STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN ARNHEMSE BOVENWEG 80 3708 AH ZEIST TEL. 030 – 693 80 00 Handleiding huurders Loerick III STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN Inhoudsopgave Inleiding ...................................................................................................................................... 4 1. Gebruiksregels ....................................................................................................................... 5 2. Voorkomen van problemen.................................................................................................... 6 Bouwvocht .............................................................................................................................. 6 Verwarming na oplevering van de woning ............................................................................. 6 3. Schoonmaken van de woning bij oplevering ......................................................................... 8 4. Kruipruimte en kruipluik ......................................................................................................... 9 5. Toegang en sleutels ............................................................................................................ 10 6. Isolerend dubbelglas ............................................................................................................ 11 7. Onderhoud installaties ......................................................................................................... 13 Rioleringen ........................................................................................................................... 13 Drinkwaterinstallatie ............................................................................................................. 14 Elektrische installatie ........................................................................................................... 15 Ventilatie............................................................................................................................... 16 Telefoon- CAI- en data aansluitingen .................................................................................. 17 Centrale verwarming ............................................................................................................ 17 8. Binnenonderhoud................................................................................................................. 20 Binnenwanden ..................................................................................................................... 20 Plafond ................................................................................................................................. 20 Hang- en sluitwerk ............................................................................................................... 21 Tegelwerk/kitvoegen ............................................................................................................ 21 Dekvloeren ........................................................................................................................... 22 Schilderwerk binnen ............................................................................................................. 22 10.Keuken ................................................................................................................................ 24 Keukenblok .......................................................................................................................... 24 Kunststof aanrechtblad ........................................................................................................ 24 11. Energiebesparing: wat kunt u zelf doen ............................................................................ 25 STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN 12. Diversen ............................................................................................................................. 26 Vloerbedekking .................................................................................................................... 26 Wasdroger ........................................................................................................................... 26 Zonwering ............................................................................................................................ 26 Douchehoek in de badkamer ............................................................................................... 26 Bijlagen Bijlage 1 : Instructieblad ventielen en filters Bijlage 2: Instructieblad warmte Bijlage 3: Formulier Zelf Aangebrachte Veranderingen (ZAV) STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN Inleiding Geachte bewoner(s), Binnenkort krijgt u de sleutel van uw woning. Bij deze feliciteren wij u alvast van harte met uw woning! Wij hopen dat u vele jaren naar tevredenheid in uw nieuwe woning zal wonen. Bij deze woning leveren wij u deze handleiding voorzien van tips voor gebruik en onderhoud. Wij vinden het belangrijk dat uw woning goed onderhouden wordt, zowel door ons, als door u. Leest u daarom deze handleiding goed door, zodat u weet wat u in bepaalde gevallen het best kunt doen. Mocht er onverhoopt een storing optreden, wilt u dan contact opnemen met Viveste, tel. 030 – 634 90 00. Wij hopen dat de woning aan uw verwachtingen voldoet en wensen u veel woonplezier. Met vriendelijke groet, Stichting Huisvesting voor Ouderen (SHO) ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 4 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN 1. Gebruiksregels Voor het bewonen van de woning gelden de volgende gebruiksregels: • In de woningen zijn