Twee verenigingen uit Kampen gingen toen samen met de vereniging van Kampereiland. In januari 2001 kwamen daar verenigingen bij uit IJsselmuiden, Wilsum en Kamperveen. In januari 2004 volgde ’s-Heerenbroek. Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 Pagina |4 Zeven schoolverenigingen trachten nu aan het protestants-christelijk onderwijs gestalte te geven onder de naam IRIS, vereniging voor Christelijk Onderwijs te Kampen “IRIS” is het klassieke woord voor “regenboog”. De regenboog geeft de veelkleurigheid van het Christelijk onderwijs weer. De boog bindt ons samen. Bovendien is het een teken van het verbond dat God met zijn schepping sloot. Sinds april 2012 heeft IRIS een nieuwe huisstijl met nieuw logo. Behalve de veelkleurigheid van de regenboog, speelt het oog een belangrijke rol. Ons motto is "IRIS heeft oog voor pupillen". Het kind staat centraal in ons denken, ons onderwijs en onze doelen. Daar focussen we op. Grondslag: “De vereniging heeft de Bijbel als Gods woord tot grondslag, mede uitgesproken in het belijden der kerk. Daarin is Jezus Christus de weg tot heil. Hij geeft ons het grote gebod: God liefhebben boven alles en de naaste als onszelf. Dit alles is voor ons inspiratie en richtlijn voor opvoeding en onderwijs.” Onze vereniging heeft een pluriform karakter, wat zijn weerslag vindt in de samenstelling van de Raad van Toezicht (RvT) en het personeel aan de scholen. Leden van de RvT, leerkrachten en leerlingen zijn afkomstig uit diverse protestants-christelijke kerken en geloofsgemeenschappen. Op de scholen beschouwen wij het als een uitdaging om te werken aan de christelijke identiteit. Ten aanzien van vragen over Bijbel, geloof en kerk, ontmoeten bestuur, personeel en ouders elkaar in een open gesprek. De persoonlijke opvattingen spelen hierbij een rol. Vanuit onze christelijke identiteit willen wij het totale onderwijs binnen onze scholen gestalte geven. De identiteit beschouwen we als kleur, atmosfeer, “ zuurdesem” voor de onderwijsleersituaties. In onze christelijke scholen willen we zichtbaar, tastbaar en aanwijsbaar maken, dat we bezield zijn door de blijde boodschap. Dit betekent dat we de waarden en normen, die ons vanuit de Bijbel worden aangereikt, vertalen in het leven van hier en nu. De basisscholen van onze vereniging stellen zich op als gastvrije scholen, waar ook kinderen uit nietkerkelijk gebonden gezinnen zich welkom weten, mits de ouders het uitgangspunt van de vereniging respecteren. Aanmeldingsgesprekken vinden in dit verband plaats om wederzijds de nodige duidelijkheid te verschaffen. Meer informatie over onze verenging, zoals de samenstelling van de RvT en de adviesgroepen kunt u vinden op onze website: www.iriskampen.nl. Daar vindt u ook de benodigde informatie over het lidmaatschap van schoolvereniging IRIS. Een inschrijfformulier is van onze website te downloaden of verkrijgbaar bij de directie van de school. 1.5 Het college van bestuur Het CvB van IRIS wordt gevormd door: Friso Kingma, voorzitter Gerard Wolters, lid Samen met Ariënne van Dijk (personeel en secretariaat) vertegenwoordigen zij het bestuur en de vereniging op het bestuurskantoor van IRIS, Bouwkamp 2 (eerste verdieping) te Kampen. Met vragen of opmerkingen gericht aan het college van bestuur kunt u terecht op het bestuurskantoor van IRIS, waar het CvB en het secretariaat u graag te woord staan. U kunt hen bereiken via: IRIS, vereniging voor Christelijk Onderwijs Postbus 1014 8260 BA Kampen Telefoon: 038 – 3333 898. E-mail: [email protected] Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 Pagina |5 1.6 De basisscholen van IRIS Onder het bestuur van de vereniging IRIS vallen 14 basisscholen. De namen en adressen van die scholen kunt u vinden op de website van de vereniging: www.iriskampen.nl 1.7 De directie De directie van de school bestaat uit directeur Herjonna Toepoel en intern begeleider Germa Huls. Bij afwezigheid van Herjonna fungeert Germa als aanspreekpunt. Voor de dagelijkse gang van zaken kunt u bij Herjonna terecht tussen op maandagmiddag en donderdagmorgen. Gezien de parttime aanwezigheid van Herjonna, verzoeken wij u een afspraak te maken. Bij het maken van een afspraak wordt u gevraagd naar het onderwerp van het gesprek, zodat dit indien nodig kan worden voorbereid. 1.8 De situering van de school De Ds. Joh. van de Wendeschool is gelegen aan de Heultjesweg 4 te Kampen. Op 1 oktober 2014 bezoeken ongeveer 56 kinderen de Ds. Joh. van de Wendeschool. Deze leerlingen zijn verdeeld over 3 groepen. In de komende jaren verwachten we dat het aantal leerlingen zal dalen. Aan de school zijn 6 leerkrachten, 1 intern begeleider, 1 onderwijsassistent, 1 conciërge en 1 directeur verbonden. Ons gebouw bestaat uit 5 lokalen. Daarnaast beschikken we over een ruim plein. Gezien het feit dat het voedingsgebied van onze school vrij groot is, zijn er veel ouders die hun kind(-eren) met de auto naar school brengen. Dit brengt vaak nogal wat verkeersdrukte met zich mee. We willen u vragen uw auto veilig te parkeren. Als er geen parkeerplek meer voor de school beschikbaar is, vragen wij u niet in de berm te parkeren, maar bij "Ons Erf”. Kinderen die op de fiets naar school komen, plaatsen hun fiets in het fietsenrek op het plein. 1.9 Specialisaties van leerkrachten De Ds. Joh. van de Wendeschool heeft een aantal gespecialiseerde leerkrachten: Intern begeleider: Taal- / leescoördinator: ICT coördinator: Cultuur coördinator: Bedrijfshulpverleners: Germa Huls Henriëtte Smit Robertjan de Wilde Martine vd Kolk Martine vd Kolk Henriëtte Smit 1.10 De samenstelling van ons team: De groepsindeling in het cursusjaar 2014 – 2015 ziet er als volgt uit: Maandagmorgen Groep 1/2/3 Groep 4/5/6 Groep 7 en 8 Juf Henriëtte Juf Adrie Juf Martine Maandagmiddag Groep 1/2/3 Groep 4/5/6 Groep 7 en 8 Juf Henriëtte Juf Adrie Juf Martine Dinsdagmorgen Groep 1/2/3 Groep 4/5/6 Groep 7 en 8 Juf Germa Juf Adrie Juf Martine Dinsdagmiddag Groep 4/5/6 Groep 7 en 8 Juf Adrie Juf Martine Woensdagmorgen Groep 1/2/3 Groep 4/5/6 Groep 7en 8 Juf Germa Juf Kunny Juf Laurine Donderdagmorgen G Groep 1/2/3 Groep 4/5/6 Groep 7 en 8 Juf Henriëtte Juf Kunny Juf Laurine Donderdagmiddag Groep 1/2/3 Groep 4/5/6 Groep 7 en 8 Juf Henriëtte Juf Kunny Juf Laurine Vrijdagmorgen Groep 1/2/3 Groep 4/5/6 Groep 7 en 8 Juf Henriëtte Juf Kunny Juf Martine Vrijdagmiddag Groep 4/5/6 Groep 7 en 8 Juf Henriëtte Juf Martine Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 Pagina |6 2 Wie zijn wij en wat willen wij 2.1 De uitgangspunten van onze school Op de Ds. Joh. van de Wendeschool willen we, daar waar mogelijk, niet alleen differentiëren naar ‘aanleg’, ‘tempo’ en ‘niveau’ maar zo mogelijk ook naar ‘competentie’ en ‘onafhankelijkheid’. Op deze manier hopen we het ‘leren’ van ieder kind te optimaliseren. De Ds. Joh. van de Wendeschool’ is een school waar: gewerkt wordt vanuit een Christelijke identiteit die niet alleen in theoretische zin zichtbaar is, maar ook tot uiting komt in de omgang met kinderen, ouders en collega’s; het kind als uniek persoon centraal staat; veiligheid, regelmaat en geborgenheid voor kinderen aanwezig is; kinderen begeleid worden naar een grote mate van zelfstandigheid en sociale redzaamheid; de leerkrachten een hoog verwachtingsniveau van de kinderen hebben; aan ‘zorgleerlingen’ onderwijs en zorg op maat wordt geboden; de recente onderwijsontwikkelingen gevolgd worden en zo goed mogelijk worden ingepast in het onderwijssysteem. Op een school staat het onderwijzen centraal, maar dat neemt niet weg dat het opvoedkundig karakter van een school van grote invloed is op de ontwikkeling van uw kind. Daarom vinden wij het belangrijk dat we regelmatig contact met u hebben, vooral als blijkt dat school- en huisregels van elkaar afwijken. Wij streven dan ook naar een goede relatie met de ouders, met de kinderen en met elkaar, omdat er dan een sfeer van warmte en vertrouwen ontstaat waarbinnen uw kind zich veilig kan voelen en zich verder kan ontwikkelen. Tevens willen we een school zijn waar ‘sfeer’ en ‘samen school zijn’ zich met name manifesteren bij gezamenlijke activiteiten zoals bv. excursies, projecten, sinterklaas, kerst, pasen enz. Een school met een lage drempel voor ouders. Kortom, de hulp van ouders bij schoolse- en buitenschoolse activiteiten wordt door ons enorm gewaardeerd en is dan ook van harte welkom. 2.2 Het klimaat van de school Als onderdeel van de kwaliteitsverbetering van ons onderwijs, werken wij samen met Hogeschool Windesheim aan het door de overheid gesubsidieerde project SWPBS. SWPBS – of kortweg PBS – staat voor “School Wide Positive Behaviour Support”: Schoolbrede Ondersteuning van Positief Gedrag. Uit onderzoek is gebleken dat het gedrag waaraan je aandacht besteedt, wordt versterkt. Als je het negatieve gedrag wat je niet wilt hebben, dus benoemt, versterk je het ongewild. Maar andersom ook: positief gedrag versterk je ook door er aandacht aan te besteden. Door het positieve te benadrukken en te versterken, ontstaat er een betere sfeer op school. Dat is dus het basisprincipe. Hoe werkt dat in de praktijk? PBS is erop gericht om probleemgedrag te voorkomen. Daarvoor worden er schoolbreed gedragsregels aan de leerlingen onderwezen. Wat voor ons heel normaal lijkt, is dat voor een kind niet altijd. Een kind weet niet of gedrag gewenst is, tenzij we hem dat onderwijzen. Goede gedragsregels die schoolbreed worden ingevoerd hebben de volgende kenmerken: Ze zijn positief geformuleerd. “In de gang lopen we rustig” i.p.v. “Niet rennen in de gang” Ze zijn algemeen bekend gemaakt en opgehangen in de gangen en lokalen, ze zijn uitgereikt aan het begin van het jaar enz. Ze worden in lessen onder wezen en met regelmaat herhaald. Navolging van de regels wordt in de hele school door alle medewerkers beloond. De gedragsregels die we op school hanteren zijn verbonden aan de waarden die we, samen met u als ouders, hebben vastgesteld: vertrouwen, veiligheid, verantwoordelijkheid en respect. Omdat kinderen niet uit zichzelf weten wat we van hen verwachten, hebben ze het nodig dat we hun dat leren. Hoe doen we dat? Eerst vertellen ze wat de regel is. Daarna doen we het voor: goed – fout Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 Pagina |7 – goed. Als de kinderen in het vervolg het goede gedrag laten zien, blijven we dat belonen, totdat de kinderen het zich helemaal eigen hebben gemaakt. Uit onderzoek is gebleken dat de meest effectieve manier om kinderen gewenst gedrag aan te leren een combinatie is van belonen en straffen, waarbij belonen verreweg de meeste aandacht krijgt. Door de regels weten de leerlingen wat er van hen verwacht wordt en het is ook helder wat de consequentie is als ze zich niet aan de regel houden. Ook dat hebben we met elkaar afgesproken. We beginnen nooit met direct straffen, maar geven leerlingen altijd de mogelijkheid om zich te herstellen en alsnog het gewenste gedrag te laten zien. Als ze dat doen, belonen we hen daarvoor. Een andere goede manier om gewenst gedrag te bevorderen is het negeren van kleine misdragingen. Soms laten kinderen ongewenst gedrag zien om daardoor aandacht te krijgen. Door daar dan juist geen aandacht aan te geven en bijvoorbeeld andere leerlingen te complimenteren die het wel goed doen, neemt het ongewenste gedrag ook al af. Door duidelijke regels te hanteren die in de hele school geldig zijn en kinderen te belonen voor het vertonen van gewenst gedrag (d.w.z. ze houden zich aan de regels) creëren we op school een prettige sfeer. Dat bevordert niet alleen het plezier dat kinderen hebben in het naar school gaan, kinderen zitten daardoor ook beter in hun vel. En kinderen die goed in hun vel zitten, presteren nu eenmaal beter, omdat ze in hun hoofd niet nog bezig zijn met die ruzie op het plein. Bovendien zijn we in de klas minder bezig met het oplossen van ruzies of het corrigeren van leerlingen, waardoor de tijd die we aan lesgeven kunnen besteden, toeneemt. Al met al zorgt PBS voor een plezierige school waarin kinderen optimaal kunnen presteren. En dat is toch uiteindelijk wat we allemaal willen; als leerkrachten, als ouders èn als kinderen. 3 De organisatie van ons onderwijs 3.1 De organisatie van de school Om de kwaliteit van ons onderwijs (dus de vraag: wat leren kinderen?) te bevorderen, werken de leerkrachten in alle groepen aan de hand van vastgelegde doelstellingen. Deze dienen te zijn behaald om een ononderbroken ontwikkeling te kunnen garanderen. De werkwijze in de groepen 1, 2 en 3 verschilt van de werkwijze in de hogere groepen. Er wordt aan de hand van thema’s gewerkt, waarin de doelstellingen een plaats krijgen. Voor ieder ontwikkelingsgebied zijn de ontwikkelingslijnen beschreven en vastgelegd, evenals de tussendoelen voor de diverse ontwikkelingsgebieden. Deze ontwikkelingslijnen worden zo het uitgangspunt in de groepen 1 en 2. Vanaf groep 3 werken we met onderwijsprogramma’s (methoden), waarin de doelstellingen en de ordening van de leerstof is opgenomen. 3.2 Groep 1 en 2 Een vierjarige kleuter die voor het eerst naar school gaat doet in het begin zoveel indrukken op, dat hij / zij op de vraag: "Wat heb je vandaag gedaan op school?", vaak niet verder komt dan ‘spelen in de bouwhoek’ of ‘een werkje maken’. Dat er nog meer gebeurt, dat begrijpt u natuurlijk wel. Graag willen we een aantal zaken toelichten die speciaal van toepassing zijn op ons onderwijs in de onderbouw. Dagprogramma Wanneer de kinderen binnenkomen, kunnen ze hun stoel zoeken in de kring. De leerkracht is dan aanwezig om de kinderen te begroeten en ook kunt u, als ouder, eventueel een korte mededeling doen. Wanneer u echt iets met de leerkracht wilt bespreken, maakt u dan even een afspraak na schooltijd. Voor zeer dringende boodschappen hebben we natuurlijk altijd even tijd. Aan de hand van ‘dagritmekaarten’ kunnen de kinderen zelf zien wat er die ochtend of middag gaat gebeuren, zodat ze precies weten hoever de ochtend of middag is gevorderd. Met behulp van de weekkalender wordt er in de kring besproken welke dag het is. Tevens wordt aandacht besteed aan welke maand het is en worden kinderen ook spelenderwijs bekend gemaakt met het begrip ‘datum’. In de kring beginnen we de dag met elkaar d.m.v. een dagopening. Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 Pagina |8 Na een kringactiviteit volgt een ‘doe-activiteit’. U moet hierbij denken aan gymmen, buitenspelen of een ‘speel-/werkles’. Tijdens de ‘speel-/werkles’ zijn kinderen bezig met plakken en knippen e.d., spelen met ontwikkelingsmaterialen (bv. puzzels) of spelen in de diverse ontwikkelingshoeken zoals de ‘bouwhoek’, de ‘huishoek’ of de ‘lees-/schrijfhoek’. Na een ‘doe-activiteit’ volgt er weer een kringactiviteit die bv. betrekking heeft op de taalontwikkeling. Zo wisselen kring- en doe-activiteiten elkaar regelmatig af. Alle kinderen hebben hun eigen stoel met daarop hun naam. De naam is het herkenningspunt voor elk kind. Als er gespeeld gaat worden maken we aan de hand van het ‘kiesbord’ zichtbaar waaruit er gekozen kan worden. Thema’s / projecten In de kleutergroepen wordt er gewerkt met thema’s. Zo’n thema duurt meestal 3 tot 4 weken. Alle activiteiten staan in het teken van dit thema. Gedurende deze periode mogen de kinderen ook spullen mee naar school nemen, die met het thema te maken hebben. In de groep kan dan een mini tentoonstelling ingericht worden, zodat de meegebrachte spullen ook bij een bepaalde activiteit betrokken kunnen worden. Voorziet u ‘kostbare spullen’ wel van naam. Gymnastiek Onze kleuters krijgen meerdere malen per week bewegingsonderwijs. Ook spelen ze regelmatig buiten. In het gymlokaal is het belangrijk dat de kinderen in verband met hygiëne en veiligheid gymschoenen dragen. Onze voorkeur gaat daarbij uit naar schoenen met klittenband. Dit scheelt tijd en komt de zelfstandigheid van de kinderen ten goede. Toiletbezoek De kinderen mogen in principe op ieder moment van de dag naar het toilet. Er zijn echter uitzonderingen zoals bijvoorbeeld tijdens het Bijbelverhaal of een instructie. Desondanks kan het gebeuren dat uw kind een ‘ongelukje’ heeft. Op school zorgen wij dan voor verschoning. Bij het aantreffen van een ‘grote boodschap’ kan het zijn dat wij u bellen. Dit is vaak voor de kinderen een vervelende situatie waarbij de vertrouwdheid van de ouder welkom is. Het is mede daarom handig op school een extra telefoonnummer achter te laten bij de leerkracht, voor noodgevallen, wanneer u thuis niet bereikbaar bent (formulier bereikbaarheid). We gaan er overigens van uit dat de kinderen, wanneer ze op school komen, zindelijk zijn en zelfstandig naar het toilet kunnen. Dat betekent ook dat zij zelfstandig hun billen kunnen afvegen. 3.3 Doorstroming van de kleuters Omdat de jongste kleuters niet allemaal op de eerste schooldag van het schooljaar naar school gaan, is er voor deze groep leerlingen een speciale overgangsregeling (zgn. overgangsprotocol). In dit overgangsprotocol is geregeld hoe dat te werk gaat. Het uitgangspunt hierbij is de ontwikkeling van het kind, gecombineerd met zijn of haar onderwijsbehoeften. Dit overgangsprotocol is op te vragen bij de directie van de school. In dit protocol staat niets beschreven over het aanname beleid, hierover vindt u informatie in hoofdstuk 9: De aanmeldingsprocedure / inschrijvingen. Als een 4-jarige naar school gaat, komt deze in groep 1, en volgt vanaf dat moment alle reguliere activiteiten in deze groep, binnen de vastgestelde lestijd. Deze leerlingen vallen vanaf dat moment ook onder de reguliere verlofregeling. Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 Pagina |9 3.4 Groep 3 t/m 8 Vanaf groep 3 worden aan de hand van diverse methodes de basisvaardigheden (rekenen, taal, lezen en schrijven) aangeleerd. In de groepen 1 en 2 zijn hiervoor de voorwaarden al aangeboden (in de lees-/schrijfhoek, als keuzeactiviteit en via verschillende ontwikkelingsmaterialen). De methodes zijn zo gekozen dat er ook rekening gehouden kan worden met de verschillen die er zijn tussen kinderen. Om elk kind de aandacht te kunnen geven die het nodig heeft, werken we met ‘taakbrieven’. In de eerste twee groepen wordt er met een ‘takenbord’ gewerkt. Tijdens dit zelfstandig werken heeft de leerkracht de gelegenheid om kinderen extra aandacht te geven. Rekenen en wiskunde Voor het vakgebied rekenen en wiskunde maken we gebruik van de methode ‘Wizwijs”. Leren rekenen met Wizwijs is leren rekenen vanuit het kind. Wizwijs combineert praktisch en creatief rekenen met wiskundige kennis en vaardigheden. Alle illustraties, kleurgebruik en opdrachten die Wizwijs hiervoor gebruikt zijn 100% functioneel. Er wordt veel geoefend, goed geautomatiseerd en er is extra aandacht voor taalzwakke kinderen, zorgkinderen en de betere rekenaars. Zo werkt Wizwijs doelbewust aan functionele én schoolse gecijferdheid. Taal De kinderen krijgen op school zowel mondelinge als schriftelijke taalactiviteiten aangeboden. We gebruiken hiervoor de methode Taal op Maat en Spelling op Maat. Een methode die aansluit bij de belevingswereld van het kind en voldoet aan de eisen die men mag stellen aan een taalmethode van deze tijd. Naast de taallessen, wordt er aandacht besteed aan: spelling, grammatica, zinsbouw, taalvaardigheid, spreek- / lees- en luisterbeurten, boekbesprekingen, stelopdrachten, woordenschat en dergelijke. Ook voor spelling en taal is remediërende- en verdiepende stof aanwezig die op de methode aansluit. Vanaf groep 7 wordt er naast de Nederlandse taal ook aandacht besteed aan de Engelse taal. Hiervoor gebruiken we de methode ‘Hello World’. De nadruk ligt hierbij vooral op communicatieve vaardigheden; het schrijven komt wel aan bod maar in mindere mate. Lezen Lezen hangt voor een deel samen met Nederlandse taal. In groep 1 en 2 werken we aan de ontluikende geletterdheid, het kennismaken met letters, met boeken, met het idee dat een boek voorgelezen kan worden, etc. De methode “Schatkist” wordt hier voor gebruikt. In groep 3 gebruiken we als methode voor het aanvankelijk leren lezen de nieuwste versie van “Veilig Leren Lezen”. Evenals bij taal en rekenen worden de kinderen regelmatig, m.b.v. toetsen, gevolgd. Kinderen die moeite hebben het lezen op te pakken worden geholpen met remediërend materiaal dat deels in de methode is opgenomen. Voor het technisch lezen in de groepen 4 t/m 8 maken we gebruik van de methode Estafette. Daarnaast wordt er vanaf groep 4 ook aandacht besteed aan het begrijpend lezen. Hiervoor gebruiken we de methode 'Nieuwsbegrip’. Naast technisch- en begrijpend lezen zijn er in de groep ook activiteiten die gericht zijn op de leesbeleving van kinderen. Te denken valt hierbij aan de knipselkring, de boekbespreking en het schrijven van boekrecensies in de midden- / bovenbouw. Deze zullen de komende jaren verder ontwikkeld worden en in het aanbod aan de diverse groepen een vaste plek krijgen. Schrijven Schrijven vraagt om een goede motoriek. In de onderbouw is hier, spelenderwijs, al veel aandacht aan besteed d.m.v. schilderen, spelen met lego, opdrachten met mozaïekstukjes, etc. Schrijven is het logisch vervolg op deze motorische ontwikkeling. Voor schrijven gebruiken we de methode ‘Pennenstreken’. In groep 3 schrijven de kinderen eerst met potlood. Eind groep 3 gaan zij over op de vulpen. De vulpen is een bewuste keuze. Het is namelijk een goed hulpmiddel bij de ontwikkeling van het handschrift. Elk schooljaar wordt ook de liniëring aangepast aan het ontwikkelingsniveau van het schrijven van de kinderen. Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 10 3.5 Andere schoolvakken Godsdienstige vorming Iedere dag wordt begonnen met een gebed en één of meerdere liederen. Dat zijn psalmen, maar ook gezangen of opwekkingsliederen. Drie ochtenden per week is er een Bijbelverhaal. Dit gebeurt volgens het rooster bij de methode ‘Startpunt’. Iedere dag wordt de dag afgesloten met een gebed. Vanaf groep 5 worden er psalmen en gezangen gezongen. Aan het einde van groep 8, bij het verlaten van de school, krijgen de leerlingen een Bijbel van de school. Kinderen en hun ouders geven zelf aan, aan welke vertaling ze de voorkeur geven. Eén keer per jaar is er een themaweek, waarin kerk, gezin en school rondom één thema werken. De christelijke feestdagen worden op school – en 1x per jaar in de kerk – gevierd. De grote identiteitsfeesten als Kerst, Pasen en Pinksteren worden om en om met en zonder ouders gevierd. Via de jaarkalender wordt dit kenbaar gemaakt. De overige feesten krijgen aandacht in de groepen zelf. Dit jaar vieren wij het kerstfeest in de kerk. Wereldoriëntatie: Dit begrip staat voor de vakken die te maken hebben met de wereld om ons heen. U kunt hierbij denken aan geschiedenis, aardrijkskunde, natuuronderwijs, verkeer, als ook gesprekken over maatschappelijke ontwikkelingen en sociale problemen en ‘burgerschap’. In de groepen 1 en 2 wordt dit als één geheel aangeboden, groep 3 en 4 verkennen per vak en vanaf groep 5 staan de vakken afzonderlijk op het rooster. In de onderbouw van de school worden deze vakken vaak nog in onderlinge samenhang gegeven, rondom een thema of een concrete aanleiding. Deze thema’s vallen samen met het aanbod van onder andere de schooltelevisie. Aardrijkskunde Voor het kennisgebied aardrijkskunde gebruiken we vanaf groep 5 de methode 'De blauwe planeet'. De blauwe planeet is een moderne aardrijkskundemethode met een goede doorgaande lijn. De methode is opgebouwd rond de thema's: aarde, wonen, werken en verbindingen. Elk jaar worden deze thema's uitgediept aan de hand van verrassende vragen. En is de nieuwsgierigheid gewekt, dan neemt de methode de leerlingen mee op onderzoek en laat ze zelf de antwoorden ontdekken. De blauwe planeet heeft een heldere en duidelijk herkenbare leerlijn topografie en besteedt ruime en gestructureerde aandacht aan kaartvaardigheid. Geschiedenis Voor het vakgebied geschiedenis maken we gebruik van de methode ‘Speurtocht’. Speurtocht besteedt veel aandacht aan taal en taalgebruik en heeft een consistente lijn voor het leren van begrippen, speciale aandacht voor schooltaalwoorden, aanwijzingen voor lezen, luisteren, schrijven en samenwerkend leren. De indeling van de geschiedenis in tien tijdvakken is geënt op de Europese geschiedenis. Natuuronderwijs Voor dit vakgebied maken we gebruik van een kopieermap Hierin komen zowel onderwerpen betreffende de natuur als wel onderwerpen betreffende biologie, leefomgeving, hygiëne en techniek aan de orde. Het aanbod van de N.O.T.(Nederlandse Onderwijs Televisie) wordt hierin ook verwerkt. Dit geldt overigens ook voor aardrijkskunde en geschiedenis. Burgerschapskunde Burgerschap is sinds een aantal jaren een nieuw verplicht vak op de basisschool. Kernpunt bij dit vakgebied is kinderen duidelijk maken hoe onze veranderende maatschappij er uitziet en welke rol wij daarin zelf vervullen. Bij burgerschapskunde staan de volgende kernbegrippen centraal: - democratie - actieve participatie aan de maatschappij - identiteit Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 11 Burgerschapskunde wordt op onze school niet als apart vak gegeven. De aspecten die op dit vak betrekking hebben komen met name bij ons godsdienstonderwijs en de wereld oriënterende vakken aan de orde. Verkeer Voor het vak verkeer maken wij gebruik van het materiaal van Veilig Verkeer Nederland. Er wordt thematisch ingegaan op de diverse onderdelen van het verkeer en de wereld daar omheen. Groep 7 sluit de verkeerslessen af door deelname aan het verkeersexamen. Dit examen bestaat uit een praktisch en een theoretisch gedeelte. In groep 8 wordt er thematisch aandacht besteed aan verkeersgedrag. Bewegingsonderwijs Voor een kleuter is beweging een belangrijke ontwikkelingsmogelijkheid. Er wordt dan ook veel tijd aan spelen, kleutergym, buitenspelen en spelletjes besteed. Vanaf groep 3 gaan de kinderen 2 keer per week naar de gymzaal. De ene keer krijgen ze daar een toestel-les, de andere keer een spelles. Tijdens deze lessen observeren de leerkrachten niet alleen de vaardigheid van het kind, maar ook de inzet en de sportiviteit van het kind. Er wordt gegymd in een broekje, shirt (of gympakje) en gymschoenen. Kunstzinnige vorming Bij de diverse creatieve vakken als tekenen, handvaardigheid en dramatische expressie gaat het op onze school niet alleen om het technische aspect, maar ook om het durven uiten van je beleving. Kunstzinnige vorming kan bijdragen aan het leren uiten van je gevoelens. Tijdens de lessen observeren de leerkrachten niet alleen het gebruik van het materiaal of de toegepaste techniek, maar ook de inzet en het oplossend (creatief) vermogen. Tekenen / Handvaardigheid Voor tekenen en handvaardigheid maken we gebruik van de methode “Moet je doen”. Ook zijn er door het hele schooljaar heen 'creatieve middagen'. Op deze middagen proberen we speciale technieken of materialen te gebruiken die in kleine groepjes kunnen worden uitgevoerd. Voor deze middagen doen we dit schooljaar graag een beroep op de hulp van ouders. Muziek Zelf zingen, muziek maken, bewegen op muziek of naar muziek luisteren is belangrijk. Via de methode “Moet je doen” geven wij daaraan invulling. In de groep proberen we kinderen duidelijk te maken dat muziek een manier is om jezelf te uiten en te ontwikkelen. Ieder op zijn / haar eigen wijze en niveau. Sociaal emotionele ontwikkeling / Dramatische expressie Wij werken met de methode “Leefstijl”. Leefstijl wil bevorderen dat kinderen en jongeren zich ontwikkelen tot sociaal vaardige, betrokken en zelfstandige volwassenen. Het programma van Leefstijl kent zes thema's. Thema 1: Thema 2: Thema 3: Thema 4: Thema 5: Thema 6: De groep dat zijn wij! (over sfeer in de groep) Praten en luisteren (over communicatie) Ken je dat gevoel (over gevoelens) Ik vertrouw op mij (over zelfvertrouwen) Iedereen anders, allemaal gelijk (over diversiteit) Lekker gezond (over gezondheidsvaardigheden) Op welke wijze met het thema wordt omgegaan, is afhankelijk van de leeftijd van de kinderen. Naarmate de groep ouder is, wordt het thema meer uitgediept. Gebruik van computers Op de Ds. Joh. van de Wendeschool worden in alle groepen computers gebruikt. Voor alle vakken, vallend binnen de basisvaardigheden, is voor de desbetreffende groepen software in gebruik. Naast het gebruik van de computer bij activiteiten die betrekking hebben op de basisstof, gebruiken de kinderen de computer ook tijdens het ‘zelfstandig werken’. De computer heeft een onderwijsondersteunende functie in de groepen. Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 12 3.6 Urenverdeling per vak- en vormingsgebied In de onderstaande urentabel ziet u hoeveel uur per week er in iedere groep wordt besteed aan het betreffende vak- en / of vormingsgebied. Vak - / uren vormingsgebied groep 1-2 Zintuiglijke- en lichamelijke oefening Zintuiglijke oefening 8.00 Lichamelijke 5.00 oefening Nederlandse taal Taal / spelling Taalontwikkeling 4.30 Taal / lezen Taal / schrijven Bevordering taalgebruik Rekenen & Wiskunde Engelse taal Kennisgebieden Aardrijkskunde Geschiedenis Natuur Wereldoriëntatie 0.30 Sociale redzaamheid / verkeer Expressievakken Tekenen Muziek 0.30 Handvaardigheid Godsdienst 2.00 Pauze 1.15 Totaal: 21.45 uren groep 3 uren groep 4 uren groep 5 uren groep 6 uren groep 7 uren groep 8 2.00 2.00 2.00 2.00 2.00 2.00 3.00 3.00 3.00 2.15 3.00 3.00 3.00 2.15 1.15 3.00 3.00 3.00 0.45 1.15 3.00 3.00 3.00 0.45 1.15 3.00 3.00 3.00 0.45 1.15 3.00 3.00 3.00 0.45 1.15 5.00 5.00 5.00 5.00 5.00 5.00 0.30 0.30 1.00 1.00 0.30 1.00 1.00 0.30 0.45 0.45 0.30 0.45 0.45 0.30 0.15 0.30 1.00 0.30 0.30 0.30 0.30 0.30 0.30 0.30 0.30 2.00 1.15 23.45 0.30 0.30 0.30 2.00 1.15 25.45 0.30 0.30 0.30 2.00 1.15 25.45 0.30 0.30 0.30 2.00 1.15 25.45 0.30 0.30 0.30 2.00 1.15 25.45 0.30 0.30 0.30 2.00 1.15 25.45 3.7 Buitenschoolse activiteiten voor de kinderen Een jaarlijks terugkerende gebeurtenis is de sport- en speldag voor groep 7 en 8, waarbij alle kinderen spel en / of sport gaan beoefenen. Ook doen we als school mee aan diverse sporttoernooien. Deze toernooien worden in IJsselmuiden en omgeving georganiseerd. Het aanbod verschilt van jaar tot jaar. De groepen 1 t/m 6 gaan op schoolreisje. Groep 7 en 8 gaan jaarlijks 5 dagen op schoolkamp. Zowel het schoolreisje als het schoolkamp worden door de ouders bekostigd. Daarnaast worden er diverse uitstapjes / excursies georganiseerd in het kader van een bepaald vak of project. Deze wisselen per schooljaar en per groep. 3.8 Voorzieningen in het schoolgebouw Onze school heeft 4 leslokalen en een overblijflokaal. In de open ruimte van de school vinden diverse groepsactiviteiten plaats. Deze ruimte wordt ook gebruikt als extra studieplek, waar kinderen in alle rust een Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 13 4 De zorg op de Ds. Joh. van de Wendeschool 4.1 Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen Op onze school wordt de ontwikkeling van ieder kind, via observaties en toetsen, vanaf groep 1 gevolgd. Binnen onze school hanteren we een aantal methodes aan de hand waarvan we nagaan of een kind de aangeboden lesstof ook inderdaad beheerst. Vaak heeft dit betrekking op een korte periode (3 tot 8 weken) waardoor er bij uitval direct gereageerd kan worden. Daarnaast hanteren we voor de ‘basisvaardigheden’ een zogenaamd 'Leerling Volg Systeem' (L.O.V.S.). Dit systeem heeft tot doel het op methode onafhankelijke wijze toetsen van de leerresultaten over een langere periode (5 tot 6 maanden). Hierdoor: kunnen we zien hoe een kind zich in de afgelopen periode heeft ontwikkeld; proberen we de gesignaleerde problemen aan te pakken door middel van extra hulp; is een objectieve inschatting mogelijk van de leerprestaties van ieder kind, aangezien de toetsen landelijk genormeerd zijn; krijgen we inzicht in de ontwikkeling van de (sociale) competenties van kinderen. Concreet komt dat op het volgende neer: dagelijks wordt het werk van de kinderen door de leerkracht geobserveerd, gecorrigeerd en geregistreerd. N.a.v. de werkresultaten kan de leerkracht gerichte leerlingbegeleiding geven; de resultaten van de methode gebonden toetsen worden in de registratiemap van de leerkracht genoteerd; de resultaten van de verschillende vak-toetsen worden naast elkaar gelegd om een goed beeld van de leerling te krijgen; gedurende de kleuterperiode worden de kleuters regelmatig gescreend op hun ontwikkeling en vorderingen. Daarnaast worden medio groep 2 de voorwaarden ‘getoetst’ voor de doorgang naar groep 3; 3 keer per jaar is er voor de groepen 3 t/m 8 een toets-periode. Via methode onafhankelijke toetsen (CITO) en interne signaleringslijsten wordt de individuele ontwikkeling t.a.v. de basisvaardigheden getoetst; in groep 8 wordt het Drempelonderzoek afgenomen. Dit als een bevestiging van en een aanvulling op de al bestaande L.O.V.S.-toetsen. Daarnaast wordt de toets gebruikt om ons eigen onderwijs te analyseren. Het uiteindelijke voortgezet onderwijs advies is dus niet alleen afhankelijk van het behaalde resultaat op deze eindtoets. Op deze wijze hopen we ieder kind de zorg te bieden die het nodig heeft. 4.2 Rapportage U, als ouder(s), bent in de eerste plaats verantwoordelijk voor de opvoeding van uw kind(-eren). Voor een langere periode geeft u een deel van die verantwoordelijkheid aan onze school en haar leerkrachten. Ook heeft u er recht op te weten, hoe onze school omgaat met uw kind(-eren). Voor dit alles is een goed contact nodig tussen school en thuis. Om dit contact tot stand te brengen, te houden en uit te breiden, gaan we er vanuit dat het hier een wederzijdse verantwoordelijkheid betreft. Wanneer de leerkracht iets aan uw kind merkt dat niet in het ‘beeld’ van uw kind past, zal hij / zij u daarover informeren. Wij gaan er vanuit dat dit ook omgekeerd geldt. Wanneer u een langere tijd iets merkt aan uw kind dat anders is dan u gewend bent, horen wij dat graag van u. Dan kunnen we hier rekening mee houden. Wanneer u andere vragen heeft over het reilen en zeilen binnen de school, dan zijn wij ten alle tijde bereid om hierover met u in gesprek te gaan. Daarnaast wordt u als ouder 4 keer per jaar op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen en vorderingen van uw kind(-eren). Dit doen we middels ’15 - minutengesprekken’. Twee van deze gesprekken zijn gekoppeld aan het rapport van uw kind. Twee keer per jaar krijgen de leerlingen een rapport mee. Middels een antwoordstrook, die u voorafgaand aan de gesprekken hebt ingevuld, wordt u op de hoogte gesteld van de dag en het tijdstip waarop u wordt verwacht. De gesprekken die niet zijn gekoppeld aan het rapport hebben een “verplicht” karakter. Wij proberen daarbij zoveel mogelijk rekening te houden met meerdere kinderen uit een gezin. Data van spreekavonden en de uitreiking van de rapporten vindt u in de jaarplanning, die als bijlage in deze schoolgids is opgenomen. Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 14 4.3 Speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften Ondanks de extra zorg die wij als school kunnen en willen geven, zijn er altijd kinderen die specifieke zorg nodig hebben. Wanneer kinderen bepaalde leer- en / of gedragsproblemen hebben, willen we samen met de ouders zoeken naar de juiste opvang voor het kind. Wanneer een leerling regelmatig onvoldoende scoort tijdens toets momenten, dan wordt hij / zij in eerste instantie besproken met de intern begeleider. In dit gesprek wordt er bekeken hoe de zorg-leerling binnen de groep extra begeleid kan worden. Daarnaast worden de toets resultaten besproken in een signaleringsvergadering. Wanneer er voor het een kind een hulpplan wordt opgesteld, worden de ouders hierover in kennis gesteld. Dit gebeurt zowel schriftelijk, als door middel van een gesprek. Na iedere toetsweek vindt er een signaleringsbespreking plaats. In deze bespreking staat de zorg in iedere individuele groep centraal. Na de signaleringsbespreking worden er nieuwe hulpplannen opgesteld. Dit gebeurt in overleg met de intern begeleider. Wanneer we als school zelf niet meer de specifieke zorg kunnen bieden, kan voor nader onderzoek de hulp ingeroepen worden van: Orthopedagoog via expertisecentrum Trimaran de school voor Speciaal Basisonderwijs (S.B.O.); de GGD (schoolarts); het 12min netwerk (onderdeel van Bureau Jeugdzorg); een andere externe hulpverleningsinstelling. De ouders worden van afspraken omtrent de externe hulpvraag / - onderzoek op de hoogte gebracht door de leerkracht of de intern begeleider. Voor een onderzoek is toestemming van de ouders nodig. Wanneer dit aan de orde is, zal de intern begeleider / de leerkracht u daar om vragen. U verleent daartoe schriftelijk toestemming via een toestemmingsformulier. Groepsplan In een groepsplan worden de ontwikkelpunten van de leerlingen beschreven en de extra hulp die geboden wordt. Soms nemen we, voor het maken van een groepsplan, nog een extra toets af. Hieruit kan komen, dat er op een bepaald gebied misschien nog wat extra leerstof aangeboden moet worden, om het probleem goed op te kunnen lossen. Het kan ook zijn dat de intern begeleider nog een onderzoek doet om goed te kunnen bepalen waar het ontwikkelpunt zit. De uitkomst van dit onderzoek kan bepalend zijn op welke wijze het groepsplan wordt opgezet. Tijdens het zelfstandig werken wordt het groepsplan door de leerkracht in de klas uitgevoerd. In de volgende leerling bespreking wordt het groepsplan geëvalueerd en wordt er gekeken naar de resultaten van de extra hulp. Zo nodig vindt er bijstelling van het groepsplan plaats. Tweede leerweg Als het kind op een bepaald vakgebied uitvalt, kan in overleg met ouders besloten worden tot plaatsing in een tweede leerweg. Plaatsing in een tweede leerweg betekent in de praktijk, dat het kind aangepaste leerstof krijgt aangeboden. Doubleren Er bestaat ook de mogelijkheid, dat besloten wordt het kind het schooljaar over te laten doen. Ook hierbij volgt de school de afgesproken procedure. Als we overgaan tot deze stap, gebeurt dit hoofdzakelijk in de groepen 1 t/m 5. Zittenblijven heeft alleen zin, als het kind onvoldoende aansluiting heeft bij het niveau van de volgende groep of als het sociaal-emotioneel nog niet toe is aan de volgende groep en wij er van overtuigd zijn dat dit over een jaar wel het geval is. Indien het kind de klas overdoet, wil dat niet zeggen, dat het alles moet overdoen. We willen verder gaan op het niveau, waar het kind gebleven is. Als er wordt besloten om het kind het schooljaar over te laten doen, dan worden de ouders hierover op tijd geïnformeerd. Hoewel wij over het doubleren uitgebreid willen communiceren met de ouders, behoudt de school in de uiteindelijke beslissing het laatste woord. Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 15 Meer- & hoogbegaafdheid Kinderen die ‘meer begaafd’ zijn hebben ook speciale zorg nodig. Ook dat zijn ‘zorgkinderen’ op de Ds. Joh. van de Wendeschool. Binnen de groep / school zijn daar de volgende mogelijkheden voor: extra opdrachten op diverse vakgebieden die verbredend of verdiepend zijn; extra opdrachten over onderwerpen en thema’s die de leerling interesseren; extra begeleiding bij moeilijke opdrachten via beredeneerde programma’s; onderzocht worden door de intern begeleider van de school en komen tot een aangepast programma voor de leerling; in overleg met ouders, leerkracht, intern begeleider en directie kan er worden besloten dat de leerling een groep ‘over slaat’, maar de voorkeur van de school ligt in eerste instantie in de ‘verbreding’ van het aanbod. Hoe de zorg is geregeld in ons samenwerkingsverband, kunt u lezen in het ‘zorgplan’ dat op school aanwezig is. Hieronder geven we de belangrijkste zaken weer. 4.3.1 Passend Onderwijs U heeft vast wel eens gehoord van termen zoals WSNS, intern begeleider, rugzakleerling en dergelijke meer. Ze hebben allemaal te maken met de gezamenlijke inspanning van basisscholen en speciale basisscholen om de juiste ondersteuning te bieden aan kinderen. De afgelopen jaren is er dankzij die samenwerking veel bereikt en zijn er voor heel veel kinderen nieuwe mogelijkheden gecreëerd. Extra aandacht en ondersteuning in de groep als het nodig is, maar ook juiste actie bij leerachterstanden in de vorm van extra hulpmiddelen of extra begeleiding. Tot 1 augustus 2014 werd deze extra ondersteuning betaald vanuit de leerlinggebonden financiering, beter bekend als het rugzakje. In dit systeem was het ‘alles of niets’. Voor leerlingen met een rugzakje kregen scholen een vast bedrag, zonder dat hierbij gekeken werd naar wat er daadwerkelijk nodig is. Voor leerlingen zonder rugzakje, voor wie toch ondersteuning nodig was, kregen scholen een basisbedrag voor lichte ondersteuning. Vanaf 1 augustus 2014 is dit systeem veranderd. Er wordt voor ieder kind dat ondersteuning nodig heeft een arrangement op maat gemaakt. Daarbij wordt uitgegaan van wat het kind nodig heeft. De financiering voor de ondersteuning is binnen passend onderwijs flexibeler en breder inzetbaar. Om de regelgeving verder te vereenvoudigen en om meer onderwijspartners te betrekken, is besloten om per 1 augustus 2014 de voormalige WSNS verbanden op te heffen en te vervangen door grotere samenwerkingsverbanden voor Passend Onderwijs. Basisscholen en speciale basisscholen blijven samenwerken, maar voortaan worden óók de scholen voor speciaal onderwijs aan de samenwerking toegevoegd. Wat er vooral verandert, is dat ondersteuning in het onderwijs aan leerlingen flexibeler zal worden georganiseerd én beter zal worden afgestemd op de jeugdzorg. School en ouders kijken samen naar wat het kind nodig heeft en de juiste expertise wordt snel en effectief ingezet. Dat maakt het voor scholen nog beter mogelijk om ondersteuning te bieden voor alle kinderen die dit nodig hebben. 4.3.2 Zorgplicht Een andere verandering is dat scholen een zorgplicht krijgen. Dat betekent dat schoolbesturen voor elk kind een passende onderwijsplek moeten bieden: op de school waar u uw kind aanmeldt, eventueel met extra ondersteuning, of op een andere school in het regulier of speciaal onderwijs binnen het Samenwerkingsverband Kampen. Zorgplicht wil dus niet zeggen dat scholen verplicht alle leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte moeten opvangen. Als het schoolbestuur zelf niet kan voldoen aan de ondersteuningsbehoefte van een kind, dan zorgt het schoolbestuur voor een passende plek bij een van de samenwerkingspartners. Het speciaal (basis) onderwijs blijft bestaan. De extra ondersteuning die door een school geboden kan worden, is opgenomen in het Schoolondersteuningsprofiel (S.O.P). De zorgplicht ligt bij het bevoegd gezag van de school. Om de zorgplicht waar te kunnen maken, moeten scholen met elkaar samenwerken. Dat vraagt erom dat iedere school een goede samenwerkingsrelatie heeft met andere scholen, ook die voor speciaal onderwijs, om gezamenlijk het passende onderwijsaanbod te kunnen doen. Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 16 De kwaliteit van het onderwijs in de klas is een voorwaarde om deze omslag naar passend onderwijs waar te maken. Goed onderwijs betekent namelijk dat leerkrachten en het team maatwerk en onderwijsondersteuning voor leerlingen kunnen bieden. 4.3.3 Schoolondersteuningsprofiel (S.O.P.) Onze school heeft een school ondersteuningsprofiel opgesteld. Dit is een wettelijk voorschrift bij de invoering van passend onderwijs. Een school ondersteuningsprofiel biedt informatie over de kwaliteit van de basisondersteuning en over wat onze school verder aan ondersteuning biedt. Het legt vast waar onze school voor staat. De school ondersteuningsprofielen van alle scholen van ons samenwerkingsverband tezamen vormen de basis van het aantonen van een dekkend aanbod van ondersteuningsvoorzieningen in de regio. Op die manier is er voor alle kinderen een plek om onderwijs en ondersteuning te krijgen dat zij nodig hebben. Samengevat zijn wij als school tevreden over de basisondersteuning en extra ondersteuning die wij bieden aan onze leerlingen. Vanzelfsprekend kan het altijd beter en zien wij nog voldoende verbeterpunten. In dat kader stel de school jaarlijks een Onderwijskundig Jaarplan op en wordt tevens een Professionaliseringsplan opgesteld. Wij zijn tevreden over de expertises binnen ons eigen team en willen dit de komende jaren verder versterken. Op deze wijze kunnen we ook in de komende jaren onderwijs bieden van hoogstaande kwaliteit. 4.4 Schoolverlaters Als een leerling, om welke reden dan ook, naar een andere school gaat, gaat er altijd een onderwijskundig rapport mee. De procedure bij overgang naar een andere school (ook naar het voortgezet onderwijs) is als volgt: ouders melden zich bij de gewenste school voor een oriënterend gesprek. de leiding van de gewenste school neemt contact op met de directeur van de te verlaten school teneinde de inschrijving te verifiëren. de directeur van de gewenste school nodigt de ouders uit voor een inschrijfgesprek of deelt mede dat het kind niet wordt ingeschreven (het bijzonder onderwijs mag kinderen weigeren). om een ononderbroken ontwikkelingsproces te bevorderen is de te verlaten school verplicht aan de gewenste school een onderwijskundig rapport over het kind te overhandigen waarin, naast de personalia, wordt vermeld met welke methodes het kind heeft gewerkt, welke resultaten het heeft behaald (incl. toets- en onderzoeksresultaten) en / of het kind belemmeringen ondervindt in zijn / haar ontwikkeling en wat daar aan is gedaan. het onderwijskundig rapport wordt opgesteld door de leerkracht onder verantwoordelijkheid van de directeur. de ouders hebben recht op inzage van het rapport, maar niet op het aanbrengen van wijzigingen daarin. Zij ontvangen een kopie en het origineel wordt aan de directeur van de gewenste school gestuurd. bij de overgang van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs wordt er alleen een onderwijskundig rapport meegegeven als het gaat om zgn. PRO of LWOO leerlingen (Praktijkonderwijs of Leer Weg Ondersteunend Onderwijs). na de daadwerkelijke overplaatsing is de directeur van de ‘nieuwe’ school verplicht een ‘bericht van inschrijving’ te zenden aan de directeur van de ‘oude’ school. Hiermee wordt de inschrijving formeel gemaakt. 4.5 De overgang naar het Voortgezet Onderwijs Tijdens de ‘groepsinformatieavond’ zal er aan de ouders van de kinderen van groep 8 informatie gegeven worden over het voortgezet onderwijs. Tijdens deze avond wordt er naast het voortgezet onderwijs ook aandacht besteed aan het Drempelonderzoek (schooleindonderzoek) en de manier waarop de verdere inschrijving plaats zal vinden. Door middel van het Kwakertje worden de ouders op de hoogte gehouden van de diverse voorlichtingsavonden en ‘open’ dagen van de verschillende voortgezet onderwijsscholen in de regio. Wij adviseren de ouders en kinderen om deze te bezoeken. Wanneer de uitslag van het Drempelonderzoek bekend is, vindt er een schoolkeuzegesprek plaats tussen de ouders, de leerling en de leerkracht. Het advies van de leerkracht wordt o.a. gebaseerd op de toets gegevens van groep 7 en 8, maar ook op de werkhouding, de mate van zelfstandigheid, het probleemoplossend vermogen en de motivatie van de leerling. Bovendien worden er gesprekken gevoerd met de directie en vorige leerkrachten om tot een goed beeld te komen voor het geven van een juist advies. Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 17 Wanneer de ouders een keus hebben gemaakt voor een vervolgschool, ontvangen zij van de leerkracht een inschrijvingsformulier. Via dit inschrijvingsformulier melden de ouders zich aan op de school van hun keuze. Na de aanmelding vindt er een gesprek plaats tussen de leerkracht en de brugklascoördinator van het Voortgezet Onderwijs. Dit om de overgang van de basisschool naar het Voortgezet onderwijs zo soepel mogelijk te laten verlopen. Voor kinderen die het Praktijkonderwijs of het Leer Weg Ondersteunend Onderwijs (LWOO) gaan bezoeken geldt een andere procedure. Eind groep 7 worden desbetreffende ouders op de hoogte gesteld van een mogelijk traject voor hun kind. De procedure wordt met de desbetreffende ouders verder besproken in het begin van groep 8. Vanuit het Ministerie van Onderwijs is onlangs aangegeven, dat het Schooleindonderzoek pas in de maand mei kan worden afgenomen. Aangezien de leerlingen met ingang van april bij het Voortgezet Onderwijs dienen te worden aangemeld, zal in 1e instantie het advies van de basisschool op basis van het Leerlingvolgsysteem leidend zijn voor plaatsing. Met het Voortgezet Onderwijs zal nog overlegd worden welke plaats het Schooleindonderzoek gaat krijgen in de toelatingsprocedure. De uiteindelijke beslissing voor toelating ligt bij de ontvangende school, dus bij het voortgezet onderwijs. De leerkracht neemt contact met u op om samen met u de schoolkeuze te bespreken. 4.6 Meldcode huiselijk geweld en Verwijsindex Meldcode huiselijk geweld Vanaf januari 2013 is elke school verplicht gebruik te maken van een meldcode huiselijk geweld en/of kindermishandeling. Binnen IRIS is een stappenplan gemaakt dat aangeeft hoe te handelen bij vermoedens van huiselijk geweld of kindermishandeling. In het kort ziet dit plan er als volgt uit: 1. in kaart brengen van signalen 2. overleggen met deskundigen 3. gesprek met de ouders 4. inschatting maken van risico’s 5. beslissing nemen over melden of hulp organiseren Dit stappenplan helpt scholen om op een goede manier om te gaan met deze problematiek. De minister wil met het verplicht stellen van de meldcode bereiken dat eerder hulp geboden wordt aan kinderen die slachtoffer zijn (of dreigen te worden) van huiselijk geweld en/of kindermishandeling. Verwijsindex, wat is dat? Een kind met een probleem moet snel en goed worden geholpen. Om die hulp te kunnen bieden, is het nodig dat leerkrachten en (jeugd)hulpverleners elkaar informeren en met elkaar samenwerken. Daarvoor maken zij vanaf komend schooljaar in Kampen gebruik van de Verwijsindex: een beveiligd computerprogramma. In de Verwijsindex staan namen van kinderen en jongeren in de leeftijd van 0 – 23 jaar. Hoe werkt de Verwijsindex? Als een leerkracht of hulpverlener zich zorgen maakt over uw kind, bespreekt hij/zij dit eerst met u als ouder / verzorger. Maar het kan natuurlijk dat de zorgen blijven bestaan. In dat geval zet de leerkracht of hulpverlener de naam van uw kind in de Verwijsindex. Is dit de 1e melding van uw kind in de Verwijsindex, dan gebeurt er niets. Als uw kind ook al door een of meer anderen is gemeld, dan is er sprake van een match en krijgen alle melders bericht. Samen spreken zij vervolgens af hoe zij uw kind kunnen helpen. Dit gebeurt in overleg met u als ouder/verzorger. Om welke redenen komt een kind in de Verwijsindex te staan? Dat kan om allerlei redenen zijn. Bij jonge kinderen bijvoorbeeld als er vermoedens zijn van achterstand in ontwikkeling, verwaarlozing of als een kind sterk afwijkend gedrag vertoont. Bij oudere kinderen kan het bijvoorbeeld gaan om spijbelen, drugsgebruik, agressie of in aanraking komen met politie. Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 18 Wanneer wordt een naam verwijderd uit de verwijsindex? De naam van uw kind wordt verwijderd als er binnen een jaar na de 1e melding geen 2e melding is geweest. Bij twee of meer meldingen blijft de naam van uw kind maximaal 2 jaar na de laatste melding in de verwijsindex staan. Op de verwijsindex is de Wet Bescherming Privacy van toepassing. 5 Schoolarts en logopedie Totdat een kind vier jaar wordt, valt het onder de zorg van een consultatiebureau. Zodra een kind naar de basisschool gaat, wordt de zorg overgenomen door de schoolarts, de schoolverpleegkundige en de logopedist. Er vinden regelmatig onderzoeken plaats. Afhankelijk van de lichamelijke en psychosociale ontwikkeling krijgen bepaalde aspecten tijdens deze onderzoeken extra aandacht. Hierbij valt te denken aan de motorische, emotionele en spraak ontwikkeling in groep 1 en 2. De onderzoeken vinden op school plaats. U wordt altijd vooraf geïnformeerd over een onderzoek. Daarnaast zijn arts, verpleegkundige en logopedist beschikbaar voor extra onderzoeken en adviezen aan ouders en / of leerlingen. 5.1 De schoolarts Periodiek onderzoek door de schoolarts (jeugdarts) van de GGD Regio IJssel-Vecht vindt plaats in de volgende groepen: groep 2 (oudste kleuters) en groep 6 of 7. Preventief Gezondheidsonderzoek groep 2 Dit is een onderzoek uitgevoerd door de schoolarts en assistente van de GGD. De duur van het onderzoek is 2 x 20 minuten. Met behulp van een vragenlijst die u thuis zelf invult, inventariseert men welke ziekten en ongevallen het kind heeft gehad en of er gezondheidsklachten zijn. Daarnaast zijn er vragen over hoe het kind bv. op school functioneert. Er wordt ook nagegaan of het kind voldoende is gevaccineerd. Bij lichamelijk onderzoek hoort de lengte, het gewicht, het gezichtsvermogen en een onderzoek van o.a. oren, mond, hart en longen, houding, benen en de motoriek. Verder wordt er nog gelet op gedrag, emotionele ontwikkeling en spraak. Desbetreffende leerlingen worden hiervoor samen met hun ouders / verzorgers uitgenodigd door de GGD. Preventief Verpleegkundig Gezondheidsonderzoek groep 6 of 7 In groep 7 wordt eveneens een preventief gezondheidsonderzoek afgenomen. Dit onderzoek wordt door de jeugdverpleegkundige afgenomen. Ook sociale aspecten worden hierin meegenomen. Leerlingen uit groep 6 of 7 worden hiervoor samen met hun ouders / verzorgers uitgenodigd door de GGD. Vaccinaties Naast het PGO-2 en PGO-7, worden alle 9-jarigen gevaccineerd voor DTP en BMR. U als ouders / verzorgers ontvangt hiervoor thuis een oproep. Mocht u vragen hebben over de groei en / of de ontwikkeling van uw kind, of wilt u uw kind laten onderzoeken buiten de gewone onderzoeken om, dan kunt u contact opnemen met de GGD Regio IJssel – Vecht. Zij zijn telefonisch bereikbaar op het nummer 038-4281500. 