diverse elektra-, water- en CV-leidingen in de deklaag van de vloer aangebracht. In deze vloeren mag u niet spijkeren of boren. • Voor leidingen in de wanden kan als regel worden aangehouden dat deze recht onder of boven de wandcontactdozen en schakelaars in de muur zijn weggewerkt. Veiligheidshalve doet u er verstandig aan in een zone van 50 cm aan weerszijden hiervan niet te boren. Dit geldt voor de volle hoogte van de wand. Bij doe-het-zelf zaken zijn ook detectoren te koop voor het opzoeken van leidingen. • Voor het optimaal functioneren van het mechanisch ventilatiesysteem is het niet toegestaan een afzuig- of wasemkap met motor op het ventilatiesysteem aan te sluiten. • Betegelde wanden en vloeren moeten in onbeschadigde staat worden gehouden. Dit houdt in dat er niet in geboord of geschroefd mag worden. Voor het ophangen van voorwerpen mag u uitsluitend in de voeg boren of spijkeren. • Fabrieksmatig afgewerkte onderdelen, zoals binnendeuren, binnenkozijnen, vensterbanken, keukenblokken en dergelijke zijn van een hoogwaardige kwaliteit en goede afwerking. Verdere behandeling, zoals schilderen is niet gewenst. Het is niet toegestaan om dit te beplakken met stickers en dergelijke. • Voor het aanbrengen van uitbreidingen of wijzigingen in of aan de woning (dit geldt ook voor bergingen op de begane grond) moet u vooraf schriftelijke toestemming vragen aan SHO (Warande). Voor nadere informatie verwijzen wij u naar hoofdstuk 9 ZAV. Het niet naleven van deze gebruiksregels kan bij het verlaten van de woning leiden tot kosten om beschadigingen te herstellen en onderdelen in de oorspronkelijke staat terug te brengen. ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 5 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN 2. Voorkomen van problemen In de praktijk blijkt vaak dat problemen aan de woning, of aan de technische installaties voorkomen hadden kunnen worden. Een nieuwbouwwoning vereist, zeker in het eerste stadium van de bewoning, een iets ander gebruik dan een bestaande woning. Hieronder volgen enkele aandachtspunten. Bouwvocht Een woning bevat veel vocht. Dit zogenaamde bouwvocht zit in de woning doordat voor het verwerken van bouwmaterialen water toegevoegd wordt. Daarnaast heeft de woning, voordat hij glas- en waterdicht was, aan het vochtige Nederlandse klimaat bloot gestaan. Het vocht zit zodanig in de bouwmaterialen opgesloten dat het op het eerste gezicht niet eens opvalt dat de woning veel vocht bevat. Het overtollige vocht moet verdampen en vervolgens naar de buitenlucht worden afgevoerd, zodat in de woning een normaal evenwicht in de vochthuishouding is ontstaan. Omdat uw woning goed geïsoleerd is, moet er goed geventileerd worden, anders vindt er onvoldoende vochttransport naar buiten plaats. Het is dan ook noodzakelijk om de woning altijd goed te ventileren. Te weinig ventileren kan een sterke verkleuring van onder andere het spuitwerk en op langere termijn schimmelvorming tot gevolg hebben. Indien u op de slaapverdieping en de zolder de ventilatieroosters open zet, of de draairamen op kierstand zet, zal in de meeste gevallen de ventilatie voldoende zijn. Wij adviseren u om in de eerste weken van bewoning extra te ventileren. Laat zeker in het begin de binnendeuren onder een hoek van 45 graden openstaan, zodat een goede luchtcirculatie door uw gehele woning ontstaat. Een bijkomend voordeel is dat de deuren minder krom gaan trekken als de deuren gaan werken door de wisselende vochtigheid/temperatuur. Verwarming na oplevering van de woning In het eerste jaar van de bewoning kan het bouwvocht leiden tot scheuren in stuclagen en het spuitwerk als het aan een te grote temperatuursprong bloot staat. Dit doet zich voor als de woning koud is en in korte tijd op huiskamertemperatuur wordt gebracht. Scheurvorming zal zich het eerst voordoen in hoeken waarbij de ondergrond uit verschillende materialen bestaat. Een voorbeeld is de hoek waar een binnenmuur op een buitenmuur aansluit. Op deze plaatsen speelt naast het verdampingsproces ook de werking van de ondergrond een rol. De binnen- en de buitenmuur bestaan vaak uit verschillende materialen met een verschillende uitzettingscoëfficiënt. Beide materialen zetten bij verwarming niet in gelijke mate uit. Het stuc- of spuitwerk op de muur kan de uitzettingsspanningen niet opvangen en gaat in de hoek scheuren. ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 6 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN Constructief zijn dergelijke scheurtjes niet van betekenis. Bij een geleidelijke temperatuurstijging zal dit probleem zich minder voordoen. Het is dan ook raadzaam de eerste dagen/weken van bewoning de verwarming niet op volle kracht te laten draaien, maar de temperatuur geleidelijk op te voeren. Na enkele dagen/weken is het verdampingsproces, ook in de winter, zover gevorderd dat u de woning normaal kunt verwarmen. ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 7 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN 3. Schoonmaken van de woning bij oplevering De woning wordt bezemschoon aan u opgeleverd. Dat wil zeggen dat u voor het verhuizen en het inrichten, de woning zelf verder zal moeten schoonmaken. Hieronder enkele tips voor het schoonmaken van een nieuwbouwwoning: • Schilderwerk, ruiten, tegels enzovoorts kunt u op normale wijze schoonmaken met "niet krassende" schoonmaakmiddelen. • Stukjes cement of verfspatten op glas en tegels kan men verwijderen met een speciaal krabbertje. Gebruik hierbij water en wees voorzichtig, ter voorkoming van krassen. • De tegelvloer van de badkamer en het toilet kan het beste schoongemaakt worden met water en groene zeep. Als er toch nog cement- of kalkresten aanwezig zijn, dan kan "HG extra" worden toegepast (verkrijgbaar bij de "Doe-het-zelf" winkel). • Gebruik voor het wassen van de gevelruiten veel water om krasvorming te voorkomen. • Houten kozijnen, ramen en deuren kunt u schoonmaken met reguliere, niet schurende huishoudelijke schoonmaakmiddelen. Gebruik nooit oplosmiddelen, zoals aceton, wasbenzine et cetera op de kozijnen. ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 8 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN 4. Kruipruimte en kruipluik Onder de begane grondvloer van de benedenwoningen is een kruipruimte aanwezig. Deze ruimte is er om de leidingen onder de vloer bereikbaar te maken. Voor de bereikbaarheid van de kruipruimte is een geïsoleerd vloerluik aangebracht. Tussen dit vloerluik en de oplegging hiervan is een tochtband aangebracht. Let u erop dat, wanneer u het vloerluik een keer weghaalt, u voorzichtigheid betracht zodat de luchtdichte aansluiting in tact blijft. Zorg ervoor dat er geen vuil in deze randen terechtkomt. Ondanks deze maatregelen kan het zijn dat er toch water aanwezig is. Dit valt niet te voorkomen, het kan echter geen kwaad voor uw woning. Let u erop dat bij het leggen van vloerbedekking het luik bereikbaar moet zijn. ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 9 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN 5. Toegang en sleutels Sleutels Bij de oplevering van de woning ontvangt u, volgens de sleutellijst, onderstaande sleutels: • 6 sleutels passend op voordeur woning, hoofdentree, toegangsberging en vluchttrappenhuis. • 2 sleutels passend op uw postkast, alleen van toepassing voor de appartementen op 1e en 2e verdieping. • Bij ramen van woningen aan galerijzijde 1 sleutel per afsluitend raam. U krijgt de sleutelset van de woning eenmalig. Wanneer u een sleutel verloren bent, kan SHO deze sleutels naleveren tegen een vergoeding. ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 10 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN 6. Isolerend dubbelglas Weersinvloeden/productieproces De dubbele beglazingseenheden worden tijdens het productieproces hermetisch gesloten onder de op dat moment heersende weersomstandigheden, zoals een hoog of een laag drukgebied. Hierna zijn de eenheden onderhevig aan alle mogelijke omstandigheden, zoals wisselende barometrische druk, temperatuur en dergelijke. Hierdoor en door een kleine fabricagetolerantie op de spouwbreedte kan een geringe variatie in de afstand tussen de beide ruimten optreden. Optisch is dit soms waarneembaar door enige vervorming in de ruit weerspiegelde beelden of het dubbel waarnemen van bijvoorbeeld autolampen. Wanneer glasruimten precies evenwijdig staan en even dik zijn, kunnen soms olieachtige vlekken optreden. Deze vlekken zijn maar een optisch effect en zijn geen fouten, noch het gevolg van vettige aanslag. Condensvorming aan de binnenzijde Soms wordt geconstateerd dat bij gebruikers van isolerend dubbel glas ongenoegen ontstaat door het incidenteel optreden van condens op dit glas, iets dat volgens hen niet mag voorkomen. Condensvorming (het zogenaamde "beslaan") aan de binnen- en/of buitenzijde van het dubbel glas komt niet vaak voor, maar is beslist niet uitgesloten. Dit hangt namelijk af van: a. de temperatuur binnen en buiten de woning; b. de relatieve vochtigheid in de woning. Bij een binnentemperatuur van +20 graden Celsius en een luchtvochtigheid van 60% zal op enkel glas condensatie optreden bij een buitentemperatuur van +9 graden Celsius, terwijl dubbel glas pas bij een buitentemperatuur van -2 graden Celsius zal beslaan. Wordt nu de luchtvochtigheid verhoogd (veel planten in een ruimte, tijdens het bereiden van een warme maaltijd en koken, veel personen in een ruimte en dergelijke) dan zal de beglazing reeds bij een geringer temperatuur verschil "beslaan". Uit één en ander kan worden afgeleid dat isolerend dubbel glas weliswaar minder condensgevoeliger is dan enkel glas, doch beslist niet condensvrij. Het condensverschijnsel is alleen te voorkomen door de vochtigheid in de woning omlaag te brengen door middel van ventileren, of de wasemkap c.q. mechanische ventilatie in de hoogste stand te laten draaien. Let wel: condensvorming tussen de lagen van het dubbelglas mag niet voorkomen. Mocht dit optreden dan verzoeken wij u om dit aan ons te melden. ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 11 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN Thermische breuk Glas is een slechte warmtegeleider, hierdoor kan, indien plaatselijk meer warmte wordt vastgehouden, een dusdanig groot temperatuurverschil ontstaan wat de aanleiding kan vormen tot een thermische breuk. Bij Floatglas ontstaat een breukkans bij een temperatuurverschil van 40°C, voor draadglas is dit 25°C. Het plaatselijk vasthouden van warmte kan ontstaan door bijvoorbeeld: afplakken, verven, afschermen, gordijnen, dichter dan 200 mm bij het glas, warmteafstralers, dichter dan 300 mm bij het glas. ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 12 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN 7. Onderhoud installaties Rioleringen Verstoppingen voorkomen Vet- en zeepresten zijn de grootste veroorzakers van verstoppingen in afvoeren. Niet alleen spoelt dit moeilijk weg, maar het houdt tevens ander vuil vast. Het voorkomen van verstoppingen begint dan ook door geen vetten of boter door de gootsteen te spoelen. Bij intensief gebruik zal een afvoer echter altijd vettig en vuil worden. Een eenvoudig middel om de afvoeren van het vet te ontdoen, is deze eens per drie maanden door te spoelen met een oplossing van soda en heet water. Verder is ook de sifon een verzamelplaats van vet. Alle sifons, zowel onder de gootsteen, als onder de wastafels, zijn afschroefbaar en kunnen eenvoudig schoon worden gemaakt. Indien een afvoer langere tijd niet wordt gebruikt, kan het water in de sifons, en met name in het doucheputje, verdampen. Het stankslot werkt zonder water niet meer, waardoor rioolstank kan ontstaan. Dit kan opgelost worden door weer wat water toe te voegen. Verstoppingen oplossen Als de riolering verstopt is, moet u eerst zelf de oorzaak opzoeken. Als de oorzaak niet direct bereikbaar is, kan een ontstoppingszuur of het gebruik van een ontstoppingsveer nog wel eens helpen. Aceton, ether of jodium in de afvoer is niet toegestaan omdat deze stoffen de leidingen en de p.v.c.