5.2 Logopedie op school Op de Ds. Joh. van de Wendeschool komt een logopedist. Een logopedist houdt zich bezig met aspecten die nodig zijn voor een goede communicatie: taal, spraak, stem, mondgedrag en gehoor. In het dagelijks leven is communicatie immers onmisbaar. Een goede taal- en spraakontwikkeling is ook een belangrijke basis voor het leerproces. Soms verloopt de taal- en / of spraakontwikkeling niet vanzelf. De volgende logopedische problemen kunnen o.a. voorkomen bij kinderen in de basisschoolleeftijd: vertraging in de taalontwikkeling (slechte zinsbouw, onvoldoende taalbegrip, kleine woordenschat); het niet of verkeerd uitspreken van klanken (spraakproblemen); moeite met het nauwkeurig luisteren naar klanken, woorden en zinnen; stotteren; broddelen; stemproblemen; mond ademen, duim- en speen zuigen. Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 19 In het nieuwe schooljaar zal de logopedische screening nog beperkt plaatsvinden aangezien de Gemeente Kampen per januari 2014 deze dienstverlening volledig heeft wegbezuinigd. Na de zomervakantie worden er nog kinderen op indicatie gezien en eventueel voor controle opgeroepen. Per 1 januari 2014 houdt de dienstverlening zoals die er was, definitief op. Het aanspreekpunt vanuit de Jeugd Gezondheidzorg is mevrouw Thea van Schaik. Tel: 038 – 4281428. Als ouders of leerkrachten twijfelen over de taal of de spraak van een kind dan kunnen zij de logopedist vragen om het kind te onderzoeken. Dit geldt voor alle kinderen van de basisschool, van groep 1 t/m 8. U hoeft de screening dus niet af te wachten. Tevens blijft de op de Wendeschool de moglijkheid bestaan om logopedie op school te ontvangen. Hierover staat verderop in deze schoolgids meer informatie. Als uit de screening of het onderzoek blijkt dat er iets aan de hand is, overlegt de logopedist met ouders en leerkrachten. Gezamenlijk wordt besloten wat er verder gaat gebeuren. De mogelijkheden zijn: controle op korte of lange termijn, adviezen voor ouders en leerkracht, kortdurende begeleiding door de logopedist op school, verwijzing naar een vrijgevestigde logopedist. Waarom logopedie op de Ds. Joh. Van de Wendeschool? Wanneer u logopedische ondersteuning voor uw kind wilt ontvangen, kan deze ondersteuning op school plaatsvinden. Dit kan betekenen dat u vragen heeft over uw kind of wilt dat uw kind logopedisch onderzocht wordt. Eventuele logopedische behandelingen hoeven niet meer plaats te vinden in de praktijk, maar kunnen ook op school (in een aparte behandelruimte net als in de praktijk) plaatsvinden. Dit kan onder schooltijd, maar ook na schooltijd. In overleg met u en school zoeken we de best passende oplossing voor uw kind. Wat kunnen wij voor uw kind betekenen? Uw kind maakt elke dag nieuwe gebeurtenissen mee. Hij leert steeds beter om hierover met u te communiceren. Hij leert spreken, begrijpen, vertellen en luisteren. Daarnaast leert uw kind nog andere vaardigheden, zoals eten, drinken en lezen. Allemaal belangrijke onderdelen van de totale ontwikkeling van uw kind. De logopedisten kunnen u en uw kind ondersteunen bij bovengenoemde onderwerpen. Waarom logopedie op school? Wanneer uw kind naar de logopedist gaat, vinden wij het belangrijk dat hij/zij zich prettig voelt. De school waar hij/zij vijf dagen in de week naartoe gaat is een vertrouwde en prettige omgeving. Wanneer uw kind logopedie krijgt onder of na schooltijd, kan het tijdstip afgestemd worden met u en de leerkracht. Ook is er geen reistijd naar de praktijk, waardoor er nog meer op school gemist wordt. Als uw kind op deze manier zo min mogelijk mist van de lessen, kan hij/zij op de vrije middagen ook lekker spelen. Natuurlijk kunt u ook naar onze hoofdlocaties in Genemuiden en Zwolle (Stadshagen) komen. Dit kan uw kind ook meer rust geven, omdat hij niet uit de klas gehaald wordt. U kunt zelf het beste inschatten wat past bij uw kind. Doordat de logopedisten op school aanwezig zijn, is het contact met de leerkrachten en intern begeleiders optimaal. Hierdoor zullen de resultaten van de logopedische zorg versterkt worden en goed toegepast kunnen worden in dagelijkse situaties. Op school is men dus goed op de hoogte van het behandelplan en zal dit waar mogelijk geïntegreerd worden in de lessen. Om een goede kwaliteit van zorg te garanderen bent u als ouder volledig betrokken bij de zorg voor uw kind en bent u bij minimaal de helft van de behandelingen aanwezig. Als ouder bent u ook verantwoordelijk voor het oefenen/herhalen van wat er in de logopedische behandeling wordt aangeboden. De behandelruimten zijn officiële dependances van de logopediepraktijk en hierdoor altijd toegankelijk voor u, ook tijdens de schoolvakanties. Als uw kind niet naar logopedie kan komen i.v.m. bijvoorbeeld ziekte, een schoolreisje, studiedag, etc, dan bent u als ouders verantwoordelijk voor de afstemming met de logopedist. Logopedie bij kinderen onder de 18 jaar wordt door alle zorgverzekeraars vergoed uit het basispakket. Hoe kunt u ons bereiken? Mocht u een vraag hebben over uw kind, logopedie op school, logopedisch inhoudelijk of de groepsbezoeken die in de klassen gaan plaatsvinden, kunt u vrijblijvend contact met ons opnemen. Natuurlijk geldt dit voor uw kinderen van alle leeftijden. U kunt ook een kijkje nemen op de websites van Connect logopedie, de praktijk verbonden aan de school. Linda Elshof – Luikens (Directeur Zorg / (pre)logopedist / Hanen therapeut Connect Logopedie) Tel: 038 - 420 20 10 / Email: [email protected] / Website: www.connectlogopedie.nl Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 20 5.3 Fysiotherapie op school: Vanaf het schooljaar 2013 – 2014 kan Marjon Potkamp - van Halm (kinderfysiotherapeut) op dinsdag, woensdag en vrijdag ben ik werkzaamheden m.b.t. fysiotherapie verrichten op de Wendeschool Zij is werkzaam bij Goedzorg Fysiotherapie in IJsselmuiden. Naast ervaring in werken in de eerstelijns praktijk heeft zij ook ervaring in het werken in het basisonderwijs. Wat kan een kinderfysiotherapeut voor de kinderen op uw school betekenen? De motorische ontwikkeling kan anders verlopen waardoor het kind specifieke begeleiding nodig heeft om de ontwikkeling te stimuleren. Redenen om de deskundigheid van een kinderfysiotherapeut in te roepen kunnen zijn: kinderen met problemen in het motorisch functioneren kinderen met schrijfproblemen kinderen met problemen op orthopedisch of neurologisch gebied kinderen met psychomotorische klachten zoals disfunctionele ademhaling of onbegrepen pijnklachten Aanmelding Vaak zijn het de ouders of de leerkrachten die signaleren dat een kind motorische problemen heeft. Maar ook de huisarts, de consultatiebureauarts, kinderarts en de kinderrevalidatiearts signaleren of een kind in zijn ontwikkeling belemmerd wordt. U kunt ook zonder verwijsbriefje bij de kinderfysiotherapeut terecht. Er is geen wachtlijst. Behandeling op school. Kinderen mogen alleen op school worden behandeld als de ouder(s)/verzorger(s) zelf de kinderfysiotherapeut benaderen met een hulpvraag en waaruit blijkt dat het zinvol is om het kind binnen de specifieke context van het basisonderwijs te behandelen. De intake vindt plaats in de praktijk. Intake, anamnese en onderzoek vinden altijd plaats in aanwezigheid van ouder(s)/ verzorger(s), evenals het afstemmen van het behandelplan en de tussen- en eindevaluaties. Vergoeding Kinderen en jongeren tot 18 jaar krijgen de eerste 9 behandelingen voor kinderfysiotherapie vergoed. Hebben deze behandelingen niet het gewenste resultaat? Dan vergoedt de zorgverzekeraar eventueel meer behandelingen (maximaal 9). Kinderen met een chronische aandoening kunnen alle behandelingen voor kinderfysiotherapie vergoed krijgen. Heeft u een aanvullende zorgverzekering? Dan krijgt u mogelijk meer behandelingen vergoed. Raadpleeg hiervoor de polisvoorwaarden van uw zorgverzekering. Wilt u meer weten? Neem dan contact op met Marjon. GoedZorg Fysiotherapie Laanzicht 5 / 8271 JZ IJsselmuiden Tel: 038-3311350 @: [email protected] of kijk op de website www.fysioijsselmuiden.nl 6 De vervangingsprocedure van leerkrachten 6.1 Vervanging bij ziekte / ADV/ Verlof Voor de vervanging van onze leerkrachten, die om welke reden dan ook afwezig zijn (ziekte / verlof), zijn wij aangewezen op een invallijst van Iris. Zolang deze lijst toereikend is, zullen wij hiervan gebruik maken. Wanneer er geen vervanging mogelijk is, zullen de kinderen verdeeld worden over andere groepen. Als er geen invallers beschikbaar zijn of verdeling niet verantwoord is, wordt de groep, indien mogelijk, opgevangen door een collega die geen groep heeft. Om verdeling over andere groepen zoveel mogelijk te voorkomen kan het zijn dat er intern met personeel geschoven wordt om uiteindelijk toch tot vervanging te kunnen komen. Dit zal afwisselend gebeuren in geval van losse dagen en / of langdurige afwezigheid. Een invalsituatie is natuurlijk nooit ideaal, maar door te zorgen voor invalpersoneel, kan het onderwijs zoveel mogelijk doorgaan en komt de continuïteit van ons onderwijs niet in het gedrang. Naar huis sturen van de leerlingen zal tot het uiterste worden voorkomen. Mocht dit toch aan de orde komen, dan zullen kinderen die thuis niet terecht kunnen op school worden opgevangen. Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 21 Wanneer het van te voren bekend is dat er voor de groep geen oplossing is, zal dit van te voren schriftelijk dan wel telefonisch aan de ouders van desbetreffende kinderen meegedeeld worden. 6.2 Stagiaires op de Ds. Joh. van de Wendeschool Ieder schooljaar biedt onze school aan diverse studenten een stageplaats. Naast het vaste team en eventuele invallers komt u op school dus ook stagiaires tegen van diverse PABO’s en andere onderwijs gerelateerde opleidingsinstituten. Dit zijn o.a. aankomende leerkrachten, die bij ons praktijkervaring opdoen. Daarnaast ziet u ook zogenaamde LIO stagiaires. Deze ‘Leraren In Opleiding’ zullen mogelijk ook dit schooljaar op onze school hun eindstage uitvoeren. Zij zijn in hun eindstage verantwoordelijk voor een eigen groep onder begeleiding van een reeds aan de school benoemde collega. Wij voeren een actief beleid in het aantrekken en opleiden van deze aspirant-collega’s. Ook kunt u stagiaires van o.a. R.O.C. Landstede en Deltion tegenkomen. Dit zijn aankomend onderwijsassistenten die bij ons hun stage lopen. Zij helpen de leerkracht bij organisatorische en praktische zaken, kortom een paar ‘extra’ handen in de klas. De begeleiding en de verantwoordelijkheid blijven te allen tijde bij de groepsleerkracht waarbij de desbetreffende stagiaire is ingedeeld. 6.3 Nascholing. Personeel dat middels een dienstverband aan de school verbonden is, krijgt jaarlijks de mogelijkheid zich bij te scholen. Deze bijscholing wordt o.a. gedaan via Hogeschool Windesheim en diverse andere erkende opleidingscentra. Voor elke individuele leerkracht bestaat ook de mogelijkheid om cursussen te volgen bij andere dan genoemde instanties. Nascholing is, gezien de recente ontwikkelingen in het onderwijs, in onze ogen noodzakelijk. Vandaar dat elke leerkracht verplicht is om zichzelf jaarlijks te scholen. Daarnaast volgen wij als school ook regelmatig cursussen met het gehele team. Hierbij moet u denken aan een teamtraining met betrekking tot bijvoorbeeld zorg of gedrag. Elk onderdeel wordt beschreven in een zogenaamd borgingsdocument. In de loop van de jaren zullen er steeds meer documenten worden vastgesteld door de school. 7 Ouders en de Ds. Joh. van de Wendeschool 7.1 Communicatie naar ouders Een aantal malen per jaar wordt u als ouder op de hoogte gehouden van het reilen en zeilen op school. Middels het Kwakertje houden we u op de hoogte van zaken die de komende maand staan te gebeuren. Daarnaast zal er m.b.t. groeps-gebonden activiteiten worden gecommuniceerd via de site van de school. In de eerste weken van het nieuwe schooljaar ontvangt u een ‘jaarplanning’ van de activiteiten voor het nieuwe schooljaar en een rooster van vakantie- en margedagen waarop de kinderen vrij zijn. Bij veel activiteiten die er op school plaats vinden doen wij een beroep op uw hulp. Om die hulp zo goed mogelijk te kunnen coördineren, ontvangt u aan het begin van het schooljaar een lijst waarop u kunt aangeven bij welke activiteiten u wilt helpen. Dit actief meehelpen is geen verplichting maar wellicht voor u wel een leuke / informele manier om op de hoogte te blijven van wat er in school gaande is. Het wordt door de kinderen en het team zeer gewaardeerd. 7.2 De medezeggenschapsraad Aan elke school is een Medezeggenschapsraad (M.R.) verbonden. Dit inspraakorgaan heeft als doel de verschillende bij de school betrokken partijen (ouder en team) medezeggenschap te geven. In de M.R. wordt meegedacht, meegepraat en meebeslist over verschillende facetten binnen de school, zoals de inzet van formatie en middelen, sollicitatieprocedures en identiteit. Conform de Wet Medezeggenschap heeft de M.R. advies- of instemmingsrecht. Men is samen verantwoordelijk voor een goed functionerende basisschool, waarin ieder tot zijn recht komt. De M.R. bestaat uit evenveel leerkrachten als ouders en functioneert zelfstandig. Het aantal M.R.leden is afhankelijk van de grootte van de school. Een M.R.-lid wordt in principe gekozen voor een zittingstermijn van 3 jaar. Ieder M.R.-lid wordt geacht de grondslag en de doelstellingen van de school te respecteren. De M.R. heeft ook een vertegenwoordiging in de G.M.R. (Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad). De G.M.R. is een overkoepelende Medezeggenschapsraad van het bestuur Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 22 van IRIS. Een bestuur, dat meer dan één school bestuurt, is verplicht om een G.M.R. op te richten. Net als bij de M.R. bestaat een G.M.R. voor de helft uit een personeelsgeleding en voor de andere helft uit een oudergeleding. Beide geledingen worden in principe samengesteld uit vertegenwoordigers van de M.R - en van de bij dat bestuur aangesloten scholen. De M.R. houdt u door middel van het Kwakertje op de hoogte van wat er in de afgelopen periode door de raad is gedaan. Zij heeft tevens een eigen plek op de website van onze school. 7.3 De School Advies Groep Naast de Medezeggenschapsraad heeft de Ds. Joh. van de Wendeschool een actieve groep ouders die het gehele jaar door het team met raad en daad terzijde staat, de School Advies Groep. De SAG is een groep ouders die zorg draagt voor het coördineren en organiseren van diverse activiteiten in de school. U kunt daarbij denken aan het sinterklaasfeest, de vieringen van de christelijke feesten, afsluiting van een schooljaar, schooldag, schoolreis, wandelvierdaagse, excursies, etc. De belangrijkste taak is het meedenken en meewerken in de organisatie van de activiteiten en het proberen zoveel mogelijk andere ouders bij de school te betrekken. Voor het beleidsmatige meedenken heeft de school een medezeggenschapsraad. Om lid van de SAG te kunnen worden, dient men één of meer kinderen op school te hebben. Het is fijn als deze ouders duidelijk te kennen geven in te willen stemmen met de doelstelling en grondslag van de school. In principe zit een ouder vier jaar in de SAG. 7.4 De ouderbijdrage Ook op de Ds. Joh. van de Wendeschool betaalt u jaarlijks een (vrijwillige) ouderbijdrage. De ouderbijdrage is als volgt door het bestuur voor alle IRIS scholen vastgesteld: 1. 2. 3. 4. Voor het eerste kind 18 euro. Voor het tweede kind 17 euro. Voor het derde kind 15 euro. Voor het vierde kind 13 euro. Dit geld wordt gebruikt voor zaken waar de overheid geen gelden beschikbaar voor stelt. U moet daarbij denken aan sinterklaas, kerst, Pasen, sportactiviteiten, bibliotheekboeken, museum- / theaterbezoek, etc. Indien u de ouderbijdrage niet betaalt, kan dit aanleiding geven om uw kind van deze activiteiten uit te sluiten. Door ondertekening van het inschrijfformulier (dit vindt plaats wanneer u uw kind inschrijft) verplicht u zichzelf de ouderbijdrage te betalen. Indien u niet in staat bent om de ouderbijdrage te voldoen, dan kunt u een beroep doen op een betalingsregeling, dan wel een dispensatieregeling. 7.5 Overblijven Voor leerlingen uit alle groepen bestaat de mogelijkheid tot ´overblijven´ op onze school. Met ingang van 1 augustus 2006 is het overblijven en de wijze waarop dat gebeurt een verantwoordelijkheid geworden van de school. Er zijn vaste overblijfouders die samen met de kinderen eten en toezicht houden. Dit gebeurt onder aansturing van de overblijfcoördinator. De overblijfcoördinator heeft de dagelijkse leiding ten aanzien van de organisatie van het overblijven en de gevoerde financiële administratie. Voor een meer gedetailleerde beschrijving van het overblijven en de organisatie daarvan verwijzen we u naar ons overblijfreglement. 7.6 Buitenschoolse Opvang In artikel 45 lid 2 van de Wet op het Primair Onderwijs is bepaald dat “Het bevoegd gezag van een basisschool zorg draagt voor de organisatie van kinderopvang, voor leerlingen, op doordeweekse nietschooldagen, niet zijnde algemeen erkende feestdagen en op schooldagen gedurende de voor- en naschoolse periode, tussen 07.30 uur en 18.30 uur, indien één of meer ouders daarom verzoeken”. IRIS, de Vereniging waar onze school onder valt, heeft aan deze verplichting voldaan door daarvoor een overeenkomst aan te gaan. Hierover is informatie verkrijgbaar bij de directie van de school. Ouders die met een andere instantie een dergelijk contract willen aangaan of via een gastoudergezin opvang willen regelen, zijn daarin geheel vrij. Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 23 7.7 Verzekering Voor alle leerlingen heeft de school een ongevallenverzekering. Deze geldt van een kwartier voor- tot een kwartier na schooltijd. De school heeft een verzekeringspakket afgesloten, bestaande uit een ongevallen- en aansprakelijkheidsverzekering. Op grond van de ongevallenverzekering zijn alle betrokkenen verzekerd bij schoolactiviteiten (leerlingen, personeel, vrijwilligers). De verzekering geeft recht op een (beperkte) uitkering indien een ongeval tot blijvende invaliditeit leidt. Ook zijn de geneeskundige- en tandheelkundige kosten gedeeltelijk mee verzekerd, voor zover de eigen verzekering geen dekking biedt (bijvoorbeeld door eigen risico). Materiële schade (kapotte bril, fiets, e.d.) valt niet onder de dekking. De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school zelf, als zij die voor de school actief zijn (bestuursleden, personeel, vrijwilligers) dekking tegen schadeclaims als gevolg van onrechtmatig handelen. Wij attenderen u in dat verband op twee aspecten, die vaak aanleiding geven tot misverstand. Ten eerste is de school c.q. het schoolbestuur niet (zonder meer) aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooluren en buiten schoolse activiteiten gebeurt. Wanneer dit wel het geval zou zijn, zou alle schade die in schoolverband ontstaat, door de school moeten worden vergoed. Deze opvatting leeft bij veel mensen, maar is gebaseerd op een misverstand. De school heeft pas schadevergoedingsplicht wanneer er sprake is van een verwijtbare fout. De school (of zij die voor de school optreden) moeten dus te kort zijn geschoten in hun rechtsplicht. Het is mogelijk dat er schade wordt geleden, zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid. Bijvoorbeeld tijdens de gymles een bal tegen een bril. Die schade valt niet onder de aansprakelijkheidsverzekering en wordt (dan ook) niet vergoed. Ten tweede is de school niet aansprakelijk voor (schade door) onrechtmatig gedrag van leerlingen. Leerlingen (of als zij jonger zijn dan 14 jaar, hun ouders) zijn primair zelf verantwoordelijk voor hun doen en laten. Een leerling die tijdens de schooluren of tijdens andere door de school georganiseerde activiteiten door onrechtmatig handelen schade veroorzaakt, is daarvoor dus in de eerste plaats zelf (of de ouders) verantwoordelijk voor. Het is dus van belang dat ouders / verzorgers zelf een particuliere aansprakelijkheidsverzekering hebben afgesloten. Denkt u aanspraak op deze verzekering te kunnen maken, neemt u dan contact op met de directie. De directie stelt zich niet aansprakelijk voor beschadiging of vermissing van persoonlijke eigendommen. Voor de wijze waarop de school de veiligheid rond excursies en uitstapjes verzorgt, verwijzen wij u naar het protocol ‘Leerling-vervoer en veiligheid’ zoals dat verenigings-breed is afgesproken. Het protocol ligt bij de directie ter inzage. 7.8 Sponsoring Op onze school wordt er incidenteel gebruikt gemaakt van sponsors bij bv. grote activiteiten zoals een opening, een jubileum van de school, avondvierdaagse, feestavond, etc. Middels een advertentie in de schoolkrant, een vermelding in het Kwakertje of een bescheiden opdruk van de desbetreffende sponsor op een cadeautje, wordt dit zichtbaar gemaakt naar kinderen en ouders toe. Sponsoring voor de school, om daar financiële voordelen uit te halen, komt op onze school niet voor. 8 De resultaten van ons onderwijs Een belangrijk doel van scholen is om kennis over te dragen. De laatste jaren wordt van scholen verwacht dat zij hun resultaten van het onderwijs presenteren, zodat ouders deze met die van andere scholen kunnen vergelijken. Een groot gevaar is dat aan de hand van deze resultaten op cognitief gebied de kwaliteit van de school wordt gemeten. Wij vinden de resultaten zeer belangrijk, maar hechten tevens veel waarde aan een goed pedagogisch klimaat en het aanleren van vaardigheden om kinderen voor te bereiden op hun toekomst. De school hanteert een privacy protocol betreffende leerlinggegevens en het verstrekken daarvan aan derden. Ouders hebben te allen tijde inzage in het dossier van hun kind. Zij kunnen daartoe een afspraak maken met de intern begeleider. Kopieën van toetsen, observaties, etc. worden niet verstrekt. Het betreft hier interne werkdocumenten van de school. Documenten die nodig zijn voor overdracht naar een andere school of in verband met een verwijzing, vormen hierop een uitzondering. Deze worden met toestemming van ouders alleen verstrekt wanneer het strikt noodzakelijk is. Dit is ter beoordeling van de directie. Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 24 8.1 Cijfers over vorderingen in basisvaardigheden Het meten van de vorderingen van de basisvaardigheden doen wij aan de hand van de CITO basisvaardigheden toetsen. De uitkomsten van deze toetsen worden geregistreerd in het Leerling Volg Systeem van de school en met de ouders besproken. 8.2 Groep 8 en het drempelonderzoek Vanaf het schooljaar 2014-2015 is het voor alle leerlingen van groep 8 in het reguliere basisonderwijs verplicht om een eindtoets te maken. De overheid stelt hiervoor aan scholen de centrale eindtoets PO beschikbaar. Op de Ds. Joh. van de Wendeschool nemen we het drempelonderzoek af. Vanaf 2015 mogen scholen voor voortgezet onderwijs de toelating van leerlingen niet meer laten afhangen van het resultaat van de eindtoets. Het schooladvies gaat het zwaarst wegen. De centrale eindtoets wordt jaarlijks tussen 15 april en 15 mei afgenomen. Elke leerling in groep 8 krijgt van school voor 1 maart een schooladvies, hierbij wordt naar leerprestaties, aanleg en ontwikkeling tijdens de hele basisschoolperiode gekeken. Naast dit schooladvies komt een ‘objectief tweede gegeven’ in de vorm van het resultaat op de centrale eindtoets. De leerkracht neemt contact met u op om samen met u de schoolkeuze te bespreken. De uiteindelijke beslissing voor toelating ligt bij de ontvangende school dus bij het voortgezet onderwijs. De leerkracht neemt contact met u op om samen met u de schoolkeuze te bespreken. 8.3 Eindopbrengsten: De resultaten van het drempelonderzoek worden ook gebruikt om de resultaten van het onderwijs van onze school te bepalen. De individuele resultaten worden omgerekend naar een schoolscore. Bij een score lager dan 536,6 spreekt de inspectie van een onvoldoende score m.b.t. de eindopbrengsten. Scoort de school drie keer op rij een onvoldoende, dan spreekt de onderwijsinspectie van een zwakke school. De afgelopen drie jaar heeft de school de volgende schoolscores behaald: Schooljaar 2011 – 2012: Schooljaar 2012 – 2013: Schooljaar 2013 – 2014: 537,3 537,0 532,3 Als school hebben we ten aanzien van de score van 2014 en kijkend naar de groep 8 voor het schooljaar 2014 – 2015, in samenspraak met de IB-er en de leerkrachten, een plan van aanpak gemaakt om accenten in de leerstof aan te brengen. Dit met als doel de schoolvorderingen positief te beïnvloeden en de eindopbrengsten op voldoende niveau te brengen. In onderstaande grafiek ziet u naar welke schoolsoort de kinderen van onze school, gedurende de laatste drie jaar zijn vertrokken. Jaar Aantal 2011/2012 Percentage Aantal 2012/2013 Percentage Aantal 2013/14 Percentage P.r.o L.w.o. BBL KBL TL Havo Vwo Totaal groep 8 0 0 0 1 3 3 2 9 0% 0 0% 2 % 0 11% 0 33% 3 33% 3 23% 2 100% 10 0% 20% 0% 0% 1 30% 3 50% 2 20% 1 100% 7 0% 0% 0% 14% 43% 29% 14% 100% Met enkele aanvullende gegevens proberen we u inzicht te geven in de resultaten van de specifieke zorg voor de leerlingen in het afgelopen schooljaar 2013/2014. Er werden geen leerlingen werden verwezen naar het Speciaal Basis Onderwijs; Er zijn twee kleuters die een verlengd kleuterjaar in groep 2 zullen volgen; Er waren in het afgelopen jaar geen doublures; Er zijn geen kinderen sneller doorgestroomd naar een hogere groep. Niet alleen de resultaten van het schooleindonderzoek worden gebruikt om de resultaten van de school te bepalen. Ook het oordeel van de inspectie, leerlingtevredenheid en personeelskenmerken spelen een belangrijke rol bij het beoordelen van een school. Op www.scholenopdekaart.nl geven basisscholen inzicht in hun resultaten. De informatie komt van DUO, de Inspectie van het Onderwijs en Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 25 van de basisscholen zelf. De site is in ontwikkeling en wordt de komende maanden verder uitgebreid, bijvoorbeeld met informatie over ouder- en leerlingtevredenheid, onderwijstijd en schoolklimaat & veiligheid. Medio 2015 is de site compleet. 8.3 Ouderenquête: Om u als ouders / verzorgers te laten zien hoe er over een aantal zaken wordt gedacht en wat ouders belangrijk vinden, vindt er eens in de 4 jaar een ouderenquête plaats. De laatste ouderenquête heeft in het schooljaar 2009/2010 plaatsgevonden. De resultaten van dit onderzoek waren in onze ogen positief. We ervaren dat als een extra steuntje in de rug bij het werken van alle dag, maar het geeft tegelijkertijd wel aan dat we in ontwikkeling moeten blijven. In het komende schooljaar krijgt u opnieuw de gelegenheid om deel te nemen aan de ouderenquête. De uitslag hiervan zal worden meegenomen in de nieuwe schoolplanperiode voor 2015 – 2019. 