-riolering aantasten. Chemische ontstoppingsmiddelen kunnen eveneens agressief zijn. Bovendien zijn deze middelen erg milieuonvriendelijk. Als u de verstopping niet zelf kunt verhelpen, neem dan contact op met ontstoppingsbedrijf Van der Velden (030 – 2610314). Wanneer geconstateerd wordt dat u niet op een normale manier met de afvallozing op het riool omgaat, komen de kosten voor ontstopping voor uw rekening. Rioolstank Wat te doen bij rioolstank: • Lokaliseren waar de stank vandaan komt. • Huisriolering controleren op lekkage. • Aansluiting closetpot controleren. • Afvoerputjes controleren; zit er nog water in? • Alle watersloten (sifons) controleren. Bedenk dan ook dat rioolstank nogal hardnekkig is en dat het nog geruime tijd kan duren voordat de stank het huis uit is, veel luchten is de oplossing. Blijft de rioolstank aanwezig, neem dan contact op met SHO (Warande). ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 13 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN Drinkwaterinstallatie Hoofdkraan De hoofdkraan bevindt zich in de meterkast bij de voordeur. Bij onverwachte lekkage moet u deze hoofdkraan dichtdraaien. Hiermee sluit u de installatie af. Daarna kunt u onderzoeken of u gedeeltelijk iets kunt afsluiten, zodat u bij bepaalde punten water houdt. Wasmachine In de badkamer is de aansluiting voor de wasmachine aangebracht. Deze kraan voldoet aan de eisen van het waterleidingsbedrijf. Kalkaanslag Kalkaanslag op kranen verwijdert u met speciale middelen of door inweken met schoonmaakazijn. Als de douchekop niet goed meer sproeit, komt dat vaak door kalkaanslag. U kunt de sproeier demonteren, ontkalken met schoonmaakazijn of andere kalkoplossers en weer monteren. Vooral in het eerste jaar komt het voor dat er gruis in de waterleiding zit, wat zich ophoopt bij de uitlaatopeningen van de kranen. U dient regelmatig de perlators in de kranen los te draaien en schoon te maken. perlator Vorst Bij strenge vorst kunnen waterleidingen bevriezen. Water dat overgaat in ijs zet uit en oefent zeer grote krachten uit waartegen een gewone leiding niet bestand is. Niet alleen leidingen zijn kwetsbaar voor bevriezing, ook de stopkranen kunnen ernstig worden beschadigd. Dit geldt met name voor leidingen in de onverwarmde vertrekken. Bij strenge vorst kunnen ook in verwarmde ruimten de leidingen die tegen een buitenmuur zijn bevestigd bevriezen. Bevriezen van binnenleidingen kan worden voorkomen door ook 's nachts en bij afwezigheid de woning licht verwarmd te houden. De leiding van de buitenkraan (indien aanwezig) dient al bij lichte vorst afgesloten en afgetapt te worden om schade te voorkomen. ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 14 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN Elektrische installatie Huisaansluiting In de meterkast vindt u de huisaansluitkast en de verbruiksmeter. Deze onderdelen zijn eigendom van het energiebedrijf. Het is uitdrukkelijk verboden en bovendien gevaarlijk om de verzegeling van de huisaansluitkast te verbreken en te openen. De aansluitkast is voorzien van een hoofdzekering. Deze zorgt ervoor dat de stroomvoorziening in de woning wordt onderbroken als meer dan een bepaald maximum aan elektriciteit aan het net wordt onttrokken. Dit maximum is zodanig gekozen dat bij normaal huishoudelijk verbruik de capaciteit ruim voldoende is. Als om wat voor reden dan ook de hoofdzekering doorslaat, dan is het noodzakelijk dat het elektriciteitsbedrijf de stroomvoorziening weer herstelt. Groepenkast De huisaansluiting in de meterkast gaat over in de groepenkast. De groepenkast verdeelt de elektriciteitsvoorziening in een aantal aparte groepen. Een groepsindeling maakt het mogelijk om slechts in een deel van de woning de stroom af te sluiten. De stroomvoorziening van een groep kan worden afgesloten door de betreffende groep uit te schakelen. Welke lichtpunten en wandcontactdozen bij welke groep behoren, kan zekerheidshalve het beste worden geconstateerd door gewoon een groep uit te schakelen en te kijken op welke onderdelen geen stroom meer staat. Installatieautomaat Elke groep heeft een eigen installatieautomaat (zekering). De installatieautomaten hebben doorgaans een capaciteit van 16 Ampère. De installatieautomaat beveiligt de installatie tegen overbelasting en kortsluiting. Het opnieuw inschakelen van de installatieautomaat heeft geen enkele zin als de veroorzaker van de kortsluiting niet wordt weggenomen. Een installatieautomaat kan automatisch uitschakelen door overbelasting of kortsluiting. Bij overbelasting is de oplossing eenvoudig, namelijk het uitschakelen van het laatst aangesloten apparaat. Aardlekschakelaar In de groepenkast bevinden zich de aardlekschakelaars. Een aardlekschakelaar is een beveiliging tegen lekstromen. Lekstroom is een stroom die langs een ander onderdeel van de betreffende apparatuur zijn weg vindt (het verschil tussen plus en min). Doet zich een lekstroom voor, dan verbreekt de aardlekschakelaar de stroomvoorziening van meerdere groepen. De stroomvoorziening is weer te herstellen door gewoon de schakelaar om te schakelen. Echter hierbij geldt hetzelfde als bij installatieautomaten; de stroomvoorziening herstellen, heeft pas zin als de veroorzaker van de storing van het net is afgehaald. ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 15 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN Als de aardlekschakelaar op ‘uit’ staat • Schakel alle groepschakelaars uit en schakel de aardlekschakelaar weer in. • Schakel nu één van de groepsschakelaars weer in. Zodra de aardlekschakelaar uitvalt, weet u in welke groep de storing zit. • Schakel de desbetreffende groepsschakelaar weer uit en haal alle stekkers van lampen en apparaten die op deze groep zijn aangesloten, uit de stopcontacten. • Schakel de aardlekschakelaar en de groepsschakelaar weer in. Valt de elektriciteit weer uit, bel dan de installateur. Er is dan iets mis met het leidingnet van uw woning. • Blijft de schakelaar aan, dan kunnen de apparaten weer één voor één aangesloten worden. Zodra de elektriciteit weer uitvalt, heeft u het apparaat gevonden dat de storing veroorzaakt. • Tip: test de aardlekschakelaar regelmatig dan weet u zeker dat hij nog werkt. Doe dit bijvoorbeeld bij de overgang van zomer- naar wintertijd en andersom. Elektra aansluiting wasmachine Het is voorschrift om een vakman het elektrische gedeelte van de wasmachineaansluiting te laten verzorgen. Daarnaast is het raadzaam om de wasmachine in een opvangbak te plaatsen welke minimaal de waterinhoud bij een was kan opslaan, in verband met eventuele lekkage. Overige elektra voorzieningen Voor het eventueel elektrisch koken is een (onbedrade) loze leiding aangebracht vanaf de meterkast tot aan het aansluitpunt in de keuken. Ventilatie Uw woning is voorzien van een gebalanceerd ventilatiesysteem. Dit systeem bestaat uit ingeregelde ventielen in de ruimten die mechanisch afgezogen worden (keuken, badkamer, berging en toilet) en ingeregelde ventielen voor het toevoeren van lucht in de woonkamer en slaapkamers. Standenschakelaar In de keuken is een driestanden schakelaar aangebracht, waarmee de afzuigventilator wordt geschakeld. De installatie kan niet worden uitgeschakeld. Normaal zal deze op laag staan, maar tijdens het koken en douchen, moet deze op hoog staan. Bij de oplevering is het ventilatiesysteem ingeregeld. Hiertoe zijn de openingen van de roosters waardoor de lucht wordt afgezogen en ingeblazen, in een bepaalde stand gezet. De ventielen moeten regelmatig met een zachte zeepoplossing worden gereinigd. Let u er wel op dat u dan niet de instelling van de afzuigventielen wijzigt. ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 16 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN De ventilatie-unit in uw woning is voorzien van twee filters. Eén filter filtert de verse buitenlucht voordat deze de woning ingaat. De andere filtert de verbruikte lucht voordat deze via het toestel de woning verlaat. Voor een goede werking dienen deze filters regelmatig te worden schoongemaakt, zeker de eerste weken na oplevering van de woning. In de keuken mag alleen een motorloze wasemkap op dit systeem worden aangesloten. Uw woning is voorzien van een wtwsysteem. Dit systeem bestaat uit een ventilator (afzuigbox) en ingeregelde ventielen in de ruimten die mechanisch afgezogen worden (keuken, badkamer en toilet). Voor een goede werking van de mechanische ventilatie is het noodzakelijk dat er voldoende buitenlucht wordt aangevoerd. Dit gebeurt door het openen van de ventilatieroosters (ventielen). Voor het onderhoud van de installatie verwijzen wij u naar de onderhoudsinstructie van Stork, zie bijlage 1. Telefoon- CAI- en data aansluitingen Standaard zijn in uw woning onderstaande aansluitingen aangebracht: • Aansluiting kabeltelevisie in de woonkamer en hoofdslaapkamer. • Telefoonaansluitpunt in de woonkamer en hoofdslaapkamer. • Onbedrade leidingen ten behoeve van kabeltelevisie, telefoon en datanetwerk in de overige slaapkamers. Als u daarvoor gekozen heeft, zijn de loze leidingen bedraad en afgemonteerd. Voor de telefoonaansluiting moet u contact opnemen met een telefoonaanbieder. Als u storingen heeft met uw kabelaansluiting en het ligt niet aan uw toestel of kabel, neem dan contact op te nemen met uw kabelmaatschappij. Centrale verwarming De meeste leidingen van de centrale verwarming zijn in de cement-dekvloeren weggewerkt. De juiste plaats is niet aan te geven. Het is daarom niet toegestaan in de vloeren te boren of te spijkeren. Wanneer er schade optreedt aan bovengenoemde leidingen worden deze gerepareerd op uw kosten. Voor het goed gebruiken van de installatie verwijzen wij u naar het bedieningsvoorschrift dat bij de ketel is bijgeleverd. Gedurende het eerste woonjaar en gedurende zeer vochtige buitenomstandigheden en/of bij temperaturen onder het vriespunt is het aan te raden om de gehele woning matig te verwarmen. De woonkamer, de keuken, de entree/hal en de doucheruimte dienen bij voorkeur wel het gehele stookseizoen verwarmd te worden, enerzijds voor het bereiken van een optimaal leefklimaat en anderzijds om condensvorming te voorkomen. ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 17 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN Om de vochthuishouding goed te beheersen, dienen de slaapkamers bij voorkeur ‘s ochtends gedurende ongeveer een half uur geventileerd te worden. Tenslotte verdient het de aanbeveling om minstens één uur voor u van plan bent te gaan slapen, de thermostaat op nachttemperatuur in te stellen. Wij raden u aan deze nachttemperatuur niet lager in te stellen dan 17º C. Voor verdere informatie verwijzen wij u naar de handleiding warmte van Eneco, zie bijlage 2. Rookmelders Wat is een rookmelder? Een rookmelder is een apparaat dat reageert op de rookverschijnselen van brand. Het heeft twee functies: het signaleren van een brand en het waarschuwen van bewoners door het afgeven van een alarmsignaal. Onderhoud en controle Maak er een gewoonte van om uw rookmelder(s) zorgvuldig te onderhouden en te controleren, zoals in de gebruiksaanwijzing staat aangegeven. Dit houdt meestal het volgende in: Controleer regelmatig (bijvoorbeeld eenmaal per maand) of de melder nog goed werkt. Dat kan gemakkelijk door op de testknop te drukken. Als alles goed werkt, hoort u het alarmsignaal. Met het indrukken van de testknop wordt de werking van de detectie en het alarm getest. Gebruik voor het testen geen open vuur (kaars of brandend papier) vanwege het gevaar van brand en om beschadiging van het apparaat te voorkomen. Uw woning is geleverd met een rookmelder welke is aangesloten op de elektrische installatie. Er zit een batterij in die zorgt voor back-up wanneer het elektriciteitsnetwerk in uw woning uitvalt. Controleer deze batterijen ongeveer eenmaal per jaar (noteer dit bijvoorbeeld op de kalender). Let op het juiste batterijtype (zie vermeldingen op het apparaat). Zorg tijdig voor reservebatterijen. Houd de melder stofvrij, zodat eventuele rook kan toetreden. Doe dit eveneens jaarlijks door met de stofzuiger het stof uit de gleufjes te zuigen. Gebruik geen stofdoekspray, dit verstoort de werking van de melder. Hoe te handelen als het alarm afgaat. Wat u te wachten staat als midden in de nacht het alarm afgaat, is moeilijk te voorspellen. Toch is het verstandig u er zo goed mogelijk op voor te bereiden. Hieronder worden een aantal aanwijzingen gegeven. • • Als het alarm afgaat en er is geen duidelijk teken van brand of reden voor vals alarm, breng dan eerst uw medebewoners naar een plaats van waaruit vluchten mogelijk is, vóórdat u op onderzoek uitgaat. Sluit de deur van de ruimte waar de brand woedt. ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 18 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN • • • • • Open geen gesloten deuren die warm aanvoelen. De brand woedt aan de andere kant. Evacueer snel iedereen volgens de van tevoren uitgedachte vluchtroute. Vermijd inademen van rook; (houd een doek voor mond en neus) Laag bij de vloer is de temperatuur en de concentratie van rook en giftige gassen het laagst. Houd in het algemeen ramen en deuren zoveel mogelijk gesloten en sluit ze achter u. Hiermee voorkomt u verspreiding van giftige rook en snelle branduitbreiding (schoorsteeneffect). Bel de brandweer (1-1-2) vanuit een veilige situatie (buren, mobiel of telefooncel). Zorg voor de aanwezigheid van een branddeken. Deze zijn verkrijgbaar bij de brandweer. ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 19 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN 8. Binnenonderhoud Binnenwanden De kamerscheidende binnenwanden zijn samengesteld uit wanden van gipsblokken. De wanden zijn flexibel vastgezet door middel van hardschuim, of een kunststof profiel. Dit is nodig om te voorkomen dat de verdiepingsvloer, of de dakvloer gaat rusten op deze wanden, waardoor scheurvorming in het materiaal zou kunnen ontstaan. Bij de bovengenoemde aansluitingen zal, waar spuitwerk is aangebracht, na verloop van tijd een doorgaande krimpnaad zichtbaar worden. Dit is niet te vermijden. Deze ontstaat door doorbuiging van de vloer en de werking van het materiaal. Voor bevestiging van zware voorwerpen aan deze wanden zijn ‘turbopluggen’ verkrijgbaar. Ook hier geldt: kijk uit voor elektraleidingen. Deze lopen in diverse richtingen door de wand. Indien u bij het boren een elektriciteitsleiding raakt, kan kortsluiting ontstaan. De aardlekschakelaar in de schakelkast onderbreekt onmiddellijk de stroomvoorziening. Ondanks deze beveiliging kan het in aanraking komen met een leiding gevaarlijk zijn. Gebruik om deze reden dan ook altijd goed elektrisch gereedschap, dit gereedschap dient dubbel geïsoleerd te zijn waardoor uzelf nooit in contact komt met de stroom. Beschadigingen van wanden kunnen gerepareerd worden met Alabastine, of een gelijkwaardig product. Plafond De betonnen plafonds van uw woning zijn afgewerkt met spuitpleisters. Deze pleisters geven een witte en gestructureerde afwerking, bezitten een goede hechting op steenachtige ondergronden, hebben een vochtregulerende functie en zijn goed reinigbaar met de gangbare huishoudelijke schoonmaakmiddelen. De plafonds hoeven niet geschilderd te worden, maar worden op den duur minder wit als gevolg van roken, kookdampen, kaarsen et cetera. Door het kille klimaat dat nieuwbouwwoningen in het beginstadium meestal eigen is, wordt door de bewoners de thermostaat al snel enkele graden hoger gezet en wordt er onvoldoende geventileerd. Het in de nieuwbouw aanwezige bouwvocht zal door deze omstandigheden versneld uittreden. Dit snelle uittreden van vocht heeft als gevolg dat het vochtregulerende karakter van de aangebrachte spuitpleister tijdelijk beperkt is. Hierdoor ontstaat op de spuitpleisters, maar ook op tegels, behang, deuren et cetera condensvorming. Op deze door condens min of meer vochtige oppervlakken kunnen bouwstof, kookdampen, rook et cetera zich gemakkelijk vastzetten. Om vroegtijdige aanslagvergeling tegen te gaan, moet u er voor moeten zorgen dat bouwvocht niet te snel uittreedt. Dit kan door in met name de beginperiode van bewoning goed te ventileren en geleidelijk te verwarmen. Het treffen van deze maatregelen is nu belangrijker dan ooit, omdat het huidige bouwproces snel is en er optimaal geïsoleerd wordt. ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 20 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN Het overschilderen van spuitpleisters waarop een aanslagvergeling aanwezig is, kan in de meeste gevallen op de volgende manier: • Verwijder het stof. • Reinig het plafond met water waaraan ammonia is toegevoegd. Sierpleisterreinigers tasten het bindmiddel van de spuitpleister aan. • In geval van aanslagvergeling: Strijk het plafond voor met verdunde Latex (verhouding 4 delen water, 1 deel latex). • In geval van zware rookaanslag: Isoleer het plafond met Sigma Isolatiegrond. • Werk het geheel dekkend af met een goede latex. Hang- en sluitwerk Als onderdelen van hang- en sluitwerk niet meer soepel bewegen, kunt u de scharnieren en de sloten smeren met grafiet of teflonspray. Hiervoor zijn spuitbusjes verkrijgbaar. Spuit nooit olieachtige smeermiddelen in sloten. Dit houdt vuil en stof vast waardoor de kwaal alleen maar erger wordt. De tochtstrippen zijn voorzien van rubberen afsluitingen. Wanneer het rubber blijft plakken aan deuren of ramen, kunt u dit inwrijven met talkpoeder. De scharnieren van de binnendeuren (paumelles), kunnen eenvoudig worden nagesteld. De deur kan worden uitgenomen, waarna na inleg van ringetjes de deur omhoog gebracht wordt. Om de deur bij te stellen, kunnen paumelles in de deur, wanneer deze uit het kozijn is genomen, in- en uitgedraaid worden. Indien een binnendeur rammelt of onvoldoende sluit, is met behulp van stootrubbertjes in de sponning en eventueel afvijlen of verstellen van de sluitplaat het sluiten te corrigeren. Eventuele speling in de deurkrukken kan door middel van de stelschroef in de stift ingeregeld worden. Hiervoor moet u het krukstel uit elkaar halen. Tegelwerk/kitvoegen Het tegelwerk kan eenvoudig met normale schoonmaakmiddelen worden gereinigd. Controleert u regelmatig of de voegjes nog goed dicht zijn. Is dit niet het geval, meldt u dit dan aan SHO (Warande). Schimmelvorming op de kitvoegen is tegen te gaan door deze steeds goed droog te maken met een zeem direct na het douchen. Als gevolg van de aanwezigheid van microporiën in de kit is het ontstaan van schimmelvorming niet geheel uit te sluiten. Verder is het noodzakelijk om goed te ventileren. ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 21 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN Dekvloeren In de vloer zijn diverse leidingen weggewerkt. Bij spijkeren of boren in de vloer bestaat dus altijd de mogelijkheid dat een leiding geraakt wordt. De leidingen liggen dicht onder het oppervlak, zodat ook korte nagels beschadigingen kunnen veroorzaken. Temeer geldt dit laatste doordat het leidingmateriaal van kunststof is gemaakt. Wij ontraden u dan ook om vloerbedekking of vloerisolatie met nagels vast te zetten. Eventuele kleine beschadigingen aan de dekvloer, zoals scheurtjes, gaatjes en dergelijke, kunt u herstellen met Egaline, verkrijgbaar bij elke "Doe-hetzelf" winkel. De vloer is bij oplevering vlak genoeg om normale vloerbedekking/tapijt te leggen. Voor linoleum of het lijmen van vloertegels, parket en dergelijke kan het nodig zijn de vloer vooraf te egaliseren. Uw leverancier kan u hierover adviseren. Schilderwerk binnen Er zijn in uw woning stalen binnenkozijnen toegepast. Deze zijn voorzien van een poederlaklaag. U kunt dit schoonmaken met een niet-agressief schoonmaakmiddel. De stalen kozijnen mogen niet worden geschilderd. De binnendeuren zijn van fabriekswege voorzien van een laklaag. Deze laklaag is dermate sterk dat onderhoud (in de vorm van schilderen) niet noodzakelijk is. ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 22 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN 9. Zelf aangebrachte veranderingen Als u gaat klussen in de woning gaat u zelf een verandering aanbrengen. Dit noemen wij bij SHO (Warande) een Zelf Aangebrachte Verandering; kortweg ZAV. Voor het aanbrengen van ZAV’s heeft u toestemming nodig van SHO (Warande). U kunt dit door middel van een aanvraagformulier ZAV kenbaar maken, zie bijlage 3. SHO (Warande) heeft de volgende regels opgesteld voor ZAV’s: • De verandering moet op een technisch verantwoorde wijze aangebracht worden. • De verandering mag niet leiden tot een verslechtering van de verhuurbaarheid van de woning. • De materiaalkeuze is in veel gevallen voorgeschreven. • De verandering moet voldoen aan veiligheidsvoorschriften, hygiëne-eisen, eisen van bouwbesluit en eventuele gemeentelijke verordeningen. • U bent zelf verantwoordelijk voor het onderhoud van de aangebrachte veranderingen. • Eventuele schade die ontstaat tijdens de verwijdering van de verandering moet u zelf herstellen. Het niet naleven van de ZAV-regels kan bij het verlaten van de woning leiden tot kosten om beschadigingen te herstellen en onderdelen in de oorspronkelijke staat terug te brengen Let u op bij klussen in de woning • Er zijn leidingen in de vloer aangebracht, dus niet spijkeren of boren in de vloer! • Voor leidingen in de wanden kan als regel worden aangehouden dat deze recht onder of boven de wandcontactdozen en schakelaars in de muur zijn weggewerkt. Veiligheidshalve doet u er verstandig aan in een zone van 50 cm aan weerszijden hiervan niet te boren. Dit geldt voor de volle hoogte van de wand. Bij doe-het-zelf zaken zijn ook detectoren te koop/huur voor het opzoeken van leidingen. • Alle wijzigingen en/of veranderingen aan de elektrische installatie moeten door een waarborg installateur worden uitgevoerd. ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 23 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN 10.Keuken Keukenblok Het schoonmaken van het keukenblok kan met alle in de huishouding gebruikelijke en gemakkelijk in water oplosbare handafwasmiddelen gebeuren. Hardnekkige vlekken eventueel verwijderen met een doekje met wat wasbenzine of spiritus. Deurscharnieren moeten minstens eens in de twee jaar worden gesmeerd met een druppeltje olie. Om de laden soepel te laten lopen, moeten de geleiders vrij worden gehouden van vuil, vooral vuil in korrelvorm moet direct worden verwijderd. Raakt een scharnier los, dan kan dit door middel van de achterste schroef weer vastgedraaid worden. De deuren kunnen eventueel nagesteld worden door de voorste schroef in of uit te draaien. Gebruik nooit schuurmiddelen op het kunststof en het hout van uw keuken. Wanneer het gebruik van schuurpoeder wordt geconstateerd, vervalt elke vorm van garantie. Laat geen natte of vochtige vaatdoekjes gedurende langere tijd op de kastbodems, de planken of bij de kitranden liggen. Kunststof aanrechtblad Het oppervlak van een kunststof blad is schoon te maken met een handwarm sopje van een afwasmiddel of allesreiniger. Gebruik geen schurende middelen, zoals staalwol of een schuurspons. Verontreiniging door bijvoorbeeld viltstift, balpen en schoencrème kan verwijderd worden met onder andere aceton en spiritus, daarna met normaal afwaswater goed afnemen en droogwrijven. De aanrechtbladen zijn redelijk goed kras- en slijtvast en zodoende goed bestand tegen licht keukenwerk. Geschuif met scherp keukengerei of zware en agressieve keukenhandelingen, zoals snijden en hakken, kunnen niet te repareren beschadigingen veroorzaken. Gebruik daarom altijd een snijplank. De toplaag heeft een hoge hitte bestendigheid. U moet echter zéér voorzichtig zijn met hete pannen. Het is beter geen hete pannen direct van de kookplaat op het blad te zetten. Gebruik daarom altijd onderzetters. Ook elektrische kookplaten kunnen schade veroorzaken als u de plaat wel aandoet, maar er geen pan op zet. De overmatige hitte zoekt een uitweg en verspreidt zich door de vangschaal naar het blad. Huishoudelijke chemische producten, zoals: verfverdunner, afbijtmiddelen, ontstoppers, soldeervloeistof en removers kunnen uw blad onherstelbaar beschadigen. Verwijder deze onmiddellijk met veel water en afwasmiddel. ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 24 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN 11. Energiebesparing: wat kunt u zelf doen • • • • • • • • Hou uw energiegebruik in de gaten door regelmatig de meterstanden op te nemen. Stel de nachttemperatuur maximaal vier graden lager dan de dagtemperatuur. Niet meer, anders duurt het opwarmen van de woning de volgende dag te lang en vraagt veel energie. Ongebruikte kamers matig of niet verwarmen en de deuren van deze kamers gesloten houden. Denk wel aan het bevriezingsgevaar. Hou er rekening mee dat de temperatuur die voor verschillende vertrekken gegarandeerd wordt onder extreme weersomstandigheden alleen gehaald zal worden bij gelijktijdige verwarming van alle vertrekken. De deuren van de woonkamer zoveel mogelijk gesloten houden. Veel warmte gaat verloren door ruiten, ook door dubbel glas. Sluit daarom 's avonds de gordijnen en/of binnen zonwering. Korte gordijnen op de vensterbank besparen meer dan lange gordijnen. Profiteer in het stookseizoen van gratis zonnewarmte door niet alle gordijnen te sluiten of het zonnescherm niet altijd omlaag te doen als de zon schijnt. Bij het luchten van de kamers is het al voldoende het raam korte tijd (ongeveer 20 minuten) open te laten staan. Draai hierbij de radiatorkranen dicht. Ook 's nachts bij geopende ramen de radiatoren dichtdraaien (denk om vorstgevaar). ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 25 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN 12. Diversen Vloerbedekking Als u kiest voor harde vloerbedekking let er dan op dat de buren hiervan geen hinder ondervinden. Om (contact)geluid te voorkomen, is het verplicht de harde vloerbedekking te leggen op een isolerende onderlaag. Tevens dient u de bedekking los te houden van de woningscheidende wanden. Voor het aanbrengen van vloerbedekking is het noodzakelijk dat door de stoffeerder van tevoren het vochtpercentage van de dekvloer wordt gecontroleerd. Bij een te hoog vochtpercentage kan blaasvorming, of loslaten van de vloerbedekking optreden. Hetzelfde geldt voor het aanbrengen van een parketvloer. Het is raadzaam om de voorschriften van de leverancier op te volgen voor een juiste manier van leggen. Wasdroger In de woning kan alleen gebruik gemaakt worden van een condensdroger. U mag geen afvoer voor een wasdroger aanbrengen door de dakconstructie en/of de gevel en het raam. Bovendien mag de wasdroger niet op het mechanische ventilatiesysteem worden aangesloten. Zonwering Wilt u een zonwering aanbrengen, dan moet u hiervoor schriftelijk toestemming vragen aan SHO (Warande). Wij kunnen hierin ook adviseren. Douchehoek in de badkamer De douchehoek van de benedenwoningen is uitgevoerd met speciale aflopende tegels langs de rand van de douchehoek. Om te zorgen dat spatwater niet in de rest van de badkamer terechtkomt, doet u er verstandig aan een douchegordijn of douchescherm te plaatsen. Houdt u bij het monteren rekening met het feit dat doorboorde tegels bij het eind van de huurovereenkomst vervangen moeten worden. Probeer daarom in de voegen te boren. Wandbeugels, verhoogde WC De WMO in Houten vergoedt geen wandbeugels en verhoogde WC-potten. Om tegemoet te komen aan de wensen van enkele huurders, willen wij vanaf heden deze mogelijkheid wel bieden. Tegen een maandelijkse verhoging van de huurprijs kunnen wandbeugels en verhoogde WC-potten geïnstalleerd worden. ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 26 SHO STICHTING HUISVESTING VOOR OUDEREN De kosten daarvan bedragen: - Wandbeugel € 0,75 huur verhoging per maand - Verhoogde WC-pot € 3,50 huur verhoging per maand (keuze uit plus 6 cm of plus 10 cm) Mocht u hiervoor belangstelling hebben, dan kunt u tijdens kantooruren contact opnemen met de servicedesk technische dienst van SHO. Het telefoonnummer is 030-6928668. Per mail is ook mogelijk. Het mailadres is: [email protected] ___________________________________________________________________________ Handleiding Loerick III pagina 27 SHO
© Copyright 2025 ExpyDoc