9. De aanmeldingsprocedure / inschrijvingen 9.1 Voor het eerst naar school Als een leerling 4 jaar wordt mag hij / zij voor het eerst naar school. In de weken voorafgaande aan de vierde verjaardag mag uw kind vier ochtenden meedraaien in de groep om alvast wat te wennen. Deze ‘kijkochtenden’ worden door de leerkracht tijdens een huisbezoek met u afgesproken. Tevens wordt met u de dag afgesproken vanaf wanneer uw kind de school ‘vast’ gaat bezoeken (meestal de dag na zijn / haar vierde verjaardag). Wat betreft de start dag handteren we als school de volgende aanvullende richtlijnen: “Kinderen die in de maand december vier jaar worden, starten na de kerstvakantie (januari). Tevens zullen kinderen die vier weken voor het einde van het schooljaar jarig zijn, na de zomervakantie starten. Wel zal de leerkracht alvast een aantal wenmomenten afspreken.” 9.2 Aanmeldingsprocedure / inschrijving Wanneer u als ouder(s) geïnteresseerd bent in onze school, neem dan gerust contact met ons op. U wordt voor een informatiegesprek uitgenodigd en ontvangen door iemand van de directie die u een toelichting geeft op de gang van zaken binnen de school en de door u gestelde vragen beantwoordt. Tevens wordt u rondgeleid door de school met eventueel een bezoekje aan de groep waar uw kind(eren) geplaatst zullen worden. Vanaf 2 ½ jaar kunnen kinderen op de Ds. Joh. van de Wendeschool worden ingeschreven. Bij de inschrijving zullen u enige gegevens worden gevraagd over uw kind(-eren), zoals naam, adres, leeftijd, nationaliteit, beroep en opleiding van de ouders, enzovoorts. Sinds 1 oktober 2006 is het via de Wet op het Basisonderwijs ook verplicht om u kind in te schrijven met bewijs van het sofinummer van uw kind. Wij verzoeken u daartoe de zorgpas van uw kind mee te nemen zodat wij daar een kopie van kunnen maken. De inschrijving van uw kind(-eren) kan eventueel na afloop van het informatiegesprek plaats vinden. Bij het tekenen van het inschrijfformulier tekent u o.a. voor juistheid van de opgenomen gegevens en tevens verplicht u zichzelf tot het betalen van de ouderbijdrage voor uw kind. Zonder verzoek van uw kant zal deze overeenkomst stilzwijgend ieder schooljaar tot beëindiging van de schoolloopbaan van uw kind(-eren), steeds met 1 schooljaar, verlengd worden. Tijdens het huisbezoek ontvangt u van de leerkracht een informatiepakket. Hierin zit naast relevante informatie over ouderhulp, ouderbijdrage en informatie over het kleuteronderwijs, ook het 'Intake formulier 4 jarigen'. Wij verzoeken u dit formulier (uiterlijk) op de ochtend wanneer uw kind definitief komt, ingevuld retour te geven aan de leerkracht. Zindelijkheid Natuurlijk wil je graag als ouder (en als school!) dat het kind zindelijk is als het naar de basisschool gaat. Het ene kind zal er echter al wel aan toe zijn, en de ander heeft nog wat tijd nodig om helemaal 100 procent zindelijk zijn op de dag dat hij naar school moet. U kunt het beste eerlijk vertellen bij het maken van de afspraak voor de ‘wendagen’ als uw kind nog niet helemaal zindelijk is. Wanneer er sprake is van een medische indicatie ontvangen wij graag een kopie van de doktersverklaring op de eerste ‘wendag’. Wij kunnen dan samen met u duidelijke afspraken maken over het verschonen. We zullen daar uw hulp bij nodig hebben, aangezien het voor een leerkracht onverantwoord is om een hele groep kleuters alleen te laten om uw zoon/dochter te verschonen. Wanneer er geen sprake is van een medische indicatie willen we graag samen met u zoeken naar werkbare stappen om uw kind zindelijk te maken; contact opnemen met een extern bureau (bijvoorbeeld Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 26 GGD) voor advies rondom het volgen van een zindelijkheidstraining kan dan zo’n stap zijn. Wanneer uw kind nog niet zindelijk is maken we voor de korte termijn een aantal afspraken. •de leerling heeft gewoon ondergoed aan, geen rompertje. •bij luiergebruik: de leerling heeft voldoende luierbroekjes bij zich, geen gewone luiers. •de leerling heeft voldoende schone kleding bij zich, ook graag sokken. •Het is voor de school niet verantwoord is om een hele groep kleuters alleen te laten om te vaak (dus niet incidenteel) een kind te moeten verschonen. •bij voorkeur komt u als ouder zelf uw kind verschonen; wanneer u hiertoe niet in de gelegenheid bent (en het meer dan 1 maal per dag gebeurt) zorgt u voor een persoon (bijvoorbeeld familielid) die de leerkracht kan komen helpen. Deze persoon is ook telefonisch bereikbaar. •de school stelt eventueel samen met u en met advies van het kinderdagverblijf/ peuterspeelzaal of extern bureau (bv. GGD) een trainingsschema op waarin er een doorgaande lijn bestaat tussen school en de thuissituatie. Wanneer er nog vragen zijn kunt u deze gerust stellen. Ook advies rondom het zindelijk worden is altijd van harte welkom. 9.3 Overstap naar een andere school Omtrent de procedure die wordt gehanteerd bij een overstap naar een andere school verwijzen wij u naar de procedure zoals die staat omschreven in hoofdstuk 4.4. Wanneer het gaat om schorsing of verwijdering, volgt de school de richtlijnen zoals die staan omschreven in de Wet op het Basisonderwijs en zijn uitgewerkt op verenigingsniveau. Een exemplaar van de regeling ‘Schorsing en verwijdering’ is op school in te zien bij de directie. 9.4 Overstap van een andere school naar de Ds. Joh. van de Wendeschool Wanneer uw kind reeds op een andere school zit en u om welke reden dan ook een overstap naar onze school overweegt, zult u in eerste instantie met de directie van onze school een afspraak moeten maken. Een overstap van uw kind naar een andere school, is een ingrijpende gebeurtenis voor een kind. U begrijpt dat wij bij een eventuele overstap, de kans van slagen op een succesvolle overstap voor het kind zo groot mogelijk willen laten zijn. Hiertoe hanteren wij de volgende procedure: Er volgt een intakegesprek met de ouders en zo mogelijk het desbetreffende kind. In dit gesprek zal u gevraagd worden naar de reden van overstap. Het kan voorkomen dat wij u na dit gesprek adviseren het probleem eerst nog eens bij de directie van de ‘eigen’ school neer te leggen. Wanneer dit niet het geval is, zal de directie contact opnemen met de directie van de school van herkomst om het ‘verhaal’ te verifiëren, extra informatie in te winnen betreffende het probleem dan wel de ontwikkeling en leerprestaties van het kind en om aan te geven dat u een mogelijke overstap overweegt. Wij gaan er tevens vanuit dat u dit zelf ook al bij de directie van uw huidige school kenbaar heeft gemaakt. Wanneer het kind geplaatst wordt, wordt dezelfde procedure gehanteerd zoals dat gebeurt met kinderen die van elders komen, dan wel als 4-jarige voor het eerst de school willen gaan bezoeken (hoofdstuk 4.4.). 10 Schooltijden en de verzuim- en verlofregeling 10.1 Schooltijden ‘s Morgens begint de school om 08.45 uur en eindigt de school om 12.15 (groep 1 t/m 8), ‘s middags beginnen we om 13.15 uur en eindigen we om 15.15 uur. Op woensdag gaan we een kwartier langer naar school. De school eindigt dan om 12.30 uur. Op woensdagmiddag zijn alle kinderen vrij. De groepen 1/2/3 zijn ook iedere dinsdag- en vrijdagmiddag vrij. Vanaf 08.30 uur gaat, voor ouders en leerlingen, de deur open. De groepsleerkracht vindt u vanaf dit tijdstip ook in / bij het lokaal. De kinderen van groep 3 t/m 8 spelen, onder toezicht van de pleinwacht, buiten op het plein. De bel luidt om 08.40 en 13.10 uur. De lessen starten om 08.45 uur en 13.15 uur. Voor korte mededelingen of vragen voor aanvang van de lestijd, kunt u altijd bij de leerkracht terecht. We vragen u dit te beperken tot korte zaken. Wilt u de leerkracht ergens over spreken, maakt u dan een afspraak na schooltijd. Er is dan meer tijd om de zorg met elkaar te delen. Door de schooltijden op deze wijze in te delen voorkomen we onnodig verlies van effectieve leertijd voor onze leerlingen en voldoen we aan het feit dat onze leerlingen in de acht jaar dat ze naar de basisschool Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 27 gaan, hun wettelijk aantal vastgestelde lesuren krijgen, een overzicht ligt ter inzage bij de directie. (7520 uur in 8 jaar). 10.2 Afwezigheid Wanneer uw kind de school niet kan bezoeken, bijvoorbeeld door ziekte of doktersbezoek, wilt u dit dan telefonisch, schriftelijk of persoonlijk tussen 08.15 uur en 08.40 uur melden? U kunt zich voorstellen dat wij ons zorgen maken wanneer uw kind zonder bericht niet op school is. 10.3 Leerplicht en schoolverzuim Op de dag dat uw kind 4 jaar wordt, mag het iedere dag naar school. Het ‘mag’, maar het ‘moet’ pas als het 5 jaar geworden is. Vanaf die dag is uw kind leerplichtig en is het uw taak er voor te zorgen dat het geregeld de school bezoekt. Op onze school gaan wij er echter vanuit dat 4-jarigen de school 5 dagen per week bezoeken. In een aantal situaties mag de school goedkeuren dat uw kind vanaf het vijfde jaar één of een aantal dagen geen onderwijs volgt. Dit wordt ‘verlof buiten de schoolvakanties’ genoemd. Hieronder vallen: verhuizing of bijwonen van een huwelijk; ernstige ziekte of het overlijden van bloed- of aanverwanten; ambts- of huwelijksjubileum van ouders of grootouders. De directeur van de school mag voor maximaal 10 schooldagen per jaar verlof verlenen als er aantoonbaar sprake is van bijzondere gebeurtenissen. (Gezins-)vakanties buiten de schoolvakanties Verlof voor een (gezins-)vakantie buiten de schoolvakanties om is meestal niet mogelijk. De leerplichtwet biedt daarvoor géén mogelijkheden. Toestemming is alleen mogelijk, indien de ‘specifieke aard van het beroep’ van één van de ouders het noodzakelijk maakt om buiten de schoolvakanties op vakantie te gaan. De directeur mag dan verlof geven voor maximaal 10 dagen als: het gaat om een aantoonbare verplichte bedrijfsvakantie en dit blijkt uit een verklaring van de werkgever dat er géén vakantie mogelijk is tijdens de schoolvakanties, omdat het bedrijf in deze periode juist zijn inkomsten verwerft; het niet gaat om de eerste twee weken van het schooljaar; het niet gaat om een tweede vakantie (bv. wintersport). Wat te doen om voor uw kind vrij van school te krijgen In alle gevallen moet u uw verzoek schriftelijk indienen bij de directie van de school. Een formulier daartoe is verkrijgbaar op school. De directie zal het verzoek in behandeling nemen en wel of géén toestemming verlenen. Zij is hierbij gebonden aan de leerplichtwet en de zojuist beschreven richtlijnen. Soms is er sprake van een situatie waarbij vrijstelling wordt gevraagd voor meer dan 10 schooldagen. Deze verzoeken moet u rechtstreeks schriftelijk indienen bij de leerplichtambtenaar van de gemeente Kampen. U kunt hiervoor een formulier aanvragen bij de gemeente, Afdeling Onderwijs en Welzijn. Als uw kind niet op school is, terwijl hiervoor geen goedkeuring is verleend, is de directie verplicht dit te melden bij de leerplichtambtenaar van de gemeente Kampen. Deze zal dan een onderzoek instellen. Als blijkt dat uw kind zonder geldige reden van school is weggebleven, maakt de leerplichtambtenaar proces-verbaal op en legt een boete op voor iedere dag dat uw kind ongeoorloofd afwezig was ( € 65,per kind per dag). De kosten hiervan zijn voor rekening van de ouders. De leerplichtambtenaar maakt ook een proces-verbaal op wanneer de directie zich niet houdt aan wat er in de wet staat voorgeschreven. Ook voor de directie is er een boeteclausule wanneer zij verlof verleend dat ongeoorloofd is. 10.4 Vakanties en ‘vrije dagen’ In verband met de per jaar wisselende data t.a.v. de diverse vakanties en ‘margedagen’, verwijzen wij u naar hoofdstuk 13 van deze schoolgids. Daarin kunt u de exacte data van de vakanties vinden voor Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 28 dit schooljaar. Aan het begin van elk schooljaar zal er worden gecommuniceerd over de “extra” vrije dagen. 11 De klachtenregeling 11.1 Wat te doen bij conflicten? We hopen het natuurlijk niet, maar het kan voorkomen dat u als ouder een probleem heeft aangaande zaken betreffende de school. We hopen dat u bereid bent om daarover met ons in gesprek te gaan, om zodoende het probleem of de onduidelijkheid op te lossen. Uitgangspunt is daarbij de relatie, die u als ouder en wij als team en directie met elkaar hebben opgebouwd, te behouden. In eerste instantie kunt u met uw vragen / problemen bij de leerkracht van uw kind terecht. Zij zijn immers degenen die op school het dichtst bij uw kind staan. Mocht dat niet leiden tot geruststelling van uw kant, dan kunt u een afspraak maken met de directie. Samen hopen we dan alsnog het probleem op te lossen. Wanneer er na overleg met de schoolleiding geen bevredigende oplossing wordt gevonden kunt u, als ouder(s), zich wenden tot de medezeggenschapsraad van de school. De raad is mede verantwoordelijk voor een goede opbouw en organisatie van de school. Ondanks bovenstaand beschreven traject zou het mogelijk kunnen zijn dat u, als ouder, zich nog steeds niet kunt vinden in de aangeboden oplossingen. Als dat voorkomt, wat wij niet hopen en betreuren, dan kunt u uw klacht kenbaar maken bij het Bovenschools Management van de Vereniging. We willen nogmaals benadrukken dat we als team, directie en M.R. de intentie hebben om ontstane conflicten, in goed onderling overleg, op te lossen. 11.1.2 DE KLACHTENREGELING Komt u er samen niet uit, dan is er nog de mogelijkheid van een melding aan het college van bestuur of aan de externe vertrouwenspersoon. Dit is Henk Grit, bereikbaar via [email protected] of 038-4255542 / 0624321661. Contactpersonen Het schoolbestuur heeft op elke school contactpersonen aangewezen die bereid zijn naar uw klacht te luisteren en u door te verwijzen. Zij behandelen uw klacht niet, maar wijzen u de weg naar een gepaste oplossing. Op onze school is Germa Huls de interne vertrouwenspersoon. Op dit moment hebben we geen ouder als vertrouwenspersoon. Bij de contactpersonen berust de plicht tot geheimhouding. Als vereniging maken we gebruik van een landelijk erkende klachtenregeling. Gegevens over deze regeling en de naam van de externe vertrouwenspersoon, kunt u vinden op onze website: www.iriskampen.nl onder het kopje OUDERINFORMATIE. Wij wijzen u ook op het volgende: “Ouders, leerlingen, schoolbesturen en medewerkers in het bijzonder onderwijs kunnen voortaan op één website terecht voor alle informatie over geschillen in het confessioneel en algemeen bijzonder onderwijs: www.gcbo.nl, de website van de Geschillencommissies Bijzonder Onderwijs. Deze instantie bundelt voor het katholiek, protestants-christelijk, algemeen bijzonder en gereformeerd onderwijs ongeveer twintig landelijke geschillen- , beroeps-, klachten- en bezwarencommissies die op grond van de cao’s verplicht zijn voor onderwijsinstellingen.” Contactgegevens: Klachten-, beroeps-, bezwaren- en geschillencommissies Postbus 82324 2508 EH Den Haag T 070- 3861697 F 070- 3020836 E [email protected] Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 29 11.2 Handige adressen en telefoonnummers: School Ds. Joh. van de Wendeschool Heultjesweg 4 / 8267 AH Kampen 038-338833 [email protected] Directie Directeur: Herjonna Toepoepoel @: [email protected] Leerlingzorg Zorgcoördinator / intern begeleider: Medezeggenschapsraad Voorzitter: Secretaris: Leden: Afvaardiging GMR: Germa Huls @: [email protected] Wessel Nies Kunny Ruiter Germa Huls Marcel Stoel Enrico Slendebroek School Advies Groep Voorzitter: Secretaris: Lid: Lid: Lid: Karlo vd Linde Linda ten Hove Arwim vd Linde Anna Schilder Gerja ten Hove Tussenschoolse opvang Coördinator: Hanneke vd Linde Contactpersonen klachtenregeling Vertrouwenspersoon – intern: Germa Huls vertrouwenspersoon – extern: G.G.D Regio IJssel-Vecht Schoolarts: Schoolverpleegkundige: Assistente: Tandheelkundig medewerker: Telefoonnummer: Inspectie Onderwijs (oudergeleding) (personeelsgeleding) (personeelsgeleding) (oudergeleding) (oudergeleding) Dhr. H. Grit 038 – 4255542 / 06-24321661 Dhr. Van Essen Mw. R. ter Averest Mw. J. Straver Mw. J. Stuurop 038 – 4281500 www.onderwijsinspectie.nl [email protected] 11.3 Pesten en plagen op school / agressie, geweld en seksuele intimidatie We proberen het pesten en plagen op school tegen te gaan. We hebben daarom in overleg met de ouders een aantal waarden opgesteld. Die hanteren we in alle groepen en worden regelmatig met de kinderen besproken. Door op school een goed en veilig pedagogisch klimaat te creëren, gebaseerd op omgaan met verschillen en een positieve benadering, hopen we ongewenst gedrag tegen te gaan. Met elkaar, kinderen, ouders en leerkrachten willen we ervoor zorg dragen dat het prettig is om deel uit te maken van onze school. Pesten willen we zoveel mogelijk vóór zijn en als er zich dan toch problemen voor doen, willen wij een adequaat plan hebben om meteen het pesten tegen te gaan. Het anti pestprotocol is een protocol voor leerkrachten, kinderen en ouders die te maken hebben met deze problematiek op school. Tevens is het integraal onderdeel van ons beleid en heeft het een nadrukkelijke plaats in het omgaan met elkaar. Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 30 12 Wat wij nog verder aan u kwijt willen Dit laatste hoofdstuk van deze schoolgids hebben wij gereserveerd voor een aantal zaken, die we elders in deze gids niet kwijt konden. We hopen dat u ook voor deze ‘zaken’ nog even de tijd wilt nemen om ze te lezen. Aansprakelijkheid meegebrachte spullen / mobiele telefoons De directie is niet aansprakelijk voor vermissing, beschadiging of diefstal van meegebrachte spullen. Vandaar dat wij er voor gekozen hebben om het niet toe te staan dat zakmessen, mp3-spelers en mobiele telefoons tijdens schooltijd en in de pauzes worden gebruikt. Wij verwachten van bezoekers dat zij hun mobiele telefoon tijdens hun aanwezigheid op school uit of stil zetten. Gevonden voorwerpen Zijn er spullen zoek, kijk dan in de bak met gevonden voorwerpen. Zijn er sleutels of brillen zoek, vraagt u dan even bij de groepsleerkracht of de directie. Tijdens de rapportageavonden worden de gevonden voorwerpen uitgestald in de computer ruimte. Vindt u daar uw eigendommen weer terug, neemt u ze dan na uw bezoek gerust weer mee. Honden De school en het schoolplein zijn, op last van de gemeente, verboden voor honden. Huiswerk Vanaf groep 4 krijgt uw kind zo af en toe huiswerk mee. Kinderen die extra hulp nodig hebben, geven we soms ook huiswerk mee. U zult begrijpen dat het effect van de hulp het grootst is als het huiswerk goed wordt gedaan. Vanaf groep 6 krijgen de kinderen vaker huiswerk mee, bijvoorbeeld voor de vakken aardrijkskunde, geschiedenis en natuuronderwijs. Het gaat er ons dan om dat kinderen basiskennis opdoen en tegelijk wennen aan het maken of leren van huiswerk. Het is fijn als u uw kind bij het huiswerk maken begeleidt. Hygiëne Met name voor kleuters geldt dat het belangrijk is dat zij zichzelf met allerlei zaken, zoals bv. aan- en uitkleden, naar het toilet gaan, etc. kunnen redden. Wij vragen u als ouders hier aan mee te werken en de verschillende vaardigheden zoals hierboven genoemd met uw kind te ‘trainen’. Hoofdluis Dit komt elk jaar wel een keer voor. Zoals u wellicht weet heeft dit eigenlijk niets met hygiëne te maken en willen we u derhalve verzoeken om, als u hoofdluis bij uw kind constateert, dit door te geven aan de leerkracht. In navolging van veel andere basisscholen worden ook de kinderen op onze school preventief door de ‘luizenouders’ gecontroleerd. Worden er bij uw kind luizen of neten aangetroffen, dan zult u daarvan op de hoogte worden gesteld. Kinderziekten, kinderzeer, krentenbaard Dit zijn zeer besmettelijke infecties, vaak met korstjes op en rondom het gezicht. Wij laten deze kinderen daarom niet op school toe. Neemt u bij verschijnselen contact op met uw huisarts. Rode hond Wilt u een geval van rode hond direct melden op school? Hebt u twijfel over de besmettelijkheid van een bepaalde ziekte of infectie, raadpleegt u dan uw huisarts en meldt dit even op school. Bij voorbaat dank! Jarigen Is uw kind jarig dan krijgt het de gelegenheid om in de groep te trakteren, nadat er eerst voor hem of haar gezongen is. Vervolgens gaat de jarige dan langs bij de andere leerkrachten. In verband met onze afspraken over effectieve leertijd in de diverse groepen, gebeurt dit overwegend in de pauze. Verder hanteren wij m.b.t. het trakteren de volgende afspraken: “het jarige kind trakteert in zijn of haar eigen klas. Dit houdt dus in dat het kind geen traktaties uitdeelt aan andere kinderen. (ook niet aan broertjes/zusjes, dit kan evt. ’s morgens al in de tas of broodtrommel worden gestopt) Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 31 “Gezonde” traktaties verdienen de voorkeur! De reden waarom wij hebben besloten dit beleid te voeren is dat er regelmatig onbegrip en onenigheid ontstond over welke kinderen er buiten de klas wel/niet een traktatie kregen. Met deze regel hopen we dit in de toekomst te voorkomen. Jeugdbladen De mogelijkheid bestaat om voor uw kind(-eren) een abonnement te nemen op een jeugdblad. In de eerste weken van het schooljaar ontvangt u hierover diverse folders. Klassendienst Ook op onze school kennen we de ‘klassendienst’. Om de beurt zijn de kinderen betrokken bij diverse klussen in de groep. Te denken valt aan: de vloer vegen, tafels en stoelen netjes neerzetten, planten water geven, uitdelen van materialen in de groep, e.d. Vanaf groep 3 wordt een deel van de ‘klassendienst’ na schooltijd uitgevoerd. Uw kind zal die dag / die week misschien wat later dan gewoonlijk uit school komen. Uiterlijk 15.30 uur moeten alle kinderen naar huis zijn! Naam Ter voorkoming van verwisseling of zoek raken, vragen wij u laarzen, bekers, tassen, veel voorkomende jassen etc. te voorzien van de naam van uw kind. Nablijven We willen het ‘nablijven’ beperken tot een uitzonderingssituatie. Maar soms kan het nodig zijn. Als kinderen moeten nablijven, worden de ouders hiervan op de hoogte gesteld. Het nablijven is in principe nooit langer dan een half uur en vindt ‘s middags na schooltijd plaats (dus nooit tussen de middag). Ontruimingsoefening Jaarlijks vinden er op school twee ontruimingsoefeningen plaats in het kader van calamiteiten. De eerste oefening vindt plaats aan het begin van het schooljaar. Deze oefening is opgenomen in de jaarplanning en wordt ook aan de kinderen van te voren meegedeeld, De tweede oefening vindt onaangekondigd plaatst in de tweede helft van het schooljaar. Procedures hiervoor zijn vastgelegd in een ontruimingsplan, en worden zo nodig jaarlijks, door de bedrijfshulpverleners bijgesteld. Privacy Op onze website, in de schoolgids en in de ouderinfo worden o.a. werkstukjes en foto’s geplaatst. De ouders worden in de gelegenheid gesteld tegen publicatie van werk, gemaakt door hun kinderen en / of foto’s met daarop hun kind(-eren), bezwaar te maken. Dit kunt u schriftelijk doen bij de directie. Per definitie wordt persoonlijke informatie weggelaten. Bij vermelding van persoonlijke gegevens van hen die bij de school betrokken zijn, zal wanneer van toepassing, nooit meer dan vrij verkrijgbare informatie gepubliceerd worden. Roken Het is verboden om in de school en op het schoolplein te roken. Schoolshirts Shirts die door kinderen geleend worden van school voor een sportevenement, worden ongewassen ingeleverd op school, zodat wij in één keer alle shirts kunnen wassen in verband met eventueel kleurverschil. Straffen of belonen Op de Ds. Joh. van de Wendeschool proberen we zoveel mogelijk uit te gaan van een persoonlijke en positieve benadering. Bij een positieve benadering presteert een kind over het algemeen beter. Door het goede te benoemen (een sticker, een schouderklop) voelen de kinderen zich snel thuis op school. Samen met de kinderen bespreken we de gedragsregels waar we elkaar op aan mogen spreken. Op deze wijze maken we kinderen én ouders duidelijk dat zij een eigen verantwoordelijkheid hebben als het gaat om ‘het omgaan met elkaar’. Voor ons als team betekent dit dat we kinderen complimenteren met gewenst gedrag of behaalde resultaten. Mede op deze wijze willen we de ontwikkelingsgroei van onze leerlingen stimuleren. Wanneer we leerlingen corrigeren, doen we dit zo veel mogelijk via ‘regelgestuurde correctie’. Hierbij bevragen we de leerling op de regel en de gemaakte afspraak daarover. Hierbij doen we een beroep op de eigen verantwoordelijkheid van onze leerlingen zodat zij zich bewust worden van wat er niet goed Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015 P a g i n a | 32 gaat. Wanneer een kind zich niet aan de regels houdt, ontkomen we niet aan ‘straf’. Straffen is echter bedoeld als leermoment en geen doel op zich. Na het leermoment gaan we verder waar we gebleven waren, namelijk met een positieve benadering. Vulpen Vanaf groep 4 schrijven de kinderen met een vulpen. Dit is een bewuste keuze, omdat wij de ontwikkeling van het handschrift een belangrijke zaak vinden. Het gebruik van een goede vulpen is daarbij een belangrijk hulpmiddel. Via de school krijgt iedere leerling eenmalig een goede vulpen. Ze moeten daar hun hele ‘schoolloopbaan’ mee doen en er dus zuinig mee omgaan. Deze vulpennen zijn eveneens voor linkshandige kinderen geschikt. Voor kinderen met een motorisch probleem, wordt een aparte pen aangereikt. 13 Vakantierooster/Vrije dagen Schoolvakanties 2014-2015 Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Paasvakantie Tweede Paasdag Koningsdag Meivakantie Hemelvaartsdag Pinksteren Zomervakantie 13 t/m 17 oktober 2014 22 december t/m 2 januari 2015 23 februari t/m 27 februari 2015 Goede Vrijdag 3 april 2015 6 april 2015 27 april 2015 4 mei t/m 15 mei 2015 14 mei 2015 24 en 25 mei 2015 6 juli t/m 14 augustus 2015 De studiedagen en andere losse vrije dagen worden zo spoedig mogelijk in het nieuwe schooljaar bekend gemaakt. Teven vindt u op de site (www.vdwendeschool-kampen.nl) van de school de actuele agenda! 14 Tot slot Heeft u na het lezen van deze schoolgids nog vragen, opmerkingen of suggesties, komt u dan gerust naar ons toe. Wij vinden het fijn wanneer u als ouders wilt meedenken of meewerken. Heeft u klachten of kritiek, komt u dan ook zeker naar ons toe. U vindt op school daarvoor een luisterend oor. Want alleen samen én met elkaar kunnen we Ds. Joh. van de Wendeschool verder opbouwen en een veilig omgeving voor onze kinderen laten zijn! Schoolgids ׀Ds. Joh. van de Wendeschool ׀2014 – 2015
© Copyright 2025 ExpyDoc